Zondag 3 Augustus 1902.
46ste Jaargang No. 3754.
Uitgever P. TRAPMAN.
MedewerkerJ. W I Ai K E L
EERSTE BLAD.
Meer ambitie.
Buitenlandsch Nieuws.
TRANSVAAL.
Binnenlandsch Nieuws.
SCHAGE
Alpien Nieiws-,
RAAIT.
AlmtClltiï- k Lulllivllli
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTBNTIEiV in bet eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Bureau ICHlGEf, Laan, I) 4.
Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60.
Afzonderliike nummers 5 Cent.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
tiemeonte Hchagen.
BEKENDMAKINGEN.
o-o
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zyn inlichtingen te
bekomen omtrent een geronden stnk japonstof
met roeriag.
Burgemeester en Wethouder» der Gemeente Schagen,
Setien art. 219. 2e alinea, der Wet tot regeling van
e namenatelling. inrichting en bevoegdheid der Ge-
nieentebesturen, brengen ter kenniue van de ingeze
tenen, dat de rekening dezer Gemeente over het afge-
loopen dienatjaar 1901, ter Secretarie voor een ieder
ter lezing ii nedergelegd vanaf heden tot en met den
13 Angnstna 190 2, van dea voormiddag»
tien tot de» namiddag» twee ure, en hetiy in druk,
hetzij in afichritt, tegen betaling der koeten alge
meen verkrijgbaar wordt gesteld.
Schagen, den 31 Juli 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
DENIJS.
De Burgemeester van Schagen, daartoe de noodige
aaoschrijving ontvangen hebbende, brengt ter alge-
meene kennis, dat tot den werkelijken dienst wordt
opgeroepen onderstaat de verlofganger der lichting
1897, te weten:
GROOT DE, PIETER,
behoorende tot het le Regiment Veldartillerie te
Utrecht, welke verlofganger op den 20 Angustns 1902,
des namiddags vóór vier ore, bij zyn corps present
zal moeten zyn.
Schagen, 1 Angustns 1902.
De Burgemeester voornoemd,
H. J. POT.
Zooals onzen lezers bekend kan zijn uit
het raadsverslag in het vorig nummer,
heeft de Raad onzer gemeente plotseling
het zeer gewichtige besluit genomen, het
houden der kaasmarkt alhier uit te stellen
tot Maart a. s.
Hoewel we dit besluit, dat geheel onver
wacht is gekomen, zeer betreuren,
is het toch niet daarover, dat we iets willen
zeggen, 't Besluit is gevallen en na-praten
is een onaangenaam werk. Daarom leggen
we ons er voorloopig bij neer, evenals we
het zwijgen bewaren, (hoewel dit zeer noode)
over de houding van den Bond van Kaas-
fabrieken.
De laatste Raadszitting geeft ons even
wel aanleiding, eens te wijzen op een euvel,
dat al langen ty d bestaat, nl. ditd e raadt-
leden komen over 't algemeen
te weinig kennis nemen van
de adviezen van B. en W. en van
destukken, die een paar dagen
vóór elke raadszitting ter in
zage liggen, en zij komen dus
te veel onvoorbereid ter ver
gadering.
En aan die weinige belangstelling in
de gemeentezaken meenen we het ditmaal
te mogen toeschrijven, dat drie raadsleden
afwezig waren, 't Is ons bekend, dat er
by die drie waren, die hoegenaamd niets
wisten van het voorstel, dat door B. enW.
aangaande de kaasmarkt zou worden ge
daan. Evenals dat voorstel óns ten eenen-
male onverwacht op 't dak kwam vallen,
gebeurde dat ook met heu.
Was dat niet het geval geweest, waren
zij op de hoogte geweest van de beslissing
(want wy noemen het een beslissing),
die over de Kaasmarkt zou worden genomen,
hadden zy kennis genomen van de stukken,
zij zouden present zijn geweest en het be
sluit had anders kunnen zijn.
Die weinige belangstelling, dat te-kort-
schieten in activiteit, is zeer. te betreuren.
Het brengt de raadsleden onvoorbereid
op de zittingen; veel gevraag, naar dingen
die men weten moest, is 't gevolg, maar
het allerergste is: het stemmen onder
den indruk van het oogenblik,
zonder te kunnen nadenken.
Men geeft daardoor aan het Dagelijksch
Bestuur onzer gemeente een voorsprong,
die gevaarlijk kan worden. Dat College
toch kan uit den aard der zaak met alle
onderdeelen op de hoogte zijn, heeft zich
van onderat met de verschillende kwesties
bezig gehouden, en wanneer dat College
dan veelal, byna steeds, komt te staan voor
een deel van den Raad, waarvoor
zyn adviezen, dus motieven en gedachten-
loop, nieuw zijn, geeft zijn advies een te
zwaren stoot aan de beslissing.
Immers, men volgt zoo gaarne een ander,
als men zichzelf niet voldoende op de
hoogte weet. 'tls onmogelijk in vele gevallen,
om zich een eigen helder oordeel te vornjen
zoo onder de discussiën door, de gelegenheid
tot nadenken ontbreekt men stemt, zon
der de gevolgen veelal te hebben overzien.
Een ander kwaad, dat niet minder weegt,
ditB. en W. kennen natuurlyk die
weinige belangstelling om van te voren
te nemen van hun adviezen
en stukken, en zullen dus ('t kan niet
anders) verflauwen in het steeds uitvoerig
beredeneeren van hun voorstellen, en alles
overlaten aan mondelinge toelichting in
publieke zitting. Het gevolg is, dat de
raadsleden, die steeds loffelijk hun plicht
doen (want die zyn er gelukkig ook) min
der te weten komen dan goed is.
't Is noodig, dat men van tevoren
nadenkt over de zaken; te dikwijls zijn er
in onze raadsvergaderingen verschijnselen,
die er op wyzen, hoe onvoorbereid een deel
der heeren is.
Dat het onverwachte besluit over onze
Kaasmarkt den heeren raadsleden, die aan
het euvel, waarop we wezen, lijden, een
spoorslag moge zijn, beter hun plicht
te doen in de toekomstl
De Burgemeester zal velen een genoegen
doen, als hij het convocatiebiljet zóó in
richt, dat men lézen kan, wat er aan
de orde is. Had er op het biljet gestaan:
voorstel uitstel Kaasmarkt, ioplaats van
alleen Kaasmarkt, het was wél zoo duide
lijk geweest en had bepaald meer belangstel
ling gewekt. Dergelijke belangrijke zaken
voor Schagen moeten niet behandeld onder
stille trom.
P. TRAPMAN,
Urro. Sch. Cbt.
.kennis
MM nvenitnt der nee!
Sedert eenige dagen zijn de politieke oogen
van Europa naar Weenen gericht. Va: daar
komen allerlei ophelderingen en waarschu
wingen, en niet zonder reden vraagt men
zich in de diplomatieke wereld af, wat
dat grommelen en rommelen in de oogen-
schijnlijk kalme staatkundige atmosfeer
beteekent. Belangrijk zijn de berichten, die
over het Drievoudig Verbond handelen.
Meer in 't bijzonder handelen de verkla
ringen over de positie, die Italië in geval
van oorlog inneemt of innam. Wel wordt
er bijgevoegd, dat Italië belangrijke wijzi
gingen in het verbond heeft weten te ver
krijgen, doch daar reeds vroeger meer
malen is verklaard, dat de alliantie onge
wijzigd blyft voortbestaan, weet men leitelijk
niet, waaraan zich te houden.
Over Italië's verplichtingen dan, ingeval
van een oorlog naar twee tronten wordt
het volgende medegedeeld
Italië moet een legercorps zenden naar
den Beneden-Donau, dat, versterkt met een
Hongaarsch en een Roemeensch corps, onder
de bevelen van koning Karei van Roemenië
zal komen te staan.
Aan dit leger zou dan de taak zyn
opgedragen, Zuid-Rusland te bedreigen.
Een tweede Italiaansche afdeeling zou naar
de Boven-Rijnsche laagvlakte moeten opruk
ken en zóó door de Bourgondische Poort
in Frankryk trachten te dringen. Verschil
lend zijn de opmerkingen, die men aan
deze onverwachte openbaringen vastknoopt.
Het meest steekhoudend zijn die, welke in
verband met het bezoek van koningVictorEm-
manuel aan St. Petersburg worden gemaakt.
Rusland zou door deze verklaringen aau het
verstand moeten worden gebracht, dat het op
de Italiaansche vriendschap niet al te veel
moet vertrouwen. Een ryk tocb, dat op zich
heeft of had genomen, om bij den eersten
oproep van Duitschland, Rusland te besprin
gen, kan Rusland zyne vriendschap niet schen
ken. Eenzelfde waarschuwing is dan aan
Frankrijk gericht.
Men heeft zich afgevraagd, waarom het
vereenigde leger onder de bevelen van
koning Karei zou moeten staan, en tevens,
waarom de verhouding van Roemenië tot
het Drievoudig Verbond aan het licht wordt
gebracht.
Deze zijde van de openbaringen zou naar
den Balkan moeten zijn gericht. Bulgarije
en Servië zouden daarin kunnen lezen, dat
Roemenië in het Drievoudig Veibond een
machtigen beschermer heett, waarop het
bij de oplossing der Balkan-kwesties zou
kunnen rekenen. Tevens wordt aan ge
noemde Staten een wenk gegeven, om by
de besprekingen derBalkan-aangelegenhedeD
Oostenrijk als den meestbetrokkene van
den Driebond te raadplegen.
Nog richt men uit Weenen eene waar
schuwing tot Frankrijk, omtrent zijne Mid-
dellandsche-Zee-politiek. Frankrijk moet
druk bezig zijn, om, in verbinding met
Spanje, de hand op Marokko te leggen.
Spanje heeft met Marokko doorloopend
geschillen.Nauwelijks is heteenevande baan,
of een ander breogt opnieuw de gemoederen
in beweging.Het zijn vooral de ondernemende
Rifbewoners, die door hun gemis van
begTip van het mijn en dijn, tot tal van
botsingen aanleiding geven. Spaansche kust
vaartuigen worden meermalen door hen
geplunderd en de opvarenden als slaven
naar het binnenland vervoerd.
't Heeft er veel van, dat het beetje
prestige, dat Spanje wist in te boezemen,
na den Spaansch-Amerikaanschen oorlog
geheel is verdwenen. De Rifpiraten worden
Al overmoediger, en de Marokkaansche
regeering laat het bij beloften, wel wetende,
dat de hooge toon van Spanje steeds in
wegstervende klanken overgaat. De groote
mogendheden Demen van 't gekibbel tusschen
Spanje en Marokka weinig notitie en
geen, die er aan denkt, om zekere aan
spraken van Spanje op Marokka te erkennen,
veel minder te ondersteunen. By dezen
stand van zaken zou men in Parijs niet
ongenegen zijn, om, in overleg met Spanje,
meer handelend op te treden. In Madrid
vreest men evenwel, dat bij de eindregeling
de geheele buit voor den sterkste zal zijn.
Men kent daar ook de fabel van den
leeuw, den vos eu den hond. By de deeling
van het hert maakte de leeuw voor zich
aanspraak op het geheele hert. Frankrijk
loert reeds laDg op Marokko, eensdeels
met 't oog op de afronding van zijn gebied,
anderdeels wegens de strategische betee-
kenis, die het kustgebied van Marokko
heeft.
Tunis, .Algiers en Marokko op een lange
ry van Sicilië tot de Kanarische Eilanden,
zouden een prachtig afgerond geheel vor
men. Het overwicht in de Middellandsche
Zee zou dan bepaald ten voordeele van
Frankrijk overslaan. Door het bezit van
Tanger aan de Straat van Gibraltar zou
Frankrijk tevens in 't bezit van een der
beide sleutels komen, die den toegang tot
de Middellaudsche Zee kunnen afsluiten.
Langzamerhand heeft Frankrijk zijn invloed
in Marokko weten te versterken. By de
jongste grensregeling is de Oase van
Toeat aan Algiers getrokken, waardoor
het belangrijkste deel van het achterland
van Marokko aan zijn gebied is onttrokken.
Aan het Marokkaansch gezantschap, dat
voor de beëindiging der zaak naar Parijs
was gekomen is voldoende te verstaan
gegeven, dat het wel en wee van Marokko
in de hand der republiek ligt. Nu komt
heel onverwachts uit Weenen het bericht,
dat Duitschland in geen geval zal gedoo-
gen, dat Frankrijk Marokko in bezit neemt.
Duitschland heeft in de Middellandsche
Zee groote handelsbelangen te behartigen.
Van de schepen, die de Straat van Gi
braltar doorvaren, nemen de Duitsche, wat
tonnenmaat betreft, de derde plaats in.
Ook wegens zijn positie in Anadolië en
Syrië, maakt Duitschland aanspraak op een
vrijen toegang tot de Middellandsche Zee.
De politiek staat op dit oogenblik in het
teeken van Noord-Airika. Meer nog dan
Marokko, trekt Tripoli aller aandacht. Reeds
meldden wy, dat een Italiaansch smal
deel voor de stad Tripoli het anker had
uitgeworpen. Enkele dezer schepen zyn
thans vertrokken, om in andere kustplaat
sen de vlag te vertoonen. Een tweede
eskader is nu voor Tripoli aangekomen.
Deze schepen hebben 1500 infanteristen,
geschut en artillerie-oöicieren aan boord,
terwijl nog wordt gemeld, dat meerdere
troepen-transporten volgen. En de Sultan,
die nog wel zoo voorkomend was, om aan
zijne ambtenaren te bevelen, de Italiaansche
officieren met alle eer te ontvangen,wat
zal de zieke Groote Heer doen, by den
overval in het erfdeel zyner vaderen Zeker
protesteeren en nota's wisselen, totdat een
ander deel van zijn afbrokkelend rijk weer
meer zijn aandacht vraagt.
Botha, De Wet en De la Rey zijn uit
Kaapstad vertrokken. Hun is uitgeleide
gedaan door een jubelende menigte. Door
de jongens van de Hollandsche scholen zyn
ze naar de dokken gereden. Het was een
geregelde optocht voor de generaals en ze
werden steeds luide toegejuicht.
Generaal De Wet heeft in de Groote
Kerk te Kaapstad het huwelijk van de
dochter van generaal De la Rey bijge
woond. Toen de menigte hem herkende,
begon zij met dolle geestdrift te juichen.
De predikant moest dreigen met afbreken
van de plechtigheid, om stilte te krijgen.
Toen echter De Wet de kerk verliet,
drong de menigte om hem heen en droeg
hem in triomf rond.
Het huwelyk van De la Rey's dochter
werd ook bijgewoond door generaal Ben
Viljoen, die uit St. Helena was terugge
keerd. De generaal verhaalde, hoe de Boeren
op het eiland met scherpe belangstelling
den loop der gebeurtenissen hadden gevolgd
en overtuigd waren van het succes der
Boeren-zaak. Het bericht, dat de vrede
was verklaard, kwam tot hen als een blik
semstraal uit een blauwen hemel. Zoolang
evenwel de voorwaarden niet bekend waren,
was er gejuichtoen den volgenden dag
bekend werd, op welke voorwaarden, de
vrede tot stand was gekomen, werden de
gevangenen diep geschokt. Evenwel schik
ten zich allen in de zaak, er werd geen
woord gehoord tegen de Bóeren-aanvoer
ders, die tot het laatst hadden gestreden.
Allen stelden zulk een sterk vertrouwen
in hun leiders, dat zij er zeker van waren
dat niet tot overgave was besloten vóór
dat in het gebed God om raad was
gevraagd.
Met een opwekking tot samenwerking
besloot de generaal.
Men kan het zonderling vinden, dat de
Engelsche regeering dergelijke manifestaties,
welke toch niet bepaald van vriendschap-
pelijken aard voor Eogeland zyn, kan toe
laten. De qua«8tie zal wel wezen, dat de
regeering bevreesd is, om tusscheDbeide te
komen, aangezien dit het werk der pacifi
catie in gevaar zou kunnen brengen. Zij
begrijpt zeer goed, dat, indien zij de mani
festaties ter eere van de Boeren-generaals
verbood, zy hun populariteit aanmerkelijk
zou doen toenemen. Nu heeft het den schijn,
alsof de grootste liberaliteit heerscht en er
onder de Engelsche vlag plaats is zelfs
voor de bewondering van de helden der
„gewezen" vijanden. Niets is natuurlyk
minder waar, maar de Engelschen moeten
wel een goed gezicht zetten bij een kwade
zaak, willen zij het spel niet geheel bedorven
zien.
De Britsche regeering bevindt zich
trouwens in een moeilijke positie. Beteugelt
zy de nationalistische manifestaties der
Afrikaanders, dan wakkert zij daardoor dat
nationalisme aan. Bljjft zij daarentegen
toekijken, dan is er alle kans op, dat het
zijn natuurlijken groei volgt en een wasdom
bereikt, welke de Britsche instellingen in
gevaar brengt.
We weten, dat Milner gaarne zou willen
dat de veroverde landen door Britsche
Kolonisten zouden worden bezetmen
beweert dat, als in het veroverde gebied
zich geen Britsche kolonisten vestigen, de
Engelschen niets aan de verovering van
Transvaal en Oranje-Vrijstaat zullen hebben.
Maar er is tocb niemand, die den toestand
in Zuid-Afrika onpartydig heeft bestudeerd
eu niet weet, dat, wat den landbouw betreft,
de veroverde landen niets aantrekkelijks
hebben voor den Brit, die vruchtbaarder
weiden verlangt en geen smaak vindt in
de eenzaamheid van het veld, welke den
Boer zoo dierbaar is.
De hoop der Engelschen in Zuid-Afrika
moet niet worden gesteld op verdringen
van de Boeren, niet in het vormen van een
hoogere kaste, maar in het vestigen van
een Rijk van rechtvaardigheid en gelijk
heid, waarin Boer en Brit het vreeselijk
verleden kunnen vergeten.
Wij zien hier een bewijs te meer van
lord Milner's volslagen ongeschiktheid voor
het hooge ambt, dat hy bekleedt.
Het is de Daily News, die aldus schryft
het blad noemt Milner het grootste
gevaar van Zuid-Afrika
Herbevolking der Transvaal-
sche boerderyen.
Pretoria, 30 Juli. Het terugzenden der
Boeren naar hun woniDgen is zeer vooruit
gegaan 9000 gezinnen moeten reeds op
de hoeven in Transvaal gevestigd zijn.
De laatste opgave.
Het totaal aantal Boeren, dat zich na
den oorlog heeft onderworpen, bedraagt
volgens Kitchener's laatste rapport 21.2öt>,
waarvan 3635 in de Kaapkolonie.
- ANNA PAULOWNA, 31 Juli 1902.
Jaren en jarenlang is onze Polder zonder
Kermis geweest, en de eerste na die zoo vele
jaren is nu achter den rug.
Er is heel wat om te doen geweest om
hier kermis te krijgen, maar tenslotte, na vele
malen van mislukking, droegen de voorstan
ders van een kermis in eigen plaats, de over
winning weg.
Wie gedroomd of gedacht heeft, dat de
Polder-menschen geen kermis zonden kunnen
vieren, met groote opgewektheid, maar zonder
herrie, die hebben zich ter dege vergist.
Ondanks het leelijke weer des Zondags,
was er volop preter heerschte een aange
name, opgewekte stemming, en 't ging
alles netjes, zooals het bekoorde. Geen vecht
partijen of dronkemansgelagen, er was echte
Jool.
Overal was dansen Zondag en het paar
denspel van Cohen was de eenige plaats, die
een rustiger uitgang bood. Daarvan werd
dan ook een druk gebruik gemaakt, er was
plaats te kort en er werd gewerkt tot aller
tevredenheid. Maandag en Dinsdag bleef het
bezoek druk, 't beste bewijs, dat er „goede
waar" geleverd werd.
Maandag in 't lokaal „Yeerburg" de heer
Henri ter Hall Jr. Een leuk idee, op de
eerste polderkermis eeu polderjongen, om de
luidjes te vermaken. Nu, de heer Ter Hali
heeft er uitstekend slag van, de lachspieren
in beweging te brengen. Als de „portier" in
de revue Barnum en Bailey woekert hij met
zijn capaciteiten en weet hij door een puntig
gezegde en een snaakschen uitval een uitbun
dige vroolijkheid te verwekken.
Ook de andere leden van zijn gezelschap
vielen zeer in den smaak; maar vooral de
„muziekmeneer"die zon haast viool spelen
op een turf.
De Kinematograaf, de Luchtschommel
en de oliebollencomedies, enz., enz., genoten
een druk bezoek.
Het concert van het Harmoniegezelschap
had Dinsdag belangstelling genoeg, al was
het dat de belangstelling wel wat te veel
aan den anderen kant van het hek van den
tuin stond. De Kapel vervulde onder leiding
van haar wakkeren directeur Wernecke met
groote ambitie haar taak.
Van ringrijderijen en schietwedstrijd, ook
ter afwisseling gegeven, hebben we den uit
slag reeds meegedeeld.
Met plezier znllen wij, inwoners van Anna
Panlowna, op onze eerste kermis terugzien.
Wat beter weer hadden we kannen hebben,
maar anders, alles in orde hoor
In den provincialen kolfwed-
strijd te Uitgeest, werd door den heer C.
Bijpost te DIRKSHORN een 3de prijs be
haald.
Een vreesel ij k ongeluk voor
komen.
Wij lezen in de „Haarl. Ct."
Woensdagavond omstreeks kwart vóór 10
uur had te HAARLEM een ongelnk kunnen
gebeuren, waarvan de gevolgen niet te over
zien waren.
Een expres-feesttrein van de firma Wage
naar Co. te 's-Gravenhage, die om 8.66
uit Amsterdam moest vertrekken, ging eerst
vandaar na den sneltrein AmsterdamHoek
van Holland.
De feesttrein met GOO passagiers moest
daardoor wachten voor het signaal bij blok E.,
even voor den Onden Weg alhier, doch in plaats
van stil te staan, reed de trein met volle vaart
door, daar ook aan het station Haarlem niet
gestopt behoefde te worden. De spoorweg
wachter H. Spies bemerkte het gevaar, dat
daardoor ontstond, omdat van de richtiLg
Haarlem juist een goederentrein naderde. Hij
zwaaide met zijn roode lantaarn om den
machinist te waarschuwenbovendien snelde
zekere W. E. de Vrieze, die toevallig in de
nabijheid was, den trein tegemoet, wat niet
zonder gevaar kon geschieden. Door lnide te
schreeuwen eu met zijn pet te zwaaien, gelukte
het hem, de aandacht van den machinist te
trekken, die met alle kracht remde, zóó
krachtig, dat de vonken van de wielen spatten.
Men wees den machinist, die njet weinig
geschrikt was, de beide onveilige seinen en
toen bleek, dat de man op dit traject niet
bekend en daardoor in de meening was dat
die niet voor hem bedoeld waren. Er werd
achteruit gestoomd om den goederentrein
gelegenheid te geven voorbij te gaan.
Had men het gevaar niet opgemerkt, dan
zou de trein in volle vaart op den goederen
trein zijn gereden en de ramp ware niet te
overzien geweest-
Een woord van lof mag den spoorweg-
wachters Spies en De Vrieze voor hun flink
optreden niet onthouden worden.
Men schrijft over den eier-
handel uit den Frieschen Zuidoosthoek aan
de Leeuw. Ct.
Er is nog een tweede oorzaak, dat Juli
maand weinig kipeieren levert, gezwegen van
de waarschijnlijkheid, dat de schijnbare stil
stand in het leven der natuur in deze maand
het meest hiertoe bijdraagt, men bewaart
ze tot den winter, wanneer de prijs 100 pCt.
en meer hooger is dan tegenwoordig.
Althans, zoo zijn er een massa huismoe
dertjes, die uitmuntend de kunst verstaan om
zonder te blozen, n openlijk en rond mede
te deelen, dat ze tegenwoordig geen eieren
verkoopende rest begrijpt ge zelf wel.
Deze manier van afzet is zoo ingeworteld bij
sommige families, dat ze er zich in 't minst
niets van aantrekken, om slechte waar voor
goede te leveren. „Eeu ei is een ei", zegt men,
en mag de banketbakker den neus even op
trekken voor een ei, dat 5 a 6 maanden oud
is, van onze met zorg bewaarde zullen er
ook wel komen op de ontbijttafel van koop
man A, of geklopt in koffie ten behoeve van
mevrouw B we zwijgen verder over dit
onsmakelijk geval in letterlijken en figuur
lijken zin beide, maar maken 't feit open
baar om een poging te doen dit schan
delijk bedrijf tegen te werken en, als 't kan,
uit te roeien, 't Wordt meer dan tijd, dat de
primitieve eierhandel in de Friesche Wonden
plaats maakt voor een eerlijke concurrentie,
die goede waar voor goed geld levert in
stede van slechte waar voor hooge prijzen.
Een schoolpaedagoog in de
klem. Te VIANEN doet zich een eigen
aardig geval vooreen onderwijzer moet
namelijk op 13 Augustus a.s. zijn mondeling
gedeelte van het examen voor hoofdacte
afleggen, maar is tevens op dienzelfden
datum voor een maand onder de wapeDen
opgeroepen. Hij heelt zich nu eerst tot zijn
korpscommandant gewend, om één dag later
te mogen opkamen, wat hem niet is toege
staan, en daarna tot den voorzitter van de
examencommissie met het verzoek, of hij niet
vroeger zijn mondeling gedeelte kon afleggen.
Ook dit is hem geweigerd. Ten slotte heeft
meester eeu verzoekschrift ingediend aan den
Ministe van Oorlog, tot één dag verlof.
Naar aanleiding van het thans
veeivnldig in ouiloop brengen van valsche
rijksdaalders, diene de waarschuwing, dat men
er voorat op lette, dat de valsche rijksdaalders
veel lichter van gewicht zijn, blauwachtig van
kleur en vettig aanvoelen. De valsche rijks
daalders worden n.1. bij het afwerken met
blauwe zalf ingewreven. Het randschrift is
evena s op de echte rijksdaalders, goed nage
maakt. De valsche rijksdaalders die thans "in
omloop zyn, dragen het jaartal 1872 en 1874