TRAPMAN Co.
Zoudag 13 September 1908
52ste Jaargang. No. 4395
Bureau SCHAGEN, Laan D 4.
lnterc. Telephoon No. 20.
EERSTE BLAD.
Gemengd Nieuws.
Binnenlandscb Nieuws.
SCHAGER
AUncei Nieuws-
Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
COURANT.
Aflïerteniie- LnUmllil
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 Ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Lhi nummer benlaal uil d-ie bladen.
dus wel noodzakelijk, dat de beide partijen elkaar eerst
duchtig kennen leeren. Wat
B met de primitieve hulp-
I middelen soms jaren in beslag neemt, alvorens ze
lot een eeuwige verbintenis kunnen overgaan.
Het „kalkoentje plukken' noemt men dit verliefde
praatje aan een venster of per telephoon. Elk meisje
heeft, voor ze trouwt, minstens een half dozijn van
1 rhe kalkoentjes geplukt, die zieh bepaalden tot oogen-
spel en een verliefd gesprek van eenige uren. Heeft
ze eindelijk den rechte aan den haak, dan beslist ma-
- J 1I. II I. ,1-
Spnansche liefde en Telefoon. i ejn<jelijk den rechte aan oen naaK, aan nesust ma-
Onder dit opschrift schrijft de particuliere corres- ma of in héar oogen deze caballcro ook de rechte
pondenl van de N. R. Ct. vanuit Madrid aan dat blad j is wat financieele draagkracht betreft en dan., wordt
Z ij woont in de Calle del Prado op de derde ver- j het huwelijk gesloten. Slechts veilige dagen voor den
dieping, h ij heeft een winkel van heiligenbeelden in vastgestelden dag wordt de novio aan huis ontvangen,
de Calle Preciados. Maar wee, mocht hij zkh soms willen terugtrekken.
Z ij telt achttien zomers, h ij vijf en twintig. i als de novia van dichterbij beschouwd hem eens tegen-
1 1 - r, ~!'i olbonr r»r» fnnn ioron .-1^1 IV,ïo zsi- oon Kv/vai' V5»/Apr P.PT1 TYP-pf HjlflpÜik
/- ij icil aC/llluvll zazihvioj ii »j *j Vi'1
Twee jaren reeds kennen zij elkaar, en twee jaren
lang spreken ze reeds van hun liefde, van hun Spaan-
sche liefde.
lederen avond, hoe laat ook, als ik die Caile (del
Prado doorging, hel) ik ze gezien haèr op het bal-
eon, drie hoog... hem beneden in de straat aan de
overzijde op het trottoir Ze moeten elkaar wèl heel
lief hebben! Nóóit heeft hij haar alleen gesproken, tête
a tête. Als alle Spaansehe eaballeros van zijn stand
is zijn liefde begonnen op straat, als zij hem met haar
moeder passeerde, en hij haai' zijn „h 1 o e m" toe
wierp. óf ergens bij een familie, aan beider oudei's
bekend.En sinds hij zijn liefde getoond heeft, door
haar dagen lang op straal achterna te loopen op eer
biedigen afstand, en uren te schilderen voor haar bal-
con. «mag ze ook bij die familie niet meer komen,
Mama laat haar geen oogenblik alleen.
En nóch hij, nóch zij vinden dit wreed, integendeel,
zoo behoort het immers in Spanje. Zij hebben elkaar
razend lief' Immers: hij staat avond op avond, als
hij zijn winkel gesloten heeft op het trottoir tegenover
haar huis van zijn liefde te verhalen, zonder zich maar
eenigszins te stóren aan de families op de balcons
één en twee. of links en rechts. Wal hij voelt
zegt hij. bekrachtigd door een elegante armbeweging
van zijn hart naar het balcon en omgekeerd.
Echter, sinds eenige maanden, is er verbetering in
hun toestand gekomen. De uitvinder van den telefoon
moet in hun "oogen wel een zeer groole heilige zijn.
De verliefden hebben verbinding gekregen door middel
van den telephoon. Niet door het algemeene telephoon-
net:... „Juffrouw, wilt u me eens even aansluiten
metenz.", neen, liefde is niet alleen blind, maar
slim ook. lederen avond om negen uur, zoodra hij
Pedro, zich onder haar balcon vertoont, laat Aurora
welk een hemelsche naam vanaf haar balcon
een zaktelephoontje omlaag. Haastig drukt hij het tegen
zijn oor om, haar liefsten groet te ontvangen, en dan
begint het verhaal, misschien iederen dag hetzelfde,
maar voor hen eeuwig nieuwvan hun verlangens,
hun blijdschap elkaar weder te kunnen beroepen en
spoedig voor altijd te bezitten.
De buren hooren nu niets meer, en zijn van die
liefdesverhalen verlost, en hij keert s avonds soms
eerst tegen tvéeeën met een minder stijven hals dan
vroeger naar huis terug. Alleen hst armbewegen gaat
onder het telephoongesprek stadig doo", daar kan een
Spanjaard niet buiten; w-at zijn mond zegt, bevestigt
steeds zijn rechterarm en meestal heide.
Dat zulke liefde, de een minstens vijftien meter hoo-
ger boven het waterpeil dan (Is andere, steeds van
onschuldigen aard is. behoet ik niet te zeggen.
En mama zorgt er voor, dit zij elkaar nooit dichter
naderen, zelfs gedurende een verloving niet.
Een dergelijke liefde per telephoon gaat voort, tot
de zaken van den jongeman het toelaten en hij zijn
vader of oom zenden, kan, om namens hem haar hand
ie vragenof tot hij haar telephonisoh te onbe
langrijk. niet geestig genoeg vindt om een huwelijk
aan te gaan en hij niet meer terugkeert. Dan staat
eenige weken daarna een andere „novio" aan dezelfde
telephoon, en begint het liedje opnieuw. Hengelen zou
men dit kunnen noemen, de draad is er tenminste.
Maar er zijn ook paartjes, die het m. i. gelukkiger
treffen: als de novia de eerste verdieping of zelfs een
parterre bewoont. Dan kan men den „novio" uren
lang met zijn gezicht tegen de tralies zien leunen, in
fluistergesprek. En zij' heeft ook wel gelegenheid haar
donkere lokken, haar roode lippen zoo dicht bij die
tralies te brengen, dat zij de zijne ontmoeten kunnen.
De ware liefde kent geen hinderpalen!
Mar een Spanjaard zal u weten te verleden, dal
die tralies altijd gehate hinderpalen geweest zijn. waar
aan hij helaas al te vaak neus en voevhootd gestooten
heeft als zijn liefde hem soms eens bulten zichzelf
bracht. Mama in de achterkamer is gerust, zij kent
1 I „1 d a p I i».-» I i .in o n
dichterbij beschouwd hem- eens tegen
viel. Dan is er een broer, een vader, een neef dadelijk
bereid de eer van zijn zuster of dochter te wreken
en alleen met bloedwordt dan die wraak gekoeld.
Het Spaansehe mes is dan hel strafmiddel, en een
handige korte stoot tusschen de ribben herstelt het
evenwicht der familie-eer. Werkelijk bewonderenswaar
dig is het uithoudingsvermogen van een jongeling, die
eenmaal zijn zinnen op een stouw gezet heeft. Jaren
Lang kan hij dit „schilderen volhouden en meestal
bereikt hij ook zijn doel.
Maar zelfs bij deze „liefde op een afstand doen
zich ruzietjes voor. Twisten ontstaan, al kan men zich
het voeren daarvan telefonisch heel moeilijk voor
stellen.
Werkelijk diepgaande kwesties zulten dan ook wel
zelden voorkomen. Toch heb ik eenmaal Jiet afbre
ken van zulk een telephonischc liefde bijgewoond! Ais
toeschouwer altijd! Een „novio" had al een half uur,
door allerlei armbewegingen de aandacht jaogen te
hekken van een onwillige „novia". Eindelijk opende
zij ongeduldig geworden haar balcondeuren. de tele
phoon zakte, gedurende een half uur stond de cabal-
lero armzwaaiend in de spreekbuis te oreerentot
in een onvoorzien oogenblik, de „novia opeens woe
dend den telephoon naar Iroven heesch en haai' balcon
deuren sloot. De verbinding was verbroken! Den vol
genden avond, toen hij weer om aansluiting vroeg,
was de novia „in gesprek'Er stond een andere cahal-
lero aan den telephoon. Spaansehe liefdes per tele
phoon kunnen dus ook niet diepgaand zijn en de
novia's wèl wispelturig.
Keu hardnekkige.
Een dag of wat geleden werd te Omaha, in Nebras-
ka, op een stoep van een huis het lijk gevonden van
een dokter, wien dat huis toebehoorde. De omstan
digheden wezen er op dat hier moord of zelfmoord
moest zijn gepleegd. Maar het zal wel het laatste zijn
geweest, want de doode, dr. Rustin, had de laatste
jaren zijns levens telkens weer gepoogd, de hand aan
zichzelf te slaan. De methodes, daarbij door hem ge
volgd, waren even „Amerikaansch" als griezelig. Dr.
Rustin was aan den drank; en in zijn dronkenschap
kreeg hij1 vlagen van diepe neerslachtigheid, die hem
lot de ergste dingen brachten.
In April 1905 infecteerde hij zichzelf met kanker;
maar de woekering ontwikkelde zich niet. Aldus teleur
gesteld, bestelde hij in het Bacteriologisch laboratorium
te Chicago twee buisjes met cultures van gevaarlijke
micro-organismen, en wel van typhus en van tetanus
(kient). Eerst infecteerde Rustin zich met de typhus-
org^nismen; hij werd doodziek, maar kwam er van
op. Toen probeerde hij het met de tetanus-kiemen.
Doch de verwachte aanval van klem bleef uit.
Daarna werd het beproefd op een meer gewone ouder-
wetsche manier: Rustin sneed zich de polsaderen ai.
Maar er kwam te vroeg medische hulp ópdigen: de
aderen werden afgebonden en de levensmoede dokter
genas.
Maar nu is hij dood.
Treurig toch.
Een soldaat van een regiment grenadiers, in Dres-
den m garnizoen, is door den Hoogen Krijgsraad in
laatste instantie ter zake van ongehoorzaamheid en
schending van de aan zijn .meerderen verschuldigde
achting, tol 43 dagen gevangenisstraf veroordeeld. De
man was niet snel en vaardig genoeg naar zijn „Hen'
Entciollizicr" toegeloopen, toen deze hem griaStte lot
zich te komen. Hij had zich met zoo vlug en mih-
tairement kunnen bewegen, omdat zijn linkerbeen sliep
Dit echter vond de krijgsraad geen verontschuldiging.
Brand
lil New-York komt bericht, dat in Minnesota nog
steeds de groote boschbranden voortwoeden. erschei-
dene sleden verkeeren in gevaar en de bewoners vluch
ten naar de meren met at wat ze van hun hebben en
ebt Mama in de acfilerKamer is gerusr. zij «cm ten naai ue iuc.cn n.c.
bii ondervinding de veiligheid dier traliën en 1 houden mee kunnen nemen. Duizenden mannen, vrou
breit kalm voort aan haar kous. Maria of Pepita ol j wen en kinderen bestrijden nog steeds de vlammen,
Yurora is veilig enenfin een kusje hindert niets. 1 en van een aantal ongelukken daarbij wordt niehUng
O die moeders! In geen land zijn ze zoo waakzaam gemaakt,
en 'zoo wantrouwend als in Spanje. Met Argus-oogan O zoo
«aan ze naast 'haar dochters, steeds wakende of geen Een nurkschen man vroeg met aandrang de oude
eabalLero al te na komt. Zeggen mag hij wat hij wil. weldadige dame te spreken. Mat hij zei was echtei
overal r,n straat worden de mooie vrouwen, wat men sympathiek:
noemt bloemen toegeworpen in den vorm van een „Mevrouw, sprak hij, „ik kom u spreien ei
vleiend woordie Bewondert de Spanjaard een vrouw een treurig geval. Lr verkeert êen gezin in den wilei, -
- rond komt hii er voor uit; staat ze hem tegen, sten nood. De vader, die de kostwinner was. is o>ei-
«aaioe^eenU hh even dTmoeite haar te zeggen, dat leden; de moeder is te zwak om ie we.Kcn voor
neemt nij e kinderen, die omkomen van honger en ellende.
Fn Tn S Ld als Spanje, waar de vrouwen bijna En elk oogenblik dreigt dezen ^lukki^n deMaaJ-Me
ii in H:imf»s\vinkels
r.n in een ia nu ais opanjc,
geen betrekkingen bekleeden. zelfs in dameswinkels
zijn mannelijke bedienden werdt ook
alleen naar haar physiek schoon geschat en daarnaai
beoordeeld en gehoógaciit.
Dat de moeders haar dochters zoo angstvallig be
waken zal ook wel zijn reden hebben, efi is antie
zijds misschien ook een overblijfsel der Moorsche ovei-
heersehinc nog. Mant in de hoogere klingen, v -
de meisjes raak in Engelsche of Zwitsersche kost
scholen zijn grootgebracht en dus meer Jjeeiv'i -
seerd zijn, genieten de dochters veel meer vrtjh
en wordt haar op hals en partijen ruimschoots ge
legenheid gegeven haai' veroveringen te maken, vooi-
al op badplaatsen worden dan de
beklonken, daar moeders haar in het buitenhuid nog
meer vrijheid geven kunnen, dan voor haar goeden
naam. in Spanje zelf, wel dienstig zmi zijir
Het voorbeeld van een Spaansdie liefde als ik h ei
boven aanhaalde komt ook alleen vooi ui den nud
denstand of daar beneden. Jaren zijn zij soms e
'oofd. nog nooit heeft hij zelfs haar hand ^angemak.
de eenice directe verbinding isde telephoon. En
gelijk hebben de moeders, lang te vrachten, alvorens
zij Lm- dochters het huweÜjksbootje laten mstappen.
verschrikking, dat ze uil hun woning op straal gezet
zullen worden. Ze moeten geholpen worden, mevrouw,
hun achterstallige huurpenningen hadragen vijf eu twin
tig gulden." t
„Het is verschrikkelijk," zei de oude (lame, „hier
is hel geld. Maar mag ik -u ook vragen wie u is,
dat u zich zoo voor die ongclukkigen interesseert?"
- „Ik ben de huisbaas," antwoordde de uurkscJie
Keu volkstelling.
Een volkstelling is. naar de Kölnischc Zeitung bericht,
in China gehouden. Er werden ruim 123 inillioen zie
len geteld, waarvan 67.852 vreemdelingen. In China
woont dus bijna Vs van alle aardl>ewoners.
Onveilig Amsterdam
De inbrekers deden op verschillende plaatsen van
Amsterdam weer van zich hooren.
Een brutale poging tot inbraak werd juist bijtijds
in het eaïé van den Volksbond legen Drankmisbruik
aan de Prins Hendrikkade 2 door den zoon des huizes
zij 'haai' dochters bet huvvebjksbooiie aten ,n|.?PPe^ belel Donderdagavond omstreeks kwart over twaalf
Katholieke k^ A t S, de eigenaresse van het café,
vergezeld van haai' zoon, thuis. Als gewoonlijk ging
men niet de hoofdingang aan de Prins Hendrikkade
binnen, doch begaf men zich door de deur aan de
Kolk in hel woonvertrek. De zoon wilde in het huis
1 cht opsteken, toen hij bemerkte dat er aan de voor
deur gemorreld werd. Hij keek even dooi' het gordijn
de straat op en zag dal er 2 onbekenden bezig waren
het slot te openen. De heer S. waarschuwde zijn moe
der en deed d!e knippen kordaat van de deur. Bij
liet openen van de straatdeur namen de zich ontdekt
zijnde dieven de vlucht. Bij nader onderzoek bleek
dal zich een groote valsche sleutel in het slot bevond.
Te 1 uur hoorde de wed. Kooper op no. 34 in de
Suikerbakkersteeg gerammel aan de straatdeur, waar
op de hond begon te blaffen. Het gemorrel hield op,
dóch eenige personen hoorde de weduwe duidelijk de
trappen opklimmen en de voordeur van 1 hoog met
geweld openen. Juffrouw Keulschenk, de bewoonster
van 1 hoog, trad de dieven tegemoet inet den uihoep:
„Mat moeten jullie?' waarop zij zich snel verwijderden.
Juffrouw Keulschenk zag hen de steeg uitvluchten,
doch kan geen voldoend signalement opgeven.
Na 1 uur hoorde de heer Bisschop, wonende op
no. 16, plotseling een slag in de aangrenzende kamer.
Hij trad snel deze kamer binnen en vond haar geheel
ii wanorde. Het bleek dat onbekenden er een bezoek
hadden gebracht en uit zijn jas twee duimstokken, 5
sleutels van woningen, waarmede hij „in besprek was",
luidden ontvreemd. Bovendien hadden zij: een dames
kostuum. een rok en nog eenige kleedingstukken mede
genomen. Een doek hadden zij, om geem leven te
maken, tusschen de deur gestopt! De slag was veroor
zaakt door hel vallen van een hoedendoos. Een partij
ondergoed hadden zij in de overhaaste vlucht achter
gelaten.
Op no. 8, bij den heer J. Scholten, in dezelfde steeg,
waren de dieven eveneens geweest, althans, toen de
heer J. Scholten zich om 3 uur naar de groentemarkt
wilde begeven, bemerkte hij dat allerlei voorwerpen
in de kamer over den grond verspreid lagen. 4 paar
schoenen. 4 kostuums en eenige slagerskielen werden
later in de Geertruidensteeg teruggevonden. Vermoe
delijk waren zij den heeren niet naar den zin. Bij
het wegbrengen van hun vrachtje schijnen de dieven 't
zich niet ul te moeilijk hebben gemaakt, althans om
1 uur werd in de steeg een handkar vermist, welke
om 3 uur weer teruggebracht was. Vermoedelijk heb
ben de dieven de gestolen voorwerpen met deze kar
vervoerd.
Een zilveren horloge van den heer L. Zwager op
no. 47, dus weder een geheel ander perceel, is uit
de linnenkast gestolen.
En dat alles geschiedde in éen nacht!
De scheurende Beurs.
De belangrijke werkzaamheden aan het Amsterdam-
sche Beursgebouw, waartoe indertijd door den Ge
meenteraad op advies der onderzoek ings commissie is
besloten, zijn thans geheel door den dienst der Publieke
Merken uitgevoei'd.
Naar men uit bevoegde bron verneemt, verkeert het
Beursgebouw thans na de uitvoering dei' werkzaamhe
den en daardoor aangebrachte versterkingen in goeden
staat. Na de voorziening heeft de nieuwe toestand zich
in alle deelen gehandhaafd en heeft van geen der vroe
gere afw ijkingen een herhaling zich voorgedaan.
Staatscommissie Spoorwegen.
De St.-Ct no. 213 bevat een Kon. Besluit van 8
Sept. waarbij, uil overweging dat het wenschelijk is
door eene Staatscommissie te doen onderzoeken, of,
en, zoo ja, op welke wijze in het thans gevolgde be
leid betreffende spoorwegen verandering ware aan te
brengen, het volgende wordt bepaald;
1 in te stellen eene Staatscommissie tot het onder
zoeken en beantwoorden van de vraag, of, en, zoo
ja, op welke wijze in het thans gevolgde beleid be
treffende spoorwegen verandering ware aan te bren
gen;
II. te bepalen, dat die commissie aangaande de uit
komsten van het gehouden onderzoek aan Ons verslag
uitbrengt
III. te benoemen in die commissie:
tot lid en voorzitter, oir. J. C. de Marez Oyens, oud-
Minister van Materstaat, Handel en Nijvei'heid, te
s-Gravenhage
benevens nog 14 heeren.
.11 elk verkoop iu Amsterdam.
De telegraaf schrijft het volgende onder het hoofd:
„de zwarte- en de witte lijst
lieden vangt in ons blad een nieuwe rubriek aan,
eene, die we t liefst weer dadelijk misten. En de eenige
Kans om haar ooit weer te kunnen missen, ligt juist
in t openen ervan. Zij. die onze feuilletons over den
gemeentelijken gezondheidsdienst gevolgd hebben, be
grijpen reeds wat we bedoelen. Op elke honderd melk-
slijters in Amsterdam, zijn er vijttig, bij wie melk van
ondeugdelijke samenstelling is aangetroffen. Zij zeiden
volle melk te verkoojjeii; deze voldeed echter niet aan
matige eischen, aan voile melk te stellen.
Mees de controle van den gezondheidsdienst de be
staande fout aan, ü.uinnee was die fout nog niet her
steld. De overtreders werden niet vervolgd, en t pu
bliek weet niet, wie overtreders zijn. en wie niet. Dit
laatste feit kan veranderen. De gezondheidsdienst geeft
voorlaan om de twee maanden tijsten uit, waarop de
namen voorkomen van hen. bij wie melk enz. is
onderzocht. Die lijsten publiceeren we voortaan, tot
dat alleen melk van deugdelijke samenstelling verkocht
wordt.
Dit schijnt ons een zeer praclische maatregel en
voor de betrokkenen welverdiend.
Keu ballon boven zee.
Ongeveer 10 uur werd Vrijdagochtend te Hoek van
Holland aan den gezichtseinder een groote ballon, waarin
meuschen, waargenomen, komende uil het Mesten en
drijvende in Noordwestelijke richting. Naai' het scheen
was hij beschadigd en zakte hard. De beide stoom-
loodsbooten stoomden ter adsistentie er heen, in wel
ker nabijheid de ballon, van den wal af gezien, onge
veer te 10y, uur scheen te zijn gedaald.
Te half twaalf kwam de stoomloodsboot No. 5 met
een Engelsehen officier en den eigenaar van den ballon
en den ledigen ballon binnen. Te 10 uur Donderdag
avond in Londen opgestegen met bestemming naar Bel
gië, waren zij, na met slecht weer gekampt te hebben,
onder onze kust verzeild geraakt, waar zij door den
wind niet konden landen Hedenavond zouden zij met
de boot weer naar Engeland vertrekken.
De Troonrede.
Men verneemt, dat de minister van Binnenlandsche
Zaken jl. M'oeusdag als tijdelijk voorzitter van den
Ministerraad naar het Loo is geweest om overeen
komstig de gebruiken H. M. in kennis te stellen met
den inhoud van de openingsrede voor de zitting van
de Staten-Generaal en dat H M. persoonlijk met den
minister dit staatsstuk heeft besproken.
Branden te Leiden en te Woruierveer.
Men schrijft uit Leiden
rijdagnacht woedde er in dc groote steenkolenberg-
plaatsen aan de Kon. Ned. Grofsmederij aan den Zijl
singel, alhier, een felle uitslaande brand. Reeds eenige
dagen wist men dat er broei was ontstaan in de op
getaste kolen en Donderdag was de temperatuur zeer
Uocg. Men telde dit echtei' al te weinig doch werd
tegen middernacht verrast door de uitslaande vlam.
Het op het terrein aanwezige personeel hoopte den
brand te ovenneesteren met eigen blusehmiddelen, doch
dit mocht niet gelukken. Toen werd er brand gealar
meerd en toen te half twee de brandweer aanrukte
onze weesjongens waren er nog eerder met hunne
spuit sloegen de vlammen wijd uit door de houten
overkapping. Van het gebouw bleef dan ook niets over
dan de vier muren met de ijzieren gebinten, door hitte
verwrongen.
Te vijf uur was men de vlammen meester, alleen
de met water gedrenkte kolenmassa's bleven smeulen.
Hierover houdt nu de spuit der fabriek de wachl,
terwijl men .bezig is de steenkolen te verwerken, ten
einde een- herhaling van het gebeurde te voorkomen.
Aan den Zaanweg te Mormerveer brak Donderdag
avond ongeveer 11 uur een felle brand uit in de manu-
turenzaak van den heer H. Stolp. De vlammen grepen
zoo snel om zich heen, dat niet alleen dit gebouw,
doch ook de onmiddellijk daaraan grenzende woning
van den heer C. Aten weldra in lichterlaaie stond
en geheel in vlammen opging. De brandweer deed
thans wat ze kon om het daaropvolgende winkelhuis
van den heer Siekerman te behouden, wat haar met
zes krachtige stralen en dank zij ook de omstandigheid
dat dit perceel geheel van steen- was, mocht gelukken.
Aan de achterzijde had het vuur geruimen lijd Mij
spel, wijl de brandende pcrceelen hier voor de brand
weer niet gemakkelijk te bereiken waren. Hier ver
brandde dan ook nog een schuur van den heer Sieker
man. Ook de belendende smidswinkel en werkplaats
van den heer Spekman kreeg veel brand- en water
schade.
De oorzaak is niet bekend. De verbrande peroeelen
waren verzekerd.
Hoe „dooie Kees" begraven werd.
Men schrijft uit Haarlemmermeer aan de „Opr.
H. Crt."
„Rooie Kees" was ziek.
Al een paar dagen was Kees niet erg lekker. Zijn
pruimpje ontbrak achter de kiezen en bolde zy'n magere
wang niet, zooals gewoonlijk. Eten liet Kees staan en
alleen had hij de paar laatste dagen zijn „propje" ge
nomen om het leege gevoel wat weg te spoelen. Doch
dat hielp ook al niet; 't eind van 't liedje was, dat
Kees zijn stroozak opzocht in de vunze polderkeet,
zooals er zoovele stonden in de „Meer" in den eersten
tijd van droog zijn.
De keetvrouw verzorgde den „rooie" met moederlijke
zorg, en belangstellend kwamen Hein en Gerrit en nog
meer collega's-polderjongens hem aan zijn sponde
troosten, en als de zieke vertelde, dat hij zich zoo naar
gevoelde en zei, dat zfjn.heele „boddie" van streek
was, dan klonk het: „Nou, Kees, geen grappen, hoor!
Je wilt er toch niet uitknijpen? Jongen, als we straks
van „moeder Kee" terugkomen, zullen we een „happie"
voor je meebrengen."
'8 Avonds keerden de kameraden terug en traden op
Kees toe. Bij hem zat de keetvrouw. Ze hield den
wijsvinger voor den mond. „Stil, jongens", zei ze, „'t
gaat met Kees verkeerd. Hij deed zoo raar daar straks
en nou is hij al een heele poos stil. Maar... ik durf
niet kijken."
De kranke had zich, al woelende, geheel onder zijn
goor dek gewerkt. Hein de Brabander lichtte het even
op en toen hij goed gezien, zei hij:
„Ik geloof waarachtig, dat „de rooie" uit logeeren
is."
Zoo was het ook; Kees was dood.
Drie dagen zijn verloopen en zijn kameraads zullen
„Kees" naar zijn laatste rustplaats brengen.
Er verschijnt een boerenwagen, waarop een paar
bossen stroo. Voorzichtig wordt de ruwhouten kist, die
er niet heel solide uitziet, op het stroo geplaatst. Lang
zaam zet de stoet zich in beweging, de dragers achter
den wagen aan.
't Is oen verre tocht dien ze hebben af te leggen
naar „'t Kruis" (Hoofddorp). Spoedig komen ze aan den
eersten dwarsweg, waar, zooals op alle punten, waarde
Hoofdvaart gesneden wordt door een dwarsweg,.zich
een heilig huisje bevindt, d. w. z. een strooien keet
met wat plaggen bedekt, maar waar men toch „wat
krijgen" kan, een café dus
De dragers worden moe en één hunner stelt voor, even
halt te houden en in het „café" wat uit te rusten. Al
gemeene iiis emuui g!
Een poosje later verkondigen luide mannenstemmen
daarbinnen, dat het leed over den doode al wat zakt
en men in opgeruimder stemming geraakt. Eindelijk
verschijnt de stoet weer buiten, de koetsier neemt voor
op den wagen zijn plaats weer in.
„Nou," zegt er een, „de „rooie" was altijd zoo'n haan
tje de voor8te en nou zou hij uit rijden gaan en wij
loopen, dat gaat niet. 'k Ben toch al zoo moe in m'n
Knieën. Ik ga op den wagen zitten."
De daad wordt bij "t woord gevoegd en vervolgens
nemen allen plaats op den rand van den wagen, 't
Gaat wel een beetje luidruchtig toe voor een begrafenis
plechtigheid, wat er niet minder op wordt, als ze nog
oens weer gerust hebben,
Als eindelijk voor de derde maal gepleisterd wordt
en men het hart versterkt heeft, wordt de tocht onder
luid gezang voortgezet. Vroolijk klinkt maar steeds het
refrein:
En hij is dood en hij is dood,
En hij komt nooit weeroml
De dragers hebben intusscher. de kist als een geschik
te voetenbank beschouwd en telkens wordt aan 't eind
van het refrein, bij „rom", gezamenlijk een stamp
gegeven. Doch daar is de zwakke kist niet tegen
bestand en plotseling stort het deksel krakend ineen.
Hu, dat is akelig! 't Gezelschap is er van „onderden
indruk" en stil geworden Maar het duurt niet lang
of de schrik is over; doch omdat „het leelijke rooie
mirakel ze zoo ligt aan te kijken", wordt met ver