Marktvee. Donderdag 2 Mei 1901. 45ste Jaargang No. 3623, Bureau SCHAGEW, Laan, D 4. Uitgever P. TRAPMAN. Medewerker i J. W I Ai K E L. EERSTE KLAP, Gemeente Schagen. Bekendmakingen. Keuring van FEUILLETON. Binnenlandse!! Nieuws. HAGER Niems- RAAIT. AimiBiiic- k LuiiiiTllii Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden AÜVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dit nummer bestaat uit twee bladen. Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter kennis der Inge zetenen, dat de nieuwe 1 e e r 1 i n- g e n op Vrijdag- 3 JVIei a. s. op de Openbare Lagere School zullen worden toegelaten. Schagen, 26 April 1901. Burgem. en Weths. voornoemd, H. J. POT. De Secretaris, DENIJS. Kurgemoeste: en Wutliouiuïrs van Schagen; ^brengeu ter kennia van belanghebbenden, le. dat ter bettrijding der verspreiding van het mond- en klauwzeer tot nader bericht het rund vee, te Schagen ter markt gebracht wordende, vóór dit aldaar wordt toegelaten, zal moeten worden gekeurd door daartoe aangewezen deskundigen, en dat de dieren, gezond bevonden wordende, ten bewijze daarvan zullen worden voorzien van een kenteeken, zijnde een stempel, waarin de letter S., aangebracht met roode menie. 2e. dat de keuringen voorloopig zullen plaats hebben op de volgende plaatsen: a. van vee, komende van het jtoord en Loet, bij den ingang naar de markt vanaf het Eensgas ter hoogte van het huis van Hd Smit. b. van het vee, komende langs de tf oep en uit de richting van GvontetvaS, ter hoogte van hel Stations-Koffiehuis, bewoond door A.. Visser het vee, komende uit laatstgenoemde richting, zal naar de keuringsplaats moeten worden gedreven langs den nieuwen Stationsweg. 3e. dat de eigenaars van vee, zich in de kom der gemeente op de stallen of in de weide bevindende, dit, wanneer zij het ter markt willen brengen, mede, vooraf op de voor hen naastbijzijndeplaats ter keuring zullen moeten aanbieden. Schagen, den 9 April 1901. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. J. POT. De Secretaris, DENIJS. Aangitte van verhuizing. o- Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen voor zooveel noodig, met het oog op het verzuim, betrekkelijk het doen van aangifte ter Secretarie bij verhuizing binnen de gemeente, aan de ingezetenen in herinnering het bepaalde bij art. 5 van de politie verordening dezer gemeente, luidende als volgt: Ingeval van verhuizing binnen de gemeente zal daarvan binnen acht dagen behooren te worden kennis gegeven ter Secretarie der gemeente, te weten Voor een geheel gezin, inwonende dienst- enweik- boden daaronder begrepen, door het hoofd van dat gezin Voor afzonderlyk levende personen door henzelf; Voor de geheele bevolking van gestichten of andere inrichtingen, waar personen onder eenig bestuur te saaien wonen, door de bestuurders. Overtreding wordt gestraft met een geldboete van ten hoogste een gulden. Schagen, 29 April 1901. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. J. POT. De Secretaris, DENIJS. Klausen scheen zeer bewogen. „Geloolt U niet, Mathesius, dat ik het kan wagen „In elk geval, de dokter was het er volkomen meê eens. Goed succes." De mannen drukten elkaar de hand en Klausen keerde naar Helmers terug. Deze lag weder met gesloten oogen. Onzeker of hij sliep ot niet, ging Klausen zitten en nam een boekmaar in zijne ziel was de knagende onrust, die ons pleegt te pijnigen als men voor een ge wichtige beslissing staat hij las niet. En Helmers sliep niet. Toen bij dacht dat Klausen zat te lezen, opende hij de oogen en staarde naar het venster, waar de avondzon haar laatste schijnsel in wierp. En weder steeg in zijn gemarteld hoofd de vraag op, die hem kwelde sedert hij voor de eerste maal na zijne ziekte tot het volle bewustzijn was gekomen: „Wat nu?" Wat had hij anders geleerd wat was hij, wat presteerde hjj, zonder stem V roeger had hij gestudeerd, maar wat hielp hem dat nü En wanneer hij die studie nu eens weer opnam, daar waar hij toen was ge ëindigd, en wanneer het hem na jaren gelukte, ergens een plaats te krijgen, zou hij het dan uithouden in dien tredmolen, onder dien voortdurenden dwang, hjj, die aan zelfstandigheid en vr\jheid gewoon Vergadering van den Baad der gemeente OUDKABSPEL, op Maandag 29 April, des voormiddags half tien. Tegenwoordig alle leden en de Voorzitter, de heer E. E. F. Euhrhop, Burgemeester. Na de opening der vergadering worden de notulen van de voorgaande gelezen en zonder bedenkingen goedgekeurd. Het verslag van den toestand der gemeente over 1900 wordt, nadat het voornaamste daaruit is voorgelezen, voor kennisgeving aangenomen. Naar aanleiding van de op handen zijnde gewone vijfjaarhjksche herziening der straf verordeningen, brengt Voorzitter de geldende politie-verordening ter tafel. Algemeen vindt men goed, de verorden., die onlangs zijn vast gesteld, onveranderd te handhaven, terwijl na voorlezing ook van de andere verorden, de Baad geen voldoenden grond vindt tot het aanbrengen van wijzigingen. Alle bestaande verordeningen worden dus onveranderd op nieuw van kracht verklaard. Punt 3 der agenda: „Woning van den veldwachter", zal op voorstel van den Voorz. met gesloten deuren behandeld worden. Op de eerste-klasse-begraafplaats is volgens mededeeling van den Voorz. voortdurend gebrek aan ruimte voor het maken van graven. Uitbreiding is derhalve zeer gewenscht. Daar toe is echter noodig, dat een drietal hoornen daar ter plaatse wordt uitgerooid. Voorzitter vraagt daarom, of de Baad kan goedvinden, die boomen te doen verwijderen. Dan krijgt men weer ruimte voor een heele rij graven, terwijl de kosten kunnen worden bestreden uit de opbrengst van het hout. Aldus wordt goedgevonden. Voorts zon de Voorz., nu door den heer Vis een nieuwe plattegrond der begraafplaats wordt vervaardigd, willen zorgen, dat voortaan de grafruimten meer op vaste afstanden en diepten werden gemaakt en de aanduiding der verschillende graven niet verschoven of verplaatst werd, waartoe spreker iemand wilde belasten met het toezicht over de begraafplaats. Tot dusver had de heer A. Kroon zich met die administratie welwillend belast, wat heel vriendelijk van hem was, maar een belooning voor die werkzaamheden zon hem volgens mededeeling van den Voorz. zeer aangenaam zijn. Nadat nog eenigen tijd sub rosa over deze kwestie is gesproken, wordt besloten, den heer A. Kroon tot 1 Januari 1902 te belasten met het toezicht over de hegraaf- plaats, etc. In dien tijd vindt men wellicht gelegenheid, de zaak naar wensch te regelen. In de plaats van den heer K. Kroon, die als hooisteker had bedankt, en van den heer A. Eecen, die ook te kennen had gegeven, dat het hem aangenaam zon zijn, als een ander in zijne plaats werd benoemd, worden als hooistekers benoemd deheeren: F. de Boer en J. Pranger Jbz. Verder zijn nog hooi stekers de heerenA. Borst en Barsingerhorn. De toestand van de sloot achter de woning van Prijs eischt volgens den Voorz. dringend voorziening. De sloot is een verzamelplaats van allerlei vuilnis en stinkende stoffen, die daar maar onbewegelijk in blijven liggen. Een groote verbetering zou volgens spreker bereikt worden, als een pomp gelegd werd in den dam aan het einde der sloot, zoodat er zoo nn en dan gelegenheid was tot loozing van een en ander. Het leggen van zoo'n pomp met een doorlaatruimte van 20 bij 10 c.M. kostte, volgens opgave van den heer Vis, ongeveer f 20. was als een vogel? En plotseling luisterde hij weer naar die diepe, klagende melodie, die steeds opnieuw in zijn binnenste weerklonk vanwaar ze kwam wist hij niet, maar door zijn droo- men heen had ze weerklonken, vol en feestelijk, als de tonen van eene klok, en hem kalmte en rust gebracht. Zijn com positietalent Dat was het anker van zijn leven, waaraan hij zich vol hoop vastklemde. Wanneer dat mis was, dan bleef hem niets anders over dan de tredmolen, want leven dè,t wilde hij hij schaamde zich nu over dat zwakke oogenblik op de brug maar het is zoo moeilijk op aarde te loopen, als men gewoon is te zweven zich dan met gebroken vleugels te moeten voortsleepen. Klausen sprong op, het was hem alsof hij een zacht steunen had gehoord. Helmers wees op een vaas met rozen, die dicht bij hem stond. „Neem die bloemen weg," zeide hij zacht, „er zijn zoovele soorten, en waarom nu juist die Klausen'shand, die de vaas droeg, sid derde,en verwijtend zeide hij: „Je hebt nog niet éénmaal gevraagd, wie dagelijks die prachtige bloemen laat brengen." „Je hebt gelijk, ik ben ondankbaar. Wilken misschien? Zeg het me toch, ik kan het zoo moeilijk raden." Klausen sidderde. Hem was het alsof hij met wreede hand in een nog versche wonde moest grijpen. Hij ging naast zijn vriend zitten en nam diens hand in de zijne. „Die rozen groeien in den tuin van de familie Holmström." „Zwijg'' kreet de ander wild, „hoe I kan je dien naam nog durven noemen." De Baad is van oordeel, dat alleen de werkzaamheden aan den dam wel f 20. zouden kosten, zoodat het totaal bedrag merkelijk hooger zon zijn. De heer Hart zegt, dat voor zoodanige uit- loozing toestemming noodig is van de besturen van Geestmerambacht en Baaksmaatsboezem, en of die wel gretig gegeven zullen worden, meent spreker te mogen betwijfelen. Eindelijk vindt men goed, dat de Voorz. de noodige toestemming bij de betrokken bestu ren zal vragen en een begrooting van kosten zal doen opmaken. Een groote pomp, die slechts zoo nu en dan korten tijd opengezet behoeft te worden, acht men voorts heter, dan een kleine, die uit den aard weinig stroom verwekt en dus ook niet alles doet wegspoelen. Verder hecht de Baad zijne goedkeuring aan de volgende administratieve voorstellen 1. Vaststelling van een suppletoire begroo ting voor den dienst van 1900, bestaande uit: f 71.327a ontvangen voor, en uitbetaald aan de volkstellersf 1000.opgenomen en terugbetaald als kasleening en f 15.rente daarvantotaal dus f 1086.327a. 2. voldoening uit den post onvoorziene uitgaven dienst 1900, groot f583.89, van een totaal bedrag van f 255.557a, zoodat resteert f328.337,; 3. het doen van af- en overschrijvingen van en op de verschillende begrootingsposten die te hoog of te laag bleken te zijn geraamd, van een gezamenlijk bedrag groot f 828.897a- Voor kennisgeving worden aangenomen 1. kennisgeving dat het aandeel der ge meente in de kwade posten personeele belas ting dienst 1899 en grondbelasting dienst 1901 bedraagt f 48.12 2. idem, dat door den Bijksontvanger aan den Gemeente-ontvanger is uitbetaald een som van f 133.85 3. afscheidsbrief van den heer Poutsma, oud-districtsschoolopziener te Haarlem, met dankbetuiging voor de welwillende samen werking 4. missives H. H. Gedeputeerde Staten, mededeelende de benoeming van den heer Bijsens tot districts- en den heer Van Brassen tot arrondissements-schoolopz. te Alkmaar, het eervol ontslag van den heer Blum in laatst- gemelde betrekking en de benoeming en het ontslag van eenige schoolopzieners elders, o. a. Amsterdam 5. missive van Ged. Staten, begeleidende het goedgekeurde kohier der hondenbelasting 6. het algemeen landbouwverslag over 1898, 1ste gedeelte 7. de opgaven betreffende de herziening der. lastbare opbrengst van de gebouwde- eigendommen der gemeente. Als dagen waarop bij de periodieke verkie zing voor 2 leden van den gemeenteraad dit jaar zoo noodig de stemming en herstemming zullen plaats hebben, worden op voorstel van den Voorz. vastgesteld respect, de 2de en 9de Juli a. s. Ten slotte worden toegestaan de volgende afschrijvingen in de plaatselijke belasting P. de Geus Gz., 3 kwartalen hoofdelijke omslag, wegens vertrek uit de gemeente. A. Bak, 3 kwart. h. o. en een half jaar hondenbek, wegens vertrek uit de gemeente. Boekman, lhalfj. hondenbek wegens verkoop hond. K. Kroon K. Az., 1 half j. hondenbek wegens verkoop hond. H. Stöve, 3 kwart, h. o. en 1 half i. hondenbek, wegens vertrek. Ver kroost, 1 half j. hondenbek, wegens ver koop hond. Op een reclame van Jb. Bood tegen zijn aanslag in den h. o. wordt gunstig beschikt. Hierop gaat de Baad in geheime zitting. „Ik moet, Heinz; luister bedaard naar mij." „Ik wil niet I" schreeuwde Helmers nog luider. „Mijn God, ben ik dan niet ellendig genoeg; moet je mjj dan nog meer pijnigen „Je nog meer pijnigen, Heinz? Je weet wel beter. Ik breng je een geneesmiddel." Heinz draaide Klausen met een bitter lachje het gelaat toe. „Spreek." „Jij gelooft, dat de gravin met je heeft gespeeld Je doet haar bitter onrecht. Val mij nu niet in de rede." En nu vertelde hij, hoe hij Gerda reeds vroeger op concerten had gezien en zij hem steeds had liefgehad; hij vertelde van alles, wat er in den huize Holmström was voorgevallen en hoe in den strijd der gravin tusschen liefde en plicht, 't laatste had gezegevierd. Helmers had beide handen voor het gelaat geslagen; de schaduwen der sche mering werden grooter en grooter; het was vele seconden doodstil. Daarna ging Klausen voort: „Eerze haar zwaar lot op zich nam, wilde ze nog één enkele maal bij je zijn, al was het dan ook onbekend. Zij geloofde, dat jij haar waart vergeten. Maar het kwam anders uit. Je weet het. Zij leed onuitsprekelijk, maar ze had haar woord gegeven te zullen zwijgen tot de verloving definitief bepaald was zoo ook mevrouw Warnow." „Nu begrijp ik alles," mompelde Hel mers, „nu wordt veel, wat mjj raadselachtig was, helder en duidelijk." Hij stond op en stapte een paar maal met onzekere schreden door de kamer. Plotseling boog hjj zioh over de tafel naar Klausen over en zag hem doordringend aan. „Hoe weet gjj dat alles De lezing van den heer Van Kuijkhof Zondagmiddag te NIEUWE NIE- DOBP had heel weinig toehoorders. Behalve de heer A. Nieuwland, die den Spreker een vraag deed omtrent de neutrale school, ging alleen de heer Bonner van Hoogwoud in debat. In de eerste plaats verweet de heer Bonner aan de partijgenooten van den heer v. K. in de Tweede Kamer, dat zij, die, en zeer terecht, altijd zoo ageerden tegen de uitgaven voor militaire doeleinden, steeds trouw aan de discussiën voor de oorlogs- en marinebegroo- ting deelnamen. Als protest daartegen moesten zij, wilden zij consequent zijn, heslist weige ren zich met dien rommel in te laten. In de tweede plaats moesten de sociaal democraten bij al hunne illusies niet de illusie gaan koesteren, dat zij in het district Alkmaar de overwinning zonden behalen. De verkiezing van 1897, toen de heer Van Kuijkhof hier ook candidaat was en n. b. 115 stemmen behaalde, bewijst voldoende, dat een soc. dem. candidaat in het district Alk maar niet de geringste kans van slagen heeft. Wel bestond gevaar voor een andere moge lijkheid, waarop Spreker met nadruk wilde wijzen. De mogelijkheid n. 1., dat een anti- revolutionnair of katholiek de overwinning zou behalen door de verdeeldheid van de anti-clericale stemmen.Met ernst waarschuwde Spreker daarom tegen het steunen van de soc. dem. candidatuur, want mocht men misschien niet de hoogste waarde toekennen aan de politiek der vooruitstrevende democra ten, als men te kiezen had tusschen een liberaal en een clericaal, dan mocht de keuze toch niet twijfelachtig zijn. Want welke treurige toestanden het clericalisme in het leven riep, kon men waarnemen in alle landen waar de clericalen overheerschend waren. In Spanje, in Italië, in Oostenrijk enz., terwijl zelfs de huidige oorlog in Zuid-Afrika voor een belangrijk deel te wijten was aan clericale intx-iges in Engeland. Ten derde maakte de Spx-eker er den heer Van Kuijkhof een verwijt van, dat hij de drankkwestie in het geheel niet had opge noemd. Was Spreker het volkomen met den 'heer v. K. eens, dat het militarisme aan de welvaart van het volk in den weg stond, niet minder overtuigd was Spx-eker, dat de drank een even groote volkskanker was. Als geheel onthouder had Spx-eker heel graag de denk beelden van den heer v. K. omtrent de drankkwestie vernomen in dat opzicht was hij dus zeer teleurgesteld. Na repliek en dupliek van spreker en debatter werd de bijeenkomst door den Voorz., den hr. Uitenbosch van Alkmaar, gesloten met een woord van opwekking tot politiek leven. Bij Kon. besluit is benoemd tot Dijkgraaf van den ANNA PAULQWNA- POLDEB de heer C. Prins Sz., te Anna Paulownaen tot Heemraad de heer M. Ko men, te Anna Paulowna tot Heemraad van den polder WAABD en GBOET, de heer G. Blaauboer te Kolhorn. Tot burgemeester van A M- STEBDAM zal benoemd worden Mr. W. F. van Leeuwen, thans Weth. van Amsterdam. De heer Van Leeuwen werd den 18 April 1860 te Soerabaja geboren. Er loopt een knaap rond, té AMSTERDAM,die langs de huizen heiboenders verkoopt. De kleine man maakt goede zaken, omdat hij overal met een leuk gezicht verze kert dat de boenders gemaakt zijn op de hei de van Prins Hendrik, die thans ontgonnen wordt. Als souvenir aan die heide, maar meer nog om de snedigheid van den jongen, koopt menigeen een heihoendertje. Weder aarzelde Klausen; dan zeide hij langzaam „Dat alles weet ik van haar zelf. Terzelfder tjjd dat jij hier met den dood worsteldet, sloot buiten op Rosau een oud man de oogen. Wellicht was de wisseling in het leven van den man te groot; hij kreeg een beroerteGerda echter Heinz, jongen, nu kan jij je verheugen, verbrak dadelijk de verloving, die ze slechts op bevel haars vaders had gesloten, en nu is ze weer vrij." Met wijdopengesperde oogen keek Helmers zijn vriend aan. „Maar mensch, ben je dan niet blij riep Klausen, buiten zichzelf van verwon dering; „zij heelt een vreeselijken strijd gestreden, men wilde haar haar woord niet teruggeven, om zich zoodoende het schan daal, de vernedering te besparen. Ach, Heinz, wat is het een heerlijke vrouw." Helmers legde plotseLing beide armen op de tafel, verborg zijn gelaat daarin en begon hartstochtelijk te weenen. Zeer getrofien en radeloos stond Klausen naast hem. „Niet je opwinden," smeekte hij, „om 's hemels wil, je niet zoo ver bazend opwinden." Helmers hief eindelijk het hoofd op en een smartelijk lachje speelde er om zijne lippen. „Mijn getrouwe vriend," zeide hij teeder, „maak je maar niet bezorgd. Mij is het veel ruimer geworden, nu ik eens geweend heb. Maar dat alles, wat jij mij hebt gezegd, helpt mij niet, dat is als een fata morgana. Je hadt mij beter moeten kennen, oude jongen ik heb het recht niet meer den man van eene vrouw te zijn." „Ik heb geweten, dat je zoo zoudt spreken." Zaterdagavond tusschen half tien en half elf had te HEEBEN VEEN een geducht onweder plaats. De bliksem sloeg in de tweede verdieping der woning van den wixikelier A. Zanstx-a. De brand werd spoedig geblnscht. Het bleek dat de compositiepijpen der gasleiding waren gesmolten. Hoe vreemd de bliksem zich een weg kan banen, bleek ook nn weer, daar een blikken kistje met tabak doorboord,en de tabak ver schroeid was. Langs welken weg de bliksem zich een uittocht gebaand heeft, is een raadsel. De heer H. Bruin herdenkt 1 Mei den dag, dat hij voor 50 jaar werd aangesteld als watermolenaar van den polder N. M. te ZIJPE. Te HEEBLE-WOUW (N.-B.) bestaat het aartsvaderlijk gebruik, dat bij eene deftige boerenbruiloft al de familieleden en kennissen verzocht worden. Dezer dagen had zulk een ouderwetsche bruiloft plaats. Na de kex-ke- lijke plechtigheid vereenigden de bruilofts gasten zich aan den disch en verorberden een gemesten os, een vet kalf, twee vette varkens, dertig kippen, drie ovens brood, twee hectoliters koffie, plus 700 liter bier. Gel ij k thans is gebleken' moet het spoorwegongeluk, dat Woensdagj.1. op het emplacement te LEEUWARDEN plaats had, worden geweten aan den wissel wachter, die, den trein ziende aankomen, in de haast een verkeerden wissel overtrok. De justitie heeft zich de zaak aangetrokken. Nadat eerst de wisselwachter was geschorst, is hij later op een post van minder belang geplaatst. Protestanten en Joden. ..uit heem s c h Het volgende vermakelijke bericht xxit WAALWIJK vinden we in de „Nbr." „Zelfs boven den Moerdijk is de groote ver draagzaamheid der Katholieken van Noord- Brabant als 't ware spreekwoordelijk gewor den. In stad en dorp genieten de minderhe den dezelfde sympathie, dezelfde achting, de zelfde clandisie. De Katholieken vragen zich niet af, of een hunner levex-anciers protestant of Israëliet is. „Te betreuren is het daarom, dat nu en dan die minderheden zelf optreden op een wijze, die wel eens tot gevolg kon hebben, dat de Katholieken tot andere besluiten kwamen. „Zoo bijv. achten zich hier de Katho lieken en zeer terecht gekrenkt door het handjevol protestanten en joden. „Steeds was het In onze Katholieke pro vincie gebruik, dat voor den bouw eener B. K. kerk de gemeente-bestxxren een subsi die verleenden. Ook in Waalwijk heeft de nieuw benoemde pastoor, de ZeerEerw. heer J. Knijpers, zich tot den Baad gewend met verzoek om f 5000 subsidie. En zie, nauwe lijks is die aanvraag geschied, of een reqnest wordt gericht tot den Baad door enkele an dersdenkenden, om die subsidie niet te ver- leenen. „Zoo wordt de gastvrijheid beloond, die vreemdelingen (want zoowel protestanten als joden zijn uitheemsch) hier ten allen tijde ge noten hebben. „Dat bedoeld reqnest veel kwaad bloed zet, is waarlijk te begrijpen." Als nieuw bewijs van de gerin ge waarde, die de xxien tegenwoordig hebben, meldt men ons xxit KRUINENGEN, dat dezer dagen een partjj van 500 H. L. is verkocht vooreen dubbeltje. (M. C.) „Dan dank ik je, dat je niet geringer van mij hebt gedacht. En één goed ding heeft dit uur toch uitgewerktik zal mij voortaan niet zoo zwak en ellendig aan mijn leed overgeven. Ik zal Gerda toonen, dat de mensch Helmers ook nog wel tot iets deugt, al is de kunstenaar nu dood. Hoe ik mijn leven ook zal inrichten, ten gronde gaan dat moet, dat mag niet." Hij had het hoofd in den nek geworpen, uit zijn oogen vlamde de vroegere levenskracht. „Je bent nog niet heelemaal beter, Heinz, vergeet dat niet," waarschuwde Klausen dringend. „Voor den strijd in het leven heelt men in de eerste plaats een ijzers terke gezondheid noo dig." „Dat weet ik wel. En daar mijne middelen het mij veroorloven, zal ik een paar weken naar Ems gaan. Ben je tevreden Klausen zuchtte. „Ja maar en wanneer de gravin Een schaduw verdonkerde Helmers' gelaat. „Vandaag niets meer daaroverhet doet mij zoo'n pijn. En dan och, vergeef mij maar ik wilde zoo gaarne alleen zijn. Een poosjeNeem het mij niet kwalijk.'' „Hoe zou ik dat kunnen? Over een uurtje kom ik terug." En Klausen verliet met beduidend verlicht hart het huisnu had hjj weer hoop. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1901 | | pagina 1