Marktvee. ONDERWIJS. Donderdag 18 April 1901. 45ste Jaargang No. 3619. EERSTE BLAD. Een Premie voor de lezeressen van onze Courant Pas is met No. 13 het nieuwe kwartaal begonnen. Gemeente Schagen Bekendmakingen. FEUILLETON. Keuring van Binnenlandsch Nieuws. SCHAGER A Nieiffs-, RAAIT. Afltertsilic- k LaiÉiillai. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Bureaul€HAOKJÏ, Laan, D 4. UitgeverP. TRAPMAN. MedewerkerJ. WIKKEL. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dit nummer bestaat uit twee bladen is Het Nieuwe Modeblad, dat tegen bijzonder voordeelige voorwaar den wordt verkrijgbaar gesteld voor onze abouné's. Onze lezeressen kunnen van die goede gelegenheid profiteeren, zoodat ongetwij feld velen zich deze zullen ten nutte maken. Tegen een prijs, bij uitnemendheid gering, wordt men in staat gesteld geregeld op de hoogte te big ven van wat er in de modewereld voorvalt, wat afgeschaft of als verouderd verworpen en wat als mie» we mode wordt toe gepast. Niemand mag daarvan onkundig blijven. Men teekent in op Het Nieuwe Modeblad, hetwelk tweemaal per maand verschijnt en slechts ê5s5 ets. per drie maanden (franco per post 7Q ets.) kost, bij den Uitgever van dit blad. Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter kennis van de ingezetenen 1. dat het toelaten van nieuwe leerlingen op de Openbare Lagere Sehool aldaar zal geschieden op den eersten Mei a. s. en alsdan kunnen worden toegelaten de kinderen, geboren in het jaar 1895. 2. dat de ouders der betalende scholieren, welke dezen wenschen toegelaten te zien,daarvan aan het Hoofd der school, den heer Ressing, kennis moeten geven v <5 r den 22 dezer, ook voor leerlingen die onderwijs wenschen te ontvangen in de Pransche, Duitsche en Engelsche talen. 8, dat verzoeken om kosteloos onderwps voor de nieuwe leerlingen alleen moeten worden gedaan ter Gemeente-Secretarie vóór den 22 dezer. De geboorte- en vaccine-bewijzen der nieuwe leer lingen moeten bij de toelating tot de school worden medegebracht. Schagen. 12 April 1901. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. J. POT. De Secretaris, DENIJS. van C. WENTLAND. 6. ooo—o Helmers zweeg getroffeD. Dan zeide hij ernstig„Wie u ook is, ik voel dat ik vandaag niet voor de laatste maal tegen over u zal staan." Hare oogen keken hem met een trooste- looze uitdrukking aan, zóó, dat het hem in de ziel sneed. „Zijt gij boos op my vroeg hij zacht. „Neen; slechts op mijzelf." Zij haalde zwaar adem en dwong zich met alle geweld weer tot vroolijkheid. „Hoe komt.het, dat gij, die in Stuttgart zoo'n goede bekende zijt, bier zoo aan uw lot wordt overge laten Kent niemand uw masker „Niemand," lachte hij; „slechts mijn vriend Klausen heeft mij herkend, maar die zal mij niet verraden." Hoe zijn hartelijk lachen haar hart ver kwikte Het was als een verfrisschende bron, waaraan hare gewonde ziel zich laafde, en een vurig verlangen kwam over haar, om dat lachen altijd te hooren. Tengevolge daarvan werd ze ook zelve steeds vroolykerhij vertelde haar van zijne lessen by Harden, schilderde den origineelen man op koddige manier en zij- zelve hoedde zich er wèl voor te verraden, hoe goed zij met zijnen leermeester bekend was. Nu en dan dansten ze met elkaar, en de tyd vloog, om. Het was kort voor half twaalf. Vlak na twaalven zou het ontmaskeren plaats heb ben. Rondom had de vroolijkheid haar toppunt bereikt, en zy beiden werden on ophoudelijk gestoord. „Kom", zeide Helmers, „ik zal u een plaatsje wyzen waar het zoo mooi zit en Burgemeester en Wethouders van Schagen; brengen ter kennis van belanghebbenden, le. dat ter bestrijding der verspreiding van het mond- en klauwzeer tot nader bericht het rund vee, te Schagen ter markt gebracht wordende, vóór dit aldaar wordt toegelaten, zal moeten worden gekeurd door daartoe aangewezen deskundigen, en dat de dieren, gezond bevonden wordende, ten bewijze daarvan zullen worden voorzien van een kenteeken, zijnde een stempel, waarin de letter S., aangebracht met roode menie. 2e. dat de keuringen voorloopig zullen plaats hebben op de volgende plaatsen a. van vee, komende van het IVoofden Loet bij den ingang naar de markt vanaf bet Rensgas ter hoogte van het huis van H d. Smit. b. van het vee, komende langs de Hoepen uit de richting van Grootetcal, ter hoogte van bet Stations-Koffiehuis, bewoond door A. Visser het vee, komende uit laatstgenoemde richting, zat naar de keuringsplaats moeten worden gedreven langs den nieuwen Stationsweg. 3e. dat de eigenaars van vee, zich in de kom der femeente op de stallen of in de weide bevindende, it, wanneer zjj bet ter markt willen brengen, mede, vooraf op de voor hen naastbjjzjjnde plaata ter keuring zullen moeten aanbieden. Schagen, den 9 April 1901. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. J. POT. De Secretaris, DENIJS fienaisgeving. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur der Gemeente 8chagen, brengt bjj deze ter kenuis van de ingezetenen dier gemeente, dat het kohier van de personeele be lasting, dienst 1901, No. 1, op den 13 April 1901 door den Heer Directeur der Directe Belastingen te Amsterdam is executoir verklaard en op heden aan den Heer Ontvanger der directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven. Ieder ingezeten, welke daarbij belang heeft, wordt alzoo vermaand op de voldoening van zjjnen aanslag behoorlijk acht te geven, teneinde alle gerechtelijke vervolgingen, welke nit nalatigdeid zonden voort vloeien, te ontgaan. Schagen, den 16 April 1901. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd, H. J. POT. F. E. de Vries te s^ctia.- gerbrug en D. Klees te Onde- sluis verkregen mede dezer dagen een rijksbeurs aan de Kweekschool voor Onderwijzers te Haarlem. Alkmaar, 15 April. Op de heden gehouden groote voorjaars- markt waren aangevoerd 2038 runderen, tegen 2811 het vorige jaar. De prijzen waren hoog, de handel stug, doordat de verkoopers niet konden bedingen de prijzen, waarvoor ten vorigen jare was ingekocht. Maandag j.1. is te 5»t. Maarten overleden de heer Jan Brommer, op den hoogen leeftijd van 83 jaar ruim. De overledene was Lid van den Raad, Voorz. van den Polder Burg- horn, Lid van het Bestuur van de Banne St. Maarten. Ontvreemding van een bankbiljet. Omtrent het te WATERGRAAFS MEER gebeurde met den heer Helling verneemt Het Nieuws nader, dat de eigenaar van het bewuste bankbiljet tenslotte de zaak als een grap is gaan beschouwen en daarvan dan ook zelf mededeeling aan de Justitie heeft gedaan, zoodat hiermede de zaak wel uit zal zijn Droevig ongeluk. Vrijdag j.1. is op de schietbaan te BAARN de aanwijzer van het aantal geschoten punten bij ongeluk doodge schoten. Het slachtofler van het noodlottig toe val, Van Vulpen, heeft indertijd verschei den malen in Atjeh gevochten. Het on geluk heeft zich aldus toegedragen. De heer IJ., onlangs uit Utrecht naar hier verhuisd, zou zijn gewone serie van vijt schoten lossen. Na het derde schot keek de marqueur hoogst onvoorzichtig uit zijn verdekte stelling, om te zien waar het 4e schot bleef. Tegelijkertijd drong de kogel in zijn oog en doodde hem onmiddellijk. Men zag hem bjj 't begin der baan (30QjM.) wankelen en de handen uitstrekken ijlings snelde men er heen, doch vond hem badende in zijn bloed. De geneesheer kon sleohts den dood con- stateeren. Meermalen was v. V. gewaar schuwd, niet zoo onvoorzichtig te zijn, maar gewoonlijk was zijn antwoord, dat er wel 1000 kogels om zijn ooren ge vlogen waren, en hij er niet bang voor was. Het ongeluk is dan ook aan hem zelf te wijten. Niettemin kan men zich den toestand van den heer IJ. voorstellen. Een dief doodgeschoten. Terwijl te BRESKENS Vrijdagnacht dieven bezig waren op een hoeve kippen te stelen, begaf zich de zoon van den landbouwer, gerucht hoorende, met een geweer naar buiten en zond de vluch tende dieven twee schoten na. Zaterdag morgen vond men bloedsporen en in den loop van den dag werd het lijk van den beruchten dief J. G. uit Hoofdplaat gevonden. waar we niet ieder oogenblik door die dwazen worden gestoord." Hij stak haar arm door den zijnen en leidde haar door het druk gewoel der zaal naar de beide aan grenzende kamers, waarachter weer een door een portière afgesloten vertrek. „De leeskamer van Casino, voor vanavond in een heel aardig hoekje herschapen al 't werk van dichters en denkers verjaagd, omdat de mensch zich nu aan den koning der dwazen heeft overgegeven en de wijsheid heeft afgezworen." Het was een aardig klein vertrekje. Overal bloemen, en onder een macht sierplanten een rustbank,een echt plaatsje om te droomen en te luisterenen, het „Vurig Verlangen" aarzelde op den drempel, ja, ze maakte eene beweging als wilde ze vluchten, maar met een vlugge beweging greep hij haar hand. „Vertrouwt ge my niet vroeg hij scherp. Zy zuchtte, en dan liet ze zich naar de rustbank onder de palmen brengen. Als heel uit de verte klonk het gewoel en gejoel der zaal tot hen door; het kleine vertrek ademde rust. Zij had het hoofd tegen de kussens van de rustbank gedrukt. Br lag afmatting in haar gansche houding, en terwyl ze enkele seconden de oogen sloot, zeide ze zacht, als droomde ze „Spoedig is het feest voorby'; als de klok twaalf slaat, begint mijn ballingschap opnieuw. Slechts weinig tijd is mij nog gegund voor dat wat ik u heb te zeggen. Ik zal u een sprookje vertellen." Een oogenblik zwijgen. Hem was het, als greep een kille hand hem in 't hart toen ze van scheiden sprak. Waarom nam hij haar niet zonder meer in zyne armen en rukte het masker haar van het gelaat Hij voelde, dat zijn gansche leven voortaan slechts een zoeken zou zijn naar haar wanneer zij onbekend straks van hem henen- ging. Hij voelde zijne zelfbeheersching verdwynen daar viel zyn blik op het hoofd met de doornenkroon de gansche jeugdige gestalte naast hem sprak van zwaar verborgen leed de wilde gedachte was plotseling verdwenen, maar op zyn borst lag een vreemde, zware druk, een dof leed, een droeve gedachte, dat het een duister iets met dat mooie schepseltje was. Dan sloeg ze de oogen vol tot hem op en keekè hem met een wonderlijken blik aan. „Hoort ge gaarne een sprookje ver tellen „Spreek," zeide hij, „en ik zal luisteren, hoe lang het ook moge duren." Zy leunde met haar mooien arm op de roode kussens en greep met haar hand in haar donkere haarmassa, en terwyl haar oogen onafgebroken op hem rustten, begon ze met zachte, droomerige stem te vertellen: „Het gebeurde eens, dat Polyhymnia, de goddelyke, een oproep deed aan allen, die zich aan haren dienst hadden gewijd, dat zjj voor haren troon zouden verschijnen en voor haar op hunne instrumenten zouden spelen, die zij met hunne kunst beheersch- ten. En hij, die als overwinnaar uit dezen wedstrijd zou te voorschijn komen, zou door hare hand gekroond worden en door haar goddelijke lippen gekust. Toen kwamen allen die hun leven aan Polyhym nia hadden gewijd en gaven hun rijkste en beste gaven. De viool zong haar zachtste tonen, de violoncel klaagde en snikte, over de toetsen van den vleugel bruischte het als een onweersstorm en dan zong hij weer het zachtste wiegelied, het orgel gaf zijn machtigste klanken en trompetten schet terden juichende fanfares, zoodat de ge vleugelde goden, die Polyhymnia omgaven, er groote vreugde in hadden. De godde lijke vroeg evenwelwaar blijft mijn koste lijkste instrument, de mensehelijke stem Toen stroomden scharen zangers toe en ieder zong zooals hij nog nooit had ge zongenen over het verheveD gelaat der godin gleed nu en dan een welgevallig lachje, maar de lauwerkrans op haar schoot bleef onaangeroerd. Daar kwam plotseling er nog een aan langs den weg, stralend als een Mei-morgen, en in zijn oog was de schittering van het genie. En zijn stem klonk als leeuwerikkengezang en helder als zilveren klokjesde anderen bogen allen voor hem en het gelaat van Polyhymnia straalde, maar ook nu bleef de lauwerkrans onaangeroerd. Zjj draaide zich om naar de Liberale Unie. In de bestuursvergadering van 13 April 1. 1. heeft het Bestuur van de L. U. zich als volgt geconstituëerd Dr. W. P. Ruijsch, Den Haag, Voorzitter. Mr. H. Ph. de Kanter, Haarlem, Vice-Voor- zitter. A. Roodhuijzen, Enkhuizen, Se cretaris. W. Kops, Hoorn, Penningmees ter. A. Bouman, Den Haag. C. A. van Enschot, Amersfoort. D. J. van Houten, Weesp. Jac. van der Laan, Sneek. Mr. R. M. Macalester Loup, Den Haag. J. van Ravenhorst, Apeldoorn. G. Schil- lemans, Zutphen. Hubert Yeth Hzn., Dordrecht. Een aardige scènewerd dezer dagen voor de Amsterdamsche rechtbank in een der beide kamers voor civiele zaken afgespeeld. Een oude vrouw van bij de taohtig jaren moest als getuige voorkomen. Om tien uur was zij gedagvaard, doch toen het tijd werd voor de reehtbank om koffie te gaan drinken, was haar beurt om gehoord te worden, nog niet gekomen. De president van de reehtbank, die medelijden had met het oude moedertje, liet haar een broodje met ham en een kop koffie brengen. Groot was de hilariteit toen het vrouwtje na de pauze binnenkwam en op den president toeging, hem de hand drukte en zeide „nou ik dank je har telijk voor je koffie en brooddat de heeren hier zoo goed voor een oud mensch zorgden, had ik nooit gedacht". Een treurig gevalheeft zich Zaterdagnacht te AMSTERDAM voorgedaan. Op de Heerengracht bij de Raadhuis straat woonden de twee dames Schoon, eene moeder met hare ongeveer 30-jari- ge dochter. Toen 's morgens als naar gewoonte de dienstboden zich aanmeld den om haar dagtaak te beginnen, kregen zij, ook na herhaald schellen, geen gehoor. Toen eindelijk, onder politietoezicht, de deur door een smid van buitenaf was geopend, kwam een benauwde lucht den binnentredenden tegemoet. Bij onderzoek bleek, dat in de slaap kamer van de beide dames de gaskraan open stond en dat de beide vrouwen in haar slaap gestikt waren. Een in allerijl geroepen dokter kon slechts den dood constateeren. hooge gestalte der Waarheid, die mede was uitgenoodigd om uitspraak te doen „Spreek, Zusteris zyn hart aan mij gewijd in heilige begeestering „Dat is hetzeide de Waarheid. „Is zijn streven en zoeken rein?" „Het is rein." „Draagt zijn Lied den zonneschijn in het menschenhart „Het maakt het helder en vroolijk." „Toovert zijn zang den traan van gevoel in het oog Toen boog de Waarheid ernstig het hoofd. „Hij is een door God begenadigd zanger, een kind van het geluk, maar zyn lied ontbreekt de wijding der smarte." Helmers maakte een vlugge beweging en mompelde„Dat is ook wat Klausen j my zeide myn geluk is myn ongeluk." „Wilt ge hooren, wat de Waarheid I verder sprak „Ja." „De waarheid sprak verder„In zijn ziel rusten schatten van melodieën, door hem zelf gevonden, maar hij let er niet op, hij verwaarloost dat scheppende genie, door een god hem geschonken, en dat is zonde." Hij greep vlug haar hand. „Hoe weet ge dat stamelde hij. „Ge geeft mij bittere artsenij, maar ge hebt gelijk, ik ben hij brak af en sprong ontsteld op toen zijn blik op de deur viel. Daar stond in de portière de ge stalte van een non, die een vermanenden blik op Gerda had geworpen en dan weer haastig was verdwenen. „Wie is die non Reeds in de zaal was zij voortdurend in onze nabyheid. Wat wil zij van u „Zy behoort bij mij, zij is mijn Zuster." „De Ontzegging de zuster van het Ver langen „Schynt u dat zoo zonderling u, zoon van het Geluk En toch, hoe dikwijls wande len die beiden niet hand aan hand door het leven." „Van u moet zy verre blyven," ant woordde hy droevig. „Gy zyt niet voor ontzegging geschapen." LIMBURGSCHE verkiezing s- zeden. In de „Limb. Koerier" komt de vol gende advertentie voor van „Een ver ontwaardigd kiezer". Heeren kiezers district Sittard! Voor een paar dagen zag ik in eene gemeente van ons district verschillende dronken kiezers. Wie ook de candidaat zijn moge, die aan zulke schandalen plichtig is, geeft hem nooit uwe stem. Gewoonlijk is deze de slechtste der can- didaten, daar hij op zulke ergerlijke wijze moet bij winnen hetgeen hem aan zijn be kwaamheiden zijn prestige tekort schiet. Vooral drijft zulk een canditaat met uwe zedelijke belangen den spot. Leerplioh t-v eldwachters. Te TIEL had de Commissie tot We ring van Schoolverzuim den Gemeente raad verzocht eene politie-verordening te maken, waardoor het mogelijk wordt, dat leerplichtige kinderen, die gedurende de schooltijden op den openbaren weg worden aangetroffen, door de politie gebracht zullen kunnen worden naar het hoofd der school waar zij behooren. In verband met een geval, waarbij de vader onmachtig bleek te zijn om zijn kind naar school te zenden, heeft thans de Raad zonder hoofdelijke stem ming de navolgende verordening vastge steld in verband met art. 29 der Leer- pliohtwet „De ambtenaren van Gemeente- en Rijkspolitie zijn gemachtigd een kind, vallende onder de bepalingen der Leer plichtwet en dat zij gedurende de school tijden op den openbaren weg aantreffen, te brengen naar het hoofd der school tot welks leerlingen het kind behoort,tenzij het kind hun een bewijs vertoont waar uit blijkt, of zich bevindt in gezel schap van een volwassen persoon die verklaart, dat het een geldige reden van, of verlof tot tijdelijk schoolverzuim heeft. Genoemde ambtenaren zullen hierbij optreden met zachtheid en beleid, en in geen geval geweld gebruiken." Het geheim der Sche- voningsche duinen I De kleermaker G. P. van Poelgeest te s-GRAVENHAGE is door de Haagsche Rechtbank vrijgesproken van hem ten laste gelegde ontvoeringen van de knapen Van Wezel en Endlich. „Meent ge vroeg zij op een toon die hem het hart deed sidderen. «O gijj" fluisterde hij vol hartstochtelijke teederheid, „gy behoort mij gij behoort aan mij Zij ontstelde hevig, zat dan onbeweeglijk, alsof eene verlamming over haar was ge komen. Met een ruk nam hij zijn masker af en nu zag zij zijn mooi,geliefd gelaat, waarnaar zij zoo lang, zoo onbeschrijflijk innig had verlangd. Maar het was nu zoo ernstig, en in de anders zoo lachende oogen lag een nieuwe, vreemde uitdrukking. „Ik heb u doen ontstellen, vergeel mij maar ik kan niet anders, ik moet u zeggen, wat alles al op mij losstormt sedert ik u zag, u hoorde spreken." Nu sprong zij met een halfverstikten kreet van angst op en trachtte tevergeefs hare handen uit de zijne te bevrijden. Over zijn gelaat vloog een uitdrukking van schrik, hij meende haar te begrypen. „Gij denkt toch niet doch neen, gij zeidet immers dat gij my kendet en dan kunt ge ook niet gelooven, dat een Don Juan een avonturier met u heeft gezocht." Met een zachte beweging trok hij haar weer naast zich neer. „Zie, mij is het wonderlyk gegaan. Het geluk liep mij na. Ook de vrouwen heb ben mij verwendmaar ik had een talis man het was de herinnering aan mijne moeder." Hij had met allen eenvoud gespro ken, zonder eenige pralerij, die hem altijd reeds vreemd was geweest. Nu wendde hy het hoofd zacht naar haar om. „Ge kunt niet gelooven, hoe een lieve moeder zij was, wat Yoor eene vrouw ik vergeleek steeds, half onbewust, wanneer het leven mij een vrouw in den weg voerde, wier uiterlijk mij bekoorde, met haar. En nu, nu ik de vrouw heb gevonden, die alléén op Gods wereld my geheel bevredigen kan, die aH®en. kÜ mij behoort, nu wil zij gaan en my niet eens haar gelaat laten zien." WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1901 | | pagina 1