Donderdag 17 Jan. '07.
51 e Jaargang. No. 4222.
TWEEDE BLAD.
Binnenlandsch Nieuws.
I'
L
Uc. keten in de grienden.
Eenige malen ia in de Tweede Kamer ter
sprake gekomen de toestand van de keten in
den Biesboseh, de woning, gedurende een
groot deel van het jaar, van de werklieden
op kroondomein en op bezittingen van de
rijkste en beschaafdste families van het land.In
haar rubriek „Onder de menschen" publiceert
de „N. Rott. Crt." een serie artikelen: Den
Biesboseh in, waar het leven in die keten
wordt beschreven.
Een houthakker beschrijft het slapen in de
keet als volgt
In de meeste kooien is niet meer ruimte
dan een halve meter per man om te liggen.
Meet 't maar uit, 'n bestekkie van vjjftig
duim. En iedere bultzak is 'n stuk breeder..
Dus als er zeven man in zoo'n kooi van vier
meter hebben geschud, is die vol. En de
achtste roept nijdig: „Waar mot ik nou lig
gen? Yoor my ook 'n plekkie„Ja
zeggen de anderen „d'r is geen ruimte!"
„Niet? Dan zal ik hier en ginder wel
ruimte makenen hij trapt al de bedden
in mekaar tot de zijne er nog bijpast.
„Dan zijn er acht, voor vier meter breedte.
Maar meer dan eens zjjn er meer. Wat let
'tde pachters? Die stoppen er in zooveel
als ze op hun werk noodig hebben. En wie
er over zijn, moeten dan maar zóó op den
kleigrond, achter d'r kissie gaan liggen, als
de minste beesten. Ik heb 't toch bijgewoond
op Leynoorde, dat er in zoo'n zelfde keetje
achttien werkmenschen bivakkeeren moesten,
en dat ze over de kooi heen planken gelegen
hadden op de binten, dat je 's nachts twee
dik gedrongen moest liggen.
„Nou, door den lesten man, die er by
kruipt, wordt eerst 't vuur ingerekend, 'n Put
geklauwd in de assche, wat droge eindjes
hout met 'n beetje vuur, en dan de asch er
weer over, dat 't smeulen blijft tot den an
deren ochtend. En als hij te bed ligt, lig je
allemaal, mannen en jongens, Klem. En wan
neer d'r 's nachts zich één om wil draaien,
moet ie de anderen wakker maken.
„Yoor de warmte slapen er gewoonlijk
twee man samen onder de vier dekens van
hun beiden. Want je moet er niet gering
over denken, als 'k je zeg, meneer, dat er
vaak genoeg 's morgens 'n duim of tien
sneeuw door 't dak heen op ons dek ligt
gewaaid. Nu begin winter, met al dien re
gen, leg ik Zaterdag vóór 'k naar huis ga,
m'n ijzeren pot, voor de dieven verstopt, on
der m'n hoofdstroo in de kooi. En meer
malen als ik Maandags weerom kom, is die
pot van dien regen door't dak overgeloopon.
Daar slapen wij menschen toch geregeld
maar in. En je loon voor je stukwerk is
zóó krap berekend, dat je er geen oogenblik
af durft te nemen, om zoo'n dak dan maar
zélf wat te lappen als toch particulieren,
de Staat noch de Kroondomeinen geen hand
aan hun voor ons in mekaar gesmeten ver
blijven gelegen laten liggen.
Ratten zijn er bij menigte. „Telkens voel
je ze 's nachts met hun ijskoude pootjes over
je gezicht heen loopen. Maar lévende man
nen durven ze toch nooit te bijten
'n Jaar of zes, acht geleden, had er 'n jonge
kerel bij 't hakken in den Biesboseh de slagaar
van z'n pols doorgeslagen. Hij loopt door
naar den waterkant, houdt er zijn arm in
de sloot, maar 't bloed stroopt eruit. Hij
voelde zich minder worden, ging terug naar
z'n keet, en bloedde daar dood. Toen's avonds
z'n maats van 'twerk afkwamen, hadden de
ratten 'm de gaten in z'n gezicht, en z'n oogen
uit z'n hoofd gevreten.
„En dan moet 't gebeuren dat er een ziek
wordt, zoo'n eind van de wereld, door 't water
afgesloten, in zoo'n volgestopte armzalige
keet, waar je niets, niets hebt om te helpen.
Yerleê-winter, immers, is er nog 's nachts een
man gestorven in de keet op Jannezand. En
in die opgepropte kooi hebben de maats
't lyk bij zich moeten houden, tot eindelijk
't tij kwam.
„Ik zelf heb 't immers bijgewoond, dat we
op een oristuimigen winternacht in de keet
te slapen lagen, toen mijn maat, waarmee 'k
onder één deken lag, de cholera kreeg.
„Telkens had hij ons wakker gemaakt, om
dat hij de kooi uit moest naar buiten. Hy
ging zoo schrikkelijk te keer. „O matje lief,
'k ben toch zoo ziek 1" Dan ben je wan
hopend. Wat moet je met zoo'n rampzaligen
stumper beginnen „Wil 'k 'n kommetje
koffie koken Je hebt toch niks anders 1
„Wacht" - zeg 'k - ,,'k zal je 'ne koek
bakken, 'n stevige spekpannekoek. dat je
teminste weer wat in je lijf krijgt!" Maar
hij lustte 't niet. En dan nergens, nergens
hulp te krijgen, daar op je kluitje in modder
en water. Yan vervoeren de eerste uren
geen sprake 't was stik-donkere nacht, t
water aan 't vloeien. En die arme man ging
zoo schrikkelijk te keer, dat je door t wind
gebulder z'n kermen hoorde aan 'teind van
't kooitje.
„Maar toen eindelijk 't tij af was, wou geen
man 'm gaan brengen, omdat 't zoo n slochte
week was geweest en 't geen halven dag
verlet meer kon lijen. Toen heb ik oorst n
paar bossen riet in de roeiboot geleid, den
zieken man erheen gedragen en m daar
zoetjes op uitgestrekt, met z'n beddegoed over
'm heen. En 'n uur of drie tegen den sny-
denden wind in, heb 'k den stervenden kerel
naar huis toe geroeid.
'k Weet nogwe voeren vlak langs n
andere keet, Daar stond een knappe, jonge
hakker water te scheppen, lo$n ie'dn
half dooien maat daar zag liggen, verschoot
ie. En hij riep me nog toe„Bart, Bart,
wat is toch 'n mensch, zooals wjj zyn.
Den eigensten nacht kreeg de cholera dien
zelfden jongkerel te pakken en d'n anderen
lag ie zelf dood in de aak
Dan, dan meneer, zou je je armoe, je
beestenbestaan kunnen vloeken!
Bart zweeg, z'n ouden kop in z n handen.
En eerst na 'n poosje kwam z'n gezicht
weet somber overeind.
En w&arvooi, waarvóór vroeg ie
bitter - sta je van kind af aan tot je af
bent gewerkt, die ellende toch door? - Ja
't komt 'n dood enkel keertje voor, alsalles
eens meeloopt van ty en weer, dat je elf,
twaalf gulden met planten maakt in een
week. Maar je staat onder den blooten
hemel dus je moet alles ontvangen, en t
beurt 'vaak genoeg, dat je Zaterdagsavonds
bü den pachter vyf of vier gulden, soms
'n riksdaalder, beurt, terwijl je vrouwen
zitten te springen naar centen. Want i»
onze huishoudens is immers Dinsdags meest
alles al op."
Een ontploffing.
Men schryft uit Waalwijk
Maandagmiddag om halfvijf ontplofte met
een verschrikkelijken knal de zuivering-in
stallatie der gemeente-gasfabriek. Het front-
gebouw aan de Stationsstraat, waar deze
inrichting zich bevond, stortte met donde
rend geweld ineen en vloog in brand. Ge-
lukkig zjjn geen menschenlevens^e betreu
ren, daar niemand van het fabrieks-
personeel, op het oogpnblik der ramp, in
dat gedeelte der fabriek aan het werk was.
De directeur, de heer J. van Dijck, was
niet aanwezig, doch voor zaken der fabriek
in het naburige Besoyen.
In de openbare school zyn alle ruiten
gesprongen, terwijl in de tegenover de
fabriek gelegen woningen, behalve de ven
sterglazen, ook de sponningen der vensters
vernield zijn. Ook binnen in de huizen is
groote schade aangericht. Van eenige ge
bouwen zijn zelfs de muren gescheurd.
In een oogwenk was de geheele gemeente
in rep en roer en een zenuwachtige span
ning maakte zich van het publiek meester,
daar er nog gevaar voor verdere ontploffingen
ondersteld werd, wegens de nabijheid der
andere fabrieksgebouwen en der gashouders.
Zoover is het echter niet gekomen.
Door de onmiddellijke aanwezigheid der
brandweer slaagde men er spoedig in, met
behulp van eenige slangen op de hoogdruk
waterleiding, het vuur meester te worden.
De schade is aanzienlijk, doch door assuran
tie op beurspolis gedekt.
De oorzaak schijnt gezocht te moeten
worden in het ontstaan van een lek in de
leiding boven de zuiveringskisten, doch
zekerheid bestaat hieromtrent niet.
De levering van gas zal waarschijnlijk
door kunnen gaan, daar in de gashouders
nog voldoende voorraad is, doch verschillende
schoenfabrieken, die een gasmotor voor
beweegkracht gebruiken, zullen moeten stop
zetten.
Gedurende het 4e kwartaal van het af-
geloopen jaar werd in de schoolspaarbank te
Waarland ingebracht f97.44 en terugbetaald
f 13.50, zoodat geboekt bleef een bedrag van
f83.94.
Gedurende het geheele jaar waren deze
sommen als volgtIngebracht f 631.47
terugbetaald f 145.88, saldo te goed f 485.59<
De heer W. Smit te Harenkarspel
heeft met gunstig gevolg deelgenomen aan
het examen voor verkorten diensttijd; hy
voldeed aan de beide eischen, van militaire be
kwaamheid en lichamelijke geoefendheid.
Versteende menschen.
Een onzer medewerkers schrijft:
Dezer dagen deelde de „Frankfurter Zei-
tung" mede, dat in het stedelijk ziekenhuis
te Wiesbaden was overleden een 36-jarig
bouwkundige, die sedert 17 jaren aan een
versteeningsziekte (een hoogst zeldzaam ge
val) was overleden.
Ook in ons land hebben wij twee zulke
gevallen. In het Academisch Ziekenhuis te
Leiden worden sedert jaren twee patiënten
verpleegd, die langzaam tot versteening over
gaan. Een hunner, een Dordrechtenaar, ver
toeft er reeds 12 jaar. Yan de voeten tot
zyn halve bovenlijf is reeds versteend, even
als zijn armen tot aan de polsen. Hij be
speelt op zeer kunstige wijze een mondhar-
monika, die hij aan een stok bevestigt en
met zijn nog beweegbare vingers naar zijn
mond brengt. Het grootste gedeelte van den
tyd brengt hy in den tuin liggende door op
een van een rustbed voorziene baar. Hij is
zeer opgeruimd en krijgt veel bezoek.
De andere patiënt wordt een 9-tal jaren
in hetzelfde ziekenhuis verpleegd, doch is,
in tegenstelling van zyn lydensgenoot, geheel
krom. Zijn knieën raken bijna zyn hoofd;
hy kan geen andere houding aannemen, daar
het meerendeel van zijn ledematen versteend
is. Kon eerstgenoemde patiënt nog met
gemak en zonder inspanning spreken, laatst
bedoelde kan slechts moeilijk klanken voort
brengen, die alleen door de verpleegster ver
staan worden.
Een bijzondere studie wordt in het Acade
misch Ziekenhuis van deze beide patiënten
eem,"kt (Hd.bld.)
Speelzucht.
Ook te Coevorden heeft men van over
heidswege reeds maatregelen moeten nemen,
om de toenemende speelwoede tegen te gaan.
De burgemeester heeft een circulaire gericht
aan alle vergunning- en verlofhouders,
waarin er op gewezen wordt, dat er in den
laatsten tyd veel en grof om geld gespeeld
wordt. Hij geeft in overweging spelen als
gokken, tikken, zeilen en vijven tegen te
gaan. Er zal streng op worden toegezien.
Voorts is in herinnering gebracht, dat, zoo
lang de bezoekers in de lokaliteit aanwezig
zijn, de hoofddeur niet mag worden afge
sloten.
Onder hel hooi.
Men meldt uit Onnen (Haren) aan de
Ass. Ct.
Kortelings is het voorgevallen. En voor
de waarheid ervan staan wij in.
Voor eenige jaren werden vele gemeente
besturen bevangen door een brandspuit-aan-
schafkoorts. Ook hier is indertijd zoo'n
dingetje gekomen, dat ternauwernood een
vensterkozijn kan natmaken op 2 meter af-
stands. Opgeborgen werd zij, by gebrek aan
beter, in een boerenschuur.
Onlangs verschijnt er een commissie in
optima forma tot het nazien en controleeren
van de spuit. Edoch de spuit is zoek. Ge
moedelijk komt de eigenaar van de schuur
tot de commissie zeggen„Ai hom probee-
ren wilt, dan moei 't aander jaor maor weer-
koomn. Ei zit under 'theuj."
Nederland Bovenaan
In het „Bulletin de la Société des études
coloniales et maritimes" van December j.1.
vinden wij eene statistiek over 1895—1905
van de geboorten en sterfgevallen in de
Europeesche landen. Uit de daaraan door
ons toegevoegde laatste rubriek blijkt, dat
in vooruitgang van het zielental Nederland
de kroon spant:
Op de duizend inwoners.
Meer gebo-
Geboren. Overleden, ren dan
overleden.
Noorwegen 28.2 14.3 13.9
Zweden 25.8 15.3 10.5
Denemarken 28.5 13.9 14.6
Duitschland 34.1 19.6 14.5
Nederland 81.4 15.9 15.5
België 27.1 16.8 10.3
Frankrijk 21 19.5 1.5
Zwitserland 27.7 17.8 9.9
Portugal 32.1 19.1 13.
Spanje 34.4 25.8 8.6
Italië 32.6 20.9 11.7
Oostenrijk 35.6 23.8 11.8
Hongarije 37 24.8 12.2
Gr. Br. en Ierl. 27.6 16.5 11.5
De toeneming der bevolking houdt na
tuurlijk met deze ey'fers geen gelijken tred
emigratie en immigratie doen daarbij haar
invloed gelden. Maar de stelling, door Ne
derland in bovenstaande lijst ingenomen,
bewijst voor de kracht van ons volk en
voor de goede hygiënische voorwaarden,
waaronder het leeft.
Be barbierster.
Men schrijft uit St. Annaland
Wat men in de groote steden dikwijls te
vergeefs zoekt, wordt op een afgelegen dorp
soms gevonden. Zoo bestaat hier een meisje,
dat het beroep van barbier on haarsnijder
Juitoefent. Toen verschoidene jaren geleden in
zeker huisgezin de vader, die barbier was,
j overloed, had zyn oudste meisje zooveel van
het vak geleerd, dat zij in staat was de zaak
in het belang van haar moeder en haar jon
gere broeders en zusters voort te zetten,
j Na eenige jaren trad zy in het huwelijk
en verliet nu den barbierswinkel. Evenwel
werd de zaak niet opgeheven, want een jon
gere zuster, toen nog maar een aankomend
meisje, maar even bekwaam in het vak als
de oudere, nam die over. Dat gaat nu al zoo
vele jaren. De tegenwoordige barbierster is
ruim 20 jaar, ze heeft een drukken scheer
winkel en gaat dagelijks uit om verscheiden
klanten aan huis te bedienen,
j Ook schaar en knipmachine weet zy vaar-
dig te hanteeron. Zoo dikwijls het jachtge-
j zeischap in de gemeente vertoeft, scheert zy
de deftige heeren.
Heeft Pary's thans zyn vrouwelijke koetsiers,
ons dorp heeft zijn barbierster.
De Gymnastiekvereniging *,D. O. V"
j te Oudcslnis gaf j.1.'Zondag in het lokaal
I van den heer Jm. Kreyger aldaar haar eerste
1 openbare uitvoering. Zy bestaat ongeveer
f veertien maanden lang. In een openings-
j woord schetste de leider der vrye- en orde-
j oefeningen het lijden van „D. Q. V.", haar
verschillende kwalen enz. en men beoogde
met het geven van dit uitvoerinkje, (uitvoe
ring kon het volgens den leider nietheeten)
te laten zien, dat de vereeniging nog leefde
en ook o.m propaganda te maken voor haar,
die nog maar het kleine aantal van elf leden
heeft. U,w verslaggever moet erkennen dat
er door dat kleine groepje Zondagavond heel
goed gewerkt is. Vooral de vrye en orde
oefeningen werden heel correct uitgevoerd.
1 Het is onze wensch dat „D. O. V." door een
grooter aantal leden nog eens een tijdperk
van bloei moge doorleven.
Smakelijk eten.
Een heele bezending blikken met gecon
serveerde groenten, 15 a 20.000 blikken, ge-
vuld met andijvie, doperwten en snyboonen,
I is door de keurmeesters van den gezondheids-
dienst te Amsterdam afgekeurd. Een dek-
schuit had de lading aangebracht uit Medem-
biik, met bestemming voor een firma aan
den Binnenkant, doch by onderzoek bleek,
dat de inhoud, blijkbaar lang geleden inge
maakt, bedorven was. Op last van den ge
zondheidsdienst is de heele zending per kar
naar de Stadsbelt gebracht, en daar zalmen
wel afdoende gezorgd hebben dat er niets
van in omloop is gebracht.
Ken gauwdief.
Te Amsterdam heeft een gauwdief een
handig stukje uitgehaald. De koetsier Jan
van Dijk liet zyn rijtuig, met een bruin
vosje bespannen, even onbeheerd aan het
Rokin staan.
Van deze kortstondige gelegenheid wist
een tot nu toe onbekend man gebruik te
maken, om op den bok te springen en met
paard en al er vandoor te gaan.
Den ontstelden koetsier konden voorbij
gangers alleen mededeelen, dat zy zyn bakje
in de richting Spui hadden zien wegrijden.
Tot nu toe is er geen spoor van terugge
vonden. (Tel.)
Drankmisbruik.
Vrouw C. W., een ongehuwde doofstomme
moeder, ging Zondagavond uit, de zorg voor
haar kind van twee maanden toevertrou
wende aan haar moeder.
Te 11 uren thuis komende in haar woning
in de Doelstraat, te Rotterdam, vond zy haar
moeder vermoedelijk tengevolge van drank
misbruik, slapende in bed liggen, gedeelte
lijk boven op het kind, dat, toen zy het te
voorschijn haalde, bleek reeds te zijn over
leden, doodgedrukt door de grootmoeder.
Het lijkje werd ter gerechtelijke schou
wing naar het ziekenhuis gebracht.
Bloedvergiftiging'.
Zekere H. Hoogkamp, een 56-jarige ge
huwde slager en vilder, te Dieren, had bij
een boer 't vel van een aan ziekte gestorven
koe afgedaan en daarbij geen acht geslagen
op een wondje aan zyn hand. Hij kreeg
bloedvergiftiging en reeds eenige uren daarna
zwollen hand en arm onrustbarend op en
stierf de man weldra onder vreeselyk lijden.
De geneesheer constateerde, dat hy over
leed aan miltvuur.
Baldadigheid.
Zondagavond omstreeks kwartier over
acht klonk op de Prinsengracht te 's-Graven-
hage dicht bij de Groote Markt een geluid
als van een pistoolschot en van mond tot
mond ging op de druk bezochte Zaterdag-
avondmarkt het verhaal van een moord,
gepleegd op een man door middel van een
vuurwapen. Bij onderzoek bleek, dat hier
van een misdrijf geen sprake was; wèl
hoogstwaarschijnlijk van de baldadigheid der
straatjeugd, welke bijna een ernstig ongeluk
had tengevolge gehad.
Van twee mannen, die rustig met elkaar
stonden te praten, werd nl. één bloedend
aan het gelaat verwond, juist terwijl de
electrische tram passeerde. Men vermoedt,
dat een met kruit en glas gevuld voorwerp,
dat op de rails was gelegd, ontplofte en
dat de verwonde door een scherf in het ge
laat werd getroffen.
In het Gemeenteziekenhuis, waar de
wond werd verbonden, bevond men, dat
deze gelukkig niet van ernstigen aard was.
Humor in de verzekering.
Uit het jongste jaarverslag der Rijksver
zekeringsbank knipt de Tijd het volgende
stukje
„Door een der geneesheeren van een groot
ziekenhuis werd opgemerkt, dat indien er
een zeker aantal patiënten b. v. met been
breuken aanwezig is, waarvan de eene helft
krachtens de Ongevallenwet 1901 verzekerd
is, de andere niet, de verzekerden zich nog
steeds niet in staat gevoelen te loopen, veel
minder het ziekenhuis te verlaten, nadat de
andere reeds sedert weken, soms sedert
maanden aan het werk zyn.
„Ook trof het iederen arts, die de wekelyk-
sche zitting in dat ziekenhuis bijwoonde,
dat de verzekerde patiënten met beenfracturen
in een zeker stadium der genezing over het
algemeen veel minder goed liepen dan de
niet verzekerde lyders. In het algemeen
werd meermalen alleen aan de wyze van
optreden van een patiënt gemerkt of hy
volgens de Ongevallenwet verzekerd was of
niet.
„Dergelijke trage arbeidshervatting werd
door vele artsen vóór het in werkingtreden
der Ongevallenwet slechts zelden of nooit
gezien, terwijl zij thans veelvuldig voor-
komt."
Bet doodshoofden.
Deze week, op 'n frisch-heerlykon middag
wandelend langs de „Vaartkant" te Roosen- j
daal, schrijft iemand aan de Gr. wet, zag ik, j
even voorbij 't houten bruggetje over de 1
Vaart, achter 't nieuwe schoolgebouw, 'n
stuk of vijf,zes armoedig gekleede kleuters van
jongens, die, onder veel lachend kabaal, met 'n
soort van groote ballen aan 't bollen waren,
waarvan telkens brokstukken en schorven
afvielen, wanneer ze met elkaar in botsing
kwamen. Daardoor meer opmerkzaam ge
worden, keek ik wat oplettender naar deze
eigenaardige bal-party, toen ik eensklaps, tot
m'n groote ergernis, merkte, dat de voor
werpen waarmède de jongetjes zich ver
maakten, niets minder of meer waren dan
een drietal doodshoofden. De kleinen ver
haalden, dat ze hun speeltuig opgedolven
hadden op 't verwaarloosde oude kerkhof,
daar in de nabijheid gelegen, en dat er van
deze „ballen" nog veel meer te vinden waren
Texelse!» vee.
Dat de uitvoer van vee voor dp Texelsche
fokkers wederom belangrijk is geweest in
1906, kan blijken uit de volgende cijfers:
verzonden werden 35.444 lammeren, 5741
schapen, 1514 koeien, 684 kalveren, 59 veulens,
59 paarden en 617 varkens.
De pry'zen waren gemiddeld hoog.
Loting voor de nationale militie.
De Tyd bevat het volgende adres, dat
voorzien van L0.000 handteekeningen, is ver
zonden aan H. M. de Koningin
Mevrouwe
Ondergeteekenden hebben kennisgenomen
van een verzoekschrift tot afschaffing van
de loting voor de nationale militie, en nemen
daarom met verschuldigden eerbied de vrij
heid Uwer Majesteits aandacht voor het
volgende te verzoeken.
Indien toch wat, naar wy hopen, niet
zal geschieden de loting voor de nationale
militie wordt afgeschaft en m.a.w. de alge-
meene dienstplicht zal worden ingevoerd, is
er slechts één stap noodig om te komen tot
uitbreiding van het leger, 't Mag dan ook
niet worden verzwegen, dat, volgens alge
meen gevoelen, de actie tot afschaffing der
loting tot ondergrond heeft: legeruitbrei-
ding.
Afgescheiden van alle andere bezwaren,
welke de gevolgen zouden zijn van den
algemeenen dienstplicht, geldt 't groote
bezwaar: vermeerdering der lasten van Uwer
Majesteits onderdanen.
Indien de belangen van het land algemee
nen dienstplicht eischten, wij zouden met dit
verzoekschrift niet zijn gekomen.
Om maar ter wille van militaristische
idealen den toch al zoo zwaren belastingdruk
op middenstand en minvermogenden te ver-
grooten om onnoodig den een uit zyn
studie, den ander uit zijn betrekking of
kostwinning te rukken komt aan onder
geteekenden voor in 't absolute nadeel van
handel en nijverheid, en dus ook in het na
deel des lands te zijn.
De industrie heeft in de allereerste plaats
noodig deugdelijke sociale verhoudingen.
Industriescholen en vakonderwijs voor
middenstand en arbeiders, ziekte- en inva
liditeitsverzekering, ouderdomspensioenen,
betere regeling van de arbeids- en rusttijden,
beteugeling der huisindustrie, invoering van
publiekrechterlijke beroepsorganisatie, sociale
rechtspraak enz. enz., zyn absoluut noodig
in het hygiënisch en sociaal belang van het
volk en voor een krachtige ontwikkeling van
handel en nijverheid.
En voor al deze zaken kan niets of wei
nig worden gedaan, omdat leger en marine
een ontzaglijk percentage der belastingen
eischt.
Om deze ernstige redenen doen onderge-
j teekenden Uwe Majesteit het dringend ver-
I zoek niet te doen overgaan tot afschaffing
j van de loting voor de nationale militie.
Nog maar vijf.
In Friesland waren den len Januari j.1.
j nog 5 oud-stryders van 1830—32, gerechtig-
den tot het dragen van het Metalen Kruis,
j allen van 94 tot 96 jaren oud, die inbehoef-
tige omstandigheden verkeeren en van het
Comité voor oud-stryders onderstand genie-
ten.
Openbare Raadsvergadering te Haren
karspel, 12 Jan. 1907.
Afwezig de heer J. B. Boekei.
De Voorzitter opent de vergadering, heet
de leden welkom in deze eerste bijeenkomst
in 1907 en spreekt den wensch uit, dat de
beraadslagingen mogen strekken in het
belang der gemeente.
De notulen worden hierop gelezen en
onveranderd vastgesteld.
De Voorz. deelt mede, dat bij de laatste
verificatie in de kas van den gemeente-ontvan
ger overeenkomstig de boeken aanwezig is
bevonden eene som van f 1637.35Jvoorts,
dat bericht van de ontvangst der herzie-
j ningsverordening is ingekomen,
i Eindelijk wonscht de Voorz. nog aan te
vullen eene mededeeling in de vorige verga-
dering gedaan. Toen is n.1. verzuimd, na
1 de vermelding der goedkeuring van de
gemeente-begrooting over 1907, te zeggen,
j dat omtrent de jaarwedde van den Burge-
i meester en Secretaris, de beslissing van
Gedeputeerden nader zal worden medege-
deeld.
Een en ander wordt voor kennisgeving
1 aangenomen.
Ter tafel wordt gebracht een schrijven
j van de Naaml. Landb.- en Handelsvereni
ging Langedyk en Omstreken, om finan-
j ciqelen steun te verleenen aan het plan tot het
aanleggen van een spoorlijn van het station
naar het dorp Noord-Scharwoude. Besloten
wordt aan de vereeniging te doen weten,
dat op een verzoek van het comité voor
den spoorweg, om bij te dragen in de voor-
loopige kosten, reeds gunstig is beschikt.
Volgt de benoeming van eene onderwijzeres
te Waarland. Na voorlezing van het bericht
van het betrokken schoolhoofd, alsmede van
het advies van den heer Arr.-Schoolopziener,
wordt met algemeens stemmen benoemd
mej. A. Groen te Markeloo, no. 1 der voor
dracht, die, naar met grond kan worden
verwacht, op 16 dezer, als wanneer de
vacature ontstaat, in dienst kan treden.
Per draad zal aan de benoemde van de
benoeming worden kennis gegeven.
De Voorz. deelt mede, dat het Best. van de
Banne Harenkarspel het niet noodig acht een
opzichter aan te stellen, zoodat van het denk
beeld om voor gemeenschappelijke rekening
een opzichter te benoemen, moet worden af
gezien. Dit zal intusschen eenige verandering
veroorzaken, wat het door de gemeente uit
te loven salaris betreft; voor f75, het aan
deel dat wy dachten te geven in het ge
meenschappelijk salaris, zullen wy nu waar
schijnlijk geen opzichter kunnen krijgen.
De heer Slot vraagt: zou er zooveel werk
aan de betrekking van gemeente-opzichter
verbonden zyn, dat f75 salaris onvoldoende
is De Voorz. meent van wel en wyst daarbij
op de gein. Schagen, waar wel veel meer
voor oen opzichter te doen is, doch waar het
salaris ook f300 bedraagt. Spr. meent, dat
het tyactement hier f100 moet worden.'
De heer Burger zou liever met f75 begin
nen; molden zich geen sollicitanten aan, of
blykt later, dat het salaris te gering is dan
kan het altijd nog verhoogd worden.
De heer Slot vindt het beter, nu de nieer-
doiheid van oordeel is, dat f75 te min is,
terstond een voldoend salaris uit te loven;
voor goed loon is goed werk te verwachten.
Do hoer Burger handhaaft echter zy n meening,
aanvoerende dat in St. Maarten voor den
bouwopzichter in 1905 slechts f 15 is uitbe
taald wanneer nu in Harenkarspol tweemaal
zooveel gebouwd wordt, blijft er voor het
andere werk nog vrywat over.
"e b,6?r Post is van oordeel, dat eene
vergelyking met St. Maarten niet opgaat en
meent evenals de heer Keesom, dat het sa
laris f100 moet zyn.
Met vyf stemmen (de heer Burger bleef
voor f /5) wordt het salaris hierna op f100
bepaald en besloten, sollicitanten op te roepen
tegen 1 Febr. a.s.
V óór de benoeming zal de instructie wor
den vastgesteld.
De heer Burger zegt: het is misschien
wat voorbarig, om daar nu reeds over te
beginnen, maar ik zou er voor zyn, zooals
ik in de vorige vergadering trouwens reeds
heb gezegd, om de gemeentewerken aan te
besteden voor 't vervolg. - De heer Slot is
van gevoelen, dat daaromtrent later wel
eene beslissing kan worden genomen. De
Voorz. zegt, dat in elk geval overleg met
den opzichter noodig zal zyn, omdat niet
alle werken voor aanbesteding vatbaar zyn.
De heer Burger brengt in herinnering,
dat, toen hy onlangs voorstelde, de leveran-
tiën der brandstoffen onder de ingezetenen
te verdeelen, door den Voorz. aanbesteding
in het belang der gemeente werd geacht
als dat met het één zoo is. zal 't ook met
het ander zyn.
De heer Zut is niet voor aanbesteding
van gemeentewerken, omdat alsdan door -
de scherpe concurrentie vaak geknoeid wordt.
Met de brandstoffen kan ook geknoeid
worden, zegt de heer Burger, doch volgens
den °orz. is dat niet het geval, hoewel bij
brandstoffen-leverantiën niet het toezicht is
dat bij onderhoudswerken kan zyn.
Nadat de heer Bypost nog had opgemerkt
dat werken van eenig belang, zooals school-
verbouw, nieuwe banken enz. steeds worden
aanbesteed, wordt over dit punt niet verder
uitgeweid.
Ter tafel wordt gebracht een schrijven
van den heer Dr. J. Keyser alhier, houdende
mededeeling, dat hy om gezondheidsredenen
zyne praktijk moet nederleggen en daarom
verzoekt hem met 1 April a.s. (in het korte
vers ag in het vorig nummer stond abusie-
velijxv 1 ebruari a.s.) te ontslaan als ge
meente-geneesheer. Overeenkomstig het
voorstel van den Voorz. wordt besloten
dat ontslag eervol te verleenen. De heer
Burger zegter is alle reden, het ontslag op
de meest eervolle wyze te verleenende
heer Keyser heeft gedurende een reeks van
jaren, zeer ten genoegen van de meeste
gemeentenaren, zyne praktyk waargenomen.
De Voorz. merkt op, dat alvorens stappen
kunnen worden gedaan om in de vacature
te voorzien, opnieuw de jaarwedde vastge
steld dient te worden. De jaarwedde bedraagt
thans f 1000, doch B. en W. rneenen, in hunne
laatste vergadering dit onderwerp bespre-"
kende, dat voor t vervolg eene jaarwedde
moest worden uitgeloofd van f750. Voorz.
wyst er op, dat de toestanden in de gemeente
veel zyn veranderd sedert den tyd toen Dr.
Keyser werd benoemd. Het aantal patiënten,
die gratis behandeld worden, is minder:
daaibij heeft de dokter een fonds, waarin
velen zyn opgenomen, die anders in de ter
men zouden vallen voor gratis-behandeling
De heer Burger vindt bezuiniging wel goed,
doch stelt zich in dit geval de vraag: kunnen
wy voor f75Q een flink dokter krijgen, en
dan meent hy van niet.
De heer Bypost is het volkomen eens met
den vongen spreker, doch wyst er op, dat
u un voorstel rekening hebben
gehouden met hetgeen reeds meermalen over
het salaris van den Dokter in den Raad is
besproken.
De oorz. herhaalt, dat de toestanden veel
I zyn veranderd, doch er volstrekt niet tegen
I ,zyH bÜv- de jaarwedde op f800 te be
palen. Dit komt den heer Zut wat hoog voor
z.i. is f700 voldoende.
De heer Slot vraagtkunnen voldoende
motieven worden aangevoerd voor de ver
mindering? Wel zeker, zegt de heer Bijpost,
die motieven zyn reeds genoemd. Er is wel
beweerd, zegt de heer Slot, dat de dokter
invloed uitoefent, om verschillende personen
in t fonds te krijgen; als dat zoo is, zou
het fonds later wel kunnen verminderen.
Ook den heer Zut is van den aandrang van
den dokter, om personen die eigenlijk in
de termen vallen yoor gratis-behandeling,
m t fonds te krygen, wel eens iets ter
oore gekomen. Den dokter hierover een
verwyt maken gaat volgens den heer Bur-
ger niet op. Wie niet betalen kan, behoeft
met in t fonds te gaan.
De heer Bypost merkt op, dat de lijst van
personen die voor gratis-behandeling in aan-
meiking komen, door den Raad wordt op
gemaakt; wyl die lyst, zegt de Voorz., in
den laatsten tyd niet is herzien, zou ze
vooi door SoJl. inlichtingen worden gevraagd
door B. en W. voorloopig kunnen worden
nagegaan. Blykt dan, dat het aantal op do
lyst te plaatsen personen niet meevalt
dan zou nog wel eens kunnen blyken, dat
het voorgestelde salaris te laag was, zegt
de heer Slot. De heer Bypost is daar niet
bang voor en meent, dat er wel soll. zullen
komen; er zyn nu veel meer dokters dan
vroeger.
De heeren Groot en Zut zjjn van oordeel
dat we voor f 750 evengoed een dokter krij
gen, waarop de heer Burger herhaaldehoe
beter salaris, hoe meer kans dat wij een
bekwaam arts krygen.
De Voorz. acht het onderwerp voldoende
besproken, waarna wordt uitgemaakt dat
i het salaris zal worden f 800 en vrije woning
i vl ATv Gr°a°i 6I? Zut verklaarden zich
XS f an? moeten de armen
behandeld worden en tevens is daaronder
begrepen vaccinatie en doodschouw.
Op voorstel van den Voorz. wordt goed
gevonden een oproeping te plaatsen in de
Geneeskundige Courant en in het Tijdschrift
voor do Geneeskunde. Hiaschiift
By do rondvraag vestigt de heer Groot
de aandacht op de moeilykheid om bij ster
ken sneeuwval tydlg voldoende personeel
te krygen om de sneeuw op te ruimen.
Ook in andore deelen van de gomeente was
dat onlangs gebleken. Teneinde aan dat
bezwaar tegemoet te komen, neemt na eenige
bespreking elk raadslid op zich, een paar
personen uit zyn omgeving aan te wijzen,
die, zoodra t noodig mocht zyn, met sneouw-
opruiming aanvangen. Het loon wordt be
paald op 15 cent per uur en voor nachtwerk
op 20 ct.