I'
Verzoening.
KIEZERSLIJST.
Zondag IU Feb. 1907.
5ie Jaargang. INo. 4229.
DERDE BLAD.
gemeente schagen.
Itendmak
383ste Staatsloterij.
Arrondissements Recht
bank te Alkmaar.
3e
—0—0—
i n g} e n.
den t$d, gedurende welken iemand volgen» het vorig
artikel in dienstbetrekking is gewee»t, de tnd mede-
geteld, gedurende welken de 'erkeiamheden, waarvoor
hij in dienst is, hebben stil_gealaan, ook indien
gedurende dien tijd de dienstbetrekking tijdelijk wai
opgeheven.
Indien het inkomen, bedoeld in art. lb 2o., als
vaat week-, vee.tiendaagscb-, maand- of jaarloon
is genoten en dit loon wegens ziekte of verwonding
gedurende ten hoogste twee maanden niet of niet ten
volle i» ontvangen, wordt het geacht tot hel normale
bedrag te zjjn genoten.
Indien in de plaats van het inkomen, bedoeld in
art. lb, 2o., eene tijdelijke ongevallen-rrnte wordt
genoten, wordt deze, zoolang zjj wordt genoten, in
rekening gebracht tot een bedrag, gelijk aan het
normale loon.
Inkomen, pensioen en lijfrente, bedoeld in art. lb,
2oder vronw geldt voor haren man; dat van de
inwonende minderjarige kinderen voor de kelft voor
hunnen vader.
Indien gedeelten eener gemeente in de bij deze wet
gevoegde tabel afzonderlijk worden genoemd, wordt de
grens tusseheu die gedeelten door Ou», Gedeputeerde
Staten gehoord, bepaald eu wanneer verandering van
omstandigheden daartoe aanleiding geeft, gewijzigd.
Van deze besluiten wordt mededesling gedaan in
de Staatscourant, met bijvoeging van de adviezen van
Gedeputeerde Staten, voor zoover bij de besluiten van
die adviezen is afgeweken
Volgen9 artikel 20 der Wet is voor hen, die krach*
tens vroeger gedane aangifte op de loopende kiezers»
lijst voorkomen hernieuwde aangifte our^odig indien
de plaatsing op die ljjst. berustte op:
lo. bewoning van een huia of gedeelte van een huis
of van een vaartuig, mits zij op 81 Januari alsnog
hetzelfde huis of een gedeelte van hetzelfde huia of
hetzelfde vaartuig bewonen
2o. genot van pensioen of lijfrente;
80. bezit van eene inschrijving in de Grootboeken
der NatioH&le Schuld of van een inleg in eene
spaarbank
4o. aflegging vau een examen.
1 Daarentegen is hernieuwde aangifte wèl noodig voor
een door_ den OntvangMt j ten, wier plaatsing op de lpst bi-natte op.
lo. bewoning van eea huis of gedeelte van een
De Burgemeester der gemeente Schagen,
Gelet op de artikelen 11, 12 en 13 der Kieswet;
Noodigt de mannelijko inwoners der Gemeente nit
cm, zoo zij in eene andere Gemeente over het laatst-
verloopen dienstjaar in eene der Rijks directe belas
tingen zjjn aangeslegen, wat de grondbelasting betret
m eene andere Gemeente of in meer gemeenten e
'.amen, tot een bedrag van ten minste één gulden,
deaivan door overlegging der overeenkomstig het
bepaalde bjj artikel la der Kieswet, voor voldaan
geteekende aauslagbiljetten voor den löden Februari a.s.
te doen blijken. Deze aanslagbiljetten worden na de
vaststelling der kiezerslijsten aan belanghebbenden
teruggegeven
Nog worden de mannelijke inwoners, die opgrond
van het bepaalde bij het viarde lid vau artikel 2 der
voormelde wet aanspraak meenen te kunnen maken
om geplaatst te worden op de kiezerslijst, uitgenoodigd
daarvan vódr den löden Februari a.s. aangifte te
doen.
De bewijsstukken, bjj zoodanige aangifte over te
waartoe moeten behooren het aanslagbiljet, of j
5de klaase, 12de trekking.
HOOGE PRIJZEN.
/1600: 3831.
f 1000487, 2408, 2937, 3290, 5622, 6601, 6776,
9561, 17020.
f400: 1672, 6660, 7827, 18176, 17012.
f200". 6568, 13604, 14803, 14804, 15196, 17564.
f 100200, 4480, 4630, 6266, 7318, 7957, 8569,
10486, 14115 16406,17068,18572,19716
Prijzen van f70.
geven duplicaat daarvan, eene opgaaf van het bedrag
van het aandeel in den aanslag en de noodige
bescheiden ten bewjjze van het gemeenschappelijk
bezit, worden na de vaststelling der kiezerslijsten aan
belanghebbenden teruggegeven.
Tevens worden de mannelijke inwoners dezer
Gemeente, die krachtens artikel lb. derzelfie wet
aanspraak meenen te kannen maken om geplaatst <e
worden op de kiezerslijst, nitgenoodigd daarvan vóór
den löden Febrnari a.s. aangifte te doen.
hnis Of van een vaartuig, indien zij niet meer op 31
Januari hetzelfde huis of oen godeele van hetzelfde
huis of hetzelfde vaartuig bewonen; of
2o. genot van inkomen in dieastbctrekking, of als
inwonende zoon in het bedrjjf oi beroep der ouders
werkzaam, hetzij met of zonder genot van pensioen
of ljjfrente
Aan hen, die verkoeren in het laatste onder No. 2
den Burgemeester een
408
3692
6728
8068 10560 12999 15878 18848
678
613
808
368
688 13087
973
879
736
675
800
391
792
298
994
896
801
887
878
394
821
437 16113
997
818
919
6007
478
921
906
116 19060
821
4175
21
679
977
992
189
171
1086
191
208
786 11049 14008
416
219
182
211
204
790
127
29
587
276
224
220
218
859
153
77
606
887
826
290
283
889
171
157
648
412
543
366
809
980
■288
180
786
619
686
375
420
9042
265
198
957
689
706
478
489
52
327
288 17178
602
766
689
496
72
346
259
465
639
781
661
664
108
847
285
552
754
842
658
606
•220
394
369
608
859
2289
787
685
252
438
523
702
927
291
808
705
292
539
666
839
961
360
987
778
307
712
802
886 20137
482
954
790
359
738
816
971
194
696
6087
928
398
933
872
982
245
882
68
967
424
974
887 18008
261
881
69
7002
427
987
985
89
887
887
121
160
612 12006
987
84
626
985
260
866
10059
39 16422
253
612
8023
325
876
93
135
456
257
616
66
463
496
158
287
499
288
644
82
611
521
202
806
647
384
695
101
650
671
339
599
679
439
719
174
669
778
836
619
788
557
748
822
692
816
362
723
805
678
837
390
695
980
463
829
809
580
966
487
704
8017
495
920
813
637
n loden f ebrnan a.s aangifte xe uoen yerme|de j, wordt door
Wie tot deze aangifte bevoegd zyn, blijkt nit de aangifte_bifjet ter invnlUng toegezonden.
artikelen 1 en 2 der Kieswet, luidende
Artikel 1.
De leden van de Tweede Kamer der Skaten-Generaal
worden gekozen door de mannelijke ingezetenen des
Rijks, tevens Nederlanders, die den leeftjjd van rjji
en twintig jaren hebben bereikt, voor zoover zij over
het laatstverloopen dienstjaar in eene of meer der
Rijks directe belastingen zijn aangeslagen, het te dier
zake verschuldigde voor of op den lsten Maart voldaan
hebben, en
a. over het laatstverloopen dienstjaar zjjn aangeslagen
in de grondbelasting voor een bedrag van ten minste
een gulden, in de vermogensbelasting, in debelastiDg
n bedrjjfs. en andere inkomsten, of naar een Of meer
der vijf eerste grondslagen van de parsoneele belasting,
zooals die is geregeld bjj de Wet van 16 April 1896
(Staatsblad no. 72); of
b. indien zjj niet overeenkomstig het bepaalde sub
a zjjn aangeslagen, voldoen aan eene der volgende
voorwaarden
1, dat zij als hoofden van gezinnen of als alleen
wonende personen op den 3 laten Januari sedert den
lsten Augustus van het vorige jaar hebben bewoond,
krachtens hnnr, een huis of een gedeelte van een
buis waarvoor met of zonder bij behoorenden of in
hnnr gebruikten grond of lokalen en bjj gebouw en
niet ter bewoning bestemd, de werkelijke huurprijs, per
week berekend, ten minste heeft bedragen de som voor,
de gemeente of het gedeelte der gemeente, waar het
hnis gelegen is, vermeld in de by deze wet gevoegde
tabel of wel aohtereenvolgens in dezelfde gemeente
twee zoodanige huizen of gedeelten van huizen
Of krachtens eigendom, vruchtgebruik of huur
eenzelfde vaartuig van tenminste 24 Kubieke Meter
inhoud of 24000 kilogram laadvermogen
80. dat zjj op den 31sten Januari sedert den lsten
Januari van het laatstverloopen jaar achtereenvolgens
bjj niet meer dan twee personen, ondernemingen, open
bare of bjjzondere instellingen in dienstbetrekking of
al» inwonende zoon in het bedrjjf of beroep der
nnders werkzaam zijn geweest en als zoodanig over
fat jaar een inkomen hebben genoten als voor de
gemeente of het gedeelte der gemeente, waar zjj
wonen,Jis vermeld in de bjj deze wet gevoegde tabel
of dat zij op den lsten Februari in het genot zyn
van een door eene onderneming, openbare of bjjzondere
instelling verleend pensioen Of verleende lijfrente van
«lijk bedrag,
met dien verstande dat voor hen, die in beide
«vallen verkeeren, zoo noodig, ter bereiking van het
Csreischte bedrag, het inkomen, het pensioen en de
lijfrente worden samengesteld
80. dat zij op den lsten Februari sedert een jaar
<ien eigendom met recht van vrjje beschikking hebben
van ten minste f 100.— (nominaal), ingeschreven
in de Grootboeken der Nationale Schuld of van
ten minste f 50 iDgelegd in de Rijkspostspaar
bank in eene gemeentelijke spaarbank of in eene
paarbank beheerd door het bestunr van eene rechts,
t.ersoonljjkheid bezittende vereeniging, van eene
aamlooze vennootschap, van eene coöperatieve vereeni.
ging of van eene stichting
Onder de bijzondere spaarbanken, bedoeld by bet
vorige lid van dit artikel, zjjn de banken, opgericht
na 1 Mei 1900, alleen begreprn voor zoover en voor
toolang als zij bljjkens opgave aan het bestunr der
/.emeente, waar zij gevestigd zjjn, een waarborgfonds
van f 26000,— bjj de Nederlandsche Bank hebben
edeponeerd.
4o. dat zij met goed gevolg hebben afgelegd een
xamen, ingesteld door of krachtens de wet of
aangewezen bij algemeenen maatregel van bestnar en
in verband staande met de benoembaarheid tot eeuig
ambt, de vervulling van eenige betrekking Of de
uitoefening van eenig bedrjjf of bercep. 1
Artikel 2.
Onder hen, die den leefdtjjd van vjjf.eD.twintig
jaren hebben bereikt, verstaat deze wet hen, die dien j
leeftjjd hebben bereikt vóór of op den 16den Mei.
De aanslag der vrouw in de Rijks directe belastin
gen geldt voor haren mandie van minderjarige
kinderen wegens goederen, waarvan hun vader het
vruchtgenot heeft, voor hunnen vader.
Aanslagen in de Rjjks directe belastingen, waarvoor
■erst na 31 December van bet laatstverloopen jaar een
aanslagbiljet is ui!gereikt, blijven voor de toepassing j
ven het bepaalde bij art. 1 buiten aanmerking.
Aanslagen in de grondbelasting wegens onroerende
goederen eener onverdeelde nalatenschap gelden ook
voor den mede-eigenaar, wiens naam niet by den aan-
slag in het kohier ia vermeld, mits zyn aandeel in
dien aanslag ten minste één gulden bedraagt. j
Door den aanslag in de grondbelasting in art. 1
vermeld, worden de hoofdsom en de Ryks-opcenten
AaXriag in de ve-mogens-, bedrjjfs-, of parsoneele
belasting geeft geen aanspraak op kiesrecht, indien
hij het gevolg is van eene met de waarheid strydige
ifii de berekening van den werkeljjken hnnrprjjs,
die ook verachnldigd kan zijn in den vorm van
contributie van eene coöperatieve bonwvereen.gtng,
wordt maandhuur tot weekhuur herleid door deehng
met 4 jaarhuur door deeling met 50 en vindt geen
trek nl.ets van de aom, verachnldigd voer gas. of
waterleiding, ingeval deze in den hnnrprjjs is begrepen.
Bjj de berekening van het inkomen, bedoeld in art.
lb, 2o. eerste lid, worden vrye woning of inwoning
en vrjje' kost en inwoning gerekend op het ^d^«.vo°
of het gedeelte der gemeente, waar zy
7. 1 1*1 ,1..- tnnf naxti\om
of
voor
In de tabel, bedoeld in de artikelen 1 en 2 der
Kieswet, is, voor zoover de Gemeente Schagen betreft,
het volgende bepaald
Gemeente of
deel der
Gemeente
a a
-S
a M
a-s
a
:~\2
a
Schagen
Bedoeld in
lb,lo. lb,2o.
fl. f300
Artikel
2. 2
137,50 f200
De formulieren tot het doen van aangifte zpn
kosteloos verkrijgbaar ter Secretarie der Gemeente.
De ingevulde formulieren kunnen kosteloos per post
aan den Burgemeester worden toegezonden, met
inachtneming van het volgende voorschrift
dat de omslagen met aangiften en stukken moeten
dragen boven aan de voorzpdo het opschriftVry van
briefport, ingevolge art 50 der Kieswet* en in den
linkerbenedenhoek de vermelding van den naam en
de woonplaats van den afzender, gewaarmerkt door
zjjuc handteekening.
Schagen, den 80 Januari 1907
De Bnrgemeeater voornoemd,
H. J. POT.
5de klasse, 10de trekking.
HOOGE PRIJZEN,
f 1000: 4819, 9067, 19186.
f 400" 747, 2842, 3209, 8909, 16362, 11316,
12892 18133, 17894.
f 200: 12044, 18768, 20161.
f 10034 8864, 4108, 4234, 5762, 7658, 9137.
11179, 11649, 12142, 13260, 17329,20198,
20891.
Piij een
van f70.
I
2
'2953
6876
7556 10289
13230 16402 19207
118
986
956
616
543
250
614
361
293
3140
6028
783
551
447
684
492
307
476
381
871
576
546
693
648
387
507
407
898
611
582
781
668
417
643
422
8122
657
828
804
846
468
765
464
491
785
955
818
887
688
760
492
518
917
966
951
951
1082
782
555
558
922
14040 17094 20022
104
786
633
666 11023
62
224
43
107
786
668
662
38
82
266
97 1
126
807
784
792
•284
176
811
101
218
935
786
969
414
264
428
125
847
4140
792
901'2
423
660
662
140
356
205
803
155
454
689
606
147
422
286
897
288
582
696
727
171
557
312
908
347
535
880
766
243
690
878
941
349
688 16116
888
285
717
433
7006
409
725
224
865
863
721
477
63
471
816
887
878
618
744
558
62
525
978
858 18044
756
945
698
99
546
976
370
78
868 j
2056
719
100
564 12011
587
208
88
6074
118
589
271
620
234
335
396
142
728
821
748
254
621
410
211
759
451
984
465
868
561
298
776
468 16045
766
895
657
366
966
946
99 1902-2
910
770
485 10129
954
298
47
940
792
499
196 13065
386
96
2118
Sde klasse,
11de trekking.
f 400
200:
100;
-enoten' worden vermeld in de bij deze wet gevoegde
tabel enkel vrije kost op het bedrag, vermeld in de
laatste kolom, verminderd met dat, vermeld in de
roo-laatste kolom dier tabel. Overigens komt alleen
Jd in aanmerking. Ten aanzien vau v.pen kost
v ordt geen rekening gehouden met den Zondag
algemeen e-kende Chri.teljjke feestdagen of,
zooveel Iaraëlieten betreft, met den Sabbath.
Indien de aard der werkzaamheden
medebrengt, dat zjj in den regel een
jaar niet worden uitgeoefend, wordt ter berekening van
49
68
111
128
134
259
292
808
316
459
604
609
660
696
697
792
1000
168
276
289
444
491
532
668
764
839
977
2049
74
91
96
106
HOOGE PRIJZEN.
1500: 9767.
1000: 1620, 8890, 9822, 11187, 12690, 14878,
17857.
2, 492 1510, 6235 7899, 10880, 16196
20664.'
11608, 16008, 17129.
1415 1574, 2992, 3376, 8797, 7598, 7988,
15285 17898, 19621, 20111,26480,20558,
20797
Pp zen van f70.
4898 7838 10045 13316 15761 19083
348 283 472 799 112
870 279
681 511
662 640
825 11121
943 254
2118
286
340
393
659
662
672
768
8060
71
186
197
288
248
298
306
380
404
411
527
638
703
775
862
4060
172
221
400
469
497
644
626
911
925
971
972
6077
142
206
273
408
621
548
656
646
788
934
6020
96
107
208
247
251
313
838
418
577
648
896
7064
106
166
609
618
668
749
861
881
898
919
959
969
8045
59
84
101
184
240
274 14043
886 164
872 16828
849
417
478
483
614
706
907
917
542
603
709
886 12168
468 174
205
265
289
886
418
545 943
602 17062
633 141
153
164
302
863
474
698
688
741
768
816
484
583
868
878
940
9142
161
179
604
726
809
819
268
276
347
419
469
474
501
639
656
671
729
776
791
819 18071
820 238
840
850
905
884 20056
919 356
404
421
510
674
680
641
742
762
849
896
949
215
285
800
429
919 13028
986 218
764 16013
896 98
988 168
326
687
272
862
486
692
704
746
891
999
198 10011 276 717 19024
Door
H. v. d. G.
„Some falls are means to happier
io arise."
Shakespeare
II.
Even voor achten traden we Karel's huis
binnen. In de kamer zat Marie met 'n
boek voor zich aan tafel, waarop 'rt thee
servies. Zjj stond op, reikte mjj de hand,
en zeidag meneer Van der Goude. En
toen, even naar haar man kijkenddag
Karei.
Zjj ging weer naar de tafel terug, en
vroeg of wjj thee wilden.
U hebt toch zeker al gegeten? vroeg
zjj m\j.
O zeker, Mevrouw.
En jij zeker ook, hè Karei
Karei schrok en stotterde: Ja, nee,
maar dat is niet zoo erg.
Dus thee? vroeg zij weer.
Ja, dat is goed.
Terwijl zij oris thee schonk, vertelde zij,
dat ze 'n boek van Dickens zat te lezen,
„Dombey and Sm," en dat zij weer, net als
vroeger, tobde met de vele personen, die er
in voorkwamen. Zij had ze niet alle gelezen,
'ti enkele maar, Maarten Chuzzlewit" „the
Pickwickpapersen natuurlijk ook „David
Copperfield." Dat laatste vond ze 't mooist
van alle. Mooier dan Scott, mooier dan
eenig Hollandsch schrijver.
Zoo praatte zij door, kalm en onderhoudend,
alsof wij 'n litteraire soirée hadden. Ik luisterde
wel, maar dacht intusschen toch aan het
groote vraagstuk, dat aan de orde moest
komen.
Karei liet zijn thee koud worden en zei
niets, en had het voorkomen van iemand,
die bij 'n vreemde op bezoek is. Zijn vrouw
scheen dit niet te bemerken, zei er althans
niets van en praatte door over boeken en
litteratuur, alsof zij aan niets anders dacht.
Soms had zij iets onstuimigs in haar stem,
dat ik er vroeger nooit in gehoord had, en
eindelijk kwam zij tot rust.
Toen zjj zweeg, vroeg Karei, waar Pepi
was, en zjjn vrouw antwoordde: Die is op
tjjd naar bed gegaan.
Ik voelde rnjj verstrikt in 'n warnet van
raadsels. De jonge vrouw was volstrekt
niet, zooals ik verwacht had haar te ont
moeten. Wel zag ik, dat alles heel anders
toeging dan gewoon. Yan de gewone blijd
schap van het wederzien, als Karei thuis
kwam, was nu niets te bespeuren geweest.
De groeten waren vormelijk en koel, bijna
gedwongen. Alleen het voortdurend spre
ken van de jonge vrouw deed iemand, die
iets van de omstandigheden afwist, ver
moeden, dat zjj zoo druk sprak om haar
gedachten te verbergenzooals ik ook
geloofde, dat zjj somwijlen glimlachte om
dat zjj niet schreien wilde. Karel's stilzwij
gen behoefde voor mij geen verklaring.
De telkens intredende oogenblikken van
stilte en zwijgen werkten benauwend.'n En
kel uitgesproken woord, 'n niet moeite ge
dane opmerking werd met '11 enkel woord
beantwoord, 't Neerzetten van'n 'kopje werd
'n évenement, 't onwillekeurig bewegen van
handen werkte ontroerend, 'n Wederzjjdsch
wachten van tweo, of de derde zou gaan
spreken. Maar niemand sprak; de zacht ge
dane vraag, of ik nog 'n kopje thee wilde,
leek 'n donderslag.
Jij ook, Karei
Karei kuchte en zeiJa.
Toen de kopjes voor ons stonden, kuchte
Karei wederom, en aarzelend zei hij, zjjn
vrouw aanziend
Ben je boos op me, Marie?
Marie werd lijkbleek, en toen zij na 'n
seconde haa ontroering meester was, vroeg
zjjIs daar dan roden voor?
Ik heb je laten wachten, antwoordde
Karei.
Wat niet zoo org is, antwoordde zjj
weer, als 't uitblijven noodzakelijk was.
Dat was 't. niet.
Was 't dat niet?
Neen.
Toen weer zwijgen, pijnigend zwijgen, dat
de seconden tot uren maakte en de zenuw
achtige spanning erger. Ik zocht naar 'n
aanleiding om iets te zeggen en dan heen
te gaan, toch niet wetende wat ik hier, in
zulk '11 intiem geval, zou kunnen doen.
Karei scheen dit te bemerken en zei
Marie, Van der Goude is met mij meê ge
komen, om
Ik keek item aan en Marie zelf viel hem
in de rode't Spijt mij, dat moneer Van der
Goude mede dupe is geworden van je uit
blijven,
Ik heb hem daarvoor excuus gevraagd.
Weer keek ik hem aan, want van dat
excuus vragen was mij niets bekend. Doch
ik zei niets, wel begrijpende dat hem in
deze oogenblikken van verwarring niet alles
mocht worden aangerekend.
Van der Goude is met mij mee geko
men, zoo begon hij weer, om je iets te ver
tellen, Marie.
Het mooie camée-hoofd der jonge vrouw
richtte zich naar mjj' en keek mij met starre
blikken, onbewogen aan.
E11 toen zich tot haar man wendend, vroeg
zy Kun je dan zelf niet zeggen, waarom je
niet thuis gekomen bent? Meneer was toch
niet bü je!
Ik heb 'm alles verteld, en
Verteld?! Waarom je my wachten liet?
Ik stond opniet om een verklaring te
geven, maar van ontroering.
Dit brak 'n oogenblik 't gesprek.
Toch zei ik toenZie eens, mevrouw,
Karei is vanavond bij mij gekomen
en beeft mij alles verteld. Spaar hem
en uzelven, en verlang niet alles te hoorert,
wat hij mij gezegd heeft. Karei heeft
schuld, schuld tegenover u. Dat weet hy
en dat gevoelt hij. Daarom is hij naar j
mij toe gekomen, en heeft mij gedwongen 1
met hem mee te gaan; omdat hij alleen u
niet onder de oogen durfde komen. Of hij
verkeerd daaraan deed, weet ik niet. Of ik
verkeerd gedaan heb hier te komen, weet
ik ook niet. Of 't verlorene voor u verloren j
zal blijven, hangt van uzelven af. Karei is j
hier, niet met excuses, maai met schuldge
voel en schuldbekentenis.
Terwijl ik sprak, zat de jonge vrouw op
de tafel te staren Karei bewoog zich niet. j
Na zoo eenige oogenblikken gezeten te i
hebben, hief zij haar hoofd op, en my aan
ziende, zei ze bijna fluisterendIk weet
alles.
Bjj 't hooren van deze woorden barstte
Karei in heftig snikken uit, en ik uitte 'n
kreet van verwondering.
Alleszei de vrouw weer, meer dan
kalm.
Maar mijn hemelwilde ik weer
beginnen; doch zy viel my in de rede en
ging voortMaar van 'n schuldbekentenis
hoor ik niets; van 'n enkel woord om
I vergeving voor die afschuwelijke beleedi-
j ging hoor ik niets. Ik hoor alleen de woor-
j den van 'n welmeenend vriend, die 'tgebro-
kene tracht heel te maken maar van Karei
zelf hoor ik niets.
I Met 'n schok rees Karei van zyn stoel op,
stond alsof hy zijn vrouw te voet wilde
vallen, maar bleef staan, snikkend en hy'gend,
totdat hij eindelijk weer ging zitten.
Ziet ge wel, dat Karel's schuldgevoel
niet zoo groot is, als u wel dacht vroeg zij,
droevig glimlachend.
Karei hoorde die woorden waarschijnlijk
niet; hy had zyn gelaat snikkend in zyn
handen verborgen. Ik beduidde met 'n gebaar
de jonge vrouw, medelijden te hebben met
den sterken man, die door 'n enkele zwakke
daad zichzelven zoo gebroken had.
Verstond zij mij
Als 'n lief kind ving zy te schreien aan,
stil en ingehouden; steeds turend op de tafel,
steeds, zoo ik durfde vermoeden, wachtend
op zyn aanraking, op zijn woord om vergif
fenis en zijn betuiging van liefde; wachtend,
zoo ik geloofde, op den zoen van zijn mond,
die haar alleen toekwam; op den zoen van
ziin mond, die door den haren alleen ontsmet
en geheiligd kon worden.
Toen werd 't my te machtig. Vastberaden
stapte ik naar Karei, dwong hem tot opstaan
en leidde hem naar de tafel, waaraan zyn
'vrouw zat.
Vraag vergeving! zeide ik gebiedend,
maar bijna ook schreiend.
Wat er toen plaats had, weet ik niet. Of
't woord over zijn lippen gekomen is, weet ik
niet. Maar ik zag in 'n aureool van weer
gevonden geluk, twee menschen, de armen
om elkander geklemd, mond aan mond, elkan
der dat gevend wat zy beiden niet missen
konden, wat 'n mensch maar aan één enkele
geven kan en geven mag.
Toen schreide ik, maar 'twas van blijd
schap over 't geluk, dat in dit huis was
weergekeerd.
Den anderen dag ging ik er den misgeloopen
maaltijd gebruiken, een feestmaal.
In den loop van den avond vroeg de jonge
vrouw my, of ik iets in haar album wilde
schrijven. Ik deed 't en schreef naast 'n versje,
dat nog al treurig was:
„Zalig hy, die stil mag weenen
Aan de weer verzoende borst,
Die 't geluk smaakt van 't hereenen,
Waar zijn minnend hart naar dorst
Zalig, die den arm geslagen
Om den eens verloren vrind,
't Hart met blijder drift voelt jagen
En zijn Hemel wedervindt."
Dichter onbekend
„In het album van myn vriend Kareis
lieve vrouw."
H. v. p. G.
Zj 11 iag'r; van Dinsdag 5 Februari 1907.
In den winkel van den manufacturier K
zaak voor de gróóte rechtbank. Kok had
een zak mee, waarin hy een tweetal ouwe
tweeloops-achterlaad-geweren had gestopt.
Leendert schreeuwde verstaanbaar voor
elk die het wilde hooren, dat dit op het
eene geweer wijzende stellig en zeker
het geweer was, waarmee hij den bewusten
üag had gejaagd, maar de onbezoldigde
rijksveldwachter Nicolaas Bakker, die hem
verbaliseerde, liet zich niets op de mouw
spelden en verklaarde, zich te herinneren
dat het toen gebruikte geweer véél mooier
en beter was dan dat, hetwelk Kok hier
geliefde te toonen.
Maar de beklaagde verklaarde weduw
naar te zyn en ook door andere bezigheden
liet hy zyne geweren zoo maar ongereinigd
zwervendaardoor zagen ze er zoo onoog
lijk uit. Een aardige sntoes, maar Mr. Cno-
pius, de u. v. J., geloofde ons Leentje niet.
De heer officier constateerde dat beklaagde
feitelijk alleen vraagt herziening van een
deel der hem opgelegde strafspeciaal
betreffende het bevel tot geweer-uitlevering
is appèl aangeteekend.
Eu in dit appèl is beklaagde volgens de
gronden, door den O. v. J. aangevoerd, niet
ontvankelijk.
We twijfelen er sterk aan, of Kok na dit
alles wel erg tevreden naar zjjn dierbaar
Egmond is getrokken.
BroederliefdeO, welk een reeks
van jaren was die te constateeren tusschen
den gehuwden 43-jarigen Jacob Hoek, een
eenvoudig Ryper steengoed-koopman, en
zijn 27-jarigen broer Harmen, eveneens
koopman van beroep. Daar komt me ech
ter om een onnoozele 5 gulden ruzie
tusschen het broederenpaar en de
rapen waren gaar! Den 22 December j.1.
komt Harmen over die kwestie opspelen
en maakt zich zóó overstuur 't manneke
is heel zenuwachtig dat het heel kort
duurde of zyn andere, meer flegmatieke
broer, duwde hem, geholpen door vrouwlief,
de deur uit. Maar zoo heel gemakkelijk
ging dat niet.
Althans, Jaap kreeg by die gelegenheid
van Harmen een klap met een steenen pot
op zjjn hoofd, dat het er van kraakte. Wel
kwam de brave huisvader hierbij tot de ver
blijdende ontdekking, dat zyn hoofd nog
sterker is dan zjjn steengoed, tvant de pot
liet jammerlijk het leven maar aange
naam is zooiets toch niet, ook al komt men
zoo glansrijk door zulk een vergelijkend
weerstandsvermogen-examen heen als Jaapje.
En Harmen was nög niet tevreden, maar
koelde zijne woede aan een partijtje steen
goed, dat hy buiten in broerlief's venters-
wagen vond. Eerst toen de nijdige Harmen
zoo wat voor een paar rijksdaalders vernield had
was hij tevreden en bedaarde een beetje. Maar
nu want zóó gaat het dan werd Jaap toch
eindelijk kwaad en wel zóó erg, dat hy eene
aanklacht indiende. Een bakkersknecht, Jan
Cornelis Verver genaamd, had er een beetje
van gezien en heden ging het zaakje onder
zeil. De O. v. J. kon echter het wettig en
overtuigend bewys nóch voor de mishande
ling, nöch voor de vernieling geleverd achten.
En thans, zoo merkte Z.E.G. op, heerscht
er alreeds weer een roerende eenstemmig
heid tusschen de gebroederseen w are
ideaal-toestand't Is echter met dat al niet
verkwikkelijk en raadzaam, zooiets nog eons
re herhalen. Wegens gebrek aan bewijs ein
digde Mr. Cnopius zyn requisitoir met vrij
spraak voor beklaagde te vragen.
De volgende beklaagden zyn Arnoldus Rob
en Piet Peper (deze laatste was absent), beiden
schippersknecht, geboren en wonende te
Wieringerwaard, die terecht stonden ter
zake van mishandeling, nog wel van een
dienstdoenden ambtenaar. Ze waren 2en
Kerstavond 1906 laat by hunnen dorpsgenoot
Dirk Veeter in de herberg, alwaar de gewone
Kerstvreugde met een genoegelyk danspar
tijtje werd besloten.
Nuchter waren de forsche zoetwatermatro
zen niet, maar om nu te zeggen dat ze dron
ken waren wie zou dat durven doen
Toch hadden ze den heelen avond al heel
wat praatjes verkocht en wilden met ieder
een vechten, in spijt van het „Vrede op
Aarde." „In de menschen een welbe
hagen" was dus heelemaal Spaansch voor hen.
Maar ze leken dien avond wel niets te
verstaan, want toen de gemoedelijke ge
meente-veldwachter H. Boekei hen her
haaldelijk trachtte te kalmeeren, werd hy
tot loon door hen mishandeld. Verbaal
volgde natuurlijk. En de O. v. J., 't bewys
geleverd achtende, eischte tegen elk der be
klaagde 10 dagen gevangenisstraf.
Bernardus Koeleman als beklaagde
netjes present is een zeer bekend, om niet
Hille, Groote Noord te Hoorn, was op 11 j t0 zeggen berucht exemplaar uit Nibbixwoud,
Januari j.1. een individu binnengesloopen, datarbeider van beroep.
j tx j_ 1ji AT/-\nr olö/-»Vifcs O A 1' O
daar best gemist kon worden.
De winkeldochter althans, de 21-jarige Maria
Hille, vond hem een alles behalve aangenaam
bezoeker en gaf hem niemendal, niet eens 'n j
cent.dat was toch wat hy had willen hebben.
Wie deze bedelaar is? vanwaar hy
komt? Och, 31 jaren geleden werd hy,
Nog slechts 24 jaren oud, heeft hy al et
telijke veroordeelingen ondergaan, hoewel hy
zoo op 'toog af zoo'n onbeduidend, onnoozel
ventje is.
Aan de groote Gankert, eene buurtschap
in 'toosten van Nibbixwoud, was sinjeur op
Nieuwjaarsavond in de herberg van de wed.
JosofusBogaart, geboren te Hontenisse, terwyl A.. Leeuw, waar andere jongelieden aan 't
hij nu, na allerlei lotgevallen, in't Huis van
Bewaring te Alkmaar is gedetineerd.
In den laatsten tyd zonder dak en zonder
vaste woonplaats rondzwervende, werd Jozef
te Hoorn wegens bedelarij ingepikt.
Hoewnl flink van lyf en leden, kon deze
beklaagde, (hij is grond werker), toch bezwaar
lijk werk krijgen en hij raakte al meer aan
lagerwal. Een leelyke eigenschap was echter
in zijne bedelaarsloopbaan, dat, wanneer men
hein brood aanbood, hy dit niet wilde hebben;
hij bedronk zich liever. De O. v. J. had dan
ook niet veel met hem op en wou hem
graag een poosje in eene rijkswerkinrichting
plaatsen.
Wegens bedelarij eischte Mr. Cnopius ten
slotte tegen Bogaart 3 dagen hechtenis met
last tot opzending rijkswerkinrichting voor
8 maanden. Tegen de hechtenis had bekl.
geen bezwaar, maar tegen de opzending 0,
zou veel! Nu, de volgende week zal hy wel
zien, wat 'tE. A. college er van denkt.
Leendert Kok Leendertszoon, een 43-jarig
visscher, geboren en wonende te Egmond aan
Zee, heeftal ettelijke veroordeelingen onder
gaan wegens jachtwet-overtreding.
Een der jongste verbalen deswege kreeg
Kok aan zyn broek, omdat hy'op 27 Dec. 1905
te Egmond Binnen op grond, toebehoorende
aan den een of ander grooten mijnheer, had
gejaagd zonder vergunning en ook zonder
acte. Den 9den Februari des vorigen jaars ver
oordeelde de kantonrechter te Alkmaar hem
dos .vege tot f 10 boete subs. 5 dagen hech
tenis, plus inlevering van het gebezigde ge
weer en by in gebreke blyven hiervan f 25
boete of 10 dagen hechtenis.
Wèl kwam Kok in verzot van dit vonnis,
doch 't baatte hem niet veel, want de
Kantonrechter verklaarde heel netjes het
verzet vervallen en vond termen om het
vonnis te bekrachtigen. Kok in appèl 't
gaat zóó maar niet en nu kwam de
biljarten waren. Hy kreeg al heel gauw
ruzie met zekeren Wijdenes, doch 't onheil
werd nog juist bijtijds bezworen door de
tusschenkomst van Piet de Leeuw en Klaas
Braak.
Klaas kreeg echter dra met een biljartqueue
slaag van Koeleman, die in zyn ijver zelfs
de lamp wist uit te slaan.
De reusachtige Braak kon het kleine
Nardusje wel maken en breken, maar hy
was zoo verstandig liever een aanklacht in
te dienen. En hy had daarmee een schit
terend succés. De O. v. J. beschreef Narhus
als een zeer ongunstig bekend staand indi
vidu, een recidivist, die nu zoowat ander
half jaar geleden wegens mishandeling 3
weken gevangenisstraf onderging, 't Is dan
ook bekend, dat beklaagde die ook nu
weer ijverig ontkende, al gaf het hem niet
veel graag vecht, graag dronken is en
héél graag by anderen den boel opschept.
En dan durfde hy nog om genadig recht
smeeken, nadat de O. v. J. wegens raishan-
deling by recidive met toepassing der artt.
300- 422 Wetb. van Strafr., 1 week gevan
genisstraf tegen hem had geëischtl
Jan Rijs, een zeer kaas-lievend jongmensch
uit Uitgeest, nog slechts 19 jaren oud
ook al geen onbekende voor de Vierschaar
had op Nieuwjaarsavond de flauwe aardig
heid om by den Uitgeester kastelein Pieter
Vrouwe oenige fiksche sneden in 't biljart-
laken te geven. Erg dronken was Jan niet
maar hy deed toch erg leelyk, braakte heel
vuile taal uit, enz. Herhaaldelijk was hy dan
ook dien avond al buiten de deur gewerkt,
maar Vrouwe wou geen scènes hebben.
Toch maakte Jan 't zóó bont, dat Piet het
aangaf en Klaas Klarenberg was getuige, die
had 't gezien. 'tWas dus net een zaakje van
Jan, Piet en Klaas. Maar de heer Officier
schetste Jan's verleden al gauw door te mel
den, dat dit nu al de derde maal is dat deze