Uit de Oude Doos. DODI. Zondag li Nov. '05. Arrondissements Recht bank te Alkmaar. tweede BLAD. x. West- Fries'and's onderwerping F nria III ter kruisvaart gestorven, liet ziin land na aan zija zoon Dirk VII, onder wiens bestanr de oorlog inet vernieuwde woede uitbarstte, voornamelijk ook door toe dobo van 's graven broeder Willem, die door middel van deze aloude vganden van 't Hoilandsohe Huls het hem toekomende Oost-Vriesland en Kennemerland meende terug te zullen krijgen. Onder zijn aanvoe ring besprongen de West Friezen de Hol landers bijna dagelijks, al konden ze bij E ;mond en Alkmaar Diet meer zoo gemakke lijk doorbreken, als weleer. Dirk VII ver keerde daardoor in een lastig geval, want behalve door zijn broer met diens troepen, werd hij ook bedreigd door de Vlamingen en de eena z>owel als de andtre vyand moest rrorden bestreden. Daarom besloot hg zelf de Vlamingen onderhanden te nemen,terwijl hij d« tuchtiging zijner Noordelijke vijanden aan zijn vronw Adelheid van Cleef opdroeg. Zien wij, hoe zij zich van deze taak kweet. Iq 1195 kwam zij met Laar leger in de buurt van de Abdij van Egmond „tot groote schade van 't klooster ende ongemack van de geheele orden, alzoo de G jestelijoke goe deren, soo in de viv8rej ais in verschegie andere dingen aen de soldaten werden besteedt, ende dagelijoln liepen de Ka meniers van de Gravlnne ende andere bijkomende vrouwen door 't Convent, 't eenmael tegen da Discipline-" Dooh den tijd braoht ze niet in ledigheid doormet zeldzaam doorzicht regelde ze alles, -wat op den aanstaanden veldslag betrekking had, voor de zooveelste maal bewijzende „Eéa vronw is dnizsnd mannen te erg." Met haar scherpen blik zag ze evenwel, dat haar zaak nog niet zoo heel best stond en daarom wist ze de Winkelders en Niedorpere om te koopen, zoodat dezen toen eenmaal 'c gevecht van Willem tegen da Gravin aan den gang was, schandelijk op de vlucht sloegen. De aanvoerder der West-Friezen werd daarop door de aanstormende Hollan ders zóó in 't nanw gedreven, dat hij met moeite 't leven redde. Kort daarop werd door den invloed van de moeder en andere verwanten de twist tnsschen de broeders bijgelegd. [Zoo 't schijnt is Dirk VII in 1198 nog eens West F.iesland binnenge trokken Weer rustten de partijen een tijdlang, als vergaderden zij krachten voor den strijd, die onder Willem II met te grooter felheid uitbrak. Deze toch liet te Heemskerk een slot bon- wan, waarin een flink getal soldaten werd gelegd onder bevel van Heer Gerrit van Heemskerk, die van den Graaf do opdracht kreeg, om de West Friezen voortdurend „in onrust te honden", iets wat, de prikkel baaiheid van dezen in aanmerking genomen, een klein kunstje was. Door zijn gedurig „tokkelen" waren deze aarts vechtersbazen 8teed3 vinniger tegen de Hollanders opgetre den en vond de Graaf eindelijk, dat hij nu mat oogenschijnlijk 't volste reoht van de wereld tearen hen kon optrekken. Ia 1254 verscheen hg met een aantal koggen (wkkr wordt niet gemeld) en werden de vijanden met een verlies van 600 man gesla gen. Maar wat baatte hem al znlk krijgsgeweld Immsrs.de welvaart der bevolking bestond voor namelijk in hnn landerijen en deze herstelden zich na de gevechten merkwaardig snel, ter wijl tevens 't verlies der verbrande woningen en van 't weinieje huisraad heel gering te schatten was. Zoodoende bleef 't land na elke plundering, beschermd als 't was door zijn merengordel, nagenoeg onneembaar en da haat en da wraakzucht der bevolking groeide aan met het getal landgenooten, door de Hollanders verslagen. Zoo kon 'c zelfs gebeuren, dat Vroonen, liggende onder het oog des graven, voortdurend mede bleef tegen spartelen. En toch, balgen zonden ze, die vervloekte West-Friezen, buigen voor de majesteit van den Roomsch-Koning, en daarom moest een Dienwe helrtocht worden ondernomen. Eerst In 1256 was de winter streng genoeg en kon Willem II den 28en Febr, van 't volgende jaar naar Vroonen trekken, dat hij voor zga on willigheid deed boeten, waarna hij ter be scherming van Alkmaar 't kasteel Torenburg deed bonwen, welke beveiliging afdoende bleek te zjjn, want na dien heeft Alkmaar van de FEUILLETON. Roman van PAUL OSKAR HÖCKER. o— 29. Op den avond van den derden dag trad eea geheele bewusteloosheid in. ^°di leetde eigenlek niet ia deze moei- Hlke dagen, het was een planten- j n gelijk. .-lo de sterf kamer hield zij het niet lang Wanneer zjj haar moeder zoo hoorde ermen, dan was het, of haar de keel met zS Viaa werd diohtgedraaid. En al was H ook maar door een dunnen wand van ar gescheiden, dan maakte een groote k*Azich van haar meesterde stervende lan" 00gan öens openen, naar haar ver- g«Q, haar zoeken en haar missen, Wa#®l0op Dodi op haar teenen weer naar die\eeQ ze^er8n dag, toen de liefdezuster, blik *nr mo0der oppaste, haar een oogen- h»ar k?'j®en 'n <*e kamer had gelaten, viel gen.L, °P den in een hoek staanden, half 8'Jktan koffer. 8cbrijfm'16n a"6r'e' dingen zag zij de bet port**Van 'laar mo®der, waarin zich k'd het t 'an kRar vader bevond. Zjj Dodi ®D,min»Je voorjaren daarin gezien, 0t° ®r u niet, wat er haar toe dreef, frhtret er Van te overtuigen dat het er nog was. West Friezen geen overlast meer geleden. Het gansohe j «ar besteedde de graaf aan Ie uitrusting zijner trospen en toen in 1266 de winter dien van 't vorige jsar scheen te willen evenaren en de natnnr hem das in zjjn plannon scheen bij te staan, trok hij met flja leger over de bevroren Heer Hagowaard, waarna zich 'c helr sp'i-sra in tweeë j etn deel ging onder Heer Willem van Brede- rode de DregtcrS bekampen, de G aaf zalf trok den kant uit van Hoogwonl, om dat dorp „te barnen." Doch da West F lezen wareD op hnn post, gewapend en in lichte linnen wapenrokken stonden ze op 'c fjs, de Hollanders af t8 wachten 't Geveoht ving aan ea de Friezen leken alras in verwarring to geraken, ten minste sg trokken zich haastig terug, om zich in d9 naburige rietbosschen te bergen. De Hol landers en voornamelijk de Graaf, dit ziende, zoch'en er partij van te trekken en vervolgden se fjverlg Deze laatete, door zijn vurigen krijgslast vor van da zijnen afgeraakt, viel la een hinderlaagmot zgn paard en zga zware wapenrusting kwam hij op 't nog broze ijs, Zikte ar door heen en noch zgn smeeken om lijfsbehoud, noch het aanbieden van een groot losgeld kon hem reddenkoel bloedig werd hij door den vijand doodgeslagen „De VrieseD, die baose lngden, slende dat het q reliek gemaeckt was", hebben het lijk des forsten „In een seer verachte plaets gelegt" in een huis te Hoogwoud „De Edele van de andere psrtije verrich teden haer voornemen na wil en weneoh endo keerden met jaijchc-n ende blijdschap wederomrnasr als Bij 'o ongelaok des Konlncx vernamen, wieidt haer cyther van vrenghde in een luyt van treuren ende haer vrolgckhegt met vee! tranen bevochtlght. Eade voorwaer met reden: want als 't Hooft is vol pijnen, soo moeten de leden q lijnen „O, vervloect Vrleslant." zoo vraagt ea deze ontboezeming Willem Procurator, „waervan- daen qaam deze ver woedtheijt Misschien hadden de Friezen, zoo zg zgn nitroep hadden verstaan, hem herinnerd aan een zeker spreekwoord, waarin van een knil graven sprake is, Of misschien ook hadden ze niet den tijd gehad te antwoorden, want onder den jongen Graaf Floris, die ziji vader opvolgde, ging niet minder heet to8. In 1268 toch reeds ontstond er, waarschijn lijk doordat de E leien en het volk 't oneen» waren over de voogdij van den jongen graaf, een opstand, die heel Holland en Ucrecht in vuur en vlam zette. Da Kannemsrs, geholpen door de Waterlanders en da West-Friezen, hadden niet meer en niet minder ten doel dan „alle de Edelen en de machtigsten wel geboren Mannen cyt den L inde en de Stiohte te verdrijven." Sloten, burchten, kasteelen en hulzen ter nederwerpsnda, trok dit „raeende" volk voort tot het in Amstelland kwam, waar Heer Gijabrecht da „dolle" menigte met schrik zag naderen. Maar „aisoe hg eea scalk man" was, wist hg hen ta bewegen hem ais opper bevelhebber te erkennen, (Anderen bewaren dat Ggabiecht werd ged wongen), waardoor natuur lijk zga landen van de algemeene verwoesting verschoond bleven. Da bende trok hierop naar 't Sticht, waar de aanvoerder menigea per soonleken vijand had, met wien hg nu op goedkoops,dooh niettemin doaltrtff icde manier kon afrekenen. Usrecht werd veroverd, 't huig te Abcoude, te IJsenbnrch (Risenborch) en dat te Vlanen werden „nedergsworpeu" en mat dit sneoss was Heer Gijsbrecht voldaan. 't Kwam er na slechts op ann, de vrienden goedschiks naar huis te krijgen. Dooh zija „scslkheit" liet hem ook ln dezen niet in den steek. Hij sprak ze aldus aan: „Ghij stoute koatie luden en lieve Vrienden gg siet wel hoe wij dit heeie Bisdom ons binnen desen jser onderdsnich gemaeckt hebben, eade aile die Welgeboren Ludea daer cy: verdreven, hoir hcysen neder geworpen, eade ten naasten jier willen wij den Hertoge van Gslre ver drijven 6nde zgn Haerllohegt destrneeren. om dat hij hem tegecs ons verset heeft. Eade, want nn die boutijt aenetaet, soe dnnot mij dattet oirbaar is, dat elck man tea sijnen keero ende verssmea, daer onse wgve ende oase kijnderen bg levsn moegen." Deze raad werd opgevolgd, maar niet zoo, ras, of de Kennemers belegerden nog even in 't voorbijgaan Haarlem, doch werden door middel van een krijgslist bg de stad vandaan gelokt en kort daarop deerlijk verslagen. De afrekening met de West-Friezen, die behalve deelname aar dezen plundertocht, ook nog den dood van Floris' vader op hnn ge weten hadden, stond nog te geschieden en dat was een zaakjv, 't welk de graaf per soonlijk in orde wenschte te brengen, 'c Liep evenwel aan tot 1272, voordat alles voor de heirvaart gereed was. Ia Oogstmaard van dst j->ar, als alle wateren voor een sroed deel waren uitge droogd, vergaderde F.oris V zija volk, waar mede hij naar Alkmaar trok, om zich vandaar over Ondorp op de West Friezen te werpen. Tocb, hoe lang 't ook gedroogd had, tal van vaarten, killen en braken versperden hem den weg en 'i opgevatte plan om den vol genden dag reeds verder te gaan, was onmo gelijk eerst moesten die hinder palen uit den weg gernlmd. Daarom werd een deel van 't krijgsvolk bevolen, dat „elc man hojj ende stroij dragen zonde totten dammen," iets wat de in de nabijheid gelegerde vijanden niet dan met schrik zagen gebeuren. Hnn bestaan toch hing jaiat van die hinderpalen voor de Hollanders af en daarom is 'c zeer begrgpalgk, dat ze in 'c einde op die dijkers aanstormden, tengevolge waarvan bij Vronen op de geest een gevecht ontstond, welks krggsrnmoer tot in Alkmaar werd vernomen. Hoewel de Alk- maarders jjlingr hnn onde vrienden ter hnlpe snelden, 'i baatte nietachterna gezeten door de West-Friezen, moesten ze vluchten. In den omtrek van Heilo, waar ze weer vasten grond onder de voeten hadden, wist echter de graaf zgn troepen z.ro goed te ordenen, dat in den nn dadelgk volgenden slag de zege aan de HollandeiS bleef en 8X) vgandeu suenvelden. De Graaf verloor ia beide gevechten omtrent 5'JO Hoiiandsche ridders. Lijkt ons vreemd toe, niet waar, een vluchtend leger, dat op eenmaal weer gereed is strijd te voeren, maar ook Mriis S.oke vermeldt hst als een feit, al voegt bij er bg „Oe Grave hadt den qraetsten koop." Na den slag bg Vronen trok de graaf nog meermalen tegen de West-Friezsn op, strij dend mat wisselend geluk, want, zoo lezen we, „somtijt won hij, somtijt verloor hij." Nauwk «urig te verhalen wat er echter is geschied, is totaal onmogelijk. Al.'em dit is zeker da Kennemers hielpen hem toen. Als bewijzen daarvoor mogea dienen, hoe hij in 1277 Akersloot en Uitgeest het schot, dat zij jaarlijks gewoon waren te geven, vrij schold voor dan tijd van drie jaren, opdat zij zich „te williger en te dapperer tegen de Friezen stellen zouden." En die vaa Wormer werden vier jaar later van alle grafelijke beden en tollen vrij verklaard, omdat zg in zeker ge- vegt eenlge Friezen gevangen en den Graaf overgeleverd hadden. Hoe da Graaf 'c aanlegde, om West-Fries land te doen bakken, als slot de volgende maal. D V. Zitting van Dinsdag 7 November 1905. Toen zij de map, die niet gesloten was, opende, ontdekte haar oog een pas be gonnen, aan haarzelf gerichten brief. Twee kantjes waren er reeds dicht beschreven en zjj las de hartstochtelijke woorden met groote ontroering. In een zytascbje tusschen allerlei papieren vond zjj het portret. Larg keek zjj naar de trekken van de verbleekte fjtografi3. De terugkomst van de zuster schrikte haar uit haar gedachten op. Daar de zieke stortbaden moest hebben, moest Dodi de kamer verlaten, Maar van het portret kon zjj oamogeljjk scheiden, ook niet van den aan haar gerichten brief. Het was immers de laatste, dien zjj van moeder ontving Zoo doende nam Dodi de map miê en legde die bjj hare dierbaarste herinneringen. Io den vroegen Zondagmorgen juist waren de kerkklokken beginnen te luiden stierf Dodi's moeder. Het zwakke lichaam had geen zwaren doodstrjjd te strjjden had. Toen Dodi aan het sterfbed van haar moeder gebracht werd, zag zjj daar het ontzielde lichaam zoo vredig liggen als in eea sluimering. Lang bleef zjj staan, als verstomd voor de majesteit des doods. Doch plotseling zakte zjj in elkaar Hsar gelaat zonk r-p het kussen en zjj stounde„Ach, moeder moedertje Oom en taste en ook do justitieraad stonden daarbij. Zjj spraken het jonge meisje vol medelijden toe, hoe ontroerd zjj ook zelf waren, met kalme, verstandige woorden, Ea de dokter meende, dat de dood een verlossing voor haar was. Dodi bemerkte niet eens, dat men tot haar sprak. Zjj leefde in een andere wereld, in een sfeer waarin zjj geloofde Do eerste der zes heden op de strafzitting behandelde z iken mocht ln zooverre bijzonder heeten, omdat er eea respectabel aantal ge tuigen in werd gedagvaard, die stellig „te zemen en in verecniging" zegt de recht bank dan een geweldigen dnw aan 's rijka schatkist zullen hebben gegeven, toen zjj zoo successievelijk hnn reis- en tgdverzuimver- goeding kwamen ope'schen't Was van allerlei slag dames en heeren, oud en jong, een inderdaad bonte verzameling, die, op de getuigenbank plaats zoekende, ons onwillekeu rig deden hopen, dat zij met het oog op hunne beduidends talrijkheid niet a! te langdradig en „taai ia de kook" mochten wezen. Gelukkig bleken ze in doorslag nogal van „af we ven" te houden, zoodat we vrjj spoedig te weten kwamen, wat de snuiter, die in dit drama d3 hoofdrol die van beklaagde moest spolen, allemaal wel op zija kerfstok had. Dit personage was al lang geen onbe kende meer in de audiëntiezaal, 't Was name lijk Dirk Times, zoon van Jan dito en Haartje Bokkum, oud 24 jaren, van beroep koopman, koedrjjver en zoo al meer, wonende In de Nieuwstraat te Schagen, zijn geboorteplaats. Hg was op Maandag II Sep't- j i. te Scha- gerbrng, alwaar hot toen kermis on paarden markt was, en wist zich dien eigen dag nog In 't bezit van een rijwiel te stellen, waarmtê hij 's avonds huiswaarts fietste, zoodat het met hem, in tegenstelling met dien heer, „die eens te paard naar 't bad was getogen en op z'n voeten wederkeerde", heal aardig mar cheerde h ij toch was te voet gekomen en op de fiets den onderlijken kaard komen op zoeken. Eigenlijk kwam hij zoover niet, dank zjj de mildheid, waarmee hg zijne maag van Jan Schiedam bad voorzien. Doch laat ons zijne avonturen eens nagaan. Dirk wss nog niet zoo heel erg onder den indruk, toen hg 'e m:ddags om een uur of vier, vjjf, door Schagerbrng fl meerde, in gezelschap van den metselaarsknecht Dirk Keuris, dien het toeval hem in de armen voerde. A's men Diik Tames wil gelcoven dan won hij toen ai naar hnls, doch zga wil bleek van de omstandigheden zeer afhankelijk te zijn. Hij werd namelijk gewenkt door een onbekende, gekleed in fliweelen breek en zwarte Jas, ongeveer 26 —28 jaar oud, die hem Dirk noemde, een borrel!je presenteerde en vroeg, of hg een fDts naar Schagen wou brengen, dan zon hij beloond worden met een kwaitje! Diik wilde wel, maar dan moest hij een briefje hebbenZgn lastgever scheurde nit een nagelnienw zakboek een onbeschreven blad en schreef er het een en ander op. Dirk stak het ongelezen in den zak en verloor het later! Etfi.i, hij schom melde zijn vriend van daareven, Kenris, weer op, wien hij vertelde, dat hij een flsts voor f 20 had gskocht, die bij de Wad. Rijs stond, waar beiden omstreeks 8 nar zi wilden ook nu nog in verbinding te etaan met de doode. Plotseling stond zjj op, mst de handen aan het hoofd. Ea zonder ook maar naar da anderen te kjjken, verliet zjj de kamer. Toen zjj terugkeerde, had zjj het portret van haar vader in de hand. Op haar teenen trad zjj op het bed toe en legde het verbleekte kaartj 8 in de verstjjfde handen van de docda. Zjj hadden allen het portret herkend Eén oogenblik scheen het, als wilde Al win verontwaardigd toespringen. Maar de justitieraad schudde het hoofd en legde zjj a hand op Alwin's schouder. „Laat haar toch!" fliisterde hjj. Daarop liet oom Atwin da opgeheven hand weder zakken. Wat kon dat armzalige portret ook de doode schaden De strjjd was nu immers uit Dodi knielde weer naast het bed neder. Het wes haar zoo hoog, zoo plechtig te moede. En zjj had bet gevoel, als moest er een wonder geschieden, dat de lieve oogen nog eenmaal zou openen, opdat een laatste, stomme blik het portret zou tri dan on haar zeggen, of zjj goed gedaan bad. Maar de mooie, wondermooie oogen van haar moeder gingen niet meer open, de diepblauwe, zachte oogen, waarvan vadertje gezegd hadl dut het kerkevensters waren 1 kerkevensters, waardoor men ziet in het allerheiligste wanneer niet steeds zooveel tranen, zooveel gruweljjk leed ze immer boslagen had doen zjjn. Dat moede, zoo zwaar gewonde vrou i wenhart had opgehouden te kloppen. I Dezelfde groote, plechtige, bjjna pracht volle apparaten, die bjj den dood van toen naar kuis aankwamen. Tamis nam de fiets, die hij een uur ta voren bij haar bracht, m-de, terwijl Keuris de zijne bg hare buurvrouw vandaan haaide, die het rijwiel mat zorgzame hand eeu plaataje in huis had gegeven. Toen naar Schagen gefietst, waar ze nog voor half 9 aankwamen en bjj den koopman Jan Jonkman ia de Nlsuwstraat, wiens vrouw Maria Snaas een biernuls houdt, het anker neergelegd. Moê van de reis en de genoegens, dien dag gesmiakt, ging Keuris op de canapé z tten, tsrwgl zija metgezel de fiats eerst bg zgn ouders, die baren zgn van Jonkman, tegen het hek zette. Daarna naui ook Tames in de gelagkamer plaats en praatte wat met Arle Piakman, Maarten Weeland en nog ean ander, Z wak man, schipper van beroep, bij wien Tamss zich voor f 4 60 per week wilds verharen on die wilde maar f4— geven Ook de flits kwam ter sprake en'au had onze baas weer een geheel ander smoesj pasklaarhij vertelde tegen vrouw Jonkman, dat hij de fiets voor f6.— kon koopen, doch „hij moest niet hebben en won weer nnar tJchagerbrug, want 't zon met deze fiats wei net zoo zgn al» laatst met die van buurman WiC, die eeu gehuurde fi Jts verkocht, wolk rg wiel echter later werd opgeëisoht met verbreking van den gesloten koop. Aan Piakman wilde hg echter later, brataal genoeg, de firta verkoopen en deze had er wel zin in, als hst rijwiel maar niet „gemir- rewiekt" was. Weldra begon 'c gesprek te veiflmwen en ging Zwakman Loetwaarta, om zijn sohnit op te zoeken. Weeland en Piakman stapten ln tegen overgestelde richting op en wachtten bg t Vosje" aan 't einde van de Nieawstraat op Tames, terwijl Kenris op eigen gelegenheid vertrok. Diederich haalde de fiets uit huis en sprak nog even over den verkoop, doch Piakman wilde d'r niet an en ging met \n eiland naar 't station. Toen stapte Dirk op de fiets en reed naar de Loet, om te zien of Z wak man goed aan boord kwam.... en om 't met de hunr te rooien. De nachtwaker W. Dom per zag hem op de fiets stappen en ging, vergezeld van den egent Abma, hem achterna, daar belden nog moesten sluiten. TameR had dra da terugreis aanvaard en ontmoette het tweetal, zoo „Rnap" als hg toen kon g'navend bnnrmar, g'navend Abma; tegen hen brommende. Hij toog met spoed naar het Noord. Hg had Damelgk (zooals hg zegt) de bedoeling om de fiïta weer naar Sohagorbrug terug te brengen naar den onbekenden fiaweelen- broezen-man en er, als hij dien niet vond wat nogal te vreezsn wbb tenminste aangifte van te doen. Miar eer hg met de fists de woning van Tntnman op het Noord good en wel was gepasseerd, deed de natuur hare rechten geiden en zakte Dirk op da stoap dier woning ineen. De fiats viel tegen hem aan en het danrde zeer kort of Ditk lag in Mor- pheus' armen en vergat alle plichtsbesef en afmatting in dat ééne gevoal rast! Tot zoover Dirk's hoogelijk opgesmukt en verdicht verhaal, dat heden grootelijks werd verdrongen door een andare, vaal meer proz.ïjcke vertelling, die door Lêendert Zwaag, groentenhandelaar te Schagen, werd gedaan. Deze was psr rijwiel naar Scnagerbrng gegaan en had daar de fi lts bg den herbergier Jacob Tuinman in den stal gezet. Er stonden nog enkele andere fijlsen en Zwaag had verder er niet meer naar omgezien. Doch toen hij 's avonds om 9 nnr de „kar" kwam halen, was de ding gevlogen of althans ge marrewiekt. Goede raad wss duurZoeken, vragen ea allerlei pogingen in het werk stelles, om het karretje terug te bekomen, dooh. vergeefsch! Niets mooht baten: voorwaar een vrceoadigheidje, ma3r. prettig was het nietDat vond Zwaag ock en het was dan ook in een ver van p'.eizierige stemming, dat hij 'a nachts om 12 uur eindelijk te voet naar Schagen trok. Doch het gradental, dat de thermometer van zgn humeur de laatste uren had aangewezen, b9gon plotse ling aanzienlijk te rijzon, want daar ziet zoowaar hij den rnst'g slapenden Tames, dien hij o vei dag nog h»d gesproken. in gezelschap van 'n fi >ts, van zgn fi jtsGeen twijfel mogelijkSpoedig den nachtwaker Domper erbg ger q lireerd, die nog vlgtig voor het heil der burgers in da weer wes ook Z vaag's vronw, zgn broer en nog een paar belangstellenden waren gauw ter plaatse. „Hei!" schreeuwde Dom per, en er kwam in slaper en fiits beiden direct „leven," daar door het ontweken van den eenen, de ander haast omviel „wiens flits is dat 't Ontwaakte tachtschae.p begreep dra den toestand, waarin hg verkeerde en spoe- dig was Z vaag in het bijzgn der 6 getuigen In het bezit van zgn rechtmatig eigendom gesteld. Dirk wandelde Schagen vervolgens I nog 'n beetje op en neer, tot hij, steeds door I Domper in bet oog gebonden, jnist om half 2, j in de ouderlijke woning verdween. Daarmede I was die aan einatles zoo rgke dag voor Dirk teneinde un kjn h\) thans een ongestoorde rast gonleten. Eaater had hst gevallatji verder nog een 'a Eerst moest ons baasje voor den brigadier der rfiksveldwicht varschgnen, daarna werd hij op' het kantongereoht voor den reolV®r" stoel gedaagd, dooh déér zoowel als hlot traohtte hij zloh er met de onmogeigkste ver zinsels nit te praten. Wèl moest hg vandaag erkennen, daï sommige gedeelten nit zgn relaas, onder meer het verzinsel, dat hg de fiats had gekocht totaal gelogen waren, maar, och.... dat hal hg maar eens voor een lolld'.i9 goddttQ l II 4 Overigen* moaet alles waar heeten, al liet de President ham duidelijk voelen, dat de rechtbank nlels van de grove leugens waar op hij het E A. college vergastte, geloofde. Trouwens, het gaheele getuigenverhoor leve»da ook in heerec Offieler's zin voldoende bewgs voor Dirk's sohaid op en ontzenuwde vele ziiner verklaringen. Mr Cnopiua wees er op, dat Dirk bij von nis van 11 Oot. 1934 nog tot dria maarden gevangenisstraf werd veroordeeld, ook toen al niet voor den eersten keer, terwgl hij zloh ook bg die vorige melen als iemand nut eeu aan ftntasis aaer rijken geest had doan kan nen. ZEG. beweerde, het volkomen met Ticnoa eena te zijn, dat hg een heel goedkoops flets had dien dag: gestolen fljtsen zqn goedkoop, maarse kaanen ook dndr worden «n dat hoopte spreker nn, dat Dirk zon ondervinden. De eisch luidde, wegens diefstal (bg reoi- dive) met toepassing der artt. 310 en A-A W. v. Str., 6 maanden gevangenisstraf. Be klaagde was daar lang niet over voldaan. No. 2 die was absent. Het was overigens, voor zoover op de zitting is gebleken, óok al niet veel soeps. We hebben hier het oog op zekeren Jaoo- bus van Wonderen, wonende te Bergen, van beroep koopman en agent van de Onderlinge Vee- en Paardeuverzekering-Maatschappg „Almelo" te Almelo. 't Was in die laatstgenoemde qaallteit, dat dit heerschap kennis met de reebt oank begon te maken. Het was zoo wat in Februari '04, dat de heer G- Schekkerman van Parmerend, hoofdagent dier Maatschappg, dezen snuiter op Texel ontmoette, waar Van Wonderen var- klaarde veel den boer op te komen, reden waarom hg graag agent wilde worden. Schekkerman droeg hem voor en weldra werd hg door den directeur N. F. Snel als agent beuosmd. Jacobns sloot spoedig een paar posten af, een bg bakker Roos ts Bergen en een anderen bij Msarten Koorn te Koedgk doch de £22 39, die hij na aftrek van provisie had te verantwoorden, zond hg maarniet op. Dat in-gabreke blijven begon toch eindelijk de Directie te vervelen en, kwade vermoedens isrggende, stuurde zy den Hoofdagent Schek-, kermen eens op verkenning uit. W e. waren de resultaten bedroevendIn April j 1. bij Van Wonderen aan huis komende, kreeg Sohekkerman daar al eea zeer ongnnatlgen Indruk van 'c zaakje. Geld om to betalen was er niet en 9 Mei werd daarvoor bepadd. Hij betaalde echter niet. Den lOden Mei hervatte Schekkerman zijn bezoek, ook toen geen betaling, die trouwens nooit is gevolgd. Ontslag volgde natuurlijk- De directie van de „Almelo" liet niet na, eene rechtsvervolging tegen den onbecronw- baren agent in te stellen- De O v. J. deelde mede, dat namens Van Wondoren een scha ven is overgelegd, dat het geld nn bg hem beschikbaar is. ZEG. vond dit voor de „Almelo" nu wel pieizierig, maar oordeelde dat de strafzaak er echter niet door werd gewijzigd. De feiten achtte Spr. bewezen, terwijl beklaagde zeer ongunstig bekend stond, pss voor het kantongerecht was ge weest ec zelfs langzamerhand candldaat werd voor de Rijkswerkinrichting te Hoorn- De eisch wegen» verdnisterfijg, met toeprs- sing van de artt. 321 en 322 ingesteld, lnidde 2 maanden gevang. Thans werden een paar staaltjes van fe handigheid van den 36-jarfgen Fries J. M. Coers, geboren te Beetsterzwaag, gedomicili eerd te 's-Gravenhage en gedetineerd in het Huis van Bewaring te Alkmaar, cpgediieht. Dat kereltje was wel zoo vriendelgk, om zich den 23sten October j.1. een geweer van den 40-jarigen arbeider Dirk Tromp te Egmond Binnen toe te eigenen, terwijl hij in het begin dier maand ten nadeele van een Heilooër boer, N. J. Bakker genaamd, een paar lederen stooten van een hoofdstel wegnam. Het geweer verkocht Coers aan den heer J. Hol- lenberg te Alkmaar voor f 3 60. 't Wapen werd echter spoedig door den Egmonder Rijksveldwachter Dekker opgespoord en in beslag genomen. Ook de ontvreemde stooten, die voor 76 cents door bekl. waren van de hand gedaen, weiden opgespoord en dienden heden mede als coipns delict'. Roeretde toone6len hing Coeis op, van de armoede en den tegenspoed, die hem tot deze dsden hadden genoopt, aan welke schetsen de heer Oificier echter de geloofwaardigheid grootmama dienst hadden gedaan, en cok bg den dood van Elisabetb's ouders, moesten ook nu dienen voor haar, die zoo ba- scheiden, met zoo weinig eischen, door het leven was gegaanzouden nu ook Mia vergezellen op haar laatste pad. Een sterfgeval werd bg de MaDgelsdoift'a □iet opgevat als iets, dat alleen den kleinen kring van huisgenooten aangiog. Mia's be grafenis gaf de gansche familie aanleiding bg een te komen, om daardoor bewgs te geven, dat er tusschen hen allen een innig verband bastond, dat zelfs niet door den dood was te verbreken- En vrienden en bekenden gingen eveneens medo. De lgkkoeis, door vier paarden getrokken, borg haar lichten last onder een waren barg van bloemen. Ia de kapel zong een koor, door oen haag van kransen voor het oog der familie verborgen, een lied, en de geestelgke sprak datrna woorden van troost. Het oor van het bleeke meiejo trof dit alles s'echts als een holle klank. Hot was Dodi, alsof zg hetgeen rendom haar gebeurde, in 't geheel niet meêloefde, Tranen had zg niet meer. Er lag een cen tenaarsgewicht op haar hoofd, zoodat hef haar bgna onmoge'gk was, het hoofd omhoog te houden. Ea wanneer zg de blikken van de bloedverwanten op zich voelde rusten, dan sidderde zg. Te midden van al die deelneming, al die bawgren van hartelijk heid, voelde zg zich zoo troosteloos alleen, De kluiten aarde vielen op do doodkist uit Dodi's hand vialen eea paar bloeman dan de zegen, een laatste lied, het laatste gebed dan fluisterwoorden, deel nemende handdrukken en in zwggenden optocht door de lachende herfstzon keerden de treurenden naar de stad terug. Niets was er buiten in de stad veranderd, de cirkelgang w«s hetzelfde, evena's steeds te voren, slechts een jong menscbenleven is van zgn grootste en liefste bezit berooid, is een dierbaar moederhart armer is bitter, bitter arm geworden 1 Zooals steeds in haar leven, wss Mia bg haar dood ook nog een lastpak voor haar familie. De verhuizing stond voor de deur, Nog gedurende de ziekte van zgn zuster had Alwii eecige telegrammen moeten wissa'en met den eigenaar van het villaat je, dat hg bg Barlgn wilde koopener had den zich intusechen andere koopers voor gedaan. Op den derden dag na Mia's I begrafenis moest Alwin midden uit de droefenis weg. reeds weer op reis, om zgn i zeken ta regelen. En tante Elisabeth zag zichzelf geplaatst tegenover een macht van 1 huishoudelijke zorgen, die voor de ver- j huizing allemaal nog beredderd moesten j worden. Op deze manier had ook da sterfkamer spoedig haar treurig aanzien verloren. I „Arbeid - arbeid dat is bet eenige, dat da droefheid eenigermate kan over- i winnen," zeide Elisabeth. In een hoekje van haar bart verdroot het haar, bjj alle medeljjdon. dat zg voor het meisje gevoelde dat Dodi nog steeds, van '8 morgens tot 's avonds, zich zoo aan haar verdriet overgafals men haar energiek toesprak, sprong zg op, ia tranen uitbarstend, en dan sloot zjj zich uren en uren aaneen in haar kamer op. Allen waren zjj immers zeer aangegrepen, sterk onder den indruk maar lieve hemel het leven deed toch ook zjjn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1905 | | pagina 5