S|> ringveereiN
G. GLASTRA,
OPRUIMING
Kinflersehoanwerk:
O. de kieviet,
INGEZONDEN.
D.A, Wisselink,
Schosnhandel
Uit en voor de Pers.
Bionenlandsch Nieuws.
ADVERTENTIEN.
Garantie: 30.5 pCt. Eiwit, 10.8
pCt. Vet en slechts 27 pCt. Zetmeel.
tlinder voederkosten, méér eieren.
Knikens hiermede opgevoed, lejf-
gen op leeftijd van 4 maanden.
50 kg. 25 kg. 10 kg. 5 kg.
iJZEREN MESTWAGENS,
IERK&RREJV,
ïnrypoorten, Tuinhek
ken. enz.
Kapok- on
Stpoomalrassen,
Rolgordijnen,
Breukbanden,
Strijkinstrumenten en
Snaren.
Molenstraat, SCHAGEN.
een partij
vanaf 20 Cent het paar.
elementaire vaardigheid, kunde van een zeven
jarig knaapje, bijna niet. Zij krabbelen hun
gedachten wel neer, maar zij schrijven niet.
Voor mij is een onleesbare brief een nare
zending, 't maakt me nerveus, als ik moet
studeer en op eea boodschapje, dat een ander
mij zendt en waarnaar ik meestal niet gevraagd
heb Dat zal wel zoo wezen voor alle
menschen.
Een duidelijk geschreven brief ziet ge met
plezier, de fraaie lettertjes doen zoo vroolijk.
zij brengen u waarlijk in uw humeur en als
de schrijver u iets verzoekt, heelt hij veel eerder
kans van U een toestemming te krijgen, dan
een die stottert en krompraat met zijn pen.
Handteekeningen was het niet Bismarck
die per kabinetsorder zijn ambtenaren verzocht
werkelijk hun naam onder een stuk te plaat
sen? handteekeningen mogen nog onlees
baar zijnals de brief leesbaar is, zijt ge
al voldoende op streek, maar zoo'n brief
kaart als ik ontving moest strafbaar zijn
naar de wetten der civilisatie.
Er zijn onderwijzers voor stotteraars en
spraakgebrekkigenwaarom vestigen er zich
geen luiden, die onderwijs willen geven aan
schrijfgebrekkigen Er loopen leerlingen in
massa rond
D.
Niet-geplaatste ingezonden stukken worden
nimmer teruggegeven
Aan den heer P. Kooij, lid ivjw den
Raad der gemeente Hoogtcotid.
Naar aanleiding van 't raadsverslag van
Hoogwoud van 12 dezer, wenschte ik U twee
vragen te doen en een paar opmerkingen te
maken.
lo. Hebt gij ooit gebrekkige kinderen ge
had of er meê getobd
2o. Kan de heer Kooij zich indenken in het
leed en hartzeer van ouders, die anderer kin
deren daarbuiten zien spelen en dartelen in
het volle genot der gezondheid, terwijl hun
eigen gebrekkig zijn
Mijn opmerkingen zijn de volgende
lo. Ik ben in mijn handelwijze ten opzichte
der voordracht niet netjes geweest God
dank 1 't Zou ook al te mooi worden, wan
neer allen in Hoogwoud netjes gingen
denken, spreken en handelen, som
mige leden van den Raad niet uitgezonderd.
2o. De heer Kooij heeft de goedheid mij
„geleerdheid" toe te dichten.
Nu ben ik me van deze zonde niet bewust,
maar passons outrewat ik dan toch vast en
zeker niet weet en nog veel minder begrijp,
is dit: Hoe het in de hersens van een man,
vader van kinderenvan een man, wiens dag
den avond ook nog niet heeft bereikt, kan
opkomen, op minachtenden toon te spreken
over een meisje, dat hij in eene openbare
raadszitting, zonder het ééne maal te hebben
gezien, op zijne beschaafdemanier aanduidt
als kwalijk loopend.
Voor de oplossing vooral van dit raadsel
houdt zich ten zeerste aanbevolen
P. RONNER Jr.,
H. d. S.
In zijn „Stemmen voor Waarheid en Vrede"
heeft Dr. Bronsveld het over de bewegelijk
heid en bedrijvigheid van minister Kuyper.
Hij schijnt, zegt Dr. Bronsveld, den Keizer
van Duitschland in de schaduw te willen
stellen. Hij is geweest te Brussel en te
Londenhij heeft een enquête uitgelokt be
treffende de werkeloosheidde werking van
de wet op den leerplicht is in onderzoekde
vaccinatie komt weldra in de Tweede
Kamerirevaardigden van de werkstakers
uit Ens zijn in verhoor genomen het
historiscc irenije" aan den Vijverberg is
verwisseld met een ander vertrekvele
aanschrijvingen aan allerlei autoriteiten ver
laten zijn departement, en geven op verschil
lende bureaus en in allerlei corporaties
handen vol werk. Wij hebben op geestelijk
gebied geen eenheidsmaat om het werkver
mogen van een mensch uit te drukken
ware dit het geval, dan zou bij Dr. Kuyper
die eenheid met een groot cijfer vermenig
vuldigd moeten worden. Toch hebben ook
zijn krachten grenzen, en het zou wel eens
kunnen wezen, dat op den langen duur meer
dan een van zijn ambtgenooten, die nu in zijn
schaduw verdwijnt, het langer uithield en
meer tot stand bracht dan hij.
Wij zien in al die drukte o
geen bewijs van kracht. Men 1
ook overschatten. Zoo is de
omtrent een onderzoek naar
werkeloosheid niet geschikt, om een hoogen
dunk op te vatten van de kalmte, waarmede
zulke veel omvattende zaken door den minister
worden behandeld. Inmiddels nemen de
meesten „een afwachtende houding" aan.
Daarna waarschuwt Dr. Bronsveld tegen
de zoogenaamde verzwakking der Liberalen,
en vestigt de aandacht op de goedmoedigheid
waarmede de heer Alberda van Ekenstein,
blijkens zijn rede in de Eerste Kamer, dé
toekomst van de openbare school tegemoet
rt. Al werden, zegt Dr. Bronsveld, maar
helft van de eischen der roomsch-katho-
lieken op onderwijsgebied ingewilligd, zou
dit voldoende zijn om mannen als den heer
Alberda te doen bezwijmen van schrik.
Het staatstoezicht en de staatsinvloed op
de bijzondere scholen moeten tot een minimum
herleid worden. Er zal meer tijd moeten
openvallen voor godsdienstonderwijs. Een
half-uur of een unr per dag is daartoe niet
genoeg, schreef het Roomsche blad De Tijd.
Als de roomsche geestelijken op scholen,
door den staat geheel of grootendeele bekos
tigd, konden „schalten und walten",dan zouden
ingrijpende veranderingen in het leerplan
worden aangebracht. IJveraars voor gelijk
stelling van de bijzondere met de staats
scholen, gelijk de heeren Lohman en H. Pier-
son, hebben steeds vooropgesteld, dat zij het
gehalte van het onderwijs eer beter, dan
slechter verlangen. Maar de Roomschen
willen scholen, die in de eerste plaats
bruikbare leden vormen der Kerkof
de leerlingen in maatschappelijke kennis
niet uitmunten, gaat hun niet zoo zeer
ter harte; en dat zal hun nog minder zorg
baren, wanneer geen diploma s meer geëischt,
en geen examens meer afgenomen worden bij
het dingen naar eene betrekking. De geestelijke
broeders en zusters, die hoe langer hoe meer
de niet-geestelijke roomsche onderwijzers en
onderwijzeressen verdringen, moeten, naar den
wensch van het blad De Tijd, de vorming
van de leerlingen geheel in hun macht
hebben. En op hun getuigenis zal men de door
hen onderwezen jongelieden moeten toelaten,
zonder dat naar de mate en het gehalte van
hun kennis een onderzoek wordt ingesteld.
Dr. Bronsveld kan zich haast niet voor
stellen, dat de mannen van het Unie-rapport
zoover zullen gaan in de „vrijmaking" van het
onderwijs. Hij houdt hen voor paedagogen
en niet voor politici.
Moesten wij vreezen, dat zij door politieke
actie beoogden hun plannen te verwezenlijken,
dan zouden wij ons ten zeerste ongerust maken.
Immers zouden wij dan duchten moeten, dat
er tusschen anti-revolutionnairen en roomschen
over-en-weêr zou geschikt 8D geplooid worden,
totdat ten laatste de school „vrij" werd naar
het hart van De Tijd.
Daarna merkt Dr. Bronsveld op, dat de
minister van justitie in de Eerste Kamer zich
veel zwakker tegen de wederinvoering der
doodstraf verklaarde, dan in de Tweede, en
dat de roomschen, ook op het stuk van den
vaccinatie-dwang, bezig zijn „door te vloeien'
Hij vreest dat de anti-revolutionnairen op dit
punt htm zin zullen krijgen tot dezen prijs, dat
de roomschen de vrijheid erlangen om hunne
scholen geheel te brengen in handen der
geestelijken.
p zichzelf nog
san zijn kracht
aanschrijving
de bestaande
dat punt wel eenige zorg hebben gehad.
Bertie is meer dan gesoigneerd.
„En wat een vreeselijk gek ding moet ik
je schreven jouw portret staat op Bertie's
schrijftafel. Dat van vroeger, eer jij je met
Willy verloofdet. Toen was je een ware
boonenstaak. zoo dun en zoo lang. En dat
een verstandig menschenkind als jij er zóó
aartsdom hebt kuDnen uitzien 1 Maar ik heb
opgemerkt, dat bijna alle menschen op de
portretten uit hun jeugd er verbazend dom
uitzien. Waaruit men de gevolgtrekking
mag maken, dat het nieuwmodische aan een
mensch den schyn van intelligentie geeft, ter
wyl het oudmodische een mensch aftakelt.
Gekke verblinding Wat Wij hangen toch
zeer af van datgene wat we zien, en ook
hoe we het zien.
„Of Bertie je nog liefheeft, kan ik je
waarachtig niet zeggen, en waarom het
portret daar staat, tot welk doel, weet ik niet.
Aardig is, dat de vrienden Bertie be
handelen als een onsterfelijk man. Of men
zoo iets van zichzelf kan weten Of de
medelevende vrienden dat weten kunnen
Zeker, natuurlyk, Schiller en Goethe
moeten het wel aan zich bespeurd hebben.
Maar zulke onsterfelyken van de tweede,
derde en vierde klas Die zijn er toch ook.
Weet je, zulken die men leert kennen op z'n
taalles, doch later niet recht meer weet thuis
te brengen, 't Kan zijn, dat Bertie zoo
iets wordt. Maar dan wordt jij mede on
sterfelijk, daar helpt geen lievemoederen
aan. Zrj noemen je hier „de eerste vrouw
in Bertie Aschroth's leven." Is het niet om
het uit te gillen Kijk je oude portret
toch eens aan. Je moet het zelve ook vinden,
zoo stakerig cu dom. Maar weet je hoe ze
Vergadering van den Raad
der gemeente NIEUWE NIEüORP,op Woens
dag 12 Eebruari 1902, namiddags 3'/j uur.
Tegenwoordig alle leden.
De Voorz., de heer J. v. d. Stok, deelt bij
de opening mede, dat hij mede ter vergade
ring heeft uitgenoodigd de armvoogden, de
heeren F. Brouwer en J. B. Wilken, die deel
uitgemaakt hadden van de commissie voor
het onderzoek van de candidaten voor de
betrekking van armenvader en -moeder. Spr.'s
vraag, of men ook eenig bezwaar tegen die
uitnoodiging heeft,wordt algemeen ontkennend
beantwoord.
De notulen van de vorige vergadering wor
den gelezen en goedgekeurd.
Met algemeen goedvinden gaat hierop de
vergadering in geheime zitting over, teneinde
de commissie rapport omtrent haar onderzoek
te doen uitbrengen en om vrijelijk de candi
daten te kunnen bespreken.
Na de opheffing der geheime zitting wenscht
niemand meer het woord over deze benoeming
en gaat men tot stemming over.
De uitslag daarvan is, dat de heer D. de
Graaf met echtgenoote te Nieuwe Niedorp
wordt gekozen met 5 van de 7 stemmen. De
beide andere stemmen erlangt de heer M.
Kuilman inet echtgenoote te Zijpe.
Omtrent den datum van in-functie-treding
zal overleg worden gepleegd met den patroon
van den heer De Graaf, den heer D. van der
Stok zoo mogelijk zal de in-functie-treding
plaats hebben op 1 Maart a.s.
Bij de hierna gevolgde rondvraag komt de
heer Koopman tenig op zijn in de vorige
vergadering geuit idee, ten opzichte van een
pensioen voor de benoemden. Aangezien bij
het doen der oproepingen te dien aanzien
geen verplichtingen zijn opgelegd, moet het
aan den armenvader en -moeder worden overge
laten, of zij voor een pensioen willen bijdragen
of niet.
B. en W. zullen aan den benoemde een
daartoestrekkend verzoek doen.
Wordt door den armenvader en -moeder f25.—
jaarlijks bijgedragen, dan zou de gemeente i
ook een dergelijke bijdrage kunnen verleenen
en wellicht kunnen ook Armvoogden in die
richting medewerken.
Vervolgens sluit de Voorz. onder dankzeg
ging en met den wensch, dat de heden gedane
keuze een gelukkige zal blijken te zijn, niet
het hier vindenvol kracht en hoogheid
Dus jouw Willy kan zich ervan verzekerd
houden, dat zijn vrouw nog eens in het
eene of andere schoolboek komt, al is het
dan niet door hem.
„Beste Karie, ik weet, datje een gruwel
hebt aan brieven schrijven, maar laat nu
eens een paar regels los. Ik moet alles heel
nauwkeurig van je weten. Ook van Peter.
Ach, ook hij was toch een stuk van die
kostelijke, onvergetelijke dagen van geluk
„Van hier schrijf ik je gaarne, en zoo veel
als je wilt. Ik weet wel niet, of het je
interesseert, maar het zal je ditmaal aan
mededeelingen niet ontbreken.
„Heb je al eene briefkaart, of een brief
van Robert gekregen Hij is zeker nu in
Colombo, misschien wel reeds in Singa-
poore. Vergeet niet, mij alles te schrijven.
Ik ken Robert reeds lange jaren en dan
heeft men voor zulk een persoon onwille
keurig belangstelling.
„Voorloopig zjjn we hier slechts met ons
vijven. Twee van Aribert's broederen in
Apollo zijn afwezig, 't Lijkt mij toe, dat
zij onderweg zijn als twee commis-voyageurs
in geestelijke zaken en den roem van dezen
groep-Aschroth. (Als Bertie dit las, hing
hij me op). Conrad Brügge is een geniaal
mensch en op den zekeren weg van roem
en eer. Een blonde Germaan is hij. En, zoo
als de ware grooten meest zijn trouwhartig
en open als een kind. Dus bijna een type.
Hij is degene, die het ongeluk heeft gehad.
Dan zjjn daar nog de Contils; een echtpaar 1
ik zeg je, zoo iets heb je nog nooit aan
schouwd.
„Zij heet Paulette en is héél mooi. Niet
zooals de dames in onze kringen mooi zjjn
alleen wat de financiëele zijde betreft, maar
ook voor de verpleegden, de vergadering.
Met ingang van 16 Februari
is de heer G. Blaauw te Sint Maarten
benoemd tot postbode te BURGERBRUG.
Iemand te AMSTERDAM, die
zich had bemoeid met een straatstandje, dat
hem niet aanging, werd door een politie-agent
uitgenoodigd, mede naar het bureau te gaan
en aldaar nader uiteen te zetten, wat hij op
zijn licht-ontvlambaar gemoed had. Pruttelend
voldeed hij aan het bevel, maar nauwelijks
was de man in de agentenkamer aangekomen
en had hij daar een oogenblik geluisterd naar
het voorlezen van de courant, waarmede een
der politiedienaren zijne collega's aangenaam
bezighield, of zijn heele gelaat veranderde.
Hij begon als een dolleman te dansen, slaakte
de onzinnigste vreugdekreten en noemde,
nadat hem herhaalde malen instantelijk
geboden was zulks te doen, de oorzaak van
zijn plotselingen gemoedsommekeer. Hij had
zooeven hooren voorlezen, dat op het nummer
van de Staatsloterij, waarvan hij een twintigje
had, de honderdduizend was gevallen
In de val.
Uit eene bovenwoning in de le Ooster
parkstraat. nabij den overweg van het spoor,
te AMSTERDAM, werden bij herhaling
goederen van verschillende waarde ontvreemd,
zoodra men eenige oogenblikken afwezig was
geweest. De vrouw des huizes besloot
zelve een onderzoek in te stellen, verborg
twee mannen achter het bed, sloot de deur
en ging heen, na vooraf de bovenbuurvrouw
gewaarschuwd te hebben, dat zij heenging.
Dit geschiedde.
Nauwelijks was de juffrouw heengegaan,
toen de verborgen mannen de denr hoorden
ontsluiten en zagen de bovenbuurvrouw
binnenkomen, een kast openen en een gouden
horloge wegnemen. Toen zij zich wilde ver
wijderen, werd zij gegrepen en de politie
ontboden, die haar arresteerde.
Den mond voorb ij gepraat?
In een der zittingen der Eerste Kamer
in het laatst der vorige maand, beweerde
minister Kuyper o. a., dat de arbeidende
klasse in ons land in kennis zooveel lager
staat dan in Engeland en Amerika. In j
Chicago, waar de minister een paar jaar ge-
leden is geweest, verdienen de werklieden j
driemaal zooveel als hier, daar eten ze zelfs
tweemaal daags vleesch, ze hebben een woning
en een tafel (met eten wordt bedoeld) als
de kleine burgers.
In de Handelingen (het officiëele verslag
der Kamerzittingen) komen deze beweringen
echter niet voor
De Kameroverzichtschrijver van het „N. v.
N.," die op deze wegmoffeling de aandacht
vestigt, teekent hierbij aan, dat dr. Kuyper
er zeer op gesteld is, dat alles zelfs letterlijk j
gedrukt wordt, zooals hij het heeft willen j
zeggen.
Het is bekend, dat drie vellen Handelingen,
bevattende de redevoeringen door minister j
Kuyper gehouden, hij de algemeene beraad
slagingen over de Staatsbegrooting in de j
Tweede Kamer, opnieuw zijn gedrukt, voor
namelijk wegens redactioneele wijzigingen,
en dat verbeteringen in andere redevoeringen
aangebracht, 4'/j kolom van de Handelingen j
beslaan. Iemand, die er zoozeer op gesteld j
is, dat woordelijk wordt gedrukt zooals hij
het heeft willen zeggen, kan het euvel wor
den geduid, dat hij een geheele passage
schrapt, die inderdaad niet verdedigbaar
was.
Hoe dr. Schaepman over influ-
enza denkt. Het eerste nummer van de
derde reeks, der Chronica opent dr. Schaep
man met de mededeeling, dat hij door ziekte
verhinderd werd het nummer eerder te doen
verschijnen.
„Ik ben overvallen door de ziekte, de ziekte,
die is de langst sluipende en de snelst ver
rassende, de vaagste en de werkelijkste, de
eenvoudigste en de ingewikkeldste, de goed
aardigste en de verraderlijkste, de vervelendste
en de prikkelendste, de afmattendste en de
opzweependste, de onnoozelste en de aangrij
pendste, de vluchtigste en de koppigste de
ziekte, die geen enkel orgaan tot vasten
zetel kiest en alle organen foltertdie tot
kenteeken heeft dat zij geen enkel kenteeken
het hare noemt en de verscheidenste bezit
die de zenuwen spant, de spieren inkrimpt
en uitrekt, de hersenen bezwaart en het
arme hart naar allerlei disharmonieën laat
slaan en jagen, welnu, ik ben een slachtoffer
geweest van de influenzahebt medelijden
met mij
Een oud gebruik.
Men schrijft van URK aan de „N. R. C.":
Op Urk wordt volgens zeer oud gebruik
een dank- en een biddag gehouden voor de
visscherij. Het visschersbedrijf staat echter
tusschen deze beide dagen Oudejaar en
den tweeden Woensdag in Februari geens
zins stil. De schrale verdiensten, inzonder- j
heid in het najaar, zijn ook al oorzaak, dat
men dien zoogenaamden rusttijd niet onge
bruikt kan laten voorbijgaan. Met vroeg
invallende winters hebben de visschers zich
meermalen, hoewel noode, laten uitvriezen,
om den tijd zonder verdienste te bekorten;
de dankdag is daar wel eens voor uitgesteld.
Met open winters begeven ze zich na Nieuw
jaar naar de Noordzee, om door te vissollen.
Meestal zijn de resultaten door het onstuimige
weder gering, doch 'n natte aand gift altoos
W Zonder noodzaak zal geen Urker op biddag
afwezig blijven. Tegen dien dag spoedt ieder
zich met zijn vaartuig naar het eiland. Met
toenemende ijs belette dit echter in het laatst
der voorgaande week, tot „passierden Zuun-
dag" een sterke westelijke wind de Zuiderzee
zoover het oog reikte, ruim maakte. Van
Nieuwediep kwamen alras eenige visschers-
vaartuigen de haven binnen, doch van IJ mui
den, waar tegenwoordig het overgroote deel
I der visschersvloot zich ophoudt, bleef de
overtocht door het ijs op Pampus onmogelijk,
i Voor de postboot leverde dit een aardig
buitenkansje op. Honderd-en-dertig visschers-
lieden reisden nu via Enkhuizen, om toch
met biddag op Urk te kunnen zijn, hun knecht
of derdeman tijdelijk op het vaartuig ter be
waking achterlatende.
Aan den spooroverweg te
PEPERGA (Friesland) stond bij avond een
fletser te wachten om een trein te laten pas-
seeren. Zijn solar-lantaarn brandde helder,
het roode zijglas gekeerd naar den kant, van
waar de trein komen moest. De trein kwam,
doch Rtopte op eenigen afstand voor den
overweg. De machinist had nl. het roode
j fietslicht voor: „onveilig" aangezien. Tegen
den wielrijder is proces-verbaal opgemaakt.
14 i p p K
i
kunnen het dubbel aantal eieren leg
gen bij goede verzorging en voedering
met beroemd
Gedeponeerd Handelsmerk.
Mep* voor
Minstens 10 pCt. Vet is noodig voor
dooiervorminguiéér dan 30 pCt. Zet
meel of ?iaisineel i/h Ochtendvoeder
maakt de kippen Tet en houden ze op
met leggen.
Legresultaat 214 eieren 3 ets. is f6.42
Voederkosten */4 ct.p.da<r X 365 f 2.74
Winst p. kip in 't jaar gemaakt is f 3 68
J-' f 5 50 f 2.90 f 1.30 f 0.70
Reeds 300 Depots in Nederland.
Overal soliede Depóthouders gevraagd.
Brochure wetenschappelijk kippen
voeden gratis en franco. Hoofdagent
schap vae. Harry's Ponltry-fleal
te Barneveld.
DEPOTS Schagerbrug bij D.
KOSTEROudesluis bij P. KLEES
\nna Paulowna hij C. den ENGELSE;
ludkarspel bij H. HART Mzn.
worden vervaardigd
in de fabriek van
W, P. STOEL Zoon,
Mkmaar.
Zoo geheel anders, ongelooflijk, als eene
teekening in den stijl Ik vind haar ver
schrikkelijk Hier zijn vier uitroep-
teekens eigenlijk te weinig. Ik vrees, dat
Bertie verliefd op haar is. Of hjj dat zich
zelf wil bekennen Of die Contil niet ijver
zuchtig ig Ik zeg je, dit is een mensch 1
Spreken doet hij weinig, met mij bijna in
't geheel niet. Maar hij moet ongehoord „fijn
aangelegd" zijn. Hij moet het gras kunnen
hooren groeien. Nu, my is dat goed. Maar
hij is ook afschuwelijk Eigenlijk ook
nog meer dan vier uitroepteekens
„Heeft Robert je zijn portret nog gegeven
als kapitein
»Ik geloof, dat die Contils geen echte
vriendschap voor Bertie koesteren, maar
hem aanwenden tot eigen nut.
„Daarentegen is Conrad Brügge zulk een
goud-eerlijke kerel, dat het een mensch
warm om het hart wordt, wanneer men aan
hem denkt. Ik ben zeer met hem bevriend.
En Conrad Brügge zegt, dat Bertie werke
lijk wat is 1
„Stel je voor, lieve Karie, ik ben jaloersch
op die Paulette Zy wordt hier geëerd
en in de hoogte gestoken en bewonderd
zonder einde. Hare moeder was eene gravin
Symankowska, die als jonge weduwe
er vandoor ging en in tingel-tangels
zong. Willy herinnert zich dat wellicht.
Ik geloot, dat mannen zooiets altyd weten.
Of deze Paulette ook zooiets is geweest,
kan ik niet zeggen. Maar tooaeelspelen en
zich aanstellen doet ze steeds.
„Ik erger mij over mijzelf. Ik moest er
veel te trotsch toe zjjn. En steeds heb ik
ook gedachtjaloersch is men slechts in
de liefde. Niet waar, is het niet zeer
dwaas
„Maar ach, ik wil je slechts zeggen het
is, God weet dat, geen aardig gevoel, wan
neer steeds en nog weer eens, alles wat
voorvalt en passeert, je in zekeren zin toe
roept je bent niets, je kunt niets 1
„Mij wordt, zoo het schijnt, niet eens
zooveel gave toevertrouwd, dat ik een man
ia het huwelijk gelukkig kan maken. En
deze Paulette heeft er steeds een halfdozijn
van het mannelyk geslacht geknield aan
haar voeten.
„En steeds heb ik my ingebeeld, dat ik
toch geen vogelschrik ben. Maar jawelMen
moet een gelaat hebben als van melk (maar
met een scheut water) en een haardos,
die een beetje geverfd is, en dan nog
slaperige oogen. Dan is men mooi. Ik ben
het niet.
„Uw neef Robert heeft mij wellicht ook
leelijk gevonden.
„Ach, Makarie
„Laat dezen brief Willy niet lezen. Ver
brand hem natuurlyk den brief, niet
Willy dadelijk, want hy is heel dwaas.
„Hoe zal men ook duidelijk en begrijpe
lijk schrijven, als het leven zoo verward is?
Conrad Brügge zegt, dat velen het ABC
van het leven niet learen kunnen. Tot die
behoort bepaald je vriendin
Sylvia Aschroth."
Sylvia verwachtte geen antwoordMakarie
schreef eigenlyk nooit brieven. Zelfs de
kleinste mededeelingen aan de familie
moest Willy nog voor haar doen. Dat was
geen luiheid bij haar, maar ze beweerde,
dat ze de gave om zich uit te drukken,
geheel miste.
Conrad Brügge vroeg er eiken dag naar,
bij L. Eeijneveld,
Wint
e(
Amor Guitarr Zither met 5 accoorden f 8
Harmonica's vanaf
Blaasharmonica's ,'f?
Mondorgeltjes van nikkel
Kleine Mondorgeltjes Qr"
Fluiten van celluloid ,'lu
nikkel n"~
hlik '6
j» n OHK q.
Zither-notenplaten, waarop de mooiste
en nieuwste wijzen
Voorbanden de volgende muziek voorniet,
Trilby, Valse van Théo Bonheur Set
The Liberty Bell, marsch v. J. p. Sousa 30
Ist deun kern Stuhl da, lür meine Hulda
met Hollandsche en Duitsche tekst '20
The Geisha, by Sidney Jones 30
Valse de Betsy, par C. van Tal 25
Ernestine Wegner, Walzer 25
Ueber den Wellen, Walzer, Ludolf
Waldmann 25
Lustspiel, Ouverture v. Kéler Béla 20
Myasotus, valse, Caroline Lowthian 20
Donau Wellen, Walzer v. Ivanovici 20
Mikado, Walzer v. P. Bucalossi 25
Marche Funèbre par Fred. Chopin 15
Aanbevelend,
C. A. B1JP0ST,
Stationsweg, S C H A G E N.
Houttil Xo. I, Alkmaar,
belast zich mot den aan- en verkoop van
effecten,
plaatst en bezorgt kleine en groote kapita
len op hypotheek op zeer
BILLIJKE VOORWAARDEN
neemt gelden h déposito,
opent rekening-courant met rentevergoeding,
geeft geld op prolongatie,
koopt cheques, coupons, vreemd bankpapier
en specie voor de hoogste koersen,
sluit verzekering tegen brand en
inbraak,
verzekert op het leven, tegen invaliditeit
en ongelukken,
belast zich verder met alles wat op het
kassiersvak betrekking heeft;
Houdt DoDderdags te Schagen zit
ting in het Café van den Heer Cor-
rüelis Zijdewind
van eenige paren Heeren-bottines
van f 5 voor f 3. Dames kamgaren
elastiek-laarzen van f 4 voor f 2.50,
beëedigd Makelaar,
te Wieriiujerwaard,
beveelt zich aan voor het koopen, verkoopen
en taxeeren van roerend en onroerend goed,
het bezorgen van Kapitalen, onder verband
van le en 2e Hypotheek op zeer billijke
voorwaarden, van losgeld op obligatie onder
borgstelling, het sluiten van brandverzekering
en verzekering op het leven, het koopen en
verkoopen van effecten en het inwisselen
van coupons.
Des Zondags geregeld des voormiddags van
10 tot 12 uur aan huis te spreken
oi er al antwoord was.
Op een goeden dag kwam het hem in de
gedachten, dat Sylvia half October weg
had gewild. Zij stelde hem dadelyk gerust
daarom had ze aan de Mammling's
schreven. En zooals alle zieken, die
maar moeten afwachten, dat hun iets ge
beurt dat wat afwisseling brengt, begon
ook Conrad Brügge belang te stellen in
allerlei kleinigheden. Wanneer Sylvia hem
verliet, wilde hij weten wat ze in huis te
doen had en wanneer ze terugkwam.
Hy bemoeide zich met alles wat ze deel
en maakte al hare liefhebberyen tot de zijne.
Onuitputtelijk was zyne belangstelling in
Sylvia's jeugd en voor den inhoud van haaf
laatste levensjaren. Het deed haar goed,
daarover te kunnen spreken. Wie had er ooit
zooveel belangstelling voor haar getoond?
En even groot ais zyne belangstelling
was, was hare mededeelzaamheid. Slechte
één naam noemde ze nooit.
Zij had reeds begrepen, dat deze naa®
en zyne beteekenis in het binnenste van Con
rad Brügge de zaligste hoop zouden dooden.
Zy wilde deze hoop niet aanmoedigen,
0 neen, zeker niet. Maar het was z°°
schoon, zoo heerlyk, te weten, dat er
iemand leefde, die zulke gedachten aan
haar persoon vastknoopte.
Ook hield ze heel dikwijls met zichzelf
redeneeringen.
Was het wel verstandig, vroeg ze dan,
nog steeds aan een man te hangen, dj®
blykbaar toch niemendal van haar wild®
weten
WORDT VERVOLGD.