Zondag 1» Nov. '06.
50e Jaargang. No. 4203.
VIERDE BLAD.
De wolken pakken zich
samen.
VERSLAG
LsDdbosvpreeiveldfii iii kml-Hnllaml.
gedurende 1905.
Sclnr Conrani.
Het eerste levensjaar van een kabinet
pleegt in den regel een tijdperk te zyn,
waarin een soort van godsvrede bestaat voor
het nieuw opgetreden kabinet.
De partq partijen, die den strijd bij de
stembus verloren hebben, schikken met min
of meer gratie xich in haar lot en wachten
met berusting (of wrevel) de daden van het
nieuwe kabinet af. De groepen aan de zijde
der overwinnaars rusten wat uit van de ver
moeienissen van den strijd, in het blijde ver
trouwen, dat althans beproefd zal worden
om te voldoen aan de wenschen, die inzet
zijn geweest van den stembusstrijd.
Deze tijdelijke wapenstilstand geeft aan
geheel de politiek in dien tijd iets meer
reöels, iets meer waars, meer nuchters, dan
in de latere jaren, wanneer naarmate de
stembus meer in het gezicht komt de
strijdlust al feller begint te blaken en de
bestaande verschillen van opvatting meer
plegen te worden opgeblazen, zoodat voor-
steSen, feiten en voornemens in een onjuist
licht komen.
Het Kabinet—De Meester heeft van de ge
neugten van dien godsvrede niet veel geproefd.
Was dit het gevolg van de kleine linksche
meerderheid? van het feit, dat de verschil
lende groepen, die tegen de rechtsche coa
litie waren opgetrokken, op groote punten
van regeeringsgebied nog al ernstig uiteen-
loopen of van de samenstelling van het
Kabinet zelf?
In alle drie deze factoren ligt voor een
deel de verklaring van den huidigen poli-
tieken toestand.
Hadden de kiezers gezorgd voor een meer
derheid van Unie-liberalen en vrijzinnig-
democraten, het Kabinet zou er zeker andere
hebben uitgezien en met name zou met meer
beslistheid werk zyn gemaakt van de beper
king der defensie-uitgaven, dan nu het geval
kon zijn, waar de oud-liberalen slechts met
wantrouwen pogingen in die richting schij
nen gade te slaan.
Maar ook op ander gebied zou met be
slister tred zijn voortgeschreden.
Het moge een daad van verstandig staats
beleid zijn geweest, om de komende Grond
wetsherziening te doen voorbereiden door
eene Staatscommissie, wier rapport een deel
van den strijd tegen de wijziging van onze
hoogste staatswet kan doen verstommen,
naarmate het tijdstip nader komt, waarop
dat rapport zal verschijnen, worden zü, die
tegen de uitbreiding van de kiesbevoegdheid
uit beginsel gestemd zijn, door al heftiger
strijdlust bevangen, hoewel de geschiedenis
hun had kunnen leeren, dat zij niets kunnen
winnen met hun verzet dan tijd, en
alles verliezen.
Bij dit alles komt nu nog, dat op allerlei
punten de partijlijnen niet volkomen juist
doorloopen, zoodat ten aanzien van verschil
lende onderwerpen van regeeringsbeleid de
meerderheid anders geschakeerd is.
Vandaar een zwoele stemming in de po
litieke atmospheer.
Vrijzinnig-democraten en Unie-liberalen
dringen, getrouw aan de bij de verkiezing
aangeheven leuze, aan op vermindering der
defensie-uitgaven, het Kabinet geeft hun
slechts matige, zoo al eenige voldoening.
Van een doortastend ingrijpen in de organi-
satiën is geen sprake, integendeel, men draagt
de afwerking voor van de stelling-Amster
dam, en spreekt nog van den aanbouw van
groote schepen, alsof wij immer oorlogsbo
dems zouden kunnen bouwen geschikt om
het op te nemen tege de kolosses van een
eventueelen vijand.
De rechterzijde, steeds gezind om gelden
toe te staan voor defensie, duidt het den
Minister Staal reeds euvel, dat hij heeft toe
gestemd in een vermindering van het blij
vend gedeelte der militie.
De oud-liberalen, die in de verte de Grond
wetsherziening zien opdoemen, zijn alles
behalve geestdriftig gestemd voor een kabi
net, dat dit vraagstuk aan de orde heeft ge
steld en zouden waarschijnlijk zijn tijdig
sneven niet betreuren.
De anti-revolutionnairen pur sang betreu
ren nog altijd diep den val van het vorige
Kabinet, hoewel de kiezers hun vroegeren
leider daarmede den grootsten dienst hebben
bewezen, die een staatsman ooit bewezen
kon worden, en droomen, vooral na de over
winningen van Leiden enGorinchem,reeds van
een nieuw rechts, bewind.
Zoo pakken de wolken zich samen boven
dit Kabinet!
Wat zal de strijd ons brengen, die tegen
Kerstdag pleegt te eindigen
Een andere groepeering van de politieke
partijen
Niemand, die het op het oogenblik gelooft.
Wel is het de ironie der geschiedenis dat
de man, die scheen te gelooven aan de
vorming van een centrumpartij door oud-
liberalen en christelijk-historischen, prof.
Van der Vlugt, zelf in de Kamer vervangen
is door een lid van de christalijk-historische
fractie, maar noch op een doorvoering van
zijn denkbeeld, noch op een nadere aaneen
sluiting van alle democratische elementen
kan spoedig gehoopt worden.
Wat zal dan het gevolg zijn van de
onweersbui, die dreigend boven ons hangt
Zal het onweer ergens inslaan?
Niemand kan het zeggen, maar inktzwart
is op sommige plaatsen de lucht.
Drijft de bui over, dan zal de atmospheer
even zwoel blijven en weldra zullen nieuwe
buien opkomen.
Intusschen, zelfs al verfrischt de komende
onweersbui de lucht een beetje, helder
wordt het zwerk voorloopig niet. Aan den
horizont zien we steeds een inktzwarte wolk;
zoolang die zich niet ontlast heeft, blijft het
weer ongestadig, de temperatuur benauwend,
of, om de beeldspraak te laten varen, eerst
als de Grondwetsherziening in behandeling
is, zal de politieke atmospheer helder worden,
eerst dan kan blijken, wie de ware demo
craten zjjn.
Sedert 1894 behee recht het Kiesrecht-
vraagstuk onze geheele politiek.
Toen is het gelukt om de finale oplossing
te verschuiven ten koste van de eenheid
aan de linkerzijde.
Zal nu de finale oplossing of de poging
daartoe hoogere eenheid brengen?
OVER DE
Proefvelden aangelegd met het doel
de werking na te gaan van bemesting met
kalk.
34. A. BüURMAX, HoofddorpHaarlemmermeer.
Bruine grond. Paardenboonen na dito.
In 1904 waren op dit proefveld controle-veldjes aange
legd. Zie verslag 1904, blz. 18.
Van een akker, groot 15,96 Are, werd in 1905 de
helft bemest met per H.A. 10000 K.G. kalk in 2 porties, direct
vóór en dadelijk na het ploegen. Deze helft ontving in den
winter van 1903/1904 per H.A 1250 K.G. kalk. De andere
helft bleef beide jaren zonder kalk. De eene helft van de
perceelen met en zonder kalk werd bewerkt met een onder-
grondsploeg, terzelfder tijd dat de andere gewoon geploegd
werd.
Daar de proefnemer had ervaren, dat deze bruine grond
ongeschikt was voor den verbouw van paardenboonen en
bieten, was het doel der proef, na te gaan of door deze
middelen hierin verbetering was aan te brengen.
De kalk werd gestrooid omstreeks half November 1904,
terwijl op denzelfden dag het geheele proefveld werd bemest
met 800 K.G. thomas per H.A.
De boonen zijn gezaaid half Maart 1905, ter hoeveelheid
van 3 H.L. per H.A. Zij zijn goed opgekomen en gelijkmatig
rijp geworden.
Zij zijn geoogst op 15 Augustus 1905.
De opbrengsten waren per H.A. berekend als volgt
Per
Boonen
H.L. Boonen Boonen
Behandeling.
gewicht
stroo
ceel.
in K.G.
in K.G.
H.L.
K.G.
la
Kalk en gewoeld
1975
731/
i o 2
27
2625
lb
Kalk, niet gewoeld
1500
t>
20
2125
2a
Zonder kalk, gewoeld
1937 '/2
n
27
2675
2b
Zonder kalk, niet gewoeld
1487 '/2
n
20
2125
De opbrengsten van la en 2a zjjn ongeveer gelijk, zoo
ook die van lb en 2b, zoodat we moeten besluiten, dat het
woelen nuttig gewerkt heeft, terwijl de kalk geen noemens-
waardigen invloed ten goede heeft uitgeoefend. Ook de
bemesting met thomasphosphaat schijnt geen belangrijke ver
betering van deu grond te hebben bewerkt, evenmin als de
volledige kunstmestbemesting in het vorige jaar, toen op dit
proefveld contróleveldjes waren aangelegd.
Op verschillende proefvelden, waarvan in het voorafgaande
reeds verslag is uitgebracht, was ook een proef met kalk-
bemesting ingevoegd.
Bij No. 2, M. Dekker te Nibbixwoud, kalkarme kleigrond,
scheen ook in 1905, evenals in de voorafgaande proefjaren,
bemesting met 1000 K.G. kalk per H.A. ongunstig te werken
op de opbrengst der voerbieten.
Bij No. 4, C. Rijkeboer te Terschelling, zandgrond, die
elk jaar gehooid wordt, gaf de kalkbemesting in 1905 een
gunstig resultaat.
In het verslag over 1904 werd op blz. 42 gemeld, dat
hier de kalk nadeelig heeft gewerkt, doch de heer Meilink
heeft later bericht, dat in de toen gegeven opbrengstcijfers
een fout is geslopen, die thans in No. 4 van dit verslag is
hersteld.
Bij No. 29, S. Djjksen te Texel, zandgrond, hooiland,
was de opbrengst van A 7, met kalk bemest, 428 K.G. per
H.A. meer dan die van B 7, onbemestin 1904 was dit
verschil 958 K.G. hooi. Aangezien echter de verschillende
perceelen van dit proefveld ongelijk van vruchtbaarheid
waren, mogen zonder voorbehoud deze hoogere opbrengsten
niet op rekening der kalk gesteld worden.
Bij No. 30, K. van der Sluijs te Ilpendam, veenachtigen
grond, hooiland, waren de uitkomsten dit jaar zoodanig, dat
het voorzichtig leek geen conclusie over de werking der kalk
te nemen. In 1904 was dit op een gedeelte van het land
anders, want toen toonden de cijfers aan, dat hier 2 jaar
lang een flinke winst werd behaald, door bemesting met
1000 K.G. kalk per H.A.
Bij No. 21 en 22, G. Blom te Blaricum, zandgrond, het
eene perceel met haver en het andere met aardappelen, was
bij de haver op de kalkperceelen eene kleine meeropbrengst,
die evenwel veel te gering was om de kosten der kalk
bemesting te dekken, terwijl bij de aardappelen op het oog
geen verschil was te zien en daarom de kalkhelften door den
proefnemer niet apart zijn gewogen.
Proefvelden aangelegd met het doel de
uitwerking te laten zien van diepe be
werking van den grond met den onder-
grondsploeg.
In den herfst van 1902 zijn verschillende stukken land
met den ondergrondsploeg bewerkt. De uitkomsten daarvan
zijn meegedeeld in het verslag over 1903, blz. 4349 en over
1904, blz. 43 en 44.
Enkele daarvan zijn dit jaar nogmaals nagegaan, teneinde
te weten, of de invloed dezer grondbewerking nog voort
duurde.
De uitkomsten, per H.A. berekend, zijn opgenomen in
onderstaand overzicht
Gewoeld* Niet gewoeld.
35. P. Korver, Bobeldijk, veenachtigen
grond, aardappelen, 250 H.L. 228 H.L.
36. C. Nieuwpoort, Bobeldijk, veen
achtigen grond, uien, 416 405
37. Jb. de Hart, Wognum, lichten klei
grond, aardappelen, 331 340
Te Bobeldijk, waar in 1904 bij P. Korver het woelen per
H.A. 65 H.L. aardappelen meer gaf per H.A., is dit verschil thans
22 H.L.bij C. Nieuwpoort was in 1904 de opbrengst
der slaboonen iets minder, terwijl thans de uien op het
gewoelde perceel 11 H.L. meer gaven per H.A.
Te Wognum is de geldopbrengst over 3 jaar op het
gewoelde perceel f1681 en op het niet-gewoelde f1625 per
H.A., zoodat met het woelen- f56 voordeel is verkregen.
Dat hier in 1905 een minder gunstig resultaat is waargenomen
mag wellicht aan den drogen zomer worden toegeschreven.
Te Haarlemmermeer bij A. Buurman werd door het
woelen bij paardenboonen eene meeropbrengst van 7 H.L.
per H.A. verkregen. Zie No. 34.
Te Oosterleek bij G. Roos werd door het woelen een kleine
meeropbrengst bij bruine mosterd verkregen. Zie No. 10.
Proefvelden aangelegd met het doel de
uitwerking te laten zien van besproeiing
met Bordeausche pap.
3860. Evenals in vorige jaren werd ook in 1905 in
streken, waar een geschikt persoon voor de besproeiing te
vinden was, een sproeitoestel gestationneerd en werden per
sonen, die zich daartoe aanmeldden, in de gelegenheid gesteld
een proef te nemen.
Zooals uit onderetaanden staat blijkt, is op een vijftal
plaatsen hiervan gebruik gemaakt.
De uitkomsten waren per H.A. berekend als volgt
Num
Plaateen
Datums
Beaproeid
Onbesproeid
Besproeid
meer
en
der
mer
Proefnemers.
besproeiing.
Opper
vlakte
groote kleine
H.L. H.L.
Opper
vlakte
groote
H.L.
kleine
H.L.
groote
H.L.
kleine
H.L.
Aartswoud
1
C. Dentekom
Hoogwoud
3 Juli
19 Juli
237 M'
441
35
237 M1
364
35
73
a
3
P. Jonker
K. Groot
Sint-Panera»
217 M*
188 M'
395
262
78
43
217 M1
166 M»
255
185
76
26
178
Tl
2
17
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
K. Lek
Jb. Groen
D. Kloosterboer
Jn. Koeter
Jn. Koster
Jn. Groen
S. Duif
C. Kloosterboer
P. Gootjes
Jb. Slijker
Jb. Slijker
M. Duif
M. Duif
Houtrakpolder
3 Juli
10 luli
S
3 Juli
11
25 Juli
11
2 snoes
(5 Are)
W
l1/* snees
(3ty. Are)
1 snees
2'/j Are
w
428
570
600
350
710
57
100
71
71
71
1 M»
214
357
428
214
500
28
85
57
71
142
214
213
172
136
210
29
15
14
17
18
A. Barendregt
J. van Elten
Oosterleek
7 Juli
10 Juli
25 Juli
25 JuU
121/» Are
2 Are
244
388
116
38
121/, Are
2 Are
220
260
100
32
24
128
16
6
19
20
21
V. Schermer
V. Schermer
G. Boos
5 Juli
28 Juli
232 \r
140 M1
5 Are
301
500
275
82
11
20
232 M*
140 M1
5 Are
270
430
214
31
18
21
31
70
61
1
De variëteiten, die op de verschillende plaatsen besproeid
zijn, waren: bij proef 1-2-3-8-11-12-19 en 21 blauwen, bij
4-5-9 en 16 graafjes, bij 6 Juli-muizen, bij 7-10-14 en 15
roodbonten, bij 13 blanken, bij 17 Zeeuwsche bonten, bij 18
Borgers en bij 20 Eigenheimers.
Te Sint Pancras hebben verschillende proefnemers niets
afgewogen en daarom konden zij slechts een totaal indruk
weergeven. No. 4-5-9-11 en 12 meldden, dat zij geen zieken
hadden en geen verschil zagenbij No. 6-15 en 16 was de
opbrengst der besproeide merkelijk beter dan de onbesproeide.
Te Sint Pancras schijnt de besproeiing toch nog groote
uitwerking te hebben gehad, althans op de latere soorten,
niettegenstaande het werk wat te laat begonnen werd, daar
de ziekte reeds tamelijk in het loof zichtbaar was, toen voor
de eerste maal besproeid werd.
Aangezien te Sint-Pancras bij het rooien van de besproeide,
en onbesproeide perceelen slechts 1 M2. is afgewogen, hebben
de cijfers van deze proefvelden weinig waarde. Zij zijn alleen
opgenomen in de staat, omdat er met één oogopslag uit blijkt,
dat de verschillen zeer groot waren.
De besproeide veldjes waren 2ij1 tot 5 Are groot.
Te Aartswoud en Hoogwoud bleven de besproeide aard
appelen 2 1 3 weken langer groen dan de niet besproeide
en was het verschil in opbrengst zeer belangrijk, n.1. 73 178
en 77 H.L. groote. Op grond van de verkregen uitkomsten
besloot een der proefnemers te Hoogwoud, in 1906 al zijno
aardappelen te laten behandelen met Bordeausche pap.
Te Houtrakpolder was bij de eerste besproeiing het loof
bij den Heer Barendregt reeds vrij sterk aangetast, het is
dus niet te verwonderen, dat het verschil in opbrengst hier
niet groot was. Bij den heer J. van Elten was bij de eerste
besproeiing nog bijna geen ziekte aanwezig en hier bleek dan
ook de besproeiing zeer voordeelig te zijn, daar per H.A.
128 H.L. groote aardappelen meer werden verkregen.
Ie Oosterleek heeft de heer Schermer de proef dubbel'"
genomen.
De cijfers in de tabel opgenomen zijn de gemiddelde
van beide proeven.
De kwaliteit van Eigenheimers en blauwen, gerooid op,
de besproeide perceelen, was te Oosterleek op alle proef
velden veel beter dan op de onbesproeide.
De heer Roos had door het besproeien een voordeel per
H.A. van f 175 en de heer Schermer bij de blauwen f 92
en bij de Eigenheimers f 151. Zoowel hier als te Houtrak
polder bleven de besproeide velden langer groen dan de niet
besproeide.
De uitvoering der besproeiïngsproeven was opgedragen
aan de volgende heerenA. Nobel te Sint Pancras zorgde
v oor die te Sint PancrasR. Keppel te Aartswoud voor die
te Aartswoud en Hoogwoud: J. C. Dijksen Jr. te Houtrak
polder voor die te Houtrakpolder en J. H. Steggerda, hoofd
van den landbouwwintercursus te Oosterleek, voor die te
Oosterleek.
Te Andijk, waar het besproeien zoowel van matig vroede
als van late aardappelen veelvuldig gedaan wordt en het aan
moedigen overbodig geacht kan worden, werd bij 2 personen
een proef genomen met poeder voor Bordeausche pap, tegen
over pap bereid door bij eene oplossing van kopervitriool
kalkmelk te voegen. Van de aldus bereide pap werd op het
eene perceel evenveel en van gelijke sterkte uitgesproeid als
van de pap uit poeder bereid, n.1. 450 L. per H.A. met 2.4
kopervitriool en op het andere de dubbele hoeveelheid, doch
van halve sterkte.