Arnster aru.tz "RLTS,brengcn- INGEZONDEN. r"»pa™v—ssr c nusuasnst, U™** ^r.rsr'ti? iü zsrjbrsns li I «r- /Ui1 'hare aalldadlt 61 op guvcsligd le lleb" an. CCn voor 1 - uw catalogus op en vindt op pag. 25 stand 43: „Mij. Of wilt U liever 'n kop bouillon? klonk 't als j«i oirtrtm-yaCTAPii Van Len- 'n bijna-excuus. ik heeleniaal niet CV. Internationale Tentoonstelling van Ambaclitswerk- tuigen Paleis voor Volksvlijt Amsterdam. Verder Wat vraagt die man? Of je id'ie maeliine eens wil zien werken. I Is er een voor schoenmakers. De Jong en Brandon, i'rins apperHeel graag de bouillon aan kon ik niet rillCIB »UVI v.ns,. .v. gedurende de maanden Augustus en September 11)07. jri ""i" ™,vvu""'-- l Hendrikkade 20—21, Amsterdam. s\\at er te zien is? Vraag liever wat er Geel 8''aa8- zien is. Daarop zou 11 woord zijn te geven; wat er is, daar is 'n heel wat grooter deze courant is toebedeeld. Toen ik er heen ging, had ik er geen hoogen dunk \ul" van Die tentoonstellingen, daar wordt 'n mensch ook •1,11. 411110 hoofden en bejammeren het, dat beu van. We hebben ze gezien hier in '84, in '95, xl.l'l|g jaien later geboren zijn. .lust as me. A in Scheven innen, overal En i,IS. schoon. Heelemaal geen - - nai is door de seral. UW l^liaiuguo yjp VI, ...v. „r lo lot expl. van fijnhouthandel en stoomzagerij, Van Len- mjna-exeuua. nepkade 334, Amsterdam." En ge zet er 'n streepje En 0111 toen te laten zien, dat i bij. Daar moeten we eens heen. verlegen was, antwoordde ik dappe In minder dan geen tijd werd mij geboden, eu toen ik ze geproeid liud, kon ik niet nalaten omtrent de samenstelling en de bereiding er -o» «iMfi inlichtingen te vragen. Dat was 'n detica- van iuu»v»*w.Q lesse, zooals ik nog inaar zeiden proelde. I Wat Maggi-bouillon. En Juffr. Van ucn Burg, de vriei: dclijKe Adjunct-Directrice, deed 't blijkbaar even vet vii.v; i(, verklaren, als mij die verklarin noe si uk uukkuu, uii kv Kw met geen puimsteen schoon waren te krijgen, schud- s r. v..v. Kul Hai ze geen slof! iiriis, in Antwerpen, in Scheveningen, overu UJ.' zoon werkende als je dan met grootc oogen naar zoo n wer&cuuv machine staat te kijken, en je hoort vaklui allerlei technische uitdrukkingen doen en wetenschappelijke op merkingen maken, en ',t ongeluk gebeurt dan, dat ei v:" «"fc niet dan kom Dat is door de seral Seral! Wat is dat? Mag ik u die kaart geven? En we6 kregen Van Leeuwen en De Haas, Amster- .ivi ucn verL-Inrinv van wat „seral is en de aa. als van ecnige inlichtingen te vragen. -'t Was .ien- evenveel verklaring aren bevatten, kost ten; maar uc nu mgevoeiue nunuuvum™ aan merkelijk goedkooper. Dien bouillon liad ik nu gedron ken en kostte ongeveer 3Vs eent de kop, en er is geen bouillon, die dezen in kwaliteit ot voedingswaarde overtreft, ik proefde de M a g g i-a r o m a, welKe dient uin soepen en vleezeu te Kruiden; en het is mijn besliste overtuiging, dat peper en zout, en mosterd en soja en andere scherpe „scason-preparations" van onze tafels verdwijnen zullen voor de Maggi-aroma. De producten van Maggi hebben meer voordeelen, dan t mij geoorloofd is in 'n brief als deze te bespreken. Wie er méér van weten wil, wende zicli tol den Vertegenwoordiger voor Nederland en Koloniën, den i 11u<inivua>QÓh» 1 n Amsterdam. M. dc Redacteur! Mogen wij,- vissehers van Den Oever op Wieringen, ook iels zeggen in uw courant naar aanleiding van bel twistgeschrijf tussehen den heer Peeroboom en het be stuur van liou Zee; en tevens naar aanleiding van de woorden van den heer Hermans in onze laatste raads zitting, n.l., dat de Bond zoo weinig uitbetaalt? Wij ondergeteekenden, vissehers, leden van den vis- schersboud llou Zee verklaren dan, dal wij gedurende het korle bestaan van onzen Bond zulke hooge prijzen voor verschillende vischartikelen, voornamelijk garnalen, heblien gemaakt, als we vroeger nimmer hebben kun nen bereiken. Dat onze Bond onde|r zijn flink bestuur in dezen gezonden staal vrij van besmetting moge blijven, en een nog krachtiger bestaan moge krijgen en ulzoo een lang leven moge hebben, is ons aller wensch H StII U- TWSEN WZ, II. BAKKER, 1 K \I F P. BAKKER Pz., jb. DE HAAN, i - - konu cJaln' (X'U verklaring van wat seial is >n uc aanwen producten van Maggi hebben meer voordeelen, dan BAKKER Pz "i.' ^Vv \'f' r\t vwin je blij als je er af kan komen met erg verschrikt waar*allerlci wonderen op t gebied van naaldkunst Wie ei X'iandK0loiüën den BM'1 ROTGANS, Toen'1 ik^jaren 'geleden in ^5» constructie der machine, dat 't op tooverij Joor bezoto "^"fict ingezonden stuk van den heer J. Olie was g Oud-Noorsch handweetwerk door 'n dame gcfabri- soepen worden bereid en gratis aangeboden. ik aanvankelijk voornemens, niet te antwoorden, in ceerd en uitgelegd en dat door zijn mooie kleuren ~e eel^e plaats, omdat ieder weldenkend turner uit »Wr Wns andere motieven vele van onze dames En toen weer dc zaal in dat stuk, overvloeiende van hatelijkheden, het zijne zal Tobt ge met uw messen? Is t eiken morgen en el- weten te vinden, in de tweede plaats, omdat het niet op Jantwoorden. Door eenige tur- een antwoord gevraagd, van- ucciu zoek. afwezigen Frithjof steeds klaarder en duidelijk "te zien eenvoudige uitstalling van Cari Herinann, die diamant- Laat ik dan beginnen, met mijne sterke afkeuring uit worden. Er gaat 'n wondere poëzie uit hoeden zag maken, heeft die vriendelijke exposant me alles haarlijn uitgelegd, wel 'n uur lang, maar toen ik hem verliet kon ik nog evenmin 'n zijden hoed maken als toen ik bij hem kwam. En als hij me later er over Ih ad hooien spreken, dan zou die goeie man gevoeld hebben, dat al zijne inlichtingen even weinig waarde hadden als aan de galg gesmeerde boter. Och, dat tentoonstellingen-zien is goed voor men- schen met veel geld en veel tijd, of als je eens op i,nn n„ssailt noe je HUWtUjajivw wat andei's te doen dan vriendelijkheidjes te" zeggen; of als je er 'n sloot vrinden op nahoudt of 'n stam tafel, om zoo nu en dan ook eens 'n duit van alwetend heid in 't conversatie-zakje te gooien. Maar anders! Als 't in d»ï buurt is, gaat 't nog; maar als er 'n verre reis voor gemaakt moet worden en men is dan neen urofessional in 't een oi ander vak, dan weel ik ,..„i i:„„ en wel tien 1 wel, hoe dat gaat. Zeven dagen op rei uren op de tentoonstelling; en als men dan thuis komt, dan uiten we onze hoogste aandoeningen in klachten over dure hotels, slecht eten, stoffige wegen, brutale koetsiers en moe, moe als we waren! Nog nooit zoo moe geweest! En als de een of ander ons dan drie maanden later vraagt: „Weet-je nog wel van dat porselein? 't Was naast dat huis, waar die drie kante raampjes in stonden, en vlak er tegenoverstond "r>Han zessen we kalm: staal verKoopt, silbèrstahl, en waarmee ge in twee oi le spreken over het optreden van „Hercules" te Nieuwe rie streken 'n turfbijl zoo pcherp maakt als 'n zeis, Niedorp. ü1 ï",rwiw.,wL-^ïr-Pi] pu de incisies weer n zeis als 'n scheermes. Vooreerst is ons bondsorgaan „Het Turnblad" de aan befiriiMii dat haar eigenlijke plaats thuis is en Moet ge uw kolen zitten? Uw erwten? Uw krenten? aangewezen plaats, om critick uit te oefenen en daar- 'L 1 -O. J-r. don nnlf van zulke dingen. n zeis als n scheermes. gaan begrijpen, uai nu... ..gv........ vrouwelijkheid haar schoonste bezit, dan zullen ook de mannen wel lerugkeeren en beseffen, dat er nog bijna vanzelf. Zoekt-ge naar 'n amandelpers? Vlak ernaast. 't Gaat ae niajLiittui >vci ivip*\' n iets gelukkigcrs is dan 'n kroeg en eenzaamheid. Dan W Reijenga etaleert alle mogelijke en ik zou bijna zullen er zich vele bekeeren, die tot nu toe geacht wer- neggen onmogelijke h uishoudelijke artikelen; en voor den onbekeerlijk te zijn. Dan zalkeuüen-benoodigdheden kan men allerlei apparaten vin- Mag ik u verzoeken er aan te denken, dat ge den, waar onze moeders nooit van gedroomd hebben: over de tentoonstelling zoudt schrijven? scliil-apparaten, koolsnijders, wortelsnijders, met tien- Ja meneer. Nu, en dan is er ook limonade maal enz. ie koop en rokophouders voor damesjaponnen, en hon- Als ik niet in 'n verkeerde wieg terecht was geko- derd soorten van Everett's schoensmeer. En honig van men, zou ik meer verstand van diamanten gehad heb- 1- 1Tl I7„ li KT.. zoo n vent met 'n steek op." Dan zeggen we „Ja ja, jazeker, 'k weel nog heel goed. Er stond 'n kerel bij met zoo'n rooien neus." Welnee, dat was bij die horloges! Ja juist, dat was bij die horloges; maar ik her inner me dat porselein toch nog heel goed. En zoo ben ik tot de ontdekking gekomen, dat die tentoonstellingen van onschatbare waarde zijn voor dc conversatie van menschen van mijn slag. Zoo ben ik al wel tienmaal van tentoonstellingen thuis gekomen. Zoo ging ik er ook nu heen. .Wat moet nu 'n mensch, die heelemaal geen vak of geen ambacht geleerd heeft, die niet spitten of graven kan, zoo dacht ik, op 'n tentoonstelling van am-f 1 1 fi 1J~1 t"i vv a rlp kan, zoo uaciu ik, bachtswerktuigen uitvoeren? De eerste opmerking dé beste, die zoo iemand maakt, is 'n blunder. Maar 't is me nu meegevallen, 't Is nu heel an ders gegaan; en ik heb mijzelven afgevraagd, waar aan dat nu kon liggen. En ik geloof, dat 't hier aan ligt, dat men 't geheel overzien kan. 't Is niet zoo alles overweldigend als ander tentoonstellin- lingcn, waar 'n mensch vandaan komt met hoofd pijn van al 't leven, dat-ie hoorde; waarvan hetknoer- sen van kettingen en het gillen van fluiten nog da gen daarna in zijn hoofd weerklinkt. „L'e x p o s i t i o n en générale" is eigenlijk dat is 't tenminste geworden een zich laten meesleepen van de eene gewichtigheid naar de andere, om ten slotte van alles .wat gezien te hebben en van niets het ware. Zij, die op deze tentoonstelling hebben ingezonden, mogen re sultaten verwachten van hunne inzendingen. Men blijft er voor stilstaan en kan zonder op zij geduwd te worden nota nemen van het tentoongestelde en er inlichtingen over inwinnen. Deze tentoonstelling heef wat men maar zelden ontmoet iets intiems. Ge zoudt niets gek opkijken bijv., als ge dat mooie hout stondt te bekijken, dat Poulie inzond, en er dan iemand naar u toekwam, die vroeg: „Wil je ter wijl 'n kopje koffie?" of: „Steek 'n sigaar op." Dc circonstances blijven hier niet op 'n afstand, maai treden uw leven binnen als iets eigens; en terwijl gi dat mooie hout bewondert, die monsterkist inspec teert, komt 't verlangen in u op zoo'n tafel te be zitten of ter gelegener tijd van dat mooie grijsgek hout eens 'n bureau te laten maken. Waar groeit zuil hout wel? Gestreept ebbenhout, palmhout, azijnhotil. letterhout, Japansche wortelhout, pokhout, palissandcr hout, en kijk dat blok daar eens! Wat is dat? Wa' Tt-1-L1..1. te koop en rokophouders voor derd soorten van Everett's schoensuicci. en Keitin» le Santpoort, diie daar 'n bijenpark heeft. En ben en misschien ook meer belang er in stellen. Ni ie kunt er je portret laten knippen, 'n silbouet, door heb ik de schatten en de bewerking ervan aan staal L ....i iT,,a.„h,.,- Fn Plancius" verkoopt kijken als het mannetje in de maan: er is toch gee aankomen aan. Maar 't is toch heel interessant, om te zien, hoe de nijverheid en de vooruitgang ook in dit vak van kunst en rijkdom, grootc vorderingen - «nl.T la^ K.wlia i-o .U, t man flip maai* er roomboter en melk. Waarom raffel je dat nu allemaal zoo af? Och. omdat ijk juist wat moois wou zeggen van dit vak van kunst en rijkdom, groote vorderingen te zeggen, om die soorten van Maar wat zal ik er verder van zeggen? Het geheel de zaak gegeven wordt. door onze zaak nader tot het doel te brengen; in do Sehager Courant is dat stuk niet op zijn plaats; liet zou onze Gymnastiek kunnen schaden. Tot mijn niet geringe verwondering maakt „Hercu les" te N. Niedorp Lycurgus er een verwijl van, dat zij op djp wedloopbaan hadden gerepeteerd Mijns in ziens had „Lycurgus" daartoe het volste recht, daar nooit een bepaling is gemaakt, die haar dat verbood. Dan meent <le heer Olie het recht te hebben, om dden Directeur van „Lycurgus" te wantrouwen. Als be wijs, dat de meening van „Hercules" te N. Niedorp niet door dc andere vereenigingen wordt gedeeld, kan dienen, dal de heer Roggeveen op een vergadering van afgevaardigden, der bij den bond aangesloten vereenigin gen tot tijdopnemer werd gekozen met 7 tegen 1 stem. Verder schrijft dc heer Olie „Dan nog dc kwestie lus- sehen dc vereeniging „Hercules" van Oudkarspel en de lgens het lijstje van den eenen tijdopnemer Hercules" te Oudkarspel 76r> sec. en de andere tijdopnemer schreef 775 sec." een geheel verkeerde voorstelling, die van bij eLÊaar te brengen, om je hart een^ uit te zuch- - K tt - - m ten denk je dat 't dan prettig is, om je tzwijgen ligt buiten het bereik van mijn belangstelling en bui- Er waren, drie tijdopnemers. Twee daarvan, die in teil het bereik van mijn beurs. Laat mij aan anderen deze kwestie geheel onpartijdig waren, verklaarden be min inoann mogen overlaten hier 'n stuk epiek over te schrij- slist zeker te wéten, dat „Hercules" te Oudkarspel de te zien opleggen Steek 'n sigaar op en laten we den tuin ingaan, mogen ov Misschien doet de buitenlucht je goed. Je moet voor- ven. loopig maar bij die naaimachines en weefstoelen van- Verder: daan blijven; er zijn gestellen, die daar niet tegen „Hier worden klompen op maat geleverd door J. kunnen. Neuteboom, klompenmaker te Ilattem." Met den eer sten prijs bekroond op de tentoonstelling te Apeldoorn In den tuin. j in 1901. Deze uitstalling is de hoogmoed van elk recht- Toen wij er waren, was er van de Belgische inzen- geaard boerenhart; dit stuk werkwinkel heeft altijd be dingen nog maar weinig te zien. Dat is overal 'tzelfde. kijks; want ik heb nog nooit zulke mooie klompen Dat is zoo te Parijs, te Antwerpen, te Brussel, te gezien. Amsterdam. Dat zal ook zoo zijn, als er te Lutje- J Zeg baas, wat zijn dat voor klompen? broek een tentoonstelling gehouden wordt. Er zijn al- Hardenberger klompen, meneer! Wil meneer er tijd telaatkomers. Ligt het niet aan 't weer, dan ligt j 'n paar van meenemen? 't aan de verzending. Als de kisten er zijn, ontbre- Neen. En die? ken de spijkers, en als dan de spijkers zijn opge- Schoenklompen, neusklompen, puntklompen, trip- achommeld. is de hamer niet te vinden. Zij zouden klompen, Entersche klompen. Ze zijn heel gemakkelijk hun expositie al lang geopend hebben, als meneer zich meneer; heel wat gemakkelijker dan diie nauwe laar maar niet verslapen had, of als zijn veeters maar niel jzen; koop is 'n paar. «ebroken waren. Nu worden die knechten afgesnauwd Maar man, ik draag ze niet. - Als ze maar naar uw voet gemaakt zijn, dan draagt u ze wel. En de kerel praatte net zoolang, totdat ik 'n paar klompen van 'm kocht, die nu omdat ik er geen anderen raad mee weet voor versiering aan den muur hangen. Ik weet wel, dat dit erg ondankbaar van mij is, maar men vergeve 'l mij; als ik inScha- gen woonde of zoo gelukkig was 'n tuin te bezitten, zou ik mij de weelde van ze te dragen kunnen ver- 'n Stadsmensch is alleen vrij in gebroken en het publiek voor 'n deel teleurgesteld; 't kwartje is ten deele weggesmeten en in ons halve-centen-landje zijn de kwartjes duur. Allons! Dan maar weer terug naar de zaal. Neenee, de Huishoudschool is er nog. Kom mee, links af. En daar vonden we, in 'n hoek van den tuin, een eenvoudige flinke keuken; daar neergezet en ingericht onder toezicht van Mevrouw Van IJsseldijk-Nijland, di- LI VU11 1V1CVIGUW wauvivTTj..J-j rectrice van de Amsterdamsche Huishoudschool (Zand- oorloven; nu met. icuuii-c va» uv, tvi» zijn ^^[en, en soms ook daarin nog niet. Maar toch, komt kijken, gij allen, die belang stelt in de dingen, die gebeuren op het gebied van den T -C--1il.1JIl pad 5, bij het Vondelpark.) Dat was 'n aardig gezicht, de Adjunct-Directrice in haar eigenaardig soort van verpleegsterspakje 't steeds meer doordringend volapuk in de kleeding der dienst baarheid daar te zien werken tussehen haar kin derlijke helpsters. Willen de dames 'n rijsttaartjevroeg ze. Heel graag! En de vier, vijf Maria's of Martha's, die ook 'n hout, en kijk aai diok uaai cclu: hui w wv. - staat er op? ,,'n Teakblok, buiten 'thart. 3 M. lang kijkje kwamen nemen, smulden rijsttaartjes. 79 X 88 in 't vierkant." Bestaan er zulle dikke bob- Ook 'n rijsttaartje, meneer? o trui, j;., moKnnipnlaat eens! Waar woont di:- De vraag gold mij; de meisjes kregen 'n U UU JLJ.* men? Kijk die mahonieplaat eens! Waar woont di De vraag gold inzender? Daar moet ik eens gaan kijken. En ge sla::' en ik 'n kleur. lachbui baan had afgelegd in 765 sec. De derde tijdopnemer, Directeur van „Hercules" te Oudkarspel schreef 1 sec. méér. Wel een bewijs, dunkt ine, dat hier in geonen deele aan oneerlijkheid, maar aan een vergissing moet worden gedacht. Ook neme men in aanmerking, dat hij min of meer onder den indruk van het oogenblik ver keerde. De overige juryleden hadden in deze niet te beslissen, omdat zij van de zaak onkundig waren. Het spijt mij zeer voor de leden van „Hercules" le Nieuwe Niedorp, dat zij een zoo verdrietigen dag ge had hebben, maar nog meer spijt het mij, dat er tur ners gevonden worden, die de goede zaak benadeelen, hetzij door jaloezie of door hun zucht tot afbreken en bekladden. De jury (in dit geval de drie tijdopnemers) hadden hier te beslissen en elke mededingende vereeniging moest zich daaraan bij voorbaat onderwerpen. Wat betreft de vergelijking met de J u t m e d a i 11 e, ik houd mij met dergel ij ke soort sport niet op, kan over de waarde van zoodanigen prijs niet oordeelen en, gun die wetenschap gaarne aan de leden van „Hercules" te Nieuwe Niedorp. Wèl kan ik den heer Olie mededcelen, dat het ons volkomen koud laat, hoe wij beoordeeld worden door heeren, die hunne lunimakkers op een ergerlijke ma nier bespottelijk maken en oneerlijk doen schijnen. Oudkarspel, 3/9 '07. J. SGHRIEKEN, Secretaris van den bond van Gymn. Vereen. „Holl. Noorderkwartier." Ook een tentoonstelling. Te Zurich wordt deze week een tentoonstelling van arbeid. Laat u niet afschrikken door het groote woord Internationale Tentoonstelling. Er is hier iets te zien en te leeren in elk vak. Boekdruk- eetbare en vergiftige paddestoelen gehouden. Er zullen kers en graveurs, timmerlieden en machinisten, huis- meer dan 50 soorten, onkel uit de bosschen in de om- moeders en onderwijzers, allen kunnen hier iets opdoen, geving van Zurich, worden tentoongesteld. De inrichters wat 'hen ,in hun 'dagelijksch bedrijf te stade komt. van de tentoonstelling willen aantoonen, dat men jaar. Wie nu komen, vinden ook de Belgische afdeeling lfjks heel veel paddestoelen, ter waarde van millioenen franken, in de bosschen laat verrotten, lekkere padde stoelen, die uitnemend op de tafel van velen het dure vleesch zouden kunnen vervangen. geopend; en het kwartje, dat aan de groote ingangs deur voor de geheele tentoonstelling betaald moet wor den, zullen zij zich niet beklagen. H. d. H. schenk tot stand gekomen. Pieter Brand had nu een gevoel alsof hij treurde i! - hktttvo» 11 ,'D 7IOL' D over had geleden. Hij had aan mama Brigitte gehangen. Maar nu was dat gevoei jjci.okkcuu, t» ..v. begraven. Geef het op, Piet, zeide oom tot zich zeiven. Zij Toen zij nu weder de kamer binnentrad ver- zijn van een andere wereld. Wat geven hier woorden? giste hij zich of gluurden de bengels door de deur- Hij sloot zijn gemoed en zweeg stil. opening, om te zien of het hem getroffen had'? Maar Karei Christiaan hield zich niet stil, en wilde bitterd wierp zij hem tegen: oom Piet verzocht ernstig: „Willen wij het er nu „Ja ja natuurlijk! Zijne melodieën zijn er te werkelijk maar bij laten blijven?" En zij lieten het er bij. Maar het oyerige van *den avond had iets trekkends, traags cn vervelends. Zij voelden allen dat er een klove was ontstaan. Bij het ter Brand naa nu een gevoei ctliUl JUij t__ iemand, die aan een ernstige, ongeneeslijke ziekle goed voor, dat ze gezongen worden." iu geleden. Nu begreep Ellen, wat er gebeurd was. Zij vermoed Hij had altijd met een zekere soort hartelijkheid de nu dat de predikantsvrouw haar oom leed hac r-ikHik «oh:inn<>n Maar nu was dat gevoel berokkend, al was het dan ook in onschuld. '""Si v" en met een zekere blijmoedige bedeesdheid liep zij als bemiddelaar optreden. hem voorbij; op Karei Chrisliaans hoekig gezicht stend „Gij hebt ons indertijd immers uitoengezet, dat gij 1 tir.io» het lied niet voor vol aanzaagt. Wij wilden u door uw - LLi ÏYJLUCU UUU1 x 1VI «Viwv Q pijnlijk zijn zwijgen was voor hen, merkte dat op uit hi n gekuch en het heen en weer draaien op hun stoel maar hij bleef zwijgen. Ellen had in gedachten verzonken gezeten en daar door niets gemerkt van de kwelling zijner ziel. En dal was goed. Wanl nu kon hij zijn toorn tenminste bedwingen, daar hij zich nu niet tegenover het kind behoefde te verklaren. Maar Ellen had toch wel dien toorn in zijne oogjn gelezen en zij peinsde er onruslig over, wat er toch gebeurd was. En in het geheim verkneuterde hij zich er over. dat de dominee en zijn vrouw nu met hun figuur verlegen geraakten in hunne teergevoeligheid. Ja zeker, in hunne teergevoeligheid. Die twee menschen waren menschen met een gevoe lige zfel al schenen zij van buiten hoekig cn bonkig. Eindelijk werd het Karei Christiaan toch te kras en hij stiet de vraag uit: „Wel, Pieter Brand heb je niets gemerkt, kerel?" In die vraag lag zooveel onbeholpen oprechtheid, dal het Pieter Brand tot kalmte bracht en bijna had hij er nu toe kunnen komen te zeggen: „Ja, het was eer mooi en ik dank u wel!" maar hij zeide dit toch niet. _V\at wisten zij van hem? Wat begrepen zij van zijne smarten? En zij meenden het toch goed. Deze wapenspreuk der heilige gemakzucht waarom liet hij die niel gelden, hier in de pastorie, op den avond van hel feesl van den vrede? „Hij heeft het wel gemerktzeide nu mevrouw Eri gitte, die de houding van Pieter Brand eenigermale begon tid begrijpen en ook liet mislukken van h. ar feestgeschenk moeilijk kon verkroppen. Met koelen ernst antwoordde oom Piet: „Wij zullen het er nu maar bij laten." jjlaar dat prikkelde haar trots nog te meer en ver bom Piet glimlachte. „Wij hebben deze wondervolle plaats" „plaats' zeide hij, alsof hij met een bijbeltekst te doen had „in uwe symphonie gevonden, „cartabile" hebt ge er zelf bijgezet. Voor ons was 'tals een sluimerlieden gemakkelijk hebben wij er de woorden voor gevon- „Gcmakkelijk vonden wij daarvoor de woorden", zoo sprak Karei Christiaan, en oom Piet lachte. Maar*uit hetgeen dominee Willers legen hem zeide,' bleek toch duidelijk diens genegenheid voor hem en oom Piet staarde dan ook lang in die eerlijke oogen, die hem lief waren, tot hij eindelijk zijn stilzwijgen niet langer kon volhouden, daar hij gevoelde dat hij anders Karei Christiaan door zijn hoogmoed pijn zou doen. „Laten wij nu niet weer tot scherpe woorden ver vallen," zeide Pieter Brand. „Laten wij niet over el kaar klagen." „Daartoe hebt ge toch geen aanleiding," merkte me vrouw Brigitte strijdlustig op. „Noen, neen. Het is alles mijn schuld. Mijn eigen schuld want een mensch mag niet verraden, wat er in zijn ziel leeft. Wat in de ziel leeft, moei ge heim blijven. Wat naar een uiterlijke gestalte ver lang!,. naar lompen en vodden, papier, linnen, inkt en inktpot cn kattendarmen onverschillig is het, wat daarmede gebeurt. Onverschillig is het, wat anderen daarmede uitvoeren!" „Ja zeker," zeide Brigitte. „Nu zijt ge zeker wel zoo ver, dat ge het liefst de kunst eenvoudig van dc we reld zoudt willen blazen!" „Zeg liever, dat ik het wereldschc uit de kunst zou willen blazen, opdat de kunst rein blijve „Dat is ook weer zoo iets merkte dominee hoofdschuddend op. „Ja, Karei Christiaan, zoo iets is dat En Brigitte wrong zich de handen. Maar afscheid ging het er ook koel door. Zoo was de Kerst avond van VI it jaar in de pastorie van Mönchgut. Door den stillen winternacht wandelden oorn Piet en Ellen zwijgend naar huis. Hartelijk drong de kleinte zich tegen hem aan. Zij gevoelde, dat de ondervonden smart nog in hem na trilde. Zij was zoo blijde, dat zij alle kwellingen met hem mocht deelen. Zoo blijde ook, dat zij dat, wat hij dacht en gevoelde, trots dat zij het niet ten volle ver-afzenden. Wanneer Ëwald niel vanzelf wilde komen, zich er op verheugd. En nu? Zijn lichten, zijne sterren warentranen. XXXVIII. „Wat? De bengel is sedert gisteren hier en laat zich niet eens bij ons zien! Dat is weer wal nieuws! Dan zal ik hem eenvoudig hier halen." Oom Piet had gezien hoe Ellen zich teleurgesteld had gevoeld. En nu zond hij vader Wcetgoed met een brief naar meester Karsten, met de mededeeling dal als Ewald zich niet eindelijk op den derden Kerst dag bij hem had aangemeld, hij Pieter Brand - dan zelf zou komen en den jongenheer eens ferm bij zijn kraag zou nemen. Ellen smeekte hem, dat hij die boodschap niel zou mocht te Begrijpen, toch met haar vermoeden kon om vatten. Evenwel bekroop haar dan toch eenige teleur stelling over de hooge vlucht zijner gedachten. Evenals toen hij onlangs in de pastorie over dc beleekenis en de waarde van hel lied uitwijdde cn een helder begrip gaf, bevroedde zij zijn ruimen blik met weemoedige verbazing. Eene klagende bewonde ring vergezelde hem in zijne eenzame onbarmhartig heid. Het kind zag hem hooger en hooger stijgen, daar heen, waar niets meer bloeit, waar geen bloemen kun nen ademhalen, waar niels leeft buiten hem, den zwer ver, die hier niet leven kan. Hem ontbrak iets, dal was duidelijk. En in hare meisjesziel weerklonk het: een mensch ontbreekt hem, die het zoo goed, zoo goed met hem meent, als maar mogelijk is! Die hem met alle hartelijkheid aanhangt, wier vriendelijke zorgen onafgebroken hem omgeven. Zij zijzelve hoe hing zij toch aan haar oom Maar dat was niet genoeg voor hem. En wie was zij ook? Lieve hemel zij een dom ding! Een niets. Misschien was zij zelfs voor hem wel een hinder paal, was zij hem lastig. Zou hij haar anders wel met zoo bereidwillige kalmte laten heengaan? Nu drukte hij hare hand. Zij voelde in dien hand druk wat hij dacht: dat zij naar hare zwakke krach ten hem begreep, dat zij hem getrouw ter zijde stond, dat zij zijn geesteskind was. En haar geluk was grool. Maar daarom moest zij toch weg van hem Ellen's gedachten werden steeds mismoediger. Hij had haar zooveel geleerd en meegedeeld. Hij had haar zoo veel gegeven. En nu, als zij onder zijne leiding steeds meer en meer veel van hel onbegrijpelijke in schepping cn ziel zou gaan begrijpen nu moest zij weg! Hoe zou dat toch afloopen? Hoe zou zij daar in Genève het uithouden? Dat was een Kerstavond. .Wat had zij bij voorbaat naloopen wilde zij hem in geen geval. Maar uit haren loon hoorde oom Piet meer een klacht dan trots, cn Johan Weetgoed moest de boodschap overbren gen. Op den namiddag bracht Ewald zijn bezoek. Zij zagen hem reeds in de verle aankomen. „Drommels I Piek-fijn! En wat een brani!" riep oom Piet verwonderd uit. Toen dc jonge man hij hen binnentrad en Pielcr Brand hem nu van nabij nader opnam, kon deze irots zijn goeden wil, een eerlijk gevoel van misnoegen niet onderdrukken. Maar Ellen bleef nog in bewon dering. aan welke zij evenwel geene uiting gaf, Ewald was een „heer" geworden. Zijn eigenwaan even hoog als zijn staande boord. Met eene weemoedige leleurstelling dacht de kleine aan de scheeve hakken, welke hij bij hunne eerste ontmoeting had gedragen. En nu sprak mijnheer. Over zich en nog eens over zich zeiven. Zonder daartoe uitgenoodigd le zijn en met een gemaakte breedsprakigheid, gelijk menschen aanwenden, die zeer gewichtig doen. Tusschentijds spreid de hij eenige bescheidenheid ten toon, als wilde hij gelegenheid geven hem te loven en te bejubelen. Oom Piet rilde er van van zulke aanstellerige verwaandheid. Maar hij bedwong zich. „Mevrouw jieeft voor mij een studeerkamer lalen inrichten. Per idjag moei ik 'slechts drie uren mij met de jongens .bemoeien. Den andoren tijd kan ik voor mij alleen gebruiken." „Gij studeert immers theologie, is het niet?" vroeg Ellen. „Neen. Ik ben wel is waar ingeschreven, maar de colleges bezoek ik niet." (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1907 | | pagina 6