Zoudag 22 Maart
en
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag-
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
MSureais9C53.AOSUï, JLaan, D 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
ÜIEede werkerJ. W I K E L.
Prijs per jaar i 8.Franco per post f 8.60.
Afzonderliike nummers 5 Cent.
ADVERÏÏïNTIEN van 1 tot 5 regels f 0.26 iedere regel meer 6 ct
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Buitenlandsch Nieuws.
Polei owrasil der rel
T weetle K a m e r.
Binnenlandsch Nieuws.
3
i7öU JAAi-g&tog Nu. 382B.
ROT.
AlïfirisitiB- LsilliiiSlal.
"W1"
Dit' nummer bestaat uit drie bladen
eerste" blad.
tiemeente "•clinjjen.
BEKENDMAKINGEN.
—o
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn
inlichtingen te bekomen omtrent een op
de weekmarkt 1. achtergebleven n u c h-
t e r k a 1 f, en een gevonden p o r t e-
m o n n a i e, inhoudendo eenig geld.
00000
Openbare vergadering van den Raad
der gemeente Schagen, op Dinsdag den
24 Maart 1903, des voormiddag» ten
10 ure.
Punten van behandeling
1. Ingekomen stukken.
2. Opheffing borgstelling oud gemeen
te-ontvanger.
3. Wijziging instructie van den ge
meente-ontvanger.
Idem van den Waagmeesjter on
den Marktmeester.
4. Adres Afd. Schagen Holl. Maat
schappij van Landbouw, om plaatsing van
een veebascule op de weekmarkten.
5. Voorstel stichting gasfabriek.
6. Adres van den eoncessionnaris der
gasfabriek.
7. Benoeming Stembureaus.
8. Reclames Hoofdelijken Omslag.
Schagen, den 19 Maart 1903,
De Burgemeester,
H- J. POT.
De bom, welken de Bisschop van Trier
voor de neutrale school bestemd had, barst
eenigszins anders los dan Zijne Eerwaarde
bedoeld had. De Protestantsche bevolking
van Duitschlaüd is over de aanmatiging van
dien hoogen geestelijke zeer vertoornd en de
blijken van ontevredenheid worden dagelijks
door middel van tal van petitionnementen
door den minister van onderwijs ontvangen.
Nu treft het voor de regeering bijzonder
lastig, dat deze beweging juist samenvalt
met haar voorstel tot opheffing van de
Jezuïetenwet. Dit is olie in het vuur
geweest, zóó zelfs, dat de machtige Pro
testantenbond zijn ernstige bezwaren tegen
de politiek van Von Bülow heeft geopen
baard. In een monster-adres herinnert de
Bood aan de woorden van Keizer Wilhelm I
„Bij mjj berust de leiding van mijn
volk in den strijd tegen een macht, waar
van de heerschappij in geen land van de
wereld vereenigbaar is gebleken met den
vrede en de welvaart der volken". Bij
verschillende bondsstaten zal de regeering
ook tegenwerking ondervinden.
Er schijnen maar twee staten vóór het
voorstel te zijn. Indien dit zoo is, waaraan
volgens gegevens niet te twijfelen valt,
dan wordt de wet reeds in den Bondsraad
terzijde gelegd. Het drama aan het Sak
sische Hof laat in dezen ook zjjn invloed
gelden. Algemeen wordt toch in Saksen
gelootd, dat de liberale koningin door den
invloed van geestelijke intriges gecom
promitteerd werd. Met hare verwijdering
van het hof, zou mede de invloed op hare
kinderen geweerd worden, zoodat de aan
staande koning van Saksen een streng
Katholieke vorming kan krijgen. Alle
moeite, welke de hoogste kringen zich
hebben gegeven, om dit idéé uit de hoofden
en harten van het Protestant? cbo Saksische
volk te verwijderen, zijn vruchteloos ge-
bleven.
Daartegen helpen dan ook geen oiti-
ciëele kennisgevingen, noch koninklijke
manifesten. Zooals de zaken nu staan,
wordt de reis van den Keizer naar Rome,
by welke gelegenheid opnieuw een bezoek
aan het "Vaticaan zal worden gebracht, van
verschillende zijden veroordeeld. Daar even
wel dit reisplan een deel van 's Keizers
politiek programma uitmaakt, zal het wel
geen veranderingen ondergaan.
In het bezook aan koning Humbert
wordt de bezegeling van het Drievoudig
Verbond gezienin dat aan den Paus, de
algemeene richtiDg van Duitschland's staat
kunde. Een deel dier staatkunde is, om door
middel van de Kerk, Duitschland's positie
in Syrië te versterken en te bevestigen.
Te Rome zal het bezoek te meer ge
waardeerd worden, nu Keizer Alexander
van Rusland op zijn reisplan naar Italië
is teruggekomen. Zeer beleedigend wordt
uit St. Petersburg gemeld, dat men de
Italiaansche politie niet in staat acht, aan
slagen op den Czaar te voorkomen. Natuur
lek wringt de schoen op eene geheel
Andere plaats.
Zoo zijn de onderhandelingen tusschen
Rusland eu Italië over de afsluiting van een
handelsverdrag afgebroken voornamelijk
wegens de hooge eischen van Italië. Ook
in de Turksche politiek moeten beide
landen van meening verschillen. Een en
ander moet in de betrekkingen eene ver
koeling hebben veroorzaakt. 't Is wel op
merkenswaardig, welk eene belangrijke
rol de Balkan-kwestie in de politiek speelt.
De B lkan-aangelegeDheden hebben in
Bulgarije eene micisteriëele crisis veroor
zaakt. De minister van oorlog Paprikof
had voor de uitrusting en verbetering van
het leger een crodiet van tien millioen tranes
gevraagd. De minister-president meende,
dat het tijdstip voor deze krediet-aanvrage
heei slecht gekozen was, daar het allicht
in Europa den indruk zou maken, dat
Bulgarije met geweld in de Macedonische
kwestie zou willen ingrijpen. De minister
van oorlog bleef evenwel op zijn stuk staan,
en daar zijne ambtgenooten bij hunne in
zichten bleven, is hij heengegaan. Tot heden
heeft vorst Ferdinand geene liefhebbers
voor de portefeuille kunnen vinden. Wij
wezen er een vorigen keer op, dat Bulgarije,
zeer ten onrechte, alleen aanspraak op de
Macedonische erfenis maakt. Ons kwamen
dienaangaande eenige cijfers onder de oogen,
die wjj hier volledigheidshalve geven. De
aanteekeningen zijn getrokken uit de
officiëele berichten der Grieksche consuls,
en wat Bulgarije aangaat, uit de lijsten van
het exarchaat te Konstantinopel.
In het district Monastir zijn 447
Grieksche scholen met 25157 leerlingen
en 273 Bulgaarsche met 9804 leerlingen.
In Salonika 521 Grieksche scholen met
32534 en 319 Bulgaarsche met 9544 leer
lingen j in Adrianopel 416 Grieksche met
31210 en 162 Bulgaarsche met 4661 kin
deren. In deze drie districten vindt men
dus 1384 Grieksche scholen met 88900
leerlingen, en 754 Bulgaarsche met 24000
leerlingen, "Volgens deze statistiek over
treffen derhalve in Macedonië de Grieksche
belangen die van Bulgarije. Dat Grieken
land zioh minder laat gelden dan Bulgarije,
heeft natuurlijk zijne redenen. Bulgarije
heeft zich met lijf en ziel verkocht aan
Rusland. Het heeft zijne onafhankelijkheid
aan Rusland te danken en kan, als da
nood aan den man komt, ten allen tijde op
bescherming en tusschenkomst rekenen.
Als een echt ondeugende jongen, die weet
dat hrj bij vader een potje bieken kan,
durft het stukjes uit te voeren, waarvoor
anderen geen moed bezitten.
Griekenland heeft voor eenige jaren van
Turkije eene geduchte aderlating gehad,
waarvan het nog lang niet hersteld is.
Verder is de invloed van Engeland en
Duitschland te Athene zeer groot en van
beiden kan men gerust aannemen, dat zij
geen lust hebben om in de kaart van Rus
land te spelen.
Een derde factor is de kwestie in Ser
vië. Dit land dobbert tusschen Rusland en
Oostenrijk. Onder de regeering van koning
Milan dreef Oostenrijk beslist in Belgrado
boven, later verliep het getij en daarmeê
zakte ook de Donaustaat af. De jonge
koning Alexander, onder den invloed van
de radicale Russiscbgezinde partij, sloot
zich nauw bij Rusland aan Doch ook in
die stemming is een ommekeer gekomen.
En nu is bet weer zoover heen, dat Alexan
der een bezoek a$n Weenen zal brengen,
't Heeft iets van een politieke wipplank
onder, boven, op en neer. Die wipplank
ziet men ook elders. Heel langzaam, dcch
goed waarneembaar, gaat in Engeland het
conservatieve eind van de wip naar bene
den. In een tweetal districten, sedert jaren
hechte burchten van de ministeriëele partij,
zjjn met flinke meerderheid liberalen ver
kozen. Nu jammert men ach en wee en
zoekt overal naar de oorzaken, terwijl ze
voor de hand liggen. Een der nieuwe af
gevaardigden heelt het de Regeering ver
teld. Het zijn de onderwijswet, het groot
grondbezit, de tinanciëale toestand, de hooge
lasten, de legervoorstellen. die de wip doen
overslaan. Het is dus de jingo-politiek van
Chamberlain, Milner en Co., die het volk
de oogen opent. Zoo wreekt Zuid-Afrika
zich op zjjn overweldigers 1
Het voorloopig verslag over de
stakings-w etsontw erpen.
o
Het voorloopig verslag omtrent de drie
bekende wetsontwerpen is door de Commissie
van rapporteurs uitgebracht. Dit geheelc
rapport af te drukken, zou te veel van onze
plaatsruimte vergen en daarom bepalen we ons
tot het meedeel en der hoof dzaken die we
aan het Handelsblad ontleenen
Omtrent de vraag, of er groDd bestond voor
bijzondere maatregelen, was de „groote meer
derheid" vgn oordeel, dat de omstandigheden
in het begin van Februari inderdaad buiten
gewone maatregelen tot handhaving van
gezag en orde noodzakelijk maakten. Zij
keurde het goed, dat de Regeering te dezen
krachtig was opgetreden, met het oog vooral
op de groote belangen, ook van internatio
nalen aard, aan stremming, van het spoor
wegverkeer verbonden.
Omtrent de beteekenis der staking was
men „vrij algemeen" van gevoelen, dat die
niet zoo groot ware geweest, indien er enkel
van solidariteit der spoorwegbeambten met
de transportarbeiders sprake ware geweest.
De eigenlijke oorzaak van de uitbreiding der
staking lag in de grieven van het personeel
omtrent loonen, arbeidsduur en onvoldoende
behandeling van klachten. De feitelijkheden
die tegen de Durgerdammers gepleegd werden,
de bedreiging tegenover de Staten-Generaal,
de dreigende staking der gemeentewerklieden
te Amsterdam, enz., en de toon, op sommige
vergaderingen aangeslagen, maakten, dat
maatregelen tot handhaving van orde en rust
en tot verzekering van veilig spoorwegver
keer slechts konden worden goedgekeurd.
Over de vraag, of aanvulling van het Wet
boek van Strafrecht gewenscht en noodig is
en wel op de wijze, ais door de Regeering
is voorgesteld, liepen de meeningen echter
zeer uiteen. „Vele leden", die in beginsel
strafbepalingen op bemoeilijking van arbeids-
willigen en op dienstweigering door ambte
naren enz. verdedigbaar achten, hebben tegen
de aanneming der voorgestelde strafbepalin
gen, met name van die over dienstweigering,
op dit oogenblik overwegend bezwaar. Dit
vraagstuk is niet geschikt voor overhaaste
oplossing, de rechtstoestand van ambtenaren,
spoorwegpersoneel enz., moest eerst behoor
lijk zijn geregeld, en in een toestand van
beroering zijn zuike wetten niet raadzaam,
te minder daar zij met het rechtsbewustzijn
van vele werklieden in strijd zijn. De over
heid geeft niet van hare hoogheid en wijsheid
in moeilijke dagen het beste béwijs door straf
wetten uit te vaardigen, waarvan de werking
in vele opzichten onzeker is. Werd van die
maatregelen voorshands afgezien, dan zou
de kalmte terugkeeren.
„Vele andere leden" verdedigden echter de
voorgestelde strafbepalingen, omdat het
spoorwegverkeer niet afhankelijk mag zijn
van de welwillendheid der arbeiders en om-
dat het bestaan van grieven geen contract-
j breuk en dwang tegenover anderswillenden
rechtvaardigen. De bepalingen zijn gericht
j niet tegen het vereenigingsleven, maar tegen
misbruiken. Ook wil men den spoorwegarbei
ders het recht van staken niet ontnemen,
maar enkel bij contractbreuk. Door het en
quête-voorstel blijkt, dat het ernst is voor
den rechtstoestand der arbeiders te zorgen
en men hoopte, dat de Regeering daartoe
reeds zou bijdragen door een regeling krach
tens art. 27 der Spoorwegwet. Men hoopte,
dat allen die het gézag van den Staat hoog
willen honden tegen dwang uit klassenbe-
lang, de voorstellen tot handhaving van dat
gezag zouden steunen.
Over deze hoofdvraaghet wenschelijke
en raadzame der strafbepalingen op dit
oogenblik, blijkt dus uit bet verslag, dat er
geen bepaalde meerderheid voor of tegen
bestond. Vandaar zeker de wensch van ver
schillende zijden naar overleg tusschen de
Kamergroepen, ter voorkoming óf van
verwerping, óf van aanneming met slechts
enkele stemmen meerdeiheid. Daaronder zon
de zedelijke kracht der wetten lijden. Daar
om werd dan ook door de leden, die de be
palingen m beginsel verdedigbaar achten,
op uitstel aangedrongen totdat de rechts
toestand der ambtenaren en van het spoor
wegpersoneel beter zou zijn geregeld, of al
thans invoeging van een artikel dat het in
werking-treden tót een nader tijdstip uit
stelt.
Onder de politieke medestan
ders der Regeering verklaarden sommigen
voor de aangegeven middelen om tot een
vergelijk te komen, wel wat te gevoelen,
maar zij meenden dat liet oordeel over de
opportuniteit bij de Regeering moet ver
blijven, die geroepen is de orde te handhaven
Daarom wensehten zij dat de Regeering
nu reeds krachtens de Spoorwegwet bepa
lingen zou maken betreffende den rechts
toestand der spoorweg-ambtenaren.
Daartegen werd geantwoord, dat een be
roep op de verantwoordelijkheid der Regee
ring kan opgaan, waar liet geldt feitelijke
middelen tot verzekering van rust en orde,
maar dat bij de beoordceling van strafbe
palingen de Staten-Generaal evenzeer als de
Regeering hebben te oordeelen over de
noodzakelijkheid, doelmatigheid en oppor
tuniteit.
Verder bevat het verslag nog uitvoerige
beschouwingen over den inhoud en de beoor
deelingen der voorgestelde strafbepalingen,
waaromtrent zeer uiteenloopende meeningen
werden verkondigd.
Vraagt men nu, wat de slotsom is, waartoe
het Kamerverslag komt., dan kan het ant
woord niet anders zijn dan diter is geen
besliste meening van een meerderheid
in te vinden omtrent de hoofdzaak, de o n-
j v e r w ij 1 d e uitvoering van strafbepa
lingen. Wel is er blijkbaar een groote
meerderheid, die de vrijheid van arbeid on
den ongestoorden gang van openbare diensten
krachtiger dan thans wil verzekeren. Maar
dat dit nu reeds en op do voorgedragen wijze
behoort te geschieden, zonder dat tevens of
vooraf de rechtstoestand van ambtenaren en
werklieden beter is geregeld, daartegen komt
,het ons voor, dat, blijkens het verslag, ook
bij een deel dor rechterzijde ernstig bezwaar
bestaat. Het is zeker, dat de linkerzijde, welke
te recht het laatstgenoemde standpunt in
neemt, daarvan niet zal afwijken, zoodat
als de Regeering zich ongeneigd toont hierin
tegemoet te komen de behandeling op
een partijstemming zal uitloopen. Dit ware
zeer te betreuren, te meer, omdat dan een
deel der rechterzijde gesteld zou worden
voor de moeilijke keus, óf het ministerie in
den steek te laten, óf tegen de eigen over
tuiging te stemmen.
Dat zal de Regeering zelve stellig willen
voorkomen. In haar antwoord verwachten
wij dan ook do geneigdheid te zullen vinden,
om aan de overwegende bezwaren van onge
veer de halve Kamer tegemoet te komen.
En daarop rekenen wij te meer, nu blij
kens het Voorloopig Verslag „vrij alge
meen" het gevoelen werd voorgestaan, dat
de staking haar eigenlijke oorzaken gevon
den heeft ind6 grieven van het spoor
wegpersoneel. Door dit zoo „vrij algemeen"
te erkennen, heeft de Kamer zelve immers
reeds aangetoond, dat een onderzoek naar en
zoo noodig tegemoetkoming aan die grieven
vooraf dient te gaan.
In de N u t s v e r g a d e r i n g van
't Dep. KOLHORN is Donderdagj.1. besloten,
een tentoonstelling van handenarbeid te hou
den in 't begin der maand September. Alles
wat daaronder verstaan kan worden zoo
van mannen als van vrouwen wordt tegen
dien tjjd op nader te bepalen datum inge
wacht.
Verder werd besloten, er een verloting aan
te verbinden van voorwerpen, op de tentoon
stelling aangekocht. Nadere regeling dier zaak
werd verdaagd tot de Meivergadering, maar
verspreiding in ruimen kring van de voor-
loopige plannen, werd door de aanwezige
leden thans al noodig geoordeeld.
HEER HUGOWAARD. In den namiddag
van den 18 ontstond aan het station een
begin van brand in het plafond, dat zich
aanvankelijk ernstig liet aanzien. Gelukkig
spoedig was de brandspuit van den Midden
weg aanwezig, waarmede het voortsmeulende
vuur werd gebluscht.
Op de voordracht voorH. d. S.
te SINT MAARTENSBRUG komen voor de
heeren B. de Vries, onderw. te Zuid-Schar-
woudeH. v. Asperen, H. d. S. te Nijenga (Er.);
S. Wijn, H. d. S. te Holysioot, gem. Rangdorp;
A. Olie, onderw. te Hauwert.
Vergadering van Waterschap-
besturen.
Op Maandag 23 Maart zal in Krasnapolsky
te AMSTERDAM eene veigadering worden
gebonden van voorzitters en secretarissen der
waterschapsbesturen in Noord-Holland dan
zal een vereeniging worden opgericht, ten
einde de belangen der polders te behartigen.
In plaats van wijlen den heer
A. Louwe is tot molenmeester van den polder
„Ooster N" benoemd de heer G. Slijkerman Jz.
te SCHAGERBRUG.
Mede op 't drietal stonden de heeren P.
Klaver en J. Marees Pz.
-De muilkor f-w e t.
Nu het ministerie door de benoeming
van den schout-bij-naoht Ellis weer
voltallig is geworden zeide een werk
man-staker wacht ons heel gauw
eenj
melvil v. Lynden
Harte v. Tecklenburg
idenburg
Ellis
kuyper
Marez oyens
Bergansius
Loeff
Er wordt door de inspecteurs
bij hèt L. O. te AMSTERDAM een onder
zoek ingesteld naar de gelden, welke door
vereenigingen, die gebruik maken van de
gebouwen der openbare scholen, worden ge
stort voor het schoonmaken vai) die lokalen.
Volgens de contracten moeten die gelden
worden afgedragen aan do schoonmaaksters,
doch enkele hoofden van scholen hebben die
gelden nooit aan de rechthebbenden doen
toekomen. Bij matige berekening loopt dit
bedrag aan enkele scholen over de honderden
guldens. Natuurlijk verwekt dit geval groote
ontsteltenis in de onderwijzerswereld.
Uit den volksmond.
Amsterdammer Nou, boertje, wat zalle we
krijgen, als de wind gaat legge
Boer: Windeieren zou ik denken.
Voorjaarsgroente.
Men schrjjft uit ZEELAND
Bij het gunstige weder der laatste dagen
ziet men hier in de nabijheid der Zeeuw-
sche stroomen, mannen, vrouwen en kinde
ren, met manden en zakken naar „de zee"
trekken, om daar een plantje af te snijden,
dat bekend is onder den naam van zeekraal,
en wetenschappelijk salicorna herbacea heet.
Dit eenvoudig gewas groeit op de schor
ren, welke langs de Schelde worden aange
troffen ejn staat hier en bij onze Zuidelijke na
buren als voorjaarsgroente goed aangeschreven.
Om dit plantje machtig te worden, moeten
do arme stakkers bij het kille voorjaarsweer
soms tot de knieën door het water waden,
om zoo van de eene schor op de andere te
komen. De plunt wordt tot aan den grónd
afgesneden, van sljjk gezuiverd en daarna
verkocht.
Verscli gebruikt, is de eenigszins zilte
groente eene overheerlijke en gezonde spijs
en wordt niet alleen door do bewoners der
ggj» ii—■MgaMg»
Zeeuwsche dorpen, maar ook door de Bel
gische stedelingen met graagte genuttigd. De
Belgen zijn zelfs op deze eerste voorjaars
groente van den konden grond bijzonder
gesteld.
Eene andere plant, die hier ook aan den
oever van de Schelde wordt aangetroffen, en
om dezen tyd van het jaar als groente ge
bruikt wordt, is de lamsoor [statice elongata].
Deze groente, welke veel op spinazie gelijkt,
is niet zoo gezocht als de zeekraal, doch
wordt door sommige menschen om haar
hoog zoutgehalte en fiisschen smaak, als
„lekker" geprezen.
I Zij gaat echter niet naar België, maar
wordt in de Zeeuwsche dorpen door de kin
deren langs de deuren gevent. Zeekraal en
lamsoor hebben, behalve als groente, ook
waarde voor de verdere vorming der schor
ren. Aan hare wortels hechten zich name
lijk de aangevoerde zeebezinkingen en op
die wijze werken deze eenvoudige plantjes
mede tot de vorming van die aange
slibde gronden, waaraan onze provincie
zoo rijk is.
Men schrijft uit HAARLEM
Het Volk heeft medegedeeld, dat de direc
tie der H. IJ. S. M. verschillende menschen,
te Haarlem aan 't station werkzaam, een stuk
heeft laten teekenen, waarvan de inhoud
hierop neerkomt, dat het personeel verklaart,
dat de looneischen, doof de vereenigingen
gesteld, onmogelijk door de maatschappii kun
nen ingewilligd worden, en dat het noodig
of wenschelijk is, dat genoemde eischen
worden opgeschort tot na de in uitzicht ge
stelde enquête.
Bij onderzoek naar de juistheid van dit
bericht bleek het volgende
De directie van de H. IJ. S. M. heeft geen
stuk ter teekening aangeboden, maar wel was
hier een ambtenaar dier Maatschappij nithet
Noorden des lands, die verschillende ambte
naren en beambten ter teekening heeft gepre
senteerd een adres aan Z.Exc. den minister
van binrealandsche zaken, waarin werd ver
klaard dat de looneischen, gesteld door de
Vereeniging van spoor- en tramwegpersoneel,
niet voor inwilliging vatbaar waren, iets
wat door het lid van het hoofdbestuur dier
vereeniging, den beer Petter, in een verga
dering te Rotterdam zelf was verklaard.
Bovendien wordt in het adres verzocht
dat door de te benoemen enquête-commissie
zal worden opgevraagd het archief van de
Vereeniging van spoor- en tramwegpersoneel,
omdat daaruit zal blijken, dat het de hande
lingen van 't bestuur dier vereeniging zijn
geweest, die oorzaken werden van de ontevre
denheid die nn bestaat.
Daaromtrent werd ons het volgende gezegd:
Vroeger had het personeel der H. IJ. S. M.
een eigen vereeniging onder den naam van de
Ned. vereeniging van spoorwegambtenaren,
die, als er grieven waren, deze bracht ter
kennisse van de directie op geheel andere
wijze dan nn plaats vindt.
Die vereeniging is te niet gegaan toen er
een fusie werd gesloten met de vereeniging
Steeds Voorwaarts, waarin grootendeels per
soneel der Staatsspoor, want de laatste wist
zich meester te rtiakcu van de zetels in het
bestuur en bewandelde de oude wegen niet
meer.
Dat het personeel te Haarlem daartoe
wenscht terug te keereu, blijkt wel nit het
feit, dat er 67 zijn aangesloten bij den Bond
van Orde.
De Lichtingen.
De Regeering heeft een ontwerp van wet
in gereedheid, teneinde de ingëlijfden bij de
militie te land, die krachtens dé eerste zin
snede van art. 110 der militiewet 1901 onder
de wapenen zijn geroepen, onder de wapenen
te houden zoolang als raadzaam wordt geacht.
Deze wet is noodig, omdat in het begin
van de volgende week de wettelijke zes weken
verstreken zijn, dat de regeering de miliciens
onder de wapenen mag houden. Voor de
jongelui, die gedacht hadden naar huis te
gaan, een geduohte tegenvaller
Looneischen bij de spoor
wegen.
In de N. R. Ct. geeft „een"spoorwegman"
een becijfering van de gevolgen, welke de
ii o o t1 i eiMc UU
oniangs bekend gemaakte looneischen bij de
Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoor
wegen znllen hebben op den geldelijken toe
stand dezer Maatschappij.
Hij berekent op grond van het verslag
over 1901, dat de verhooging der loonen met
10 tot 50 pCt. voor de verschillende soor
ten van beambten en werklieden een hoogere
uitgaaf zal eischen vun f 1.783.009, waar
tegenover uit de op te heffen premiëu, uur-
gelden, enz., een besparing van f 620.000 staat.
De lasten worden dus verzwaard met 12'/.
ton, nog zonder de hoogere uitgaven wegens
korter diensttijdon, de loonen van het 'per
soneel der werkplaatsen enz., mee te rekenen.
Al werd nu de uitkeering van traktemen
ten aan den directeur-generaal en de hoogere
ambtenaren, die te zemen f301.000 trokken
geheel „gestaakt" en het dividend over bijna
18 millioen maatschappelijk kapitaal óp
3 pCt. verminderd [over 1901 4% pOï.], dan
zou dit slechts eén besparing geven' van
f615.000, of maar de helft van wat de ge-
i eischte verhooging meer zou vorderen.
Wat gevraagd wordt, is dus eén onmoge
lijkheid. Wat wèl noodig is te achten, is
een betere pensioenregeling, ook voor da
nagelaten betrekkingen.
Als deze berekening juist is, dan zullen da
gestelde eischen zeker belangrijk moeten
worden verminderd,om voor inwilliging vat
baar te zijn. Vermoedelijk is dan ook over
vraagd