Zondag 3 Augustus 1902. 46ste Jaargang No. 3754. Uitgever P. TRAPMAN. MedewerkerJ. W I Ai K E L EERSTE BLAD. Meer ambitie. Buitenlandsch Nieuws. TRANSVAAL. Binnenlandsch Nieuws. SCHAGE Alpien Nieiws-, RAAIT. AlmtClltiï- k Lulllivllli Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTBNTIEiV in bet eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Bureau ICHlGEf, Laan, I) 4. Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60. Afzonderliike nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dit nummer bestaat uit twee bladen. tiemeonte Hchagen. BEKENDMAKINGEN. o-o POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente zyn inlichtingen te bekomen omtrent een geronden stnk japonstof met roeriag. Burgemeester en Wethouder» der Gemeente Schagen, Setien art. 219. 2e alinea, der Wet tot regeling van e namenatelling. inrichting en bevoegdheid der Ge- nieentebesturen, brengen ter kenniue van de ingeze tenen, dat de rekening dezer Gemeente over het afge- loopen dienatjaar 1901, ter Secretarie voor een ieder ter lezing ii nedergelegd vanaf heden tot en met den 13 Angnstna 190 2, van dea voormiddag» tien tot de» namiddag» twee ure, en hetiy in druk, hetzij in afichritt, tegen betaling der koeten alge meen verkrijgbaar wordt gesteld. Schagen, den 31 Juli 1902. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. J. POT. De Secretaris, DENIJS. De Burgemeester van Schagen, daartoe de noodige aaoschrijving ontvangen hebbende, brengt ter alge- meene kennis, dat tot den werkelijken dienst wordt opgeroepen onderstaat de verlofganger der lichting 1897, te weten: GROOT DE, PIETER, behoorende tot het le Regiment Veldartillerie te Utrecht, welke verlofganger op den 20 Angustns 1902, des namiddags vóór vier ore, bij zyn corps present zal moeten zyn. Schagen, 1 Angustns 1902. De Burgemeester voornoemd, H. J. POT. Zooals onzen lezers bekend kan zijn uit het raadsverslag in het vorig nummer, heeft de Raad onzer gemeente plotseling het zeer gewichtige besluit genomen, het houden der kaasmarkt alhier uit te stellen tot Maart a. s. Hoewel we dit besluit, dat geheel onver wacht is gekomen, zeer betreuren, is het toch niet daarover, dat we iets willen zeggen, 't Besluit is gevallen en na-praten is een onaangenaam werk. Daarom leggen we ons er voorloopig bij neer, evenals we het zwijgen bewaren, (hoewel dit zeer noode) over de houding van den Bond van Kaas- fabrieken. De laatste Raadszitting geeft ons even wel aanleiding, eens te wijzen op een euvel, dat al langen ty d bestaat, nl. ditd e raadt- leden komen over 't algemeen te weinig kennis nemen van de adviezen van B. en W. en van destukken, die een paar dagen vóór elke raadszitting ter in zage liggen, en zij komen dus te veel onvoorbereid ter ver gadering. En aan die weinige belangstelling in de gemeentezaken meenen we het ditmaal te mogen toeschrijven, dat drie raadsleden afwezig waren, 't Is ons bekend, dat er by die drie waren, die hoegenaamd niets wisten van het voorstel, dat door B. enW. aangaande de kaasmarkt zou worden ge daan. Evenals dat voorstel óns ten eenen- male onverwacht op 't dak kwam vallen, gebeurde dat ook met heu. Was dat niet het geval geweest, waren zij op de hoogte geweest van de beslissing (want wy noemen het een beslissing), die over de Kaasmarkt zou worden genomen, hadden zy kennis genomen van de stukken, zij zouden present zijn geweest en het be sluit had anders kunnen zijn. Die weinige belangstelling, dat te-kort- schieten in activiteit, is zeer. te betreuren. Het brengt de raadsleden onvoorbereid op de zittingen; veel gevraag, naar dingen die men weten moest, is 't gevolg, maar het allerergste is: het stemmen onder den indruk van het oogenblik, zonder te kunnen nadenken. Men geeft daardoor aan het Dagelijksch Bestuur onzer gemeente een voorsprong, die gevaarlijk kan worden. Dat College toch kan uit den aard der zaak met alle onderdeelen op de hoogte zijn, heeft zich van onderat met de verschillende kwesties bezig gehouden, en wanneer dat College dan veelal, byna steeds, komt te staan voor een deel van den Raad, waarvoor zyn adviezen, dus motieven en gedachten- loop, nieuw zijn, geeft zijn advies een te zwaren stoot aan de beslissing. Immers, men volgt zoo gaarne een ander, als men zichzelf niet voldoende op de hoogte weet. 'tls onmogelijk in vele gevallen, om zich een eigen helder oordeel te vornjen zoo onder de discussiën door, de gelegenheid tot nadenken ontbreekt men stemt, zon der de gevolgen veelal te hebben overzien. Een ander kwaad, dat niet minder weegt, ditB. en W. kennen natuurlyk die weinige belangstelling om van te voren te nemen van hun adviezen en stukken, en zullen dus ('t kan niet anders) verflauwen in het steeds uitvoerig beredeneeren van hun voorstellen, en alles overlaten aan mondelinge toelichting in publieke zitting. Het gevolg is, dat de raadsleden, die steeds loffelijk hun plicht doen (want die zyn er gelukkig ook) min der te weten komen dan goed is. 't Is noodig, dat men van tevoren nadenkt over de zaken; te dikwijls zijn er in onze raadsvergaderingen verschijnselen, die er op wyzen, hoe onvoorbereid een deel der heeren is. Dat het onverwachte besluit over onze Kaasmarkt den heeren raadsleden, die aan het euvel, waarop we wezen, lijden, een spoorslag moge zijn, beter hun plicht te doen in de toekomstl De Burgemeester zal velen een genoegen doen, als hij het convocatiebiljet zóó in richt, dat men lézen kan, wat er aan de orde is. Had er op het biljet gestaan: voorstel uitstel Kaasmarkt, ioplaats van alleen Kaasmarkt, het was wél zoo duide lijk geweest en had bepaald meer belangstel ling gewekt. Dergelijke belangrijke zaken voor Schagen moeten niet behandeld onder stille trom. P. TRAPMAN, Urro. Sch. Cbt. .kennis MM nvenitnt der nee! Sedert eenige dagen zijn de politieke oogen van Europa naar Weenen gericht. Va: daar komen allerlei ophelderingen en waarschu wingen, en niet zonder reden vraagt men zich in de diplomatieke wereld af, wat dat grommelen en rommelen in de oogen- schijnlijk kalme staatkundige atmosfeer beteekent. Belangrijk zijn de berichten, die over het Drievoudig Verbond handelen. Meer in 't bijzonder handelen de verkla ringen over de positie, die Italië in geval van oorlog inneemt of innam. Wel wordt er bijgevoegd, dat Italië belangrijke wijzi gingen in het verbond heeft weten te ver krijgen, doch daar reeds vroeger meer malen is verklaard, dat de alliantie onge wijzigd blyft voortbestaan, weet men leitelijk niet, waaraan zich te houden. Over Italië's verplichtingen dan, ingeval van een oorlog naar twee tronten wordt het volgende medegedeeld Italië moet een legercorps zenden naar den Beneden-Donau, dat, versterkt met een Hongaarsch en een Roemeensch corps, onder de bevelen van koning Karei van Roemenië zal komen te staan. Aan dit leger zou dan de taak zyn opgedragen, Zuid-Rusland te bedreigen. Een tweede Italiaansche afdeeling zou naar de Boven-Rijnsche laagvlakte moeten opruk ken en zóó door de Bourgondische Poort in Frankryk trachten te dringen. Verschil lend zijn de opmerkingen, die men aan deze onverwachte openbaringen vastknoopt. Het meest steekhoudend zijn die, welke in verband met het bezoek van koningVictorEm- manuel aan St. Petersburg worden gemaakt. Rusland zou door deze verklaringen aau het verstand moeten worden gebracht, dat het op de Italiaansche vriendschap niet al te veel moet vertrouwen. Een ryk tocb, dat op zich heeft of had genomen, om bij den eersten oproep van Duitschland, Rusland te besprin gen, kan Rusland zyne vriendschap niet schen ken. Eenzelfde waarschuwing is dan aan Frankrijk gericht. Men heeft zich afgevraagd, waarom het vereenigde leger onder de bevelen van koning Karei zou moeten staan, en tevens, waarom de verhouding van Roemenië tot het Drievoudig Verbond aan het licht wordt gebracht. Deze zijde van de openbaringen zou naar den Balkan moeten zijn gericht. Bulgarije en Servië zouden daarin kunnen lezen, dat Roemenië in het Drievoudig Veibond een machtigen beschermer heett, waarop het bij de oplossing der Balkan-kwesties zou kunnen rekenen. Tevens wordt aan ge noemde Staten een wenk gegeven, om by de besprekingen derBalkan-aangelegenhedeD Oostenrijk als den meestbetrokkene van den Driebond te raadplegen. Nog richt men uit Weenen eene waar schuwing tot Frankrijk, omtrent zijne Mid- dellandsche-Zee-politiek. Frankrijk moet druk bezig zijn, om, in verbinding met Spanje, de hand op Marokko te leggen. Spanje heeft met Marokko doorloopend geschillen.Nauwelijks is heteenevande baan, of een ander breogt opnieuw de gemoederen in beweging.Het zijn vooral de ondernemende Rifbewoners, die door hun gemis van begTip van het mijn en dijn, tot tal van botsingen aanleiding geven. Spaansche kust vaartuigen worden meermalen door hen geplunderd en de opvarenden als slaven naar het binnenland vervoerd. 't Heeft er veel van, dat het beetje prestige, dat Spanje wist in te boezemen, na den Spaansch-Amerikaanschen oorlog geheel is verdwenen. De Rifpiraten worden Al overmoediger, en de Marokkaansche regeering laat het bij beloften, wel wetende, dat de hooge toon van Spanje steeds in wegstervende klanken overgaat. De groote mogendheden Demen van 't gekibbel tusschen Spanje en Marokka weinig notitie en geen, die er aan denkt, om zekere aan spraken van Spanje op Marokka te erkennen, veel minder te ondersteunen. By dezen stand van zaken zou men in Parijs niet ongenegen zijn, om, in overleg met Spanje, meer handelend op te treden. In Madrid vreest men evenwel, dat bij de eindregeling de geheele buit voor den sterkste zal zijn. Men kent daar ook de fabel van den leeuw, den vos eu den hond. By de deeling van het hert maakte de leeuw voor zich aanspraak op het geheele hert. Frankrijk loert reeds laDg op Marokko, eensdeels met 't oog op de afronding van zijn gebied, anderdeels wegens de strategische betee- kenis, die het kustgebied van Marokko heeft. Tunis, .Algiers en Marokko op een lange ry van Sicilië tot de Kanarische Eilanden, zouden een prachtig afgerond geheel vor men. Het overwicht in de Middellandsche Zee zou dan bepaald ten voordeele van Frankrijk overslaan. Door het bezit van Tanger aan de Straat van Gibraltar zou Frankrijk tevens in 't bezit van een der beide sleutels komen, die den toegang tot de Middellaudsche Zee kunnen afsluiten. Langzamerhand heeft Frankrijk zijn invloed in Marokko weten te versterken. By de jongste grensregeling is de Oase van Toeat aan Algiers getrokken, waardoor het belangrijkste deel van het achterland van Marokko aan zijn gebied is onttrokken. Aan het Marokkaansch gezantschap, dat voor de beëindiging der zaak naar Parijs was gekomen is voldoende te verstaan gegeven, dat het wel en wee van Marokko in de hand der republiek ligt. Nu komt heel onverwachts uit Weenen het bericht, dat Duitschland in geen geval zal gedoo- gen, dat Frankrijk Marokko in bezit neemt. Duitschland heeft in de Middellandsche Zee groote handelsbelangen te behartigen. Van de schepen, die de Straat van Gi braltar doorvaren, nemen de Duitsche, wat tonnenmaat betreft, de derde plaats in. Ook wegens zijn positie in Anadolië en Syrië, maakt Duitschland aanspraak op een vrijen toegang tot de Middellandsche Zee. De politiek staat op dit oogenblik in het teeken van Noord-Airika. Meer nog dan Marokko, trekt Tripoli aller aandacht. Reeds meldden wy, dat een Italiaansch smal deel voor de stad Tripoli het anker had uitgeworpen. Enkele dezer schepen zyn thans vertrokken, om in andere kustplaat sen de vlag te vertoonen. Een tweede eskader is nu voor Tripoli aangekomen. Deze schepen hebben 1500 infanteristen, geschut en artillerie-oöicieren aan boord, terwijl nog wordt gemeld, dat meerdere troepen-transporten volgen. En de Sultan, die nog wel zoo voorkomend was, om aan zijne ambtenaren te bevelen, de Italiaansche officieren met alle eer te ontvangen,wat zal de zieke Groote Heer doen, by den overval in het erfdeel zyner vaderen Zeker protesteeren en nota's wisselen, totdat een ander deel van zijn afbrokkelend rijk weer meer zijn aandacht vraagt. Botha, De Wet en De la Rey zijn uit Kaapstad vertrokken. Hun is uitgeleide gedaan door een jubelende menigte. Door de jongens van de Hollandsche scholen zyn ze naar de dokken gereden. Het was een geregelde optocht voor de generaals en ze werden steeds luide toegejuicht. Generaal De Wet heeft in de Groote Kerk te Kaapstad het huwelijk van de dochter van generaal De la Rey bijge woond. Toen de menigte hem herkende, begon zij met dolle geestdrift te juichen. De predikant moest dreigen met afbreken van de plechtigheid, om stilte te krijgen. Toen echter De Wet de kerk verliet, drong de menigte om hem heen en droeg hem in triomf rond. Het huwelyk van De la Rey's dochter werd ook bijgewoond door generaal Ben Viljoen, die uit St. Helena was terugge keerd. De generaal verhaalde, hoe de Boeren op het eiland met scherpe belangstelling den loop der gebeurtenissen hadden gevolgd en overtuigd waren van het succes der Boeren-zaak. Het bericht, dat de vrede was verklaard, kwam tot hen als een blik semstraal uit een blauwen hemel. Zoolang evenwel de voorwaarden niet bekend waren, was er gejuichtoen den volgenden dag bekend werd, op welke voorwaarden, de vrede tot stand was gekomen, werden de gevangenen diep geschokt. Evenwel schik ten zich allen in de zaak, er werd geen woord gehoord tegen de Bóeren-aanvoer ders, die tot het laatst hadden gestreden. Allen stelden zulk een sterk vertrouwen in hun leiders, dat zij er zeker van waren dat niet tot overgave was besloten vóór dat in het gebed God om raad was gevraagd. Met een opwekking tot samenwerking besloot de generaal. Men kan het zonderling vinden, dat de Engelsche regeering dergelijke manifestaties, welke toch niet bepaald van vriendschap- pelijken aard voor Eogeland zyn, kan toe laten. De qua«8tie zal wel wezen, dat de regeering bevreesd is, om tusscheDbeide te komen, aangezien dit het werk der pacifi catie in gevaar zou kunnen brengen. Zij begrijpt zeer goed, dat, indien zij de mani festaties ter eere van de Boeren-generaals verbood, zy hun populariteit aanmerkelijk zou doen toenemen. Nu heeft het den schijn, alsof de grootste liberaliteit heerscht en er onder de Engelsche vlag plaats is zelfs voor de bewondering van de helden der „gewezen" vijanden. Niets is natuurlyk minder waar, maar de Engelschen moeten wel een goed gezicht zetten bij een kwade zaak, willen zij het spel niet geheel bedorven zien. De Britsche regeering bevindt zich trouwens in een moeilijke positie. Beteugelt zy de nationalistische manifestaties der Afrikaanders, dan wakkert zij daardoor dat nationalisme aan. Bljjft zij daarentegen toekijken, dan is er alle kans op, dat het zijn natuurlijken groei volgt en een wasdom bereikt, welke de Britsche instellingen in gevaar brengt. We weten, dat Milner gaarne zou willen dat de veroverde landen door Britsche Kolonisten zouden worden bezetmen beweert dat, als in het veroverde gebied zich geen Britsche kolonisten vestigen, de Engelschen niets aan de verovering van Transvaal en Oranje-Vrijstaat zullen hebben. Maar er is tocb niemand, die den toestand in Zuid-Afrika onpartydig heeft bestudeerd eu niet weet, dat, wat den landbouw betreft, de veroverde landen niets aantrekkelijks hebben voor den Brit, die vruchtbaarder weiden verlangt en geen smaak vindt in de eenzaamheid van het veld, welke den Boer zoo dierbaar is. De hoop der Engelschen in Zuid-Afrika moet niet worden gesteld op verdringen van de Boeren, niet in het vormen van een hoogere kaste, maar in het vestigen van een Rijk van rechtvaardigheid en gelijk heid, waarin Boer en Brit het vreeselijk verleden kunnen vergeten. Wij zien hier een bewijs te meer van lord Milner's volslagen ongeschiktheid voor het hooge ambt, dat hy bekleedt. Het is de Daily News, die aldus schryft het blad noemt Milner het grootste gevaar van Zuid-Afrika Herbevolking der Transvaal- sche boerderyen. Pretoria, 30 Juli. Het terugzenden der Boeren naar hun woniDgen is zeer vooruit gegaan 9000 gezinnen moeten reeds op de hoeven in Transvaal gevestigd zijn. De laatste opgave. Het totaal aantal Boeren, dat zich na den oorlog heeft onderworpen, bedraagt volgens Kitchener's laatste rapport 21.2öt>, waarvan 3635 in de Kaapkolonie. - ANNA PAULOWNA, 31 Juli 1902. Jaren en jarenlang is onze Polder zonder Kermis geweest, en de eerste na die zoo vele jaren is nu achter den rug. Er is heel wat om te doen geweest om hier kermis te krijgen, maar tenslotte, na vele malen van mislukking, droegen de voorstan ders van een kermis in eigen plaats, de over winning weg. Wie gedroomd of gedacht heeft, dat de Polder-menschen geen kermis zonden kunnen vieren, met groote opgewektheid, maar zonder herrie, die hebben zich ter dege vergist. Ondanks het leelijke weer des Zondags, was er volop preter heerschte een aange name, opgewekte stemming, en 't ging alles netjes, zooals het bekoorde. Geen vecht partijen of dronkemansgelagen, er was echte Jool. Overal was dansen Zondag en het paar denspel van Cohen was de eenige plaats, die een rustiger uitgang bood. Daarvan werd dan ook een druk gebruik gemaakt, er was plaats te kort en er werd gewerkt tot aller tevredenheid. Maandag en Dinsdag bleef het bezoek druk, 't beste bewijs, dat er „goede waar" geleverd werd. Maandag in 't lokaal „Yeerburg" de heer Henri ter Hall Jr. Een leuk idee, op de eerste polderkermis eeu polderjongen, om de luidjes te vermaken. Nu, de heer Ter Hali heeft er uitstekend slag van, de lachspieren in beweging te brengen. Als de „portier" in de revue Barnum en Bailey woekert hij met zijn capaciteiten en weet hij door een puntig gezegde en een snaakschen uitval een uitbun dige vroolijkheid te verwekken. Ook de andere leden van zijn gezelschap vielen zeer in den smaak; maar vooral de „muziekmeneer"die zon haast viool spelen op een turf. De Kinematograaf, de Luchtschommel en de oliebollencomedies, enz., enz., genoten een druk bezoek. Het concert van het Harmoniegezelschap had Dinsdag belangstelling genoeg, al was het dat de belangstelling wel wat te veel aan den anderen kant van het hek van den tuin stond. De Kapel vervulde onder leiding van haar wakkeren directeur Wernecke met groote ambitie haar taak. Van ringrijderijen en schietwedstrijd, ook ter afwisseling gegeven, hebben we den uit slag reeds meegedeeld. Met plezier znllen wij, inwoners van Anna Panlowna, op onze eerste kermis terugzien. Wat beter weer hadden we kannen hebben, maar anders, alles in orde hoor In den provincialen kolfwed- strijd te Uitgeest, werd door den heer C. Bijpost te DIRKSHORN een 3de prijs be haald. Een vreesel ij k ongeluk voor komen. Wij lezen in de „Haarl. Ct." Woensdagavond omstreeks kwart vóór 10 uur had te HAARLEM een ongelnk kunnen gebeuren, waarvan de gevolgen niet te over zien waren. Een expres-feesttrein van de firma Wage naar Co. te 's-Gravenhage, die om 8.66 uit Amsterdam moest vertrekken, ging eerst vandaar na den sneltrein AmsterdamHoek van Holland. De feesttrein met GOO passagiers moest daardoor wachten voor het signaal bij blok E., even voor den Onden Weg alhier, doch in plaats van stil te staan, reed de trein met volle vaart door, daar ook aan het station Haarlem niet gestopt behoefde te worden. De spoorweg wachter H. Spies bemerkte het gevaar, dat daardoor ontstond, omdat van de richtiLg Haarlem juist een goederentrein naderde. Hij zwaaide met zijn roode lantaarn om den machinist te waarschuwenbovendien snelde zekere W. E. de Vrieze, die toevallig in de nabijheid was, den trein tegemoet, wat niet zonder gevaar kon geschieden. Door lnide te schreeuwen eu met zijn pet te zwaaien, gelukte het hem, de aandacht van den machinist te trekken, die met alle kracht remde, zóó krachtig, dat de vonken van de wielen spatten. Men wees den machinist, die njet weinig geschrikt was, de beide onveilige seinen en toen bleek, dat de man op dit traject niet bekend en daardoor in de meening was dat die niet voor hem bedoeld waren. Er werd achteruit gestoomd om den goederentrein gelegenheid te geven voorbij te gaan. Had men het gevaar niet opgemerkt, dan zou de trein in volle vaart op den goederen trein zijn gereden en de ramp ware niet te overzien geweest- Een woord van lof mag den spoorweg- wachters Spies en De Vrieze voor hun flink optreden niet onthouden worden. Men schrijft over den eier- handel uit den Frieschen Zuidoosthoek aan de Leeuw. Ct. Er is nog een tweede oorzaak, dat Juli maand weinig kipeieren levert, gezwegen van de waarschijnlijkheid, dat de schijnbare stil stand in het leven der natuur in deze maand het meest hiertoe bijdraagt, men bewaart ze tot den winter, wanneer de prijs 100 pCt. en meer hooger is dan tegenwoordig. Althans, zoo zijn er een massa huismoe dertjes, die uitmuntend de kunst verstaan om zonder te blozen, n openlijk en rond mede te deelen, dat ze tegenwoordig geen eieren verkoopende rest begrijpt ge zelf wel. Deze manier van afzet is zoo ingeworteld bij sommige families, dat ze er zich in 't minst niets van aantrekken, om slechte waar voor goede te leveren. „Eeu ei is een ei", zegt men, en mag de banketbakker den neus even op trekken voor een ei, dat 5 a 6 maanden oud is, van onze met zorg bewaarde zullen er ook wel komen op de ontbijttafel van koop man A, of geklopt in koffie ten behoeve van mevrouw B we zwijgen verder over dit onsmakelijk geval in letterlijken en figuur lijken zin beide, maar maken 't feit open baar om een poging te doen dit schan delijk bedrijf tegen te werken en, als 't kan, uit te roeien, 't Wordt meer dan tijd, dat de primitieve eierhandel in de Friesche Wonden plaats maakt voor een eerlijke concurrentie, die goede waar voor goed geld levert in stede van slechte waar voor hooge prijzen. Een schoolpaedagoog in de klem. Te VIANEN doet zich een eigen aardig geval vooreen onderwijzer moet namelijk op 13 Augustus a.s. zijn mondeling gedeelte van het examen voor hoofdacte afleggen, maar is tevens op dienzelfden datum voor een maand onder de wapeDen opgeroepen. Hij heelt zich nu eerst tot zijn korpscommandant gewend, om één dag later te mogen opkamen, wat hem niet is toege staan, en daarna tot den voorzitter van de examencommissie met het verzoek, of hij niet vroeger zijn mondeling gedeelte kon afleggen. Ook dit is hem geweigerd. Ten slotte heeft meester eeu verzoekschrift ingediend aan den Ministe van Oorlog, tot één dag verlof. Naar aanleiding van het thans veeivnldig in ouiloop brengen van valsche rijksdaalders, diene de waarschuwing, dat men er voorat op lette, dat de valsche rijksdaalders veel lichter van gewicht zijn, blauwachtig van kleur en vettig aanvoelen. De valsche rijks daalders worden n.1. bij het afwerken met blauwe zalf ingewreven. Het randschrift is evena s op de echte rijksdaalders, goed nage maakt. De valsche rijksdaalders die thans "in omloop zyn, dragen het jaartal 1872 en 1874

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1902 | | pagina 1