te ALKMAAR,
|n(liüdtf |§fniirassfn.
advëktëntTën.
iilampnetteo,
Hokkeiitouw,
Kaï'wijbalen
Zandzakken.
J. Breet
a7tN»REEK>
GrafiMM!i
ïu op a*p.
schiedammer
NI GH T_C AP.
Bessensap
KLOOSTERBALSEH,
Grueieuse.
OTTÖ DE IY
te Wieringerwaard,
ÏT
De ïtaeÉaapclie Bptk lIM
S. RKfiGÜIAN,
„de tijdgeest."
C. KOSSEM
PANDBRIEVEN
h. J. PE JOltlGH.
Kassier en Makelaar,
Ilulnr keuze
en
Touwslager, Schagen
Stoomsteen bouwerij
W. F. Stoel Zoon,
C. «Ie VHH5»,
te Schaden.
Inlichtingen hij f). de Boer.
Doodoraver. >n de Hfwp.f* 8CHAGRN
Boode en Witte Bessenwijn
P. TRAPMAN,
Boekhandel, Schagen.
geldbelegging.
't getuigenverhoor dan eindelijk was
in, kreeg de bekl. Stuifb., die het bij
Toen
gehouden,
de E. A. heeren wel wat had verbruid, nog
een lesje toe. De Praesus verklaarde, dat,
zoo deze bekl. den dans mocht ontspringen,
het een buitengewoon meevallertje voor hem
geacht kon worden te zijnhij zou werkelijk
gelukkig moeten zijn, al6 de zaak dien keer
nam, want bekl.'s verschillende mededeelingen,
aan 't EA. college gedaan, waren tamelijk
met elkaar in strijd en leden aan groote on
waarschijnlijkheid, en St. had, naar Mr. Mul-
der's meening, niet gesproken, zooals een
onschuldige zou spreken. Wat den bekl.
Altenkirch betreft, van dezen is nog niet
gebleken, in hoeverre hij de hand in deze
ingewikkelde zaak heeft gehad hij kreeg dan
ook lang niet zoo'n uitbrander als zijn mede
beschuldigde, maar kwam er wat zachter af.
Ten slotte hield de O. v. J. zijn requisitoir.
Z.Ed.Gestr. gaf als zijne meening t9 ken
nen, dat de beklaagden geen van beiden eer
lijke, geloofwaardige verklaringen hadden af
gelegd, maar alles bijeengenomen, bepaald
zeker en positief was niet als bewezen
aangetoond het aan elk hunner ten laste ge
legde feit, zoodat Z.E.G. aan 't einde van
zijn requisitoir naar aanleiding van art. 216
en 286 van 't Wetb. van Strafvordering
voor beide bekl. vrijspraak meende te moeten
vragen. Als verded. trad op Mr. Schaaps,
die deze zaak eene zeer verwarde zaak
noemdehoe meer men zich in haar ver
diepte, des te verwarder werd ze. 't Requisi
toir van den O. v. J. maakte de verdediging
gemakkelijk voor pleiter, zooals deze erkende.
St. is volgens spr. huisvader en gehuwd,
(zéér waarschijnlijk, want als men 't eerste
is, dient men 't tweede ook wel te zijn
Verder zei deze jeugdige jurist, dat, zóó als
Stuifbergen 't lot [met potlood] uit scherts had
veranderd, zoo 't lot bij den heer D. den
Otter niet zal zijn aangeboden, want dan had
deze er hoogstwaarschijnlijk wel niet op uitbe
taald maar wie inkt gebezigd heeft op 't lot,
dat is hoegenaamd niet vastgesteld en niet
beslist uitgemaakt, zoodat Mr. Schaaps de
vervalsching in geschrifte, die Stuifb. ten laste
is gelegd, niet wettig en overtuigend bewe
zen achtte. Wat de opzettelijke oplichting,
die Altenkirch is ten laste gelegd, betreft,
deze zou moeten blijken uit 't feit, dat Alten
kirch wist dat 't lot valsch was. Dit is niet
bewezen, dus is opzettelijke oplichting van
Altenkirch ook niet bewezen, terwijl de af
spraak tusschen de beide beklaagden, om elk de
helft van de f 350.— te hebben, dubieus is
bewezen. Betreffende Stuifb. had Mr.
Schaaps ook nog een heele verzameling verkla
ringen [die hij den Pres. na afloop van zijn
pleidooi voor inzage ter hand stelde] van
menschen, die den boekhandelaar beschreven
als een oppassend huisvader, een eerlijk,
accuraat man. Om te beginnen
a. De Directeur van 't Nieuwe Ochtend
blad, waarvan St., zooals gezegd is, hoofd
agent is, noemde St. een zeer accuraat man.
b. De Levensverz.-Bank te A'dam, waar
van bekl. een flink, accuraat agent is, prees
hem.
c. de Red.-Uitg. van „De Alkmaarder",
die ook zijne tevredenheid te kennen heeft
gegeven over den als agent van dit blad
werkzaam zijnden bekl., beschreef hem als
een eerlijk man.
d. de Pastoor van Castricum en de Bur
gemeester, de Weth., de Raadsl. en de Gem.-
Ontv. van Castricum, die allen beschreven
den bekl. als een flink, eerlijk man en heb
ben met spijt kennis genomen van deze ver
denking. Mr. Schaaps besloot zijn pleidooi
met vrijspraak te vragen.
Uitspraakheden over 8 dagen.
Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.
XXVHÏ.
Hadden wij het in de vorige Penkras over
de School tot Opleiding van Inlandsche
artsen, thans moeten wij u een en ander
mededeelen over de positie van den dokter-
djawa en over de openbare zorg voor de ge
zondheid onzer Inlandsche bevolking. Tot
mijn leedwezen zal ik hier en daar wéér bitter
moeten worden, want helaas, er is maar weinig
stof tot prijzen. In de eerste plaats dan moet
ik wel de aandacht vestigen op de zeer geringe 1
bezoldiging dezer goed geschoolde landsdie
naren. Hun maandelijksch traktement bedraagt
slechts 70 gulden, terwijl een adjunct-djaksa
toch reeds 120 tot 150, een assistent-wedono
150, een djaksa 150 tot 200, een wedono en
een hoofdd'jaksa zelfs 300 gulden in de maand
verdienen.
Op enkele gunstige uitzonderingen na, zijn
genoemde bestuurs- en rechterlijke ambtena
ren minder algemeen ontwikkeld, dan de
tegenwoordige inlandsche arts.
Met die uitzonderingen bedoel ik natuurlijk
heeren, welke eene studie aan een Hoogere
Burgerschool achter zich hebben. Gelukkig
beginnen steeds meer en meer Inlandsche
grooten te begrijpen, dat hun kinderen dien
weg op moeten.
De Inlandsche arts nu, die, zooals we uit
veel. Groote menschen had hij zien vallen
en kleine groot zien worden. Voorzichtig
slechts.
Natuurlijk wilde hij er zijn zwager toe
bepraten, bij Schradin in de fabriek te
gaan. Maar fijn wilde hij dat zaakje eens
afhandelenzooals hij alles fijn deed 1
De kunst om te nemen en te geven ver
staan maar weinig menschen, maar hij
Frits Machin hij verstond die kunst, j
Het gejammer der vrouwen kon Wigus
maar boos maken.
Hij knipte met zijn oogen in de richting
van Sophie. Deze beweging was haar be
kend en beteekendezwijgen.
En Sophie zweeg dadelijk en stootte
onder tafel eerst moeder en daarna Lena
aan.
Wigus echter zag alles en begreep
alles. Dit oogenblik had voor hem bijna
iets grootsch. Hij zou het nooit vergeten.
Daar zaten ze dus allen om de sofa
tafel, de vrouwen gebogen over het zwarte
rouwkleed op haar schoot, en eentonig ging
de naald op en neer. En in hunne naïeve
aanmatiging, krachtens hun familierecht
meenden dezen over hem te mogen rich
ten, over zijn lot te kunnen beschikken. Was
dat om te lachen, of om te weenen
Nu streek Frits zich plechtig met de
hand langs het groote voorhoofd.
Wigus keek hem aan, wachtend, met
vlammende oogen.
De blikken der beide mannen ontmoetten
elkaar.
„Wat zal hjj beginnen?" dacht Wigus.
Hij wist nog niet, dat deze man te ver
standig was, om bot met de deur in huis
te vallen.
„Ja, beste zwagerdat is een groote
de vorige Penkrassen zagen, een groote dosis
werkkracht en energie heeft moeten ontwik
kelen om het zóóver te brengen, wordt met
slechts 70 gulden gesalariëerd, waarvan aan
huishuur alleeD reeds ongeveer 30 gulden
's maands betaald moet worden. Hij moet
ook zijn stand ophouden, behoorlijk gekleed
gaan, heeft als ontwikkeld man behoefte aan
conversatie met beschaafde Nederlanders, aan
nuttige lectuur enz., enz., en lijdt dus feitelijk
bittere armoede ofwordt een gevaarlijk
concurrent voor zijn Europeeschen vakbroeder;
met verwaarloozing natuurlijk van zijn eigen
lijke bestemming: een geneesheer te zijn voor
het arme Inlandsche volk.
Eenmaal zich afgevende met particuliere
practijk onder Europeanen, worden vanzelf
de belangen van de kampongmenschen ge
schaad, want och, ook een dokter-djawa is
ten slotte maar een mensch, lezer
Sommige inlandsche artsen, verbonden aan
de Stadsverbanden te Batavia, Semarang en
Soerabaja, hebben voor particuliere practijk
geen tijd, omdat ze eenvoudigweg met werk
overladen worden.
Verder zijn deze misdeelde gouvernements
ambtenaren ook al, evenals de officieren, het
slachtoffer van onbestendigheid der bureaux
en worden ze dikwijls overgeplaatst, vooral
als hun particuliere practijk schadelijk wordt
voor hun Europeesche collega's,
i Die overplaatsingen zijn oorzaak van schul
den, niet te vermijden schulden, ontstaan door
verlies bij den verkoop van meubels en den
inkoop van nieuwe.
Evenals de gehuwde subalterne officier,
heeft de dokter-djawa weinig kans om zijn
vendutie te zien opjagen. Er zijn ook wel
betrekkingen hier in Indië, waarbij eene over
plaatsing een zeer voordeelige zaak is, doch
daarover later. Verder gaat de inlandsche
arts nog gebukt onder eene zeer onbillijke
regeling der daggelden bij z. g. dienstreizen.
Deze bedragen voor afstanden boven de
zes paal (een paal is twintig minuten gaans)
slechts één gulden, en wanneer hij binnen
't etmaal terugkeert op zijn standplaats
twee kwartjes.
Een Europeesche klerk ontvangt daaren
tegen reeds vijf gulden per dag. Een aardig
verschil, vindt u niet Zoo'n dienstreis nu
is dus telkens een leelijke schadepost, want
de inlandsche arts moet in zijn hotel minstens
drie gulden betalen, en karretjes hier in de
de Oost zijn verbazend duur.
Mag ik op deze treurige toestanden eens
de aandacht vestigen van heeren volksver
tegenwoordigers en mag ik hopen, dat men
er in de Kamers een enkel woordje over
spreekt
Er zijn tóch al veel te weinig inlandsche
artsen en 't is zeer goed te begrijpen, dat
het verloop groot blijft, waar particuliere
ondernemingen die kundige inlanders op den
waren prijs weten te schatten en hun trakte
menten van 300 tot 500 gulden 's maands
uitbetalen
En nu iets over de stiefmoederlijke zorg
voor de openbare gezondheid
Op het gebied der genees-, heel- en verlos
kundige hulp is in Indië nog ontzaglijk
veel te doen.
Zoo sterven er volgens dokter H. B. van
Buuren. alleen op Java jaarlijks gemiddeld
20000 kraamvouwen en 30000 pas geboren
kinderen, Hoort ge, moeders in Nederland
In tijden van epidemie, van koortsen en
buikziekten, zijn duizenden van hulp verstoken
en sterven de Inlanders, zooals men 't hier plat
weg noemt, als ratten.De gelaten Muzelman be
schouwt dit alles als den wil van Allah en
mort niet, doch wij Hollanders mogen toch
niet dulden, dat zoovele kostbare menschen-
levens onnoodig verloren gaan.
Er zijn 220 inlandsche artsen in gouverne
mentsdienst en dat op eene bevolking van
meer dan 30 millioen zielen Aanzienlijke
uitbreiding van het korps Inlandsche doctoren
zou ernstig moeten worden nagestreefd.
Het getal blinden neemt ook onrustbarend
toe en is aan de publieke liefdadigheid over-
gelevord.
Melaatschen zjjn een voortdurend gevaar
voor hunne omgeving, worden niet afgezon
derd en kunnen dus ook ons Nederlanders,
uw vrienden, uw familieleden, die verschrik
kelijkste aller ziekten bezorgen. Wanneer de
zwarte dood, de pest, hier' eens van uit
Engelsch-Indië overslaat, dan hebben we
geen behoorlijk ingerichte quarantaine-stations
en kunnen we allemaal ons testament maken.
Goddank is nog steeds die pestziekte ons
voorbij gegaan. Ik moet niet aan de gevol
gen denken, wanneer ook eenmaal ons eilan
denrijk er door bezocht wordt, 't Is of het
fatalisme van den Inlander epidemisch werkt
en de verantwoordelijke mannen in dezen
maar in 't onvermijdelijke berusten
De z. g. stadsverbanden zijn een soort zie-
keninrichtingen voor de Inlanders der groote
steden.
Hier op Batavia is de toestand van het
stadsverband in één woord treurig.
Voor voeding van de zieken wordt
8 centen per man en per dag te goed ge
daan 1
De soms stervende ongelukkigen krijgen
niet eens een stroozak, doch liggen op een
verrassing. Maar hoe zouden we uw han
delwijze kunnen beoordeelen Ons schijnt
het toe, dat ge water wilt weggieten voor
ge wijn hebt. Maar dat is misschien maar
schijn. Dus redacteur wilt ge worden
„Wanneer het toeval mij dientja.
Ik wil carrière maken in de politiek. Ik
wil mijzelf op een goeden dag in den
Rqtsdag zien", zeide Wigus ongeduldig,
want naar zijn idéé gingen dezen Frits zijn
toekomstdroomen evenmin aan als zijn
buurman Wegener, die daar juist met een
emmer het venster voorbijstapte.
„Je zult natuurlijk uitstekende connec
ties hebben. Zulk een post van redacteur
aan een groote courant", zoo wendde hij
zich tot de vrouwen, „is niet zoo kwaad.
Dat geeft een tractement van vjjf tot twin
tigduizend mark."
„Ah riepen alle drie de vrouwen
als uit één mond.
Wigus zag hetzjj waren bekeerd, en
geloofden schoonzoon, man en zwager
oogenblikkelijk. Lena'shoonend ongeloof van
dienzelfden morgen kwam hem weder in
de gedachten. Dus die vreemde was meer
autoriteit voor haar. Hoe bitter en. hoe
belachelijk.
„Maar," ging Frits voort, zich steeds tot
de vrouwen wendend, „zoo zijn er, dooh dat
is bjjna het grootste lot. Geen vak heeft zoo
veel beoefenaars als dat van journalist.
Maar Wigus moet het zelf weten."
Dan direct zich tot dezen wendend
„Wanneer je dergelijke arbeid zoo aanlokt,
dan kan dat evengoed van hieruit geschie
den. Je hebt dan evengoed je andere in
komen, een nette betrekking, en als je
pennevruchten mislukken, loop je toch niet
de risico."
harde plank met een matje. Klamboes tegen
malariagif verspreidende muskieten worden
aan hen evenmin verstrekt, als aan de sol
daten van het Indische leger ende leer
lingen der Dokter-djawaschool. Theorie en
practijk
Buiklijders krijgen geen deken
Er is gebrek aan instrumenten voor de
noodige operaties(In Semarang schijnt 't
iets beter te zijn, daar heeft men tenminste
kribben, die volgens Mr. P. Brooshooft, Hoofd
redacteur van de Locomotief, dikwijls met
twee zieken belegd worden, „het hoofd van
den eenen bij de voeten van den anderen
Bij gebrek ran inlandsche artsen moeten
twee dokter-dj awa's den dienst doen van acht,
zooals de formatie op papier voorschrijft.
Die twee heeren hebben om den anderen
nacht de wacht. Iedereen, die soldaat geweest
is, begrijpt, hoe goed dat op de energie werkt.
Ze moeten overdag met hun beidjes ongeveer
300 lijders behandelen.
Er zijn hier ook nog twee stadsgenoesheereu
aan dat ziekenhuis verbonden, doch die heb-
ben het te druk met particuliere practijk.
j Is het wonder, dat Kroino bang is voor
het stadsverband, dat hij liever thuis sterft
zonder dokter
Getuigt het ten slotte wel van fijn gevoel,
om in dat stadsverband den gewonen Inlan
der te leggen tusschen dwangarbeiders en
prostituees
De militaire hospitalen zijn heel wat beter
ingericht.
I Daar is ook wel een en ander te verbete
ren, doch volmaaktheid wordt nu eenmaal
nergens op deze onvolmaakte aarde aange
troffen. We zullen later wel eens zoo'n
militair hospitaal bezoeken, en u zult dan
met me eens zijn, dat de zieke soldaat het
hier veel beter heeft, dan in Holland.
Voor de bevolking wordt echter, ik her
haal het, onvoldoende gezorgd!
't Is niet zoozeer de directe schuld der
tegenwoordige Regeering, dan wel van het
in alle bestuurstakken zoo hinderlijke gebrek
aan geld en personeelIk zou dus wel veel
kunnen schrijven over verbetering van zieken
huizen, over aanstelling van geschikte be
taalde verplegers [nu zijn de kranken aan
dwangarbeiders overgeleverdover liefde
zusters uit Holland, over oprichting van nog
eenige dokter-dj awascholen en ook van zieken
huizen in de binnenlanden, op militaire wijze
ingericht, enz., enz., doch alles stuit helaas
af op gebrek aan geld.
Lt. Clockeneb Brousson b. d.
Batavia, 20 Juni 1903.
Aanbevelend,
ALKMAAR.
uike o ti <1 c
GEIVEVER,
MERK:
Verkrijgbaar bij
SCHIEDAM.
P. S. Als bewijs van echtheid is
cachet en kurk steeds voorzien van
den naam der firma P. HOPPE.
a 20 ct. per flesch, 1ste kwaliteit.
Tevens verkrijgbaar
a 30 cent per flesch.
üeiwijll a 40 cent per flesch.
UstbORtbon* a 12 cent per ons.
Schagen.
I
Hebt g ij p i j n
door rheumatiek, jicht,
kneuzingen, spierverrek-
k i n g e n, brand-, eng-, oude
en nieuwe wonden, dul-
delooze pijnen waaraan
men geen naam kan ge
ven, neem overwijld
het onschatbare geneesmiddel, waar
door ieder verlost wordt van de
ondraaglijkste pijnen.
Prijs per pot
35 ct., 75 ct., i 1.20, i 2.50.
Generaal-AgentL. 1. AKKER,
v. Alkemadestraat 11, Rotterdam.
Iedere pot moet voor
zien zij n van een rooden
band, waarop de handteekening
van den Generaal-Agent L.I. AKKER
voorkomt.
Verkrijgbaar te
SchagenJ. ROTGANSAnna
PaulownaWed. P. NEUVEL
Van Ewyeksluis K. DE GRAAF
Kleine Sluis H. JES en Gebr. DE
JONG St. Maartensbrug A. DE
LEEUW Wieringen J. P. WIG
BOUT KolhornW. POOL
Wieringerwaard J. VOS; Kalver-
dijkWed. J.BOEKELTuitjehom
H. STROOPER Warm en huizen
Wed. K. ZON en C. BACKUM-
Pastoors SchoorlJ. LOUTER
Bergen: Wed. J PRINS; Zuid-
Scharwoude: VAN REE Wmkel
J. BREEKERHoogwoudP. BOS; f
BurgerbrugBREGMANSt. Maar-
ten: R. ZWAAN; 't Zand: K.
TE8SELAARWieringen (Den rnj
Oever): ADR. EGEMANHeer 151
Hugowaard J. VELDAnna Pau
lowna P KREIJGER, Molen vaart,
P DE JONG, Westdeel, H. DEN
ENGELSE, Stoomweg.
5]rgG^Ei?gEï?giffTgimgEirain^ f^i^CnfginTgiïmongiïïrggïiqPïfïaPifa)
„Ik heb de groote wereld noodig," zeide
Wigus kortaf.
Machin haalde de schouders op.
„Dat moet jij weten. Ieder draagt zijn
eigen verantwoording."
Hij keek met zijn bleeke oogen Wigus
vast aan.
„Maar je hebt ook een weinig rekening
te houden met je plicht als zoon tegenover
onze oude moeder."
Wigus verbleekte.
De vrouwen barstten opnieuw in gejam
mer uit.
„Nu moeder," zeide de man, in het genot
van eigen voortreffelijkheid zwelgend, „je
hebt Sophie en mij. Ik heb een vreugde
boodschap en hield die geheim tot nu toe.
De betrekking in Berljjn, bij de firma Mol
ling en Leidler, met zesduizend mark in
komen, heb ik gekregen. Daar Wigus nu
hier niet wil blijven, denk ik, is de beste
oplossing zóó u gaat met Lena ook naar
Berlijn. Lena zal daar zeer gemakkelijk een
goede betrekking krijgen. De firma, waar
ze nu is, heeft daar de beste connecties
en Lena heeft zich tien jaar uitstekend
gedragen. Uzelf kunt daar ook een kleinig
heid verdienenkamers verhuren of kanten
wasschen kortom, iets dat weinig ver
moeit. Ook kunt u en Wigus u het leven
vergemakkelijken en veraangenamen, als
ge samen woont en eet. Zondags vindt ge
natuurlijk uw plaats aan tafel bij ons. En
ook wanneer er eens iets anders is, ik ken
mjjn plicht, U zult in rnjj steeds een trouwen
zoon vinden."
Gedurende deze lange toespraak had hjj
steeds Wigus aangekeken.
Hjj rekende er bepaald op, dat het
Wigus zeer onaangenaam zou zjjn, moeder
Voor het aanstaande nieuwe
Kwartaal worden wederom abon
nementen aangenomen door
en zuster in zulke bescheiden omstandig
heden zoo dicht bij zich te krijgen. Hjj
hnopte, dat Wigus zou zeggen „Wanneer
moeder en Lena bjj mij in Berlijn moeten
wonen, blijf ik liever hier, dan kan ik ze
tenminste fatsoenlijk onderhouden, en boven
dien mag ik aan Machin niet alles over
laten."
De vrouwen lieten haar werk in den
steek en omhelsden den edelen man.
Vreemd, als een verstootene, stond Wigus
alleen.
Hij was doodsbleek. Iedere zenuw in zijn
lichaam beefde en schoktegroot was zjjn
i toorn jegens dien man, met zjjn kalm gelaat
en oneindige voortreffelijkheid.
Wigus begreep heel goed de bedoeling
j van zijn zwager. En hjj zeide „Wanneer
moeder en Leua naar Berljjn komen, zal
ik toch niet met haar kunnen samenwonen.
Zoodra het mij mogeljjk is, trouw ik."
Allen zwegen. De manier, waarop Wigus
dat zeide, het oogenblik dat hij voor deze
mededeeling had gekozen, had niets vrien
delijks.
„En dat zegt ge nü, zóó maar" 1 sprak
eindelijk de moeder schuchter.
„Wanneer ik niet zoo geprikkeld was...."
„Maar geen mensch prikkelt je I" riep
Lena boos.
„Is het een r jjke vrouw?" vroeg Sophie snel.
„Neen. Arm als wij. Siddy is tooneel-
speelster. Beginnelinge nog."
„Moet ge die trouwen vroeg Frits met
eigenaardigen nadruk.
Toen vergat de jongeling moeder en
den doode, en met fonkelende oogen en
gebalden vuist stond hjj voor den spot
lachenden vrager.
„Voor die vraag zult ge Siddy op je
Jf,
belast zich met het opmaken van alle
onderhandsche acten, w. o. Koopacten
tegen ten hoogste 3% der koopsom
(onverschillig welk bedrag), Inventarissen
Scheidingen, Successiememoriën, Vennoot
schappen, Huurcontracten etc,, en verder
met het regelen van benoeming van
voogden en toeziende voogden, alles tegen
een uiterst billijk salaris
en beveelt zich beleefd aan
voor het koopen, verkoopen en waar-
deeren van roerende en onroerende
goederen, het bezorgen en plaatsen van
kapitalen tot elk bedrag, onder verband
van le en 2e hypotheek, op zeer billijke
voorwaarden, van losgeld en obligatie
onder borgstelling en inpandgeving van
levensverzekeringspolis, het sluiten van
verzekering tegen brandschade, (benrs-
polis, vaste premie f3.k f4.—- per
f 1000.voor boerderijen, en f 1 p6r
f 1000.voor burgerwoonhuizen) en op
het leven, het koopen en verkoopen van
effecten, het inwisselen van coupons en
het opzenden van renten naar schuld-
eischers en hypotheekbanken, het laatste
tegen vergoeding van slechts de kostende
porto's.
Gaarne worden alle mogelijke inlich
tingen omtrent de kosten, verschotten,
enz., vóór het in behandeling nemen
der zaken, verstrekt.
Dagelijks, uitgezonderd des Zondags,ten
zijnen kantore te Wieringerwaard
te spreken, zoomede des Donderdags te
Schagen van 10-11 uur in de „Cérfes".
verstrekt gglei@H tgP 10811
tegen MATIGE RENTEN en AAN
NEMELIJKE VOORWAARDEN, op
Buizen en Landerijen, en geeft
uit van IOOO,/ 50©,/ ÏOO en
uitstekend geschikt voor solide
Inlichtingen te bekomen te Bellier,
bij den [leer
belast zich met het bezorgen van
gelden onder hypotheek, het verleenen
van crediet op korten termijn, neemt
gelden in deposito, sluit verzekeringen
op het leven en tegen bratidschade, en
verder met alles wat tot het Kassiers- Sf
Makelaarsvak behoort.
Kantoor: MieuwefelOOl 41»,
tegenover het Postkantoor.
Donderdags te spreken in het Noord-
Holiandsch Koffiehuis te SCHAGEN
van 'r morgens 9 tot 12 uur.
Leveren en malen tegen on
navolgbaar concurreerende prijzen alle
soorten Graan.
Eenig en nieuwste machines in Neder
land op dit gebied; behaalde de hoogste
bekroning te Grahamstown. Zuid-Af riks
knieën vergiffenis vragen riep hij.
„God, o God jammerde Lena, die
een grooten twist vreesde.
Wigus echter draaide zich om en liep
de kamer uit.
Hij hoorde nog, hoe Sophie achter hem
zeide ,,Hjj is nog steeds zoo leelijk heftig,
net zooals vroeger."
In de bovenkamer viel hij op een stoel
voor de tafel neer en met de ellebogen
onder het hoofd, dacht hij na.
Een groote toorn vervulde hem. Maar
die toorn richtte zich op dit oogenblik
geheel tegen zichzelf.
Hjj had zich laten meêslepen. Door dien
man, die eigenlqk beneden hem stond. Wat
schaamde hij zich daarvoor,
En zijn oude moeder, die arme sloof, had
hij in zijn heftigheid gekrenkt. Dezen man,
die hem zoo vreemd was, dat hij in hem
geen familielid kon zien, dien had hij willen
ergeren, en zjjn moeder trof hij daarmede.
Zeker wilde hij met haar samenwonen.
Zeker, ze konden elkaar de armoede ver
lichten. En aan een huwelijk me' Siddy
was de eerste twee jaar nog Met te denken.
Wanneer hij dat maar weer kon terugnemen.
Wat moest dat een leeljjken indruk op het
hart van die goede oude vrouw hebben
gemaakt.
Die vreemde man had een pijl afge
schoten, die haar en hem diep in het hart
had verwond.
„Je hebt het met jezelf uit te maken
of alles wat je besloot, overeenkomt met
je plicht tegenover je moeder."
Dat was de vergiftigde pjjl. En hjj trof
Wigus juist op de plaats, die, daarvan was
hjj zichzelf bewust, het zwakst was.
WORDT VERVOLGD.