Grooie Smalen SMIT BAKKER, Boerenmeid, Dienstbode, JDeuros rait den gag Organist. M e I i a n t h e, U II-I F. REET, H. Blok, Sang minose. Handel in Rij w i e 1 e ii, Burgers, Simples en „de Vierkleur" Rijwielen, Intern, Hoest, Borst-of KcelaaMni Verzekering van Risico in Loterijen. Wordt gevraagd tegen hoog loon, bij K. Francis Jr., Burgerbrug, Zijpe. Wordt gevraagd P.G., niet beneden 18 jaar. Adres J. VISSER, Stationsweg, Alkmaar. Ook te vervoegen bij A. VISSER te Schagen, Stations-Koffiehuis. Een 1e Lezer voor het gevraagd. Inlichtingen bureau dezer courant. De Kerkeraad der Doopsgezinde Gemeente van Barsingerhorn c.a. vestigt de aandacht op de vacante betrekking: van Organist bij deze gemeente. Jaarwedde 1 150. Schriftelijke sollicitatiën worden vóór 24 Mei ingewacht bij Ds. J. Kooiman Barsingerhorn, 12 Mei 1908. XTIBMAND behoeft lijdende te zijn aan indien men maar direct de toevlucht neemt tot de allerwege be kroonde en wereldberoemde Superior, Druiven-Borsthoning-Kxtraci uit de Kon. Stoomfabriek „DE HONINGBLOEM" van E.M.van Schalk Co., gevestigd te 's-Gra- venhage (Holland). Verkrijgbaar in flacons van 0.40, f 0.70 en f I.O© bij alle HH. Drogisten en Comes- tibleshandelaren, bij J, EOT- fS-JLHTfi te Schatten, en bij Th. E.J.08IEID1AL te ^cha&rerbmg?. ADVERTENTIES. Gelegenheid aangeboden voor m een van dit klein gezin. Blad, lett. M. Br. Bureau Gevraagd Hoogzijde, Behagen, heeft een groote keuze in /LOERZEILEN. Groote sorteering Rollen Mat ten, gekleurde Matten, Karpetten, vanaf 5 gld., 12 els Tafelkleed» n, Koffers, T a s- s c h e n, enz. Leiert SPRIMIREN- «s KAPOKMATRASSEN. Groote collectie ZADELMAKERS-ARTIKELEN. a 4 p€t. rente beschikbaar tegen 1ste Hypotheek, te bevra gen bij D. D. P. WESTENBERG te Haringhuizeii sluit alsmede door P. VAN te Limmen. LEEUWEN, Mr. Smid zoowel tijdelijk als doorloopend, tegen vaste en matige premie». De Eerste Nederlandsche Maatschappij tot HOOFDKANTOORLange Vijverberg No. 2, te 's-GRAVENHAGE. Maatschappelijk Kapitaal: Eén Millioen Gulden, waarvan f 100.000 gedeponeerd is bij de Twentsche Bankvereeniging, B. W. BLIJDENSTEIJN Co., te Amsterdam. Commissarissen DirecteurJ. G. HAIGHTON. Polissen en nadere inlichtingen omtrent doel, bedrijf en voordooien worden verstrekt door G. NOBEL, Nieuwspoortslaan 4, Alkmaar G. KLAVER Tuitjenhorn en C. REMPT, Noord-Scharwoude. Tep de felst «wneeile zooals„CONCORDIA," „GRITZNER," „MARS/' „SPLENDID,// vanaf 50 Gld. - „SIMPLEX,/' „EENHOORN,// verder vele soorten, te veel om op te noemen, MIN ER VA MOTOR-RIJWIELEN, Model 1903. Verder eigengemaakte Rijwielen vanaf 60 Gld. Het beste middel tegen bloedarmoede en zenuwzwakte. Reeds meer dan tien jaren was de Sanguinose in beperkten kring in gebruik, en werd al dien tijd aangewend bij bloedarmoede, bleek zucht, zenuwzwakte, algeheele uitputting en in al die gevallen waarin het er op aankomt, nieuw bloed te maken. Thans is er geen stad en geen dorp in Nederland, waar de Sanguinose niet bekend is, en waar zij niet met veel succes wordt gebruikt. Men heeft onze Sanguinose eerst bestreden; maar dat is niets; daar moet ze tegen kunnen en daar heeft ze ook tegen gekund, want het gebruik neemt nog dagelijks toe. Gelijk het Rotterdamsche Nieuwsblad zei „als zulk een middel niet veel goeds had, dan zou het niet opnemen" en het neemt op, van week tot week. Met het grootste succes wordt onze Sanguinose gegeven aan herstellenden na de influenzaen aan herstellende moeders, die het bijzonder ondersteunt bij het voeden harer kindertjes. Ook bij oververmoeide, overwerkte personen doet zij goede diensten. Velen die geen staal konden verdragen, zijn door de Sanguinose als verjongd. Menigeen, die te zwak was om te eten, kreeg door de Sanguinose een gezonden eetlust terug. Ook zijn ons verscheidene voorbeelden bekend van lijders aan slapeloosheid, die door een geregeld gebruik der Sanguinose een diepen en verkwikkenden slaap terug kregen. Wij zeggen daarom met vertrouwen Als gij te zwak zijt om te eten, neem eens een lepel SANGUINOSE, en als gjj te moe zijt om te slapen, probeer eens de SANGUINOSE. Tweemaal per dag een lepel is genoeg. Prijs per fl. fl.50, 6 fl. 8.—12 fl. f 15.—. Verkrijgbaar te SCHAGEN bij G. Doebesk. —MM—HEI Bi——IHMB— van SCEÏAG-EN". „Vierkleur" heeft het vorige jaar 17 eerste pr ij zen behaald, waar onder het Kampioenschap van Nederland. Tevens voorhanden goedkoope Rijwielen van 60 Gld. gaat, hetgeen dateert nit de middeleeuwen, hierover zal wel niet behoeven te worden ge twist; wij behoeven in dit opzicht geen rekening te houden met de gebeurtenissen in de middel eeuwen, wij houden rekening met de wetten en besluiten dienaangaande van de 19e eeuw. En wij weten allen, ook de raad van Alkmaar weet het terdege, daar deze het jaar 1870 heeft gebruikt tot oorlogsterrein, om te trachten, op de heffingen der waag een pri vaatrechterlijk stempel te drukken, ten einde geheel vrij te worden van de controle van den algemeenen Wetgever dat de waag te Alkmaar tot den huidigen dag wordt gerangschikt tot de inrichtingen van inter communaal verkeer, wat ook terdege mijne zienswijze is, en zoolang deze aldus wordt gerangschikt, mogen de rechten en loonen daarvan niet hooger worden goed gekeurd dan vereischt wordt tot dekking van de ten laste der Gemeente komende kosten, tenzij door eene uitzonderingswet. „Beslist was alzoo (zoo schrijft de commis sie na den uitslag van de mislukte proefne ming in 1870) dat Alkmaar, wilde zij hoo- gere rechten heffen, dan art. 264 der Ge meentewet toelaat, daartoe door een uitzon deringswet de bevoegdheid moest erlangen, en dergelijke wetten keerden dan ook na af loop van iederen vergunningstermijn even regelmatig terug, als de protesten der land lieden tegen de huns inziens veel te hooge Wik- en Weegloonen. Het ging voortaan niet om het recht èn de knikkers doch alleen om de knikkers." Wat dezen laatsten zin aangaat, meen ik met recht er tegen te kunnen protesteeren, daar wel degelijk om het recht wordt gestreden, om na de zegeviering daarvan, de knikkers naar zich toe te zien rollen. Wat het recht aangaat, wij hebben daar tegen reeds argumenten aangevoerd, en ik hoop ten zeerste, dat, wanneer de ampele behandeling der quaestie in de Kamer zal plaats hebben, wij boeren ons zoo gelukkig kunnen achten, evenals de raadscommissie te Alkmaar, dat ook aan onze zij de per sonen staan, wier woord in deze méér gezag moet hebben, dan dat, waarop wij eenvou dige boeren aanspraak kunnen maken; wij gevoelen ons zeker sterk in die meening, maar geven haar niet als een evangelie. Veronderstel, wij boeren worden in het ongelijk gesteld, of liever, de waag wordt gerangschikt onder inrichtingen van com munaal verkeer, dan zullen wij ons hebben te troosten met de wetenschap, dat bij een quaestie over wetsuitleggiug steeds een der partijen de vlag moet strijken en moet toe zien, dat hem het recht onthouden wordt, dat hij niettemin als het hem toekomende blijft beschouwen. Maar al mocht dat het geval zijn, ook zelfs dan zal het „Wee den overwonnene" nog niet rechtvaardigen een vonnis, gelijk thans door de commissie over de houding der boeren wordt geveld. En voor den goeden naam der Gemeente Alkmaar, èn voor dien van haar Bestuur, schijnt het der Commissie toe, dat er ééns en vooral een einde gemaakt worde aan het even heftige, als ongemotiveerde anathema, dat telkens opnieuw over Alkmaar wordt uitgesproken. Naast deze beschouwing ben ik zoo vrij mijn wensch te uiten, dat, als zooeven gezegd, bij de ampele bespreking in de Kamer vele mannen mogen worden gevonden, die aan onze zijde staan, en de waag der steden rangschikken onder inrichtingen van intercommuuaal verkeer, en die de uitzonde ringswetten niet langer toegepast wenschen te zien. Maar, nogmaals van uitzonderings wetten geschreven, vraag ik mijzelven af: waarom verlangt toch Alkmaar de uitzon deringswetten waarom wil Alkmaar aan- hooren, van de gunst der boeren te moeten leven, daar toch Alkmaar in 1902 de uit zonderingswet, volgens berekening der com missie, heeft toegepast tot een bedrag van f 9000, in een jaar, dat volgens de commis sie voor Alkmaar gunstig is geweest, door flinken aanvoer van kaas, en gerekend de uitgaven op het gemiddelde der uitgaven over de laatste 25 jaren. Zeer goed zal het m. i. kunnen gebeuren, door de eene of andere oorzaak, dat de uit zonderingswet in 't geheel niet behoeft te worden toegepast. Veronderstel, dat in 1903 wordt ontvangen aan Wik- en Weegloonen bijv. f34000 inplaats van f37000 in 1902, en de uitgaven van 1903 het gemiddelde der laatste jaren overschrijdt met bijv. f 6000, wat toch door aankoop als anderszins kan geschieden, vooral daar de gemiddelde kos ten over de laatste 26 jaren bedroeg f6694 en de uitgaven ten behoeve der markt vol gens aangegeven staat in 1884 bedroegen f23068, en in 1885 f14821. Wanneer deze rekening juist is gegeven door de commissie, waaraan natuurlijk toch niet mag worden getwijfeld [misschien wordt in den staat van uitgaven voor 1903, nog wel eene belangrijke som geplaatst voor het marktwezen, welke moest worden ge bruikt voor het aanleggen van een her tenkamp, daar ook van dezen hertenkamp de boeren kunnen genieten, evenals van den antieken stijl van het waaggebouw,] dan is het beslist, dat de stad Alkmaar vooral in 1884, met een uitgave voor het marktwezen van f23068, aan de boeren een groote gratie heeft geschonken, dan zijn niet alleen de uitzonderingswetten niet toegepast, maar Alkmaar heeft dan nog een groot bedrag aan de boeren cadeau gegeven. En dan had zij veel hooger bedrag kunnen vorderen buiten de uitzonderingswet. O boeren, o boerenhebt gij toen nog Uw ongemotiveerd anathema uitgesproken tegenover Alkmaar Hebt gij toen geen dank baarheid betuigd voor de goedgunstige be schikkingen van Alkmaar jegens de boeren Wat de conclusie van de Commissie aan gaat, dat de heffing van Wik-en Weegloonen op den consument, maar niet op den boer drukt, deze conclusie, geachte lezer, vind ik zoo interessant, zoo belangwekkend, wel de moeite waardig, daar even bij stil te staan. De Commissie schrijft„Als Alkmaar morgen de 80 centen Wik-, Weeg- en Tasloonen afschafte, zou dan de boer op den duur dat geld een voudig als winst opstrijken „Zou dan niet gegeven de kolossale pro ductie, het groot aantal producenten, en de daardoor bestaande scherpe concurrentie het gevolg zijn, dat de boer, die thans, nu hij de 80 ets. betaalt, voor f 25 kan leveren, morgen voor f 24.80, overmorgen voor f 24.60 en ten slotte voor f 24.50 zijn kaas van de hand zou zetten „En als hij dat niet uit eigen beweging deed, zouden dan (och lezer, houd uw lijf vast, anders loopt gij gevaar te bersten van 't lachen zouden de kooplieden hem daartoe niet geleidelijk dwingen Hoe is 't toch mogelijk, vragen wij ons zelf af, dat de Alkmaarsche commissie de kaaskoopers voor zooiets uitdenkt, voor iets waaraan de boer niet durft denken, n.1. dat de kaaskoopers de boeren tot iets dwin gen. De kaaskoopers kunnen elkander wel eens dwingen, gesteld bijv. dat de kaaskoo pers elkander eens zouden dwingen een con tract te teekenen, tot het aangaan van deze of geene voorwaarde, maar dat een kaas- kooper een boer zal afvragenhoe duur kost uw melk hoeveel kost het produceeren uwer kaas hoeveel onkosten, waaronder begrepen „Wik- en Weegloonen", komen be halve het produceeren uwer kaas, op de kaas? en daarna zegtnu komt u dat bedrag toe, voor nw kaas maar morgen, wanneer de Wik- en Weegloonen zijn afgeschaft, krijgt gij 80 ct. minder per 100 kilo, neen geachte lezer, stel u zooiets niet voor. Vraagt gij u zelf niet afzou dat werke lijk ernst zijn van de commissie, wat zij daar schrijft, of een grapje de commissie weet toch wel, dat de prijs op de markt is de quaestie van vraag en aanbod. Nog eenszoo schrijft de commissie, „dat argument moeten wij nog voor de éérste maal hooren." Zou de commissie 't wel ooit te hooren komen, geachte lezer, dat de heffing van Wik- en Weegloonen op den consument, maar niet op den boer drukt Wat verder het motief der commissie aan gaat, dat door ons wordt gestreden tegen de te hooge Wik- en Weegloonen door de mindere inkomsten ontstaan door geen goede kaas te leveren; waarom Denemarken sen groote concurrent is niet omdat Dene marken spotgoedkoope kaas levert, maar omdat het zulke weergaloos goede waar maakt, dient m. i. nog te worden uitge maakt, of hierin de grootste schuld ligt aan den kaasboer, of aan den kaaskooper. Over de weerstandskas, ook aangehaald in het rapport, wijd ik in deze niet uit, daar vanuit de commissie voor de weer standskas, waarvan ik de eer heb lid te zijn, een schrijven is gepubliceerd. Het rapport der commissie wordt besloten met een beschouwing over den finantieelen toestand van Alkmaar, doch daar ik ten zeerste de overtuiging ben toegedaan, dat bij de quaestie „Wik- en Weegloonen", de finantiëele toestand der steden niet in aan merking moet komen, wensch ik ook daar omtrent niet uit te wijden. Ten slotte, geachte belanghebbende lezer, voeg ik U dezen wensch toe Laten wij blijven strijden voor onze rech ten inzake „Wik- en Weegloonen". H. Jb AVIS, Midwoud. had opgehangen, kort en barsch bij zich te roepen. „Verwenschte arbeid is dat. Getallen en nog eens getallen, en geen eind. De staten moeten vanmiddag klaar zqn, opdat ik precies weet, voor hoeveel geld er moet worden gezorgd, 't Zal bepaald geen kleinigheid zijn Wanneer ik die vervloekte spitsboef hier tusschen mijn vingers had, ik zou hem bepaald den nek omdraaien." Jozef Bartel deed onwillekeurig een stap achteruit. Van onder de dikke, grijze wenkbrauwen van den ouden heer richtte zich een scherpe, verwonderde blik op zjjn gelaat. „Wat scheelt je? Beng je bang voor zoo iets Jq bent toch niet degeen, dien ik daarmee bedoel „Ik bang zijn O neen mijnheer, waarvoor zou ik bang zqn Maar mag ik misschien ook vragen, of er al iets van mijnheer Winter bekend is „Naar den duivel met je mijnheer Winter. Je moet dien schurk nog fatsoenlijk aan spreken, 't is" hoog noodig. Neen, men heeft nog niets van dien ellendeling gehoord. En het heeft er allen schyn van, dat hq heel aardig door de mazen heen zal glippen ook. Op geen enkel station heeft men iets van een man met een bruinen koffer gezien. Ik wed, dat de kerel zich hier in Breslau in den een of anderen schuilhoek verstopt houdt, om in alle gemoedsrust de eerste de beste gunstige gelegenheid te baat te nemen, om zqn biezen te pakken. Wan neer men eenige honderdduizenden aan baar geld tot zijn beschikking heeft, is dat ook geen kunststuk. Want voor geld kan men alles doen." Bartel antwoordde niets en verdiepte Ploeggareelen worden, op proef geleverd. Steeds niCMWC TiSI>0?y's voorradig Alles tegen concurreerende prijzen Aanbevelend, MKB3T. 1 zich met zijn gewonen ijver in zijn werk. In de andere kamer was de rechter op dat oogenblik reeds druk met zqn onder geschikten bezig. De commissaris had zijn berioht over het doorzoeken van het gar- nizoens-kerkhof beëindigd en dit rapport had den rechter eeB teleurstelling bereid, want het had niet het minste resultaat op geleverd. „Ik had zulke groote verwachtingen daar van", zeide hq, „en ik stem toe, dat dit resultaat mij zeer teleurstelt. Om alles ge daan te hebben wat men van ons mag verwachten, moeten we nu het huis nog maar eens grondig doorzoeken." Van mevrouw Winter was bericht ge komen, dat zq zich nog zeer ellendig ge voelde, maar toch gereed was, de heeren van het gerecht te ontvangen. De rechter verontschuldigde zich, dat hij haar de pjjn van een nieuw ondervragen niet sparen kon, en verzocht haar, haar rustbed niet te verlaten. Ook koos hq voor zqn vragen den meest verschoonenden vorm, die onder deze omstandigheden maar moge- lqk was. Hermine antwoordde hem bereidwillig en zonder aarzelen, hoewel ze haar zakdoek steeds voor de oogen hield en een hevig snikken hanr stem verstikte. Zq kon niets vertellen, wat eenige opheldering in de zaak bracht. In het optreden van haar man was volgens haar den laatsten tqd niet het minste verdachts hij was volgens haar evenals vroeger. Zq had er geen denkbeeld van, waarheen hq zich gewend mocht hebben. Zqn schuld scheen ook haar boven eiken twijfel bevestigd, want zq uitte zich in de meest hartstochtelijke woorden over het (Goedgekeurd bij Koninklqke Besluiten van 20 November 1897, No. 62; 12 September 1900, No. 84 24 Juni 1902, No. 28. Opgericht 9 Juli 1902, Nederlandsche Staatscourant van 16 Juli 1902, No. J64.) Mr. J. ADDINK, te 's-GravenhageJkhr. Mr. C. A. ELIAS, te Zaandam OTTO P. KOOR te 's-GravenbageF. M. VAN PANTHALEON Baron van Eek, te Groningen; W. g PETERS, te 's-GravenhageJkhr. Mr. J. H. VAN REENEN, te 's-GravenhageA Baron' SLOET VAN OLDRUITENBORGH, te VollenhoveJkhr. H. F. M. J. VERHEIJEN, té 's-Hertogenbosch en C. P. J. VERHOESEN, te Utrecht. Voor gewone of preferente aandeelen en voor alle andere aangelegenheden van financieelen aard wende men zich uitsluitend tot hei hoofdkantoor. Vernikkelen, Emailleeren, alle voorkomende Beparalien, Verhuren, enz. ongeluk en de schande, die hij over haar had gebracht, en wenschte zich telkens dood Door dit verhoor w< jrd de rechter niet wijzer dan hq was geweest. Hq was juist van plan haar t« verlaten, toen de huisbel overging en een oogwenk daarna in de naaste kamer een welluidende, ofschoon opgewonden meisjesstem in ge- sprek met de oude vrouw Nitschke werd gehoord. „O mijn God mjj'n schoonzuster zuchtte de jonge vrouw. „Wanneer mq dat maar gespaard gebleven was." De rechter kwam er niet toe, over het vreemde van deze woordan na te denken, i Want reeds werd de deur geopend en een lieve, maar op dit oogenbli. k er zeer boos uitziende jonge dame kwal u binnen. Zij had zich niet eens den tqd gegund, den hoed af te zetten, en zo» 'dra zag ze Hermine niet,of ze snelde op hefrustbed toe „Om 's hemels wil, Hermin e, wat is er gebeurd Gerard is weg ea 1 men waagt het, hem van een misdaad te: bi 'schuldigen, hem, den meest rechtschapen 9 van alle menschen Wat moet jij sin ds gisteren onder dat alles hebben geleden. In groot medelqden, dat alile vroegere onaangenaame dingen vergat, had ze haar schoonzuster teeder willen -omhel zen. Hermine echter wist zi ch nog bqtqds aan deze liefkoozing te onttrekken. Haar stem klonk scherp en sn qdend, toen ze antwoordde: „Ja, ik lijd - lijd zoo erg, dat ik er zeker van ben, het ontzettende niet lang te zullen overlev en. Maar je ziet, dat we niet alleen zqnM ijnheer de lichter kan je beter inlichtü igei i gevein over de heldendaad van je bnoer. dan ik:." Zij drukte onder heftig snikken op nieuw haar gelaat in de kussens. Martha wendde zich met gloeiende wangen en bliksemende oogen tot den rechter „Ik heb geen inlichtingen noodig want ik verklaar alles, wat men van mijn broer voor slechts zegt, voor niet waar een schandelijken leugen. Hij kan het offer van een misdaad zijn geworden, maar nooit zelf een misdaad hebben begaan." De verschijning 'van het meisje had op den rechter zulk een gunstigen indruk ge maakt, dat hij gaarne bereid was, het on beleefde van haar optreden te vergeven. „Dit geloof aan de onschuld van uw broeder doet uw zusterhart alle eer aan, mejuffrouw", zeide hij met milden ernst. „Maar gewichtige bewijzen spreken jam mer genoeg het tegendeel uit. U hoort zelf, dat de vrouw van uw broeder niet meer twijfelt." „Dan heeft ze hem nooit gekend, of ze weet in haar vertwijfeling niet meer wat ze zegt. Ik weet, dat hq liever zou zijn gestorven, dan zijn hand naar vreemd goed uit te strekken. Wanneer mijn broe der verdwenen is, zonder een spoor achter te laten, dan is hij niet vrijwillig gegaan, maar heeft men hem vermoord, om den diefstal te begaan, waarvan hij nu wordt verdacht." „U trekt met zeer groote zekerheid uw gevolgtrekkingen, juffrouw Winter. Is u dan over de bijzonderheden van hetgeen gebeurd is en wat heeft plaats gehad ge durende uw afwezigheid, reeds zóó pre cies ingelicht?" „Ik weet er alleen dat van, wat de Nitschke's mq zooeven hebben gezegd. Maar wanneer het waar is, wat zq mq vertelden, dan is het voor mq meer dan genoeg, om met alle beslistheid zulk een gevolgtrek- king te maken." I „En zoudt u de. onschuld van uw broer misschien nog uit iets anders aan het licht kunnen brengen, dan slechts uit nw persoonlijke overtuiging van den adel van zijn karakter „O zeker, daar twijfel ik niet aan. Maar u moet mij vragen stellen, want ik heb er zelfs geen denkbeeld van, waarin de door u aangegeven gronden tot zqn ver denking bestaan." „Het was juist mijn plan, dat te doen. Slechts zou ik u willen verzoeken, mij naar de kamer, tot verhooren bestemd, te volgen. Dat ik uw schoonzuster hier bezocht, geschiedde alleen met het oog op haar toestand." „Ik ben tot uw dienst," antwoordde Martha bereidwillig, nadat ze haar reismantel had uitgetrokken en den hoed afgezet. Maar toen viel haar blik op Hermine, die nog steeds luide snikte, en ze aarzelde heen te gaan. „Mijn schoonzuster is ziek", zeide zq halfluid. „Misschien was het toch vóór alles mijn plicht, mq met haar bezig te houden en doe ik er niet goed aan, haar alleen te laten." Haar woorden waren slechts voor het oor van den rechter bestemd geweest, maar ook de jonge vrouw had ze opgevangen. Meteen energieke beweging hief ze het hoofd op „Ik bid je dringend, geen acht op mij te slaan en je ook niet te bemoeien met mijn toestand", zeide ze op eenzelfden bitsen toon, als zij reeds straks tegen haar schoonzuster had aangeslagen. „Want ik wensch niet, dat gq mqn verpleegster zult zqn. 't Liefst ben ik alleen. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1903 | | pagina 6