Toch onschuldig. Woensdag *2 Februari 11)10. 54ste Jaargang. No. 405!. SCHAGEN, Laan B4. Binnenlandscli Nieuws. Van liet Haagsche Binnenhof. Eerste Kamer. CHAC lliiiiti Niesws- Dit blad verschijnt viermaal per weekDinsdag-, Woensdag-, Donderdag en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens"'3 ure worden ADYERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. ItaMiis- LullniUil Interc. Telephoon No. 20. Uitgevers TSAPRBAH Co. Prijs per jaar f 3.—. Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ADYERTENTIEN van 1 tot 6 regels f 0.25: iedere regel meer 5 Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Cent. Dit nummer bestaat uit een blad. Bekendmakingen! O E M E E Al T ti SCüAUESi. o Burgemeester en Wethouders der gemeente Schagen. brengen ter algemeen© kennis, dat de, ingevolge art. 1/7 van het Koninklijk Besluit van 16 December 1902 (Staatsblad no. 222). opgemaakte alphabetische lijst, be vattende de namen der in deze Gemeente metterwoon gevestigde eigenaars of beheerders van één of meer ter vordering aan te bieden paarden, gedurende de maand Februari, voor een ieder op de Secretarie dezer gemeente ter inzage is nedergelegd. Schagen, den 1 Februari 1910. }- Burgemeester en Wethouders voornoemd, P. BUIS Jz., l.B. De Secretaris. ROGGEVEEN. EEN LASTIG GEVAL. Meester: Wat voeren jelui daar uit op de vijfde bank? Een touw! Hier met dat touwt Zoo geschiedde het en meester stopte het touw in zijn zak. Allo Jap, klonk het uit meesters mond tegen den knaap, die met louw gespeeld had. Kom eens hier. voor de klasse en breng je boek mee. Ja'n kwam er niet uit. Twee groote tranen biggelden over zijn wangen, maar hij zei niets. Waar blijf je! herhaalde meester. Ik kan niet meester, snikte Jan, ik kan me boek niet vasthouden als ik me handen in me zakken heb en ik kan me handen niet uit me zakken halen, om dat ik het touw niet meer heb, waarmee me broek is vastgebonden. DIEFSTAL. /iondagavond tusschen 6 en 8 uur is er een bru- tajLe diefstal gepleegd in de woning van den heer B. HeLLo. Matthijs-Balenstraat 9 te Dordrecht. Terwijl genoemde heer met zijn vrouw ter kerk was, heeft een ongenood bezoeker zich blijkbaar met een val- schen sleutel toegang verschaft tot zijn woning en uit een nachtkastje in de huiskamer den sleutel der brandkast genomen, deze geopend en zich den in houd toegeëigend. van een blikken trommel, bestaan de in een waarde van ongeveer f 17,000 aan effec ten. benevens een aantal andere geldswaardige pa pieren. De ledige trommel werd in de kast achter gelaten. Voorts werd uit een kast ia de voorkamer, waar de sleutel op stak, oen bedrag van circa f 60 aan zilvergeld, benevens een aantal gouden en zil veren sieraden meegenomen. Sporen van braak zijn niet gevonden, zoodat de dief wel goed ter plaatse bekend moet zijn geweest. Vermoedelijk voor het ge val hij mocht worden overvallen, had hij de deur der serre geopend om langs dien weg te kunnen ont vluchten. Eerst gisteren tegen den middag werd de diefstal ontdekt, doordien de vrouw "des huizes de brand kast. welke in een kast ,in de gang geplaatst was, vond openstaan. De politie Ls toen dadelijk van het geval in kennis gesteld en hoeft een onderzoek in gesteld. D. Ct. 1)E ZEEDIJK TE WESTKAPELLE. Er wordt voortgegaan met het storten van zak ken met zand in de door de oeverafschuiving ontstane gaten in den dijk. Het zand kan worden aangevoerd uit de vlakbij gelegen duinen, want zooals bekend, wordt Walcheren tegen de golven van de Noordzee met uitzondering van den Westkapelschen dijk, door de duinen beschermd. Gelukkig was de zee Maandag nog al kalm, waar door de verzakking niet veel grooter is geworden. Men kan evenwel alleen bij laag water werken, daar de verzakking kort na eb weer door het water wordt overstroomd. Nader meldt men uit Westkapelle: Met het herstel der oeverafschuiving wordt gere geld doorgegaan. Maandag alleen werden ongeveer 1700 zakken zand in het gat geworpen, in het geheel een kleine tienduizend; ook wordt thans rijsbeslag aangebracht. Het veel kalmere weer maakt het werk gemakkelijker en deed het gevaar voor verder onheil veel verminderen. Ook op enkele andere punten van den dijk ontstonden gaten van mindere beteekenis. Thans hebben alle dijkers, ongeveer 240 man, volop werk aan het herstel van al de schade. Zuidscharwoude. Een bekend speler uit Alkmaar gaf gisteravond een simultaan-séance te Zuidscharwoude voor de leden van de damclubs aan den Langedijk. Er waren 34 deelnemers. De uitslag was, dat de simultaan-speler 20 partijen won, 11 verloor en 3 remise. De winners waren de volgende heeren: C. Rutsen, A. Zuidschar woude, P. van Veen, P. de Geus Sr., A. v. Nienes, J. de Geus, P. Beers, J. Blokker, J. van Twisker, C. Wagenaar en T. Kostelijk Tz. Zuidscharwoude. A.s. Vrijdag zal te Zuidscharwoude voor het comité tegen de drijverij der R.-K. geestelijkheid optreden de heer Van Woerden. Was het bij de lezing van den heer Van den Brink vol, thans verwacht men nog meer menschen. Wij vernamen ten minste, dat er ernstige propaganda wordt gemaakt om de vergade ring een indrukwekkende te doen worden. 't Zand. De oudste inwoonster van 't Zand, mej. Wed. Boe kei geb. Kooijman, herdenkt heden 2 Februari haar 99sten geboortedag. Het oudje mag zich nog steeds in een goede gezondheid verheugen en kan met het oog op haren hoogen leeftijd hijzonder kras genoemd worden. TWEE MAN OVER BOORD. Gisterochtend is de Ned. Sleepboot „Oostzee" te Hoek van Holland binnengekomen met het lijk aan boord van Johannes Hak uit Rotterdam. De sleepboot vertrok de vorige week van Huil naar Cuxhaven met een bag germolen op sleeptouw. Gedurende den hevigen storm is dje baggermolen omgeslagen met het gevolg dat de twee opvarenden overboord sloegen. Een hunner ver dween onmiddellijk in de diepte, terwijl Johannes Hak na veel moeite kon gered worden, doch door koude en ontbering overleed hij kort daarop. SCHURKENSTREEK VAN 'N GEDETINEERDE. Men meldt uit Utrecht: Hoewel de veldwachter Tennenten gisternacht een zeer pijnlijken nacht beeft d'oorgebracht, zal hij geluk kig, dank zij de spoedige geneeskundige behandeling van dr. Verweys zijn gezichtsvermogen niet behoeven te verliezen. i Gistermorgen kon hij weer gedeeltelijk zijn dienst waarnemen. De poeder bestond hoofdzakelijk uit een oplossing van kopervitriool. I HOE DE WERKLOOSHEID BEVORDERD WORDT. Men schrijft uit Haarlem aan Het Volk: Zaterdag ging de licihting 1909 naar huls. De onte vredenheid onder de verlofgangers is vrij groot. Een slechte tijd voor velen, om werk te krijgen, vooral ook, ohidat zij weer dit jaar voor 26 dagen worden opgeroepen. Hun eerste herhalingsoefening zou vallen m 1911. maar met het oog op-de manoeuvres worden zij dit jaar reeds opgeroepen. Nog erger wordt het voor hen van de lichting 1909, die met Juni naar huis gaan. Zes weken kunnen rij dan thuis blijven. om daarna weer voor 26 dagen onder de wapeneni te worden geroepen. Is de gewone diensttijd al erg 1 genoeg, op deze manier kan men door den dienst blijven sukkelen om weer jverk te krijgen. .MET DE STILLE TROM. te Heeren veen ging een winkeljuffrouw met ver- lol van haar patroon voor twee dagen, op reis, om, j voigenis haar zeggen, dc bruiloft harer zuster te Sneek bij te wouen. Da bediende van den winkelier bracht haar naar het spoor en droeg iden koffer, die ongewoon zwaar was. Zij kwam piet op den bepaalden tijd te rug cn na onderzoek is nu gebleken, dat er van een bruiloft harer zuster geen sprake was. Zij moet nu met een vroegeren patroon, die te L. woonde, ge huwd is en kinderen heeft, in stilte naar Amerika vertrokken rijn. HULPVAARDIGE MUSSCHEN. Hij heeft een schuurtje gedekt met asphalt en pan nen, waar een gebeeie troep musschen geregeld rede- ren avond schuuplaats voor den nacht zoekt. Nu was dezer dagen de voorgelegen goot volgesneeuwd en de vogels waren opgesloten en met in staat zich uit deze gevangenis te bevrijden. Ofschoon de man nu volstrekt geen vriend der musschen is, kreeg hij medelijden, veegde de sneeuw weg en de vogels hadden hunne vrijheid terug. Den volgenden nacht echter werden de dieren op nieuw djoor de sneeuw ingesloten en een geweldig ge- sclueeuw kondigde den volgenden morgen aan, dat de vogels gaarne hunne vrijheid terug nadden. De man kon d(e beestjes niet dadelijk helpen wegens drukke bezigheden. En wat gebeurde nu? Op het voortdurend geschreeuw der opgesloten musschen kwamen andere musschen af en in een zeer korten tijd gingen deze niet pootjes, vleugeltjes en bekjes hare natuurgenooten bevrijden door gaten in de 1 sneeuw te maken, waardoor de opgesloteaien konden ontsnappen. ANNA PAULOWNA. De liefdadigheidsuitvoering, onlangs door „Zanglust" in „Veerhurg" gegeven, heett „netto opgebracht de som van f 46,55, welke som gestort is in de kas van Lief- dadigheid naar Vermogen. ANNA PAULOWNA. Naar wij uit goede bron vernemen, zal de gymnas» stiek-vereeniging T.O.K.I.D.O. met dames-afdeeling „Kee nat' Hasselaar" op Zondag 210 Februari eene uitvoe ring geven in „Veerburg". Voor afwisseling zal dien avond worden gezorgd. Anna I'aulowua. Aan het postkantoor en de daaronder ressorteerendel hulppostkantoren werd gedurende de maand Januari 1910 ingelegd f 4171,14 en terugbetaald f 5236,72y2. Het laatste, door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 981. POLITIK-NIEUWS. Op 1 Februari 1910 is gevonden aan de Van Evvijcksvaart te Anna Paulowna een horlogeketting. In lichtingen zijn verkrijgbaar ter Secretarie van Anna Paulowna. Anna Paulowna, 1 Februari 1910. De Burgemeester voornoemd, C. .WIJDENES SPAANS Jr. OUDE NIEDORP. Voor de loting der Nationale Militie, lichting 1911, hebben rich alhier 13 jongelieden aangemeld. Nieuwe Niedorp. In de gehouden eden vergadering op Zondag, is hij de Doopsgezinde gemeente te Oude- ent Nieuwe Niedonpt lot Diaken benoemd, in de plaats van den heer 'A. Heijistnian, de heer C. Bunt, en .ot leden der Com missie lat nazien d jr rekening de heeren J. Teer, K. de Jong en J. BiPeeker. de twee laatste te Winkel. WINKEL. In de algemeene vergadering van de Vrijwillige Brandweer werden de aftredende bestuursleden de hee- ren L. Koelman, kommandant, W. Zwaan, officier 2e kwartier groote spuit, II. Dekker, officier 3e kwartier groote spuit en P. Honingh, officier 2e kwartier, kleina spuit, allen herkozen. De rekening en verantwoording van den penning meester, den heer II. Dekker, nagezien door de hee ren K. Meurs, K. Bakker en K. Zeilemaker Jr., werd in orde bevonden. De ontvangsten bedroegen f 111.861/2, de uitgaven f 81.771/2, zoodat het zuiver saldo thans beloopt f 60.09. Feuilleton. 1 Februari. De algemeene beraadslaging over de Staatsbegroo- ting voor 1910, althans wat de „eerste instantie" vóórdat de ministers aan 't woord komen, betreft, heeft onze Senaat afgedaan in eene zitting, dewelke begon te c.c. halftwaalf; waarin ongeveer drie kwar tier werd gepauseerd, en die eindigde te ruim vier ure. Dat is andere kost dan de parlementaire; dan het langdradig menu, hetwelk de jongere, woeliger zuster van de overzijde des Binnenhofs bij zoo'n ge legenheid gewoon is op te disschen Allergemoedelijkste zitting, waarbij geen wolkje van beteekenis den senatorialen hemel verduisterde. De „tweede instantie" kan nog verrassinkjes brengen 't is meer aanschouwd, zoo-iets! doch 't lijkt er voorshands niet naar Oud-burgervader Van Leeuwen was present, zag er afgemat uit; man, van wien men 't denken kan dat het „pak van zorgen", zoolang door hem getorst, te zwaar werd... De energieke kop van forsche lij nen heeft een matte, lijdende tint gekregen, die de zeereis naar en van de Nieuwe Wereld niet heeft kunnen opfrisschen. De beer Roëll, de zilvergrijze .Benjamin" van den Senaat, voelde zich natuurlijk ganschelijk-thuis in het oude „milieu". Zat er of sinds zijn jongste ver blijf in senatoriale atmospheer niet zware campagne jaren liggenInderdaad, deze wakkere en nog- jeugdige grijsaard ziet er niet uit als iemand, wiens politieke carrière voor-goed is afgesloten!. Ware de middag-discussie er niet geweest, de alge meene beraadslaging over bet budget-1910 zou dit maal bet summum van onbeduidendheid hebben be reikt in de Eerste Kamer...! Dat de lieer Hovy zich verheugt over het zitten zijner geestverwanten achter de groene tafel; dat in zijn hart onstuimige liefde voor de bijzondere school en angstige vreeze voor de gevaren der openbare, - met haar „neutraliteit" van verdacht gehalte en voor zijn reukorgaan zeer-vunzige luchtje, is: wist men 't nog niet? En zelfs was er slechts geringe scherp zinnigheid voor noodig om te kunnen gissen, dat de neer Hovy aan den sacramenteelen eed vasthoudt; hoogstens vereenvoudiging van de formule wil toe staan. Wij hebben den heer Hovy jonger, frisscher meer-belangwekkend gekend dan "hij nu nog is Zulke dingen te constateeren stemt weemoedig, doch de .seniele aftakeling', waarvan 's heeren Hovy's groo- te vriend en geestverwant eens gewaagde, spaart nu eenmaal niemand! De ochtendzitting bracht nog een speech van den heer Waller. Ik zou alvorens de „Handelingen" voor mij te hebben niet gaarne tot eene ontle ding van die rede overgaan, en ik vermoed dat er meerderen in mijn geval verkeeren. Zooveel was te hegrijpen, dat de heer Waller, ten aanzien van den toestand onzer financiën, tamelijk optimistisch ge- Roman wtsn Hoefeer*. 47. Na de hartstochtelijke ontboezeming van Martin steeg er een dof gemompel uit het schitterende ge zelschap op. Slechts hij wien deze woorden golden, bleef zwijgen... Wolf stond met het hoofd diep op de borst gezonken voor zich uit te staren. Daar hoorde men wederom het klokgelui. Maar nu maakte het een plechtigen indruk op hem en deed zijn gemoed weldadig aan. „Antje... mijn vrouw!" stamelde hij na een lang pijnlijk zwijgen. „Om Gods wil, mensch spreek!" en het schitterend gezelschap om zich geheel vergetend, greep hij Martin bij den arm en vroeg op dringenden toon; ,Jij hebt haar gevonden in het woud, verstijfd en zonder bewust zijn, met haar kind? Antje?" „Ja," antwoordde Martin geroerd door deze plot selinge verandering bij Wolf. „De dokter heb ik ge haald en deze heeft gezegd, dat het met haar spoe dig gedaan zou zijn. Zij heeft nog maar enkele uren te leven en zij roept om u. Zij kan niet sterven voor zij u heeft gezien... Ga toch mee." Het was Wolf te moede, alsof de vreeselijke last, die op zijn borst had gedrukt, eensklaps daarvan was afgewenteld. Ja, nu wist hij eensklaps wat hem te doen stond. Dat was een openbaring Gods, die hem het laatste oogenblik nog was geworden. Hoe vreeselijk kwam hem eensklaps zijn streven voor, hoe erbarmelijk vond hij het nu, dat hij terwille van het aardsche geluk, het wel en wee van anderen, het hart had kunnen verraden van haar, die hem met zulk een kinderlijk vertrouwende liefde had toe behoord. „Antje Antje!" klonk het hartstochtelijk ▼an zijn lippen, terwijl hij in wanhopig snikken uitbarstte. Wat een weldaad, dat hij kon weenen. En zich tot de omstanders wendend, riep hij uit: ••Ja, gij moogt het weten, het zal eindelijk licht wor den na den langen nacht, hoort het allen, die rond om mij staat geschaard en mij aanstaart alsof ik een krankzinnige ben. Ja, Antje Sturm is mijn vrouw! Martin, breng mij bij haar." Het gezelschap was diep geschokt en ontroerd. „Zijn vrouw!" mompelde men rondom. ..Zijn vrouw!" fluisterde ook Clotilde van Wolfen stein, terwijl zij met wijd opengesperde oogen haar zoon aankeek. „Barmhartige hemel, Wolf, wat hebt ge willen doen?" riep zij uit, terwijl zij op haar zoon toesnelde en zijn beide handen greep. In dit oogenblik vereenigden zich de harten van moeder en zoon. „Moeder moeder," fluisterde Wolf, „ik was een ellendeling, maar dat is nu voorbij. „Ik heb eene vrouw en ik heb haar kunnen verraden, haar op geofferd voor een valsch schijnsel." Martin, die eigenlijk nauwelijks wist wat er zoo al voorviel, trok Wolf aan den arm. „Kom toch, er is geen tijd te verliezen." „Ja, ik ga mee," zeide Wolf. De gravin legde beide haar handen op zijn hoofd en fluisterde: „Ga tot i haar mijn zoon." Toen werd het haar te machtig en als levenloos viel zij in de armen van Frans den kamerdienaar. Zij herstelde zich evenwel weer spoedig van haar groote ontroering. En toen zij haar oogen opsloeg huiverde zij toen zij de oogen van den kamerdienaar vol begeerte op haar gericht zag. „Onbeschaamde," stamelde zij en richtte zich op. 1 Met een ootmoedige buiging maar met de valsche oogen strak op haar gericht, stond Frans voor haar. „Wil mevrouw de gravin mij terstond een onder- houd toestaan, een ongestoord, geheim onderhoud?" zeide hij op zacht fluisterenden toon, zoodat geen ander hem kon verstaan. „Geen tegenspraak voegde hij er dreigend aan toe, toen een onverholen af- j schuw zich op haar gelaat afteekende. „Want wat j ik u in dit uur heb te openbaren, betreft uw eigen j levensgeluk, het betreft het wel en wee van al de uwen. Vergeet niet mevrouw, dat ik al jaren lang de ware meester op het slot Wolfenstein ben ge weest, en dat ik nu bereid ben u alles te openba ren. Zult u mij volgen of niet?'" „Volg mij," antwoordde de gravin hevig ontsteld en begaf zich naar de kamer, die haar op het slot Almenrode tot verblijf was aangewezen. Op den voet volgde haar Frans, op wiens gelaat zich een blijde triomf afteekende. „Wacht maar, mijn trotsche graaf," fluisterde hij in zich zeiven. „Je hebt gemeend in het laatste oogenblik mij een streep door de rekening te halen bid en kniel maar bij bet sterfbed van je teerge liefde ik zal intusschen geen tijd verliezen en mijn macht doen gelden, en jij, trotsche gravin, je zult mij toebehooren, nog voor de dag ten einde is." In hetzelfde oogenblik had hij het vertrek der gravin bereikt. HOOFDSTUK XXXVII. In het midden der kamer was de gravin blijven staan en keerde zich daar met een trotsche bewe ging naar hem toe. „Wat heeft u mij mede te dee- len?" vroeg zij met zooveel afwijzende bitsheid in haar stem, dat een minder driest persoon dan de ka merdienaar, zekerlijk den moed verloren zou hebben, verder met haar te onderhandelen. Frans evenwel stelde zich ermede tevreden oogenschijnlijk ootmoe dig voor haar te buigen, om dan zijn stekenden blik te richten op bet doodsbleeke gelaat der vrouw. „U zult wel zoo goed zijn mij eenige oogenblik- ken aan te hooren," zoo begon Frans op de hem eigen zachten toon. „Het was daar zoo straks een heel onverkwikkelijk tooneel, dat zich voor onze oogeu afspeelde." Hoogmoedig haalde de gravin de schouders op. „In elk geval heb jij niet te oordeelen over die dingen, die alleen je meester aangaan," antwoordde zij uit de hoogte. „Het past den dienaar niet, zich ongevraagd te bemoeien met zaken, die geheel bui ten zijn gebied liggen, bedenk dat wel." Frans boog spottend. „Ik ben u zeer dankbaar voor het zooeven mij gegeyen lesje," meende hij, „Wanneer ik desniette min de vrijheid neem, over aangelegenheden, die een dienaar eigenlijk niets aangaan, te spreken, dan ver zoek ik u, mij wel te willen verontschuldigen." De gravin antwoordde niet, maar keek hem koel en trotsch aan. Frans stoorde zich daar niemendal aan, en eenige stappen op de gravin toetredend, begot) hij op vertrouwelijk fluisterenden toon, die meer nog dan al het andere de gravin beleedigde: „ik had uw oudsten zoon niet zooveel dwaasheid toegedacht, zich bloot te geven op een manier, die alle herstel van eer geheel buitensluit. Wanneer ik bedenk, hoeveel moeite en overleg het mij heeft gekost uw zoon te overreden met juffrouw Angelika te trouwen, en nu de vruchten van al mijn werk verloren zie gaan, dan „Ah, zoo, zoo, dus dat was weer jouw werk, dat ongelukkige huwelijksplan," viel gravin Clotilde hem op verachtelijken toon in de rede. „Jawel, uw dienaar. Ik heb mij veroorloofd een weinig de voorzienige te spelen en mijnheer uw zoon, die mij overigens nogal wat verplicht is, er toe te bewegen het overigens zeer gewenschte huwelijk met Angelika van Almenrode te „Onbeschaamde," viel gravin Clotilde uit, wier trotsch gemoed, de bemoeizucht van den kamerdie naar niet kon dulden. „Vertrek dadelijk, ik begin er reeds berouw van te krijgen, dat ik je dit onder houd heb toegestaan „Zeg mevrouw, nu moet u niet op zulk een thea- traleu toon spreken, dat maakt op mij toch niet den minsten indruk," viel Frans haar brutaal in de rede, terwijl hij zich uit zijn nederige houding oprichtte eu de doodsbleek achteruit deinzende vrouw aan staarde met een driestheid, die hem van nature eigen was. „U gelieve niet te vergeten, wat ik mij zooeven reeds veroorloofde op te merken, waarvoor ik eigen lijk het hooge geluk, een onderhoud met u waardig gekeurd te worden, heb verworven. Vergeet niet dat al de jaren, dat ik op bet slot Wolfenstein in naam de nederige en onderdanige betrekking van Frans den kamerdienaar heb vervuld, ik het in werkelijk heid alles naar mijn zin regeerde en de gebiedende meester ben geweest." Daarbij rekte hij zich zoo lang mogelijk uit en de blik zijner stekende kleine oogen was in waarheid onuitstaanbaar, en het rood schoot de gravin naar de wangen en zonder dat zij wist wat zij deed hief zij afwerend de hand op, als van plan hem een klap te geven. Sissend van woedt deed Frans een paar stappen terug. „Ga niet te ver, mevrouw," zeide hij op dreigen den toon. „Het zou u kunnen berouwen wanneer u zich tot zoo iets had laten vervoeren. Luister be daard naar hetgeen ik u heb te zeggen. Zooals ik u reeds heb gezegd ben ik al die jaren hier heer en /tneester op het kasteel geweest. En nu ik dat niet meer geheim behoef te houden tegenover dat onbe dachtzame jongmensch, dat zich uw zoon noemt, spreek ik ook vrij uit, zooals ik dat al reeds lang zou hebben gedaan, wanneer ik niet dien jammerlijk zwakken bloed u begrijpt wel reeds, dat ik over uw man spreek had gemeend uit medelijden te moeten ontzien." Clotilde geloofde haar ooren niet te kunnen gelooven. Zij had dezen man met zijn aal glad gezicht tot alles in staat geacht, maar zij had toch niet kunnen vermoeden, dat hij zoo alle eer bied voor haar en hare familie uit het oog zou heb ben verloren en zoo zou durven spreken over haar man en haar zoon. „Ga heen,'" beval de gravin, doch een spottend be- leedigenden lach was het antwoord. „Verlaat zelf de kamer, wanneer ge het niet meer oorbaar acht hier te blijven en met mij te onderhan delen," was het antwoord. „De weg naar de deur is vrij, maar," voegde hij er aan toe, toen de gravin, werkelijk een stap in deze richting deed, „weet dat wanneer de deur tusschen ons beiden is dichtgevallen, uw noodlot bezegeld is, en onveranderlijk beslist." Tegen haar wil bleef de gravin als .aan den grond genageld staan en staarde met doffen blik dien vreemden man aan. Wat had die vreeselijke man dan toch, dat zij nog voor hem moest sidderen? Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 1