Zondag 7 April 1907. 51ste Jaargang No. 4245. Bareasi: «ClIAQISSï. Laan, O 4. Ontere. Te?fpht»o 20, Uitgevers T R 4 P M Go EERSTE BLAD. Bekendmakingen. Buitenlandsch Nieuws. Biuuenlaudsch Nieuws. De Crisis opgelost. SGHASEil A Nieuws- COURANT. Imiüe- ik Lmiliiillat Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- tn Zaferdagavo n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ARVERTKNTIEN in hot eerstuitkomend nummer geplaatst INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger Biijs por js.ar f 8 fzonderlijke uummers Franco per pos. 5 Cent. f 8.Ö0. VOV8RTENTIEN van 1 rot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ft. Groote letters worden Daar plaatsruimte berekend. Dit nummer bestaat uit vier bladen. GEMEENTE SCHAGEN ONDERWIJS. Toelating nieuwe leerlingen. o Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter kennis van de ingezetenen I. dat het toelaten van nieuwe leerlingen op de openbare lagere school zal geschieden op den eersten Mei a.s. en alsdan kunnen •worden toegelaten de kinderen, geboren in het jaar 1901 II. dat de ouders der betalende scholie ren, welke deze wenschen toegelaten te zien, daarvan aan het Hoofd der School, den heer W. C. Deenik, kennis moeten geven vóór den 22sten April a.s., ook voor leer lingen, die onderwys wenschen te ontvangen in de Fransche, Duitsche en Engelsche talen III. dat de verzoeken om kosteloos onder wijs voor de nieuwe leerlingen alleen moeten worden gedaan ter Gemeente-Secretarie, vóór den 22 April a.s. De geboorte- en vaccine-bewijzen der nieuwe leerlingen moeten bij de toelating tot de school worden medegebracht. Schagen, den 5 April 1907. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, H. J. POT. De Secretaris, ROGGEVEEN. Zijn grootst vermaak is: ruzie stoken Met brullend: abracadabra. Ik zie ze hier maar enkele keeren, Want, de Party verdwijnt geheel. Dat is in 't Noorden niet te weren, De „boeren" denken hior te veel En werklui weten, dat door woorden Geen biefstuk op den disch verschy'nt En dat door 't Koningenvermoorden Het genus: „heerscher" niet verdwijnt. i Gy zyt nieuwsgierig moet ik zeggen, (Maar dat zijn allen aan de Zaan). En vraagt mp goed U uit te leggen Hoe of het ging met Zut en Laan Nu, Klaas! gy zult dit weldra hooren, Want Zul. zal Harenkarspol's Raad Voorlichten. Laan spitst vast de ooren En is al van te voren kwaad. Zoo toont de Hemel van den Vrede Nog wel eens wolkjes hier en daar, De Engel is er nog niet heden, Maar in Westfriesland komt hy klaar. JAAP. I willen laten praten, totdat de aanleiding j voor de ontbinding is gevonden. In hofkringen wordt die ontbinding niet l alleen verwacht, maar wordt een dictatuur I voorbereid, om dadelyk in functie te treden. De Tsaar scky'nt, onder den invloed van Dubrowin, bereid om na de ontbinding de geheele hervorming van 1905 ongedaan te maken en tot de zuivere autocratische en bureaucratische regeering to willen terug- keeren. Stolypin echter, die voor oen ernstige uit- barsting van ontevredenheid vreest, wenscht dit zoolang mogelijk tegen te houden, en I hy vindt steun by de Doema meerderheid, j Als men dit alles leest en gadeslaat, vraagt men zich telkens afhoe lang nog, eer 1 daar de bom barst? Vanwege den Ruud van Zuivelfabrie ken in Noord-Holland is aan heeren kaas handelaren in Noord- en Zuid-Holland de volgende circulaire verzouden: Mijne Héeren! Hiermede nemen wy beloefd de vrijheid het voigende onder uwe aandacht te bron gen, mot het verzoek per ommegaande uw oordeel hierover mede te deelen. Aangezien onze Bond zich ten doel stelt om de belangen der zuivelbereiding in onze 3500 SJsvvafeltjes. Dat er op feestdagen als Paschen, Pinksteren enz., heel wat centen versnoept worden, bewy'st eone uitlating van één der eigenaars van ijs wafeltjes te Zaandam. Deze vertelde n.1., dat hy gedurende de beide Paaschdagen 50 liter melk (het hoofdbe standdeel van de koude ysachtige massa der zoogenaamde ijswafeltjes) had verwerkt. En aangezien bekend is, dat gemiddeld van 1 liter melk 70 wafeltjes van 1 cent kunnen o— Verzoekschriften ter bckoining van Jacht- en Viscliaktcii. Burgemeester en Wethouders der ge meente Schagen maken bekend, dat ter Gemeente-secretarie kosteloos verkrijgbaar zijn blanco-verzoekschriften ter bekoming van jacht- en vischakton en van koste- looze vergunningen tot uitoefening der visscbery met één vischtuig, voor het nieuwe seizoen, aanvangende 1 Juli aan staande en eindigde 30 Juni van liet vol gende jaar, en noodigen belanghebbenden uit hunne aanvragen ter bekoming dier akten en vergunningen, zooveel mogeiyk, vóór den 30 April e.k. ter Secretarie in te dienen, teneinde vóór den lsten Juli in het bezit daarvan te kunnen geraken. De bepaling, dat hfi, die de visscbeiy met meer dan één vischtuig wil uitoefenen van eene groote vischakte moet zijn voor zien, is ingetrokken, zoodat voortaan aan een en denzelfden persoon meerdere kleine vischakten kunnen worden verstrekt. Schagen, den 3 April 1907. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, H. J. POT. De Secretaris, ROGGEVEEN. die als boerenknecht in Hollands Noorder kwartier is gaan dienen, aan zijn broer Klaas, die in de Zaan streek gebleven is. XXIV. Gy meent wel, Klaas! dat hier de boeren Veel ruwer zyn dan aan de Zaan, En dat zij, o zoo graag, zich roeren Als vechtersbazen. Niets van aan; Wij hebben hier heel zachte zeden, En, hing het van Westfriesland af, Dan heerschte overal de Vrede, Het Haagsch Congres kon weg, men gaf Een paar diners en 't was in orde, Het zwaard tot sikkel omgesmeed, Zóó zou het, Klaas 1 voorzeker worden. (Ik wou alvast maar dat men 't deed). Neen! zacht van aard zyn hier de lieden, Politie is er by'na niet En wat er is, staat nog te wieden En zingt daarby het hoogste lied, En veilt of onderzoekt de koeien, Is sub-ontvanger of wel klerk, Maar nimmer sluit hy één in boeien, Zyn zachtheid voert hem naar de Kerk, Waar hy 't diakenzakje voorhoudt, Daar leert hy dan: „weldadigheid"; En als hy de Gemeente doorsjouwt, Is hy tot ieders hulp bereid; Een enk'le fletser zonder lichtje -l2tnp0agkP erTn mi?n^ba^zyn'nichtje, daar nu samen begonnen aan debegrooting. De Duitsche Rijkskanselier Von Bülow en de Italiaansche minister van Buitonlandsche Zaken Pittoni hebben elkaar to Rapallo ont moet. De beide heeren hebben er zeer lang met elkaar gesproken. Deze ontmoeting brengt men in verband met de Haagsche Vredesconferentie en de ontwapeningsdenk beelden van Engeland. Daar is Duitscbland i niet vóór en Italië blykt in deze met Enge- I land te willen meegaan. Nu moest zeker de bondgenoot eens worden gepolsd door Von Bülow. j Wat er precies behandeld is, weet natuur- lyk niemand. Von Bülow, naar dit onderhoud gevraagd, lachte en prees in geestdriftige uitdrukkingen de natuurlijke, traditioneele en historische vriendschap tusschen Duitsch- land en Italië, die door geen onkel incident, geen enkel misverstand mag verstoord worden, daar beide landen overal dezelfde belangen hebben. Bülow toonde zich een oprecht bewon deraar van Italië. Hy achtte zich gelukkig, door zyn huwelijk met een Italiaansche, de verbinding te kunnen vormen tusschen Ita lië en Duitschland, zooals zyn vriend, de Italiaansche senator Blaserna, dat in Italië is. Met lof sprak Bülow over de groote Italiaansche staatslieden. Trouwens, zeide Bülow, in Duitschland is de Keizer de groot ste bewonderaar van Italië, die met geest drift ons allen voorgaat Maar over hetgeen hy met Tittoni bespro ken had, wilde Bülow zich niet uitlaten. Hy was hoogelyk ingenomen met Tittoni en zeide slechts, dat by hun besprekingen de I volkomen overeenstemming van zienswijze gebleken was. Nu weet men nog niets. Nog een tweede* onderhoud van hoog- waardigheidbekleeders is aanstaande, n.1. dat van den Koning van Engeland met dien i van Spanje, waarby de Minister-president van Frankrijk Clémenceau eveneens tegen woordig zal zyn. Hier zal de Marokkaansche kwestie het onderwerp vormen. Naar ver luidt, zyn de Mogendheden het over het optreden in dit land volkomen eens. Do boerenopstand in Roemenië verflauwt. Het Koninklijke manifest, door koning Carol uitgevaardigd, en het krachtdadig optreden der troepen hebben hunne uitwerking niet gemist. De Koning heelt aan de pachtkwestie een einde gemaakt en alle by contract vastgestelde pachtsommen met tweederden 1 verminderd en op één derde gebracht. I Deze maatregelen, die in kalmer dagen wat minder hadden kunnen zyn, waren nu juist van pas, om een goeden invloed op de oproerige boeren uit te oefenen. De landeigenaren wilden nooit van hervormin gen weten, maar nu de boeren in volslagen opstand waren, en de onhoudbaarheid van den toestand bleek, vonden zy alles wat de Koning voorstelt, goed. De schade aangericht door den boeren opstand, bedraagt in vyf districten 30 millioen francs, volgens een voorloopige schatting. De regeeringsrapporten aangaande de laatste dagen blijven gunstig luiden, i De prefecten hebben al het mogelijke ge- daan om tusschen de landeigenaren, de pachters en de boeren een schikking tot stand te brengen. Na oenige ontmoetingen tusschen de Doema en de regeering in Rusland, is men Maar dat vond ieder een schandaal, Zoo'n aardig meisje te bekeuren Was erg, maar zie, hy die het deed Liet stilletjes de menschen zeuren En droeg met trots 't politiekleed; Hy was, als vaak zyn ambtgenooten, Een vrouwenhater, en daarom Vervolgde hy ook onverdroten De schoone sekse. Hy is dom, Want ik vind allerliefst de meiden Hier in Westfriesland; als ik zie Twee van die lieverds, wil ik beiden En als er drie zyn: alle drie. Ik sprak hierboven van den Vrede, Maar, hebt gy in de Krant gezien Hoe lief de socialen deden? W-;1 )Va£ wel ^LÏdemeïtLan'tkoken, „temming te komen." Hoe kalm de Doema eens gi; Jcb ook houdt, de regeering scbynt haar te Dit is de proefsteen voor de houding der regeering; want als de regeering het bud getrecht der Doema erkent, dan is er kans op een geregelde samenwerking. Maar dat zal wel niet gaan, waar do regeering nu reeds een deel der begrooting, byv. de uitgaven voor het departement der Keizerin-weduwe, geheim houdt. Erger is het nog, dat de Minister van Financiën durfde zeggen, dat de Regeering, als de Doema soms do bogrooting niet zou goed keuren, toch wel zou voortgaan met het doen van uitgaven; hetgeen feitelijk zoo veel zeggen wilde als: of gy de begrooting goedkeurt of niet, is ons tamelijk onver schillig. Op die wyze zal hot moeilyk zyn, met de meerderheid van het parlement tot overeen De ministers hebben hun aanvrage om ontslag ingetrokken, en het verzoek om ont slag van minister Staal is ingewilligd, die, on der dankbetuiging voor aan den lande bewezen diensten eervol is ontslagen, terwyl te zyner vervanging benoemd is tot Minister van Oor log goneraal-majoor ridder Van Rappard, j commandant der Stelling van Amsterdam. Hare Majesteit heeft den nieuwbenoemden Minister van Oorlog op Het Loo ter beëedi- ging ontvangen, en generaal Van Rappard, j zal, indien mogelyk, Maandag de portefeuille van Oorlog uit handen van generaal Staal overnemen. De nieuwbenoemde Minister van Oorlog gen.-maj. W. F. ridder van Rappard, die den 6l-jarigen leeftyd heeft bereikt, was, toen hij in 1862 don militairen dienst tot levensloop baan koos, aanvankelijk bestemd voor de artillerie van het leger in Oost-Indië. In dat jaar als cadet geplaatst by de Kon. Mil. Aca demie, werd hij in 1866 benoemd tot 2e lui tenant der artillerie by het O.-I. leger, maar reeds kort daarna werd hy overge plaatst by hetzelfde wapen van het leger hier te lande en wel by het 2e regiment vesting artillerie. In 1872 volgde zyne detacheering bij de stafschool, aan welke inrichting voor hem de grondslag werd gelegd voor de hooge wetenschappelijke militaire ontwikkeling en bekwaamheid, waarvan Van Rappard sedert blyk heeft gegeven. Na hot diploma van de stafschool te hebben verworven en nog drie jaren by den troep te hebben gediend, plukte hy in 1879 de vruchten van zyue hoogere opleiding door zyn intreden als kapitein by den generalen staf, in welken rang hy werkzaam gesteld werd by het departement van oorlog. In 1887 verliet hij dat dienstvak en werd hy overgeplaatst by bet 2e reg. voldart., van welk korps kapitein Van Rappard in 1891 benoemd werd tot adjudant. In 1893 werd hy na zyne benoeming tot majoor go- roepen om als hoofd der 4e afd. (artillerie) aan het departement van oorlog op te treden. Behoudens een kleine tusschenpooze, doorgebracht by het 3e reg. vestingart., bleef hy, na inmiddels in 1898 den luitenant kolonels-rang te hebben verworven, tot 1900 by het ministerie als afdeelingschef werk zaam. In dat jaar volgde hy zyne bestem ming tot kolonel-commandant van het 2e reg. vesting-art., in garnizoen te Amsterdam. In 1904 benoemd tot generaal-majoor, commandant der Stelling van het Hollandsch Diep en het Voikerak, tevens bevolliebber in de 3e mil. afd., kreeg hy als zoodanig standplaats te Breda, alwaar hy ongeveer 1 jaar bleef om in 1905 weer naar Amsterdam terug te keeren als commandant der Stolling aldaar, tevens bevelhebber in de le militaire afdeeling. Als minister van oorlog zal de oud-com mandant der Amsterdamsche Stelling nog onafgedaan vinden de voorstellen van zijn afgetreden ambtgenoot betreffende ditreduit onzer verdediging en de kostenverdeoling tot voltooiing der Stelling. Waar het aanblijven van het geheele ministerie samenhangt met het programma van het Kabinet in zake het blijvend gedeelte, mag worden aangenomen dat de nieuwe ambtgenoot van oorlog in beginsel met de denkbeelden van zyn ambtsvoor ganger te dien aanzien instemt. Omtrent de staatkundige richting van ridder Van Rappard wordt verzekerd, dat hy, evenals do moeste leden van het adellijke geslacht waartoe hy behoort, ook in staats dienst roods hebben getoond, de vrijzinnige beginselen is toegedaan. Zij die hem kennen, schetsen generaal Van Rappard als een man met zeldzame werkkracht, van onvermoeiden arbeid en groote geestkracht, als een chef die niet alleen hooge eischen aan anderen, doch ook aan zichzelf stelt. Kaas-controleur. Tot controleur van het Kaascontrölestation „Noord-Holland" to Hoorn is met ingang van 1 April benoemd de heer C. Rentenaar van St. Maartensbrug, oud-leerling der Ryks- landbouwwintersehool te Sihagen. Aanvaring. In de haven van Nieuwediep had een aanvaring plaats tusschen den Vlaardinger stoomtrawler VI. 193 on de Wieringer blazer- schuit Wr. 175t schipper A. Koster. Laatst genoemd vaartuig is gezonken. Persoonlijke ^ngelukken hadden niet plaats. Winkel. Voor de betrekking van gem eente-secretaris alhier hebben zich 30 sollicitanten aangemeld. Provincie in algemeenen zin te dienen, zoo worden vervaardigd, blykt daaruit dus, dat «_i. .Lj. jHij alleen reeds 3500 van die wafeltjes heeft afgeleverd. Wyl vryvvel aangenomen kan worden, dat de helft winst is, maakte deze ijswafel- koopman dus goede zaken. Hoeveel yswagentjes er dien dag te Zaan dam stonden, is moeilijk op te geven, wyl geen telling heeft plaats gehad. Zeker is het echter, dat bovengenoemde koopman in gemelde lekkernij by lange na da eenige niet was. Mej. W. Tamis te Burgcrbriig, leer linge aan de R.-C. Kweekschool voor onder wijzeressen te Monnikendam, is Woensdag 1.1. geslaagd voor de akte nuttige hand werken. Tot Hoofdingelanden van den polder Het Koegras, werden den 5den herkozen de heeren H. Bakker Dz. te Den Helder, en Jhr. mr. S. Laman Trip te 's-Gravenhage. In de plaats van wijlen den heer C. van Zoonen werd de heer A. Noot te Koegras gekozen. Kolhorn. Voor de vacante betrekking van onderwyzor aan de school alhier heb ben zich drie sollicitanten aangemeld. ligt het voor de hand, dat het bevorderen van den afzet van kaas mede eene zaak is, die belangrijk genoeg is om in hot werk program van den Bond to worden opgenomen. Op de laatste vergadering, dato 4 Maart, werd dan ook eene zeer zaakrijke bespreking gehouden over de in vele opzichten onprac- tische manier om den geheelen voorraad kaas ter markt te brengen. Bij deze bespreking werd algemeen erkend, dat het met zorg bereide product, op de voor de zon onbeschutte markten, gedurende het heetst van den zomer, aan zeer nadeelige invloeden wordt blootge steld. Hierdoor gaat de kaas aanmerkelijk, in waarde terug on lijden de producenten be slist nadeel. Om in dozen toestand verbete ring te krijgen, werd besloten een nauw keurig onderzoek in te stellen of het niet mogelijk is, dat, gedurende genoemden tijd, de kaas op de markt per monster wordt verkocht, 't geen op verschillende plaatsen, voor zoovor ons bekend, met succes gebeurt. Wy achten hot zeer waarschijnlijk dat dezo wyze van verkoopen ook hier kans van sla gen heeft, temeer wyl bij den handel in granen en zooveel andere artikelen, het op monster verkoopen een practisch bruikbare manier van verkoopen is, 't geen dus ook met kaas het geval kan zijn. Om nu in deze een juist oordeel te krijgen, wenden wy ons, overeenkomstig bet besluit der genoemde vergadering, ook tot u, onder aanbeveling voor de goede zaak, met het boven gedane verzoek. Lastige bezoekers. Men schrijfc uit Beek aan „De Gelder lander": Met de Paaschdagen is ons dorp met zyn schilderachtige omst.r. druk bezocht geweest. Jammer, dat deze heerlijke lentedagen, welke zoovele bezoekers naar buiten lokten, ook niet zonder wanklank gebleven zyn. De Duivelsberg, het middelpunt der wande lingen voor den vreemdeling, is het tooneel gewoest van een woeste vechtpartij. Een dertiglal Groesbekers, die te veel aan den I drankduivel geofferd hadden, zochten eerst ruzie onder elkaar en maakten het vervol gens den kastelein van het daar gelegen café lastig. Daar bij hun weigerde drank te schenken, sloegen zij tot handtastelijk heden over en vernielden alles wat buiton stond. De man zag zich ten slotte genood- j zaakt, wyl men met messen en stokken op j hem afkwam, van zyn geweer gebruik te j maken en schoot in den hoop, zoodat een der belhamels, gelukkig niet gevaarlijk, in het gezicht gewond werd. Het was zekere v. T., een onde bekende der justitie, die pas sedert eenige dagen uit de gevangenis ontslagen is. Het gelukte eindelijk den kastelein de rumoerige bende op de vlucht te drijven. Dat de man veel schade leed, ook door het heengaan van bezoekers, die niet veel lust hadden klappen op te loopen, laat zich begrijpen. Een snuggere wielrijder! Op den straatweg van Nijmegen naar Eist hadden zo elkaar ontmoet, beiden gezeten op een rijwiel; samen trapten ze verder onder gezelligen kout. De avond begon te vallen, men bereikte Eist, en besloot aldaar een kleine hartversterking te nemen, 't licht der fietsen te ontsteken en dan samen verder te peddelen naar Arnhem. De een Arnhem mer, de ander een vreemde met Duitsch accent. Samen gaan ze het café binnen, ge bruiken de hartversterking, die de Arnhem mer betaalt. Buiten is 't volslagen duister geworden. Daar bemerkt onze Arnhemmer, dat de vreemde is verdwenen, hy staat als verpletterd, zyn fiets, zyn nieuwe kar naar de maan, de vreemde is weg, is verdwenen in de duisternis, achterlatende zyn oude j rammelkast. Onze Arnhemmer, radeloos, be- j stijgt de kar van den vreemde, en voort j gaat 't, trappen wat hy trappen kan, door Elden naar Arnhem, aan ieder haar een zweetdruppel, hijgende, blazende, bereikt hy de Rijnbrug. Thans aan 't informeoren, niemand had den vreemde gezien, hy was or paf van en kon er geen hoogte van krijgen. Daar vraagt hem een der omstanders: wat was 't voor een merk Ja, zoo en zoo, en thans volgen de aanwijzingen, die precies kloppen met 't rijwiel, waarop hy zijn jacht gemaakt heeft, en, o wonder, nu gaat hem een licht ophy beziet, betast, staart het karretje aan, ja, nu is er geen twijfel meer aan, 't is zijn eigen fiets dio daar voor hem staat en waarop hy zich in 't angstzweet heeft getrapt. Thans is zyn hart gorust; onder het gegrinnik der omstanders gaat onze held met zyn eigen fiets naar huis, afdrogende zijn zweetdruppels, niet begrij pende zyn groote vergissing. („N. Arnh. CL") Naar de bewaarschool. Ten gemeentehuize van Schoterland heeft zich in ondertrouw laten opnemen een bruidje van 16 jaar met een bruigom van 28 jaar. Winkel. Molenmeestors van den Nederlandspolder onder deze gemeente kozen tot hunnen Voorzitter den heer P. Strijker Jz. Rroek op Langeiidijk. Vrydag werd besteed voorroode kool, f 4, a f 13, gele f 3, a f 10.50, witte f 1, a f 3.50; Uien f 0.60 a f 0.65 p. 50 K.G. De crisis opgelost. De „St.-Ct." no. 80 bevat het Kon. Besluit, waarby met ingang van 8 April 1. aan don heer H. P. Staal, op zyn ver zoek, een eervol ontslag wordt verleend als Minister van Oorlog, onder dankbetuiging voor de velo en gewichtige diensten, door hem in dio betrekking aan H. M. en aan den lande bewezen; en 2. benoemd wordt tot Minister van Oorlog, de heer W. F. ridder van Rappard, generaal- majoor, commandant van do Stelling van Amsterdam, bevelhebber in de eerste militaire afdeeling. Van de terugneming van de ontslag-aan vrage van het ministerie zal geen mededee- ling wordon gedaan in de Staatscourant, maar daarvan zal, evenals met het besluit tot de ontslagaanbieding is geschied, kennis worden gegeven aan de Tweede Kamer. Wieringen. De j.l. Dinsdagavond gehouden verhuring van, dyken, wegen, vischwater, rietgewas enz. enz. in eigendom behoorende aan Polder Waard-Nieuwland, heeft opgebracht f 1090, tegen f1152 in 1906, terwyl nog enkele perceelen zyn opgehouden. Wieringen. In de Woensdag gehouden vergadering van Polder Waard-Nieuwland zyn tot secre taris en ponningmeestor herkozen de heeren O. J. Bosker en C. Maats, die deze herbe noeming aannamen terwyl wegens periodiek aftreden van den heer J. Bosker, de volgen, de voordracht is opgemaakt voor Heemraad. 1 J. Bosker, 2 W. J. Snooy en 3 J. Hermansj Jonge avonturiers. Te Sneek zijn twee 16-jarige jongens van welgestelde burgers zonder voorkennis hun ner ouders de wijde wereld ingegaan. Vóór hun vertrek hebben zy een brief gepost, waarin werd medegedeeld, dat alle nasporin gen naar hen vruchteloos zouden zyn. Hoe men aan „Oorlog" de zuinigheid betracht. Men meldt uit Brielle aan L. en V. De vesting Brielle, deel uitmakende van de stelling „de Monden van de Maas en het Haringvliet" is, behalve door wallen, geheel omgeven door grachten, gezamenlijk, uitge zonderd het aan de Gemeente behoorende vischrecht, eigendom van het Departement van Oorlog. Een dezer grachten, feitolyk een meertje heeft door middel eener expresselijk voor dat doel gebouwde sluis eveneens eigendom van, en beheerd door voornoemd Departement, gemeenschap met do haven, resp. do Maas. Do eenigo wyze nu, waarop het grachtwater ververscht kan worden, is het by hoog water opzetten dier sluis. Sedert 1904 evenwel is zulks opzette lijk nagelaten. Do gevolgen van deze onverantwoordelijke handelwijze waren in den keeten zomer van het vorige jaar duidelijk merkbaar; het water had een grasgroene kleur aangenomen; groote hoeveelheden doode visch dreven daarin rond of werden, indien nog bruik baar, in consumptie gebracht. Verbetering van dien slechten toestand is nochtans niet te verwachten. Op een van gemeentewege by bet Departement van Oorlog ingediende klacht is geantwoord„Brielle kan vrij be schikken over de sluis, mits zy tevens des- zolfs onderhond voor haar rekening noemt". De voorwaarde is door de gemeente niet aangenomen. Het Departement heeft blijkbaar het voor nemen de Gemeente Brielle te dwingen door haar vischwater te bederven, zich te laten belasten mot het onderhoud van aan het Rijk behoorende werken. Een fraai staaltje van bezuiniging1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1907 | | pagina 1