De Dorpssniid.
I
Binnenlandsch Nieuws.
Gemengd Nieuws.
Door
F. LIENHARD.
o—
Een man, men het ernst is met
het Heelal, ook waar alle anderen
slechts er meê spelen.
Carlyle.
In oen Thtlringer dal, doorstroomd van bruisend wa
ter, wandelde ik in een manenacht, toen in mijn ge
mijmer een vreemde klank zich mengde. Luid en hard
dreunde hij als op een werkdagsuur en toch wel
luidend, poëtisch, veredeld door de temperende
van den grooten nacht, in wiens weidsehheid lu
kelen melodisch verstierf.
Het was het hameren eener smidse. Slechts af
stilte
het rin-
fen
toe, als luisterend, zweeg de nachtelijke klokkenist
en de Meinacht om mij heen ademde dan des te
stiller.
Toen ik om eene kromming van den landweg kwam,
zag ik den rossigen vuurgloed van de smidse .glim
men. En nader tredend, zag ik ook den
Midden in, een vonkenregen stond de man.
hand hield hij mot de tang het gloeiende ijzer,
slag op slag deed hij met de forsche rechter op
dreunende aambeeld nederklelsen
smid.
In dei linker
en
rechter op het
Een prachtig beeld!
breed
stond
iinan-
Een Bismarck op het dorp. Groot en
hij daar, met het hooge. kale voorhoofd, het
nelijke gelaat door de ruige .wenkbrauwen en den stug-
gen knevel verdonkerd. De hals bloot, de hemdsmou
wen tot onder de schouders opgestroopt, het schoots
vel over de kloeke borst, zoo staat hij heden nog
voor het oog 'mijner herinneringde man die zijn plicht
doet.
Ik had onderweg aan droevig gepeinzen den vrijen
loop gelaten. Wanneer men de teekenen ziet van dezen
goddeloozen, ontevreden en genotzieken tijd, dan voelt
men wel de laatste sporen van zijn idealisme zich ont
vallen, en bange vertwijfeling aan alles bedrukt het
hart. Welk een kleinheid overal, welk eene verwar
ring en onzekerheid, welk een strijd. Waar is het
oude Duitschland? Waar nog dc oude Duitsche geest'.'
Waar de karakterkracht, de blijde goedmoedigheid, de
klare poëzie, de zangerigheid, de hartverkwikkende braaf
heid en eerlijkheid der gezonde dagen van voorheen,
toen wij nog geen politieke grootheid en geen indus-
trieelen rijkdom hadden, maar kracht en soberheid en
Godsvertrouwen in ons binnenste?
de bekommernissen, die als zomermug-
1 liefelijken avond mij hadden om
zwermd, op heel de schoone wandeling door het len-
als een mensch zoo'n gelukkigen tijd heeft beleefd,
als wij samen in het eerste jaar van oas huwelijk, dan
mag hij'onzen Lieven Heer zijn leven lang dankbaar zijn,
ook al loopt het hem later nóg zoo tegen, in het tweede
jaar, kwam ons kleintje op de wereld en sedert
ligt mijne vrouw ziek en het meisje is lam. Vijftien
1 jaar al."
Ik moet bekennen: mij op mijn aambeeld overkwam
tegenover dezen eenvoudigen, ernstigen man, die door
I het lot zoo zwaar getroffen was, een gevoel van jam
merlijke kleinheid en beschaming. Want wij menschjes
van dezen tijd, wij stadsmenschen vooral, zoo hoogen
dunk als wij van onszelf ook hebben, wat zijn wij
niet behept met ingebeelde kwalen en ziekelijkheden,
met rcdelooze kleinmoedigheid, met twijfelzucht en on
gegronde verbittering. En hier stond nu een man,
die waarachtig wel méér dan ingebeelde grieven had.
Maar toch was er op zijn gelaat geen trek of plooi
te ontdekken, die wrevel of grimmigheid verried.
Terwijl wij langzaam, onder rustig praten over dit en
dat, door den luwen Meinacht naar het dorpje wandel
den, bracht ik den smid er toe, nog eens op B -
levenslot terug te komen.
„Het verdient achting," zeide ik, „dat een
man alk u zoo kalm en berustend zijn ongeluk draagt.
Ik ken mensehen, die onder zulke huiselijke omstandig
heden aan den drank geraakten en op den slechten
weg kwamen. Bij ons thuis was er zelfs een,t die liet
vrouw en kind in de ellende zitten en ging er op een
goeden dag van door naar Amerika."
„Dat moet dan wel een aartsliederlijke schoft zijn
geweest, die zóó iets deed," antwoordde de smid. „Èn
als er bij u zoo een geweest is, dan wil ik hopen,
dat u er niet véél zoo bij u te lande hebt. Watmij-
M'n
krachtige
Dit waren
gen den ganschen
OP
iWCXlUUj V|/ -
tegroene dal mijn sarrend geleide geweest waren. Mijn
hart was er van bezwaard en verbitterd.
Daar trof ik te goeder ure dezen dorpssmid. Hallo!
riep ik mijzelf toe dit is als in de dagen van
Ook toen lag er een slappe, tueh-
ic
riep
Landgraaf Hermann. „0
over ons vaderland; en de Landgraaf van
knaap. Daar stond de woudsmid
aambeeld, en bij eiken hamerslag
hij: „Landgraaf, word hard!"
tctooze tijd
Thüringen was een
van Ruhla aan zijn
die nederdreunde, riep
U V. _.j
zelf betreft ik doe hier mijn plicht, zooals de Heere
God mij dien nu eenmaal heeft opgelegd. En of .dat
nu vijftien jaar of dertig jaar zoo Wezen moet, dat is mij
hetzelfde. Ik draag wat mij is opgelegd en (dat
doen mijne vrouw en mijn meisje óók. Wij hebben
God niet! er verantwoording te roepen. Wij hebben te
vreden te zijn."
„Ondanks alles?" vroeg ik.
„Ondanks alles," zeide hij kalm.
Hierop begon hij, daar het hem blijkbaar pijnlijk
werd, over hemzelf en zijne omstandigheden te spre
ken, een praatje over dingen van plaatselijken aard.
Wij waren nog in dit gesprek verdiept, toen wij bij
zijne woning in het dorpje aankwamen. Met een
vigen handdruk en een hartelijk „goede reis I"
liet mij de ernstige man.
Mijne gedachten bij den gang naar hel» naburige stadje
waren opgebeurder dan tevoren. Deze smid had mij
w«r moed gegeven. Hier had ik een held gezien,
die onder de treurigste omstandigheden fier en ferm op
zijnen post bleef staan.
Ik heb mij zijn beeld in het geheugen gegrift. De
figuur van den dorpssmid treedt in vertwijfelende oogen-
blikken, wanneer mijne wereld in duigen schijnt je
storten, voor mijne oogen. Ik zie hem dan weer midden
in den vonkenregen. Met de tang in de linker houdt hij
het gloeiende ijzer gevat, en de forsche rechter doet slag
op slag op (het spattende aambeeld dreunen. Zijn gelaat is
i-nim qnnop7ïp.ht en de naakte armen zijn .van
Landgraaf hoorde den roep, nam
het roofgespuis uit
ik vroolijk. „Nog
- De verdwaalde
zich de flinke les ter harte, joeg
het land en deed tucht en orde terugkeeren in zijne
verliederlijkte landouwen.
„Goeden avond, baas smid," riep
zoo laat aan den arbeid?"
De man keek op, bromde een „goeden avond" te
rug, en begon weer onverstoord uit het roode jjzer
vonden te doen spatten.
Die vermorst niet veel woorden, dacht ik, en ik zette
mij op een ledig aambeeld. Naar een smid mag ik gaarne
kijken. Het is een forsch, echt mannelijk ambacht,
het smidsbedrijf. Was het niet in een tak mijner fa
milie een erfelijk -gebruik, dat de oudste zoon smid
zelf zou mede aan de beurt hebben moe
de loop der dingen
aard der tijden
s le
ver-
werd? Ik
ten komen maar nu ja,
en de aard der tijden hebben het anders beschikt.
De baas deed nog een dozijn slagen, stak toen het
ijzer in het vuur en zette den blaasbalg in beweging.
Daarop draaide hij zich naar mij om.
„Waar komt de wandeling vandaan?" vroeg hij en
keek mij rustig aan.
Ik gaf hem bescheid.
„Zoo zoo? Dan hebt u een flinken marsch achter
den rug," meende hij. „Maar het was de moeite waard.
Kostelijk is het daar boven. En waar moet het nu van
avond nog heen, als ik vragen mag?"
„Naar een nachtkwartier, denk ik. Is er geen dorp
hier in de buurt?"
„Jawel. Vijf minuten verder. Maar overnachten kunt
u daar niet. Wij hebben wel eene herberg maar
een logeerbed houden ze er niet op na. Dan moet u naar
het stadje, nog een half uur flen weg op."
En kalm, alsof hij alleen in de werkplaats was,
haalde hij het ijzer uit het vuur en begon weer te ha
meren. Ik nam mijne
teug, en
en maakte mei U.CIJL Uici/uwg
bierkan, die in zijne nabijheid stond. Hij was als een
echte Duitscher natuurlijk reeds voorzien.
„Zeg eens, baas," hernam ik na een poosje „hoe
komt het, dat eene smidse zoo ver van het dorp ligt?
Was er geen plaats voor?"
„Mijne vrouw kon het geraas niet verdragen," luid
de het antwoord.
„Oho!" riep ik. „Ik meende tot dusver dat jenkel
de stadslui zenuwlijders waren. Begint dat op het plat
teland óók al?"
„Zij is sinds vijftien jaren ziek,
het aambeeld.
„Zoo zoo?" mompelde ik en zweeg.
Eene pauze volgde. Een nachtvlinder gonsde om mij
hoen. De smid hamerde weer, en ik beschouwde de
zen ernstigen man met een plotseling gevoel van eer
bied.
„Hebt u kinderen?" vroeg ik verder.
„Een meisje."
„Volwassen?"
„Ja, ja zoo tamelijk al.
„Nu, dan kan de dochter
„Mijn Gretchen is net zooveel jaren
moeder ziek ligt. Met hare geboorte begon het. En wat
het verplegen aanbelangt," ging hij voort, terwijl hij
het afgesmede ijzer liet sissen in den watertrog
„wat het verplegen aangaat, daar komt niet veel van in.
Het meisje is van de geboorte af verlamd. Het gaat op
krukken."
„Och Heere," ontviel mij „dan bent ge er slecht
IICl VUUl vil
La veldflesch, sterkte mij met een
xeug, en reikte ze den vlijtigen kerel. Maar hij dankte
en maakte met den elleboog eene beweging naar eene
-j u,j
kalm. Het aangezicht en de naakte armen zijn
den kloeken arbeid gezwart. Als een heerscher staat
hij in zijne rossig glorende smidse.
Het beeld van een man, die zijnen plicht doet
midden in dc wereldsche ellende onverbitterd en on
gebroken.
Uit dc Diamant-industrie.
Men meldt uit Amsterdam
De toestand is sedert verleden week niet verbeterd,
eerder slechter geworden. Donderdag heeft de groote
roosjesjuwelier Laman het voorbeeld gevolgd van de
firma's Asscher, van Sam, Graneet, enz. en zette zijn
fabriek stop. Tusschon de 200 en 300 diamantbewer
kers komen daardoor weder op straat. Voorts zyn er
nog een 100-tal werklieden door de firma's Consenhei-
mer en Tabakspinder en Loopuit ontslagen. De statis
tiek der werkloosheid, voorkomende in het Weekblad
van den Alg. Ned. Diamantbewerkersbond, wijst dan ook
reeds een totaal aantal werkloozen van 1364 tegen 503
in de vorige week, dus eene vermeerdering van pl.m.
800. En die stijging zou nog grooter zijn als niet een
aantal leden van den bond hun heil waren gaan zoeken
in Antwerpen.
Westerkamperpolder.
Tot molenmeester van den Westerkamperpolder en
tevens tot voorzitter van het College van molenmeesteren,
is herkozen de heer J. Wit te Zijdewind.
Oosterkamperpolder.
In de plaats van den heer C. Kieftenburg koos de
Oosterkamperpolder tot molenmeester den heer A. Brug
man te Nieuwe Niedorp.
Brand Boerderij.
Donderdagmorgen ontstond èen felle brand in de boer
derij «Hoop en Vlijt" aan den Westfrieschen Dijk nabij
het Wad, bewoond door den heer J. Brouwer. In een
oogwenk stond alles in lichte laaie en de groote boe
renplaats brandde dan ook tot den grond toe af. De
vermoedelijke oorzaak is een ongeluk bij het aanleggen
van een nieuw stuk gaspyp op den schuurzolder. Het
vee, dat reeds op stal stond, werd gered. Assurantie
dekt de schade.
De plaats is het eigendom van Mevrouw J. J. Laan
te Haarlem.
sluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant d.d.
22 Aug. 1907, waarbij is gehandhaafd het besluit van
den Raad der gemeente Breda d.d. 10 Augustus te vo
ren, strekkende om hom als lid van den Raad niet toe
te laten. Het Kon. besluit volgt later.
Aanbesteding.
Donderdag werd door het Prov. bestuur van N.-Hol-
land te Haarlem aanbesteed:
Bestek 14. Het gedeeltelijk onderhoud der haven en
het onderhoud der havenwerken op het eiland Wierin-
gen gedurende de jaren 1908, 1909 en 1910. Raming
f780 per jaar. Laagste inschrijver G. Timmerman, te
Wieringen, voor f714.
Ken meisje verbrand.
Te Andijk, bij Medemblik, is Woensdag het huis van
J. v. Gulik, door drie gezinnen bewoond, tot den grond
toe afgebrand. De 16-jarige dochter, een idioot kind, is
in de vlammen omgekomen. Zeer waarschijnlijk ont
stond de brand door het ongelukkige meisje, dat men
even te voren met lucifers naar den zolder had zien
gaan, waar het vuur eerst ontdekt werd toen het meisje
reeds een lijk was.
Wanordelijkheden aan de K. M. A.
In verschillende groote en kleinere bladen lazen we
een bericht als zou Maandagavond haast een formeel
oproer onder de cadetten der K. M. A. hebben geheerscht
In de eantine is groot spectakel gemaakt, hot meubilair
is kort en klein geslagen, een groot gedeelte van den
inboedel is vernield, aldus wordt geschreven.
Om nu stellige zekerheid aangaande deze geruchten,
die druk door de stad hebben geloopen, te krijgen, gin
gen we om inlichtingen naar de Academie. Wy zijn
nu gerechtigd te verklaren, dat wij onze inlichtingen
putten uit officieele bron. Daar verzekert men ons per
tinent, dat de bovengenoemde berichten heel sterk over
dreven waren.
'tls waar, er heeft Maandagavond omstreeks 6 uur
efen korten tijd een gespannen toestand tusschon tal van
cadetten onderling geheerscht, en 'deze is ontaard in
eene onderlinge kloppartij. Van grove vernieling is ech
ter geen sprake. In het geheele gebouw bleken, toen
binnen weinige minuten de orde en rust hersteld waren,
een twintigtal lampenballonnetjes te zijn stukgeslagen,
dat is al. Natuurlijk komt zoo iets niet te pas; de
schuldigen zullen behoorlijk worden gestraft, doch van
een zoogenaamd oproer en van het stukslaan van meu
bilair en ruiten is, zooals ons uit officieele bron werd
verzekerd, niets waar.
(„D. v. N.-B.")
Keil moedige redding.
Tengevolge van den schok, veroorzaakt door het plot
seling stilstaan, viel gistermiddag op de brug van het
Singel te Amsterdam een 18-jarig meisje van het voor-
balcon van een tramwagen van lijn 2. Zoo krachtig was
haar val, dat zij onder de brugleuning door in het water
van het Singel terechtkwam.
Reeds was de drenkelinge op het punt in de diepte
te verdwijnen, toen een voorbijganger, Marinus Schlitter,
zonder zich te bedenken, in het water sprong. Echter,
het meisje, in haar doodsangst, greep haar redder by de
beenen, zoodat beiden in de diepte verdwenen. Bij het
bovenkomen gelukte het hem 'n hem toegestoken haak
te grijpen. Helaas, weer liet het meisje los, doch toen
kwamen twee mannen op een schuit en brachten zoo
doende de drenkelinge weer op het droge.
Ken duistere zaak.
Een raadselachtig geval heeft zich Donderdag-
namiddag, omstreeks half 3 te Dordrecht voorgedaan in
de woning van ds. A. van der Sluis, Aelbert Cuypsingel
180. De vrouw des huizes was op reis en dominé*zou
haar na afloop zijner catechisatie aan het station gaan
afhalen. De beide dienstboden, de 18-jarige Mario van
D., die reeds een jaar of vier in betrekking is, was met
het tweede meisje alleen thuis.
Terwy'1 zij beneden aan het werk waren, hoorden zy
op zolder gestommel, zoodat Marie besloot daarheen te
gaan, om te zien wat er gaande was. Nauwelijks echter
was zjj boven, of het andere meisje hoorde meer leven
en hulpgeroep.
Ijlings liep zy de straat op om politiehulp te halen
en weldra keerde zij met een agent terug, terwyl kort
daarop een inspecteur met nog een paar agenten ver
schenen en ook een paar rijksveldwachters werden bin
nengeroepen.
De eerste agent snelde terstond naar den zolder en
vond daar Marie van D. op den grond liggen met een
touwtje om den hals en een prop in den mond, terwyl
eer venster, dat anders steeds gesloten blijft, open
stond. Hij droeg het meisje, dat hoogst zenuwachtig
was, naar beneden en legde ze daar op een canapé,
waar ze telkens het bewustzijn verloor.
Zoodra er meer politiehulp aanwezig was, werd ook
de geneesheer der politie ontboden, die zich met het
meisje bezighield, terwijl inmiddels het huis werd door
zocht en een verkenningstocht over de daken en ook
op de zolders der naburige huizen werd gedaan, die
zeide de man aan
moeder verplegen."
oud, als (de
aan toe."
„Dat hebben er mij al méér gezegd," antwoordde hij,
schuifelde de asch over het vuur en begon zijne handen
liet do kin op de hand
naar den woordkarigen
laatsten slok luit
te wasschen.
Ik op mijn aambeeld zweeg,
rusten en keek heel ernstig
man.
Toen hij klaar was, nam hij een
zijne kan en greep van een spijker in den muur zijne
lange pijp.
„Waar bent u eigenlijk vandaan als 't niet onbe
scheiden is te vragen?" begon hij weer, terwijl hij
Omtrent de oorzaak van den brand by den heer J.
Brouwer aan den Westfrieschen Dyk in de Zype, verna
men wy het volgende
Den heer A. Jonk te Kolhorn was opgedragen, een
brongasgeleiding voor de kachel aan te leggen. Daar
de leiding boven door de schuur moest loopen. had de
zoon van den heer Jonk, aan een der sparren, ter ver
lichting, een lantaarn aan een touw opgehangen. Wyl
de verbinding aan de leiding met moeilijkheden gepaard
ging, ontsnapte er onwillekeurig eene hoeveelheid gas.
Eensklaps viel de lantaarn naar beneden, waardoor het j
uitstroomende gas bij de vlam kwam. Het vuur was j
in de onmiddellijke nabijheid van het hooi en stroo,
zoodat dit oogenblikkelyk vuur vatte. Aan blusschen
viel daar niet te denken. Jonk spoedde zich over den
dorschzolder naar den stal en sneed het vee eer) 26-
tal koeien los. Bij het uitdrijven waarbij nog al
eenige verwarring ontstond, werd Jonk op het laatst
bijgestaan door den heer H. Koster van Wieringerwaard,
die, van de Schager markt komende, het onheil bespeur
de en zich naar het reeds brandende perceel haastte.
Jonk liep nog belangrijke brandwonden aan aangezicht
en handen op.
Mond- en Klauwzeer.
Men schrijft ons
Bij de uitbreiding, die thans het mond- en klauwzeer
heeft gekregen, zyn de borden ter aanwijzing van die
ziekte feitelijk geheel waardeloos geworden. Wat toch
is het geval? Wanneer op eene boerderij de ziekte is
uitgebroken, moet de Inspecteur deze constateeren.
Eerst dan wordt het bord geplaatst. Daar het evenwel
onmogelijk is, dat deze heer alle personen kan bezoeken, I
stopte.
kwam en
mij lag.
liet
vertelde
er op volgen dat ik uit Berlijn
Welk eene lange voetreis er achter ...o
Nu, dan hebt u een mooi brokje Van de wereld onder
oeten 0ehad," zeide hij. „Ja, ja, zoo was ik óók,
og vrijgezel was. Altoos op de been, en altoos
der. Mijn vader wou mij laten studeeren
ik kneep er van door. Gaan
de vcw
toen ik nog vrijgezel was. Altoos op
maar verder. Mijn rader wou mij
maar ik kneep er van door. Gaan varen wou ik
maar op het schip was het mij toch te streng. Toen
kwam de oorlog inct Frankrijk dien heb ik mee-
cmmnnUt Daarna nam ik mijn vaders ambacht
gemaakt. Daarna nam m ....j..
op, de smederij, en zoo trok ik een paar jaar lang als
gezel van de eene plaats naar de andere. En altoos
•weer
lied uitgezongen, en van een
dollen streek
O
vroolijk, altoos het hoogste lied uitge.o
niet vies, ook niet van bakke-
Maar bij mijn werk stak ik
ie mouwen, en in mijn vrijen tijd las
ik graag een goed boek. Zoo heb ik toen het meisje
leeren kennen, dat mijne vrouw werd, en met het
zigeuneren was 't toen gedaan. Ik zeg maar één ding:
leien, als 't er op aankwam
uit ai
de
handen
een
echter tot niets leidde. Alleen kon worden vastgesteld
dat het meisje de belletjes uit de ooren waren genomen,
dat de sleutel van haar kastje en ook haie portemonnaie
verdwenen waren, maar deze laatste werd met den ge
ringen inhoud later in den tuin teruggevonden.
"Voor zoover men uit het meisje kon krygen, was het
een persoon met donker uiterlyk, die [haar heeft aange
grepen, maar zy schynt hem niet te kennen.
Ook zyn aan haar lyf of kleeren geen sporen eener
worsteling waar te nemen.
Vreemd is het echter dat zy reeds geruimen tyd tel
kens dreigbrieven tegen haar leven heeft ontvangen en
ook hedenmiddag nog zulk een brief aan haar adres in
de bus werd gevonden, waarvan de inhoud echter nog
niet ontcyferd is.
Mogelijk in verband hiermee staat, ofschoon ook dat
niet is opgehelderd kunnen worden, dat dezilfde Marie
Van D., twee weken geleden, toen zy 's Woensdagsavonds
tegen 7 uur naar de catechisatie ging, op den hoek van
Johan- en Cornelis de Wittstraat, door een onbekend
persoon van achteren moet zijn aangevallen en op straat
geworpen, waar andere personen haar vonden, die haar
naar een winkel aan den Singel brachten.
Blijkens inlichtingen, die wij naar het meisje inwon
nen, lijdt zy niet aan inbeelding en zyn ook hare ouders
brave lieden, die steeds een waakzaam oog op haar
houden, zoodat mag worden aangenomen, dat zy geen
i valsche voorstelling heeft verzonnen.
De politie zet haar onderzoek nog voort.
- (Dordr. Ct)
Kamerverkiezing Sneek.
In de centrale vergadering v.in liberale kiesvereenigin-
gen in 't district Sneek, werd tot candidaat ge
proclameerd voor de Tweede Kamer de heer Mr. A. Ferf,
oud-burgemeester van Franeker, thans te 's-Gravenhage,
die per telegram de candidatuur heeft aangenomen.
Men schrijft uit Sneek aan Het Volk, dat de heer W.
H. Vliegen door de S. D. A. P. candidaat gesteld is voor
de Tweede Kamer.
Naar het Vad. o.m. verneemt, zal het oud-Kamerlid
Staalman vermoedelijk de candidaat zyn der Christen-
Democraten.
„Uercnlcs" en „Hygiéa".
Een Oud-Turner schrijft ons:
Zondag 10 en Dinsdag 12 November gaven de gymnas-
Gunstig examen gedaan.
Mej G. de Moei van Moerbeek, thans leerling van de
leer- en kweekschool te Bergen,'jheeft Woensdag de
akte voor vrije- en ordeoefeningen gehaald.
Boerdery te Anna Paulowna.
Uitslag der verkooping te Heer-Hugowaard, ten over-
staan van Notaris Backx
Huismanswoning enz met 2H.A. weiland en 10.12.80
H.A. bouwland:
Kooper van 151 snees bouwland weid do lieoi Joh.
Biersteker aldaar voor f 4234. Huismanswoning enz. inet
I.99.25 H.A. weiland en 278 snees bouwland, kooper de
beer Arie Bos aldaar voor f 18669.50.
Weiland Anna Paulowna.
Uitslag uor verkooping te Wieringerwaard, ten over
staan van Notaris Backx
Weiland genaamd „Het Zwin", aan den Lotweg te
Anna Paulowna, groot 0.57.50 H.A. Kooper de heer
J. Waiboer Rz. voor f560.
Ken dubbel meevallertje.
Een inwoner van Wateringen heeft in straatvuil, dat
reeds vóór eenige jaren op een pad gestrooid is, een
gouden tientje gevonden. Toen het gereinigd was, bleez
het den beeldenaar van H. M. de Koningin te dragon met
loshangend haar. Deze muntstukken zyn zeldzaam en
worden door verzamelaars duur betaald. Voor hot ge
vonden geldstuk moet dan ook reeds f 112.50 geboden
zyn. (Vad.)
Men zij op z'n hoede.
Men meldt uit Arnhem aan de 's-Hb. Ct.:
Van bevoegde zjjde vestigt men onze aandacht op een
gevaarlyke reclame door een maatschappij hier ter stede
gemaakt. Zjj verkoopt 3 pet. loten volgens aanwijzing
der 386e Ned. Staatsloterij. De biljetten komen nu vol
komen overeen met bankbiljetten van f 10. De achter-
zijde is echter witgekleurd en daarop staan de hoofdprijs
en premiën vermeld. Daar de voorzijde van het biljet,
wat kleur en afwerking betreft, geheel overeenkomt mot
die van een bankbiljet, zy ieder dus by het ontvangen
van papieren geld op zijn hoede!
Donderdagmorgen zyn eenige honderden door de poli
tie in beslag genomen op grond van artikel 440 Wet
boek van Strafrecht (hot tor verspreiding in voorraad
hebben van drukwerk, gelijkende op bankbiljetten). Zy
weiden in een sigarenwinkel in de Rijnstraat te Arn
hem verspreid.
Voor jagers.
In Friesland worden in de laatste dagen veel hazen
geschoten. Door den verhoogden waterstand zyn zy uit
hun schuilhoeken in de slooten verdreven en hebben zy
de laaggelegen terreinen verlaten om de wijk te nemen
naar de hooger gelegen gronden, waar zij zich meerma
len in groepen van zes tot acht stuks ophouden en voor
de jagers een mooi schot opleveren.
De meeste van de geschoten hazen worden verzonden
naar de provinciën Holland, naar België en naar Frank
rijk. De prijzen wisselen af van fl.25 tot f2 per stuk.
Ken ontploffing.
Met 1 dezer werd de oude petroieum-gasfabriek te
Werkendam gesloten en hield dus op gas te leveren,
terwyl voorbereidende maatregelen werden genomen
voor den bouw der nieuwe steenkolengasfabriek. By de
oude gasfabriek behoorde een ketelhuis met gashouder.
Men dacht, dat daarin geen gas meer aanwezig was en
trad Woensdagavond met een lantaarn het ketelhuis
binnen. Een hevige ontploffing volgde en fel grepen de
vlammen om zich heen. Spoedig echter werkte de brand
weer met twee slangen op de waterleiding en zoo ge
lukte het het vuur te bedwingen en tot het ketelhuis
te bepalen. („N. R. Ct.")
De Nntsspaarbaiik te Utrecht.
Naar het U. D. verneemt, is door de Nutsspaarbank
te Utrecht Zaterdag en Maandag j.1. om en nabij
f40.000 uitbetaald aan hen, die in verband met het
faillissement van het kantoor Oortman Gerlings hun
gelden geheel of gedeeltelijk kwamen opvragen. Behalve
dit bedrag is door inleggers by vooruit-opzegging nog
een som opgevraagd van ongeveer f300.000 uit te be
talen binnen korteren of langeren termijn, welk kapitaal
de Bank ter uitbetaling voorradig heeft. De directie
heeft blijkbaar zeer wy ze voorzorgsmaatregelen genomen
om aan alle aanvragen binnen den gestelden termijn te
kunnen voldoen. Gelukkig dat de Utrechtsche Nuts
spaarbank zulke perioden glansrijk kan doorstaan.
Motoren en Paarden.
In de „Times", geeft Barnes, de secretaris van de
Highway's Protection League (vereeniging voor de vei
ligheid van den openbaren weg), in een ingezonden stuk
een overzicht over de maand September, van het aantal
ongevallen veroorzaakt door motor rijtuigen, enz. door
hem uit de Engelsche bladen verzameld.
Hy geeft dan de volgende cijfers:
Ongevallen 139, dooden 32, gewonden 101. Gedagvaar
de motorbestuurders 390, veroordeelde motorbestuurders
wegens gevaarlijk rijden 124; veroordeelde motorbestuur
ders wegens te groote snelheid 204; veroordeelde motor
bestuurders wegens andere overtredingen 22.
Op een totaal van 390 dagvaardingen, dus 350 vonnis
sen. Daarby heeft hy alleen die gevallen genomen,
waarby de motor werkelijk de schuld was.
Betreurende dat het ondoenlijk is, het aantal onge
vallen door voertuigen met paarden en met motors ver
oorzaakt over geheel Engeland na te gaan, geeft hij het
volgende overzicht over 1906, van het aantal ongevallen
dat door omnibussen en door cabs met paarden en met
motors is veroorzaakt, volgens het politie-verslag van
Londen
paarden, motors.
Aantal ingeschreven omnibussen 2964 783
dooden 14 25
gewonden 420 824
Op elke zeven omnibussen met paarden komt dus een
ongeval voor, terwyl het aantal gewonden door motor
omnibussen grooter is, dan het inschrijvingsgetal dier
voertuigen. paarden motors
vierwielig, vierwielig.
Aantal ingeschreven cabs 3841; 96
dooden 5
gewonden 232 23
Dus op elke 16 paardencabs komt een ongeluk voor.
Het aantal ongelukken door motorcabs veroorzaakt is
vier maal zoo groot.
zal hier een bord geplaatst worden en elders weer niet. tiek-vereenigingen „Hercules" en „Hygiéa", met mede-
1 mu:a«iaV4-a tegen te gaan, doen de ioHonironton. on rn «i ei AG.afïiftAiinaAn aaii
Om de uitbreiding der ziekte
borden dus geen dienst meer,
Ken lastig niensch.
werking der adspiranten- en meisjes-afdeel in gen een
welgeslaagde uitvoering ten lokale van den heer K.
Bood te Noord-Scharwoude.
Het programma, dat ryk aan afwisseling was, werd
Tegen een Zaandamsch belastingschuldige, die wegens af„ewerict én ontlokte aan het talryk opgekomen
v> j en q h bewaarder van Zlin K-ÖU.','S. K j tti
wanbetaling werd vervolgd en als bewaarder van zyn j
boedel alles vastspijkerde, werd door de Haarlemsche publiek een daverend applaus.
Rechtbank 7 maanden gevangenisstraf gevraagd. De wen* flink geturnd; de vrye-
beklaagde verdedigde zich met te zeggen dat hy gewoon I
was als hy uitging zyn meubels vast te zetten, omdat
anders do kinderen er mee gingen sjouwen. Door het
vloerzeil waren slechts 600 spijkers geslagen.
Onweer.
Vooral aan rek en ringen
en orde-oefeningen liepen
goed van stapel.
„Hygiéa", op welke onze verwachting hoog was gespan
nen, zette haar beste beentje voor en verwierf door
haar boogryen een kolossaal succes. Ook het werken
der adspiranten getuigde van volhardend oefenen en
uitstekende leiding. De tableau- en paardgroepen waren
-V J- - J. 1
Door onweder is Woensdagmiddag de bliksem gesla-1 uitmuntend samengesteld en kwamen goed tot hun
gen in de boerderij „Nieuw Westert" te Egmond-Binnen,
bewoond door J. S. Geen brand is ontstaan, doch de
schade is aanzienlijk.
Nict-tnclaUnK (Ir. v. <1. Brink als Itaailslid.
De Afdeeling van den Raad van State voor de ge-1
schillen van bestuur behandelde Donderdag het beroep 1
van dr. J. A. H. van den Brink te Breda, tegen het be-
j recht.
De ter afwisseling gegeven komische duetten „Een
J reisje naar Berlijn" en „De Marskramer" behaalden veel
bijval.
I Kortom, „Hercules" en „Hygiéa" hebben een prachtige
uitvoering gegeven en met belangstelling zien we weer
een volgende uitvoering tegemoet.
Gesprongen.
Uit Norlh Finckley wordt bericht dat het groote
waterreservoir van de „Barnet Gas- en Water Company,"
dat 250,000 L. inhield, gesprongen is. Het water viel
van een hoogte van 40 voet en vernielde verschillende
woningen. Gelukkig zijn er geen menschen bij omge
komen.
Ken nieuwe sproei- en veegwagen.
De openbare reinigingsdienst te Berlijn heeft dezer
dagen een electrische sproei- en vecgwagcn in dienst
gesteld. Deze wagen een automobiel zonder gum
mi-banden heeft zeer groote voordoden tegenover
de oude, met twee paarden bespannen veegwagens. De
elèctrische neem' veel minder plaats in en vervangt
sproeiwagen, veegmachine en arbeiders met gummi-
schuivers tegelijk. De straat wordt door deze machine
besproeid en tegelijk schoongemaakt onverschillig
of deze met asphalt, hout of klinkers geplaveid is.
Tevens wordt dc straat na gedanen arbeid weder droog
gemaakt, zoodat het bestrooien met zand overbodig is.
Het arbeidsvermogen is ook veel grooter. Do vroe
gere machines konden in een dagwerk 35 tot 40.000
vierk. M. straat-oppervlakte schoonmaken. De nieuwe
reinigt in denzelfden tijd 75 tot 100.000 vierk. M. De'
accumulatoren van den nieuwen wagen hebben een
arbeidsvermogen van 4 paardekrachlen, en werken 10
tot 15 uur achtereen. De ketel bevat 2500 L. water.
De geheele machine weegt met gevuiden ketel 100 ctr.
—(o)—