Zondag 3 Jan. 1904.
48ste Jaargang.
No. 3902.
TWEEDE BLAD.
NIEUWJAAR
Jiuiisfhc IpftikabSfn.
Buitenlandsch Nieuws.
Politiek overzicht.
Uit en voor de Pers.
FEUILLETON.
kluisters.
44.
van
ooo—
Een gelukkig Nieuwjaar!
Het zij odb vergund, onzen lezers met dezen
wensch tegemoet te treden. Gewoon als wij
zijn het woord te richten tot de velehonder-
den, van wie V6len ons persoonlijk onbekend
zÜni gelooven wij toch te mogen aannemen,
dateen heilgroet, onzerzijds hnn toegeroepen,
niet zal worden beschouwd als een zinledige
formule althans wij kunnen verzekeren, dat
er een gedachte aan ten grondslag ligt.
Die gedachte betreft het gemeenschappelijke,
waarmede wij ons allen hebben bezig te
houden.
Wanneer wij nu bij onze lezers en lezeressen
in huis komen met een gelukkig „Nieuwjaar"
op de lippen, dan geldt dat niet in de eerste
plaats de vervulling hunnqr persoonlijke be
langen, het welslagen van ieders ondernomin
gen, het uitblijven van teleurstellingen,
het, gespaaid worden voor beproevinger,
Dat alles valt buiten do grenzen van het
publiek domein, die wij hebben te eerbiedigen.
Natuurlijk, hoe meer menseben de wereld be
vat, wien het goed gaat, des te aanzienlijker
is de som van het gezamenlijk welzijn, en het
zou wel treurig zijn, als hot licht, dat het pad
des eenen bestraalt, noodwendig schaduwen
zou doen vallen op de baan, welke een ander
heeft te doorloopen, doch het ware dwaas
heid de afwezigheid van rampen en tegen
spoeden te beschouwen als het hoogste, dat
men elkander kan toewenschen.
In den hof des levens staan boomen, die
niet kunnen groeien, bloeien en vruchten
dragen, zoo wij niet allen de hand er aan
houden, om ze op te kweeken, te verzorgen
en voor onheil te bewaren.
Het is aan deze, dat we vooral onze aan
dacht hebben te geven, niet het minBt bij
gelegenheden als de tegenwoordige, die tot
nadenken stemmen.
Een gelukkig Nieuwjaar! hebben we onzen
familieleden, vrienden en bekenden toege-
wenscht op het oogenblik, dat de jongste
middernachtsklok van 1903 verstomde en het
oude jaar zijn lastbrief aan zijn opvolger had
overgegeven, of wel, bij de eerste ont
moeting nadat de nieuwe dag aan den hemel
Üra^ verschepen. En het is aan geen twijfel
onderhevig, dat die wensoheh oprecht zijn
gemeend.
Maar laten wij wel bedacht zijn, dat de
beste wenschen niets beduiden, wanneer wij
niet tevens ons best doen, ze te verwezen
lijken. Daar komt het 't meest op aan.
We hebben in onze taal een mooi woord,
dat onze verhouding, zooals die behoort te
wezen tegenover onze omgeving, volmaakt
uitdrukt.
Het is welwillendheid.
Te willen en te bewerken al wat onze
medemenschen ten goede komt, is de maat
schappelijke taak b(] uitnemendheid. Ons
zeiven zoo te ontwikkelen, dat er licht en
warmte, dat er kracht en vreugde van ons
uitgaat, wie dat heeft opgevat als zjjn
levensdoel, beweegt zich in de richting van
het ideaal.
Maar hoe zullen wij dat ideaal bereiken
In de eerste plaats door ons voorbeeld.
Wij zijn niet geroepen om als zedelijk
model te poseerenwie zichzelf op een voet
stuk stelt, of optreedt piet het etiguet „ter
navolging", is gewoonlijk meer gedreven door
eigenwaan en ijdelheid, dan door eenig
beginsel.
Gelukkigen maken, we vinden eiken
dag, ieder uur de gelegenheid er toe.
Gij verheugt u in het bezit van vrouw en
kinderen, die, als gij van de dagtaak huis
waarts keert, met verlangen uw thuiskomst
verbeiden.
Hebt ge wel opgemerkt, ep dat kan
u riet ontgaan zjjn =- van hoeveel invloed de
uitdrukking van uw gezicht is op de wijze,
waarop gij wordt ontvangen Dat komt,
omdat zij u liefhebben, en als een verdrietige
stemming zich afspiegelt in uw wezen, dan
drukt heu zulks terneer zoo vaak gij met
een vroolijken lach binnentreedt, gaat voor
hen de zon op. Waarom trachten wij niet
altijd een blijmoedig gezicht te zetten en een
slecht humeur achterwege te laten
Dus huichelen, comediespelen, om de onzen
niet droevig te stemmen
t), neen, dat nooit Maar vopseergt zjjn er
van de honderd govallen, waarin de men-
schen goedvinden, door een bar of knorrig
gelaat en een onvriendelijken toon hnn kuis-
genooten duidelijk te maken dat zij slecht
gehumeurd zijn, minstens negentig, waarin
het hensch de moeite niet waard is en men
dus zonder eenig bezwaar zijn wrevel op
het altaar van het huiselijk geluk als offer
kap peerlpggen. Eu wat de overige tien
aangaat, onze echtgenoote, onze kinderen, als
zjj gekomen zjjn tot den leeftjjd waarin zij
dat J
er zelfs recht op, ons onze moeilijkheden te
helpen overwinnen. Maar dan benooren zij
tegelijk te zien dat wjj kloek zijn en ons niet
zoo spoedig ter neder later slaan.
Laten wij ook niet verzuimen er aan te
herinneren, dat het optreden van elk lid der
maatschappij, van eiken borger van den staar Europeaan
invloed heeft op dat van hen, die mede tot de laatste
dezelfde menschengroep behooren.
De tegenwoordige tijd is er op nit, om aan
dat optreden meer ruimte te geven, de uit
breiding van rechten tot velen aan wie ze
vroeger werden onthouden, maakt dat steeds
minder personen beschouwd worden als bij-
loopers en kantledcn.
Doch dat legt verplichtingen op! We kun
nen dat alles heden niet zoo uitvoerig zeg
gen als we graag wilden, doch laat dit
genoeg zjjn, dat de beste wenscben voor het
dagen mijn genoegen hebben kunnen eten en
dan zijn er nog Europeanen hier in Indië, die
beweren, dat de Inlander ons blanda's haat.
Ik voor mjj heb er nog nooit iets van ge-
gemerkt; integendeel, ik durf verzekeren, dat
de bruine broeder rreestal wat graag met een
in aanraking komt, tenminste als
hem niet afsnauwt of ruw be
handelt. Merkt hij, dRt de blanda niet som-
bong (trotsch) of koerang adjar (onbeschoft)
is, dan legt hij gsnw zijn schuwe schroom
valligheid af en ontpopt bij zich dikwijls als
een gezellig prater.
en de overtreder desnoods de straf voor zjjn
verzet dragen.
Wjj ontkennen niet, dat de houding door
de overheid te dezer zake in te nemen, een
zeer moeilijke is. Eene regeerirg die, zooals
nog onlangs door den premier met fierheid
werd verklaard, haar zjjn alleen dankt aan
het verzet om des gewetens wille tegen de
openbare school; die Ier tegemoetkoming aan
de gemoedsbezwaren van enkelen, de vaccine-
vrjjheid wil invoeren, zij kan niet eene heilige
overtuiging, a!s die van Teiweij, geweld
aandoen, zonder ontrouw te worden aan haar
Van Buitenzorg tot halfweg de halten I eigen verleden, aan hare beginselen. Toch
Tjitjoeroeg stjjgt de weg
Tjigombong en
voortdurend dan bevindt men zich op eene
hoogte van 650 Meter en is men op de
waterscheiding tnsschen het water, dat naar
Java's Noordkust en dar, 't welk naar Wijn-
welzijn van ons vaderland, voor de koniDgin koopsbaai stroomt, tevens op de grens van
holle klanken zijn, als we niet trachten alles i do residentie Batavia en de Preanger Regent-
aan te wenden, ten einde naar ons beste weten schappen.
en in eerlijke aansluiting bij anderen de beien-j Van af voornoemde waterscheiding ver
gen van het vaderland te behartigen. En zij volgt de trein zjjn loop langs de oostelijke
dan 1904 voor onze gemeente, voor vaderland
en de vorstelijke familie, voor alles wat
wij zullen verrichten voor eigen en anderer
welzijn, zij het een recht gelukkig jaar
Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.
XLII.
We zijn reeds vroeg aan 't station, waar
vervulÜDg hunnqr persoonlijke be- I ons de gewone kleurige drukte tegenlacht.
1 *- We voelen ons bijzonder frisch en opgewekt,
zooals men dat alleen maar hebben kan in
Java's binnenlanden. We zjjn in de stem
ming van kostschooljongens, die met vacantie
gaan, want ons wacht een heerljjk rein genot
daar ginds in de Preanger.
Een kaartje „derde" naar Soekaboemi is
gauw genomen en even spoedig hebben we
een lekker hoekplaatsje veroverd.
De trein vertrekt precies op tjjd en
we zjjn weer gereed om indrukken op te
doen.
Nu eens naar rechts, dan weer naar links,
kronkelt onze weg dcor eene vallei, het dal
van de Tjisedani.
Links zien we twee berggevaarten, 't zjjn
de Goenoeng Pangrango (plm. 3000 M.)ende
Goenoeng Gedé (pl.m. 2900 M.), terwjjl zich
rechts de oude vulkaan van Buitenzorg, de
Salak, verheft.
't Is een zonnige morgen, zooals tronwens
altijd. De Indische hemel is op dit uur maar
zelden bewolkt
Lichte dampen, zoo straks nog over den
grond zwevende, zijn door de zon, de mata
hari of ,,'t oog van den dag", opgezogen en
vormen thans dunne nevelstrepen om der
bergen top. 't Ziju dampen door den aard
bodem uitgewasemd, die de koele bergruggen
aan 't gezicht onttrekken.
Hoe zal ik U, bewoners yan de vlakte, een
denkbeeld geven van 't steeds wisselend
panorama? Hoe zal ik ze u beschiijven die
donker beschaduwde bergwouden, schilder
achtig afgeteekend tegen de wolkmassa's
daarboven en do zonnige lichtgroene rijstvel
den beneden, rijstvelden tot aan den horizon,
met kampongs bedekt? Wat een genot voor
het cog, die woeste bergstroomen met rol
steenbeddingen, welke daar diep in de laagte
zich een weg banen na^r zee
Wat, zou ik me werkelijk tóch gaan wa
gen aan eene beschrijving der tropische
natuur, die overal iu Java's binnenland zoo
heerlijk schoon is Neen, duizendmaal neen!
't Is onmogelijk,.om het u juist te doen voe
len, wat ik hier thans geniet cn daar we op
reis telkens en telkens weer opnieuw van
die natuurtafereelen zouden moeten schetsen,
zoo meen ik te moeten volstaan met hier
eens en voor altijd te verzekeren, dat Java
een paradijs is, één groote Tuin, één Hof
van Eden, doch dat men er 't ongezonde
zeestrand mijden moet.
Met wellust ademen we den jroelen berg
wind in, die vrij van moerasdamp en strand-
walrp, onze borst verruimt en verkwikt.
We reizen met den boemeltrein, doch ver
velen ons geen oogenblik. Vreemd toch, dat
onze bruine broeders zoo weinig voor natuur
schoon gevoelen. Zo kijken bijna niet naar
buiten, rooken hun „strootje", babbelen over
koetjes en kalfjes en eten Een inlander
schijnt op reis altjjd te moeten snoepen.
Bjj het passeeron van een mooien water
val, roep ik opgetogen mjjn buurman, een
ouden hadji, een „bagoes boekan (Mooi,
niet waar toe.
Droomerig volgt 's mar.s blik mjjn wijs
vinger en verbaasd vraagt hij „Bagoes apa
ada persmpoean?" [„Wat is er mooi? zjjn er
vrouwen
Dit antwoord van den vrjj wel afgeleefden
grijsaard wekt natuurlijk algemeene hilaritoit
en 't eerste kwartier wordt onze Mekkagan-
ger dan ook niet weinig geplaagd. De oude
heer kan er echter best tegep en pareert
soms vrjj geestig do fcwinkêlagen zjjner reis-
genopten,
Op de verschillende halten, Batoe toelis,
Massing, Tjigombong, Tjitjoeroeg en Paroeng
koeda wordt gestopt, 't Ziju miniatnurstation-
netjes, waar meestal inlanders als chef fun-
geeren. Overal worden we verwelkomd door
kleine jongens en meisjes, die eterij, gebak,
vruchten en dranken verkoopen en onder
een heidonsch geschreeuw hun waar aan
prijzen. Nu, er wordt nogal gekocht en dat
niettegenstaande den meegenomen
Ds Inlander is van nature gul en koopt
'begrijpen en zjj mogen zeer goed weten j nooit iets zonder zijn naaste buurlui ook te
zon de erkenning van het recht van bestaan
van een gemoedsbezwaar, dat verbiedt de
wapenen te dragen, in onzen tijd schromelijke
gevolgen hebben.
Daarom wil het ons voorkomen, dat deze
zask dringend regeling behoeft; want men
verhele het zich niethet aantal geestverwan
ten van Terwejj is grooter, dan men meent,
afschaffing der graanrechten had bevechten,
vooraan in de rij der vrijhandel83taten. Toen
in den oorlog met de' Boeren de bodem der
Engelsche schatkist zichtbaar werd, werd
tijdeljjk een invoerrecht op graan en thee
ingevoerd. Bij de begrooting van 1908/04 was
deze post weder vervallen, wat tot verzet bjj
de proteciionisten aanleiding gaf. Deza
oppositie vond steun bjj den Minister van
KoloDiën. Hij meende dat de band tusscben
het moeóerltnd en de koloniën versterkt
moest wordrn en wees sis middel daarvoor
onderlinge handelsvoorrechten aan. Engelsche
fabrikaten in de koloniën en koloniale
naturaliën in 't moederland moesten tegen
buitenlandsche concurrentie door vermin
derde invoerrechten beschermd worden.
Deze Chamberlainistische beginselen hebben
in geheel Engeland eene groote beroering
veroorzaakt.
Ten einde voor zijne politiek beter propa
ganda te kunnen maken, is Chamberlain uit
en voortdurend neemt het toe. Tot heden be- het ministerie getreden, welk voorbeeld, om
Wanneer wij
moesten geven,
ditmaal boven
hellingen van den GoeDceng Salak op den rech
teroever van den Tjitjattib.
Voortdurend verandert de weg van richting.
Men vertelde mij te Buitenzorg, dat op 't
traject tot Tjibadak, ongeveer 40 K. M. lang,
liefst 100 bochten gemaakt worden, waardoor
men telkens de bergen vóór, op zij en achter
zich ziet liggen.
Tegen de hellingen liggen etteljjke
koffie- en theetuinen, o. a. de wereld
beroemde Parakan Salak-onderneming. Dui
delijk onderscheiden we thans de netjes op
ijjen aangelegde theestruiken.
Bij de halte Tjitjoeroeg vertelt ons een der
Inlandsche reizigers geheimzinnig, dat 't een
echt rooversnest is, dat er vele benden schnilen
en dat 't hem verbaast, waarom 't machtige
Gouvernement hier niet eens eene flinke op
ruiming houdt.
De hadji merkt op, dat men alle dieven en
roovers de rechterhand moest afkappen, zoo
als de Moslimsche wet van Mohammed het
letterlijk voorschrijft.
En nu worden er allerlei griezelige verhalen
van moordenaars en rampokkers ten besteI
gegeven, terwijl de hadji mjj belangstellend
vraagt, of er in Holland ook zulke dingen
gebeuren. In 't belang van ons prestige loog politieke leven
ik maar van neen. !jaar 1903"
Al pratende komen we op halte Tjibadak,
waar de trein 4 minuten stopt cm de loco-
motief van water te voorzien.
Op 't station zit een kleine blinde fluitspeler,
die de reizigers onthaalt op eenige droef
geestige stukjes. Uit verschillende waggons
wordt hem kopergeld toegesmeten, dat een
medelijdende stationsbeambte voor den bedel-
knaap opraapt.
Weldra stelt de trein zich weder in bewe
ging en nu stjjgt men bjjna uan één stuk
door langs de halten Karang tengah en Tjisea
jot Soekaboemi, gelegen op bijna 600 M.
Yan uit den trein heeft men links nog
6teeds het uitzicht op den Goenoeng Gedé,
die aan zjjn voet met eene lange rij van ter-
rasgewjjze oploopende rijstvelden is bedekt,
waar, tusschens boschjes van klappers (kokos?
palmet], de dessa's [dorpen] verborgep liggen.
Het is, alsof men een langzaam oploopende
reuzentrap vóór jfich heeft, met groene bou-
quetten bpiet, leidende naar de majestueuze,
breede kegelzuil, welker top gewoonlijk met
eene sierlijke witte pluim is gekroond. Rechts
zien we de kale heuveltoppen van de Djam-
pangs, die zich tot aan Java's Zuidkust uit?
«trekken.
Om 9 uur stoonien we het station Soeka
boemi binnen.
Lt. Clockenkr Erousson b. d.
paalde de toepRSsiug v»u bet beginsel zich
tot enkele gevallen, doch Terweij zal navol
gers vinden, hoe ook de uitkomst zjjner zaak
zal zijn. Geestverwanten zullen in den ge
vangene een martelaar zien, en men weet,
wat de ervaring van eeuwen geleerd heeft,
omtrent het bloed der martelaren. Anderen
zullen de door hem verwekte bewegiDg ge
bruiken ter bereiking huDner doeleinden en de
loop der omstandigheden zal dwingen tot
het nemen van maatregelen, zooals men voor
heen gedwongen werd te doen tegenover het
verzet der Doopsgezinden.
Het middel moet gevonden worden om de
erkenning van de vrijheid van geweten van
den christen-anarchist in overeenstemming
te brengen met het landsbelang, zoo lang dit
het dragen en gebrnik maken van wapenen
bljjft eischen.
ons overzicht een kopstuk
dan zouden we er voor
plaatsen„Grepen uit het
der volken, gedurende het
Dienstweigering.
De Nieuwe Amhemscho Courant schrjjft
Jan Terweij, voor de tweede maal opgeroepen,
kap het niet met zjjn geweten overeen bren
gen, de wapens te dragen hij oordeelt dit
in strijd met de leer van zjjn Meester, Chris
tus, en gedachtig aan diens woord„Gij
zult Gode meer gehoorzaam zijn dan do
menschen", weigert hjj de wapeua op te
nemen. Voorloopig in arrest gesteld, werd
hij daarna overgebracht nsar het Huis van
bewaring te Haarlem, waar hij thans de uit
spraak verbeidt van het vonnis, dat hem wacht,
Doch hoe dit ook moge luiden, hjj is vast
besloten niet toe te geven, zooals hij in
een brief schrijft, welke de gevolgen ook
mogen zjjn.
En die gevolgen kunnen vreeselijk zjjn
den lichamelijk niet sterken dienstwei-
Rijk aan gebeurtenissen van diep ingrij
penden aard is Europa niet geweest. De drie- cn
tweebond hebben gewedijverd in het uiten van
vredelievende verklaringen daarenboven zijn
tnsschen de leden van beide allianties zeer
vriendschappeljjke bezoeken afgelegd, zoodat
men oppervlakkig het nieuwe jaar met
gerustheid tegemoet kan zien.
Wanneer de beide Oostersche kwesties in
den toestand geene wijzigingen breDgen,
bestaat er dan ook clie hoop, dat de rust
nog langen tijd ongestoord zal voortduren.
Bleven de buitenlandsche verhoudingen
olflciëel haar zelfde karakter behouden, in
den binnenlandschen toestand van menig
land hadden gewichtige veranderingen plaats.
Zoo werd in Duitschland een 6treng protectio
nistische tarievenwet aangenomen, die blijk
baar bjj een groot deel der natie niet gewild
werd. Bij de algemeene verkiezingen voor
den Rijksdag kwam dat duidelijk aan het
licht. De; partij, die zich het meest tegen de
toltarieven verzet had, de sociaal-democraten,
behaalde eep winst van ruim 20 zetels,
waardoor zij tot 81 streg. Het was alleen
aan de coalitie der tegenstanders te danken,
dat dit cjjfer bij de herstemmingen nog niet
belangrijk steeg. Van hooger hand werd de
strijd tegen de Polen in de Oostelijke pro
vinciën met kracht voortgezet.
Om den Duitschen geest in het Oosten te
versterken, werd eene Hoogeschool te Posen
gesticht. Met den aankoop van Poolsche
landgoederen voor Duitsche kolonisatie werd
onverpoosd voortgegaan. Niet miuder dan
350 millioen mark zijn thans voor dat doel
uitgegeven, waarmee men 22000 Duitsche
nederzettingen heeft verkregen In de hoope
politiek was eene zwenking tot Rusland waar
te nemen. De anti-Dnitsche beweging ïd
Engeland, door regeeringsmannen en hoog-
geplaatsten gesteund en de toenadering
tusscben Frankijjk en Engeland, bracht
Duitschland en Rusland nader tot elkander.
De samenkomsten van Keizer Wilhelm met
Czaar Nicolaas te Darmstadt en Wiesbaden,
waren het antwoord op het bezoek van
Koning Edwaid aan Parijs en President
Keizer
tegenovergestelde redenen, door de heeren
Ritchie, lord Balfonr of Burleigb, lord Ha-
milton en den hertog van Devonshire, werd
gevolgd. Op de partjj formatie is de politiek
van Chamberlain van grooten invloed ge
weest. De Unionistische fractie, dcor wier
steun een conservatief ministerie mogeljjk
was, heeft zich gesplitst Sterk wordt op de
ontbinding van het parlement aangedrongen,
doch daar Chamberlain nog geen voldoende
bekeerlingen heeft gemaakt, is eene beslis
sing door algemeene verkiezingen nog vrij
onzeker.
Met de Vereenigde Staten kwam Enge
land tot eene grensregeling tnsschen Canada
en de Unie, in het Noord-westen. Daar Canada
meende, verongelijkt te zjjn, heeft dit tot
eenige heftige ontboezemingen aanleiding
gegeven. Van de jongste onderneming van
Engeland, den tocht naar Lhassa, is nog wei
nig te zeggen.
Schjjnbaar trekken de Thibetanen zich van
de expeditie weinig aan. Of de Engelschen
daardoor in een valstrik gelokt worden, zal
de toekomst leeren. In Somaliland gaat het
Engeland niet voor den wind. De „gekke"
Mullah stoort zich weinig aan de Engelsche
eischen en bedreigingen. Met de hulp van
Italië en Abessynië hoopt Engeland er straks
weer op af te gaan. Met Italië en Portugal
verkeert Engeland op den besten voet, terwjjl
de betrekkingen met Frankrijk veel verbe
terd zjjn. Een algemeene oorlog in Oost-Azië,
waarvoor ernstige vrees bestaat, zou voor
de jonge vriendschap evenwel zeer gevaar
lijk kunnen worden. Door het tractaat van
Januari 1902 is Engeland genoodzaakt Japan
te helpen, zoo een derde mogendheid zich in
het geschil mengt. Maar als Engeland daar
door Japan bijspringt, dan moet Frankijjk,
volgens de bestaande overeenkomsten, Rus
land met zijne strijdkrachten bijstaan. In dat
geval zou de strijd zich zeer zeker ook naar
Europa verplaatsen.
Eigenlijk hangt in deze alles van Rusland
af. Om de binnenlandsche ontevredenheid
eenige afleiding te bezorgen, heeft eene ge
waagde bnitenlandeche onderneming wel meer
diensten gedaan. En nu ie het groote Rusland
inwendig zwak. Verscheidene kwesties onder-
mjjnen zjjne levenskracht. De russificatie van
Finland heeft de trouwste onderdanen van
den Tsaar tot gevaarlijke tegenstanders ge
maakt de Polen verwachten met vernieuwde
hope de opstanding van Groot-Polenin
Armenië staat door de benadering der kerke
lijke goederen een opstand voor de deurde
vervolgingen der Israëlieten, groote werk
stakingen, revolutionnaire en nihilistische aan
slagen, toenemendo ontevredenheid bjj de
studeerende jeugd, alles wijst op een gevaar
lijken toestand. Toch blijft Rusland zich steeds
met een andermans zaken bemoeien. In de
Balkan-aangelegenheden heeft het, gedurende
1903, op den loop der zaken grooten invloed
uitgeoefend. Zijn wil was het, die Bulgarije
tot kalmte dwong, zijn wil, dat bet op deu
Balkan niet tot eeu algemeene uitbarsting
kwam.
Met Oostemijk werd een prorram van
hervormingen in Macedonië en Oud-Servië
ontworpen, welk program men thari6 onder
eeu lijdelijken tegenstand van den Snltan
tracht uit te voeren. Opmerkelijk is het zeker,
dat juist de beide landeD, die zooveel onte
vredenheid binnen de eigen grenspalen hebben
te bestrijden, zich het meest voor goede
toestanden in Turkije interesseeren.
In Oostenrijk liet het jaar 1903 veel te
dat het "met de uitoefening van onze betrek
king niet altjjd op rolletjes loopt, zjj hebben
Roman van
IDA BOY-ED.
00000
presenteeren.
Als Ik gewild
had, dan zou ik voor twee
geraar Terweij. Veroordeeling tot gevangenis- werd bezocht. In Duitsch-Zuidwest-Afrika
straf, daarna bij hernieuwde weigering, stonden de Hottentotten tegen het gezag op.
nieuwe veroordeeling, en zoo steeds voort, Een gevoelige bestraffing is daarop gevolgd,
tot het zwakke lichaam bezwijkt, of wel tot De uitbarsting der Hottentotten kan in het
de wil gebroken wordt en hjj toegeeft, zich- kader der ulgemoece ontevredenheid in Zuid-
zelvcn minachtend als een verrader van zijne Afrika gebracht worden. Daar is niemand
heiligste overtuiging. feitelijk tevreden. De goudmagnaten trekken
Een dweper, zal men zeggen, een dieto weinig nit de mijnen en zjjn te zwaar
„vreemd doet", anderen zullen hem een belast. De stroom van Engelsche gelukzoe-
i huichelaar noemen, of een slimmert, die langs kers, die meende dat Zuid-Afrika ra den
dezen weg beproeft aan don dienstplicht te j oorlog in Luilekkerland was verkeerd, keert
ontkomen. arm en morrend naar het moederland terug
Men zal er op wjjzen dat het straffeloos de kaff-TS Lebben na den oorlog steeds hoo-
laten van zijn verzet, het toegeven aan zijnger eischen gesteld, waardoor ze als mijn-
gemoedsbezwaren, de deuren wagenwjjd open? krachten onmogelijk beginnen te worden, en
zetten voor bedrog en misbruik ven allerlei de Boeren wachten nog steeds op do uitvoe-
aard. Terweij pqoge bet ernstig meenen,ring der vredesvoorwaarden van Vereeniging.
{gaar zjjn vóoi beeld zal duizenden uitlokken j De almachtige Chamberlain meende in dit
hetzelfde te beproeven, en wat men hem voorjaar, dat zijnd persoonlijkheid voldoende
voorraad heeft toegestaan, kan men anderen niet wei- zou ziju, om alie grieven weg te nemen. Het
geren. Het zou eenvoudig een onhondbaren bleef er evenwel, gelijk het was. Kort na het
toestand scheppen, en daarom, ook al vak uitstapje naaj: Zuid-Afrika, is de minister den
het hard, iemand pm des geweteDS wille te strijd voor voorkeurrechten begonnen. Eoge-
Loub' t aan LondeD. De reis van don HMPHl
naar Kopenhagen m;:g mede in dit licht wor- wenschen over. De Ausgleicn tusschen Oosten
den beschouwd. Vei der werd aan den bond- rijk cn Hongarije bleef weer onbekrachtigd.
genoot in Rome een tegen-visite gemaakt, .Een voorstel tot verhooging van het ieger-
bij welke gelegenheid mede het Vaticaan contingent bracht het Hongaarsche parlement
vervolgen en te straffen, dé wet moet nageleefd
„0" 1 zeide zjj, „o.
En met gevouwen handen stond Olga
voor hem en keek hem met schitterende
oogen aan.
„Verheugt het u zoo doet u dat om
mjj zooveel genoegen mompelde hij.
„Nu zijt ge erin nu zult ge snel
stjjgen o allesalles bereiken
dat is zeker
„Bedaard," zeide Wig'us tot zichzelf,
„opdat zij je op dit oogenblik niet week
en laf maakt."
Olga zuchtte diep. Zjj deed een stap
naderbjj en terwjjl zjj haar linkerhand in
haar rechterhand nam en uit gewoonte
haar ring bekeek, zeide zjj langzaam „Hoe
alles toch wisselthoe alles toch
veranderen kanjij bent nu een man
van beteekenis
„Tienduizend mark en misschien nog wat
„Olga
„Ja en ik ben reeds bjj juffrouw Marie
Hennegall geweest, en wilde mutsen en
kanten leeren wasschen evenals zij
„Olga riep hij, „Olga kan ik
gelooven wagen
Zij keek hem aqn
Tom vroeg hjj niets meer en sloot haar
in zijn armen.
Een traan welde uit zjjn oogen.
Hot was de eerste gclukstraan, die hjj
land stond sedert 1813, nadat Cobden de
in rep en roer. Tal van nationale eischen
werden door de Kossuth-partij ingediend. On
machtig, cm de heftige oppositie te weerstaan,
werd het ministerie Szell door dat van
Khuen Hedervary vervangen, terwijl dit weer
voor dat van Tisza plaats maakte. Waar
schijnlijk zal het den man met den ijzeren
arm gelukken, wat rust iu de woelige volks
vertegenwoordiging te brengen.
Bij de verkiezing van den opvolger van
Leo XIII, was Oostenrijk's invloed op de
Pauskeuze van grooten invloed. Zijn veto
voorkwam de verheffing van den Fransch-
gezinden kardinaal Rampollo. Zoo kwam het,
dat tot hoofd van de katholieke kerk ver
kozen werd kardinaal Sarto, patriarch van
VeDetië, die den naam van Fins X aannam.
Tal van geruchten hebben er na dien tijd
geloopen, over eene gewijzigde verhouding
tusschen het Quirinaal en het Vaticaan.
Wellicht is de erkenning van de Italiaansche
eenheid aan 1904 toegedacht. Verder ver
keert Italië met al de mogendheden op zeer
vriendschappelijken voet. Alleen in de te
en jouw moeder
„Wjj willen niet trachten dezen afstand
met geweld weg te vagen. Dat zou slechts
leed en onaangenaamheden go ven. Kijk, de
weg van mjj tot jouw moeder is korter,"
zeide Olga, „het ia de weg vau vrouw tot
vrouw. Van jou tot mjjn moeder is verder.
Dat weet ik wel. Geef miju moeder de
erbij voor wetenschappeljjken arbeid
dat is zeer weinig.in een groote stad.
in uw wereld is het niets. Gij begrijpt en
gevoelt dat niet. Dames met millioecen
hebben geen oordeel over dergelijke zaken."
Hjj zeide dat, om zich te wapenen. Het
was immers meer dan een van verlangen
bevend man verdragen kon haar daar
zoo te zien staan, in overstelpende vreugde
ovpr zjjn sucoes, en haar niet aan zjjn hart Een traan welde uit zijn oogen. eens recht het leven veraangenamen. En
te mogen drukken 1 Het was de eerste gelukstraan, die hjj laten wij deze beide vrouwen elk in haar
Maar Olga ging voortsteeds schijn- in zjjn leven weende. wereld, dan zullen beiden tevreden zijn.
baar haar linkerhand bekijkend: „Ja, het2Sijn wij te zamen niet een nieuwe wereld
verandert toch zoo wonderlijk... gij hebt Tom Cirolyce kwam, vond zjj de beide' Wij behooren bjj elkaar, en op onszelf ge-
nu wat, en ik heb niets. Ik ben arm, ge- haar zoo dierbare menschen nog in heilige plaatst, willen wij groeien en groeien in
heel en al." opgewondenheid, door het geluk over- geluk en vooruitgang
„Gij... gij... arm stamelde hij. „Heett mand. „Olga, "riep hij, „waarvandaan haal je doze
En voor de eerste maal sedert het zware zonnige inziohten en de oplossing van alle
noodlot, dat haar had getroffen, ging ervragen des levens
door haar zulk een hooge vreugde, dat zij „Dat weet ik niet," lachte zij, „ik bèn
haar eigen leed vergat. eenmaal zoo. Maar dat is aarstekelijk. Dat
„Mjjne kinderen," zeide zij, „niet waar, j zult ge eens zien Dat was het juist wat
mjjne geliefde kinderen 1 jou ontbrak."
Olga sloeg haar armen om Cirolyne's „Hoe kon ik dat ook hebb?.nDa slaaf
hals en lachte en weeude. Maar het lachen van den nood... een mensch in kluisters
kreeg spoedig de overhand. „Jij dacht meer uan je ketens dan aan
„Eu jouw moeder keu ik reeds en jij je levensdoeldat was je ellende," zeide
wist van niets." Olga.
„En jij vreesde nietwas niet bang „Olga 1" riep hjj getroffen.
uw moeder alles verloren? Arm... arm?"
Toen keek Olga hem aan en haar vroo-
lijke overmoed vermengde zich met haar
smeekende liefde, die hem uit haar blikken
tegenstraalde.
„Mama heett mij onterfd. Heel in ernst."
„Je bent dus in vijandschap met haar....
en waarom waarom
Hij greep naar haar hand. Het antwoord
het antwoord
„Ik ben één hart en één ziel met mama.
I Maar het is mij gelukt, haar te overtuigen,
dat ik geen rjjkdom gebruiken kan."
lyne en drukte het meisje innig tegen zich
aan, volkomeu dienen geeft de hoogste
vrjjheid."
Hij echter dacht aan het uur van zwaren
zielestrijd, waarin hjj geloofde nooit een
uitweg te zullen vinden uit het labyrinth
van zijn plichten en waar hem dan zoo
geheimzinnig en troostend de woorden waren
I noodige achting. Eu jouw mueder zullen we j te binnen geschoten:
Gij moet gelooven, gjj moet wagen,
Want de Goden nemen geen pand.
Slechts een wonder kan u dragen
In het schoone tooverland.
Hij wist 'tnu zou het geloof aan zijn ster
hem nooit meer verlaten. Want één gicg
er nu met hem mede als medestrijdster,
die met lachenden moed het wapen voor
den strijd scherpen zou.
En in zulke gedachten triomfeerde de
vurige dankbaarheid nog over de groote
liefde.
Hjj kuste teeder de jonge vrouw, die
met haar persoon hem een koninkljjk ge
schenk gegeven bad.
De lijdende vrouw echter keek op de
beide gelukkige mecscbeu neder, en dacht
„Twee overwinnaars. Wart zij gelooven
aan zichzelf en aan hun geluk 11"
voor den afstand tusschen mjjne moeder
„Zjj heeft het ons geleerd," sprak Caro-
EINDE.