feuilleton. Donderdag 5 Maart i90Ü. 4?«U J flo. #815. COURANT. ilmlïlllfr k LllÜllllUI Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst,. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. BureaufeCMAfiüS, ÏLa&n, 15 4. Uitgever1P. TRAPMAN, lede werk er <1. W 1 k E L. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderliilro nummers 5 Cent. AD VERTEN TIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Bij dit nummer behoort een bijvoegsel. Binnenlandsch Nieuws. Voor eon goede 60 man sprak Zondagavond te NIEUWE NIEDORP in het lokaal van den heer C. Kooiman de heer J. Breebaart Jz. van Winkel, op uitnood.iging van de Volkskiesvereeniging „Burgerrecht", over Arbeiders-pensionneering en r.og enkele onderwerpen, van belang voor den werkman. Dat er nu heel wat ineer publiek was, dan toen hij den vorigen keer optrad, zal wellicht voor een deel zijn toe te schrijven aan de gebeurtenissen van de laatste weken, maar zeker voor een groot deel ook aan de wijze waarop de spreker gewoon is, zich van zijn taak te kwijten. Hij heeft veel voor boven de meeste sprekers in volksvergaderingen. In de eerste plaats is hij arbeider, of althans altijd arbeider geweest. Hij heeft in groote steden gewoond, zoo goed als op het platte land hij heeft gewerkt' in groote fabrieken en in de mijnen, en hij .kan dus over de ver schillende arbeiderstoestonden meepraten. Hij heeft ze zelf beleefd. Het is aangenamer zich van hèm de les te laten lezen, dan van chique heeren, wier inkomen in den regel een of meer duizenden guldens bedraagt en die de arbeiderstoestanden, hoe autoritair zij er ook over spreken, niet anders kennen, dan in hoofd zaak uit boekjes of kranten. In de tweede plaats spreekt hij zoo'n heelen avond voor 't vuistje weg met een radheid en gemakkelijkheid en met een ruimen voor raad glossen, die vele van zijn collega's [om van anderen niet te spreken] hem terecht kunnen benjjden. En in de derde, maar zeker niet de laatste plaatshij blijft steeds consequent in zijn beginselgeen personen te bestrijden, maar stelsels. Hoe dikwijls ziet men niet, dat z. g. volksleiders niet beter weten te doen, dan nu dezen, dan genen, liefst met name genoemden persoon, hetzij een minister, een burgemeester, een kamerlid of wat dan ook, opzettelijk bespottelijk te maken en in een kwaad dag licht te stellen, aldus werkende op den gemeenen hartstocht, den persoonlijken haat, zonder welken zij blijkbaar gevoelen niets te kunnen uitrichten; aldus huijne toehoorders verlagende tot honden, die zij aanhitsen op bepaalde personen, die hun in het vaarwater komen. De heer Breebaart spreekt niet over bepaald» personen, en als hij al den een of anderen naam noemt, dan verzuimt bij zelden of nooit, er onmiddellijk bij te voegen, dat niet dien per soon een verwijt mag treffen, maar de maat schappij, die gedoogt, wat die persoon voor verkeerds doet of nalaat. Dat belet hem natuurlijk niet, om zijn sociaal-democratische meeningen te uiten zonder iets onder stoelen ot banken te steken, of er doekjes om te winden. Spr. betoogde de wenschelijkheid en de nood zakelijkheid van een pensioen uit de staatskas voor den ouden werkman, zonder dat deze premie betaalt. Wat Heldt dus-indertijd voor stelde, dat bijv. een werkman die f 400 ver dient 20 ct. per week betaalt, waarvoor bij dan op 65-jarigen leeftijd een pensioen van f 87 per jaar zal genieten, is geheel onvol doende. Het loön is veel te laag, om daarvan no»- 20 cent per week premie te betalen. Da leeftijd van 65 jaar wordt dikwijls niet of ternauwernood bereikt en van f 87 per jaar kan niemand leven. Neen, de kosten van het pensioen moeten niet verhaald worden op het toch al te lage loon der werklieden, maar kunnen en moeten gevonden worden door bezuiniging der uitgaven voor het militaris me, belasting op de goederen in de doode hand en verhooging der successie-rechten hij erfenissen in de zijlinie. Andere redenen om het geld voor de pensioenen te zoeken daar, waar het 't best gemist kan worden, waren nog ie. dat een arbeider soms een tijdlang niet bij anderen in dienst, is en dus tijdelijk geen pre mie zou betalen, wat tot gevolg kon hebben, dat de man per slot van rekening tocb nog geen of weinig pensioen genoot2e. dat het ook onbillijk is, de premie by v. voor de helft door den patroon te doen meebetalen, omdat dan zoovelen, die toch al meer dan te veel geld hebben, er niets aan bijdragen, alleen omdat zij geen personeel in dienst hebbeu 3e. dat betaling der premie alleen door den patroon oorzaak zou zijn van misbruiken, doordat soms de patroon zon trachten, de premie op het loon van den werkman te verhalen en dat in dit geval het pensioen waarschijnlijk ook te gering zou zijn. Alleen van den rijkdom moest het dus komen, en dat kan nog wel als men wist, dat onzo groot-kapitalisten in de 1 laatste 5 jaar 252 millioen hebben weggeleg-d. j De Ongevallenwet besprekende, wees Spr. op de onbillijkheid, dat de landarbeiders en vis- i sobers bij een ongeluk geen nitkëering kri]gen, j Verbetering van ai beidersvvoningtoestanden, i i in hoofdzaak in de stad, rnaar toch ook op j het platteland, was dringend noodig, evenals I uitbreiding van het onteigeningsreciit, waar- door de gemeenten de beschikking kregöh over de bouwterreinen, zoodat de arbeiderswonin- j gen daarop niet zoo klein en duur behoefden te zijn. i Verder keurde Spr. de mi ingediende „Rus sische" wetten af, die men te baat nam, om den arbeiders een wapen uit de hand te slaan. 1 De tijdsstroom was echter niet te keeron. Wat nu gebeurd was, was maar niet een toevallig oproertje, maar een uiting van de maatschap pelijke ontwikkeling en de tijdelijk opgedamde stroom zou te eeniger tijd verpletteren allen, die den dam trachtten te stutten. Aan het slot ried Spr. aan, zich te orga- niseeren in politieke en vakvereenigingen en onderling voeling te houden. Alleen zóó kon men sterk worden. Met een gedichtje „aan de landarbeiders" eindigde hij. Van de gelegenheid tot debat werd goen gebruik gemaakt. Alleen wenschte de lieer D. Kruit een vraag 1e doen. Hij had den Spr. hooren zeggen, dat de arbeiders moesten lezen en nu wist hij r.iet, wat daarmeê bedoeld werdof 't misschien de Sc.hager Courant was of den almanak maar hij Kruit] was in de vergadering gekomen met een handvol boekjes over „moderne slavernij" en het was hem door het bestuur verboden, daarriieê te colporteeren. Als dat nu niet gelezen mocht worden, vroeg hij, of de Spr. niet tegen de beginselen van het bestuur van „Burgerrecht" gehandeld had. De heer Breebaart antwoordde, dat hem van dat verbod tot colporteeren niets bekend was. Hij voor zich vond 't beter, alles maar toe te laten. Enfin, het bestuur moest dat uitmaken. De Voorz. der vergadering [tevens van het bestuur van „Burgerrecht"], de heer J. Hoog- vorst, zei't colporteeren was niet verboden. Maar 't bestuur wist niet, of Kruit soms met onthouders-lectunr liep en het meende, dat die lectuur hier dezen avond niet te pas kwam. Echter, Spr, ging direct tot slui ting over en daarna was er alle gelegenheid om te colporteeren. Met eene opwekking om toe te treden als lid van Burgerrecht, waarvan de contributie maar 30 cent in 't jaar was, sloot de heer Hoogvorst hierop de vergadering. Vergadering van den Eaad der gemeente OUDE NIEDORP, op Maandag 2 Maart 1903, voormiddags 10 uur. dhit r. Roman van M. GRAVIN VON BÜNAU. 0-0-0 16. Nog eenmaal richtte Irma haar oogen op haar man. De groot opgeslagen oogen keken hem star in het gelaat. Een rilling liep hem langs den rug. Hy mompelde iets onverstaanbaars en ging snel ll6611a j a Irma bleet alleen. „Dat is liet eind zeide zij langzaam voor zich heen. Kurt heeft Ilse lief! Zij had het reeds lang gevreesdmaar hoe groot moest zyn hartstocht zijn, dat hij daarvan sprak tegenover haar, ziin vrouw. Dat was geen licht ontvlamde hartstocht zooals ze had gedacht die even snel uitdooft als hy komtneen, dat was een groote liefde, waarvoor geen hinderpalen meer bestaan. Slechts haar armzalig leven was de eenige hindernis dit stond nog tusscben hem en zyn geluk. Kon ze hem verwaten, dat hij naar haar dood verlangde? Een paar heete tranen kwamen haar in de oogen. Zy streek met de hand over de brandende oogleden. Tranen! Waarom weenen? Zij had bet immers reeds lang geweten en zichzelve alleen maar trachten te bedriegen, dat ze het mis had. Zy had gehoopt, dat, wanneer Ortzin met Ilse getrouwd was, en zy weer met Kurt alleen leefde, zyn verloren liefde weer langzaam terug te winnen zou zijn geweest. Maar dat was zelfbedrog geweest, evenals zoo veel. Nooit zou hij haar weer liefhebben. Dat Ilse Kurt beminde, dat geloofde ze niet. Ilse had Ortzin lief. De strijd tus- schen die twee menschen ontstond door haar. Was zij dood, dan konden zij met elkaar spreken en zich met elkaar verzoenen. Ilse tenminste zou dan gelukkig zijn. Als in een kringetje draaiden deze gedachten in haar arm hoofd rond. Er wr.s geen uitweg niets dan smart, verwarring en nood, zoolang ze leefde. Zoodra zij stierf, loste alles zich op. Waarom - zou ze dan hun dat genoegen niet doen Met moeite stond zij op en liep tastend langs den wand. Haar werd het zwart voor de oogen. In haar oorea bruischte het. Sedert weken hnd ze geen stap gedaan. Langzaam bereikte zij haar doeleen klein kastje, waarin Ilse de morphine wegsloot. Irma lachte. Wat een nutteloor.e voor zichtigheid Eén druk van haar krachte- looze vingers was genoeg om het oude, zwakke slot te openen. Zij knielde bevend op den grond, het fleschje in de hand. Zacht kreunend legde zij het hoofd tegen de deur van bet kastje. Irma's bart klopte luide, in zware dofi's slagen dikwijls zette het uitdan werd ze zoo angstig, 't was of ze moest stikken. Zij kende die verschrikkelijke verschijnselen zoo goed. Welke pijnen verscheurden dit arme hart, totdat bet éindelijk zou stilstaan Haar leven trok aan haar geest voorbij vlug wisselende beelden. Zij zag zichzelf weer in de studeerkamer van haar vader Tegenwoordig alle leden. Voorz. de Burge- meester, de heer A. Wonder Pz. Nadat do vergaderirur met- het gewone welkom is geopend, rooiden de notulen dei-' vorige vergadering gelezen en goedgekeurd. Voorz. deelt naar aanleiding der notulen mede, dat de 6 boomen op liet erf van de veldwachterswoning netto f 39.hebben opgebracht. Ingekomen is een schrijven van Gedepu teerde Staten, houdende opmerkingen over de toegezonden verordening betreffende het afscheiden van de erven aan den openbaren weg met puntdraad. Op verschillende gron den bevelen Gedeputeerde Staten enkele1 redactiewijzigingen aan. Daar deze opmerkin- j gen het ver bod zelf van puntdraad langs den openbaren weg niet raken, wordt besloten, de verlangde redactie-wijzigingen aan te brengen. Verder worden voor kennisgeving aange nomen het verslag van de commissie tot wering van schoolverzuim, vermeldende, dat geen enkele maal tot bijstand van den arr.- schoolopziener behoefde te worden vergaderd een missive van deu Minister v. Binn. Zaken, dat geen termen zijn gevonden voor een gun- J stige beschikking op het adres om vrijstelling j van Ëchoolgeldheffiug voor het herhalings- onderwijs, en een missive van den Rijksbe taalmeester te Alkmaar, houdende bericht, dat op 27 Februari aan den gemeente-ontvanger f 187.50 is uitbetaald. Vervolgens zegt Voorz., dat jaarlijks f 14.— aan T. de Jong wordt uitbetaald voor het schoonmaken en schoonhouden van het Raadhuis; Spr. .vindt, dat daar ook bijbehoort het schoonhouden van builen, en dat laat wel eens te wenschen over. De heeren Strijbis en Kriller betwijfelen het, of onder die f 14.ook liet schoonhouden van buiten begrepen is. De Voorz. vraagt, als meerdere heeren er zoo over denken (Spr zelf vindt de belooning ook niet hoog en komt daarom juist met dit punt in de vergadering), of men dan de f 14.— wil verhoogen en aan De Jong gelasten, dat hij beter dan tot heden voor het schoonhou den van de buitenzijde zorgt, of wel besluiten, dat de Raad zelf iemand aan het opknappen van de buitenzijde zet. Spr. vindt de beloo ning wel niet hoog, maar wil toch opmerken, dat De Jong nog al eens een voordeeltje van 't Raadhuis heelt. Men geeft er algemeen de voorkeur aan, dat de gemeente dan zelf maar voor den buitenkant zorgt De Voorz. dunkt het't best, dat men dan ééns per jaar den buitenmuur en de gooten goed laat schrobben en overi gens het knaphouden aan De Jong opdraagt. Dit wordt ten slotte algemeen goedgevon den. Ook de dakpannen zullen dan in de jaarlijksche reiniging worden begrepen. Do hoofden der scholen ontvangen, zooals de Voorz. verder mededeelt, 60 cents per uur voor het geven van herhalingsonderwijs en zij brengen niet in rekening, ofschoon zij daartoe wel gerechtigd.zijn, de anderhalfuur per week liandwerk-onderwijs, door de onder wijzeres gegeven. Voorz. vraagt, of het nu niet billijk zou zijn, hun iets te geven voor de administratie van het herhalingsonderwijs, iets wat dan tevens een blijk van waardeering is voor het niet in rekening brengen van die wekelijksche anderhalf uur. De hr. Hille oppert de bedenking, of dat cijfer van 90 cent (in 1 '/.2 uur) niet van te geringe beteekenis is om in de plaats daarvan een gratificatie te geven. Spr. meent, dat zonder geldelijke blijken evengoed wel des Raads waardeering kan worden uitgesproken. De heer Van der Oord zou een gratificatie van f 10.wel goed vinden. Zij, de school hoofden, vragen niet om wat zij zouden kun een moederloos, vroeg rijp kind, altijd stj] en eenzamn, zacht met de poppen fluisterend, o*jq haar vader niet te storen. Later werd zij zijn kleine helpster, die met haar rond, kinderlijk schrift hetcopie- werk verrichtte, hem bediende, hot huis werk verrichtte, zoo goed als het ging. Zij had Ilse niet de waarheid gezegd. Een leelijke ijverzucht verscheurde haar het hart, toen Ilse's moeder, die mooie weduwe, met haar vader trouwde. Wat v.as ze nog voor haar vader, ge durende zijn kort tweede huwelijk Niets een schuw, stijf, halfvolwassen meisje, dat hij vluchtig over het haar streek, wanneer hij haar toevallig in de kinder kamer met de kleine Ilse, zijn lieveling, aantrof. Na den dood van de jonge vrouw nam zij weer de plaats van huisvrouw in maar het nooit te stillen verdriet van haar vader toonde haar maar al te duidelijk, dat zij de leêge plaals in zijn hart niet kon aanvullen. Als een lentestorm kwam Kurt's liefde over haar. Zijn hartstochtelijk smeeken rukte baar uit haar gelijkmatig leven los. Zij, die steeds in de schaduw had gestaan, bloeide op als een roos onder zyn vurige kussen, zijn van liefde gloeiende woorden. Langzaam-aan verkoelden zijn gevoelens. Het was weer stil en koud om baar heen, een eenzame kamer van een geleerde, waar zij, over de boeken van haar vader gebogen, het leed van haar verloren ge gaan levensgeluk trachtte te vergeten. Tevergeefs Toen kwam Ilse. .Haar teederheid werkte als een balsem maar ook in Ilse's leven nam zij niet de eerste plaats in. In geen nen eischen. Dat zij dus eenige vergoeding krijgen, acht Spr. niet onbillijk. Da heer Hille zegt, dat de schoolhoofden het zelf niet billijk vinden, belooning te vra gen voor uren, waarin ze feitelijk niets doen. De heer Over zou er ook niet tegen ziju, iets te geven. Na nog eenige bespreking, waarbij de heer Hille verklaart, dat het natuurlijk niet zijne bedoeling is, den onderwijzers eene gratificatie te onthouden, wordt met algemeene stemmen besloten, eerst om een belooning voor de administratie van het herhalingsonderwijs te geven, daarna, om die belooning te bepalen op f 10.per jaar aan elk hoofd der school. Een verdere vraag van den Voorz. is, hoe veel vergoeding zal moeten worden toege kend aan Kooiman en Van Leeuwen voor het verrichten van de schoorsteenschouw. Zij hebben overal één keer en waar aanmer kingen waren tweemaal, geschouwd. De heer Hille meent, dat de betrokken per sonen zelf het beste kunnen zeggen, wat zij verdiend hebben. Spreker weet wel, dat er een heeleboel werk aan geweest is. De Voorz. heeft Van Leeuwen naar zijn meening gevraagd en die vond, dat hij f12. verdiend had. Dat acht de heer Hille niet te veel. Ook de andere heeren vinden dat bedrag volstrekt niet te hoog. De Voorz. had het plan, om voor Van Leeuwen f'12.en voor Kooiman, omdat diens wijk kleiner was en hij 't werk meer tusschen zijn gewone werkzaamheden door kon doen, f 10.voor te stellen. Men vindt echter, evenals de heer. Stam, 't verschil te gering, om daarvoor afzonder lijke belooning toe te kennen, en besluit, aan elk f 12.uit te betaloD. Bij de nu gevolgde rondvraag zegt de heer Hille, dat, naar hij gezien heeft, de gemeente- put op 't erf van Jan Moras van boven invalt. De heer Hille wordt gemachtigd, daarin te doen voorzien. En dan heeft de heer Hille nog ievs op zijn gemoed. Dat heeft betrekking op de tegenwoordige agitatie in de provincie voor lage wik- en weegloonen. We zijn er allen van overtuigd, zegt spreker, dat de tegenwoordige wik- en weegloonen aan de kaasmarkten te hoog zijn. Ruim 2 jaar geleden is een commissie benoemd voor een onderzoek naar afzet van kaas buiten hooge wik- en weegloonen. Na een jaar van onderzoek en overweging is de commissie tot de conclusie gekomen, dat het stichten van andere kaasmarkten de weg was tot ver krijging van lagere wik- en weegloonen aan de bestaande markten. Het. denkbeeld, orr. Schagen aan te wijzen als marktplaats, vond algemeenen bijval en de Kaasbond nam zich voor, die zaak te steunen. De opzet is echter alleen het verkrijgen van lagere wik- en weegloonen en niet het stichten van een kaasmarkt te Schagen. Dat is slechts het middel tot verlaging der wik- en weegloonen te Alkmaar. Nu weet men ook, dat de koop lui uit Alkmaar, Hoorn, Purmerend en Edatn besloten hebben, de Schager markt niet te bezoeken tot 1904. Dat heeft tengevolge, dat in Schagen, ondanks de pogingen die de commissie in andere richting nog deed, te weinig kooplui konien, hetgeen dadelijk merk baar is aan de eenigszins lagere marktprijzen. Nu is onlangs besloten, tot bestrijding daar tegen te stichten een we^rstandskas, waaruit zij. die in 1903 te Schagen huii kaas gemarkt hebben, vergoeding zuiieiï ontvangen voor den te lagen prijs, dien zij voor hun kaas heb ben kunnen bedingen. Die weerstandskas moet dus bewerken, dat er veel aanvoer van kaas komt te Schagen en dan zullen op den duur de kooplui van zelf komen. De weerstandskas acht Spr. een algemeen belang voor de provincie, en daar in deze gemeente heel veel veehouders en landeigenaren zijn, gelooft Spr., dat het ook een belang is voor de gemeente. Naar Spr.'s schatting wordt elk jaar uit Oude Niedorp alleen f 600 te veel betaald aan de stad Alk maar. Spr. meent dus de vraag te mogen doen, of het niet in het belang van de ge meente is, de weerstandskas te steunen. Voor zoover Spr. bekend, heeft, wat de gemeente besturen aangaat, nog alleen Berkhout een voorbeeld in deze gegeven. De heer Strijbis vindt het steunen van de weerstandskas heel best, maar wil er niet [door subsidie uit de gemeentekas] de burgers aan laten betalen. Dat moeten de boeren onder elkaar doen. De heer Hille zegtals we toch f 600.— in de gemeente .weten te houden, dan is dat toch voor allen van belang. Rekenende naar hetgeen de kaasfabriek te Zijdewind te Alk maar heeft geleverd, meent Spr. gerust te mogen beweren, dat alleen uit de gemeente Oude Niedorp 60.000 kaasjes met 1 cent per stuk te veel zijn belast. De heer Strijbis blijft van oordeel, dat alleen zij er aan moeten betalen, die er het voordeel van hebben, en dat zijn alleen de boeren. De heer Hille meent, dat het niet altijd uit te maken is, of dat of dat geheel algemeen belang is. Nu eens zal de eene, dan weer de andere categorie van personen er het meeste voordeel van hebben. De heer Over beaamt dit. De Voorz. is ook van oordeel, dat het stre ven der commissie alle waardeering verdient en dat het wel op den weg der gemeente ligt, aan de weerstandskas iets bij te dragen. Niet ieder heeft bij deze zaak belang, maar dat is eveneons zoo bij subsidies aan Ambachts- en Huisboudschool. Ongetwijfeld toch zullen vele ingezetenen kunnen profiteeren van de resultaten van het streven. De heer Strijbis is het er mee eens, dat de weerstandskas allen steun verdient, maar er zijn hier 2 kaasfabrieken en veel boeren, die zelf kazen. Als die het nu goed begrijpen, dan kan er toch misschien uit de gemeente f 500.— in de weerstandskas komen en dan behoeft bovendien toch de gemeentekas niet bij te dragen. De heer Hille wil ook niet voorbijzien de zedelijke kracht, die bijgezet moet worden. Al geeft de gemeente maar een klein bedrag, dan verleent dat toch heel wat steun aan de zaak. Aan de heeren Stam en Ligthart, die tot heden nog geen exemplaar der circulaire betreffende de weerstandskas onder de oogen hebben gehad, wordt voorlezing van de cir culaire met het reglement gedaan. De hierna door den Voorzitter gedane vraag o f een bedrag in de weerstandskas gestort zal worden, wordt algemeen toestem mend beantwoord. Als bedrag der subsidie wordt genoemd: door den heer Stam f 10.door den heer Kriller minstens f25.—door den Voorz. f40. en door den heer Hille f 50. De Voorz. is gaarne bereid, zijn denkbeeld I van f 40.in te trekken voor dat van den j heer Hille. i Dit voorstel nu, om f 50.subsidie te j geven, wordt in stemming gebracht en ver worpen met 5 tegen 2 stemmenvóór de heeren Kriller en Hille; tegen de heeren Stam, Ligthart, Over, Van der Oord en Strijbis. Zij vinden allen f 50.te hoog. Alzoo blijven nog de bedragen van f 10. f 25.en f 40.Bij de hieropgevolgde stemming, welk bedrag bepaald zal worden, verklaren zich de heeren Hille, Kriller, Over, enkel menschenhart was zij de eerste. Haar dood zou niet veel smart bröDgen die bracht béér bevrijding en opende den ande ren den weg tot het geluk. Waarom aarzelde zij nog? Het was immers niet eens een offer Hoe kon ze onder dergelijke verhoudingen nog aan het leven hangen Zij keek naar de boekenkasten. Wat zou er worden van haar geliefde boeken, wan neer zij dood was Naar alle vier wind streken zouden zij verstrooid worden. Ook al goedMisschien kwam dan een van de boeken nog in rechte handen en vervulde zoo zyn plicht. Haar was het, als zag ze plotseling haars vaders ooger, op zioh gevestigd, ernstig en streng. „Wat I wilt go doen schenen de vermanende blikken te vragen. Het fleschje beefde in haar hand, zij kon het niet aan den mond brengen. Lang bleef ze doodstil zitten. Dan schoof ze de morphine met een laatste inspanning van alle krachten vol afschuw in de kast terug. Neen Dat was geen óffer, wanneer zij opzettelijk haar leven korttedat was een wraak. Haar zelfgekozen dood moest i een eeuwig verwijt voor de haren ziju. Het j zou hun den weg toch het geluk ont nemen. Zij wankelde naar haar bed terug en strekte zich daarop neer. Het pijnlijke hartkloppen hield langzaam aan op. De pijn verdween. Zij voelde zich lichter en vrijer dan sinds lang Tijd en omgeving, alles scheen in elkaar te 1 vloeien, zij zweefde, zy wist niet waar heen Van verre klonken klokken, hooge, heldere klokken, als in de Alpen i De met sneeuw bedekte bergen schit terden. De lachende zon tooverde vio lette schaduwen. Het alpenkruid geurde. Een stem klonk vanuit de verte en fluis terde iets het klonk lief en teeder. De liefde is er dus nog ook voor haar liefde en leven zijn eeuwigslechts de hulsels wisselen De zon scheen steecis helderder De gansche wereld stond in licht en geuren Om Irma's mond speelde een zacht lachje. HOOFDSTUK X. Kurt gevoelde zich zeer onbebaaglyk, nadat hij Irma verlaten had. De blik harer wijdgeopende oogen, die zoo duide- lyk in zijn hart scheen te lezen, vervolgde hem. Hij trachtte den onaangenamen druk van zich af te schudden. Hoe kon men ook altijd zijn woorden op een goudschaaltje wegen Hij had zich in den Jaatsten tijd reeds zoovele malen bedwongen en hij be handelde zijn vrouw met de grootste attentiedat hij nu vandaag zyn zelfbe- heersching had verloren, dat was te ver ontschuldigen. De tegenwoordige toestand werd ook hoe langer hoo ondraaglijker. Waar Ilse toch bleef Hy keek op zyn horloge. Twee uur was ze reeds weg. Het was haar gewoonte niet, haar wande lingen zoo ver uit te strekken. Ilse kon de zaak met Irma weer het gemakkelijkst voor hem in orde brengen. Hij mocht haar natuurlijk niet verraden, wat hij Irma had durven zeggen, maar ondanks dat, kon Ilse de zieke gemakkelijk gerust stellen. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1903 | | pagina 1