Schager Loten,
HOOFDPRIJS f 2000 la MtöH
Donderdag 28 Jan. 1904.
Uit en voor de Pers.
Gemengd Nieuws.
ADVEKTENT1ÈK~
Trekking 24 Maart a.s.
A. YAN TWUIJVEE,
Noorö-HoSIandsch
Landbcuwcredïet
Kapitaal: een milieu plden,
De Coöperatieve Volksbank
48ste Jaargang. No. 3909.
Groote brand in Noorwegen.
S c h a g e n.
geheel geplaatst,
waarop gestort f 996.400.-,
De Vennootschap verleent crcdietn,
neemt qelden in deposito, koopt en
verkoopt efecten en couponssluit
beleeningen enprolongatién, en verricht
verder alle werkzaamheden, tot hat
kassiersvak behoorende.
Het kantoor van den heei
J. v. d. Slaaten,
AGENT voor SCHAGEN
en Omstreken,
zal aldaar gehouden worden a. d
liaan m 63* iederen werkdag,
van des voorm. 9 tot 'snam. 1 uur,
De Directeur, J. P, M O K N 8,
te Alkmaar
bericht, dat zij credleten verleert
tegen persoonlijke of zakelijke zeker
heid tegen 5Vi °/o rente;
Gelden a deposito neemt tegen
3 tot 4 °/o rente, voor korten oI
langen termijn.
Kantoren gevestigdte Alkmaas,
aan de Langestraat no. 57, alle werk
dagen te Schagen, des Donderdags
in i/Cérè&" en te Hoorn, des Zater
dags in Hde Keizerskroon".
Het Bestuur,
J. P. BACKX, Pres.-Comm.
Dr. H, E, van GELDER. Direct.
5e Groote
trekking 23 Febr. a.s
Voorts: Utrecht8che Wagen, kfla~'
brik, Arreslede compleet, Rijwiel®11'
totaal 1000 prijzen.
25 Cl. per Lot.
Ssiir cnrat
van
„Dansen en waggelen"
Sedert de antirevolutionnaire minister van
buiteulandsche zaken Melvil baron van
Lynden en de antirevolutionnaire voorzitter
der Eerste Kamer baron Schimmelpenninck
van der Oije van Hoevelaken, aan het Nieuw-
jaarsbal ten Hove-hebben deelgenomen, is de
drankkwestie in de antirevolutionnaire pers aan
de orde. In De Rotterdammer wordt nu een
„schoone meditatie" uit de Herant van 23
Januari 1898 van de hand van dr. Knyper,
den tegenwoordigen ministerpresident, onder
het opschrift„Dansen en waggelen," afge
drukt.
In dat opstel wordt o. a. gezegd, dat alle
gemengde dans onder de Calvinisten steeds
verboden spel is geweest en dat zelfs van
1 e e r e n dansen onder Gereformeerden niets in
komt. Op de vraag„Heeft David niet voor
de Arke Gods gedanst wordt geantwoord,
dat wat van David gemeld staat, geen regel
stelt, „maar een uiting van geestelijke ver
rukking is geweest, waaruit voor niemand,
die aan David's hooge verrukking vreemd is,
ook maar iets is af te leiden". Het verzet
der Calvinisten gaat zoo wordt gezegd
tegen het dansen van de lieden van tweeër
lei kunne onder elkaar. Bij deze bals ging
het Hof vooraan, gevolgd door de militairen
te land en ter zeeen vooral in hooge
wereldsche kringen zijn ze steeds als
een vermaking geëischt, welke in deze deftige
familiën niet mocht ontbrekenwat onder
familiën, die geld kregen, weid nagevolgd en
door minder bedeelden op casino's en publieke
bals. Voor de Calvinisten staat vast, „dat een
kring, waarin het dansen inheemsch is, iets
van zijn ernst inboet, in ijdelheid verstrikt
raakt, en veel van het stofgoud van de
vleugels verliest." Wat de Schrift betreft,
deze spreekt van het dansen niet veel. Onder
Israël was de dans weinig gekend. En in de
apostolische kerken is er, zelfs in de Grieksche
gemeenten, geen spoor van te ontdekken. De
kinderen dansten in hnn marktspelen te
Jeruzalem, en er werd gedanst in Herodes'
paleis. En voorts is er, de oorlogsdans nu
uitgezonderd [Richt. 2121 en 1 Sam. 30
16[ van dansen in het Ond Verbond alleen
in Psalm 10227 sprake, waar staat„Zij
dansen en waggelen gelijk een dronken man,
en al hun wijsheid wordt verslonden."
Zeker geen aanbevelingzegt dr. Kuypar.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag is
de geheele stad Aalesund in Noorwegen af
gebrand.
Een ooggetuige gaf aan den correspondent
van de Daily Express te Bergen het vol
gende verhaal van den ontzettenden brand
„Ik was in diepen slaap, toen ik plotseling
gewekt werd door een hel rood schijnsel, dat
mjjn geheele kamer verlichtteop hetzelfde
oogenblik hoorde ik om mij heen doordrin
gende angstkreten, ruiten werden stukgesla
gen, het glas rinkelde op de steenen. Mijn
vrouw en ik snelden naar onze kinderen,
tijdig genoeg om door den steeds dikker wor
denden rook met hen voort te vluchten, de
straat op. Daar waren al tal van inwoners,
half gekleed, uit hun slaap opgeschrikt, op
de been. De meesten liepen in wanhoop
rond. Een ijskoude wind sloeg ons in het
aangezicht en daarbij kwam nog, dat het
vroor dat het kraakte. Mijn twee bedienden
waren nog in huis; onmiddellijk ging ik
terug in het brandende perceel en vond hen
bedwelmd in een der gangen. Zij hadden ge
tracht hun bezittingen nog in veiligheid te
brengen. Gelukkig slaagde ik er in, hen bui
ten te brengen, waar zij weer bijkwamen en
met ons verder konden gaan. Nu volgde een
afschuwelijke tocht door de brandende straten,
om te trachten een veilig plekje te bereiken.
De eigenaars van een klein perceel deelden
hun kleeren met ons, wij konden een oogen
blik buiten bereik van het vuur uitrusten.
Maar kort daar/tjp bereikten de vlammm o,ok
het huis, waarin wij gevlucht waren. Toen
moesten wij weer verder, tusscben een dub
bele rij van vlammen. Vele inwoners hadden
hun meubels, om ze voor het vuur te
beschutten, op straat gezet, wat echter niet
hielp, aangezien ook daar de vlammen ze
wisten to bereiken. Eenige huizen, die buiten
gevaar bleven, waren reeds vol met vluchte
lingen. Er bleef ons nu niets anders meer
over, dan onder den blooten bemel in die
ontzettende koude te blijven overnachten. De
uren, die wij daar met duizenden ongeluk-
kigen doorbrachten, leken ons zoovele jaren.
Den volgenden morgen werden wij aan boord
van een stoomboot gebracht, die ons naar een
veilige plaats bracht".
Over den brand worden de volgende
bijzonderheden medegedeeld
De bevolking slaagde er niet in, menbels
en verdere bezittingen in veiligheid te bren
gen. Wel sleepte men, wat men nog ver
plaatsen kon, naar buiten, maar het vuur
kwam zoo snel opzetten, dat de ongelukki-
gen geen tijd meer hadden het geredde mee
te nemen op hun overhaaste vlucht. Officiëele
berichten deelen mede, dat 10 a 11000 men-
schen genoodzaakt zijn, halfnaakt op de
vlakten rondom de stad te kampeeren. De
kinderen zijn voorloopig in een kerk onder
dak gebracht. De burgemeester verklaarde,
dat de paniek zoo ontzettend was, dat aan
een geregelde leiding van het reddingswerk
niet te denken viel. Van zijn officiëele stuk
ken kon hij slechts de meest gewichtige
redden. Alle openbare gebouwen zijn afge
brand, ook de beide kliniekenhet gasthuis
is gespaard gebleven. Tijdens den brand wer
den de zieken op wagens weggevoerd; een
patiënt stierf onderweg. De kerk, in welker
onmiddellijke nabijheid de brand ontstond,
was een van de eerste gebouwen, die in
vlammen opging. Ook de brug, die de beide
stadsgedeelten verbindt, is afgebrand. De be
waarplaats voor de steenkolen stond Zondag
nog in vuur. Vele dakloozen zijn nu in nabij
gelegen boerenwoningen tijdelijk opgeno
men. Ook zijn velen op de schepen gevlucht.
Volgens de laatste berichten zijn twee ker
ken, het raadhuis, een zendelingenhuis, het
gebouw van de geheelonthoudersvereeniging,
alle banken, het huis van den burgemeester,
de gebouwen der politie, de gevangenis, de
beide apotheken, het gebouw der belastingen,
de groote volksschool, het gebouw van de
brandweeralles een prooi der vlammen
geworden. De brand breidde zich met ont
zettende snelheid uithemelhooge vlammen-
zuilen stegen boven de huizen uit, plotseling
zwommen ver van elkaar verwijderde stads
gedeelten in een vuurzee Hier en daar staan
nog enkele door den brand gespaarde huizen.
De meeste inwoners hebben alles verloren.
Van de vaartuigen in de haven wist men
Zondag met zekerheid, dat twee kleine stoom-
booten verbrand waren. Verder heeft men
23 visschersschepen moeten laten zinken, om
ze te redden.
Het Noorsche volk houdt zich prachtig
van alle kanten beginnen giften in te komen.
De Koning en Koningin gaven ieder 6000 Kr.,
de Kroonprins en Kroonprinses beiden 1000
Kr. Op initiatief van H.M. heeft zich een
dames-comité gevormd, dat giften zal inza
melen. Reeds zijn groote hoeveelheden levens
middelen, kleeren, enz. door het comité ver
zonden. De Noorsche spoorwegen vervoeren
al wat voor Aalesund bestemd is, gratis.
Volgens de laatste belichten heeft de be
volking van Aalesund den nacht van Zater
dag op Zondag in de open lucht moeten
doorbrengendaarbij werd veel geleden, daar
het regende en stormde en de dakloozen ge
heel zonder eten waren. Slechts enkelen
waren zoo gelukkig een onderkomen te vin
den bij boeren in den omtrek of op schepen.
Zondagmorgen waren gelukkig reeds en
kele hulpschepen ter plaatse en kon met het
reddingswerk een aanvang worden gemaakt,
terwijl ook levensmiddelen en kleeren werden
uitgedeeld. Beeds vroeger waren in sleden
de eerste redders komen opdagen.
De Keizer van Dnitschland heeft ook
direct schepen afgezonden om hulp te bren
gen en de nood zooveel mogelijk te lenigen.
Het zoo zwaar geteisterde stadje, gele
gen aan de noord-westkust van Noorwegen,
is nog van betrekkelijk recenten datum. Hoe
wel eerst in 1824 gesticht, werd het door
zijn gunstige ligging al spoedig het centrum
der ka beljauw- visschers, die hun zeer winst
gevend bedrijf uitoefenen op de uit
gestrekte banken en ondiepten vóór
de kust. Ook het scheepsbonwbedrff en
trouwens alle takken vsd industrie, welke
op het reeders- en visschersbedrijf betrekking
hebben blp^den er. Het WMjje
circa tienduizerd inwoners ligt 'verfoeid J.
twee betrekkelijk kleine fjord-eilanden, welf
door de Aale, een nauw, natuurlijk kanaj'
van elkander zijn gescheiden. Over
nauwste gedeelte van dit kanaal ligt m,
brug, die de beide stadshelften verbindt.
Vermoedelijk waren de huizen zooals dit b
de meeste Noorsche steden het geval j
voor het meerendeel van hout. Hét feit, fo
het stadje nog pas zoo kort bestaat, lai!
echter ruimte voor het vermoeden, dat ook
de steenen huizen er niet zoo zeldzaam mik,
zijn geweest als in andere Noorsche stede
en dorpen.
SO CJt. per F „ot.
11 voor S Cjrltl.
A. VAN 1WVIJVER, Sckaf