INGEZONDEN.
Van dit en van dat.
Plaatselijk Nieuws.
ifissu SMS rsas ss:
zzs1 r r.
en keerde zich om.
„Lady Winchelsea!"
„Jack! dokter Vining u hier?''
„U hebt om mij gestuurd," zeide hij. „Ik ben de
eenige Engelsche dokter hier. Nu zult u toch zeker
wel liever een Franschen laten komen?"
„Wat ben je hard en scherp!" murmelde zij. „Na
tuurlijk kon ik dat niet gissen. Maar, dokter Vining,
mijn jongsken is ziek. Hij is altoos een zwak ventje
geweest, en nu is het hier erger met hem gewor
den. U zult toch niet weigeren hem te zien, nu u
eenmaal gekomen bent?"
„Ik zal als arts voor hem doen wat ik kan, Lady
Winchelsea," antwoordde hij stroef. „Waar is hij?"
Zij keek hem even smeekend aan. Toen ging zij hem
voor naar eene kamer boven, waar het kind lag te
kreunen.
Eene verpleegster was er bij, en van haar vernam
Vining wat hij noodig had te weten. Toen hij na het
onderzoek weer met de moeder in het salon trad, stond
zijn gezicht zeer ernstig.
„Er is eene operatie noodig," zeide hij.
„Eene operatie? O neen! Dat kan niet!
„Het is niet pijnlijk, en natuurlijk zou ik chloroform
toedienen. Evenwel, aan elke operatie is eenig gevaai
verbonden. Het staat dus aan u, te beslissen of het
gebeuren zal, of niet."
Hij zette haar kort uiteen wat er gedaan moest
worden, en waarom.
Ik wil er volstrekt niet op aandringen, liet nij er
op volgen. „Breng den jongen naar Engeland, en roep
een ander advies in, als u dat verkiest."
„Mijn jongen is mijn alles," stamelde zij. „Ik ben
nu heel alleen op de wereld. Dat wist u toch zeker?"
„Neen," zeide hij. „Ik wist niet dat uw man over
leden was. Ik condoleer u. Wat den kleinen patiënt
betreft
„U raadt dus eene operatie aan?"
„Zeer beslist. Er zit niets anders op."
„En dat kan geen uitstel dulden tot wij weer
thuis zijn?"
„De pijn, die het kind lijdt, zal nog toenemen tot
dat de oorzaak er van verwijderd is. En hoe langer
die pijn duurt, des te minder weerstandsvermogen, zal
hij hebben tegen eene operatie. Dus, gisteren zou reeds
beter zijn geweest dan heden, en heden is beter dan
morgen. Elk uitstel vermindert de kans op een goeden
afloop. Overigens heb ik reeds gezegd dat het eene
zeer eenvoudige operatie is, hoewel, toch altijd
eene operatie."
Er volgde een pauze, gedurende welke men niets
hoorde dan de gejaagde ademhaling der moeder. Toen
zeide zij, met een nerveus gebaar:
„Laat het dan gebeuren, dokter Vining als u het
onvermijdelijk oordeelt. U geeft hem chloroform, niet
waar?"
„Ja. Ik zal hem chloroform toedienen... Dus, Lady druk in deze twee regels:
kapel mag genoemd worden.
Het spreekt van zelf dat een „gezellige bijeenkomst
met die dames, door de Harmonie uitgesc..teven, na
de aanbieding van het vaandel niet achterwege is ge-
bl?ir<ie notulen van die actieve jaren lezen wc ook
weer van de aanbieding van een concert aanden Be
schermheer, van hel gezellig ondcr elkaar herdenken
van hel 20-iarig beslaan en van de aansluiting, dei
Kapel als lii van den Bond van Harmonie- en fan
farecorpsen in Noord-Holland.
Dat heeft echter niet lang geduurd.
Na de ondervonden teleurstelling in Purmerend trok
onze Harmonie zich terug en geen missive van liet
Bondsbestuur was in staat haar weer als lid te doen
inschrijven.
Zoo nu en dan lezen we in de notulen van po-
mmten die werden aangewend tot oprichten van een
strijkkwartet, llatcf' van een strijkorkest en weer la
ter van het ontstaan der zoogenaamde „Kleine Iva-
'K Al tlcze dingen behooren echter nu tol het verleden
de Harmonie is thans alleen harmonie.
Toen de heer Borstlap zich in onze plaats vestigde
en lid werd van onze Kapel, veroorloofde deze zich
do weelde hem als onderkapel meester aan te stellen.
Later geschiedde dit zelfde met den heer Ter lan
den en voor kort bedankte als zoodanig de hr. Huls
man, die de derde onderkapelmeester van het gezel
schap is geweest. -J,- 1
Een blijvend aandenken aan directeur Rugers be
zit de Harmonie in de fraai gecalligrafcerde leden
lijst, die op „de Koepel" hangt en die der -Kapel,
13en Mei 1885 door den heer Rugers werd aangebo
den
De verstandhouding lusschen leden en tlirecteutrivas
dus wel goed in dien tijd.
Ze was in Mei 1890 andei's. De heer Rugcis nam
zijn ontslag als directeur en daarmede stond onze
Harmonie voor de derde maaL voor het feit een nieu
wen directeur te moeten zoeken.
Dien vond ze gelukkig spoedig in den heer L. A.
Schouten, <onder-kapelmeester der Kon. Ned. Marine-
kapel te Den Helder, en zijn naam is het bovenal
die lang in de herinnering zal blijven van de musici,
die onder hem gespeeld hebben en die altijd met veel
eere zal genoemd worden in de geschiedenis onzer
Harmonie, pi viert ze nog tal van jubileums.
Schouten mocht het veertig-jarig jubileum niet be
leven. Den 4en Januari 1908 overleed hij, nadat hij
bijna 18 jaren den staf over onze Harmonie gezwaaid
had, de vëreeniging, die hem zoo na aan het harte
lag.
Tol schrijver dezes zei een der Harmonieleden, na
het lezen der jubileums-cantate, dat de verhouding
van Schouten tot de Harmonie zoo juist was uttge-
eenigingen bekleedde.
Een rijken schat aan muziek heeft de heel Schou
ten aan onze kapel nagelaten.
Als blijvende herinnering aan den eminenten leider
hangt op de koepel een goed geteekend portret van
den heer Schouten, der kapel in 1ÜOO aangeboden door
het eerelid, den heer J. Roggeveen Wz„ die met het
teekenen en aanbieden van dit portret aan onze Har
monie een groot genoegen beeft gedaan.
(Wordt vervolgd.) M. VISSER.
M. de R.l
Aangenaam zal het mij zijn, indien u het onderstaan
de in het eerstvolgend nummer van uw blad wildet op
nemen. Bij voorbaat daarvoor mijn dank'
In het verslag van de vergadering der vereenlging
„Liefdadigheid naar Vermogen" te Anna Paulowna, vooi
komend in uw blad van lt> Februari jl. staat: „Afge
keurd werd, dat tot heden de zaak ln handen van een
persoon was geweest, nl. in die van den vooi zittei.
Nu zijn twee dingen mogelijk, of uw verslaggever
heeft verkeerd weergegeven, wat op de vergadering
gesproken is, of zij, die over het bestuur van den
voorzitter het woord hebben gevoerd, hebben een on
juistheid beweerd, die ik gaarne hersteld zag. Want
het is onwaar, dat Ik, die tot dusverre voorzitter van
L .N. V. was, alleen de zaak in handen heb gehad.
Blijkbaar zijn mijne beido kwaliteiten, nl, die van ge
neesheer en die ran voorzitter verward. Als voorzitter
deed lk alleen, wat des voorzitters was, eerder min
der dan meer, en zoo dra er ook iets, hoe gering van
beteekenis ook gedaan moest worden, wat niet tot het
gewone werk der Vereenlging behoorde, heb ik steeds
de meenhig en de toestemming der andere bestuurs-
leden (of de meesten hunner) gevraagd. Ik tart een «loeiend (rood- steeg hem naar de wangen; hijstreek
leder het tegendeel aan te toonen. Als geneesheer heb m<H de hand ove.^ hel, verhd gelaat,^ als om dc pijn-
ik slechts briefjes afgegeven tot het verstrekken van
bekende macht, vooi' eert verschijning,die onzichtbaar
door de kamer sloop en wier adem hij gevoelde.
Drie jaren lang had hij Sango aan de hand geleid
als een kind, en nu keek hij' net als de apen in het
maïsveld. Het dier had de oogen weder gesloten, en
zweette nog sterker dan eerst. Het was opeens ang-
stig stil om hem heen ieder Vas uitgegaan en Rogèa
geheel alleen. Een eenzame gevangene! Hij lachte bij
1 do gedachte, doch schrok door den klank van zijn
I eigen stem, die weerkaatst werd door de muren, als
waren het wanden van metaal. Hij ging op den rand
van Sango's mand zitten. Hoe graag had hij nu niet
iemand willen spreken, want hij had het gevoel ols-
of ér plotseling, met den zucht van Sango, iets onbe-
i grijpelijks had plaatsgegrepen, iets dat ver hoven zijn
bevatting ging, Irma en hot moorddadig plan waren
weggevaagd uil Hogers denken, liet scheen hem alsof
hij het van koorts rillende dier iets moest toeroepen,
maar hij wist niet, hoe zich uit te drukken, en het
dier verstond liet immers ook niet:
Toen werd hij moede en sloot de oogen. En vreem
de gedachten kwamen in zijn hoofd.
„Eenzaam, een gevangene gelijk", klonk het in hem
na. Lang, lang reeds was hij, eenzaam, maar in het
roezemoezig leven dal hij: gedoemd was te leiden, in
zijn wilde jacht naar triomfen en geld, had hij het
nooit gevoeld. Vroeger was alles anders geweest, toen
had hij ouders en zustere, die hem nu niet meer zou
den (herkennen, mogelijk ook waren zij dood;
volgde die lichtzinnige daad en hij verdween in
vreemde. Handt werken, veel gebrek toen kon
niet denken, misschien gevoelde hij niet zoo diep i
anderen. Wie wtöqt of Si ij. nu niet in zorg over vrouw
en kinderen zou hebben gezeten, als hij, destijds dien
«stommen streek niet had begaan. Misschien lag dan in
Sango's phuiLs wei een ziek kind waarover hij als va
der in angst zat. Een kind eei» ziek kind! Een
Winchelsea, ik heb uwe toestemming. Wilt u wel aan
de verpleegster zeggen dat ik om drie uur hier zal
zijn?"
Hij was niet zoo kalm, als hij tot een hanteeren
van het mes wel geweest had moeten zijn. De onver
wachte ontmoeting had hem meer geschokt, dan hij
zichzelf wel bekennen wilde.
Thuis gekomen, ging hij naar zijne studeerkamer,
dronk haastig iets uit een flesch, en keek zijne instru
menten na.
Terwijl hij het benoodigde uitzocht en klaar legde,
vroeg hij zichzelf af, of het mogelijk was dat hij deze
vrouw nog beminde. En hij wist dat het mogelijk
was want hij wist dat hij nog even razend ver
liefd op haar was, als zeven jaar geleden. Het was
een bezetenheid iets monsterachtigs! Hij verfoei
de zichzelf er om maar niettemin voelde hij dat
het zoo was, en dat hij het niet kon overwinnen. Hij
herinnerde zich haren toon, hare blikken van vroe
ger, van den ouden tijd. Zij was zachter geworden;
de tijd had haar getemperd. Haar huwelijk met Sir
John had haar vermoedelijk niet het onvermengde ge
luk gebracht, dat zij zich er van had voorgesteld.
En haar kindnu werd zij gestraft in haar kind
Arme Stella! Arme meid!"
Toen hij in den namiddag de ziekenkamer betrad',
was het er heel stil. De kleine patiënt sliep, en de
pleegzuster zat bij het bed. Dit was zooals hij ge-
venscht had. De toebereidselen zouden nu het jongske
niet angstig maken.
„Schouten was haar al tezamen:
„Leider vriend en kunstenaar."
En zoo was het.
o—o
In de notulen van 1891 wordt gesproken van een,
nieuwe muziektent. Deze heeft onze Kapel thans nog.
IleeL wat Schager namen worden als houders van
aandeelen, in het kapitaal, benoodigd voor het ma
ken van de groot© tent, verder hij: de uitloting der
aandeelen genoemd.
De burgeriji dit blijkt daaruit zonneklaar heeft
der Harmonie altijd een goed hart toegedragen. Een
beroep op de beurs of de offervaardigheid onzer bur
gers, wanneer het de Harmonie betrof, bleef niet on
verhoord. Was dit in het verleden zoo, voor de toe
komst is dit, meenen we, een verblijdend teeken. Qok
dan zal het wel zoo zijn.
In 1892 worden er al plannen beraamd voor het
vieren ran het' 25-jarig feest der Harmonie. Men
sprak van het houden van een festival de Harmo
nie had zelf al aan enkele deelgenomen van een
groot volksfeest en van een schitterend feest concert.
Met dit laatste is het feest gevierd. Bij die gelegen
heid 7 April 1894 sprak de heer Hazeu weel
een feestrede uit en Werd de heer J. Roggeveen Wiz.,
die ran den beginne af, lid der Kapel was geweest,
tot eerelid benoemd.
Aan de heeren Hazeu en Schouten werd op den
avond van het feest ieder een gouden insigne aange
boden.
versterkende middelen door de wijkcommisaarissen.
Het is slechts een enkele maal voorgekomen, dat ik
in mijn hoedanigheid van voorzitter zë teekende, nl.
dan, wanneer in de wijk, waar de patiënt woonde-, geen
commissaris was.
Ik stel er bijzonder prijs op, dat de boven aange
haalde zinsnede, van welke zijde dan ook, herroepen
wordt.
Hoogachtend,
Amsterdam, 17 Febr. 1909. J- OOSTR'A.
vS O O®
Van een Ctrimpanse en zijn meester.
Sango was ziek. Sango had longontsteking. Op het
roodgeruite kussen van zijn graote mand lag hij als
een vormlooze massa ineengerold. De armen had liij
dicht tegen het lijf gsdrukt en de poolen kiampaiA boog zich over hem heen en stak hem den wijsvinger
tig ia elkaar gestrengs d. toe, dien hij krampachtig omsloot, Toen trok hij Rogers
snuit nog donkerder schijnen, de lange haren op zijn 6
vel waren nat van zweet, Sango- was namelijk eert
lijke gedachten die hem bestormden^, te verdrijven.
Hij keek naar Sango-, was hij voor hem niet gelijk
aan een ziek kind, die hij had moeten koesteren in
zijn lijden? Was Sango niet zijn dlles, zijn hulp en
steun, rijn aanhankelijk, lief kind? Hij was hard te
gen hem geweest, had lieni willen doodent
Een rilling doorhuiverde Rogcr hij had een kind,
dat zonder hem niets was een „ziek kind."
Misschien slerft hij niet blijft luj leven.... ik moét
mijn kind behouden, anders sta ik alleen flitste
het door rijn brein. Hij stond op en keek op het dier
neer, dat -daar zacht hijgend en kreunend lag. Maar
misschcn werd hij nog beier; misschien was de cri
sis nu voorbij
De zon daalde achter de dakenrij. Ook op straat
was het stil geworden, da wandelaars waren in hun
woningen teruggekeerd.
Plotseling keerde Sango zich om en blikte in de-
kamer rond, nu schuw en zoekend, als vreesde hij een
of ander roofdier. Daarop sloeg hij met de pooten in
de lucht .Hij keek zijn meester bedroefd aan. Roger
Straks verscheen de moeder; maar hij verzocht haar j De voorzitter, de heer Hazeu, bood der Kapel op
heen te gaan. Alles was gereed. Hij beloofde haar te j 15 juli, ter herinnering aan haar jubileum en uit in-
zullen roepen wanneer de operatie afgeloopen was; genomenheid met zijn hevelingsvereeniging een tochtje
en zoodra zij zich verwijderd had, diende hij de chloro- naar Bergen aan. 1
form toe. I Met groote opgewektheid wordt in de notulen--van
verloopen waren, keken de arts en de verpleegster el
kaar met verschrikte oogen aan. Het kind verroerde
zich nog altoos niet. En zoo duidelijk als woorden zei-
Het was gebeurdMaar toen er tien minuten dit fe-estuitstapje gewag gemaakt. Blijkbaar hebben de
ledien zich, en ook de directeur, kostelijk geamuseerd
op dien dag.
In Februari 1896 bedankte de- heer Hazeu wegens,
den de oogen der zuster: „U hebt hem te veel chlo- gevorderden leeftijd voor het lidmaatschap der Kapel,
roform gegeven, dokter!" En zoo duidelijk als woor- j De .Harmonie huldigde rijn groote verdiensten dooi
den antwoordde haar des dokters strakke blik: „Om iicm tot eere-voorzitter te benoemen. Als bijzonderheid
Godswil, zuster, zeg het niet!" i zjj hierbij vermeld, dat de heer Hazeu niet alleen
Hij had Lady Winchelsea's jongsken omgebracht. secretaris is geweest, maar ook bij rijn voorzitterschap
Zijn hoofd duizelde. Bekwaam als hij was, en met de no« jaren lang het ambt van penningmeester waarnam.
beste bedoelingen, had hij een noodlottigen misgreep
begaan. Gekomen om te redden, had hij gedood.
De stilte was ontzettend. Zij werd afgebroken door
da verpleegster:
„Hij was niet sterk genoeg om eene operatie te on- -
dergaan, dokter."
„Neen," zeide Vining, toonloos... „Hoe fataal!pel" |iaal. verdienstelijke krachten herinnert.
lk zou mijn leven er voor willen geven, dat dit niet
gebeurd was."
Hij wist wel dat zijn geheim bij de zuster veilig p, n.-H. Koffiehuis,
was. Het was een beroepsgeheim een ongeluk ln
de operatie-kamer en er zou nooit meer van ge
rept worden zelfs tusschen die twee, die er vian wisten.
Maar zichzelf kon hij het niet vergeven nooit.
Van hem kwam de fraaiste krans, die- er op het grafje j
van het kind gelegd werd; en in zijne wroeging en
Dat ide Harmonie den heer Hazeu, toen deze in
18.97 overleed, de laatste eer heeft bewezen en hem
grafwaarts heeft gedragen, behoeft eigenlijk niet Spart
vermeld t-e wonden. Dit spreekt van zelf.
Ook zijn naam zaïl als die van den heer Schouten,
altijd in de eerste rij genoemd worden als onze Ka-
1 1. 1 .1 tI 1 !tl „L i /-v»-* Kai*i i-»r\Oï*|-
Gedurende een jaar repeteerde onze Harmonie niet
Wegens oneenigheid met den lokaalhouder natn ze
van begin 1895 tot Mei 1896 haar intrek in het lo
kaal „Gérès". Al de andere jaren zijn het N.-H. Kof
fiehuis en de Harmonie immer aan elkaar verhan
dden geweest.
13 Mei 1896 is in de geschiedenis onzer Kapel
zijn verdriet* spaarde hij geen moeite om het hartzeer j zagen we in de notulen een merkwaardige datum,
der moeder te verzachten. Weken lang was hij een Toen werd als opvolgster van den in 1893 overlc-
dagelijksche bezoeker in haar hotel; en hoewel hij den beschermheer, diens schoondochter mevrouw, de
haar beloog met betrekking tot de oorzaak van den Wed. J. Hoekstra—'Tomey, Beschermvrouwe der ver-
dood, was zijne deelneming even diep, misschien die- 1 ocniging, de heer Ilazeu eere-voorzitter en de tegen-
per nog dan indien hij haar de waarheid bekend had. 1 -■ -
En zij nu werkelijk geheel alleen leerde naar
die bezoeken van hem verlangen, miste hem wanneer
hij eens wegbleef, verweet zichzelf hoe zij hem in
het verleden behandeld had. En eens op een dag zeide
woordige eere-voorzitter, de heer W. Vader, president.
De laatste is dit geweest tot 12 Mei 190-1, tóen de
heer J. Rotgans hem als voorzitter opvolgde.
De heer Vader bedankte als voorzitterpnul|L lui,
sinds ©enigen tijd al geen werkend lid meer was; ch
zij hem dit. Zij zeide hem hoe bitter zij het berouwd hii het V00l. de Kapel beter achtte, dat een werkend
jonge chimpanse, afkomstig uit West-Afrika. En een
goed gedresseerde chimfianse! Hij kon goochelen, net
jes met vork en mes eten, limonade of melk uit een-
glas drinken, zonder een droppel te? motsenhij kon
op zijn achterpooten loopen en vreemden met een def
tige, bevallige buiging de hand geven. En Sango's mees
ter verdiende een aardigen duit met hem.
Henrï Roger was een man van middelbaren leeftijd,
met het- teekenend uiterlijk, den beroepsathle-et eigen.
Met een dollen kop had hij «P zekeren dag Europa
den rug toegekeerd. Na verscheidene jaren rondzwer
ven s keerde hij eindelijk met een goochelaarstroep te
rug, bij welken hij als athieet optrad. Zoo goed en
zoo kwaad als het ging, sloeg hij er zich doorheen.
Zijn vrije uren gebruikte hij voor de dressuur van
Sango, dien hij uit den vreemde had meegebracht.
Veel moeite en geduld had het gekost, eer het dier
slag van Iets kreeg; maar toan hij er: eenmaal In was,
brak er een goed leventje voor Roger aan,, en stelde
hij zich, dank zij' zijn groote verdiensten, ruimschoots
schadeloos voor de jaren van bittere armoede welke j
hij achter den rug had. Tot sparen echter was hij i
nog niet gekomen. En nu was. Sango ziek,, en hij had
arm naar zich toe en legde den kop in zijn hand. Zoo
bleef hij bewegingloos liggen, slechts zijn adem giijg
al gejaagder.
Het was den athieet alsof hij droomde. Hij voelde
het warme vel van de door koorts beklemde borst te
gen zijn hand; hij voelde den vasten druk van de
saamgeknepen apenvingertjes. Angstvallig vermeed hij
elke beweging, om Sango niet te storen; toen hij lang
zamerhand pijn ln den rug kreeg door de gebogen hou
ding, knielde hij voorzichtig. Uren en uren verliepen
en geen van beidien bewoog zich. Het gouden rood der
ondergaande zon scheen door het gordijn, daarna hulde
de kamer zich in schaduw. Kort daarop was het don
ker, Sango's borst klopte niet meer onder Rogers hand,
maar het was hem, als klonk er een diepe, lange zucht
door het duister der kamer
Raad-vragen.
Raad vragen aan menschen, die men wijzer of beter
geen geld over. Als «Jat ellendige dier nu tenminste op de hoogte acht, dan zichzelven is zeer verstan-
maar stierf! Roger was zoo verstandig geweest, den dig, maar van de honderd menschen, die dit doen,)
aap voor een vrij hooge som te verzekeren, maar heel zijn er wei negen en negentig, die toch hun besluit)
veel zou Jiat tooit ook niet opbrengen-, en genomen al genomen hebben, en alleen maar raad vragen in de
het leven dat hij tegenwoordig leidde, gauw op zijn. hoop, dat gij zult instemmen met hunne wijze van zien,
Hij balde - de- vuisilen van woed* als. hij hieraan dacht om... en daar zit de-leelijke knoop... om zich, als het
Het liefst' van al had hij het arme dier,, dat daar zoo-1 tegenslaat, als hunne bedoeling mislukt en falicant uit-
aemechtig: lag,, geranseld.
Daarbij kwam, dat hij zich verveelde doordat hij niet
met Sango* kon werken. Drie jaar lang, was hij dagelijks;
komt, als zij in hunne verwachtingen teleurgesteld
worden, zich op u te kunnen beroepen.
Ik weet van koning, die zich in 't hoofd gezel
met Sango; opgetreden; hij was- dan gewoon, aan het 1 bad oorlog te voeren, maar toch, om daarvoor niet ge
einde der voorstelling raet het dier- in (fc zaaï te gaan, heel alleen verantwoordelijk te zijn, eenige honderden
opdat Sango- aan deze-a of genen de hand kern geven, profeten of waarzeggers voor zich liet komen, om hen
en, knap van uiterlijk als hij was, geboeide hij ziek te vragen, wat zij ervan dachten. De waarzeggers keu-
gestreeld als menig vrouwenoog- zijn herculische ge- den hun man en riepen uit een mond, dat hij moest
slalte tersluiks bewonderend opnam. Het publiek haid gaan vechten en dat hij overwinnen zou Zij wisten
Roger toegejuicht en gevierd, en menig: vleiend wootsd wel, dat hij 't voor hen toch niet zou laten. Toen er
had hij carer zijr# dressuur gehoord een waarzegger den moed had te zeggen: Koning, gij I
bedriegt uzelven; gij weet wel, dat uw vijand veel ster I
ker is dan gij zijt, toen werd hij gegrepen, in het blok)
gezet en gevoed met water enbnood.
Een raad, die overeenkomt met den wensch van den I
vrager heet altijd „wijs en verstandig", al is hij tel
dwaas om los te loopen; en zeker is het, dat 'n raat
niet wordt opgevolgd, als die niet reeds besloten is in I
het hart van den vrager. We kunnen raad vragen zoo l
I veel we willen; ten slotte doen we toch ons eigen
Het -was een prachtige zomermiddag. Roger stond
voor het venster,, de handen diep in die- zakken, en
tuurde op straat.. Hij overwoog, wat hg, beginnen zou;
met het beetje geld, dat hem nog restte-, kon hij hoog
stens een dag toekomen. De zon straalde door het
venster,, als lokte zij hem tot uitgaan. De wandelaars
trokken ih menigte de stad uit, jönge boeren met ste
vige boerinnen, soldaten in nette uniformen, goedi ge-
kleede heeren en dames in rijtuigen. En, tusschen die j dn.
had en zij vroeg hem om vergiffenis.
En alles, wat er in den man zoo lang onderdrukt,
tot zwijgen gedwongen was geworden, brak nu los. Hij
bekende haar hoe lief zij hem nog altijd was, en hoe
zijn leven zonder haar hem niets meer zou wezen.
Rare tranen vloeiden, en hij kuste ze weg. Zoo von
den zij elkaar toch nog.
Maar toch, zoo gelukkig als Jack en Stella in hun
huwelijk zijn, toch schuilt er in eene kast, die hij
nimmer opent, een klein skelet, en somtijds hoort
hij het kloppen.
N. R. Crt.
G&ZE HARNIOHIE.
IL
1 ol opvolger van den heer Olto benoemde onze
1 larmonie den heer Rugers ram dc Marinckapel Ie
Den Helder, die met dc Harmonie den 23 Februari
1883 rijn eerste eoncerl gaf.
Onder dezen directeur was liet, dat de 2e prijs
werd behaald ie Nijmegen in 1887, eene overwinning,
waarop onze Harmomsten 110c altiid trntscb «aan
ln verband met die ovei-wmnlnn 1
deeld, dat vooral door de iiveri<rc 1 inrw-i
j j ijverige bemoeiingen ran
de dames der vereenigmg „Caecilia" in 1888 aan de
Harmonie een vaandel kon worden aangeboden, dat
nog altijd als het schoonste eigendom en sieraad dei-
lid de leiding der zaken in handen had.
Tijdens het directeurschap van den heer Schouten,
gaf de Harmonie onderscheidene belangrijke concer
ten.
Enkele daarvan verdienen zeker in dit overzicht een
aparte vermelding. In de eerste plaats van het Zoo
uitnemend geslaagde concert in 1898 bij gelegenheid
der Koninginnefeesten alhier. In samenwerking met
onze plaatselijke zangvereenigingen onder algemeene di
rectie van den heer Schouten werd er toen een mu
ziekfeest gegeven, dat lang in de herinnering zal blij
ven. ALs dank en hulde Werd den leider door de deel
nemende vereenigingen een fraai bronzen beeld; van
den componist Móhul aangeboden.
Een compositie van Mehul, gearrangeerd voor de ka^
pel, liet de heer Schouten spoedig daarna op een con
cert door de Harmonie uitvoeren.
Aan het muziekfeest te Enkhuizen waarvah een
foto der deelnemende vereenigingen op de koepel
hangt werd deelgenomen, ook naar Hoorn ging onze
kapel en eindelijk nog gaf ze een zeer goed geslaagd
concert in den Alkmaarder hout in Juli 1907.
Toen de heer Schouten zich met ter woon in onze
gemeente vestigde brak een nieuw tijdperk van hooger
bloei voor het muzikaal leven in onze plaats aan,
hoopte men.
Dit heeft echter niet zoo mogen wezen. De heer Schou
ten werd al gauw onwel en eer een paar jaar verloo
pen waren moest, onze Harmonie den treurigeu plicht
vervuilen haar directeur de laatste eer te bewijzen.
luist6 pv»„ s.emcnsae zangvereeniging Euphonla waren
allen zag Roge-r ook gestalten die hem meer aantrok- Bewijs:
ken: eiogant gekleeds jonge vrouwen die nog geen -n Boerin had haar man verloren en wilde trouwenI
cavalier hadden, doch deze wel tegen den avond lioop- met haren bouwknecht. Zij ging naar den pastoor en
ten te vinden. Er waren er ook, een paar die hijt goed I xroeg diens raad
kende,. Die vroolijke Elli, die onder het genot van een rk ben nogjong genoeg, om te trouwen, zei ze.l
iglas champagne zoo allerleukst kon zijn en hu elk Trouw dan zei de pastoor
glas aanhaliger werd had al een heer aan den arm. Ja maari men za, zeggen,' dat mijn aanstaande
en keek hem zoo naïef onschuldig aan, alsof hu haar Teej jong voor mjj ig 1
eerste,, ware liefde was. Maar Irma, dat lieve- slanke Trouw dan niet
kind, was nog alleen. Wat had. zij toch een pikant g.e- Maar ik heb hulp nooilig en bij verstaat het boe,
zlchtje, en wat zag zu er Jief urt in dat blauwe zomer- penwerk.
japonnetje!
Trouw dan.
Roger Stelde zich voor, hoe schelmsch zij hem zou j Maar ik ben bang, dat hij mij verwaarloost z«i|
aanzien, als hu nu naar haar toe ging, om met haar 1 omdat ik ouder ben dan hij.
msde te gaan! Ach, had hij toch maar geld op het
Trouw dan niet.
moment dan liet heel de verdere toekomst hem vol- Goed e), we, maar >n arme weduwe wordt doorl
imorgen zou hij de verzekeringssom van Sango hebben,
vast en zeker1
Onder de goochelaars had hij een fakir gekend, die
Verzekerde over geheime kracht te beschikken. Deze
j had hem een vergif gegeven, dat geen spoor tot moge
lijke ontdekking in het lichaam achterliet, een middel
,dat onvermijdelijk den dood ten gevolge moest hebben.
Trouw dan.
Maar ik ben bang. dat hij gekheid zal maken m«t|
de meiden.
Trouw dan niet.
Zoo ging 't maar steeds doof. 't Leek wel een vral
gen- en antwoordenspel, en 't eind van 't liedje wa*
dat de boerin trouwde met haar knecht; wat ze ootj
Roger had dat gevaarlijke goedje nooit durven wegdoen, gedaan zou hebben, al had de pastoor haar met
uit vrees voor mogelijke ongelukken; nu wilde hij pro-
beeren het Sango tusschen de lippen te gieten. Die
slimme heeren van de verzekeringsbank zouden het
nooit merken! En dan had hij morgen geld en kon hij
'met Irma uitgaan, die zoo lief kon zijn... als, zij maar
geld zag!
Hij leunde weder met het hoofd tegen de door de
zon verwarmde vensterruit; het bioed steeg hem naar
het hoofd. Roode kringen dansten voor zijn oogen,
sterretjes zweefden door de lucht, de huizenrij vertoon
de zich in een vreemd waas, en in zijn ooren drong
het rumoer der straat als een zacht gesuis.
Opeens rilde hij.... achter zich had hij iets gehoord
- een zucht, hooi zacht, maar oneindig'klagelijk;zoo
moest een stervende zuchten, die de kracht tot roe-
nen mist. Roger begaf zich ijlings naai- Sango's mand.
Het dier lag daar als zoocven, maar de oogen ston
den wijd open, en staarden met oen uitdrukking van
doodelijkcn angst naar den muur.
Indertijd had Roger eens een planter geholpen, om
apen in een maïsveld door honden op te hitsen; toen
had hij een zelfden blik gezien 111 de oogen der ver
schrikte dieren, die zicli reddeloos verloren waanden
het was de uitdrukking van doodsangst. Nooit had
een blik den bruten athieet zóó getroffen, maar mi
overviel hem plotseling een vrees als voor een on-
communicatie gedreigd.
't Is misschien maar 'n* sprookje; doch die past^ l
zou in elk geval bewezen hebben, dat hij verstand v>n
menschen had.
Raad-vragen is in de meeste gevallen niets aiide'"61
dan onbewust veinzen. Raad-geven 't gevaarlijkste ®B|
ondankbaarste werk, dat ik ken.
Een oude soldaat.
De Petersburgsche correspondent van de Daily -vla'j
meldt, dat de Tsaar onlangs Andrej Nikolajewitsl I
Schmidt, een soldaat van 120 jaar die nog in den o°rj
log tegen Napoleon gevochten heeft, in bijzonder 8*1
hoor heeft ontvangen. Schmidt was buitengewoojj
trotsch op de eer en deed zijn best om, ondanks zün(|
hooge jaren, een. krijgshaftige houding aan te neme"1!
Alen leidde hem in het studeervertrek van den Tsawl
binnen, waar deze hem zeer vriendelijk ontving- SclimiSI
beantwoordde verschillende vragen, maar barstte tefl
slotte, van ontroering, in tranen uit'. De Tsaar 8af "e!j
ouden soldaat kostbare geschenken en vertoonde hea
aan den Tsesarewitsj en de grootvorstinnetjes. SchmW
verzekerde bij het afscheid, dat hij nu in vredS kol
sterven.