Zondag 3 Jan. 1904. 48ste Jaargang. No. 3902. TWEEDE BLAD. NIEUWJAAR Jiuiisfhc IpftikabSfn. Buitenlandsch Nieuws. Politiek overzicht. Uit en voor de Pers. FEUILLETON. kluisters. 44. van ooo— Een gelukkig Nieuwjaar! Het zij odb vergund, onzen lezers met dezen wensch tegemoet te treden. Gewoon als wij zijn het woord te richten tot de velehonder- den, van wie V6len ons persoonlijk onbekend zÜni gelooven wij toch te mogen aannemen, dateen heilgroet, onzerzijds hnn toegeroepen, niet zal worden beschouwd als een zinledige formule althans wij kunnen verzekeren, dat er een gedachte aan ten grondslag ligt. Die gedachte betreft het gemeenschappelijke, waarmede wij ons allen hebben bezig te houden. Wanneer wij nu bij onze lezers en lezeressen in huis komen met een gelukkig „Nieuwjaar" op de lippen, dan geldt dat niet in de eerste plaats de vervulling hunnqr persoonlijke be langen, het welslagen van ieders ondernomin gen, het uitblijven van teleurstellingen, het, gespaaid worden voor beproevinger, Dat alles valt buiten do grenzen van het publiek domein, die wij hebben te eerbiedigen. Natuurlijk, hoe meer menseben de wereld be vat, wien het goed gaat, des te aanzienlijker is de som van het gezamenlijk welzijn, en het zou wel treurig zijn, als hot licht, dat het pad des eenen bestraalt, noodwendig schaduwen zou doen vallen op de baan, welke een ander heeft te doorloopen, doch het ware dwaas heid de afwezigheid van rampen en tegen spoeden te beschouwen als het hoogste, dat men elkander kan toewenschen. In den hof des levens staan boomen, die niet kunnen groeien, bloeien en vruchten dragen, zoo wij niet allen de hand er aan houden, om ze op te kweeken, te verzorgen en voor onheil te bewaren. Het is aan deze, dat we vooral onze aan dacht hebben te geven, niet het minBt bij gelegenheden als de tegenwoordige, die tot nadenken stemmen. Een gelukkig Nieuwjaar! hebben we onzen familieleden, vrienden en bekenden toege- wenscht op het oogenblik, dat de jongste middernachtsklok van 1903 verstomde en het oude jaar zijn lastbrief aan zijn opvolger had overgegeven, of wel, bij de eerste ont moeting nadat de nieuwe dag aan den hemel Üra^ verschepen. En het is aan geen twijfel onderhevig, dat die wensoheh oprecht zijn gemeend. Maar laten wij wel bedacht zijn, dat de beste wenschen niets beduiden, wanneer wij niet tevens ons best doen, ze te verwezen lijken. Daar komt het 't meest op aan. We hebben in onze taal een mooi woord, dat onze verhouding, zooals die behoort te wezen tegenover onze omgeving, volmaakt uitdrukt. Het is welwillendheid. Te willen en te bewerken al wat onze medemenschen ten goede komt, is de maat schappelijke taak b(] uitnemendheid. Ons zeiven zoo te ontwikkelen, dat er licht en warmte, dat er kracht en vreugde van ons uitgaat, wie dat heeft opgevat als zjjn levensdoel, beweegt zich in de richting van het ideaal. Maar hoe zullen wij dat ideaal bereiken In de eerste plaats door ons voorbeeld. Wij zijn niet geroepen om als zedelijk model te poseerenwie zichzelf op een voet stuk stelt, of optreedt piet het etiguet „ter navolging", is gewoonlijk meer gedreven door eigenwaan en ijdelheid, dan door eenig beginsel. Gelukkigen maken, we vinden eiken dag, ieder uur de gelegenheid er toe. Gij verheugt u in het bezit van vrouw en kinderen, die, als gij van de dagtaak huis waarts keert, met verlangen uw thuiskomst verbeiden. Hebt ge wel opgemerkt, ep dat kan u riet ontgaan zjjn =- van hoeveel invloed de uitdrukking van uw gezicht is op de wijze, waarop gij wordt ontvangen Dat komt, omdat zij u liefhebben, en als een verdrietige stemming zich afspiegelt in uw wezen, dan drukt heu zulks terneer zoo vaak gij met een vroolijken lach binnentreedt, gaat voor hen de zon op. Waarom trachten wij niet altijd een blijmoedig gezicht te zetten en een slecht humeur achterwege te laten Dus huichelen, comediespelen, om de onzen niet droevig te stemmen t), neen, dat nooit Maar vopseergt zjjn er van de honderd govallen, waarin de men- schen goedvinden, door een bar of knorrig gelaat en een onvriendelijken toon hnn kuis- genooten duidelijk te maken dat zij slecht gehumeurd zijn, minstens negentig, waarin het hensch de moeite niet waard is en men dus zonder eenig bezwaar zijn wrevel op het altaar van het huiselijk geluk als offer kap peerlpggen. Eu wat de overige tien aangaat, onze echtgenoote, onze kinderen, als zjj gekomen zjjn tot den leeftjjd waarin zij dat J er zelfs recht op, ons onze moeilijkheden te helpen overwinnen. Maar dan benooren zij tegelijk te zien dat wjj kloek zijn en ons niet zoo spoedig ter neder later slaan. Laten wij ook niet verzuimen er aan te herinneren, dat het optreden van elk lid der maatschappij, van eiken borger van den staar Europeaan invloed heeft op dat van hen, die mede tot de laatste dezelfde menschengroep behooren. De tegenwoordige tijd is er op nit, om aan dat optreden meer ruimte te geven, de uit breiding van rechten tot velen aan wie ze vroeger werden onthouden, maakt dat steeds minder personen beschouwd worden als bij- loopers en kantledcn. Doch dat legt verplichtingen op! We kun nen dat alles heden niet zoo uitvoerig zeg gen als we graag wilden, doch laat dit genoeg zjjn, dat de beste wenscben voor het dagen mijn genoegen hebben kunnen eten en dan zijn er nog Europeanen hier in Indië, die beweren, dat de Inlander ons blanda's haat. Ik voor mjj heb er nog nooit iets van ge- gemerkt; integendeel, ik durf verzekeren, dat de bruine broeder rreestal wat graag met een in aanraking komt, tenminste als hem niet afsnauwt of ruw be handelt. Merkt hij, dRt de blanda niet som- bong (trotsch) of koerang adjar (onbeschoft) is, dan legt hij gsnw zijn schuwe schroom valligheid af en ontpopt bij zich dikwijls als een gezellig prater. en de overtreder desnoods de straf voor zjjn verzet dragen. Wjj ontkennen niet, dat de houding door de overheid te dezer zake in te nemen, een zeer moeilijke is. Eene regeerirg die, zooals nog onlangs door den premier met fierheid werd verklaard, haar zjjn alleen dankt aan het verzet om des gewetens wille tegen de openbare school; die Ier tegemoetkoming aan de gemoedsbezwaren van enkelen, de vaccine- vrjjheid wil invoeren, zij kan niet eene heilige overtuiging, a!s die van Teiweij, geweld aandoen, zonder ontrouw te worden aan haar Van Buitenzorg tot halfweg de halten I eigen verleden, aan hare beginselen. Toch Tjitjoeroeg stjjgt de weg Tjigombong en voortdurend dan bevindt men zich op eene hoogte van 650 Meter en is men op de waterscheiding tnsschen het water, dat naar Java's Noordkust en dar, 't welk naar Wijn- welzijn van ons vaderland, voor de koniDgin koopsbaai stroomt, tevens op de grens van holle klanken zijn, als we niet trachten alles i do residentie Batavia en de Preanger Regent- aan te wenden, ten einde naar ons beste weten schappen. en in eerlijke aansluiting bij anderen de beien-j Van af voornoemde waterscheiding ver gen van het vaderland te behartigen. En zij volgt de trein zjjn loop langs de oostelijke dan 1904 voor onze gemeente, voor vaderland en de vorstelijke familie, voor alles wat wij zullen verrichten voor eigen en anderer welzijn, zij het een recht gelukkig jaar Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden. XLII. We zijn reeds vroeg aan 't station, waar vervulÜDg hunnqr persoonlijke be- I ons de gewone kleurige drukte tegenlacht. 1 *- We voelen ons bijzonder frisch en opgewekt, zooals men dat alleen maar hebben kan in Java's binnenlanden. We zjjn in de stem ming van kostschooljongens, die met vacantie gaan, want ons wacht een heerljjk rein genot daar ginds in de Preanger. Een kaartje „derde" naar Soekaboemi is gauw genomen en even spoedig hebben we een lekker hoekplaatsje veroverd. De trein vertrekt precies op tjjd en we zjjn weer gereed om indrukken op te doen. Nu eens naar rechts, dan weer naar links, kronkelt onze weg dcor eene vallei, het dal van de Tjisedani. Links zien we twee berggevaarten, 't zjjn de Goenoeng Pangrango (plm. 3000 M.)ende Goenoeng Gedé (pl.m. 2900 M.), terwjjl zich rechts de oude vulkaan van Buitenzorg, de Salak, verheft. 't Is een zonnige morgen, zooals tronwens altijd. De Indische hemel is op dit uur maar zelden bewolkt Lichte dampen, zoo straks nog over den grond zwevende, zijn door de zon, de mata hari of ,,'t oog van den dag", opgezogen en vormen thans dunne nevelstrepen om der bergen top. 't Ziju dampen door den aard bodem uitgewasemd, die de koele bergruggen aan 't gezicht onttrekken. Hoe zal ik U, bewoners yan de vlakte, een denkbeeld geven van 't steeds wisselend panorama? Hoe zal ik ze u beschiijven die donker beschaduwde bergwouden, schilder achtig afgeteekend tegen de wolkmassa's daarboven en do zonnige lichtgroene rijstvel den beneden, rijstvelden tot aan den horizon, met kampongs bedekt? Wat een genot voor het cog, die woeste bergstroomen met rol steenbeddingen, welke daar diep in de laagte zich een weg banen na^r zee Wat, zou ik me werkelijk tóch gaan wa gen aan eene beschrijving der tropische natuur, die overal iu Java's binnenland zoo heerlijk schoon is Neen, duizendmaal neen! 't Is onmogelijk,.om het u juist te doen voe len, wat ik hier thans geniet cn daar we op reis telkens en telkens weer opnieuw van die natuurtafereelen zouden moeten schetsen, zoo meen ik te moeten volstaan met hier eens en voor altijd te verzekeren, dat Java een paradijs is, één groote Tuin, één Hof van Eden, doch dat men er 't ongezonde zeestrand mijden moet. Met wellust ademen we den jroelen berg wind in, die vrij van moerasdamp en strand- walrp, onze borst verruimt en verkwikt. We reizen met den boemeltrein, doch ver velen ons geen oogenblik. Vreemd toch, dat onze bruine broeders zoo weinig voor natuur schoon gevoelen. Zo kijken bijna niet naar buiten, rooken hun „strootje", babbelen over koetjes en kalfjes en eten Een inlander schijnt op reis altjjd te moeten snoepen. Bjj het passeeron van een mooien water val, roep ik opgetogen mjjn buurman, een ouden hadji, een „bagoes boekan (Mooi, niet waar toe. Droomerig volgt 's mar.s blik mjjn wijs vinger en verbaasd vraagt hij „Bagoes apa ada persmpoean?" [„Wat is er mooi? zjjn er vrouwen Dit antwoord van den vrjj wel afgeleefden grijsaard wekt natuurlijk algemeene hilaritoit en 't eerste kwartier wordt onze Mekkagan- ger dan ook niet weinig geplaagd. De oude heer kan er echter best tegep en pareert soms vrjj geestig do fcwinkêlagen zjjner reis- genopten, Op de verschillende halten, Batoe toelis, Massing, Tjigombong, Tjitjoeroeg en Paroeng koeda wordt gestopt, 't Ziju miniatnurstation- netjes, waar meestal inlanders als chef fun- geeren. Overal worden we verwelkomd door kleine jongens en meisjes, die eterij, gebak, vruchten en dranken verkoopen en onder een heidonsch geschreeuw hun waar aan prijzen. Nu, er wordt nogal gekocht en dat niettegenstaande den meegenomen Ds Inlander is van nature gul en koopt 'begrijpen en zjj mogen zeer goed weten j nooit iets zonder zijn naaste buurlui ook te zon de erkenning van het recht van bestaan van een gemoedsbezwaar, dat verbiedt de wapenen te dragen, in onzen tijd schromelijke gevolgen hebben. Daarom wil het ons voorkomen, dat deze zask dringend regeling behoeft; want men verhele het zich niethet aantal geestverwan ten van Terwejj is grooter, dan men meent, afschaffing der graanrechten had bevechten, vooraan in de rij der vrijhandel83taten. Toen in den oorlog met de' Boeren de bodem der Engelsche schatkist zichtbaar werd, werd tijdeljjk een invoerrecht op graan en thee ingevoerd. Bij de begrooting van 1908/04 was deze post weder vervallen, wat tot verzet bjj de proteciionisten aanleiding gaf. Deza oppositie vond steun bjj den Minister van KoloDiën. Hij meende dat de band tusscben het moeóerltnd en de koloniën versterkt moest wordrn en wees sis middel daarvoor onderlinge handelsvoorrechten aan. Engelsche fabrikaten in de koloniën en koloniale naturaliën in 't moederland moesten tegen buitenlandsche concurrentie door vermin derde invoerrechten beschermd worden. Deze Chamberlainistische beginselen hebben in geheel Engeland eene groote beroering veroorzaakt. Ten einde voor zijne politiek beter propa ganda te kunnen maken, is Chamberlain uit en voortdurend neemt het toe. Tot heden be- het ministerie getreden, welk voorbeeld, om Wanneer wij moesten geven, ditmaal boven hellingen van den GoeDceng Salak op den rech teroever van den Tjitjattib. Voortdurend verandert de weg van richting. Men vertelde mij te Buitenzorg, dat op 't traject tot Tjibadak, ongeveer 40 K. M. lang, liefst 100 bochten gemaakt worden, waardoor men telkens de bergen vóór, op zij en achter zich ziet liggen. Tegen de hellingen liggen etteljjke koffie- en theetuinen, o. a. de wereld beroemde Parakan Salak-onderneming. Dui delijk onderscheiden we thans de netjes op ijjen aangelegde theestruiken. Bij de halte Tjitjoeroeg vertelt ons een der Inlandsche reizigers geheimzinnig, dat 't een echt rooversnest is, dat er vele benden schnilen en dat 't hem verbaast, waarom 't machtige Gouvernement hier niet eens eene flinke op ruiming houdt. De hadji merkt op, dat men alle dieven en roovers de rechterhand moest afkappen, zoo als de Moslimsche wet van Mohammed het letterlijk voorschrijft. En nu worden er allerlei griezelige verhalen van moordenaars en rampokkers ten besteI gegeven, terwijl de hadji mjj belangstellend vraagt, of er in Holland ook zulke dingen gebeuren. In 't belang van ons prestige loog politieke leven ik maar van neen. !jaar 1903" Al pratende komen we op halte Tjibadak, waar de trein 4 minuten stopt cm de loco- motief van water te voorzien. Op 't station zit een kleine blinde fluitspeler, die de reizigers onthaalt op eenige droef geestige stukjes. Uit verschillende waggons wordt hem kopergeld toegesmeten, dat een medelijdende stationsbeambte voor den bedel- knaap opraapt. Weldra stelt de trein zich weder in bewe ging en nu stjjgt men bjjna uan één stuk door langs de halten Karang tengah en Tjisea jot Soekaboemi, gelegen op bijna 600 M. Yan uit den trein heeft men links nog 6teeds het uitzicht op den Goenoeng Gedé, die aan zjjn voet met eene lange rij van ter- rasgewjjze oploopende rijstvelden is bedekt, waar, tusschens boschjes van klappers (kokos? palmet], de dessa's [dorpen] verborgep liggen. Het is, alsof men een langzaam oploopende reuzentrap vóór jfich heeft, met groene bou- quetten bpiet, leidende naar de majestueuze, breede kegelzuil, welker top gewoonlijk met eene sierlijke witte pluim is gekroond. Rechts zien we de kale heuveltoppen van de Djam- pangs, die zich tot aan Java's Zuidkust uit? «trekken. Om 9 uur stoonien we het station Soeka boemi binnen. Lt. Clockenkr Erousson b. d. paalde de toepRSsiug v»u bet beginsel zich tot enkele gevallen, doch Terweij zal navol gers vinden, hoe ook de uitkomst zjjner zaak zal zijn. Geestverwanten zullen in den ge vangene een martelaar zien, en men weet, wat de ervaring van eeuwen geleerd heeft, omtrent het bloed der martelaren. Anderen zullen de door hem verwekte bewegiDg ge bruiken ter bereiking huDner doeleinden en de loop der omstandigheden zal dwingen tot het nemen van maatregelen, zooals men voor heen gedwongen werd te doen tegenover het verzet der Doopsgezinden. Het middel moet gevonden worden om de erkenning van de vrijheid van geweten van den christen-anarchist in overeenstemming te brengen met het landsbelang, zoo lang dit het dragen en gebrnik maken van wapenen bljjft eischen. ons overzicht een kopstuk dan zouden we er voor plaatsen„Grepen uit het der volken, gedurende het Dienstweigering. De Nieuwe Amhemscho Courant schrjjft Jan Terweij, voor de tweede maal opgeroepen, kap het niet met zjjn geweten overeen bren gen, de wapens te dragen hij oordeelt dit in strijd met de leer van zjjn Meester, Chris tus, en gedachtig aan diens woord„Gij zult Gode meer gehoorzaam zijn dan do menschen", weigert hjj de wapeua op te nemen. Voorloopig in arrest gesteld, werd hij daarna overgebracht nsar het Huis van bewaring te Haarlem, waar hij thans de uit spraak verbeidt van het vonnis, dat hem wacht, Doch hoe dit ook moge luiden, hjj is vast besloten niet toe te geven, zooals hij in een brief schrijft, welke de gevolgen ook mogen zjjn. En die gevolgen kunnen vreeselijk zjjn den lichamelijk niet sterken dienstwei- Rijk aan gebeurtenissen van diep ingrij penden aard is Europa niet geweest. De drie- cn tweebond hebben gewedijverd in het uiten van vredelievende verklaringen daarenboven zijn tnsschen de leden van beide allianties zeer vriendschappeljjke bezoeken afgelegd, zoodat men oppervlakkig het nieuwe jaar met gerustheid tegemoet kan zien. Wanneer de beide Oostersche kwesties in den toestand geene wijzigingen breDgen, bestaat er dan ook clie hoop, dat de rust nog langen tijd ongestoord zal voortduren. Bleven de buitenlandsche verhoudingen olflciëel haar zelfde karakter behouden, in den binnenlandschen toestand van menig land hadden gewichtige veranderingen plaats. Zoo werd in Duitschland een 6treng protectio nistische tarievenwet aangenomen, die blijk baar bjj een groot deel der natie niet gewild werd. Bij de algemeene verkiezingen voor den Rijksdag kwam dat duidelijk aan het licht. De; partij, die zich het meest tegen de toltarieven verzet had, de sociaal-democraten, behaalde eep winst van ruim 20 zetels, waardoor zij tot 81 streg. Het was alleen aan de coalitie der tegenstanders te danken, dat dit cjjfer bij de herstemmingen nog niet belangrijk steeg. Van hooger hand werd de strijd tegen de Polen in de Oostelijke pro vinciën met kracht voortgezet. Om den Duitschen geest in het Oosten te versterken, werd eene Hoogeschool te Posen gesticht. Met den aankoop van Poolsche landgoederen voor Duitsche kolonisatie werd onverpoosd voortgegaan. Niet miuder dan 350 millioen mark zijn thans voor dat doel uitgegeven, waarmee men 22000 Duitsche nederzettingen heeft verkregen In de hoope politiek was eene zwenking tot Rusland waar te nemen. De anti-Dnitsche beweging ïd Engeland, door regeeringsmannen en hoog- geplaatsten gesteund en de toenadering tusscben Frankijjk en Engeland, bracht Duitschland en Rusland nader tot elkander. De samenkomsten van Keizer Wilhelm met Czaar Nicolaas te Darmstadt en Wiesbaden, waren het antwoord op het bezoek van Koning Edwaid aan Parijs en President Keizer tegenovergestelde redenen, door de heeren Ritchie, lord Balfonr of Burleigb, lord Ha- milton en den hertog van Devonshire, werd gevolgd. Op de partjj formatie is de politiek van Chamberlain van grooten invloed ge weest. De Unionistische fractie, dcor wier steun een conservatief ministerie mogeljjk was, heeft zich gesplitst Sterk wordt op de ontbinding van het parlement aangedrongen, doch daar Chamberlain nog geen voldoende bekeerlingen heeft gemaakt, is eene beslis sing door algemeene verkiezingen nog vrij onzeker. Met de Vereenigde Staten kwam Enge land tot eene grensregeling tnsschen Canada en de Unie, in het Noord-westen. Daar Canada meende, verongelijkt te zjjn, heeft dit tot eenige heftige ontboezemingen aanleiding gegeven. Van de jongste onderneming van Engeland, den tocht naar Lhassa, is nog wei nig te zeggen. Schjjnbaar trekken de Thibetanen zich van de expeditie weinig aan. Of de Engelschen daardoor in een valstrik gelokt worden, zal de toekomst leeren. In Somaliland gaat het Engeland niet voor den wind. De „gekke" Mullah stoort zich weinig aan de Engelsche eischen en bedreigingen. Met de hulp van Italië en Abessynië hoopt Engeland er straks weer op af te gaan. Met Italië en Portugal verkeert Engeland op den besten voet, terwjjl de betrekkingen met Frankrijk veel verbe terd zjjn. Een algemeene oorlog in Oost-Azië, waarvoor ernstige vrees bestaat, zou voor de jonge vriendschap evenwel zeer gevaar lijk kunnen worden. Door het tractaat van Januari 1902 is Engeland genoodzaakt Japan te helpen, zoo een derde mogendheid zich in het geschil mengt. Maar als Engeland daar door Japan bijspringt, dan moet Frankijjk, volgens de bestaande overeenkomsten, Rus land met zijne strijdkrachten bijstaan. In dat geval zou de strijd zich zeer zeker ook naar Europa verplaatsen. Eigenlijk hangt in deze alles van Rusland af. Om de binnenlandsche ontevredenheid eenige afleiding te bezorgen, heeft eene ge waagde bnitenlandeche onderneming wel meer diensten gedaan. En nu ie het groote Rusland inwendig zwak. Verscheidene kwesties onder- mjjnen zjjne levenskracht. De russificatie van Finland heeft de trouwste onderdanen van den Tsaar tot gevaarlijke tegenstanders ge maakt de Polen verwachten met vernieuwde hope de opstanding van Groot-Polenin Armenië staat door de benadering der kerke lijke goederen een opstand voor de deurde vervolgingen der Israëlieten, groote werk stakingen, revolutionnaire en nihilistische aan slagen, toenemendo ontevredenheid bjj de studeerende jeugd, alles wijst op een gevaar lijken toestand. Toch blijft Rusland zich steeds met een andermans zaken bemoeien. In de Balkan-aangelegenheden heeft het, gedurende 1903, op den loop der zaken grooten invloed uitgeoefend. Zijn wil was het, die Bulgarije tot kalmte dwong, zijn wil, dat bet op deu Balkan niet tot eeu algemeene uitbarsting kwam. Met Oostemijk werd een prorram van hervormingen in Macedonië en Oud-Servië ontworpen, welk program men thari6 onder eeu lijdelijken tegenstand van den Snltan tracht uit te voeren. Opmerkelijk is het zeker, dat juist de beide landeD, die zooveel onte vredenheid binnen de eigen grenspalen hebben te bestrijden, zich het meest voor goede toestanden in Turkije interesseeren. In Oostenrijk liet het jaar 1903 veel te dat het "met de uitoefening van onze betrek king niet altjjd op rolletjes loopt, zjj hebben Roman van IDA BOY-ED. 00000 presenteeren. Als Ik gewild had, dan zou ik voor twee geraar Terweij. Veroordeeling tot gevangenis- werd bezocht. In Duitsch-Zuidwest-Afrika straf, daarna bij hernieuwde weigering, stonden de Hottentotten tegen het gezag op. nieuwe veroordeeling, en zoo steeds voort, Een gevoelige bestraffing is daarop gevolgd, tot het zwakke lichaam bezwijkt, of wel tot De uitbarsting der Hottentotten kan in het de wil gebroken wordt en hjj toegeeft, zich- kader der ulgemoece ontevredenheid in Zuid- zelvcn minachtend als een verrader van zijne Afrika gebracht worden. Daar is niemand heiligste overtuiging. feitelijk tevreden. De goudmagnaten trekken Een dweper, zal men zeggen, een dieto weinig nit de mijnen en zjjn te zwaar „vreemd doet", anderen zullen hem een belast. De stroom van Engelsche gelukzoe- i huichelaar noemen, of een slimmert, die langs kers, die meende dat Zuid-Afrika ra den dezen weg beproeft aan don dienstplicht te j oorlog in Luilekkerland was verkeerd, keert ontkomen. arm en morrend naar het moederland terug Men zal er op wjjzen dat het straffeloos de kaff-TS Lebben na den oorlog steeds hoo- laten van zijn verzet, het toegeven aan zijnger eischen gesteld, waardoor ze als mijn- gemoedsbezwaren, de deuren wagenwjjd open? krachten onmogelijk beginnen te worden, en zetten voor bedrog en misbruik ven allerlei de Boeren wachten nog steeds op do uitvoe- aard. Terweij pqoge bet ernstig meenen,ring der vredesvoorwaarden van Vereeniging. {gaar zjjn vóoi beeld zal duizenden uitlokken j De almachtige Chamberlain meende in dit hetzelfde te beproeven, en wat men hem voorjaar, dat zijnd persoonlijkheid voldoende voorraad heeft toegestaan, kan men anderen niet wei- zou ziju, om alie grieven weg te nemen. Het geren. Het zou eenvoudig een onhondbaren bleef er evenwel, gelijk het was. Kort na het toestand scheppen, en daarom, ook al vak uitstapje naaj: Zuid-Afrika, is de minister den het hard, iemand pm des geweteDS wille te strijd voor voorkeurrechten begonnen. Eoge- Loub' t aan LondeD. De reis van don HMPHl naar Kopenhagen m;:g mede in dit licht wor- wenschen over. De Ausgleicn tusschen Oosten den beschouwd. Vei der werd aan den bond- rijk cn Hongarije bleef weer onbekrachtigd. genoot in Rome een tegen-visite gemaakt, .Een voorstel tot verhooging van het ieger- bij welke gelegenheid mede het Vaticaan contingent bracht het Hongaarsche parlement vervolgen en te straffen, dé wet moet nageleefd „0" 1 zeide zjj, „o. En met gevouwen handen stond Olga voor hem en keek hem met schitterende oogen aan. „Verheugt het u zoo doet u dat om mjj zooveel genoegen mompelde hij. „Nu zijt ge erin nu zult ge snel stjjgen o allesalles bereiken dat is zeker „Bedaard," zeide Wig'us tot zichzelf, „opdat zij je op dit oogenblik niet week en laf maakt." Olga zuchtte diep. Zjj deed een stap naderbjj en terwjjl zjj haar linkerhand in haar rechterhand nam en uit gewoonte haar ring bekeek, zeide zjj langzaam „Hoe alles toch wisselthoe alles toch veranderen kanjij bent nu een man van beteekenis „Tienduizend mark en misschien nog wat „Olga „Ja en ik ben reeds bjj juffrouw Marie Hennegall geweest, en wilde mutsen en kanten leeren wasschen evenals zij „Olga riep hij, „Olga kan ik gelooven wagen Zij keek hem aqn Tom vroeg hjj niets meer en sloot haar in zijn armen. Een traan welde uit zjjn oogen. Hot was de eerste gclukstraan, die hjj land stond sedert 1813, nadat Cobden de in rep en roer. Tal van nationale eischen werden door de Kossuth-partij ingediend. On machtig, cm de heftige oppositie te weerstaan, werd het ministerie Szell door dat van Khuen Hedervary vervangen, terwijl dit weer voor dat van Tisza plaats maakte. Waar schijnlijk zal het den man met den ijzeren arm gelukken, wat rust iu de woelige volks vertegenwoordiging te brengen. Bij de verkiezing van den opvolger van Leo XIII, was Oostenrijk's invloed op de Pauskeuze van grooten invloed. Zijn veto voorkwam de verheffing van den Fransch- gezinden kardinaal Rampollo. Zoo kwam het, dat tot hoofd van de katholieke kerk ver kozen werd kardinaal Sarto, patriarch van VeDetië, die den naam van Fins X aannam. Tal van geruchten hebben er na dien tijd geloopen, over eene gewijzigde verhouding tusschen het Quirinaal en het Vaticaan. Wellicht is de erkenning van de Italiaansche eenheid aan 1904 toegedacht. Verder ver keert Italië met al de mogendheden op zeer vriendschappelijken voet. Alleen in de te en jouw moeder „Wjj willen niet trachten dezen afstand met geweld weg te vagen. Dat zou slechts leed en onaangenaamheden go ven. Kijk, de weg van mjj tot jouw moeder is korter," zeide Olga, „het ia de weg vau vrouw tot vrouw. Van jou tot mjjn moeder is verder. Dat weet ik wel. Geef miju moeder de erbij voor wetenschappeljjken arbeid dat is zeer weinig.in een groote stad. in uw wereld is het niets. Gij begrijpt en gevoelt dat niet. Dames met millioecen hebben geen oordeel over dergelijke zaken." Hjj zeide dat, om zich te wapenen. Het was immers meer dan een van verlangen bevend man verdragen kon haar daar zoo te zien staan, in overstelpende vreugde ovpr zjjn sucoes, en haar niet aan zjjn hart Een traan welde uit zijn oogen. eens recht het leven veraangenamen. En te mogen drukken 1 Het was de eerste gelukstraan, die hjj laten wij deze beide vrouwen elk in haar Maar Olga ging voortsteeds schijn- in zjjn leven weende. wereld, dan zullen beiden tevreden zijn. baar haar linkerhand bekijkend: „Ja, het2Sijn wij te zamen niet een nieuwe wereld verandert toch zoo wonderlijk... gij hebt Tom Cirolyce kwam, vond zjj de beide' Wij behooren bjj elkaar, en op onszelf ge- nu wat, en ik heb niets. Ik ben arm, ge- haar zoo dierbare menschen nog in heilige plaatst, willen wij groeien en groeien in heel en al." opgewondenheid, door het geluk over- geluk en vooruitgang „Gij... gij... arm stamelde hij. „Heett mand. „Olga, "riep hij, „waarvandaan haal je doze En voor de eerste maal sedert het zware zonnige inziohten en de oplossing van alle noodlot, dat haar had getroffen, ging ervragen des levens door haar zulk een hooge vreugde, dat zij „Dat weet ik niet," lachte zij, „ik bèn haar eigen leed vergat. eenmaal zoo. Maar dat is aarstekelijk. Dat „Mjjne kinderen," zeide zij, „niet waar, j zult ge eens zien Dat was het juist wat mjjne geliefde kinderen 1 jou ontbrak." Olga sloeg haar armen om Cirolyne's „Hoe kon ik dat ook hebb?.nDa slaaf hals en lachte en weeude. Maar het lachen van den nood... een mensch in kluisters kreeg spoedig de overhand. „Jij dacht meer uan je ketens dan aan „Eu jouw moeder keu ik reeds en jij je levensdoeldat was je ellende," zeide wist van niets." Olga. „En jij vreesde nietwas niet bang „Olga 1" riep hjj getroffen. uw moeder alles verloren? Arm... arm?" Toen keek Olga hem aan en haar vroo- lijke overmoed vermengde zich met haar smeekende liefde, die hem uit haar blikken tegenstraalde. „Mama heett mij onterfd. Heel in ernst." „Je bent dus in vijandschap met haar.... en waarom waarom Hij greep naar haar hand. Het antwoord het antwoord „Ik ben één hart en één ziel met mama. I Maar het is mij gelukt, haar te overtuigen, dat ik geen rjjkdom gebruiken kan." lyne en drukte het meisje innig tegen zich aan, volkomeu dienen geeft de hoogste vrjjheid." Hij echter dacht aan het uur van zwaren zielestrijd, waarin hjj geloofde nooit een uitweg te zullen vinden uit het labyrinth van zijn plichten en waar hem dan zoo geheimzinnig en troostend de woorden waren I noodige achting. Eu jouw mueder zullen we j te binnen geschoten: Gij moet gelooven, gjj moet wagen, Want de Goden nemen geen pand. Slechts een wonder kan u dragen In het schoone tooverland. Hij wist 'tnu zou het geloof aan zijn ster hem nooit meer verlaten. Want één gicg er nu met hem mede als medestrijdster, die met lachenden moed het wapen voor den strijd scherpen zou. En in zulke gedachten triomfeerde de vurige dankbaarheid nog over de groote liefde. Hjj kuste teeder de jonge vrouw, die met haar persoon hem een koninkljjk ge schenk gegeven bad. De lijdende vrouw echter keek op de beide gelukkige mecscbeu neder, en dacht „Twee overwinnaars. Wart zij gelooven aan zichzelf en aan hun geluk 11" voor den afstand tusschen mjjne moeder „Zjj heeft het ons geleerd," sprak Caro- EINDE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1904 | | pagina 5