Kenrii van keurt».
PolM oremcit te ieeL
Zondag 27 October 1901.
J
45ste Jaargang No. 3674.
EERSTE BLAD.
Gemeente Schagen.
Bekendmakingen.
Groote Najaarsveemarkt.
Nationale Militie.
Buitenlandsch Nieuws.
TRANSVAAL.
PLAATSELIJK NIEUWS.
SGHAS11
AllEltU Billis-
G0G1ANT.
Aiiertcslie- LiiUiivkliL
KTi?S«?i055giïg^SL"JB
en
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag-
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomond nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Bureau SCHAG1SJW, Laan, O 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
JledevverkerJ. W SA E L.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3,60.
Afzonderliike nummers 5 Cent.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dit nummer bestaai uit drie bladen.
'i
verschijnt tweemalen per maand en geilt
tegen een tot nog toe ongekend lagen
p r ij s, het beste en het volledige
overzicht van wat op het gebied der
mode belangrijks is aan te wijzen, zoo
voor toiletten als voor kinder-
costurnes, voor onderklee-
ding als voor handwerken.
Het biedt een schat van voorbeelden
en bij elk nummer een uitvoerig
patronen blad, waarop tal van
modellen, door kundige handen bewerkt,
zijn voorgesteld.
Een keur van handwerken op elk
gebied, de meest mogelijke verscheidenheid
van toiletten, zoo kostbare als. meer
eenvoudige.
Aan elke aflevering wordt toegevoegd
een gedeelte van een boeionden roman,
in boekformaat.
Het blad kost slechts £555 ct.,
franco per post WO ct, per drie
maanden, en men abonneert zich bij
den Uitgever dezer.
POLITIE.
Ten Secretarie der gemeente Schagen zijn inlich
tingen te bekomen omtrent een zak met uien}
en omtrent een zitbank van een wagen.
Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen
ter kennis van belanghebbenden, dat de gewone
groote najaarrveemarkt aldaar zal gehouden worden
op Donderdag 31 October 1901.
Schagen, 15 October 1901.
Burgemeester en Wethouders
van Schagen,
H J. POT.
De Secretaris,
DENIJS.
O
Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen
ter algemeene kennis:
lo. dat hij de in de Nederlandsche Staatscourant van
27 September j.1. opgenomen beschikking van den
Minister van Binnenlaudsehe Zaken va» den 26sten
September te voren, de in dit najaar te houden
Rijkskeuringen van tot dekking bestemde hengsten
van ten minste 21/, jaar oud, voor zooveel deze
provincie betreft, zijn vastgesteld als volgt
op 11 November e.k. te Hoofddorp, gemeente
Haarlemmermeer
op 12 November e.k. te Schagen;
op 13 November e.k. te Beverwijk;
2o dat de eigenaar of houder, die een hengst ter
keuring wenscht aan -te bieden, verplicht ie daarvan ten
minste drie weken vóór de keuring
vrachtvrij eene schriftelijke en onderteekende aan-
gifte te zenden aan den Secretaris der provinciale
legelings-commissie (den hter W. Teengs te
Alkmaar), met opgave van
a. naam en woonplaats van den eigenaar en houder
b. naam> ouderdom, ras, kleur en bijzondere
kenteekenen van den hengst, benevens, indien deze
in een stamboek is ingeschreven, stamboek en stamboek-
nummer
c. zoo mogelijk afstamming van den hengst, zoowel
van vaders- als moederszijdeen naam en woonplaats
van den fokker-
3o. dati een hengat na bovenvermelden termijn
aangegeven, van de keuring is uitgesloten, tenzij de
Commissie geen bezwaar tegen toelating heelt en de
eigenaar of houder vóór den dag der keuring eene
som van tien gulden bij voornoemden Secretaris stort
4o. dat inrchrpvingsbiljetten voor do keuringen
op vrachtvrije, schriftelijke en onderteekende aanvraag
van eigenaars of houders van hengsten door den
Secretaris der regelingscommissie voornoemd zullen
worden verstrekt.
Schagen, den 18 October 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
DENIJS.
evengenoemd tijdstip zich voor dat onderzoek aan
het raadhuis aldaar moet bevinden, do ondei*
staande persoon
Lichting Namen en voornamen Korps
1896 Pieter Bakker le reg. infanterie.
Belanghebbenden worden verder herinnerd, dat zij
moeten verschijnen in uniform gekleed en voorzien
van de kleeding- en uitrusting-stukken, hun bij hun
vertrek met verioi medegegeven, alsmede van hnnne
zakboekjes; dat zij. in uniform zijnde, onderworpen
zijn aan het regiement van krijgstucht, en zich bij
verzuim, nalatigheid of wangedrag blootstellen aan
arrest-straffen van twee tot zes dagen, alsmede aan
oproeping tot werkelijken dienst voor den tijd van
drie tot zes maanden.
Schagen, den 25 October 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
DENIJS.
Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen
ter algemeene kennis, dat zij voornemens zijn den
Raad dier gemeente voor te stellen, aan den openbaren
dienst te onttrekken een gedeelte van de sloot, ter
lengte van-tien meter, gelegen langs het perceel van
den heer J. Vader, aan de Laagzjjde, en wel vanaf
de uitmonding ven.bet aldaar aanwezige riool.
Bezwaren tegèn dit voornemen kunnen mondeling
en schriftelijk worden ingediend tot 31 October a s.
Schagen, den 25 .October 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
DENIJS,
ONDERZOEK VAN VERLOFGANGERS TE LAND.
Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen
ter kennis van belanghebbenden, dat het onderzoek
van de in die gemeente verblyf houdende verlof
gangers te land, voor zoo verre zij in de maand
Juni niet aan dat onderzoek hebben behoeven deel
te nemen, zal plaats, hebben op Vrjjdag 0 December
3901, des vooi middags ten II ure in de vestibule
Tan bet raadhuis te Alkmaar, en dat mitsdien op
Wij hebben ons wel eens afgevraagd,
waarvoor het Hof van Arbitrage in het leven
werd geroepen. Wij dachten, dat het er
was, om geschillen langs vredelievenden
weg te beslechten, doch wanneer wij dan
denken aan den „kruistocht" naar China,
of aan den menschonteerenden oorlog in
Zuid-Afrika, dan komen wij tot eene
andere conclusie. Wanneer bij twee par
tijen de eene in kracht en macht verre
de overhand heeft, dan is een oorlog
onvermijdelijk wanneer de partijen tegen
elkander zijn opgewassen, ot wanneer de
hoogere staatkunde zulks gebiedt, dan is
arbitrage mogelijk.
De oplossing eener kwestie tusschen Enge
land en Brazilië versterkt ons in die
meening.
Engeland bezit in Zuid-Amerika een
deel van het kustland Guyana en wel de
gouvernementen Essequibo, Demerary en
Berbice, in vroeger eeuwen door overmacht
aan Nederland ontstolen. Deze gewesten
grenzen aan Brazilië. Omtrent de juiste
afbakening hangt tusschen Engeland en
Brazilië reeds vele jaren een geschil.
Nu zou Engeland deze kwestie wel met
krachtige hand opgelost hebben, doch daar
van wil de regeering te Washington niets
weten. Amerika voor de Amerikanen, ge
lijk President Monroe heeft geleeraard.
Hoe begeerlijk een deel van het rijke Bra
zilië ook moge zijn, toch maakt de drei
gende vinger van Uncle Sam indruk genoeg,
om met een zuurzoet gezicht de grens
kwestie aan de uitspraak van den Koning
van Italië te onderwerpen.
Geloof maar vrij, dat, wanneer de Ver-
eenigde Staten de Zuid-Amerikaansche re
publieken niet onder zijn beschermende
vleugels had genomen, de eene of andere
Europeesche havik al lang een van de
begeerlijke kiekens had weggeroofd. Hier
stelt Engeland zich met eene scheidsrech
terlijke uitspraak tevreden, terwijl die
zelfde onmacht het noodzaakt, in Zuid-Oost-
Azië de rol van toekijker te spelen.
Hoe gaarne zou Engeland aan Rusland
rekenscnap van zijne handelingen in China
vragen, maar dat lastige blok, en daarom
zoo mogelijk de kastanjes door Japan uit
het vuur gehaald.
Tusschen Rusland en China is met be
trekking tot Mantsjoerije eene overeenkomst
gesloten, die van Rusland's zijde te belan
geloos is, om niet naar «geheime artikels
te zoeken.
Rusland geeft aan China de bezette pro
vincie terug, de in die provincie aange
legde spoorweg blijft onder Rusland's toe
zicht, de Chineesche troepen in Mantsjoerije
komen onder Russische leiding, niet waar,
deze overeenkomst is te opmerkelijk, om niet
naar eene tweede conventie te vragen.
't Is waarlijk de Russische gewoonte
niet, om het gebied, dat het eenmaal in
zijne macht heeft, zoo maar kalm en bedaard
weer terug te geven alsof er niets gebeurd
was. Engeland kent te goed zijn eigen on-
verzadelijken landbonger, en weet te goed
hoe het in hetzelfde geval gehandeld zou
hebben, om Rusland in de Chineesche over
eenkomst niet van geheimo bijoogmerken
te verdenken. Bij Japan worden nu pogin
gen aangewend, om licht in de duisternis
te breDgen. Nu is het waar, dat Japan, als
naaste buurman, de grootste belangen in
China heeft te behartigen en daarom zal
de Mikado zeker wel trachten op te sporen,
wat de Rus in zijn schild voert.
Dat het tusschen Rusland en Japan nog
eens tot eene botsing komt, is zekerten
minste wanneer Rusland eene anexeerende
staatkunde in de richting van China en
Korea blijft volgen. In Korea begint Japan
langzamerhand vasten voet to krijgen.
Pinanciëel had de regeering van het schier
eiland reeds groote verplichtingen aan
Japan. Deze verplichtingen zijn thans weer
met 7 millioen pond vermeerderd. Als gced
koopman heeft de Japannees verder als
voorwaarde bepaald, dat de wapens, die
voor een deel' van dit geld aangekocht
zullen worden, in Japan gemaakt moeten
worden. Tien percent rente, plus de winst
op de bestelling, zeker een aardig zaakje
in deze slappe tijden, 't Is voor ArmstroDg
en voor Krupp om te watertanden. Vooral
in de Duitsche staal-industrie zouden eenige
millioenen zeer welkom geweest zijn. 't Moet
met denDuitschen uitvoerhandel zeer treurig
gesteld zijn. Overproductie, en geen be
stellingen: geen rooskleurig vooruitzicht. De
regeering doet reeds het hare om de han
den aan het werk te houden. Zoo heeft zij
deze week de aanmaak van 2000 goederen
wagons aanbesteed.
Bij de algemeene malais? in de industrie
gaan er stemmen op, om de Krijgskas
rentegevend te maken. Deze krijgskas
bestaat uit 100 millioen mark en wordt
in een der forten van Spandau bewaard.
Zij is afkomstig van de 500 millioen
francs, die 'Frankrijk na den oorlog van '70
als oorlogsschatting heeft moeten betalen.
Zeker zou met de rente van dat kapitaal
heel wat goeds gedaan kunnen worden,
doch wij vreezen, dat, wat aan den oorlog
geofferd werd, den vrede niet tot zegen
zal wezen.
Wanneer straks Von Bülow met zijne
agrarische tarieveu voor den dag komt,
bestaat er alle kans, dat de Duitsche
nijverheid van den wal in de sloot raakt.
Zij zal het gelag moeten betalen van den
goeden zwier, dien de landjonkers bij de
verhoogde rechten maken.
Van alle kanten laat men Duitsch-
land, dat door een Chineeschen muur van
invoerrechten zijn landbouw tegen alle
concurrentie denkt te beschermen, de
tanden zien. De laatste, die zeer openhartig
zijne meening heeft geuit, was de Oosten-
rijksehe minister-president Von Koerber.
Zinspelende op het Duitsche protectie-
tarief, zoide hij„Wij zijn niet van plan
de rol van het geduldige schaap te spelen,
dat zich door iedereen laat scheren".
Wanneer de vrienden zoo spreken, wat
is er dan wel van de tegenstanders te ver
wachten Reeds nu heeft de Russische regee
ring contracten ómtrent de levering van staal
en ijzer in Duitschland, voor den spoorweg
bouw in Azië, opgezegd ook van particuliere
zijde zijn Russische bestellingen ingetrokken.
Dat isde eerste waarschuwingaanVonBülow.
Minister Von Koerber heeft bovendien nog
laten doorschemeren, dat de Donau-staat
op handels-, agrarisch en industriëel gebied
Duitschland zeer goed kan missen. Oosten
rijk 6d Hongarije vullen elkander zoo goed
aan, dat men met derden eigenlijk niets te
maken heeft. In de Oostenrijksche Erflan
den staat het fabriekswezen bovenaan. De
bergwerken, over al de Alpenlanden ver
spreid, leveren overvloed van grondstoffen
voor alle denkbare artikels. In de Groote
en Kleine Hongaarsche vlakte bloeien vee
teelt en landbouw. Men behoeft dus slechts
een wisselhandel te drijven en beiden zijn
geholpen. Of dat alles nu zoo eenvoudig in
elkander zit als die minister dat voorstelt,
is een andere vraag. Minister Von Koerber
denkt er wel eens wat licht over, dat is
bekend. Hij meende óók al, de Duitschers
en Czechen in een ommezientje met elkaar
te kunnen verzoenen. De zittingen van den
Rijksraad bewijzen echter het tegendeel.
De kloof tusschen beide partijen is wijder
dan ooit, en alle kans bestaat er, dat ook
Von Koerber er zijn politiek grat in zal
vinden.
Het grootste nieuws is, dat Buller, de „veer
man van do Tugela", door de Engelsche re
geering aan den dijk is gezet.
De manier, waarop men den oud-gediende
zijn ontslag heeft thuisgestuurd, is alles be
halve vriendelijk.
Zooals men zich herinneren zal,, werd er
in Engeland heel wat afgedongen op de ma
nier waarop Buller zich in Transvaal van
zijn taak heeft gekweten, en werd de man
door zijn tegenstanders voor een grooten ezel
uitgemaakt.
Dag aan dag hebben de jingo-bladen
den armen, opvliegenden man geplaagd, zoo
dat ten slotte, den 10 October, de gene
raal een verdedigingsrede uitsprak, die heel
veel op de schouders bracht van het Ministerie
van Oorlog, wat aan Buller werd geweten.
Toen brak de storm eerst met kracht los
dat was minstens gebrek aan discipline, en
jawel, het ontslag volgde.
Het koninklijk besluit dat, een eind aan
deze militaire loophaan maakte, was al heel
kalm gesteld
„Naar aanleiding van de redevoering, op
den lOen October gehouden door SirRedvers
Buller V. C., G. C. B., en na met zorg de
omstandigheden te hebben overwogen, die er
mee gepaard gingen, evenals de door hem
zelf gegeven explicaties, heeft de opperbevel
hebber den raad gegeven, hem van zijn com
mando te ontheffen. 'Deze raad is opgevolgd
en Sir Redvers Buller gepeusionneerd.
„Het heeft den Koning behaagd de benoe
ming goed te keuren- van Sir John Erench
K. C. B., die Sir Redvers Buller opvolgt als
bevelhebber van het le legercorps. De eerste
zal het commando overnemen, zoodra zijn
diensten in Zuid-Afrika niet langer noodig
zullen zijn.
„In afwachting van zijn terugkeer zal gene
raal Sir H. Hildyard K. C. B, het bevel over
de troepen te Aldershot aanvaarden."
Waarschijnlijk is er nooit een Engelsch
generaal met meer sans-gêne uit het leger
verwijderd, dan generaal sir Redvers, die den
heeren van het War-Office met veel te veel
soldatenvrijmoedigheid gezegd heeft, waar
het eigenlijk op stond. Door die daad heeft
Buller aanspraak op de erkentelijkheid der
Britsche militairen, die er reeds jaar en dag
over verstoord zijn, dat zij altijd maar weer
aansprakelijk worden gesteld voor de hope-
looze onbekwaamheid der ambtenaren aan
het departement van oorlog.
De arme Buller, hoewel op „half pay"
gesteld, behoeft nog niet van gebrek om te
komen. De dagelijksche soldij van een Engelsch
generaal is 8 pd. st. Buller houdt dus een
traktement van 48 gulden daags.
De benoeming van generaal Erench tot be
velhebber van het eerste Britsche legerkorps
noodzaakt dezen generaal niet uit Zuid-Afrika
terug te keeren.
In het leger en onder het publiek is een
ontwijfelbaar krachtige storm van veront
waardiging merkbaar over het ontslag van
Sir Redvers Buller als commandant van het
eerste legerkorps. Alle bladen zijn vol brieven
over die kwestie. Iedereen hoopt, dat Buller
zal antwoorden.
De Minister van Oorlog, Sir John Brodrick,
wordt getart om af te treden en de meening
der kiezers te vragen.
Zooals men weet, wordt de Koning van
Engeland over eenigen tijd gekroond en de
kroningsfeesten wil Zijne Majesteit zoo schit
terend mogelijk doen zijn. Daarbij behoort
evenwel een feestelijke stemming, en die kan
niet bestaan zoolang de oorlog in Zuid-Afrika
duurtdaarom wil de Koning een einde aan
dien oorlog. Niet, omdat er zooveel ellende
wordt geleden, niet, omdat er zooveel bloed
vloeit, niet, omdat het roofzuchtig Engeland
zijn onrecht inziet, neen: omdat de Koning
ongestoord feest wil vieren, zal de oorlog
eindigen!
Als daardoor het eind aan dezen krijg
kwam, we zouden haast vrede kunnen heb
ben met de reden, waarom het zou geschie
den, maar we zien geen middel om tot vrede
te geraken.
Twee wegen tot den vrede staan open
onderwerping der Boeren, of het sluiten van
vrede waarbij de onafhankelijkheid derBoeren
wordt gewaarborgd. En van beiden zal wel
niets komen. We zijn dus benieuwd, hoe
Eduard VII het dan zal aanleggen om zijn zin
te krijgen.
De Engelsche couranten beweren, dat de
krijgswet, die Engeland een half millioen
pond sterling per week kost, in de Kaap
kolonie uitstekend Werkt.
We willen gaarne gelooven dat de Engelsche
bladen dat meenen, want geen enkel bericht
over den toestand ginds wordt meer doorge
laten, derhalve kunnen zij er lustig op los
liegen en zijn dus uitermate tevreden.
Maar als het beste bewijs, hoe de krijgswet
werkt, kan dienen het onderstaande geval
„Dr. Reijnecke is de voornaamste genees
heer in het district Cereszijn echtgenoote
is een dochter van den heer Van Dijk, op
wiens gastvrije hoeve in dit district waar
schijnlijk meer Engelsche soldaten een week
lang op de patrijzenjacht zijn geweest, dan
op eenige andere hoeve in Zuid-Afrika.
„Hem werd plotseling medegedeeld, zich
"gereed te houden om weggebracht te worden
uit Ceres, en in antwoord op zijn vraag
waarom hij gedeporteerd werd, erkende de
plaatselijke commandant ruiterlijk, dat hij
zulks niet wist.
„Dat is inderdaad van groot belang, omdat
daaruit duidelijk blijkt, dat achter den
plaatselijken commandant van elk district
een hoogere autoriteit staat, die klaarblijkelijk
luistert en handelt naar „informaties", in
Kaapstad verstrekt, omtrent de voornaamste
personen in verschillende districten en dit
feit opent een nog hopeloozer schrikbewind.
„Dr. Reijnecke werd van Ceres naar Mal-
mesbury gezonden en bij de aankomst daar
op 23 Augustus in de gevangenis geworpen,
waar hij geheel in afzondering is gehouden.
Deze verfijnde wreedheid wordt in gewone
tijden in de Kolonie zelfs niet toegepast op
van moord verdachte gevangenen.
„Evenmin wordt den veroordeelde, die op de
executie wacht, de bijstand van een geestelijke
geweigerd. Maar dr. Reijnecke mocht zijn
advocaat niet sprekeu en evenmin een onder
hond hebben met den gevangenis-predikant.
Men stond hem echter toe 10 sh. per dag te
betalen voor het voorrecht om uit een her
berg in de nabijheid zijn eten te mogen ont
bieden."
„Een applicatie tot vrijlating werd ingediend
bij liet Hooggerechtshof de militaire over
heid liet zich zelfs niet vertegenwoordigen
bij de behandeling der zaak. Het Hof beval
de vrijlating van den gevangene en nauwe
lijks was dr. Reijnecke door den civielen
gevangen-bewaarder ontslagen, of hij werd
opnieuw gevangen genomen en „onder
militair arrest gesteld".
„Tot op den huidigen dag (de brief is gedag-
teekend 1 Oct.) weet dr. Reijnecke nog niet
waarvan hij beschuldigd wordt. Zijn vrouw
heeft bevel ontvangen naar Kaapstad te
gaan, zij heeft dezen last opgevolgd en liet
haar kinderen onder bescherming harer
ouders in haar woning achter. Nauwelijks
was zij vertrokken, of kinderen en grootouders
werden uit het huis verjaagd, waarvan de
militairen bezit namen. Het huisraad van
den gevangene wordt door de ongewenschte
bewoners gebruikt en inventaris werd niet
opgemaakt."
Dat de Engelschen zelf niet begrijpen, dat
dergelijke gevallen maar steeds meer haat en
en ontevredenheid kweeken en het oogenblik
van een uitbarsting verhaasten
Waarom hooren we niets van De Wet?
Een zeer geloofwaardige lezing daarvan
is, dat De Wet belast is geworden met het orga-
niseeren van den opstand in de Kaapkolonie.
In officiëele berichten, einde Augustus door
de gedelegeerden der Boeren ontvangen, werd
melding gemaakt van het veldtochtsplan voor
de zomermaanden, en gezegd, dat De Wet
hetzij Botha zou ondersteunen bij diens inval
in Natal, of wel de Kaapsche opstandelingen
helpen, door aanvallend op te treden langs de
Oranjerivier, ten einde de aandacht der En
gelschen van hen af te trekken. Aangezien
van De Wet's verschijnen op de grens van
Natal niets bekend is, denkt men in Boeren-
kringen, dat het tweede plan gevolgd zal wor
den, en men voegt er bij dat De Wet's tegen
woordigheid bij de Oranjerivier ook meer nut'
zou hebben, niet alleen uit een militair oog
punt, maar ook, omdat bij de laatste samen
komst van De Wet, Steijn en Botha in Juli
besloten is, den opstand in de Kaapkolonie
behoorlijk te organiseeren, met een comman
dant-generaal en een burgerlijken dienst, om
aldus de Kaapsche rebellen op gelijken voet
te behandelen met de Transvalere en Vrijsta-
ters, opdat zij zich voortaan zouden kunnen
beschouwen als vechtende voor hun eigen
land. Aan De Wet werd toen opgedragen,
met de aanvoerders der commando's in de
Kaapkolonie te spreken, en men is nu ge
neigd, te gelooven, in verband met het feit
clat er in de laatste dagen niets gehoord
wordt van Kritzinger, dat deze naar den
Vrijstaat overgestoken is om met De Wet
té beraadslagen.
De groote moeilijkheid in de Kaapkolonie
bestaat niet in geringe medewerking van de
bevolking, noch«4a-overmacht van de Britsche
troepen, maar hierin, dat men wel veel Lee-
Metford-ammunitie heeft, maar weinig Lee-
Metford-geweren, en er genoeg Mauser's be
graven zijn, maar geen ammunitie daarvoor.
Een aanzienlijk Boeren-ambtenaar moet daar
om onlangs gezegd hebben: Iedere opstande
ling moet voorzien worden van een geweer
en dus moeten wij voor iederen Kapenaar,
die zich bij ons aansluit, een Engelsch soldaat
gevangennemen.
PARIJS. „De Rappel" publiceert een tele
gram uit Loremjo Marquez, waarin gemeld
wordt, dat de Boeren belangrijke bestellingen
van kanonnen hebben gedaan bij Europeesche
fabrikanten, onder de leveranciers bevindt
zich ook een Engelsche firma. Het schijnt,
dat de Burgers een krachtdadige actie zullen
hervatten en zich daarvoor een sterke artilllerie
willen aanschaffen.
De Daily News bevestigt de geruchten,
volgens welke er weer verdeeldheid in het
kabinet zoude heerschen. Sommige ministers
willen de vredesonderhandelingen met de
Boeren heropenen. Rosebery zoude hen steu
nen. De Daily News voegt er bij, dat de be
weging tegen de regeering onder alle staats
partijen in het geheele land toeneemt, waar
door de mogelijkheid op een val van het kabinet
thans grooter wordt.
De correspondent van de Standard te Pretoria
geeft een samenvatting van de operaties tegen
Botha, wier uitkomst hij niet ongunstig noemt.
Hij seint, dat Botha de ernstigste pogingen
in 't werk stelde, om zijn tros te redden. Twee
konvooien ontkwamen dan ook door Swazi
land naar Ermelo. De andere Boerenwagens
zijn óf verbrand, óf zijn verscholen in de klo
ven van het Nhome-gebergte.
Buller ontvangt ontelbare brieven van
sympathie. De gemeenteraad van Ealmouth
nam een besluit, vertrouwen uitdrukkend
in Buller en zijn aftreden betreurend. Al de
burgemeesters van Devonshire vergaderden
gistermiddag om sympathie voor Buller uit
te spreken. De „Morning Leader" opent een
inschrijving, om Buller een eeredegen aan te
bieden, en om de publieke opinie het best te
teekenen in de „Music halls" werd een marseh
ter eere van Buller geestdriftig toegejuicht
Schagen, 26 October 1901.
Een vriendelijk verzoek aan
onzen Gemeente-Opzichter.
Meermalen is het reeds al voorgekomen,
dat men Donderdagsavonds op de marktplaats
op een minder aangename wijze kennis
maakte met de hoopendie daar
worden bijeengelegd. We kunnen ons
voorstellen, dat bij drukke markten in één
enkelen middag de geheele markt niet kan
worden opgeruimd, maar mogelijk is het
toch zeker wel, dat die hoopen daar worden
bijeen geveegd, waar ze onmogelijk de
oorzaak van minder aangename ontmoetingen
kunnen zijn.
Zij, die Donderdagavond jl. naar de brieven
bus op de markt moesten, liepen alle kans een
dergelijken poel op hun pad te vindeu.
We vragen aan onzen Gemeente-opzichter
vriendelijk, daarin verbetering te brengen
eu die riekende zaken te verzamelen op& de
verhoogingen van de markt, waar niemand op
Donderdagavond een wandeling zal onder-
nemen.