DE AVOND.
Zondag 8 Juli 1H3.
50e Jaargang. No. 4167.
TWEEDE BLAD.
.FEUILLETON.
Arrondissements Recht
bank te Alkmaar.
Stkiw Guriit.
Dook
RUDOLPH LIND AU.
D« landheer Karl von Elmenan was tot
aqo veertigste Jaar oor vrqi?ew' gebleven.
Hg wai rqk, eeiocd en met sgne landelgke
bezigheden en vermaken gelnkklg. Waarom
sjjne gulden vrghsid aan banden te leggen
Hii dacht er niet over.
Maar op ickrren dag wierp een wild p»ard
hem uit den aadel, zoodat hg rqn been brak
en, na eene ernatige operatie, voor de reit
van tqn leven krenpel b eef Na waa het nlt
met tqne vrije beweging Hq kon niet meer
ryden en |agen. Zqne vrienden lieten hem in
den ateek hg begon ilch eenaaam te voelen
en aich te vervelen. r „Ik wil tronwen",
telde hg bij aichaelf. En hij liet aqne oogen
rondgaan en drie maenden later trad hg in
het hnwelqk met de dochter van een nabnrlgen
landedelman, Mathilde von Bergheim, een
aee-er-twintigjarig meiaje dat hem aantrok,
en d-it aich blqkbaar ook tot hem aangetrokken
voelde. Zij bracht geen geld mee; maar
Eime: au kecde haar alnda jaren ala degelqk,
aaoht en goed. Eigenlqk verliefd waa Elmenao
nieten dat wlat hq ook aelf welmaar
déérin Jnlat zag hfj een waarborg voor aen
kalm en op den dnar gelukkig aamenleven.
Hü twijfelde geen oogenblik, ol hij had in
Mathilde de beate kena getroffen.
De eetate zomer ging anel voorbij, en de
echtelijke hemel bleef helder en aoDnlg. Maar
in den herfat begonnen aloh eenlge wolkjea
te vertoonen. De avonden lengden, en zoowel
Elmenao ala Mathilde vonden ze dlkwj|la èrg
lang. Dan kwamen er zekere kleine oneenlg-
heden over hniaelijke achlkklngen. die Mathilde
kadert wilde hebben, terwql Elmenan, niet
meer jong en zeer oonaervutief allea bij het
onda wilde laten blijven. Dat gaf wel eena
woordenstrijd. El men au waa eer. goed menach,
en Mathilde had haren man lief. Maar bellen
hadden zoo hunne eigen idééën.
In November ondernam het Jonge paar het
reeda ontworpen nttatapje naur Parija. Maar
zy beleefden er niet vseï genoegen v»n. Het
weer waa aftohawb.ijk, en Eimenau's kreu
pele br en veroorzaakte hem hernieuwde
pjjeer Toch waa bij onvermoeibaar, cm zqne
vrouw eiken avond Daar de eene of andere
ontspanning te vergezellen. Dit viel hem we!
tt.aumaar bij aac toeh nog liever met aijne
viou-v in het theater, dan tegenover haar in
de vervelende têtslkamer Hij ht.d dit éénmaal
gedaan, en zich toen voorgenomen het nooit
weer te doen Dat waa een lange en taaie
avood geweest Mathilde had haar beat
gedaan, hem den tqd te verdrijvenhet
waa haar niet gelokt. Wat intereaaeerde
beni eigenlijk? Zij wlat het niet recht.
En bjj ze'f waa tot de ontdekkmg gekomen
dat hq eigenlek met zqno vrouw was uitge
praat dat bq haar elgenlqk nieta meer te
leggen had. Elndeiqk had Mathilde een botk
opgenomen en hem wat voorgelezen en
daaronder was hij op de sofa caohtkena inge
slapen. Toen hq ontwaakte en ODgemerkt
opkeek, zag hq Mathilde nog op dezelfde
plsa<a, met de hand onder het hoofd, atrak
in een donkeren hoek van den kamer starend,
een beeld van stille, lqdtame treurigheid
Deze aanblik had hem diep gegriefd. Hq had
haar tot zloh geroepen en llefderqk aan zqn
hart gedrukt. Toen waren er groota tranen
in hare oogen gesprongen
„Wat «cheelt er aan, myn kind
„Ik weet 't niet. Parqa bevalt mg in 't ge
heel niet. Laten wq maar weêr gaow naar
huis gean."
De terugreis werd bespoedigd, en na
lag Berlqn aan de benrt, waar tulrqke bezoe
ken waren af te leggeD. De meeste van die
bezoeken maakte Mathilde alleenmte; niet
aan alle kon Elmtnan zich onttrekken. Daarna
kwamen er aitnoodigingen tot diners, par-
tqen en bals, voor welke men goedschiks niet
bedanken kon en die Elmer.eo ontzettend
vermoeiden. Op sijn bulten had hq naar de
stad verlangd en na verlangde hq wcê
naar zqn landgoed Hq vond e*n voorwend
sel om daarheen tei og te keeren en liet zqne
jonge vronw te Berlqn aohter.
Beiden verheugden zich over de korte
scheiding, die hen voor een poosje onafhan
kelijk van elkander maakte Elmenao in het
gezelschap van egneo opzichter en zqce
henden Mathilda bq hare moed ar en hare
Vu
WILHELM VON POLENZ.
Tweede Boek.
18. J,',owlaaed ae^5sf,nedoeae« aav a*Z
Anna Marie stortte' heimelyk vele tranen
over het noodlot van haren broeder maar
sterker nog was haar toorn over Horst's
houding. Veel kon zy vergeven, maar niet
diens gierigheid en zelfzucht
Horst die geen vinger vervoerd bad om
rijn broeder te redden, liet het, nu het
ongeluk een teit geworden was, niet aan
?oede raadgevingen en wijze lessen ont
breken. Er werd veel over gesproken, wat
Job nn zou aanpakken Hq had natuurlijk
rijn stadie als cadet gehad en de mogelijk
heid om nog wat anders te studeeren was
ous als vanzelf uitgesloten. Er bleef
D'eJa anders over, dan te trachten, het een of
•D er baantje te krijgen. Horst noemde
v°orbéeiden op, hoe lieden uit nette
aai nes als commissionnair, oi in dienst
'au poet of spoor, ja als pikeur oi keilner,
hun brood verdienden.
Daarvan wilde Job evenwel niets weten.
0 had ©en ander plan en Anna Marie
waa daarbq zqn vertrouwde. Zqn doel
Amerika. In geen geval zouden zqn fa-
dtl--6U Z®D vr'endec van hem beleven,
at hq een hem onwaardig beroep ter hand
iu" °®men. Wat aan de andere zqde van
oude vriendinnen. Toch wm het wederzien
heel hartelgk. en den eersten avond hadden
Je echtelieden elkander d:uk te vertellen
Den tweeden dag w'» »r een gemoedtlqk
fsanille dineetje bq de Berghcima, dat ó<5k
zeer bevredigend rfl ep. Mag den derden g
alen Elmenao en Maihiide weder alleen thnit,
en belden voelden weer d«t iq elkaar nieta
meer te zeggen hadden dat elk hnnner
moeite deed om den ander te lntereeaeeren.
„Wil j« niet eer-a naar je club gaan ?u vroeg
Mathilde.
Etmecaa nam met een graagte, die
bq niet geheel verbergen kon, dit voorstel
aan „Dan aal ik je eerst bq je moeder
brengen", zelde hq. En Mathilde had er
vrede tntê
Ditzelfde herhaalde zich ai vaker en vaker
E menen bemoeide rtch meer dan vroeger
nog met het brst:e; van tqc landgoed, zoadat
hq elgenlqk slechts bq den maaltqd'buis wae
Mathilde bezorgde het huishonden, bracht
bezoeken 8u hare ondera eD aan de baren,
en zat avonds nog uren lang alleen te
lezen, nadat haar man, van de daagtask ver
moeid, aich ter rnate begeven had.
En zoo ging de zomer weer om en de
volgende winter en nog menige zomer en
winter na dezen. Elmensn's en Mithi'de's
wegen liepen ateeda al verder nlt elkander
Een kind ton hen weêr tot elksk hebben
kunnen brengen, maar ondervraagden bleven
haa ontzegd
In de kringen waar de Elmenan'a verkeerden,
had men aich er aan gewend, den man en de
vronw afzooderiqk te zien Men vond daar Diets
op aan te merken. Het hnwelqk gold ulet ala
ongelukkig en dat waa het in den gewonen
■in van het woord ook niet Mevrouw Elmenao
atond er op dat haar man zich van rijd tot tgd in
geaelachap met haar vertoonde, en dat hq thnis
bleef wanneer afj g- aten genoodlgd had-Dit deed
hq dan ook bereidwillig Maar overigens ging
elk zqn eigen weg. had zqne eigen bezig
heden en veretroolïogen, leefde zqn eigen
leven. De man waa tegenover de vronw
ateeda oplettend en hoflsiqk. eo zq tegenover
hem altqd vr'endelyk en minzaam De wereld
kon dna aan nieta aanstoot nemen En ook
wanneer zq samen waren, viel er hoogat
zelden een onviiendelqk, laat staan dan een
bitter woord tneschen hen Zq hadden enkel
geen gemeenachappaiqke vreugden, zorgen
en belangen. Dit waa wel trenrigmaar h<-t
had het voordeel, dat er geen verschil van
meeclng tneschen hen trad. Onverschillig
heid had hen beiden toegeellqk gemaakt
rnat en vrede waren hnn belden genoeg.
Elk ging zqn eigen weg, zonder door den
ander gestoord te worden. Wel voelden cq
beiden, hoe vreogdelooa en zielloos dit aamen
leven waa, en hoe kndera het hsd behooren
te wezen. Wel keken zq vaak in atllte
elkander aan, met gedachten vol zelfverwqt
en heimelqke verzachting. Mear de mond
sprak niet uit, wat de blikken zelden, en de
oogen wendden zloh weder onverschillig van
elkander af.
Zoo ginge-i vele ja. en vootbq.
Eens op een avond kw^rn Mathilde vroeger,
dan zq voornemens waa geweest, nlt een
gezelschap thuis. Zq was diep ontstemd.
Men bad ha»t naar zq meende, verwaarloosd.
Men had baar laten zitten, en eensklapi had
zq zloh in den kring dier vreemde menschen
vreemd gevoeld Met orltiachen blik had zq
toen het gedoe om haar heen gadegeslagen.
Hoe koel en lef en onbeduidend was het
allea I En onder dit gebenzel waa hare
jeagd genotloos en geestloos teloorgegaan
Zn voelde zich vereenzaamd, mcê, ellendig,
ond Onopgemerkt door gastvrouw en gasten,
was zq heengegaan. Zq hunkerde naar rast.
Zq had er genoeg van.
Thuis vond zq alles donker. Men had haar
nog niet verwacht Ce kamenier vroeg be
zorgd, of mevrouw onwel was. Mathilde
aohadde het hoofd en -ging in hare slaap
kamer, waar zq haar rijke toilst tegen een
eenvoudig huiskleed verwisselde. Voor wie
had tij zich elgenlqk zco opgedirkt? Waarom
was «q er heengegaan
„Bezorg mq wat thee," zeide tij tot de
kamenier. „En dan kan js naar bad gaan.
Ik heb je niet meer noodig."
Zq zette zich in de huiskamer in een
armstoel bq het vaar. De thee werd gebracht
en op een tafeltje naait haar geplaatst
zq bemerkte het - naa welqks. Na eene poos
kwam de huisknecht aankloppen, om te
vragen of mevronw nog iets verlangde.
„Neen Maar je moet zeker op manheer
wachten
„Mqnheer de baron heeft gezegd, dat ik
voor hem nooit langer dan tot elf nar
behoef op te blqven."
„Hoe laat. is het na?"
„Het heeft zooeven elf geslagen, mevrouw."
„Na, ga dan naar bed."
De kneoht scharrelde nog even in de kamer,
draalde het licht wat op, en verwqderde zich.
Men hooide openen en slniten van de denr.
Toen werd het stil.
Met een schrik hoorde Mathilde de pendnle
twaalf slaan. Een vol nar had zq zoo ge
zeten Waaraan had zq gedacht? Of
had zq gealapen E jne halvering liep haar
over den rog Zq sohonk zich een kop thee
het groote water geschiedde, dat zag nie
mand
Broeder en zuster beraadslaagden veel
over de plaats, waar Job zou heen trekken.
Job ging het liefst naar de provincie
van Noord-Amtrikahq had er een
niet zeer duidelijke voorstelling van, dat
hq daar met zqn kennis als ruiter en zqn
verstand van paarden, nog het verst sou
komen. Snel waren eenige boeken aange
schaft, reisbeschrijvingen en schilderingen
van het Amerikaansche boerenleven gekocht.
Maar het werd hem al spoedig duidelqk,
dat er wel wat bereikt kon worden, maar
men moest er niet komen met leege han
den.
Anna Marie bedacht zich geen oogenblik
om haar broeder tien duizend mark aan te
bieden, haar vaderlqk erfdeel. Nog kon
zq niet, zooals zq heel goed wist, over dat
bedrag beschikken, en Borst, die haar voogd
was, zou nooit toestaan, dat het geld aan
Job gegeven werd maar anderhalf jaar
nog en dan was zq mondig en kon met
haar geld doen, wat haar goeddacht.
Intusschen kon Job vast heengaan, zich
daar wat oriënteeren en de toestanden
wat leeien kennen,
Zoodra hg dan het geld had, zou hq
zqn aankoopen kunnen doen. Misschien, als
het haar dan nog zoo slecht bq Horst be
viel als nu, kwam Anna Marie bq hem als
huishoudster.
Dit plan werd door hen beiden zeer
ernstig beredeneerd, en zq hielden het voor
uitvoerbaar. En hoe meer Horst hen uit
lachte over hun onnatuurlijke idééën, hoe
meer hielden zq er aan vast
Op een avond kwam Job uit Kranzfelde
thuis en riep Anna Marie apart, om haar
inmaar de drank waa kond en bitter ge
worden en «maakte haar niet. Zg ging naar
het venater. Geen levend wezen was er te
sim; aliea uitgestorven, zwqgen des
doods. Zq aette zich w der in den stoel, en
hield rekenschap met -ichzelf Wat
deerde haar eigen iqk Waarom waa zq zoo
diep bedrukt Waa het heden niet geweeat
ala gisteren, ala eergisteren, ala 41 de dagen
van haar hnwelqk behalve de korte maan
den van geink, die op hare verloviDg gevolgd
waren? Zg stasrde In het vaar, en
lengzaam vu'den zich bs-e wgd geopende
oogen met groote, stilte tranen. 01 haar ver
loren, gefaalde leven I
Allea om haar heen was stil, doodstil.
Na hoorde zq het tikken van de pendale,
dat plotseling luider scheen te wordeo, en
daarna een sec t gedrutech. dat alt ren der
donhe e hoeken van ie kamer soheen te
kom°n. Dit maakte haar angatig, en hare
oogen tonrden rechts en links. De kamer
was ledigmaar eene denr, die naar een
donkere nevenkamer voerde, stond half open
Mathilde rees haastig op en sloot ze. Toen
keerde zq kalmer raar hars plaats terug.
Maar weldra bekroop haar opnieuw datzelfde
angstige gevoel van bulpeloo» elleenzgr,
steeds al klemmender en benauwender Zq
dnrfde zich haast niet bewegen zg huiverde
bq de gedachte, met eene kaars door de
donkere kamers te gaan, dis haar scheidden
van haar slaapvertrek Hasr adem stokte.
Het werd haar bang.
Eindeiqk hoorde zq het snel aanwassende
rollen van een naderend rgtnlg Zq ademde
verlicht. Het rgtuig hie'd stil voor hst hals.
Zg ging naar het venster. Langzaam werd
het portier geopend, en moeizaam stapte een
men nit, gebogen, in een grooten pelsmantel
gewikkeld, Elmenao. Hinkend, trekkend
met het verminkte been, kwam hq de stoep
op. De hnlsdenr werd geopend en weêr
gesloten. Wet had hq lang werk om de
lage trap op te komeDMaar hg waa
immers krenpel, de arme manen toch
klaagde hg nooitNn werd de slentel
omgedraaid in de binnendeur en weldra
hoordeMathllde in het portaal den welbekenden
swaren, hinkenden stap van haren man. Hg
naderde. Rechtop bij den schoorsteenmantel,
hield zq den blik vol verwachting op de
denr gevestigd. En eindelgk ging die open
Elmenao wei blqkbaar verrast, zgoe vronw
in huisgewaad vóór zich te zien.
„Ik dacht dat je nit waa," zeide hq.
„Dat was Ik ook. Maar ik had er genoeg
van Ik verlangde naar hnis. Wat
ben Ik blq, dat je gekomen bent.
Ik voelde mq zoo ondragelqk een-aam.
Ik was zoo bang." Zq was hem sohnohter
genaderd en had hare hand zacht op sqnen
atm gelegd. „Maar nn ben ik niet meer
bang. na jq er bent."
Het waren alechta weinige woorden, die
bezwasrlqk teeder konden heeten, en
toch waren het de hartelqkate, die Elmenao
sinds vele jaren alt haren mond vernomen
had. Als balsem drnpten rq In zqn ledige
hart.
„Mqn beate Mathilde 1" zeide hg en op
haren arm ztennend, ala ia die lang geleden,
•choone dagen na hnnDe verloving, geleidde
hq hoer naar de sofa. op welke hq zich naait
haar nederlict.
„Ach," zeide Mathilde, ouder tranen „ik
heb toch elgenlqk iemand dan jon
Waarom zq wq niet wat meer bq elkan
der? Hoe zqn wq toch zoo vkn elkaar
geraakt
En nn kwam er een zware tqd voor
E'menan Mathilde werd ziek. Miascbien was
hare geschoktheid van den vorlgen avond reeds
het begin van die aiekte geweest Maar daar
aan dacht Elmenan niet. Hg wilde geen ver
klaring zoeken van hetgeen zoo onverwachte
gekomen waa. Hq herinnerde zich slechts met
innige dankbaarheid, dat Mathilde na lange
vervreemding hem liefdevol genaderd was, en
hq verpleegde haar met onvermoeide, teedere
zorg.
Na hare genezing bracht hg haar naar
Italië, eu vandaar terng naar Elmenan, waar
hg na den tweeden gelakkigen zomer zinds
zqn hnwelqk met haar doorleefde. Hg was
niet spraakzamer geworden, en hg zag haar
ook slechts weinig méér dan vroeger, want
het beheer van zqn landgoed liet hem weinig
ledigen tgd' Ook zq zelf was voor het niterlqk
sl-chts weinig veranderd Ea toch was alles
nn zoo geheel kaders tasschen hen beiden.
Vredig en tevreden leefden zq naast elkaar,
in het iiefelgke gevoel vzn veilige, troawe
ss&m verknochtheid.
Eene op een avond aaten zg na het eten
In de mime, ouderwetseh gemeubelde huis
kamer. Het was reeds laat in den herfst,
maar bg het ongewoon zachte weder stonden
de vensters wgd open. Herfstkalmte lag over
het wqde landschap, en plechtig riep van
verre de dorpsklok tot het avondgebed. Mathil
de had een handwerk opgenomen, terwql
Elmenan bladerde in een groot boekdeel, dat
op de tafel lang. Van tqd tot tgd keek zg
eens nazr hem. Na bemerkte zq, dat Iets in
het boek hem bgsonder soheen te boeien.
Zqne oogen wendden zich niet af van het
blad, en op ego gelaat lag eene aitdrnkking
wet gewichtigs mee te deelen. Ernst Hiu-
dorf had hem aangesproken en naar zqn
plannen voor de toekomst gevraagd. Hg
had mgoheer Van Hindorf gezegd, wat hq
van plan was Toen had deze hem uit
zichzelf aa .geboden, hem te helpen. Hq zou
hem aanbevelingsbrieven meegeven aan
vrienden in Amerika. Ja, nog meer
hq had beloofd hem met raad en daad te
zullen bijstaan, om hem zoo mogelqk een
positie daar te verzekeren. Morgen moest
Job op Lsmnitz komen, daar zouden zq
alles nog eens nauwkeurig bespreken.
De jonge man was zeer opgewonden en
prees Ernst van Hindort als een edel
mensch, zooals hq er nog nooit een had
ontmoet.
Anna Marie zeide niet veel, zoodat Job
zioh verbaasde over haar stilzwijgen.
Veiheagde zq zich nu niet over zqn voor
uitzicht of vertrouwde zq Hindorf even
min als Horst dat deed, die steeds den
spot mat hem dreef Tenslotte verzekerde
zqn zuster, dat deze wending haar verheug
de, maar het had haar zeer verrast
Van dat oogenblik af ging Job dikwqls
naar Lamnitz. Horst keek met een zuurzoet
gezicht toe Hq ergerde zich over die
onnoodige bemoeizucht in hun familie- aan
gelegenheden, zooals hq het noemde. Maar hq
kon er niets tegen doen, want een vreemde
had hier op zich genomen, wat eigenlqk
een plicht voor hem was geweest.
Ernst Hindorf had op zqn reis om de
wereld met een Duitscher in Amerika
vriendschap gesloten. Deze had in Texas
een uitgestrekt landgoed, zoo groot als een
Duitscn vorstendom. Aan dezen man schreef
Hindort, met het verzoek zich over zqn
jongen vriend te onfermen en hem zoo
van weemoedige aandoening.
„Wat leei je daar zoo aandachtig vroeg
*q
„Ik Ieee nle*. Ik bekqk eene gravure."
Zg Daderde en legde hem vertronwelgk de
hand op den schouder.
Hg we«* zwijgend naar de afbeelding in
het boek Erboven stond het opschrift: „De
Avond." Het stelde een rnstig landschap voor.
Achter verre henvelen ging de zon ondsr.
Hare stralen wierpen een gonden avondlicht
over een wqde, vruchtbare vlakte, door welke
zich een b^ek kronkelde. Een herder dreef
langzaam zqn kudde naar het dorp. Op den
voorgrond stond een ouderwetseh, met klimop
begroeid hnisje, dat voor de stoep een klei
nen, overdekten nltbonw had Op den weg,
nibq het hnis schreden naast elkaar, maar
In arren moede half van elkander afgewend,
twee jonge, schoone geefalten, een man en
eene vronw. De vronw had een klod op den
arm, een tweede aan de hand De man, van
het veldwerk teinggekeerd, droeg spade en
schoffel op den breeden schouder. Maar onder
het afdak op het kleine terras zaten de beide
hoofdfigureneen oude man, wiens oogen
met kalme bevrediging blikten naar de onder
gaande zon, en de Ibvenegescllin van dien
ouden man, eene eerwaardige matrone, die.
met gevoaweo handen en met een aitdrnk
king van deernis in de zachte oogen, het
twistznchtlge paar op den weg gadesloeg
Naast de belde ondjes hnrkte een keeshond,
die eveDals de vronw, den kop naar den weg
gewend hield.
En Elmenan keek op, Mathilde'a oogen
ao'kend. Eo toen sprak hq zacht de woorden,
die onder de gravure stonden
De morgen te koel,
De middag te zwoel.
Wat biqft er van al het gewoel
Des levens ten leste
De avond,
En die ia het bette.
Zitting van Dinsdag 3 Juli 1906.
Bq wqse van preludium, kregen we eerat
in eene buitengewone terechtzitting voor
bnrgerlqke en handelszaken een paar uitspra
ken In faillissementen te hooren.
Failliet verklaard werden
H C. Bakker, mannfaetnrier te Den Helder,
(rechtercommissaris Mr. Van Woudenberg
Hsmstra cnrator Mr. W. H. Verhoe ff)
en mej. de wed. J. Kok te Zaid- Sche eer,
gein. Akersloot, (rechtercommissaris Jhr. Mr.
De Savornin Lohmancurator Mr. G. A.
Cohen Staart).
Daarna zagen we een 80 jarigen sinjeur
binnenleiden door den rqksveldwachter A. v.
Kenlen, die dit manneke expres alt zqn
„doosje" ('t Hais van Bewaring) had gehaald,
om 'm, met inachtneming van de noodige
formaliteiten, aan 't E. A college te presen-
teeien.
Willem Sohonten, zoo heet de hier bedoelde,
iz een echte dandy, die met zqn vreeselqk
hoogen boord waarschqnlqk hier heel wat
Icdmk wou makeo, evenalt hq den
laatsten tqd trachtte te doen oveial waar hq
kwam.
Maar zooalt thans ter terechtzitting is
gebleken, liep 't trenrig met hem af. Hq
waa bankwerker In de qeerfabriek van den
heer Van Spall te Alkmaar, doch In Mei jl.
verliet hq die betrekking, want hg had een
aardig spaarpot]-) van eenlge honderden
gulden* en met behnlp daarvan wilds hq de
wqde wereld In, om een werkkring te krqgen
die hem meer „paste."
Maar dat ook andere tnensohen behalve bank-
warkert in qzerfabrieken, moeten werken,
dkt heeft meneer blqkbaar niet ganw genoeg
ingezien. Hq had heel deftig koers gezet
naar Engeland en daar goeden sier gemaakt
in den volsten zin des woords, want hq had
er zqn heele spaarduitje betrekkrlqk ganw
door. Maar 'n lol, dat hq daar gehad had,
nee maar, daar had hq nn nóg voldoening
van, dat was best aan hem te merken En
ook had hq aich niet geschaamd om ten
nndeele van zqn broer, die idioot ia,
valiohbeid in geschrifte te plegen en daardoor
gelden, die de stamper op de spaarbank had
staan, te bemachtigen.
't Ging den avonturier echter niet beter
dan bq verdiende; toen hq n.1. in Engeland,
waar hq handelsreiziger hoopte te worden,
zqae illaaiëa vóór en né zag vervliegen,
terwql zqn dnlten op raakten, dwaalde
Wlmpjö langzamerhand weer naar het
ondetlqk uest terng, dat hq, hoewel hq niet
aoo jong meer Is, toch nog te vroeg was
uitgevlogen, Hq had weldra aan den Hellooër
•traatweg bq den caféhonder Bierman ala
kostganger zqn intrek genomen en op een
goeden dag kwam al dnidelqk aan 't licht,
op welke wqze Sohonten nn dacht aan den
kost te komen.
Den 25en Mei jl. vervoegde hq zich bq den
achoenhandelaar Jb Lind in de Hnigbroower-
mogelqk op zqn boerderq aan te stellen.
Spoediger dan verwacht werd, kwam er een
brief terug, dat mijnheer Van Piessow komen
kon. Wanneer hq arbeid niet schuwde,
was er genoeg bezigheid voor hem te vinden.
Job was overgelukkig 1 Door verschillen
de gesprekken met Hindorf was het hem dui
delqk geworden, dat het aankoopen van
een boerderq groote dwaasheid was. Het
aanbod van zqn zuster, om daarvoor haar
geld te gebruiken, behoefde nu niet aan
vaard te worden.
Auna Marie zag met verbazing, welk een
verandering er met haar broeder had plaats
gegrepen vanaf het oogenblik, dat hq weer
vast land voor sioh zag. Het kwam haar
voor, dat Job jaren ouder geworden was,
zooveel zelfbewuster, zooveel mannelijker.
Hg wist, dat zqn toekomst nu in zqn
vuisten lag Daarginds kon hem zqn adel
lijke naam allee wat hem hier een positie
had verschaft, niets helpen 1
Hq liet al dat klatergoud nu hier
achter. Dat bewustzijn van geheel op zich
zelf te moeten ptaan, en nog eens van
vorenaf te moeten beginnen, in een wereld
dio hq niet kende, drukte den jongen man
niit neer, maar hief hem op, deed hem
zelfbewuster en flinker worden. Anna
Marie, die eerst dikwqls geschreid hsd over
he; ongeluk, dat haar broer had getroffen,
dacht nu, dat deze wending in zijn leven
misschien nog wel goed kon geweest zqn
Ernst Hindorf liet zich op Baderwitsch
niet zien. Anna Marie had in stilte ge
hoopt, dat hq tenslotte, vóór haar broer
vertrekken zou, wel eens zou overkomen.
Zq gevoelde behoefte, hem te bedanken.
Hq mocht niet denken, dat de Flessow's
ondankbaar waren. Een oogenblik dacht zq
steeg en bestelde daar eenlge paren schoenen
op sicht Onmtddeliqk werden voor den deftigec
klant, wiens onder* men troawens in den
schoenwinkel best kende en onder sqne
cliëntkle rekende, alle handen aan 'e werk
gezet. De oude heer Lind liet tqn winkelohef
direct een pasr of 7 schoenen, in prqs vari-
eerende van f6.— tot f7.50, inpakken en
«tuurde den winkeljongen Joh&n Everte
direct met de tending naar Bierman- Hq
ontmoette gelukkig „mqnheer" Schouten in
dra Heilocër straatweg, die hem van 4 paar
schoenen ontlastte en met de andere echoeneu
weer Huigbron wer«teeg waarte zond. Nog
dien eigen avond maakte Wimpje, dat hq
met den laatsten trein In Amsterdam kwam.
Daar verkocht hq drie paar schoenen en
't vierde paer trok hg zelf aan.
Zqn vindingrgke geest liet hem eohter nog
lang niet in den etsek, want den 2den Jon)
keerde hq even naar Alkmaar terng, om bq
den rijwielhandelaar J. Velthuis een fiets te
haren. Daarmede zon hq dan naar Bergen
rqden en 'e avonds vóór 10 nar weer thais
zqn.
Velthuis maakte geen bezwaar om het
rqwiel mede te geven. maar.... fietser en
rqwlel tsg hg de eerste dagen niet weerom.
Eerst hier in de zaal smaakte Velthnie dat
genoegen tenminste wat betreft den
huurderwant het rqwiel zag hg ook
nu nog niet.
Het wat evenmin alt de tohoenen In be
slag genomen, doch door Sohonten voor f7
verpatst in Amsterdam bq dezelfde uitdraag
ster (vrouw Eermans), waar hg de schoenen
van de hand bad gedaan.
Maar iqn kwade praktqken hielpen hem
drommels ganw in de val, want zoo goochem
was hq nog niet geworden, dat hij, in de
engte gedreven, den dsne kon ontspringen.
Ook tot een hernieuwde reis naar zqn gelief
koosd Groot-Brittannië ontbrak hem alle
gelegenheid en Wimpke raakte in het Hnis
van Bewaring te Alkmaar secnnr aohter elot
en grendel, toen de politie door Lind en Velt
hnie van zqne heldendaden wèl onderricht,
hem eenmaal op het spoor was.
Dat viel 'm wel erg tegen, maar hq diende
er toch in te bemeten.
Heden wet hq wel zoo goed, zqne wandaden
te bekennen, wat de zaak gelukkig veel
minder vervelend deed zqn, dan ze andere
stellig ware geworden.
De heer Offioier vond het al heel ellen
dig van beklaagde, dat hq in stede van door
flink werken tqn brood te verdienen, den
grooten mqnheer ging uithangen en niets
goeds uitvoerde.
Behalve datgene, wat hem hier op de
zitting werd ten laste gelegd, heeft hq ook
nog eenlge gevalletjes van flBtschentiekkerq
op zqn geweten.
Mr, Cnopins achtte een zeer zware les voor
beklaagde bepaald noodzakeiqk en elsohte
wegens verduistering, 2 maal gepleegd, 8
maanden gevangenisstraf. Mr. J. Ph Bosman,
die als rechtsknndig raadsman verscheen,
trachtte de zaak met één helder oog te bezien
en had met één enkelen oogopslag gesien
dat in de dagvaarding stond, dat keklaagde
te Alkmaar, althans te Amsterdam
had verduisterd, enz.
Dkt vond pleiter verre van correct en
wanneer dat er door kon, zon hq in over
weging willen geven, voortaan te aetten
in Alkmaar, althans In Nederland...
Z.E.G vond dan ook alleen de weinig be
duidende verduistering van de fiets een motief
tot beklaagde't veroordeelingdoch dat
rqwiel was met f 25 (waarop de waarde werd
geschat) naar spreker 's ooi deel nog wel te
dnnr betaald 1 Ten alotte won Mr. Bosman
dan met het oog op een en ander 'n zachtere
straf versoeken, temeer nog, daar beklaagde
nog nooit veroordeeld Is geworden.
't Volgende zaakje geeft ons niet znlke
deftige gezichten te zien als die van mqnheer
Sohonten. Vooral de beklaagde was een echte
„daagsche" figuur.
't Eenlge bqzondere aan hem was, dat bq
zoowel wat zqn aangezicht als zqa heele
corpus betreft, terdege in de lengte is uitge
groeid, waarmee echter samenging, dat hq in
de breedte wel iets te wentchen overliet.
Hq heet Jan Knqn, is 'n 25-jarige zwart
harige Spaubroeker alager en koopman en
mocht dan alt beschnldigde, zqn eereplaatsje
op het bokkebeantje Innemen. 't Zaakje
waarin deze varkensmoordenaar de trenrlge
hoofdrol speelt,heeft al 'n aardig tqdjein het zont
gelegen, want in de eerate maand deze* jaara
gebeurde het feit reeds, doch. wat in 'n
goad vat is, verzuurt niet
't Was nitvoerlng in da kolfbaan van den
kastelein eu metselaar Gerrit Oost wonder,
(eigenaar en bewoner van 'c oafé „de Linde
boom" ie Hoogwoad) en wel op Zondag
14 Januari j.1. De zangvereeniging van den
heer Rooker trad op met de operette
„Mignon" en verschafte den talrqken
aanwezigen veel genoegen. Doch enkele van
die laldjes, die er bq zalke gelegenheden
steeds op aft zqa om zich te bedrinken en daarna
den boel wat op te scheppen, ontbraken
helaas ook hier niet 't Werd wel geen
vechtpartq, bloedvergieten of dergelqke grn-
er aan, hem te achrqven. Maar toen zq de
pen in de hand had, voelde zq dadelqk de
onmogelijkheid daarvan, Hoe hem aan te
spreken „Zeer geëerde mqnheer Van Hin
dorf." Hoe stjjf, mat en onwaar klonk dat
tegenover een mensch, dien zq in haar ge
heimste uien mat heel andere namen be
titelde.
Horst Piessow hoopte vroeg voorjaar
vader te worden. Hjj hield het daarom
voor beter, dat Anna Marie dien winter
niet bq hem bleef. Anna Marie werd aan
het verstand gebracht, dat zq naar tante
Nettelmtiller in Kranzfelde gaan moest.
Men had haar kamer noodig en verande
ring van omgeving was voor h»»» zeer
goed.
Het uitzicht om nog eens een winter in
Kranzfelde te moeten doorbrengen, had
weinig aanlokkelqks voor haar, integendeel,
zq vond het vreeselqk,
De verzekering van tante Nettelmtiller,
dat er ook gedanst zou worden, kon daar
aan zelfs niet veranderen. Dansen, dat was
hetzelfde als huzaren En die waren door
het lot dat Job had getroffen, bq Anna
Marie uit de gratie.
Zg schreef aan Agatha, die na
hare huwelijksreis weer in Berlqn woonde.
Agatha had haar mondeling en schriftelijk
maermalen uitgenoodigd, bq haar te komen,
zq hadden een kamer reeds voor haar in
gereedheid gebracht. De gedachte, een
paar weken, misschien een paar maanden
bg Agatha in Berlga te kannen doorbren
gen, scheen Anna Marie aanlokkelijk en
beteekende boven alles een redding uit
Kranzfelde en allee wat haar daar wachtte.
Agatha beantwoordde den brief niet zoo
vlug als anders haar gewoonte was. Ea