Uit het Boevenleven. u onder openbare controle Zondag 29 Sept. 1907. 5le Jaargang. No. 4295. VIERDE BLAD. Hulpmesisfoffen levert JOH. C. DE WIT. Bekendmakingen. Binnenlandsch Nieuws. in superieure kwaliteiten tegen uiterst scherpe prijzen. geeft Joh. C de Wit, Beemster. mi mr m GEMEENTE SCHAGEN. (o) Loting voor de Militie. Burgemeester en Wethouders der gemeente Schagen maken bekend, dat de loting voor de lichting van 1908 voor deze gemeente zal plaats hebben in de „Cérès" op Maandag, den 14 October 1907, des namiddags te 1.30 uren. Aan de loting nemen deel de ingeschrevenen voor die lichting, wier inschrijving plaats had vóór den lsten September j.1., met inbegrip van hen, wier inschrijving voor die lichting na evenvermelden datum krachtens art. 24 der Militiewet 1901 mocht zyn bevolen. Bedoelde ingeschrevenen worden mitsdien uitgenoodigd om op het hierboven vermelde uur ter aangegeven plaatse aanwe zig te zijn. Bepalingen betrekkelijk de loting. De ingeschrevenen worden in de volgorde der alpha betische naamlijst afgeroepen ten einde zelf een nommer te trekken. Voor den ingeschrevene die niet is opge komen of, hoezeer opgekomen, buiten staat of onwillig is zelf een nommer te trekken, kan dit geschieden door zijn vader, moeder, voogd of curator. Is ook deze niet opgekomen, dan geschiedt het trekken door den Burge meester of het Lid van den Gemeenteraad, bij de loting tegenwoordig; het lotingsbiljet wordt alsdan bewaard ter Gemeentesecretarie, waar de loteling het binnen drie maanden na de trekking kan afhalen of doen afhalen. Yoor hen, die op den dag der loting blijken te zyn overleden, wordt niet geloot. Door belanghebbende lotelingen cf door hun vader, moe der, voogd of curator kunnen tegen de wijze, waarop de loting is geschied, bezwaren worden ingebracht bij Ge deputeerde Staten. Het bezwaarschrift kan op ongeze geld papier worden gesteld, doch moet, na behoorlijk te zijn onderteekend, binnen vijf dagen, te rekenen van den dag waarop de loting heeft plaats gehad, tegen bewijs van ontvang worden ingeleverd by den Burgemeester. Gedurende vijf dagen, te rekenen van den dag waarop de uitspraak ter kennis van belanghebbenden is gebracht, kan daarvan by de Koningin in beroep worden gekomen door belanghebbende lotelingen, of door hun vader, moe der, voogd of curator. Het daartoe strekkend verzoek schrift kan op ongezegeld papier worden gesteld. Het moet rechtstreeks aan Hare Majesteit worden verzonden en behoeft niet gefrankeerd te zijn. Vrijstelling van den dienst. De loteling, die vermeent recht te hebben op vrijstel ling van den dienst, geeft de redenen van vrijstelling op by de loting, na het trekken van zijn nommer. Is de loteling niet in persoon bjj de loting tegenwoordig, of is hij, hoewel tegenwoordig, buiten staat die opgave zelf te doen, dan kan het opgeven der redenen van vrij stelling ook geschieden door zijn vader, moeder, voogd of curator. Onverminderd de opgave by de loting gedaan, moet de vrijstelling in elk geval nog worden gevraagd bij den Militieraad, zulks op het tijdstip nader by openbare ken nisgeving bekend te maken. Voorts wordt ter kennis gebracht: 10. dat tot het bekomen van vrijstelling wegens eigen militairen dienst moet worden overgelegd hetzij een paspoort of ander bewijs van ontslag, hetzy een uitrek sel uit het stamboek of een bewijs van werkeljjken dienst; 20. dat tot het erlangen van vrystelhng op grond van broederdienst ten aanzien van eiken dienenden of gediend hebbenden broeder moet worden overgelegd een bewijs als onder R bedoeld, alsmede een door den Burgemees ter af te geven getuigschrift, waaruit blijkt het getal zonen tot het gezin behoorende; 3°. dat een getuigschrift als onder 2°. bedoeld, ook moet worden overgelegd, indien vrijstelling wordt ge- wenscht wegens vermoedelijke aanwijzing tot den dienst van één of meer in hetzelfde jaar geboren broeders 40. dat het getuigschrift hierboven onder 2°. en 3» bedoeld, door of vanwege de lotelingen aan den Burge meester kan worden aangevraagd op Woensdag, den 16 October 1907, des voormiddags te 10 uren, ter Gemeente- secretarie 5°. dat'de hiervoren genoemde bewijsstukken, noo- dig 'voor het erlangen van vrijstelling wegens eigen militairen dienst of wegens dienst van een broeder of van broeders, ten minste veertien dagen vóór de opening der zitting van den Militieraad, alzoo vóór den 2osten November 1907, moeten worden ingeleverd bij den Bur- gemeester, althans voor zoover bedoelde stukken op dat tijdstip niet reeds ter Gemeentesecretarie berusten. I Waar in het bovenstaande sprake is van vader, moe- der of voogd, heeft zulks betrekking op minderjarigen en strekt de uitdrukking „vader" voor het geval dat de vader de ouderlijke macht uitoefentde uitdrukking 1 „moeder" voor het geval dat de moeder de ouderlyke macht uitoefent, en de uitdrukking „voogd" voor het geval de minderjarige onder voogdij staat. De uitdruk king „curator" geldt den meerderjarige, die onder cura- teele staat. Belanghebbenden worden er nog uitdrukkelyk op ge wezen, dat nalatigheid in het doen opmaken en in het tydig inleveren van de vereischte bewijsstukken ten gevolge zal hebben, dat de lotelingen tot den dienst zul len worden aangewezen. Bjj de loting zullen de lotelingen voorzien moeten zyn van hunne oproepingsbiljetten. Gedaan voor de eerste maal te Schagen, den 24sten September 1907. De lo. Burgemeester, P. BUIS Jz. De Secretaris, ROGGEVEEN. ii. II A FF IE en BBTS. In de gevangenis. Van dat eigenlijke gevangenisleven hebben wij, out siders, zoo geen begrip. Om dóór 't ware, 't echte van te snappen, moet je - zooals m n vriend Raffie v- zoo om en bij de zeven jaar in „de bajes hebben doorbracht. we, ergeI-/' vroeg ik, onnoozele, oningewijde, - „de echte straf, nadat het vonnis ge vallen is, of net voorarrest?' Toen zag Raffie me pan met iets op zn gezicht van: „neem je er mij nu tusschen, ja of neen? Hij zoog aa nzijn stukje sigaar en scheen toch tot het besluit te komen, dat 'k - zooals ik daar zat - in vollen ernst P' In'ziin oogen kwam langzamerhand leven, zekere wee moed van herinnering. Ik voelde 't wel: heel dat lange gevangenisbestaan nu eens een jaar, dan weer ander half dan twee, met inbegrip van vijf-en-veertig dagen voor „verzet", gingen zijn geest voorbij. Hij glimlachte, maar 't was met iets smartelijks, iets droevigs. En dan ontdekte ik weer in zijn expres sieve koolzwarte oogen het flikkeren van andere soort herinneringWaarover wij 't straks zullen hebben. „Wal 'l érgst is?" vroeg Raffie medelijdend kijkend, nog steeds, vanwege het naïeve der vraag, ,,'t vóór- arrest natuurlijk. Dat's nogal natuurlijkBegrijpt u niet?.Dan tellen de dagen niet! Je zit, je zit; je ziet uit het venster van je cel, den dag aanbre ken, den avond komen, nacht worden, wéér morgen De sloten rinkelen De bewaarders gaan Je krijgt je eten Niemand kan zeggen, hoe lang, hoe lóng of dat duurt... Dagen, weken, maanden! As-je eenmaal veroordeeld bent, dan weet-je precies, waar je aan te houden. Zóó-en-zoolang is je straf. Dat reken-je uit; op de minuut. Je geelt een streepje, of je onthoudt 't Hoé dan ook. Maar 't vóórarrest.Dal zal me gestolen worden, meneer!" En in kwaadaardigheid van booze herinnering beet hij een stuk van z'n sigaar af; spuwde 't uit, op den grond, alsof hij daarmee levens wraak wou nemen op wat dat voorarrest hem had laten lijden. ,,'k Zal niet zeggen," vertelde hij verder, „er zijn bij dat vóórarrest ook wel dingen, die je later als een soort van voorrecht leert beschouwen. Zooals om iets te noemen, je pijpje. Je half-uur pijpje mogen rooken. Dat's een bijzonder soort van pijp, zoo'n kleintje. Een halfuur wordt-je gelucht, dan is 't uit. Maar toch mis-je 't naderhand, dót kan ik verzekeren En eensklaps glinsterde er iets in zijn oolijke zwarte oogen. Hij zag me aan als willende vragen: Kan ik je nou vertrouwen, ja of neen?... Hij dacht even na. Toen stak Raffie van wal. Hij noemde zelfs de gevangenis, waar dat gebeurd is, wat hij bedoelde. Maar ik zal 't niet verklappen! Slechts hel feit, kenschetsend de trouwe „cameraderie" tusschen de lot- genooten in zoo n gelegenheid van slot-en-grendels. Ja, dót was een mop! Toen daar in de gevangejnjis, die ik nooit zal noe men Raffie's straftijd verstreken was, heeft hij een echt bundeltje sigaren geheschen naar een makker van 'm, die nog een poosje „zitten" moest Hoe dat nou precies ging, zeg ik u óók niet. Over tui melramen na een bepaald signaal van tik-tikEn nog wat meer. O, als je 't zoo hoort, lijkt 't dood eenvoudig. Maar toch is er veel van boefjes-virtuosi teit, vindingrijkheid, voor noodig! Wat je zoo gaandeweg als je zoo om en bij de zeven jaartjes achter den rug hebt schijnt te lee- - en op GEMAKKELIJKE VOORWAARDEN, - Raffieis recidivist geworden, heeft men gaandeweg „in de gaten" gekregen. Hoe dót nu weer in z'n werk ging, heb ik pok gesnapt. Dat kwam door „la femme." Ik heb üi den loop mijne rin de praktijk doorgevoerde onderzoekingen op het gebied van boeverij" met al den aankleve van dien er een gekend; dat was een piekfijn-soort van schavuit, met glacé's aan de vingers en een smette- loos-glazenden hooge dop op de kruin die, wanneer hij z'n levenshistorie zou gaan vertellen en een zeker getal borrels had hem daartoe courage geschon ken, begon met bitteren weemoed, uit te roepen „Cherchez la femme, Monsieur! cherchez la femme partout i Hij had wel gelijk, m'n deftige wijsgeer uit de boe- venwereld. En arme Raffie is er de levende „illustratie" van. Hij had een Zeedijksche ontmoet, zoo'n echte, zoo'n „toffe." Ze had veel pommade in de haren. En breede heupen, die verleidelijk wiegden onder 't gaan. En kokette haklaarsjes aan de voeten, die rikketikten op de straatEn een prachtstuk van een bloedkoralen ketting om den blanken, poezel-malschen hals. En 'n paar oogenAls Raffie's levenslustig-zwarte kijkers gluurden in dat jolige gelonk van die oogen, dan walste 't in hem Dan werd hij heelemaal Strauss, om 't eens erg poëtisch uit te drukken. Dan kon 't wezen, dat hij zich, niet langer dan een een paar uren tevoren, de beste heiligste voornemens had gevormd. Weg ermee!... 't Huis, waar zwarte Bets woonde, trok hem als een magneet. Lag hij 's nachts, kalm- en-welin z'n bed, dan hoorde hij 't suggestief deunen van het zware harmonium in de danszaal, waar Bets uren- achtereen walsjes deed, aan den arm van lichtmatrozen en andere liefhebbers Maar Raffie, wót 'n knappe jongen met z'n zwart kneveltje en z'n boutige spieren en z'n guitig-zwarte oogen had best gemerkt, eens op een keer, dat Bets, zoo achter den rug van haar danser om naar hem lonkteZe trok haar roode lippen schuins, met zoo'n trekje van: merk-je 't wel, dat 'k jou een snoes vind? En later, toen ze, vlak naast Raffie, kwam uit rusten, op de leeren bank, van de vermoeienis, had ze de blanke, mollige hand, met al de ringen er aan, op zijn knie neergelegd, had ze hem aangekeken met iets-heel-bijzonders in d'r oogen. In de zaal walste 't om hem heen. Er werd geklonken, geruzied, gekust, geknepen, gegild, gelachen't Kon Raffie niets bommen. Hij had alleen oog voor Bets. Dat is heeft hij me eerlijk verteld Raffie's ongeluk geweest. Als-je hem zoo observeert, zou-je niet zeggen, dat er iets van Carmencita's van Jose in hem schuilt. En toch is 't zoo Datzelfde brutale, gespierde ex-boefje is weeke-boter geweest, zóó soepel en zóó zwak, in de lenige vin gertjes van mooie Bets, uit de Zeedijk-dansgelegenheid. Natuurlijk snapte zij 't direct, dat-ie dol op 'r was. En zij mocht 'm ook wel. M|aar de liefde eener Zeedijksche is nu eenmaal laten we zeggen: in acht- en-negentig van de honderd gevallen grof-egoïs- tisch. Dat brengt 't métier, en nog wat mee. Mooie Bets verwachtte zoo 't een en ander van hem. Raffie was „zwak." Bets was het centrum geworden, waar heel-de-wereld om draaide. Toen hij 't me zat te vertellen, heb ik gezien de herinnerings-smart, die verzachtte zijne gelaatstrekken, totdat ik, met hem mee, verdriet gevoelde. Alweer: zulke dingen van menschenwee moet men aanschouwen, mee-gevoelen, om 'ze te kunnen begrijpen. Hij holde, draafde door. Hij was weten wij recidivist. Toen is 't op een keer gebeurd, dat Raffie, in wien nog gloeide, vuurde een verterende, wilde koorts voor mooie Bets uit het harmonium-lokaal dat Raf ontmoette een paar jon gens-van-de vlakte, die iets bijzonderfijns aan en in de hand voerden. Dat „fijne" bestond uit een collectie horloges. De „herkomst" om nu weer eens deftig te zijn wist hij natuurlijk best. Toien de „transactie" hem werd gepresenteerd, aar zelde hij geen seconde. Hij wist wat er,, voor hem, op 't spel stond, werd j hij weer gesnapt. En de kans, dat hij den dans zou ontspringen, was zoo ongeveer gelijk nul. Toch deed Raffie 't dolste. Vloog hij er met kop en met haren in. Wist hij de horloges, van diefstal afkomstig, „te logeeren te brengen. Werd hij, voor de zóóveelste maal, heler. Daar was mooie Bets, met haar verleidelijke, lon kende kijkers, schuld aan. Maar hij was ,,'t vernikkelde haasje." Ik geloof wel maar een eed zou ik er toch niet 'op durven doen! dat de „Bets-passie" nu in Raffie (terwijl hij me dit alles in de pen gaf) bedaard is. I En ik laat 't er aan voorafgaan aan het eigen lijk gevangenis-verhaal, dat nu (wis-en-zekervolgt, om dat het toch onmisbaar is, ook voor den schrandersten lezer, om wél te begrijpen hoe Raffie zich verder in de gevangenis gedroeg. Dat-ie een „echt-kwieke" jongen is, kan wel hieruit blijken, dat hij in den tijd van (wee maanden het roos jes-slijpen geleerd had. In mijn ondeskundige ooren klonk deze triomfantelijk gedane mededeeling ietwat vaag. Deskundigen zullen er meer aan hebben. Niets baatte Mooie Bets li ad het hem gelapt. De deuren waren weer gesloten achter hem. De bewaarder had gehoofdschud van: God-beware, daar heb-ie 'in weer terug. Raffie zat „secuur." In hem kookte, woelde, gistte 't. De heerlijke vrijheid, door hem vergooid, verspeeld, wetens en willens lokte meer dan ooit. Waartoe dit leidde in het leven van mijn ex-boef komt nu. Gedocumenteerd; met allerlei gegevens van gevangenis-beslaan, zonder verdere bespiegeling, beloof ik u plechtig en waarachtigM. C. Een curieus adres! Te Enschedé arriveerde een brief met een adres, dat wy curiositeitshalve hier laten volgen „Aan den heer H Speelt piano en draagt voor en staat by T. in den winkel te Enschedé Staking van catechisanten. Een staking van catechisanten doet zich geruimen tyd te Drumpt (bjj Tiel) voor. De predikant aldaar heeft de catechisatie voor a.s. lidmaten op Zondag vastgesteld, maar die tyd past den jongelui niet en zy bly ven steeds weg. Het gevolg is, daar dominee geen anderen tyd bepaalt, dat er geen nieuwe lidmaten worden aange nomen. Kamerverkiezing te Schiedam. In het kiesdistrict Schiedam zyn officieel candidaatgesteld yoor het lidmaatschap van de Tweede Kamer, de heeren jhr. mr. D. J. de Geer te RotterdamA. W. F. Idenburg, Paramaribo; dr. J. van Leeuwen, Schiedam; A. P. Staalman, Helder en H. J. Versteeg, 's-Gravenhage. Watergebrek. In Friesland is groote behoefte aan drinkwater. Het wordt nu aangevoerd uit de meren, en uit Amsterdam wordt geregeld „leidingwater" naar Friesland verzonden, via Lemmer. Harlingen krygt water per spoor vanuit de pompen aan de stations te Heerenveen en elders. Postzegeltentoonstel I ing. Te Hoorn zal 16 November en volgende dagen een nationale tentoonstelling van postzegels gehouden wor den. Het Gemeentebestuur stelde een zilveren en een bronzen medaille beschikbaar. Jacob Kwast. De netto-opbrengst van het concert, den 12 September j.1. te Leeuwarden gegeven door de zangvereeniging „Jacob Kwast", ten bate van „Het Prov.Friesche Groene Kruis-Fonds", bedraagt f689.85, ongerekend nog het bedrag der collecte, die in de pauze werd gehouden, groot f202.10}. Een ongelukkig gezin. Binnen korten tyd heeft het gezin A. v. d. Kraats aan het Boveneind te Geldersch-Veenendaal het ongeluk gehad twee kinderen te verliezen. Ongeveer 4 maanden geleden verdronk een jongetje van vier en nu geraakte weer een van twee jaar al spelende in de Boveneindsche Grift, en hoewel de moeder den moed had zich onmiddellijk te water te begeven en haar kind op het droge te brengen, kon de inmiddels geroepen geneesheer S. A. Hekster te Veenendaal, toch slechts den dood consta- teeren. Bergen aan Zee. Naar het Hbld. verneemt, hebben regenten van het Burgerweeshuis te Amsterdam behoudens goedkeu ring van hoogere autoriteiten besloten in de duinen nabjj Bergen-aan-Zee een vacantiekoloniehuis te doen bouwen ten behoeve der Burgerweezen. Zyn wy wel ingelicht, dan zal dit vacantiekoloniehuis verryzen ten noorden van den straatweg, die leidt van Bergen naar Bergen-aan-Zee en wel met den gevel naar den straatweg. Er zal plaats zyn voor 60 weezen, voor wie een eigen weg naar zee zal aangelegd worden van ongeveer 7 minuten gaans. Donderdags te Schagen in het CaféW.ROGGEVEEN C'z. Vrijdags te Alkmaar op de Zaad- en Kaasmarkt, Zaterdags te Iloorn in „De Witte Engel", Alkmaar, 25 September 1907. Landbouwfeesten. Mocht de eerste dag van de landbouwtentoonstel ling wel geslaagd heeten, de tweede |dag heeft de verwach ting zeker verre overtroffen. In de eerste plaats mag dat ipngetwijfeld worden toegeschreven aan het over- schoone weder, dat deze tentoonstelling beide dagen heeft (begunstigd, waardoor men zich eerder midden in den zomer, dan in het laatst van herfstmaand zou denken en in de tweede en niet geringe plaats (pan de idleelneming van de Alkmaar omringende dorpen aan de feesten, speciaal aan den grooten landbouwop- tocht, die de tentoonstelling opluisterde. Wonder bedrij vig was het ook hedenmorgen weer in de vroegte van den pas ontwaakten dag op de terreinen, die cjitmaal de eer zouden genieten het uitverkorene Van. .wat de land bouw voortbrengt, dikwijls vrucht van noeste werk zaamheid en taaie volharding, te ontvangen. Alleen op de graan- en zaadmarkt was het stil en rustig en lag het tentoongestelde, dat ook heden ter bezichtiging zal blijven liggen, als het ware nog in vergetelheid ge dompeld. Alleen de 'tred van den bewaker, teruggekaatst door muren en overkapping, verried eenig teeken van leven en eerst nu kwam de smaakvolle aanleg (Van planten en bloemen tot zijn volle waarde. Het was er een lusthofje gelijk. Den Alkmaarschen bloemisten, die hier toe hebben medegewerkt, komt daarvoor een welver diend woord van lof toe. Bloemen bekoren overal en altijd het oog en boden hier, in haar kleurenpracht en verscheidenheid een aangename afwisseling. Nu we toch over dit deel van de tentoonstelling nog .even schrijven, willen wij als eene bijzonderheid met een enkel woord de aandacht vestigen op de inzending van den heer C. de Geus te Noordscharwoude, be staande uit een hieuwe koolsoort, wit, uitloopende in een punt, zoogenaamd „Felderkraut," (de naam verraadt reeds den Duitschen oorsprong) welke in de omstreken van Stuttgart wordt verbouwd op een hoogte van 400 M. boven den zeespiegel, alsmede op een verzameling roode uien, die zeer de aandacht trokken. Trouwens alles wat hier was aangevoerd, was de bijzondere aan dacht waard, zoowel in fijne boom- en andere vruch ten, als in fijne- en grove groenten. Moeder (natuur kan bij zorgvuldige cultuur waarlijk wonderen doen. Maar keeren wij tot het andere deel der tentoon stelling terug. Vele inzendingen zijn thans reeds gearri veerd. Het is inmiddels lekker warm geworden, zoo dat de dieren liggen of staan te hijgen in de hokken. Vandaag is het de dag voor wolvee, pluimvee, konij nen en kaas. Paarden zijn dit jaar niet gevraagd, ver moedelijk een gevolg van de in vorige jaren opgedane ervaring. De Hollanasche boer is nu eenmaal nog geen paardenfokker. Wel te verstaan, er worden wel paar den geteeld, doch men legt zich op de veredeling van het paardenras, naar wij vernemen, nog veel te weinig toe, althans in deze streken. Of dat niet anders kan? Wij gelooven het zeer zeker, maar het rundvee geniet, en wellicht niet ten onrechte, nu eenmaal de voorkeur. Op den Dijk vinden wij het wolvee, dat de beschik bare ruimte nagenoeg geheel in beslag neemt. Dat zegt reeds genoeg. In het geheel zijn er dan ook niet min der dan 68 inzendingen, collectieve in fokschapen (mel kende, afgewisseld, onverschillig van welk ras) en van Texelsch ras, alsmede in beste, fijne vette schapen en van overhouders in 1907 geboren. Voorts rammen van het Wensleydale ras, in Nederland geboren, Lin- coln-ras idem en gekruist Texelsch ras, benevens van volbloed rammen, uit het buitenland geïmporteerd. Het was in één woord een uitgelezen kudde; vooral m ram men waren er, naar wij ons herhaaldelijk hooiden verzekeren, uitmuntende exemjilaren. De in ons land geleelden behoefden voor de uit het buitenland ge im porteerden geenszins onder te doen. Op de Nieuwesloot was door de zorgen van de pluiin- veevereeniging „Aves" alhier, in de keurige metaaldra den hokken dier vereeniging, aan het pluimvee een plaats gegeven. Hoezeer het aantal inzendingen nog steeds te gering is, waren er toch in verschillende soorten goede dieren geëxposeerd. Leghorns, minorcas en wijandotten waren het meest vertegenwoordigd, lil Hollandsche hoenders was maar één inzending. De boer in het algemeen schijnt nog niet genoeg doordrongen te zijn van het nut, en het voordeel dat goede ras hoenders bij een oordeelkundige verzorging hem kun nen bezorgen. Behalve hoenders, waren er raseenden, ganzen, fazanten en parkhoenders, de beide laatste ter opluistering. Konijnen waren er in voldoende hoeveelheid en soor ten, van het groote wolharige reuzenkonijn tot de kleinere, ook enkele voedsters met jongen. Hier was speciaal de jeugd aanwezig, die zich bij de kooien kostelijk vermaakte. Op het waagplein was een gedeelte gereserveerd voor de kaas. In fabriekskaas was alleen in kleine inge zonden door een vijftal fabrieken, n.1. door die te Ouden dijk, Oudorp, Beemster. Heer Hugowaard en Hoog woud. Gevraagd waren 200 stuks. In kaas op de boer derij gemaakt waren er twee inzendingen in kleine en twee in commissie, onderscheidenlijk in 98 en 10 stuks. Uit de bekroningen vermelden wy Fokschapen, afgew., melkende, le prijs J. de Wit te Bergen. Fokschapen, melkende, Texelsch ras (6 stuks). Eerste prijs H. S. Eriks en P. Sevenhuysen, Warmenhuizon. Rammen. Wensleydale Ras, geb. in Nederland in 1906. Eerste prijs J. de Veer, Schagen. Rammen, Lincoln Ras, geb. in Nederland in 1907. Tweede prijs H. S. Eriks en P. Sevenhuysen, Warmen- huizen. Rammen, volbloed, uit het buitenland geïmporteerd, geboren in 1905 of vroeger. Tweede prijs H. S. Eriks en P. Sevenhuysen, Warmenhuizen. Fabriekskaas, Edammer, wegende p.m. 2 K.G., min stens 200 stuks. Eerste prijs kaasfabriek „de Volharding", Heer-Hugowaard. Edammer kaas, op de boerderij gemaakt, wegende p.m. 2 K.G., minstens 98 stuks. Tweede prys C. Bijpost Rz., Schagen. Pluimgedierte. Leghorns. Derde prijs C. Berkhout, Heer-Hugowaard. Minorca's. Derde prys N. Jol, St. Pancras, zwarte Minorca's. Mech. Hoeders. Eerste prijs N. Jol, St. Pancras. Mech. Koekoek. Wyandotten, 2e prys N. Jol, St. Pancras. Pekingeenden, le prijs N. Jol, St. Pancras. Ter opluistering. Derde prys N. Jol, St. Pancras, licht Brahma, broed 1907. Derde prys dezelfde. Zwart Orpington, broed '06. Het bezoek aan de tentoonstelling was vandaag al bijzonder groot. Vele duizenden waren van buiten naar de feestvierende stad oipgegaan en zij zullen het zich heusch niet beklaagd hebben. De straten waren let terlijk zwart van de menschen en het was al vroolijk- heid en opgewektheid, alom blijde gezichten. Tegen één uur werd de aandacht van de tentoonstelling afgeleid en begaven velen zich in de richting van den Alk maarder Hout, om den grooten landbouw-optochl kif te wachten, dien men bij de Buitensociëteit bezig was op te stellen. Met recht mag gesproken worden van een „grooten" optocht, want zelden nog hebben wij een zoo lange stoet met zorg afgewisseld, gezien. Heel de omtrek avn Alkmaar heeft aan dien optocht mee gedaan, iets wat niet genoeg te waardeeren valt. In het geheel waren er niet minder dan 26 wagens. Oudorp, Rustenburg en Ursern, Schermerhorn. Stompetoren, Zuid- en Noord-Schermer, Heilo, Koedijk, Schoor!, Heer Hugowaard, Sint Pancras, Zuid-Scharwoude en Broek op Langendijk, waren de dorpen in den optocht ver tegenwoordigd, waaronder Schoorl met niet minder dan zes, Ileiloo met twee en elk der overige dorpen, ieder met een bespannen wagen. De geheele opzet was groolsch en gaf in miniatuur een beeld van het groote en machtige landbouwbedrijf in zijn ganschen omvang. Het grootste gedeelte van de stad werd doorgetrok- 'ken, zoodat ieder hem meer dan eens op zijn gemak jheeft kunnen aanschouwen. 1 Het stedelijk muziekkorps en de fanfare-corpsen uit de gemeenten Koedijk, St. Pancras, Schoorl, Heiloo en Schermerhorn begeleidden den optocht, zoodat er aan opwekkende muziek geen gebrek was. Waar door de omliggende plaatsen een zoo belangrijk aandeel is genomen in het feest, waardoor het succes werd ver zekerd, mag een woord van oprechten dank aan de deelnemers niet worden onthouden. Mogen zij zich voor hunne medewerking beloond vinden in de hartelijke ontvangst, die hen ten deel is gevallen, in de waardee ring van de vele duizenden toeschouwers, wier oogen zich hebben vergast aan den rijkdom der voortbrengselen van dit gewest en mogen zij zich geroepen gevoelen om des noodig een volgend jaar opnieuw hun steun te verleenen. ter verhooging van den bloei van landbouw en veeteelt. Een concert van het stedelijk muziekkorps heeft ook dezen tweeden dag besloten. Nog lang werd na afloop van dit concert op prettige wijze het feest voortgezet. adviezen, prijscouranten, brochures, enz., gratis Een kind van een doofstom echtpaar. Het tijdschrift „Op de Hoogte" bevat o.m. een zeer waardeerend getuigenis omtrent den tooneelspeler Louis de Vries, door L. van de Cappelle. „De Vries zoo staat daar is nu 34 jaar en sinds zeven jaar aan 't tooneel. Hy begint pas zyn loopbaan. En als men daarop let, verbaast men zich over wat hy al getoond heeft te künnen doen. Hy is iemand gewor den, met wien beslist rekening gehouden moet worden en met wien dat dan ook al terdege geschiedt. En als men zich wel eens afvraagt, wie der jongeren ooit aan gewezen kan worden om eenmaal Bouwmeester's plaats in te nemen, dan is er niemand, die niet in de eerste plaats aan Louis de Vries denkt. Deze verwachting ge wekt te hebben in zoo korten tyd en onder voor hem zelf zoo bezwarende omstandigheden, waarlijk, het schynt my een zeldzaam resultaat. Bovendien een, dat m.i. vol komen en eerlyk verdiend is. Aan den novellist Lamberts Hurrelbrinck heeft Do Vries een mededeeling gedaan omtrent zyn jeugd, door dezen tot een vertelling verwerkt, verhaal van een doof stom echtpaar, aan wie kort geleden een kind geboren is. Hevige angst bezialt de ouders, dat hun kind even ongelukkig zal zyn als zy, óók doofstom wezen zal. Als het schreit, zien zy het de lipjes krampachtig bewegen, maar of dit gepaard gaat met het geven van geluid Zy weten hot niet. Of het kind kan hooren? Hoe zullen zy,niet vertrouwend op de mededeelingen van omstanders, en zelf niet in staat eenig geluid voort te brengen, kun nen onderzoeken, of hun kind wel geluid kan onder scheiden en dus niet doofstom is Niet pogend op eenige wyze de aandacht te trekken, neemt de vader een bordje en een lepel, nadert omzich tig het wiegje, waarin de kleino ligt met saamgeknepen vuistjes en stil voor zich uitkijkend. Dan, op zy van het wiegje, even een paar tikjes met den lepel op het bordje. Zelf hoort de vader den klank niet. Maar het kindhet kind beweegt plotseling, keert het hoofdje om naar de zyde van waar het geiuid komt, verbaasd en verschrikt. Het heeft gehoord, weten vader en moe der nu onwrikbaar-zeker. Zy, doofstommen, hebben een kind, dat niet misdeeld is gelijk zyn ouders, dat is als andere normale kinderen, een kind dat hóórt. Zeiven waren zy in staat dit te bepalenalle vergissing is buitengesloten. Hun kind hóórt 1 En in hun hart wel innige dank voor zóó groot, zeldzaam wonder ge luk Louis de Vries is dat kind geweest.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1907 | | pagina 13