DODI.
"•ifer
Zondag l Oct. '05.
TWEEDE BLAD.
ifflsfsröafflsclie Mm.
Ik
XXLL
aon boven dM^a br,®'r
UW"
de Latgnacbe
spreuk kunnen schrijven De g u a 11 b n s
non eat diapntandum: Over den
«disk velt niet te twleten. Want
dit opetel rel. met een terugloopje neer den
vorlgen brief, handelen over smaak.
Ot, herinnert u, wat ik «ehreef over Vin-
oent van Qogh en zgn knnet Daarover ben
ik tot viermaal toe in debet geroepen. Onder
de diapntanten waren twee „zeergeleerden",
de overigen waren gewone hoi»- of tuinmen-
hen. De mcaten waren het met mfin oor
deel over die eohilderknnet en die litteraire
kunat volkomen eene. Ia er al eene leta goede
bij, dan e'aat dit zóó alleen, dat de dwaae-
këld van het overige nog dee te eterker in
het oog «pringt. Bovendien bewijst zoo'n
enkel atnk nieta.
„Ook een dwaaa heeft aoms wijze intervallen
Öck een wgze kan af en toe mallen."
B e e 11.
I Over het geheel moet een knnatwerk ona
iets zeggen, ona leta doen, en niet alleen
verwonderd doen ataan of doen vragenrara
wat ia dat Of de antenr of componiat of
(chter of achilder al bezield ia geweeat van
goddelijke profetie, of zijn werk voor hèm
al de openbaring ia van wat er op zeker
oogen blik in zijn ziel omging, baat m ij niet,
of liever, baat o n niet, ais wij zijn werk
niet begrijpen en dna niet verstaan kunnen
t I« dan voor ona'. alaof hij
«preekt, en al f« 't aeePw^ '«en>de taal
daarbij zgn els - .moKelgk dat hij
doet hfl niets .Ta,
SCtTzijn ëi'gën ziel «teeda hooger heftona
doet hjj nieta Ja, 't la zelf» mogelijk, dat hg
bfi n'et-ernatlge menachenden laohlnat opwekt.
Ik zon al dien knneteneare willen voorlezen
en met hen bespreken het veertiende hoofd-
1 ifnk van den eersten Corlnther brief, waarin
Panlua waarchnwt tegen het «preken van
I vreemde taleD, Indien ze niet tevena worden
''I uitgelegd. De uitlegging kan veel goed maken,
veel verklaren, veel raadselachtigs wegne-
menmaar indien de uitlegger niet nabij is,
1 welk nnt kan het spreken van 'n vreemde
taal hebben
En die vreemde taal «preekt voor mg
althans Vincent van Gkigh, en de
dichter dien ik aanhaalde. Men wierp mij
■oor de voeten, dat ik dan ook Wagner'a
compoaltiën zou veroordeelen, omdat ze zoo
rer afweken van de tot toen bekende mnziek.
Hier dnrf Ik niet ver op ingaan, omdat ik
geen mnsicns ben en 't op de piano niet
verder gebracht heb dan „A.1 de eendjes
iwemmen in het water." Maar dit wil ik
wel zeggen, dat Tannhaüser mij altjjd weer
ontroert, dat er atnkken In „Die Walküre"
voorkomen, die ik overweldigend vind, en
dat ik 'n groote photografie van Wagner In
mijn kamer heb opgehangen, nit louter
adoratie.
En dit ia van mij geen aanstellerij, want
ik ben zóó onbenullig op 't gebied van
mnziek, dat Ik, nog in de provincie wonende,
niet eena wist, dat Wagner Iets nieuws had
ecchapen en 'n ommekeer ln de mnziek
ad teweeg gebracht. Dat heb ik eerst hier
ip,gepikt. Maar ik geef 't dadelijk toe
ijn mnsikale talenten zijn niet te vertrou
wen. Dat heb ik bemerkt in mjjn oordeel over
Bsch en over Sonaa.
I Ik weet geen verderen afstand te beden-
keu. Men vergeve mij deze mogelijke enor
miteit.
vu
bm
10-
«4
8 w
3
an
S
refc
FEUILLETON.
Roman
van
PAUL OSKAR HÖCKER.
17.
o
I
)fet
j£j}f
Eau jaar na den dood der otide dame
verzamelde men zich weer geregeld in
haar villa aan de Düstenbrooker Allée.
Daar men geen geschikt .kooper had kun
nen vinden voor dit groote gebouw, had
de juBtitieraad, die zeer veel van het huis
hield, het gehuurd. Eiken Zondag bevond
de familie zich dus weer als van ouds op
de villa, om daar gezamenlijk te dineeren
Als nieuwe figuren waren daar bijgekomen
e«u oude juffrouw Dröse, een nicht van
etl jostitieraad. en een aan Elisabetb
verwant jong echtpaar, de rechter Naeldeke
eu zgne vrouw.
Tot dusverre was Dodi het eenige kind
de familie geweest, dat veranderde nu
e Nae!deke'8 gingen in de eerste vier jaar
hun huwelijk driemaal ten doop en na
f60 huwelijk van meer dan twaalt jaar
wim er kg de Mangelsdorff'8 ook een
•"«enaam.
jubel in het huis was groot. Mee
*®chouwd? het kleine, teere wezentje als
^wereldwonder De allergelukkigste was
°*c;ieu Dodi, die nu eindelijk van die
jjuamheid thuis verlost werd.
vertnd' de kleine Felix biacbt een gansche
"•"«tering ook voor de andere familie-
in n Doch de eerlijkheid gebiedt mg, nevens mgn
!fj:: eigen, n bekend, oordeel over Vincent van
6°Kh. 'n ander te zeggen.
„Toen ik met dien zeergeleerde
r Op zijn kamer redeneerde"
g u over dat bezoek aan Suasao, toen zeide die
lieve wgze man, tegen wier. ik als tegen 'n
eestelgken vader opzie„O neen, Hein, ik
>en 't volstrekt niet met je eena. Dat wal
ende koren, die lachende zoa. die schitte
rende bloemen, wat apreekt dat allea niet
van blijdschap en levenslust, 't Ia zoo iets
heel andera dan wij gewend zijn en dat doet
je verslagen ataan. Zoo ia 't altijd met
nieuwe denkbeeldenwe moeten er aan
Vennen."
Toen ik de opmerking maakte, dat 't mij
eer 't werk leek van 'n krankzinnige, kreeg
Ik ten antwoord, dat Vincent ook waar-
i ichgnlijk wel krankzinnig waszgn droevig
laierven zon dit bfina bewgzen. En toen
orat ik niet verder te praten. Wat ik bg 't
jdoorloopen van die zalen dacht, achijnt dna
waar te wezen.
Arme VincentWat 'n weergaloos lgden
moet z5u deel geweeat rijn. Die schildergen
deden mij der.ken aan wat er in mg omging
toen ik Murée Wiertz te Brussel bezocht.
Toch Ia de openbaring V9n belde schilders
zeer verachil'.end, maar 'n zelfde ge-at van
losgelatenheid bezielde hen. Ik kan er niet
op doorgaan, omdat 't mg nu 'k allea
weet met groote droefheid vervult.
Tegenover het hierboven gezegde oordeel
citeer ik het oordeel van 'n ander zeer
geleerde „Bravo, dat hebt ge knag gedaan.
Ik hond mg voor meer aanbevolen.
En het reanltaat van al die gesprekken,
la het woord, waarmede Ik dezen brief aan
vingDe guitibus non est diaputondam.
Mooi- en leelgk- vinden heeft n ge
grondwaardeering ia 'n P^3*"^ bs nlft
U ossft.r k Er k-t «wordea.
over gepraat, la»- behooren tot de mys-
Vriendachap en K-fcte mele|e dat ik
teriën. Het mooiate jongen die
ken, heeft haar hart gewt op j Mssir
te leelgk te
dat wa« geen 't was in Amerika.
Hollandache longen DOg a!t te maken
Waarheid kon^riog on ,oglca en goaond
z<Jn door tweemaal twee ia vier,
veratand. door hebben die middelen
SSmTUSi 41. fa
a ca aak af. Basta
rv u wat heb ik me toch op den hals
wldmrt.Cyrano"! Het gaat nog net
g tn'dst ik öh La Roche inbreek en daar
If vfr a ig ga «telen. De vertaling van
W.n S bevftlt mg niet. Er alt, b v. In
Willem E-°- ^i6 Gl&aoonjer oadetten,
d?tPdTe gC, Tat vun" die Jemekkelgke
n (Vnl. in die !k van La Roche hoorde. De
Jam woorden hebben eooiets gezocht», «ooleta
rgmwooraen n wat Kloog n00it achgnt
negenttg-Rchtg komen goma ala de zin
al "n ^is om toch 'n rgmwoord te hebben
achteraan gesleept. Ik weet wel, dat hg
moeilijkheden heeft overwonnen, die
SlüiSS..bi.™, 'kf-'X
taling nooit beproefd heb. Maar dan ia de
aohnld van mgn onvoldaanheid over deze
vertaling te wijten aan den neer La Roche.
Waarom doet hg 't dan zoo onnavolgbaar
mooi 't Is 'n stuk, dat den aandachtiger
toeschouwer niet loslaat. Je ligt er wakker
van, je denkt er over na. Dat lange lange
leven van verborgen zelfverloochening doet n
mecach terngzien op eigen daden, eigen
doorzetten van zgn wil. Die Cyrano, die n
dichter waa niet alleen met woorden, maar
met de daad, die 't grootate poëem, dat ooit
In 'n mensch opkwam, ln zgn ziel ronddroeg,
veertien jaren lang, en langer. Die liefhad
om 't voorwerp van zgn liefde gelukkig te
meken en niet zichzelven, die liefhad zooala
ook moeders liefhebben. Die schreef uit zgn
eigen hart voor Chriatiaan. omdat Chriatiaan
de uitverkorene was. Dit zelfde onderwerp
heeft Tolatcï behandeld in ^jn «Ajij»
Karanina", maar minder «nbtiel, minder
verheven. Karanin draagt daarin met
droefenis het krnte, dat Anna en Wronsky
hem oplaaddenCyrano legt zichzelf het
krnte op en draagt het met gezangen zgn
heele leven. Alleen in atilte schreit hg.
Niemand weet zgn liefde, niemand kent
zfln leed. Hg versloeg ala 'n Slmaon den
leeuw In zgn eigen hart, „en gaf het zgn
vader noch zgn moeder te kenneD. Zoo doen
helden. Zoo heeft Edmond Rostand Cyrano
geteekend, geschilderd, bezield, leven Inge
blazen. Zoo ia Cyrano door La Roche geore-
ëerd, en ik weet niet, wie van deze drie
dlchterlgke helden figuren de grootate ia.
Maar omdat ik de gewenachte vertaling
niet heb, moet ik voorloopig van 'n bredere
beschouwing efsien. Eu als ik ooit die io
handen krgg, zal 't te laat zgn om er weer
over te beginnen- Ofschoon Tenzg
Maar neen, komt tgd, komt raad. Als ik dien
wagen thuis krgg ge weet wel, dien
wagen met „tgd" dan^.
Uit woede ben ik naar Carré gegaan.
Frit» van Haarlem Is daar weer met zgn
„Specialiteiten" gehuisvest. Ik haat speciali
teiten. Ik ontmoette eena een man, die een
uur lang op zgn kop kon ataan zonder dui
zelig te worden, en toen ik 'm vroegwat
kan je nog meer toen waa 't antwoord
Andera nieta. Miaa Lurline kon drie minuten
onder water blgven, maar dat waa ook alles
wat ze kon. Toen er een knoop van haar
handschoen afsprong en ik, ala galant jong-
mensch, haar naald en draad aanbood, vroeg
zs, wat ze daarmeê doen moest, 'n Knoop
aanzetten kon ze nietkousen «toppen waar-
echijnlgk nog minder maar dat heb Ik haar
niet gevraagd In een der almanakken van
„De Liefde sticht" komt een verhaal voor
van een heilige Jonkvrouw, die ergena in 'n
klooster leefde. Een monnik daar ver van
daan, begeerig deze heilige dame te alen,
kwam door atorm en noodweer, langa onge
baande wegen haar bezoeken. Hg vroeg haar,
of ze hem eena helpen wilde zgn laarzen uit
te trekken, en 'e jonkvrouw waa daarover
soo verontwaardigd, dat zg dadelgk de
kamer verliet en niet meer naar hem omkeek.
De monnik verliet hst klooster ln de waar
leden. Dat merkte Dodi spoedig, zeer
spoedig zjj was weldra overal in den weg.
Zg moeet ook haar kamertje atataan, opdat
de juffrouw van de kleine er haar intrek
kon nemen, kortom de nauwelgks-meer-
verwachte, door zgn moeder verafgode
kleine was in alles de hoofdpersoon in
huis.
Onzelfzuchtig als Mis was. nam zg deel
aan de huldiging van den nieuwen kleinen
erfgenaam. Elisabeth bestelde kantwerk
voor het draagkussen. voor een wiegeeprei
enzen Mia maakte alles met het grootate
geduldtante Maria kon het zoo mooi.
Vanaf dat gewichtige oogenblik heette zg
tante Maria Dat zg vroeger nooit voor
haar eigen kind zulk een luxe had mogen
gebruiken, daar dacht eg nu niet eens
aan, dat zou haar kleingeestig zgn voor-
^Nijd of afgunst kende ook Dodi niet,
daarvoor vond zg haar kleinen neef veel f.e
lief ofschoon zg hem maar zelden mocht
naderen, daar de gansche familie hem als
een heiligdom bewaakte, hem vooral voor
haar wildheid beschermde En daar zg
dus aan hem ook niet den begeerden speel
kameraad kreeg, voelde zg och spoedig
nog eenzamer dan te voren.
De omstandigheid dat zg niet meer het
middelpunt van aller belangstelling waa.
had intusschen deze goede zgde, dat zg
ook niet meer zoo streng in toezicht werd
gehouden.
Het beetje vrgheid dat men haar liet,
kon tg het meest ongebonden gebruiken
in de zomervacantie die men regelmatig
in Egmond doorbracht Dat was een mooi
visechersdorp met een heerlgk strand en
verder zooveel frissohe lucht als men maar
achtige overtuiging, dat deze dsme de aller
eerste lessen van chriatelgke liefde niet kende;
en de dame zelf had daar nooit over nage
dacht. Zg meende, dat heilig te wezen vol
doende wea; dat waa haar specialiteitandere
kende zg niet.
Neen, van specialiteiten hond ik niet.
MaarFrita van Haarlem verstaat de
kunat om zulk een tegenzin te overwinnen.
TT ij beproeft het langa alle wegen en met alle
midde'en," en... 't gelakt hem Ja henach,
't gelakt hem
Ik waa er zoo ngdtg heengegaan, dat Ik
King zitten zonder mgn hoed af te zetten
Ik wiat nn eenmaal, dat Ik me hier den
heelen avond zon dood ergeren. Aan 'n vent,
die zingen zon, aan 'n juffrouw met kromme
beenen, aan 'n Instrumenteel qcertet nit de
voorwereld. Och hemel, ik ken die dingen
Ik begin niet voor niemendal te grgzen. Van
der Spek de kapelmeester heeft iemand
in Carré ooit 'n anderen kapelmeester gezien P
die zal ook op leeftgd komen I Van der
Spek dan klauterde nit de onderwereld op
zgn stoel, draalde zich om, greep 'n zwart
stokje en daar begon 't. 'n Russische marsch.
't Had net zoo goed 'n Tnrkache kunnen
zgn ik heb er toch geen verstand van. Daarna
'n Ouverture, n.b. van Wallace. Dankjeaan
gename kennismaking. Toen dat nit waa
Nn ja, maar Ik kan toch dien ganschen avond
niet gaan beschrijven 1 Ik ben geen phonograaf,
die voor 'n dubbeltje telkens weer van voren
af aan begint Toen 't zoover waa had ik
□og best alle lni 'n pak slang kannen geven.
Maar daar kvamen se: de Denton girls
met hear lieve aardige liedjes, haar geestige
gebaartjes, haar vluchten 03 weer terugkomen
van achter ontrolde vlaggen. Ik vergat, dat
ik booe was, ik klapte ln de handen en riep
tnsschenbeide bravo. Zoo was 't met E1 m 0
en R e 0 o, met de familie Perezoff, met de
American Co m e dy - S i n g e r s and
D a n 0 e r a, met allea wat dien avond achter
't voetlicht verscheen. Met allea Neen, niet
met allea. Die Hollandache Dnettia-
t e n hadden voor mgn part weg kannen
blgven. Ocb, denk toch nlat dat ik dit zeg
omdat 't Hollanders waren. Van de weinige
talen, die ik ken, ia mg Hollandach 't liefst;
van de vele landen die Ik bezocht, hond ik
't meeat van Holland. De Hollanders zgn
brave menachen en als je in hun taal-eigen
thnis bent, dan kannen zs zulke leutige din
gen zeggen. Als ik met mgn vrindeD ben, en
we praten de taal van mgn vaderstad ook
Hollandach maar toch weer heel andera
dan eldere dan zgn er rxpressies bg, die
aan 'n idéé dubbele waarde geven. Je kunt
't probeeren te verklaren, 't geeft nietwie
niet in mgn stadje geboren ia, zal mgn taal,
en de taal van al de Keezen en Pieten die ik
daar ken. toch niet verstaan. Eigen taal la
eigen ziel. Overwinnaars weten wel wat ze
doen, ala ze de overwonnen volken een andere
taal laten leeren. Je kuDt net zoo goed
'n mensch zgn hart nitangden en 'm 'n ander
geven. Maar in weerwil van mgn groote
liefde voor 't Hollandach, bevielen mg die
twee dnettlsten 't allerminst. Vooreerst spra
ken ze zfilk echt achterbnurt-Hollandach,
brouwden ze zóó vreeselijk de R'a en de G'a,
waren ze zóó banaal O n-Zeenwach, dat geen
boer van Biggekerke of Arnemuiden ze ver
staan zou hebben. Ik ben er stil onder ge
worden en heb geen lor gesnapt van hnn
geestigheden, die mg alleen ongepolgate en ge
dachteloos» banaliteiten leken.
En dan die R 0 m a n u s met zgn leeuwen.
Och och, wanneer znllen toch die laffe dingen
eena ophouden P Twee prachtige leeuwen,
ziek van de morfiue, in een tralie- kooL Een
man met 'n zwiep, waar hg de leeuwen mee
aloeg. Dapper hé? Sjonge sjonge, wat 'n kraan
van 'n vent. Ik had hem zelf graag eens
afgeranseld, en ik kan me niet begrgpen, hoe
eenlg mensch in zoo'n voorstelling behagen
of vermaak schept. Als ik alleen geweest
was, was ik weggeloopen. Nogal 'n knnet,
om 'n zieken leeuw te aai ren Ga hem tege
moet ln het woud. vrind, en probeer 't dan
eens. Ala je eerst Slmaon zgn haren afknipt,
kan je 'm wel laten rondloopen achter in den
molen maar doe 't eena ala hg zgn kracht
orgaan nog heeft? Ala ge mg mgn handen
eerst afhakt, dan kant ge mg ongestraft in
't gezicht apnwenmaar probeer 't nn niet.
't Is lafbekkerg, 'n zoo majestStisch dier als
'n leenw te verlagen tot opzitten en pootjes
geven. Een seconde van helderheid in dien
ziekeD leeuwenkop en hg verscheurde je met
je zweep erbij. Bah. ik walg ervan.
Maar voor 't overige? Menschen, komt
toch eena naar het circus hier. Zie eena, waf]
hier die vgf Créarde doen, als ze hun
Ikariache Spelen apelen.
Verwonder n tooh eena over die Wondergrot
van Willy Hagedorn en haar verras
sende belichting. En dan die familie Pere
zoff, „Une Soirée animéa chez Maxime."
Na ja, 't is 'n beetje aangedikt, dat ia altgd
op 't tooneel. Maar de idéé Kgk, als
je te Pargs alt de kerk de Msdelelne stapt,
dan sta je in de Rne Royale, en dan zoowat
't twintigste hals aan je rechterhand, daar is
Maxime, vlak bg de Champa d'Eiyaée. Loubet
behoeft geen kwartier te loopen, om er te
komen. Of hg er komt, weet ik niet. Maar
begeerde.
Dodi deelde met haar moeder de kamer
in het hotel. De beide kamers van de
Mangelsdorff s waren door de voorkamer
van de hare gescheiden.
Zoo kon Dodi vooral gedurende het
middagslaapje van de anderen ongemerkt
uit huis wegkomen.
Het zeebad bood haar anders ook al niet
veel amusement. Aan koud water had
oom Alwin, vooral voor zgn persoon, een
veibazeaden hekel, het bleef voor hem en
de zg'nen beperkt tot drie warme baden per
week.
In den voormiddag moest Dodi twee
uren lang Engelsch, aardrijkskunde en
rekenen repeteeren, en in den namiddag
zat ze in een strandstoel en haakte ot
breide, tarwjjl oom Alwin voorlas en da
kleine Felix in een zandhoop speelde. De
jongen was een zeer zoet kind en werd
Dodi doorloopend als voorbeeld gesteld,
omdat zg dikwijls zoo doelloos opsprong,
of de draden van haar breiwerk in de war
maakte, wanneer zg met haar schitterende
oogen een troep meisjes volgde, die tennis
gingen spelen, of wanneer zjj met hoog
gekleurde wangen een schoolvriendin na
keek, die aan het strand ging fietsen.
In de vroege middaguren als zjj over
haar tgd vrjj kon beschikken, was het
altjjd zeer stil aan het strand. Ook haar
schoolvriendin kwam dan nooit, omdat in
haar hotel een ander uur voor eten was
vastgesteld
Van het duin af gezien, waarop het hotel
stond, scheen het water van de zee, wan
neer het vloed was, bjjna wit in het
verblindende zonnelicht, ook de hemel ver
hoogde nog die onbarmhartige middaghitte,
Och och, wat -n hniahon-
ni~£ vhv l t hn,8hl->uden van Kejs dor
k kafl nbrt all« vertellen wat ik er
danrT n! f®!?'' f Lw»ren «terke «tukken. En
dnnr I Duur 1 Menschllef, dat koat Je 'n Jaar-
K»ng van deze brieven op één avond. Neen
»la )e met getelde rgkadaaldera uitgaet ga er
zL h«
Summa anmmarnm waa ik big, dien avond
te En toen Ik '«avouda naar
WhJ71°°S of 't de moeite loonen
sou n aitikel te achrgven over „Het Nut
d«r verdrletelgkheden"
v VfTi16r ta.on,i 461 veraangenaming van het
kunstlievend publiek, moord en doodslag ir
t verschiet g-ateld. Otto Knaap, JRn Sc? en
Jnr PrTarshebbOT 'utietwgfei
wol dat Z bl0ed 3,
TalBopo.r" ,1 ko!omnien van „De
v. J ^D ellenlange artikelen vol
9^° Knre n,et v°°r de
J***. ,wle he® den strijd aanbindt,
moet wél weten wat hg doet. Bovendien la
hg n man, die zich niet laat vleien, niet laat
lfl6t bePrRt-; 'K
minat ia hg bang voor 'n grooten mond. Ik
heb geen veratand van muziek, en ik weet
niet of Jan Sol znlver zingt en Jacq. Pres
burg zuivert violeert. Maar ik weet dat knn
atonaara lastige bliksem, zjn. 0?ze nn
£p n «chllderen of verzen msken
of boeken schreven, 't is al!as
kert VS"d
U nit den booze, heeft althans ge«n
IÜi l9?"' dle Dn mMr «Ingt, acht
Iedw d,e den
besten schilder, ieder die echrgft den besten
antenr. Zoo kannen Talpa en Clockener
Brouaeon en de Weledelgeboren Heer H.
ïir me?j 4 ki-gt treden en zeggen
„Menachdom, out.te). Zie wat wg leuren'.
Wie aan onze litteraire producten tobt zal
de aarde doen wankelen."- Wa^om niet?
Utteratnnrt^n'w mat,g' aliw 'erft, alle.
iKteratnnrtwaarom zou ieder vonr „i„v,
zichzelf niet den beate achten.
At?'"üfcn.'4 Weet van 'n «en tentenmaker,
een aZ d,e doceerde: dé
een achte zich minder dan den
r n,at °™dat hg werkelgk minder
^4ar». ia ni. J e 0 b 61 d e n h e i d. En
die bescheidenheid ia bg de meeste knn.tfn-
makers, pardon, ik bedoel kunstenaars ver te
«n Hi' -a°'r dlt ,k n> dat de' naam
van dien tentenmaker nog jaren en jaren met
eere genoemd zal worden, ala Sara Bernard
2® 8h Tf 8611 te noemen' ,a grande'
aÏ I K ver««ten zal zgn.
Als n oase in die woeatgn van kunatenaara-
gehaapel, hebben we hier een paar weken
geleden het feest gevierd van Martinua Wol-
kan«lmeD 8/mPathleken, «tll-zgn-weg-gaanden
kapelmeester der d. d. «chutterg. Wie ken°
Woltera niet en gevoelt geen eerbied en vriend
schap voor hem De Liedertafel „Apollo"
die hem 'n feestavond aanbood, heeft Jér van'
haar werk beleefd Zoo'n enthousiasme heb
nog nooit beleefd. Allen wuifden met zak
doeken, en allen «chreiden. Ik geloof niet
ni»t er ?18n«ohen In de zaal waren, dié
iriet ontroerd waren. De ferme Woltera met
zgn viool ala 'n lief kind in zfin aJm^n
kirt nit dD?k6Q 'an aand°9n'nsr Hier kwam'
iets anH«™ w waarachtfgen kunstenaars nog
leta anders kenmerkt dan een groote bekom
te kgven. Teede.-held, aandoening, liefde voor
zgn kunat sprak uit al zgD woorden. D?e
avondnooit zal hg door ons vergeten wor
den, nooit; en door Woltera nog minder.
PMr ,8ar «eIeden ook Bouw-
Pn iv k gfz,en °P 6613 'an zgn Jubilea.
Hen am 65 BOg 800 8°ed zgn woor-
d, B n?,le?n dan «en kunstenaar in zg0
element, ala hg onder zgn veat ook 'n hart
draagt, dat weet wat liefde is. Die Bouw
meester I Och, wat hebben wg veel van hem
gsan Tk .T Wat u 't,jard h8m CD weg te zien
gaan. Ik sta er versteld van. Zon dat nn heuach
moeten Als hg dan zelf niet rgk te, ia er
dan niet een of andere r I o h a r d, die hem
nte/ m ?an bonden '4 Schgnt van
fa! nnH t "P'^ft^d, maar toch niet
te oud. Ir ving in Londen te bg de negen-
tig en «peelt nog steeds de „Msobeth". En
ni.r kg wonderl«k groot, Bouwmeester
doet voor hem niet onder.
Maar nagaat hijweg. Se non vero*)
ÏJ'mi hÖ VÓÓr zÜn 'ortrek
naar Icdle, hier en ln de provincie geeft. Ik
bea niet in de gelegenheid, het te gaan zien
en dat ia mtesohien maar goed ook, want Ik
er niet voor ln, dat die avond mg geen
Hb!i. "Öe C0.n Tè Ter°U het eerate ge
deelte van n Italiaansche zegswijze Hi« i„
haar geheel lnidtSe non vero, bon' tro-
gè;°ondet "M W8" U' U 4t t00b goed
tranen zon kosten. Bouwmeester mag hst
weten, dat hg hier vele, zeer vale vrienden
en bewonderaars achterlaat.
H. d. H.
UIT DE OZERI
IV
,9®. ar«elooze vreemdeling of reiziger die
jas sr" V*-
ss»-m «n;
«ent rr 1 ftat,0D Mn,derpoort pre-
w?rH«n 9D' !o°Pt groote kana vergaat te
relfa voor velfA ^ho.nw«Pe). d&t miaachiec
daags^te? Amaterdammera leta nietalle-
h.Pri^.ma,ei1 d® week konl4 het voor. dat
veent£demD bn*^ tZDeen' dat d®
klfttfM Ai» t °°d«r talloos sigaren-
n«T)es, die naar Laran ho ho ih
mVnate 76D' f' tWe® waKf tea-
mlnate „op zgn, hnn vrienden en magen in
„den burgerstand" voor 't dlergroot.t-
«rzteh DoL behoorl«k 0Dd«r de wol liggen
en zich over morgenstond noch zonneschijn
druk maken, met door en door nnchtwe
NS*' gaÏÏd' k°men d® SS MC
„Sectie hÉ!t iM zinirt in fwon in_
te <stta£s
do"\wtreell^daDk' WBDt de ran«el «et
ffroe^Ji^10"
rrM" --""sastts
jEj^^rtaa-ffart
geanteel'd i.WaDD?r dn tre,n eeomaal binnen-
wdeigk toe g'at alle, ,nderdaad tamelgk
Zoo ganw de portieren dichtgeklaDt «fln
öjJWrssssisSSS
RanMte'wordwordt a,« „«chieten te Laren."
t Hangt van de bewoners af, of *r kaïmfi.
Indien er echter me ar een Daar henmn k«
rioi'y" êr'Zn 'e11 a good
republikeinen, d'en ^ch'nnrawerkdlg'^htt
kiearechtmopje en andere verboden vraten
Is er een jongen van buiten aan 't woord
dan inspireert Cupido vaak Zn L r'
gedistingeerde uiting. °f
ramenf'dte ^r'f®rend® k'«s»en en tempe-
itZf l l 6 kazern®bevolkiDg «amen-
da. g het wel verwondering wekken
,»t«S ""l' "te-w-
Hoornblazers met een atnk o# j.
ifsr
plattelandachoolmeeatera' 5
ffSttszttrëdi
die zgde, welke hem het minste wra!£
k°wamkt hoPdet d'" nlt d® S'a4ente
onder 'zich, de jSdjeg^zH^nlet''11 ?D We'Dfg
de burgerjongens lateiT wat
„fataoendeigkheid" vallen de ILa hnn
overen hun sectie rnJt rigémten d" 'er'
Jongens verbergen zoo "cZitZ hnn
tï:
verstaat het bes? de knn.t dfe
maken. Zoo'n vent heeft 5 hemind te
eerate vechter tl Uo LnZtZZZ Z*
ïSSTki. ted
SoSg Spt zwaarst1 ^5-5
Ksrstul, d,k.sv
vaardig, door op zgn vin«r8 e^hnt!" B®®ft
g op den rand '«n zgn krib gezeten'
men had moeite de oogen open te houden.
Dén was Dodi vrjj.
Het hoofdgenoegen van de badgasten
was, om op bloote voeten langs het strand
uit wandelen te gaan. De kinderen ver
zamelden dan schelpen, of plasten, wanneer
de vloed kwam opzetten, in met water
gevulde kuilen, dat het water hen om de
ooren spatte
Dodi had nooit daaraan mogen meê-
nemen. Met het oog op de gezondheid of
moraliteit was daar volgens oom Alwin
genoeg tegen in te brengen, en bovendien,
daarbjj werden je kleeren nat. Zg mocht
ook na tafel niet naar het stand. Maar zg
werd als t ware toch steeds gedwongen
om naar de luidruchtige spelletjes der
kinderen te kjjken. 'Wat had zg anders met
haar eigen tjjd kunnen aanvangen Om
rekstok of ringen te gebruiken en wat
gymnastiek te maken, was haar eens en
voor altijd ten strengste verboden
en kinderen van haar leeftgd waren er niet
in het hotel.
Daar zjj eerst voor vier nor weer thuis
behoefde te zjjn, waar de wel-uitgeslapen
en met zorg gekleede familie met den
kleinen Felix in het glaspaviljoen sat, om
samen de koffie te drinken, had zjj een
zee van tjjd, en waagde zjj het, langzamer
hand grootere wandelingen te ondernemen.
Haar lievelingswandeling was naar een
kleine kreek, waarin eenige visschers-
schuiten en een bootje ten anker lagen,
Hier ging het meestal zeer levendig toe.
Vooral trok haar opmerkzaamheid een groep
jongens, die bjj vloed en een kalmen land
wind de boot naar buiten roeiden en bjj
eb op bloote voeten rondom de schuiten
liepen en hun wilde spelletjes speelden
het mooiste was dat van de zeeroovers.
Hun kleeren bekwam dat niet altjjd beat,
maar het was hoogst interessant, vond
Dodi, om het te zien.
Het gezelschap was bont samengesteld,
uit zoons van visschers en van badgasten
Twee der jongens kende zjj uit Kiel, het
waren een paar cadetten, wier vader
marine-oificier was. Toen haar grootpapa
nog leefde, de directeur der zeevaartschool,
waren die jongens eens uitgenoodigd om
bjj grootmama koffie te drinken. Zjj her
innerde zich heel goed, hoe die jongens
toen een enorme massa van allerlei haddea
verzwolgen en hoe zg het heele huis op
zjja kop hadden gezet. Met haar hadden
zjj zich niet veel bemoeid, ten eerste omdat
zjj een meisje was en ten tweede, omdat
zij geen postzegels had. Zg herkenden haar
ook nu niet
Maar Dodi had toch wel gemerkt, hoe
zjj dikwjjls nieuwsgierig naar haar gekeken
hadden en veel van wat zjj praatten, expres
zeiden opdat zjj het maar zou hooren. De
beide cadetten gedroegen zich als heeren
vooral de oudste was zich bljjkbaar van
zjjn onweerstaanbaarheid bewust. Maar
zooveel te natuurlijker waren de overige
speelgenooten. Vooral één beviel haar, die
steeds de aanvoerder der zeeroovers was.
Hg was ongeveer even oud als de beide
cadetten, maar bjj was breeder en torscher.
Zonder twgfei was hg de sterkste want
de aanvallen eindigden meestal met eea
volkomen overwinning der zeeroovers.
Hjj had lichtblond haar en bjjzondrr
lichtblauwe, maar toch levendige
oogen.
Eenmaal delfde zjjn partij het onderspit
een kleine Berljjner, met een bril op, was