Marktvee.
INGEZONDEN.
Polei orarólt der wee!.
Keuring van
Zondag 5' Mei 1901.
45ste Jaargang No. 3624,
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
AÜVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Bureau ®CHAGEJ¥, Laan, D 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
MedewerkerJ. WIKKEL.
Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.26 iedere regel meer 5 cf.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
EERSTE BLAD,
De meest elegante Modellen
Gemeente Schagen.
Bekendmakingen.
ay 8» Apr.1 HOI.
Buitenlandsch Nieuws.
Transvaal.
Binnenlandsch Nieuws.
AllClEEl liïlIS-,
AAIT
Aiitrttiiis- LaiiiEiTllil
Dit nummer bestaai uit twee bladen.
van diverse Costumes, of onderdeelen
daarvan, van Mantels, Kinderjurken en
onderkleeding, worden, met uitvoerige
toelichting, in HET NIEUWE
MODEBLAD opgenomen.
Elk nummer telt acht groot folio blad
zij den,bezaaid met afbeeldingen, ook van
handwerken. Ongerekend het groot
patronenblad, hetwelk daaraan
is toegevoegd en dat een praktischen leid
draad biedt voor het navolgen van de
elegante coupe der verschil
lende toiletten.
Voor de praktische huisvrouw is het
blad evenzeer een trouwe raadsman,
als voor wie hoogere eischen stellen.
De uiterst geringe prijs is voor nie
mand, die belangstelt in Mode-Artikelen,
een beletsol, zich op dit uitnemend tijd
schrift te abonneeren. Prijs f 0.55 per
drie maanden (franco per post t 0.75.)
gjflg Men teekent in bij den Uitgever
van deze Courant.
Met No. 13 is het nieuwe kwartaal
begonnen.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlichtingen te
bekomen omtrent 2 achtergebleven tij men gevuld
met boter.
Bekendmaking.
Openbare vergadering van den Raad der gemeente
SCHAGEN, op Dinsdag 7 Mei 1901, voormiddag,,
ten 10 ure.
Punten van behandeling
1. Ingekomen stukken.
2. Benoeming Leden schoolcommissie.
Sstembureaux
4. Vaststelling kohier hondenbelasting.
5. Hoofd, omslag.
Schagen, 3 Mei 1901.
De Burgemeester,
H. J. POT,
{Niet geplaatste ingezonden stukken wor
den nimmer teruggegeven
Aangifte van verliu izing.
o-
Bnrgemeester en Wethouders van Schagen brengen
voor zooveel noodig, met het oog op het verzuim,
betrekkelijk het doen van aangifte ter Secretarie bij
verhuizing binnen de gemeente, aan de ingezetenen
in herinnering het bepaalde bij art. B van de politie
verordening dezer gemeente, luidende als volgt:
Ingeval van verhuizing binnen de gemeente zal
daarvan binnen acht dagen behooren te worden kennis
gegeven ter Secretarie der gemeente, te weten
Voor een geheel gezin, inwonende dienst- en wei k-
boden daaronder begrepen, door het hoold van dat
gezin
Voor afzonderlijk levende personen door henzelf j
Voor de geheele bevolking van gestichten of andere
inrichtingen, waar personen onder eenig bestuur te
samen wonen, door de bestuurders.
Overtreding wordt gestraft met een geldboete van
ten hoogste een gulden.
Schagen, 29 April 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
DENIJS.
Burgemeester en Wethouders van Schagen;
brengen ter kennis van belanghebbenden,
le. dat ter bestrijding der verspreiding v&n het
mond- en klauwzeer tot nader bericht net rund
vee, te Schagen ter markt gebracht wordende, vó<5r
dit aldaar wordt toegelaten, zal moeten worden
gekeurd door daartoe aangewezen deskundigen, en dat
de dieren, gezond bevonden wordende, ten bewjjze
daarvan zullen worden voorzien van een kenteeken
zjjnde een stempel, waarin de letter 8., aangebracht
met roode menie.
2e. dat de keuringen voorloopig zullen plaats
hebben op de volgende plaatsen
a. van vee, komende van het Xoord en JLoet,
bij den ingang naar de markt vanaf het Rensgas
ter hoogte van het huis van Hd. Smit.
b. van het vee, komende langs de Hoep en uit de
richting van Grootetcalter hoogte van het
Stations-Koffiehuis, bewoond door A. Visser
het vee, komende nit laatstgenoemde richting, zal
naar de keuringsplaats moeten worden gedreven langs
den nieuwen Stationsweg.
3e. dat de eigenaars van vee, zich in de kom der
femeente op de stallen of in de weide bevindende,
it, wanneer zij het ter markt willen brengen, mede
vooraf op de voor hen naasibjjzjjnde plaats ter keuring
zullen moeten aanbieden.
Schagen, den 9 April 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
DENIJS.
Verklaringen rrir. Fokker
in zake onderwijs.
Mijnheer de Redacteur
Beleefd verzoeken de ondergeteekenden
eenige plaatsruimte naar aanleiding van het
bericht in uw blad (Alhn. Courant), betrek
king hebbende op de verhouding der onderwij
zers tot de candidatuur van mr. E. Eokker.
De schrijver van het bewuste episteltje
zegt, dat deze candidatuur bij de onderwijzers
waarschijnlijk weinig steun zal vinden, in de
eerste plaats, omdat de heer F. is tegen on-
derwijs-Rijkszaak en in de tweede plaats om
dat, in verband daarmee, het voorstel-Scha-
gen niet kan rekenen op den steun van den
tegenwoordigen afgevaardigde van Alkmaar
in de 2e Kamer.
We zouden willen vragen, hoe weet de
correspondent, dat de meeste onderwijzers zijn
vóór onderwijs-Rijkszaak Verder meenen we
te moeten opmerken, dat voor onderwijs-Rijks
zaak, letterlijk opgevat, zeker nagenoeg nie
mand is. Er zal dan ook wel hedoeld worden
openbaar onderwijs. Toch kennen we vele
collega's, die weinig heil zien in het onder
wijs-Rijkszaak en de onderwijzers-Rijksambtena
ren.
Maar al is iemand hier vóór, dan kan dit
toch weinig invloed hebben op de aanstaande
verkiezingen, daar niemand deze kwestie
voor urgent zal verklaren, om in de eerstvol
gende zittingsperiode aan de orde te brengen.
Wat het tweede bezwaar tegen den heer
Fokker betreft, kunnen we de verzekering
geven, dat de afgevaardigde van Alkmaar
alle moeite zal doen het aanhangige wets
ontwerp te doen aannemen, zooveel mogelijk
geamendeerd in het belang der onderwijzers,
maar dat hij amendementen zal trachten te
vermijden, welke het ontwerp bij eindstem
ming in gevaar mochten brengen. We durven
beweren, dat de heer E. veel verder zou
gaan, als de partijverhoudingen anders waren.
Weliswaar wordt met het aanhangige wets
ontwerp niet bereikt, wat Schagen wil, maar
wij zeggen„Beter een half ei, dan een
ledige dop."
Waren we nog een half jaar van de ver
kiezingen verwijderd, dan hadden we, vooral
na de verklaringen van den heer Meijer
Drees, waarmede we 't eens zijn, de behan
deling van de salarisregeling in de 2e Kamer
afgewacht. Daaruit zou voldoende gebleken
zijn, dat de heer F. ernstig streeft naar ver
betering van het lot der onderwijzers. Vol
vertrouwen durven we daarom schrijven
„Collega's, schort desnoods uw oordeel op tot
de openbare beraadslagingen hiervan afge-
loopen zijn."
't Is den correspondent van het bewuste
stukje misschien te doen geweest een indruk
weer te geven, zonder nog zoozeer te letten
op de motieven.
't Zij ons vergund onzen indruk als afge
vaardigden van de Afd. Schagen van het
N. O. Gr. naar den heer Fokker mede te
deelen.
Toen we na het bedoelde bezoek weer door
s-Gravenhage's straten dwaalden, was het
eerste wat we tegen elkaar zeiden„Re lieer
Fokker is volkomen op de hoogte van de geheele
salarisbeweging, hij toont te zijn een man uit
één stuk, een man van beginselen, die niet voor
een Kamerzetel handdrukjes naar links en rechts
zal geven, maar die onomwonden zijn meening
zegt en motiveert."
We hadden niet gedroomd deze woorden
ooit wereldkundig te maken, te meer, daar
we vrijwillig hadden te kennen gegeven in
de pers geenerlei mededeelingen te doen,
maar de omstandigheden hebben gemaakt,
dat we, met medeweten en goedkeuren van
den heer Fokker, besloten hebben van dat
voornemen af te zien.
Met beleefden dank voor de opname, tee
kenen we ons, M. d. R.,
Uw dw. dienaren,
J. PORTE.
G. HOLLE.
„Niemand heeft in Duitschland het recht,
eenig product goedkooper te koopen, dan het
op den bodem van het eigen vaderland kan
worden voortgebracht." Het is deze econo
mische stelling, waarom de geheele binnen-
landsche politiek van Duitschland draait.
Hoogst jammer voor het Duitsche volk is
het, dat, wanneer genoemd agrarisch parool
den grondslag van Duitschland's welvaart
moet vormen, zulk een klein deel van dat
volk de sclioone vruchten van dien bloei
zal trekken. Enkel de grondeigenaars, die
meer graan verbouwen dan zij zelven noodig
hebben, zullen van hooge graanprijzen profi-
teeren. En dat zijn ten hoogste 15 van
alle grondbezitters, nl. de groote eigenaars.
Onder de overige 85 zijn 75 u/o> die zelf
graan moeten bijkoopen en dus nadeel van
liooger prijzen zullen hebben. De kleine
boeren zullen, evenals de werklieden en de
bewoners der steden, duurder brood moeten
eten, alleen om de zakken der landjonkers
aan gene zijde der Elbe te vullen. Doch deze
landjonkers vormen de fondamenten, waarop
het Huis van Hohenzollern is gebouwd, hun
invloed ten hove is groot, zoodat er groote
kans bestaat, dat het eigen belang van
enkelen zal zegevieren over dat der menigte.
Het is bekend, dat de Keizer en de kanselier
groote voorstanders zijn van eene uitbreiding
van het Pruisische kanalennet. Reeds eenmaal
leed eene voordracht tot verbetering en uit
breiding der waterwegen schipbreuk op den
tegenstand der Agrariërs, die als loon voor
hunne stem verhooging van graanrechten
eischten. Opnieuw komt thans de kanalen-
voordracht aan de orde. Volgens het nieuwe
plan zijn de aanlegkosten op 390 millioen
mark geraamd, wat de schatkist met eene
jaarlijksche uitgaaf van 17 millioen zal be
lasten. De verhooging der graanrechten,
welke de grondeigenaars verlangen, zal den
last der bevolking van Duitschland jaarlijks
met 500 millioen verzwaren. De Agrariërs
eischen dus dertigmaal zooveel, als de kanalen
elk jaar zullen kosten. En dat nog wel een
dertigvoud, dat, als drukkende op de eerste
levensbehoeften, in de eerste plaats door den
onbemiddelde gevoeld zal worden.Opdat han
del en industrie de voordeelen van verbeterde
gemeenschapsmiddelen zullen genieten, zal
de bevolking jaarlijks een som moeten betalen,
gelijk staande aan het totaal bedrag van den
kanalenaanleg. Het is niet te verwonderen,
dat vele voorstanders der kanalisatie tot dien
prijs de nieuwe vaarwaters te duur gekocht
achten.
De hooge eischen der Agrariërs, de tegen
stand der groote steden en nijverheids
districten, en niet minder het nauwe verband
tusschen Duitschland's economische binnen-
landsche politiek en zijn bnitenlandsche staat
kunde brengen graaf Von Biilow in groote ver
legenheid. Het plan om de Agrariërs te ver
schalken, is ook al niet gelukt. De kanselier
had gedacht, eerst de kanaalwet af te doen
en daarna een voorstel tot wijziging der
tarieven in behandeling te nemen. Op een
vraag, wanneer de kanselier de graanrechten
aan de orde dacht te brengen, antwoordde
deze, dat deze plannen bij de Zuid-Duitsche
regeeringen ter bestudeering waren gegeven, 1
zoodat eene ofïïciëele behandeling eerst in de
najaarszitting plaats zou kunnen hebben.
Hierop volgde van de Agrariërs de opmer
king, dat men dan ook tot dien tijd het
kanaalplan wel van de rol kon nemen; Met
andere woordengeen geld, geen Zwitsers, j
Men gelooft dan ook zeker, dat de kanaalvret
verworpen zal worden, wanneer de tarieven-
kwestie in de tweede plaats in behandeling
komt. Intusschen is de conservatieve pers
eene campagne tegen het ministerie begonnen.
Zeer oprecht merkt een dier organen aan,
dat al de ministers, met den kanselier voorop,
rijp zijn om hunne biezen te pakken.
't Heeft er werkelijk iets van, dat de
aanval op het ministerie succes zal hebben. I
De bom is evenwel wel wat naar de verkeerde
zijde gesprongen. In plaats dat de conser
vatieve hofpartij den heer Von Bülow onmo
gelijk wist te maken, is aan de heeren Van
Miguel, Yon Haininerstein en Yon Brefeld
ontslag verleend. Von Miguel en Von Brefeld,
de ontwerpers van het kanaalplan, hebben
hunne krachten in het oog des Keizers
overschat door de voordrachten in te dienen
zonder zich eerst van een goeden uitslag te
verzekerende heer Von Hammerstein, een
j aarts-conservatief, heeft moeten boeten voor
de koppigheid zijner partijgenooten.
Mèt de tijding van deze ontslagen, kwam
mede het bericht tot ons, dat de geheele
Rijksdag voor onbepaalden tijd naar huis
wordt gezonden.
Daarmee zijn dan deze voor Duitschland, ja
voor geheel Europa zoo belangrijke kwesties
voorloopig van de baan geschoven. De rich-
I ting immers, die de kanselier, door den drang
der Agrariërs, genoodzaakt was in te slaan,
scheen de bestaande politieke verhoudingen
in groot gevaar te brengen. Rusland, Hon-
gerije en Italië, om van andere landen maar
niet te spreken, wapenden zich reeds tegen
het verscherpte protectiestelsel.
Rusland had zich reeds voorbereid op
een handelsoorlog met Duitschland en was
al tot een aanval op de Duitsche industrie over-
gegaan. Hongarije's warme vriendschap voor
Duitschland bleek de proef der verhoogde in
voerrechten ook al niet te kunnen doorstaan,
terwijl Italië klaarblijkelijk door Duitschland's
beschermende handelspolitiek in de armen van
Frankrijk werd gedreven. Vooral voor Italië,
met zijn ellendigen binnenlandschen toestand,
is het behoud en de uitbreiding der Duitsche
markten eene levenskwestie. Van al de Eu-
ropeesche landen wordt de strijd om het
bestaan in het jongste der groote mogend
heden, bij land en volk beide, het scherpst
gevoerd. Vruchteloos tracht sedert jaren het
rijk zijn afvoergebied te vergrooten, vruchte
loos kampt de bevolking, om de misstanden
van eenwen op te ruimen of te verbeteren.
De gevolgen daarvan blijven niet uit en doen
zich in velerlei vormen aan het oog voor.
Landverhuizingen op groote schaal, anarchis
tische aanslagen, republikeinsche woelingen
en werkstakingen,toenemende in aantal,zijn aan
de orde van den dag. Nauwelijks is de eene
staking geëindigd, of een nieuwe breekt uit.
Op de werkstaking te Genua volgde die in
Bologna en thans zijn het landarbeiders in
Mantua en Verona, die den boel in rep en
roer brengen.
Bij al deze uitingen van ontevredenheid
hebben bloedige vechtpartijen tusschen de
regeeringstroepen en de stakers plaats, waar
door de verbittering natuurlijk weer nieuw
voedsel krjjgt. Eene werkstaking van ver-
bazenden omvang wordt in Engeland voor
bereid. Het ministerie Salisbury-Ckamberlain
heeft, om de groote uitgaven voor den Zuid-
Afrikaanschen oorlog te kunnen dekken, zijn
toevlucht tot nieuwe belastingen moeten
nemen. Zij zullen bestaan in eene verhoogde
inkomstenbelasting, «ene suikerbelasting ea
een uitvoer belasting op steenkool. Het is
vooral de steenkoolbelasting, die de
gemoederen in beweging brengt. De
mijneigenaars en arbeiders-syndicaten vreezen,
dat, door deEngelsche kolen met 60 cents per
ton te verhoogen, de mijnbouw gevoelig getrof
fen zal worden. Ze zien de Engelsche uitvoer-
markt weldra geslagen door het zwarte goud
uit Duitschland en Amerika. Om nu den
minister te dwingen, van den ingeslagen
weg terug te komen, wordt in alle kolen-
districten de werkstaking gepredikt. Op eene
meeting van den mijnwerkersbond werd met
algemeene stemmen tot de „strike" besloten.
Dinsdag a. s. zal eene voor het geheele land
geldende beslissing worden genomen. Is de
uitslag gunstig, waaraan bijna niet getwijfeld
wordt, dan zullen 760.000 arbeiders in het
vereenigd koninkrijk den arbeid neerleggen.
Merkwaardig is het zeker dat de stakers op
de volkomen sympathie der mijneigenaars
kunnen rekenen. Wat of Chamberlain wel
van deze nieuwe soort van oorlog zeggen zal
't Wordt weldra een heele toer,
nieuws uit Afrika te melden. De toevoer van
berichten is zoo schaarsch,ze zijn van zoo weinig
beteekenis, dat 't bijna 't melden niet waard is.
We moeten ook ditmaal weer tevreden zijn
met een paar succesjes, door Kitchener uit
Pretoria gemeld
Generaal Grenfell viel de Boeren aan bij
Bergplaats bij Halvertsberg, waar de laatste
Lange Tom in stelling was, en opende het
vuur op 10.000 yards. Kitchener's „Fighting
Scouts drongen snel voorwaarts tot 3000
yards afstand, waarop het kanon werd opge
blazen en de Boeren vluchtten. Er werden
tien man gevangen genomen.
Van andere colonnes is bericht ontvangen,
dat tien Boeren sneuvelden, zes werden ge
wond en evenveel gevangen genomen; zestig
Boeren gaven zich over, 40.000 rounds geweer
patronen werden buitgemaakt. De Britsche
verliézen bedroegen vier dooden en zeven
gewonden.
Een correspondent bij generaal Plumer's
colonne meldt van 29 April van Olifantsrivier
Kolonel Jeffries, die in het Oosten opereert,
viel de Boeren aan, dreef hen terug en nam een
hoeveelheid vee. De vijand liet een doode en een
gewonde achter, onze verliezen waren 1 doode
en drie gewonden. In andere streken werden
hoeveelheden vee en wagens buitgemaakt.
••f:
Een niet onbelangrijk bericht, al is het
ook niet van jongen datum, is het volgende:
„De Colonnes, die in noordelijk Transvaal
opereeren, zullen het Zoutpansbergsehe door
trekken. Het doel van de beweging, is het
land te berooven van allen voorraad en
middelen van vervoer, die de Boeren van dienst
kunnen zijn.
„Generaal Erench heeft zijn beweging
voltooid, en ofschoon hij er in slaagde, groote
hoeveelheden vee en wagens te nemen en hij
veel goed werk heeft verricht, kan men niet
zeggen, dat hij de taak die op hem rustte,
geheel heeft vervuld welke taak behalve in
de verwoesting van het land ten Oosten van
den spoorweg van Natal naar Pretoria een
gemakkelijke taak met de strijdmacht die hij
bij zich had ook had moeten bestaan in
het verpletteren van commandant-generaal
Louis Botha.
„In deze laatste taak is hij niet geslaagd,
daar Botha nog 3000 tot 4000 vechtende
burgers onder zich heeft."
Een telegram in de Express zegt, dat de
Boeren weer elke gelegenheid aangrijpen, om
treinen te doen verongelukken, onverschillig
hoe en welke. Er worden nu bizondere voor
zorgen genomen en het gevolg van het ver
scherpte toezicht is geweest het vinden van
dynamiet-ontploffingsdopjes op verschillende
plaatsen.
Welke reusachtige kerkhoven overal in
Zuid-Afrika als zwijgende getuigenissen uit
dezen noodeloozen en onrechtvaardigen oorlog
tot in verre tijden van Engeland's onmacht
tegenover twee kleine republieken zullen
gewagen, leert het volgend eenvoudig berichtje
uit Bloemfontein van 6 AprilHedennamid-
dag werd een belangwekkend werk met
goed gevolg door de dames van het Loyal
Women's Guild ten uitvoer gebracht, die prach
tige bloemenkransen plaatsten op de graven der
1500 soldaten in de plaatselijke begraafplaats.
Bij de zoo vele generaals, die reeds naar
Engeland zyn teruggekeerd, komt nu ook
waarschijnlijk nog Frenclide Dajly-Mail
bericht zijn terugkeer naar Engeland tenminste.
De groote Cecil Rhodes is ziek zijn toestand
baart zorg bij zijn vrienden.
Onder dato 2 Mei wordt officieel uit
Kaapstad gemeld, dat in de afgeloopen week
63 gevallen van pest voorkwamen, en 32
sterfgevallen.
Tot nog toe zijn voorgekomen 519 ziekte
gevallen en 217 sterfgevallen.
Een ziektegeval, dat alle symptomen van
pest vertoonde, is voorgekomen te Mafeking.
De Daily Mail verneemt uit Brussel, dat
7000 Kaapsclie Hollanders zich bij de Boeren
hebben gevoegd.
i
De „Evening Bost" heeft een telegram nit
Washington ontvangen, dat Moutagu White
het departement van Buiteulaudsclie Zaken
medegedeeld heeft, dat President Kruger in,
Augustus een bezoek aan de Vereenigde Sta
ten zal Brengen.
Hem werd medegedeeld, dat President Kru
ger hartelijk, doch niet officiéél zou worden
ontvangen.
- De Afd. BARSINGERHORN van
„Het Witte Kruis" hield den lsten Mei hare
gewone vergadering ten huize van den heer
N. de Jong te Barsingerhorn.
Aanwezig waren 16 leden.
De Voorzitter, de heer J. Kooiman, was,
wegens dringende familie-omstandigheden,
verhinderd deze vergadering bij te wonen,
waarom het bestuurslid de heer L. W. van
der Meer, zijne plaats alhier vervulde en de
vergadering opende.
Uit het verslag, dat door den Secretaris,
den heer Dr. Beeker, uitgebracht werd, is
het volgende te vermelden. Het aantal
leden dezer Afdeeling bedroeg op 1 Januari
1901, 178. Van het verplegingsmateriëel is
in het vorige jaar zeer vaak gebruik gemaakt
en over de behandeling en terugbezorging
ervan is, op eene enkele uitzondering na, niet
te klagen geweest. Toch moest spreker tot
zijn spijt herhalen, wat hij in eene vorige
vergadering alreeds had ter sprake gebracht,
dat men n. 1. wat meer zorgvuldigheid
ging toepassen bij het gebruik van wind-
kussens, een artikel, dat bij schijnbaar ge
ringe beschadiging onbruikbaar gemaakt
wordt en daarenboven, evenals alle gummi-
artikelen, in den laatsten tijd zeer hoog
in prijs is gestegeneen windku6sen, dat
de Afdeeling vroeger op f 7.50 kwam te
staan, kost thans f 9, buiten emballage en
porto's. Het Bestuur der afdeeling heeft zich
dan ook genoodzaakt gezien, nauwlettend na
te gaan bij de afgifte van nieuwe kussens, of
bij terugbezorging na het gebruik daarvan
ook iets aan het verplegingsmaterieel man
keert, in welk geval de laatste gebruiker ge
houden zal zijn, een gelijk nieuw windkussen
te vergoeden.
Wat de besmettelijke ziekten aangaat,
deelde Spreker mede, dat in de laatste maan
den van 1900 wel niet veel, maar toch onaf
gebroken zich gevallen van typheuse koortsen
hadden voorgedaan, die, helaas ook een paar
sterfgevallen hadden veroorzaaktin die ge
vallen was ontsmetting toegepast.
Dank zij de medewerking van het Ge
meentebestuur, zullen in het vervolg alle
ontsmettingen geschieden vanwege de Afdee
ling daarbij zullen de ontsmettingsstoifen
bekostigd worden door de Afdeeling, terwijl
de vergoeding van den ontsmetter moet wor
den gedragen door de belanghebbende parti
culieren en bij on- of minvermogenden door
de gemeente. De Burgemeester zal bij voor
komende gevallen kennis geven, wanneer
ontsmet moet worden.
Door deze regeling, merkte Spr. aan, zal
worden voorkomen het verwijt, dat men het
afdeelingsbestuur weieens heeft gemaakt, van
bi gegeven gevallen niet krachtig genoeg op
te treden. Men scheen daarbij te vergeten,
dat „Het Witte Kruis" op dit punt niet te
bevelen heeft; dat heeft zelfs de plaat
selijke geneesheer niet. Hij kan alleen de
wenschelijkheid uitspreken tegen
over het gemeentebestuurmeer niet.
Na het verslag van den Secr. kwam aan
de orde het verslag van de Commissie,
benoemd tot nazien der rekening van den
Penningm. De heer Bol bracht dit verslag
uit. Over het jaar 1900 hadden de ontvangsten
bedragen f 482.84, de uitgaven f 469.64',
alzoo bedroeg het batig saldo f 13.19'.
Punt 3 en 4 van de agenda betroffen
verkiezingen van bestuursleden, de eerste
wegens aftreding van den heer J. Kooiman,
die niet herkiesbaar was, de tweede wegens
vertrek van den heer E. Kluijver. Die ver
kiezingen liepen ditmaal vrij vlug af. Voor
de eerste vacature werd gekozen de heer
P. R. A. van Meurs, die de benoeming
aannam en voor de tweede de heer T. Koomen,
niet ter vergadering aanwezig.
De aanwezige bestuursleden benoemden
intusschen den heer Van Meurs tof Voorz.
der Afdeeling.
De waarnemende Voorz. deelde deze benoe
ming mede aan de vergadering, herdacht in
een kort woord de groote verdiensten van
den afgetreden Voorz., den heer J. Kooiman,
diens ijver en toewijding, vanaf de oprichting
der Afdeeling steeds betoond, en gaf de leiding
der vergadering hiermede over aan den heer
Van Meurs, die de vergadering dankte voor
het in hem gestelde vertrouwen en zijn voor
nemen te kennen gaf zich dat vertrouwen
niet geheel onwaardig te maken.
Hierna gaf de heer Dr. Beeker verslag van
zijne zending als afgevaardigde naar de vori
ge algemeene vergadering en daarop volgde
ten derden male eene stemming, n.1. die voor
een afgevaardigde en zijn plaatsvervanger voor
de eerstvolgende algemeene vergadering. Geko
zen werden Dr. Beeker als afgevaardigde en
de heer J. Kooiman als plaatsvervanger.
Punt 7, behandeling van de agenda voor de
Mei-vergadering, lokte weinig bespreking
uitde vergadering kon zich zeer wel veree
nigen met het voorstel „Venhuizen en Hem".
Omtrent punt 8: verzoek van den bode om
verhooging van jaarwedde, was men het
minder spoedig met elkander eens. De belan
gen der kas en de verdiensten van den bode
kwamen met elkander in botsing en na
eenige discussie werd met groote meerderheid
van stemmen besloten, dat den bode zijn ver
zoek om verhooging van jaarwedde, tot een
bedrag van f 15, zou worden toegestaan.
Een voorstel van den heer C. Schoorl in
zake ontsmetting werd aangehouden tot Je
eerstvolgende gewone vergadering.
Hiermede waren de werkzaamheden ge
ëindigd en sloot dë nieuwe Voorzitter de
vergadering.