Zaterdag 19 Maart 1910.
54e Jaargang. No 4677.
DERDE BLAD.
ccxxxvm.
is '?e .v !TSsn i&stz»tl,
Iheng^wonden... Sf vóór" me gebracht. Geslepen, brutaiil als de
slapen. Zij, Bet, wist wel dat 't niet «liep.. Dat t dood den weggebracht ik geloof dat ik haar
was" De oude commissaris werd opgewonden bij het te- aeSge1?. f dan ,er veMoeflijkil^ bij
Lg-leven van dat uur. toen hii hrmHtnnrèw •o>este venl ben en zoo dubbel en dwars
„SCHIMMEN"
HANDLANGSTER.
Hij tikte met z'n wijsvinger tegen den rand van z'n
hoed, met grappige beleefderigheid... En hij lachte sar-
De meneer had haar iets gevraagd. Wijzend op 't
lijkje.... En had haar aangekeken met zoo'n minachting...
Toen was ze in zwijm gevallen. Ze hadden haar weg
gedragen. Toen ze weer bij-kwam, lag ze in een bed
van het gevangenis-gasthuis....
't Was nog vroeg in den avond, terwijl zij daar
liep, naast Gijs Brands't Was stikvol in de straat.
Maar ze kon 't niet beletten, dat zij begon te snikken...,
Te snikken... Denkend aan dat witte, slapende hoofdje,
met de half-gesloten oogjes...
„Zeg, hen-je nou heelemaal...." zei hij, (bang dat
de menschen zouden stilstaan, hen nakijken....
En haastig sloeg hij een zijstraat in.
Duwde haar vóór zich uit, een klein café in,
met donkere ruimte tusschen groene gordijnen en
ruit...
Bestelde iets, dat Bet wel zou opkikkeren.... Frat
sen van zoo'n meid... Hij was al aan de vijfde ciga-
rette in een kwartier tijds.,..
Want hij had 'r noodig, en vreesde dat ze 't zou
rand tegen Bet*Daarna maakte hij eene buiging en a f50^ n 1
zwaaidemet z'n rechterarm. Hij kon dat o zoó ^ap- Ma%.^ ,^d.t^:h al,üJd ,e€» middeltje
Pig doen. Indertijd - toen zij en Gijs nog altebd vZfJe 261 ('l£- dle,de.h>nd om haar ta.Ue had
leden waren van „Oefening kweekt kunst", in het stadje e" Bet vond n'ct den moed om hem af
zij geboren was, had ie den naam van onbetaal- ^1^eren- °nderpng weer de suggestie, die haar on-
lm.r komiek. De meisjes gilden en proestten wanneer «elVk was g^eest... Vier jaar geleden ook... in IX*s-
G* -A, ,«5.Hij „ie, SS"A
rug-leven van dat uur, toen hij handlangster van in
brekers moest verhooren...
,,'t Is heel kras!" erkende ik.
En verbaasde mij toen commissaris me dadelijk er
op met zekere spottende, half lachende ooiijkheid aan
keek....
„Precies" zei hij „en datzelfde geval heeft me tóch
ook geleerd om uiterst voorzichtig te zijn met een
eindoordeel over menschen. Dat wijf... Ik bezweer je,
toen ze zoo blij leek over dat gepakt zijn van 'r me
deplichtige, 'r vrijer.... Ik had 'r kunnen wurgen op
dat oogenblik. Maar later hoorde ik nadere, meer bij
zonderheden over de zaak. Dingen, waar ik geen ver
moeden van kon hebben bij het eerste verhoor..."
Het gelaat van politieman stond nu weer heel ern
stig.
En ik bemerkte zelfs nu en dan deernis in de ex
pressie van z'n oogen.... want „au fond" is hij aarts-
gemoedelijke figuur... Terwijl hij me vertelde van die
avondwandeling door Gijs Brands en Bet gemaakt....
waar ze haar advocaat over gesproken had... Toen de
handen van boevenhelpster zoo ijskoud, zoo griezelig
kil waren bij het afscheid nemen...
MAiTRE CORBEAU.
Dan liet Gijs Brands zich nog wel 's tamelijk lang
bidden. 'Hij kende z'n reputatie. Schudde 'n heelen
tijd langzaam, griwiekend van genot dat ie ze zoo
kon laten wachten en smachten... schudde van dat ie
't vertikte, had nu geen lust.... Maar ze hielden aan.
Griet Janssen, de kokette durfal, van wie diverse moe
ders in het stadje meer dan eens voorspeld hadden,
Ik» 't nog 's slecht met haar zou afloopen, Griet
sloeg een arm om z'n hals en gaf 'm een echten,
heuschelijkon zoen... Dadelijk er na weg vliegend, ter
wijl de andere meisjes haar met nijdige of verontwaar
digde oogen nakeken.... Gijs haar achterop. Afijn
't eind was dal ie z'n .sigaar op een punt van den
schoorsteenmantel legde....
„Nou, vooruit dan maar!"
Handgeklap, geroep van „sst! sst! Gijs begint hoort..."
En vijf minuten later knepen de damesleden van
„O. k. K." elkaar in armen, beenen, schouders,
't uitgierend van jool... Zooals die Gijs bijvoorbeeld
„manke Kee" kon nadoen... als ze haar vrijer wil
terughouden, die 'r in den steek laat.... „Hier, mijn
Kloris, hier mijn schattebout!"....
gehouden dan van jou.i
willen..."
En hij fluisterde lang, lang aan d'r oor... streel end"
nu de nog zoo mooie, glanzende haren...
Zij maakte, in het donker der ruimte tusschen'
raam en ringetjes-gordijn, eene woeste, wilde be-;
weging. i
Mompelde iets... haar stem was nóg hèescher dan)
daar straks....
En heviger gloeide de vuurpunt van zijn cigarette.l
Hij had 't wel geweten, makkelijk zou 't niet gaan,j
daar was nou een voor noodig als Gijs Brands. De
aartsdeugniet van Doeswijk, nu al een van je meest i
goraffineerden in grootstadsmilieu van halfmeneerig-
doende boefjes....
„Zij speelt 't klaar!" had z'n vriend en compagnon/
de „markies" bijgenaamd vanwege z'n deftige allu-
res.... verzekerd..
.Zij lapt 't 'm, don .Tuanl
OVER ECHTSCHEIDING.
Du bist min en ick bin din
Des solt dn gewis sin.
Dn bist beslossen
In minem hertzen.
Verloren ist das sluzzelin.
Du must immer dar inne bliven.
IJit 'n oude huwelijksformule.
Het was in de zesde eeuw voor Christus, dat er
in China 'n Keizier regeerde, die, vroom en goed, het
geluk zijnor onderdanen op alle mogelijke wijze trachtte
te bevorderen. Elk jaar kwamen er nieuwe wetten tot
stand, die telkens weer op omvedersprekelijke wijze ge
tuigenis gaven van des Keizers wijsheid en liefde voor
zijn volk. Wanneer hem eenig bericht ter oore kwam,
dan peinsde hSj er over, en als 't leed of onheil was,
dat zijn volk gold, dan zocht hij naar middelen ter
ontkoming óf genezing. Zwaar trof het hem dan ook,
Hij had getwijfeld, want Gijs Brands wist wel. hoe toen hij aan bet einde van een der glorie-rijke jaren
Bet 'm haatte sinds..
Toch prikkelde het geval hem. zijner regeering, van het groote aantal huwelijken ver-
Tjonge, ...ondanks al haar nijdigheid, was Bet toch. nam die in 't voorbij' gegane jaar waren ontbonden, waarachtig om. 't"ls nu eenmaal zoo. Teleurgestelde
als 't erep-aankwam, dol op-'m. ...En afgescheiden daar- De Keizer was bedroefd en vertoornd over zooveel ge- iWiia DIT ACVn TY10 O T mol \H7n* /l rv TvuvrïnohyvL
n vrouw waard zou wezen.
n.a,.zli vergeten, of liever zij weten in hun liefde
verblinding niet, dat er óók huwelijken zijn, die om
"«ere reden, dan om reden van liefde s-slotcn
f'ia' PT3?1™?' van fi^id, van stand, van 'n reilen
ondeidak te komen of om toch eindelijk ook maar
riin vm ^J1 =dlc menschen het doen; dat
redenen, dio ieder ziet, en die men soms
schaamteloos of dom genoeg is. in 't publiek te er-
.!l!len:Tlk ,noem ^een maar het geval- mannelie en
wijfje. Het bestaan van dit feit, schijnt voor velen -
zoo net voor de meesten - reden genoeg, om 'n ver
bond aan te gaan voor het leven. En dit kan waar
uit geen enkelen weg leidt naar sympathie,
om zou 't niet kunnen? alles kan dit kan soms
goed ofloojoen. Maar ik weet en ik wee! het gelukkig
helaas door ervaring dat er van den heiligen berg
der sympathie, der persoonlijke aanhankelijkheid, der
persoonlijke vereering en waardeering, duizend wegen
leiden naar 'n bevredigenden, bijna geheiligden harts
tocht; en evenzeer weet ik, dat er van den hartstocht
En zou 'n huwelijk zonder dit laatste ,,'n goed hu
welijk" mogen heeten? Is 'n innig erkennen en waar-
deeren van elkanders innigst denken en gevoelen geen
eerste vereischte voor 'n verbond, dat zóólang, mis
schien wel 'n heel leven duren kan? O, liefde is zoo'n
mooi woord, en men kan er zooveel mee tot stand
brengen: maar als 't twee menschen geldt, die s'eeds
samen zullen zijn, als 't twee menschen geldt, die met
elkander denzelfden weg moefen gaan, „for better and
for worse", zooals 't in de Engetsche trouwformule
luidt, en die rvympafhie ontbreekt, dan is 't verloren
spel, dan is er van samenwerken, samen denken, sa
men streven zoo heel spoedig geen sprake meer; dan
R er y«n zielenverwantschap of zieleneenheid zoo spoe
dig niets meer te ontdekken, en schiet er van het
.hei'! verbond", waar 'n burgemeester, 'n priester,
bruiloftsgasten, tranen en bruidsuiker, hypoeras en der
gelijke wijsgeerigheden aan te pas kwamen niets
anders over dan 'n mannetje en 'n wijfje, die met
elkander strijden, en in xiien strijd niet naast, maar
tegenover elkander staan.
Verliefdheid is geen liefde, al kan ze er uit voort
komen; en wat later op teleurstelling uitliep, zal toch
zeker wel niet meer dan illusie en zelfbedrog mogen
heeten.
Of dit dan 'n verwijt is tegen al die ongelukkige
echtelingen? Misschien wel; maar niet uit mijn mond.
Ik heb zelf teveel in illusie geleefd en te dikwijls mij
zelf bedrogen, dan dat ik die zonde aan anderen
zou durven verwijten. Maar 't feit is er niet minder
van nog... Ze droeg 't hart zóó hoog.... Hij kende Bet
Gijs mankbeende en smakte met z'n lippen, trok locE PP1106?, hè?.... Eer dat die de kans zou opgeven
ijlselijk-verliefde oogjes. De pretgilletjes werden telkens om weef getuigschrift te kriigen. een echt, zie-ie...
harder, snerpender.... En als-ie met z'n „voordracht" ^a d'e historie van zes maard'es in de bajes... Toen
brek aan liefde en trouw bij zijn onderdanen, en schafte
in zijn verontwaardiging de echtscheiding af.
Het jaar daarop werden er geen huwelijken ontbon
den. Maai- vijftig duizend, zes honderd mannen ver
klaar was en het applaus daverde, dreunde Hij de ronder boven wonder, betrekking had moordden hunne vrouwen; twee millioen, zeven dui-
vermaarde komiek-amateur, koddige-overdreven buirink- PPvomden bii die oude freule Vaalters.... Eigenlijk door zend vier honderd veer.ig vso uw en haar mannen; meer
jes maakte met een hand on de hartstreek Heiisrhies eene vergissing, waar Bet handig gebruik van had ge- dan drie millioen mannen en vrouwen kwamen in
aeb^fmi hoor door de oratie Heuschjes- de freule aWadel^k gezegd had: „O. de gevangenissen terecht wegens wederzijdse!, lichame-
rayirau, 11 uur, quot ae ovaue.. O -... V lMl- wqp, ftr WPrd „oor over r e hmirlerrt m oen
Dan werd er gefluisterd: „Toch 'n leuk ventje, hè?" !s u door die gerecommandeerd!.... Ja, ik ken het
zeker!....
lijk letsel, en er werd voor over de honderd millioen
aan huishoudelijke kostbaarheden vernield.
Toen de Keizer hier bericht van kreeg, peinsde hij
wederom, en nagedacht hebbende over het zware en
bijna onoplosbare vraagstuk van het huwelijk, hei-
En in menig oog van dame-kunsllievend lid der ver- jaartje en de hand best van zuster Agnes,
eeniging schitterde, glansde, of kwijnde iets van tee- e£Tl-1 'r' orde
der gevoel wanneer ze opkeek naar allerjoligsten Gijs, Zoon Bof.... Bie zuster Agnès was verplaatst naar
zonder wien 't in 't Doeswijk 'n „dooie boel" zou ge- Maaszicht. Je moet toch maar „veine hebben
woest zijn... En wiens naam toch vele lippen van Doés- "^ls deTJf?uI? w,st,- 1.f\G,JS Brands' echtscheiding,
wijksche moeders zich op vreemde wijze deed saam- st"eelend Bet dr glanzend, dik haar..„
wringen... Terwijl vaders, geheimzinnig gezicht trek- ,»En dat zou «beuren... voegde hij er direct bij
kend, een wijsje trommelden, met de vingers van rech- ,kan je oj> een briefje g^ven.
terhand, op tafelblad of stoelleuning... had pwaagd. Bespiedde elk van Bet dr bo-
Ook werd er, - op „avondjes", gefluisterd tus- vregmgen Want zoo brutaal als G.js Brands was...
schen getrouwde-vrouwen, die'de hoofden héél-dicht E"
bij elkaar staken.. Men 'zag dan allerlei zonderlinge - i" n.ks-bommen als er mts
gebaren. Gewiegel van hoofden, waar_ matelooze ver- Gijs ;nad ^achl.. ze worxlt reëel dol.
Onze Minister Nelissen wil ook zulk 'n weldoener
voor zijn volk worden. Ook hem heeft het groote aantal
echtscheidingen verontrust, en meer nog de allertreurig
ste, de meest zondige en leugenachtige middelen, die
er verzonnen en aangewend worden, om tot 'n echtschei
ding te komen. Indien dit laatste de schandelijke
middelen door hem erger worden geoordeeld, dan
de scheiding zelf, wat zou er dan zoo vraagt 'n ge-
met oogwenkjes en andere mimiek...
Die van beneden de twintig snapten er 't ware niet
van of hielden zich aldus.... Wel had men opgemerkt
1 /-< „A j Itlddl ZA.11N UHN .11 dvl .dxvltll_ 11L /,L tVOIUl iCCVi UOl. -^ 5 c> O
Jn llli A' W»f h me naar de keel... Wordt gek... Hij was op z'n woon mensch beters gedaan kunnen worden, dan
opaangezich ten van licht -prikkelbare dames, die hard qui.%ive jlaar Bet j^woog zich niet. '„Schurk!" was de wettige scheiding gemakkelijker te maken, en daar-
begonnen te praten en dan tot stil-wezen aangemaand >t eenjge, dat zij niet het rauw-heesche geluid van door die allertreurigste middelen voorkomen?
haar door opwinding en angst versmoorde slem Maar de logica van Minister Nelissen redeneert hlijk-
uitgebracht. baar zoo niet. „Wij moeten", zoo redeneert hij, „de
raii^Fi ununi zayii aiuus.... »vi nau mcii upgeiuerKi SchurkI...'." wettige scheiding nog veel moeilijker maken'. „Waar-
<Lit Gijs Brarwls zich, als er generale-repetitie of „soirée Merci!" zei Gijs. toch even z'n streelende hand schijnlijk", zoo redeneert hij misschien verder, „waar-
terugtrekkend, want je moest 't niet al te erg maken... schijnlijk zien de mensehen dan wel van zoo'n scheiding
..Merci' Leert je freule je zulke mooie woorden?...." af, en blijven zij bij elkander."
Zij stond op. Hij tikte den kelner, die druk hoestte En ja, dat zullen ze dan ook wel. Manneer er nu
en schuivend, leven maakte. Voordat hij kwam in de al zooveel echtelingen bij elkander blijven, alleen om-
1j::_ zooveel komt kijken, eer er 'n scheiding kan
j worden uitgesproken, dan zullen er ats er nog meer
littéraire" was, bijzonder op den achtergrond hield.
En dat de gem .-secretaris, toen Gij's hem eens aan
sprak, 'm vrijwel den rug toekeerde... 'I Was héél zon
derling...
EP J? dochter van de oudsten wethouder man, mjm(e tusschen raam en ringetjes-gordijn,
die in Doeswijk vrijwel den toon aangpf, herinnert 2e liepen samen in de nauwe zijstraat.
zich nog als den dag-van-gisleren hoe. op 'n keer, j Hij had z'n arm om haar middel geslagen. En ze moeilijkheden *in den' weg worden gelegd, ook nog wel
toen zii, aan tafel, opmerkte, dat „die Gijs Brands ze- gedoogde 't... merkte 't niet eens, stap'e voort, voort, meer bij elkander blijven.
ker ziek was, je zag 'm nergens meer...." verder van het centrum der stad, donkere, grauwe En daar is 't om te doen. 'n Huwelijk wordt niet ge-
Hoe. toen, haar edelachtbare vader plotseling, met buitenwijken in... luisterend naar z'n praten., hoo- sloten om ontbonden te worden, en 'n Burgemeester
een soort van smak... wat gezien... statige deftigheid. I-end wat ie zei zónder dat de zin er van tot haar her- 'of zoo'n meneer van den Burgerlijken Stand, die de
huwelijken sluit, zit daar niet voor sj>ek en boonen,
of om telkens tot de ontdekking te komen, dat er op
zijn deftig-woord bedoelen ook al geen zegen rust. Zoo'n
man wordt er ten slotte verlegen mee, en daarom moét
't nu maar eens uit zijn met die echtscheidingen.
Bovendien is 't heelemaal tegen den wil en 't be
ginsel der kerk. Het Jiuwelijk is alp sacrement, indelebilis,
onontbindbaar, en kan evenmin als doop of priester
wijding of eenig ander sacrament, ooit uitgewischt wor
den. Dit heeft de Kerk, de Roomsche Kerk nu een
maal gezegd, geschreven en gepredikt, en dat heeft
hem aangeboren, iets heel-bijzonders was... z'n lepel doordrong, begrijpend dit ééne slechts: ze moest
op z'n bord legde. Henriëtte, zijn eenige dochter, aan- hem (helpen, z'n handlangster worden.... anders zou
keek met oogen.... Oogen... Alsof het sociaal-democra- hij haar terugslingeren naar dat andere... van vóórdat
tiscbe Raadslid van Doeswijk weer de driestheid had hef wonder gebeurd was van die mooie betrekking bij
het woord te vragen... Hoe vader-wethouder had ge- de freule...
Begd: Ta dwaalden in nog verder afgelegen buurten. Ze
„Henriëtte, nu eens-voor-Sl, de naam, dien je kwamen bij een soort van kanaal. En in Bet kwam de
zooeven uitsprak, mag in mijn huis nóóit, nóóit meer gedachte, terwijl ze in het zwarte, stille water keek
genoemd worden... Versta-je me goed?" „Hè. daarin.... alles uit. Veilig tegen hem daar....
Jet ie was bleek van den schrik geweest. Had ne- Voor goed rust..."
d«Tig-eerbiedig_ geknikt van „zeker. pa".... moe aan- 't Was of hij iets voelde, begreep van hetgeen er
liefde bestaat nu eenmaal niet. M'at de menschen daar
voor houden is niets anders dan de consequentie van
zelfbedrog, en hebben zucht naar geld, verlangen naar
rust, ontkoming aan erger, of heeft, in 't meest voor
komende geval, het mannetje of het wijfje op zijn reke
ning. Want wie 'n eeuwig licht verwacht van zulke
lampen, wordt teleurgesteld, zit spoedig in 't donker.
Zulke lampen zijn spoedig uitgebrand; en of 't 'n jon
getje of 'n meisje is, die er mee op 't pad gaat, 't
is een der „dwaze maagden" uit de gelijkenis; zij zul
len den waarachtigen bruidegom niet zien en aan de
waarachtige bruiloftsvreugde geen deel nemen.
Of dit dan 'n verwijt is? Ik denk er niet aan. Waar
Gods verwijt aan zijn menschenkinderen 'n liefkoozing
wezen zou. wat zal daar 'n mensch doen? 'n Mensch,
die zichzelf zooveel te verwijten heeft?
Dus geen verwijt. Geen zeggen van: Als ge eens dit
gedaan had, of dat. Als ge eens....
Waar heb ie dat pak laten maken?
Ril X.
't Staat je leelijk.
Ja, dat zie ik zelf: als staal was 't aardig, maar
als pak afschuwelijk; daarom sjouw ik 't maar zoo
gauw mogelijk af.
Hoe bevalt je je nieuwe huis?
Ellendig; 't tocht er en 't is vochtig; we worden
er allemaal ziek in. Maar vertel 't niet; ik doe mijn
best om 't te verkoopen, dan ben ik er af.
Kan je 't nog' al stellen met je nieuwen patroon?
't Is 'n kreng. Niets of niemand kan 't hem naai
den zin maken.
Hè, hoe is 't mogelijk? Je ging er zoo blij en
met zoo groote verwachting naar toe.
Ja, dat deed ik .ook. Maar ik doe hard mijn
best om 'n andere betrekking te krijgen; en zoodra
ik at anders heb, smeer ik 'm, al 'is 't voor de
helft van 't geld. Ik ben niet van plan om me den
heelen dag te laten judassen, en mijn leven te ver
gallen.
I
Wat heb je voor dat kaïpet betaald?
Veertien gulden.
Vin-je 't mooi?
Toen ik 't in den winkel zag. ja, toen vond
ik 't mooi. Maar hier in de kamer is 't leelijk. 't Komt
heelemaal niet bij 't ameublement. Ik erger inij er el-
ken dag aan. Ik zal vragen of de werkster het hebben
wil, dan ben ik er af.
pa moe aan- v. mi i w—vu ••£-,•-
gekeken.... „Wat dat nu toch beduiddeDoch moe- in Bet omging, want hij ging aan den anderen kant Ze niet gedaan, om tegen gesproken te worden. En mocht En niemand neemt het n ander kwalijk, als hij
der tuurde zoo iiselijk-strak op het reejije-vleesch, dat ze naast 'r loopen hield Bet iets steviger vast Je kón zij er ooit toe overspan 'n huwelijk te ontbinden of als zien m al die dingen vergist heeft De raad wordt
aan het ontleden was... mH spanning van as- ^J,s ««ven om met met t«r-n,n >n tv.i-
als in chemisch laboratorium, waar dê uitslag
compliceerde analyse wordt nagegaan....
Van dat moment af zweefde er in de Doeswijksche woonde. Ze was al over haar tijd. IIKSl 11 '"kf - j.oud„ Têaenrin verne.it 'n
a tmospheer eenel egende. met Güs Brands als onder- Toen ze scheidden had hij gevoeld dat haar hand „^nnen'levend man, kaïf weten wat t voor is oorzaak ran ■bitterlSÏl: en omc&t^fffen^ÏH^'i
.en dT,-,?>od.ra ,ntien?f .beg°nnCT. 'f koud was als als ijs, hoort.... dat ie er van ^kent voo;r goed'gebonden te zijn aan 'n kan wezen, zoo blij, zoo zonnig, moet nNSJSft
vrouw oetoeK'eiii vwi ^ciAtnucn iw t,ijh joii h rwn wtwu, «w luiizoo zoiinig, moet n vergissin0,
vwrwhtPe... En ^ie de (anjasie wn v^^geruch'en deed „Nou" "zei Gijs toen hij den «Jjg» iïLSe'tïnr fcSe^"eif'Sé '"uwjllik"* antel eétem'iK! mïi{f •5".*!" mosell|k-
- - J markies" gereserveerd was... Ln d.it de Paus, zoomin als eenig Koomsch pnes- Als ik met n vriend afsprak 'n reis te gaan ma-
Noir» ©en dobber is 't voor Bet. Dat erken ik. ter zulke dingen weet, is tot daaraan toe; zij komen ken, en die vriend blijkt 'n dronkaard te wezen 'n
v. j zij iz wen niet meer te welen dan vrouwen lrwiit ruziemaker 'n viller- Hl/r Kzv-v v
goed fatsoen er over konden redeneeren.
Zóó zns Bet hem dien avond weer vóór zich - En','ik mot jelui eerlijk bekennen... Gedacht had ik 't van vrouwen niet meer te weten dan vrouwen kwijt niziemaker, 'n viller, die boos is a's 't regm! en boos
- - 6 - - - - - met! Maar 't voornaamste is..." willen zijn; ze eerlijk beoordeeen kunnen ze niet, en is als de zon schijnt, dan mag ik 'n rmr koeren bre
w a j. _a»rrtnvrlrioe" ad rlj>n infijornrxr» Ainninnrr mol Lnor ViaiKKivn rrc* maon TITAPvot» atti «ao/I .1 i_ li.'t
luit de daf?en van het sinds verkw"nd«> Onfeni"g kweekt j -■ ..vu. -.
IKunri" Terwifl hii dat grappi^ükkende gebaar van „Dus ze doet 't secuur?" vroeg de „markies on «feil uiüemen omgang met haar hebben ze geen proeven om goed en toegevend te blijven; maar als
IwiisvinÓer tegen hoJrand Ste°... Zo klemde de tan- „Garanü!" riep Gijs uit. z'n geliefd stopwoord k»e- z»i dusrv.ff^- nJ aaf V^L'1 *^**1 dl ^.kwaalaardighi-id hem m 't.blod
den opeen. Fn zii Balde de vuisten. Ze kón haast niet zend. „Garantit... 1 J S
Ibleeker worden dan de vale grauwe tint van T wan-
Igen reeds was. Maar 't leek of de s-herpe, harde trek-
lken nóg vlijmender, hoekiger, wreeder ztcli afteeken-
|den.
Fn re keek hem recht in de oogen. In haar blik
Iwns het als-s'aal. waar vuur in flikkert. Haar neus-
1 vleugels trilden en de baleinen van haar paraplu kners-
Iten onder dien greep van haar vuist....
„Wat wou->e?" zei Bet, en het geluid van haar
|stem was hees"h. rauw.
..Wat wou-je van me?"
Hii bleef haar aankijken. Wel spotlachje 't nog in
Iziin sarrende oog-n. maar toch spiedde hii hoe 't met
|haar stond.... Mcrkle-ie de ziedende woede; de blinde,
gloeiende haat
Betastte met z'n lanoe magere vingers eene nieuwe
Garantit" riep Gijs uit
nd. „Garantit..."
„Brands, je bent „een verdraaid knappe kerel I
2it, dat er toch geen bekeeren aan hem is, al ging
Hebben we dat wijze* wetsontwerp aan nog iets an- ik op mijn kop staan, dat er toch geen veranderen
riep de kolonel" uit" eioenlijk de aanvoerder der ders te danken, dan aan het feit, dat Nelissen Rocmsch aan hem is, evenmin ats aan dat leeliike jxik, dat
ciiih" ón die wel uiterst spaarzaam was met z'n lof... is? Zou 'n niet-Roomsch mensch het hebben kunnen tocb'ige huls, dien kreng \un 'n patroon of aan dat
fijnen borrel'voor voorstellen? Daar twijfel ik aan. Is'n mensch verplicht leeliike karpet, dan pak ik mijn biezen en laat hem,
Jl" eerst Luthersch of Remonstrant of Koomsch te wezen, en vóór ik hem in mijn drift 'n mep mocht geven, in
M'aarachtia1" stemden de anderen in. da" verstandig? Of is 't niet beter 'n verstandig de steek. Dan kan hij, net als de kemphanen, voor
YT„, „,,.1 uH van O k K" te Doeswijk, dankte Lutlieraan, Remonstrant, of 'n verstandige Roomsche het verdere deel der reis, met zichzelf vechten. Ik
1 tn ..-.l-ii... Af Irni. iln I i ,.t TVlt nloll ll 1T. Hipt klif IT1 '1 li— aüt1c TrtOGT- tlnn i— 11 ....I. ,,j| 11t t.tl
>k nu met de gr.
_.ee hij zooveel suc
het"aniriaus^ü^den wr'raam-kuiisThevëndcn kring der keling, zoolang hifzijn verstand maar kan gebruiken, is pen kan, en tien schoenmakers we'en er geen raad
Does wijkers uit de dagen van-vóór z'n boef-worden... j er wel wat met hem^te^ worden. Maar zaodrahij/ in op, jim dat te verhelpen, dan gooi ik zie weg. Als
de eerste plaats zijn kerk, zijn vereeniging, zijn club ik dan geen geld heb om nieuwe te koopen, zal ik
-«aur z n lanne, Tnaaere viiufi.!.-» -- - VUI1 het svsteem uit, om, wai ze
bro-he, dlc z„ nanhad... Bewonderde mcfboogHapre- 8 bedaard "te blijven. Dat schelden
trokken, wenkbrauwnChic, hoort F.jn..'t Zit ^dd^er|rtvëar^ommigen v4 houden, dient
«r aan. bu ou uitjaKKereii, *6-
«ns voor' Maar die meid, Bet de Waal heette
maakte me toch duivelsch. Dat had ik, bezweer
i i .11 /\n/l AT oon
aan. bii iou. tegenwoordig!
Z" duwde z'n hand weg. Hl
„Wat won-te?...." ie 'nooTt^beleeKL zoo'n karonje schuilt onder een
G"s had ren cinaret'e te voorschnn gehaald. Begon I - schavuiten uit de heele s'ad...
I rorire,,. Blies krjnge'ies de lucht in.... Stap'e voort, J iIelpl ze om dit inbraakje bij de
l„ panden in broekzakken. Zii stap'e mee Kón niet 11 VaaTdérs.... De boel mislukL loopt gc-
l«nrVrs.... M'as. tenvijl hij haar aankeek, zóó bang, zóó kken de scliooieis. En de meid
"dat lokaal. Mei óp"stróaY.'." ALs je gezien had die blijd-
tti drie heeren met vljjr jaar^ mei op.
r'e'euiltes ati Tvint/vr-An On een schragWl-'atet lag... f
t m-'ddag toen ze gebracht was in dat lokaal. Mei jaar
voldwacbter naast zich. Fn twee. drie heeren met schitteren van plezier, ui de oogen van
Anders is liefde, gehechtheid van zoon
'n pagode die knikt als" ge 'zijn kop V stootje geeft, iets, om nooit te vergeven, en wil de onge'ukkige slacht-
Dan kunt'ge zijn ziel in de vuilnisbak gooien en naar offers dezer vergissing er hun heele leven lang voor
de belt laten brengen, als hebbende zij voor het te- laten boeten,
vende leven der denkende, strevende menschenweréld M a-om toch?
g&6n waarde moGT. j Onidflt de Kerk t "\ï\il?
Zijn er nog niet genoeg ongelukkige huwelijken? O Is de Kerk, die de boodschapster behoort te zijn
zeker, er zijn/ Godlof, heel wat huwelijken nu ja, van vrede en geluk, van redding en ve-giffenis, zóó
ik bedoel: er zijn, God'.of, ook huwelijken die geluk- hardvo h'ig. dal zij menschen, levenslang spukeren zou
kig zijn. Dat „heel wat" zullen we er maar aflaten. La- aan 'n kruis, dat deze in hun verdwazing zelf ko
ten we zeggen: wel vijf procent. Dat zijn van die zen? Kan zii bij de_ vele .sacramenten no'a bene:
huwelijken,'"waarin de man zijn stouw, en de vrouw genademiddelen ook niet het sacrament der liefde
haar man niet missen kan; huwelijken, zooa's ik ze ken, en der kw;itschelding ats zoodanig erkennen? Moet 'n
bijvoorbeeld dat van Jan en Stien, van Joop en Ma- mensch, die eenmaal stal, zijn heele leven voo.- dief
rianne, van Willem en Cor; lui, die uit eigen-zalig- worden gescholden? Omdat ik eens 'n vriend zoo-
heidsgèvoel mij altijd beklagen, omdat ik zooals zij zeer vertrouwde, dat ik hem eenige duizenden guldens
elkander wijs maken niet weet wat liefde is, terwijl toevertrouwde, en die hij mij nooit terug hoeft gege-