1118188! NiESWS- 18- k LSlÈWila! DE ST6IJD OH DEN MIN. Damwedstrijd. r>it nummer brutaal uit een blad. F? Donderdag 18 Augustus 11)10. Visie Jaargang No. 1562. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag-, Woensdag-, nderdag- en Zaterdagavond. Bjj inzending tot 's morgens 9 •worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer g .plaatst. 3EZONDEN STUKKEN een dag vroeger. Bureau SOHAGEÜ, Laan 16 4. Ititerc. Teiephoon Mo. 80. Uitgevers i (Soe Prijs per jaar f 3. -. Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. aDVERTENTIEN van l tot 0 regels f 0.25: iedere regel meer 5 Cen: Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. GRATIS deelname voor de abonné's van ons blad. lespeeld in le en 2e Afdeeling. Vóórwedstrijden len plaats hebben: LI SEPTEMBER te ANNA PAULOWNA, in „Veer- •g" L8 SEPTEMBER te KOLHORN, in het café voor in Jb. Smit; 25 SEPTEMBER te SCHAGEN, in het Noordholl. ffiehuis van den heer J. Vader Az.; 2 OCTOBER a. d. LANGEDIJK, iin het café van n, heer A. Kist te Zuidscharwoude. Eindwedstrijden len allen te Schagen plaats vinden op nader te Dalen, datums. Inschrijvingen •t opgave wAAr men in de vóorwedstrijden, wil spe- i indien noodig onder toezending van het injeg- ld worden spoedig ingewacht tot en met 4 IPTEMBER a.s., aan het Bureau van ons blad, Laan 4, Schagen, met opschrift „Damwedstrijd". De Medailles zijn te bezichtigen aan ons Bureau. 1 n g e z o n d e n. Mijnheer de Redacteur! Naar aaneiding van het bericht, of liever het ver- Ig daarvan, over den, in den Schringkaagpolder plaatsten windmotor, voorkomend in uw blad d.d. dezer, zou ik gaarne uwen berichtgever en zijne k misnoegden willen wijzen op het totaal nutte- Dze, zelfs verkeerde, In den raad, gegeven in be eld berichtje, nj. om den ouden en den nieuwen 51en achtereenvolgens te laten malen, teneinde te innen constateeren, welk werktuig het meeste wa- r verplaatst;, daarmede wordt dan zeker bedoeld: ti een gelijk tijdsverloop." Op grond dAarvan ach- n de misnoegden vervanging van den z.g. Holland- tien windvijzelwatermolen dus niet aan- velenswaardig. Maar hebben diezelfde misnoegden, toen zij ter- liks naar dat gekke ding zijn gaan kijken, toen t in werking was, dan niet opgemerkt, met hoe jinig wind de Schringkaagpolder uitgepompt werd? iu met dienselfden wind de oude Hollandsche wind- izelwatermolen water hebben verplaatst? Ik be- r ij fel het sterk. Hierbij komt nog, dat, gedurende den korten tijd, it Se „Hercules" windmotor heeft gedraaid, de volle ,pacitelt niet is bereikt, doordien de wind niet sterk .noeg was; diegenen, die bij de officiéél® proefmaling in tegenwoordig geweest, zullen tot de conclusie in gekomen, dat, als de waargenomen waterver- aatsing plaats vond bij pl.m. 40 vijzel-omwentelin- :n per minuut, die bij 53 omwentelingen (maximum telheld) nog aardig grooter zal zijn en in dat geval j een maaltijd van 24 uren per etmaal, de Schring- iagpolder eerder van overtollig water bevrijd zal jn dan voorheen het geval was, zonder ook in het linst de activiteit en goeden wil van den watermole aar. den heer C. Middelbeek, in twijfel te trekken. Dat de oude molen gedurende een herfstdag met sn harden noordwester, per uur meer water in den oezem zal brengen dan de motor in gelijke omstan- igheden zal kunnen, is natuurlijk;, maar, dat de Pol- er in den maaltijd eerder uit het kwade water zal zijn, is evenzeer waar, en juist daarom is het te doen. Dankend voor de verleende plaatsruimte, A. C. BOL, representant der Hercules-motoren voor West-Friesland. Binnenlandscli Nieuws. NIEUWE NIEDORP. In het lokaal van den heer J. Peetoom te Nieuwe Niedorp, werd Dinsdag 16 Augustus jl. eene vergade ring gehouden van de Vereeniging voor IJs- en, Volks vermaak aldaar, die door ongeveer 30 leden was be zocht. Na opening en lezing der notulen deelde de voor zitter, de heer W. C. Visser, mede, dat de leden op zoo ongewonen tijd waren opgeroepen, omdat éen lid, de heer D. Kuilman, blijkbaar gesteund door meer dan het getal leden dat volgens de statuten, com petent is, om het Bestuur tot het beleggen eener vergadering te nopen, hem als voorzitter had verzocht j het daarheen te willen leiden, dat de Vereeniging voor IJs- en Volksvermaak het initiatief nam voor festiviteiten bij gelegenheid van de Schutkermis, b.v. voor het houden eener flinke harddraverij. Het Be stuur had daarna vergaderd en hoewel dit niet met enthousiasme het voorstel had begroet, meende het toch, tot het oproepen dezer vergadering verplicht te zijn. De heer D. Kuilman, aan wien het woord gegeven wordt ter verdediging van zijn voorstel, zegt: dat de Vereeniging gewoonlijk al haar krachten concentreert op het IJs en het Volksvermaak haar stiefkind is. Nu echter de vorige winter ijsloos is gebleven en de kas dus ongerept, meende hij, dat iets moest worden gedaan, waardoor de Vereeniging het recht erlangt zich te noemen: voor ijs- en volks vermaak. Terwijl hij voor zich een flinke harddraverij ge schikt vindt, om vreemdelingen te lokken op ons dorp en leven te brengen op een kermis, die an ders vrij dood is, spreekt hij den wensch uit, dat de vraag, door het Bestuur gesteld: „Zullen met de Schutkermis festiviteiten worden georganiseerd?" door de vergadering met „ja" beantwoord wordt. Deze wensch komt in vervulling, want slechts een paar leden, zeggen: „neen,". De voorzitter deelde nu mede dat het Bestuur heeft gemeend, bij aanneming van het voorstel, uiter lijk f 40 beschikbaar te mogen stellen. Toen echter het Bestuur zoo diep in de kas wilde grijpen, meende het, dat daar meer inzat, dan nu het geval blijkt te zijn, zoodat eerst na nieuw ernstig overleg tusschen Bestuursleden, voorzitter gemachtigd wordt om te zeggen, dat de f 4-0 blijft gehandhaafd. De heer D. Kuilman stelt voor f 60 en, hoewel de heer Bunt nog geen twee kwartjes wilde toestaan, werd met groote meerderheid het voorstel-Kuilman aangenomen. Uit den roezemoes der discussie die nu volgde, ont stonden drie voorstellen betreffende festiviteiten: 1. voorstel-D. Kuilman, „flinke harddraverij". 2. voor- stel-P. Fray: „ri'ngrijderij". 3. voorstel-J. Stammes: harddraverij zoo noodig met kleine prijzen en flink vuurwerk". Het voorstel-Stammes wordt aangenomen. Nu door det aanneming van dit voorstel de f 60 der Vereeniging geheel onvoldoende is, wordt beslo ten een inteekenlijst te laten circuleeren door de Ge meente. Aan het Bestuur, dus besluit men, zal eene com missie worden toegevoegd. Tot leden dier commissie koos men: de heeren D. Kuilman, J. Goet, Jb. Vis ser, J. Bakker Az., C. van Herwerden en E. Brouwer. Na de rondvraag, die niets opleverde, sluit de voor zitter de vergadering. VAX EEN GUNSTELING DES KONINGS. Kabricius vertelt in het Weekblad voor Indië hoe <lc, grootvader van Louis Bouwmeester quaestie had gekregen met zijn Rotterdamschen directeur en niet veder geëngageerd werd. Niet voor een klein geruchtje vervaard, formeerde hij manmoedig een eigen troepje en trok daarmee naar het noorden. Hij ging in de contreien van Groningen den koer op en speelde met zijn armzalig gezelschap voor een, gelukkig niet vervend, publiek, dat met een zuur gezicht een schelling in 't parterre betaalde en een stooter in den engelenbak. De zaken gingen erbarmelijk, toen op een goeden dag de directeur Bingley (van den Rotterdamschen schouwburg, directie Hoedd en Bingieyper diligence de poort van de vesting Groningen binnenreed. Hij kwam maar eventjes heel van Rotterdam den heer Roose- velt oen bezoek brengen Wat was gebeurd? Hoedd en Bingley ontvingen jaarlijks een duizend gulden of wat subsidie van Koning' Willem I. Elk jaar reisde do d.irectie daarvoor naar Den Haag!, ging op audiëntie en legde den koning het tableau de la troupe voor, on het gold als |regel dat zij dan weer vertrok; mot do toezegging: ,.dat het subsidie ook dit jaar we derom zou worden toegestaan". Dozen keer evenwel was het een beetje anders gé- loopen. De koning had het tableau de la troupe eens ingekeken, het lijstje met namen van boven naar be neden ten van beneden naar boven doorgeloopen en toen plotseling verwonderd gevraagd En waar is Rooses-elt? - Mijnheer Roosevelt is voor dit seizoen.... hm.... niet gereëngageerd, Sire. stamelde de verbouwereerde directeur. Waarom niet? Ja, Sire. dat is... hm... dat is een lange lijdens geschiedenis. Mijnheer Roosevelt is... hm... is eenigs- zins... hm.... (hij had wel willen zeggen,.'t Is een laslige bliksem, Majesteit!", maar dat dorst hij niet) mijnheer Roosevelt is van zichzelf een klein tikje.... hm.... om zoo te zeggen humeurig, Sire en nu heeft de directie gemeend... hm... dat het Uwe Majesteit niet zou kunnen behagen... Hoor eens, mijnheer, ik zal u precies zeggen hoe ik daarover denk. Zoodra Roosevelt op uw ta bleau de la troupe voorkomt, ontvangt u het gewone subsidie. Iki wensch u succes met uw poging. En hierop werd mijnheer de directeur uit de audiën tie-zaal weggekeken. Zóó kwam het, dat de lieer Wart Bing^ev naar Gro ningen reisde om er zijn vroegeren eersten komiek den olijftak des vredes te brengen. Louis Erederik Roo sevelt was juist verdiept in de oplossing van het Vraag stuk „Als je crediet niet meer toereikend is opi je leege maag te vullen met 'n laaghartige knakworst en je schminkdoos zells geen stukje karmijn voor „neus- rouil meer bevat, hoe kom je dan aan drie centën voor een naald en wat garen om er een konings mantel mee 'te stoppen?" ....Ik zeg: hij; „was aan dat vraagstuk bezig, maar hij was er nog jiiët mee klaar, toen zijn oud-directeur bij hem binnenstapte. De heer Wart Bingley was een-en-al vriendelijkheid. De heer Louis Erederik Roosevelt was een-en-al har telijkheid. De heer Wart Bin^ey speechte. ...Om kort te gaan, zoo eindigde de directeur zijn vriendelijke toespraak waarin hij het woord „subsidie" angstvallig had vermeden I om kort te I gaan de direciie, indachtig het succes, dat u steeds hebt I gehad, is bereid om te vergeten wat gebeurd is en biedt u weer een plaats aan in haar tableau de la 1 troupe. En daarvoor komt u heelemaal van Rotterdam? informeerde Roosevelt wantrouwend. Daarvoor kom ik nou speciaal van Rotterdam, Feuilleton.I ROMAN van OARRY BRACHVOGKL. 14. „Jij!? Wat wil je van mij?" vroeg Franzi toornig. Dr. Benedict deed onzeker een stap in haar rich- ing en stak haar beide handen toe. Zij verroerde zich niet en bleef met slap neer- angende armen bij de deur staan. „Franzi!" Zijn stem weerklonk week en klagend. „Laat dat alles!" zeide zij grof. „Voor jou ben ik franzi niet meer, nooit nooit meer." Er begon een hevige strijd tusschen de beide ech- elieden, een worsteling met woorden, die hem bei- len meer verhitte, gruwzamer kwetste, dan wanneer :ij met blinkende wapenen tegenover elkaar hadden gestaan. Dr. Benedict had zich de zaak heel wat jenvoudiger voorgesteld. Hij had gemeend, dat deze ionge vrouw, die tot hem had opgezien als tot een aooger wezen, door zijne betooning van berouw, weer nieuw geloof aan hem zou schenken. Maar deze starre, hardnekkige vrouw, die daar aan de deur leunde en met een droge stem sprak, die niet de hare scheen te zijn, dat was niet meer Franzi die hij vroeger had gekend. Niet meer de eenvoudige bruid, die zich naast hem klein gevoelde, niet meer de jonge vrouw, die trotsch op hem was en ijverig luis terend in de gehoorzaa der universiteit, met schit- oogen naar hem opkeek te midden zijner stu- vro was hier eene tot in haar ziel beleedigde hoore' gegroeid onder het noodlot, dat over haar Was losgebarsten. Hard en beslist stond zij tegenover hem. fra"n?a.ar mi^ al J0 woorden, al je betuigingen, ik omdat meer tot J0 teruS- JÜ bebt m« getrouwd, SQ Je een uithangbord noodig hadt voor je fat- Loochen het eens, als je kunt!?" feit d" 8teeg er in zÜn binnenste op, toorn over het zulk llein ten slotte bad doorzien en met hem zaU kwSt80nde helderheid uitsprak wat zij in was het antwoord. Dat was te mooi oni te gelooven, en Roosevelt ge loofde het dan ook niet. Daar moest meer achter ste ken. Bij alle knakworsten z'n leege maag jeukte, als hij cr aan dacht hij zou op zijn qui vive zijn God, m'n lieve meneer, zei hij met zijn hoogs brouvvstem, waarom zou ik fnet'u meegaan? Het valt me niet in I Het komt biet in me op! 'k Verdién hier geld als water! (Roosevelt was van zijn eersten leugen niet gebarsten; daarom kon hij dit nog zeggeni. De heev Bingley beet zich op de lippen en bromde binnensmonds 'n vriendelijkheidje. Als water, meneer: vervolgde Roosevelt. En als ik wil, dan verdien ik het dubbele. Wie mij wil enga- geeren moet in de bus blazen. De directie Hoedd en Bingley blies in de bus en reëngagoerde den lastpost op een gage van honderd gulden per week, een voor dien tijd ongehoord ac teurs-inkomen. Toen het contract geteekend, het voorschot opge nomen en Wart Bingley vertrokken was, is Roosevelt het knakworstenstalletje voorbij gteloopen en heeft een pond fijne Geldersche rookworst gekocht! L'historie se répète. Tachtig jaren later wordt de kleinzoon van Louis Frederik Roosevelt eveneens niet gereëngageerd door „den eersten schouwburg des lands" ook de kleinzoon is met een eigen gezelschap den- boer-op gegaan en heeft nu en dan z'n misère-spel moe ten spelen met een gezicht alsof hij opgelegd pandoer in handen had en hel tooneel, waarvan hij de ziel was, geniet, evenals wijlen Hoedd en Bingley, het ko ninklijk subsidie Maar het tableau de la troupe wordt ten paleizc niet meer met critischen blik gelezen... OPLICHTERS. De firma Ranford en Mitchell Ld. te Birmingham verkocht een partij rijwielonderdeelen naar Antwer pen. Omdat de le-ering vertraagd was, werd de partij bij aankomst te, Antwerpen geweigerd. Twee Hagenaars, D. en Van K., was dit ter oore gekomen. Zij stelden zich in verbinding met den agent der Engelsche firma, den heer H., te Amster dam woonachtig en gaven te kennen de partij te willen koopen. De heer H., die zich persoonlijk naar Den Haag begaf, eischte van D. en Van K. contante betaling. Hiertoe waren de Hagenaars niet in staat, doch om van hun goede bedoelingen te doen blij ken, boden zij een zestal effecten van Amerikaan- sche en Franeche sporen als onderpand aan en tee kenden een accept iop twee maanden. De heer H. nam hiermede genoegen en verkocht hun dé partij rijwielonderdeelen. De effecten zond hij aan de firma Ranford Mitchell Ld. te Birmingham. Deze firma deponeerde ze bij haar bankier, doch daar bleek, dat twee der effecten reeds Jaren geleden geamortiseerd en waardeloos waren en dat de vier andere van dief stal afkomstig zijn. De levering dezer effecten en de teekening in het accept door D. en Van K., aan den heer H., geschiedde in een café op den Cool- singg) te Rotterdam. Dadelijk gaf dé 'Engelsche firma van haar bevin ding aen haar agent te Amsterdafn kennis, die zich toen met de hem toegezonden effecten tot de politie wendde. Deze legde er beslag op. De rijwielonderdeelen waren Inmiddels door tus- Bchénkomst eener firma te Rotterdam van Antwer pen naar Den Haag geëxpedieerd, doch nog niet aan de koopers D. en Van K. geleverd. De levering is intijds voorkomen en de partij onderhands verkocht. Een schade van f 800 werd door dezen onderhand- schen verkoop, expeditiekosten en opslagkosten ver oorzaakt. Proces-verbaal is tegen de beide Hage naars opgemaakt. WINKEL. Op 8 September a.s. zal in deze gemeente de ijk en nerijk plaats hebben in de handwerkschool. hand.Zag' Met 6611 bruuske beweging greep hij haar "Jwe® 00 1 terugkomen." "llte.zal uiij dwingen?" alle midrt ?aaDJ van ons killd zal ik Je dwingen, met leien dwingen tot mij terug te komen." „Probeer bet." 'Hhj hoopte haar bang te praten. „Het gerecht is op mijn kant. Op het kind heb ik in elk geval recht, een eeuwig recht, dat ik mij nooit zal laten ontnemen. Het kind bindt je aan mij, Franzi. Wees alzoo verstandig. Ik stem het toe, dat ik mij in zeker opzicht leelijk tegenover je heb ge- j dragen, in zeker opzicht, hoort ge? Ik heb je om vergiffenis gesmeekt en je getoond dat ik berouw heb „Omdat ik je Drieven heb gevonden. Had het toe val mij die niet in handen gespeeld, dan zou je niet het minste berouw hebben gehad, maar er dapper op door bedrogen hebben. En met dat noodgedwongen berouw wil je mij dwingen? Alles kan ik maar alleen niet tot je terug." „Je bent krankzinnig. Je behoort in een gesticht thuis." „Na de scheiding misschien. Maar eerst de schei ding." Daarmede verliet zij hem. Er bleef hem niets over dan heen te gaan. Franzi had nauwelijks de kracht zich verder te sleepen. Toen zij in de eetkamer kwam, vertrouwde zij haar eigen oogen niet. Hoe? Had mama dan voor den avond gasten genoodigd? Bloemen stonden er op de tafel, zilveren schotels, champagneglazan en daar naast in óen ijskoeler een flesch champagne. Slechts voor twee personen was er gedekt. Op elk servet lagen een paar rozen; als voor een verloofd paar... Een donkere blos steeg Franzi naar de wangen. Zij herkende de zorgende hand van Olga. Ach, die zoo taktlooze hand! De knieën begonnen haar te sid deren, zij moest gaan zitten. Dat hadden zij dus ge wild. Zoo hadden zij allen gemeend haar te overrom pelen. De schellen vielen haar van de oogen. Te voren in elkaar gezet was alles, eenvoudig als een tooneelstuk. Zij hadden hem dus hier laten komen en op zijn oude ma^ht over haar vertrouwd. En wat dan ZÜU berouw en smeeken misschien niet geheel hadden kunnen bereiken, dat voleindigde de champagne. Daarom waren zij allen zoo discreet weggegaan, zoo beleedigend discreet. Zoo weinig begrepen zij van dat gene wat geschied was en wat er nog gebeuren moest, dat zij meenden dat al haar harteleed zich in een cbampagnekelk liet verdrinken. Zij brak in tranen uit, zij weende, zooals zij nog nooit tevoren had geweend, niet eenmaal in de laat ste, arme dagen van Jena. Zij voelde voor de eerste maal, dat zij alleen op de wereld was, moederziel al leen. Laat eerst kwamen de anderen naar huis. Mama samen met Olga, Tilde was op eigen houtje de stad in gegaan, of liever gestuurd geworden, want zij had ai heel weinig vertrouwen gesteld in den goeden af loop der verzoeningsscène. Uit haar eigen leed, dat in zekeren zin op dat van Olga geleek, begreep zij dat de zaken wel anders moesten loopen dan Olga dat dacht. Maar zij was met haar meening en idee geheel in de minderheid geb leven- Mevrouw Von Merk en Olga waren geheel uit den zevenden hemel gevallen toen zij zagen, dat de flesch champagne n°S in den koeler stond en al de heer lijkheden op de tafel nog onaangeroerd stonden. „Zij ruïneert ons," riep mevrouw Von Merk wee- nend, „zij ruïneert ons en zichzelf. Wat moeten wij hier met haar aanvangen?" Zij stormden op Franzi in, vielen haar lastig met vragen, met voorstellen, met dreigementen. „In huis bij ons kan jij niet blijven, dat moet je toch wel inzien." „Franzi, lieve goede Franzi, bedenk je nog eens hij wordt professor in Berlijn. Bedenk toch hoe mooi. Wat voor een heerlijk leven zult ge daar heb ben." „Eu hij heeft er zulk een groot berouw over, Franzi, bet zal bepaald nooit weer gebeuren." „Denk aan je kind Franzi, je moogt aan je kind den vader niet ontrooven." „En wanneer het kind maar eerst geboren is, zal alles wel weer goed worden. Een kind vergoedt de moeder zooveel." „Franzi, je moogt ons dat niet aandoen," „Franzi, je moet weer naar hem toe, tot eiken prijs." „Denk aan je plicht, Franzi." „Wat is dat voor een liefde, die bij de minste ont goocheling zou ophouden," Zoo spraken mevrouw Von Merk en Olga tegen haar. Tilde had haar alleen met een moeden blik aangekeken en haar de haren van bet voorhoofd ge streken, „Arm menschenkind, jij bent ook niet te benijden." Toen was zij de kamer uitgeloopen. Franzi zat op haar bed, het hoofd gebogen, de ar men iu den schoot. Voor haar hurkte Olga en streel de zacht haar handen en ontwierp de schitterendste toekomstbeelden over haar leven in Berlijn. Mevrouw Von Merk stond daarnaast en weende, bedelde en schold afwiselend op haar dochter, dat de tranen bij stroomen over het moede gelaat liepen, Franzi wist niet meer wat er eigenlijk rondom haar voorviel, zij hoorde niet meer duidelijk wat de an deren zeiden. Het roezemoesde iD haar hoofd, en voor haar oogen verdween alles. Zij wist nog dit eene: „zij willen dat ik ja zal zeggen." Een loodzware moe heid viel er over Franzi. Zonder het te willen, dacht zij: „Nu zeg ik spoedig ja, opdat ik rust zal heb ben en eindelijk zal kunnen slapen." Zij hief het hoofd op, keek haar moeder aan open de de lippen „Franzi!" riep Olga verrukt en wilde haar zuster tusschen lachen en weenen in de armen sluiten. Maar Franzi sloot de lippen weer, haar gelaat zag er plot seling vreemd en verwrongen uit. Een vreeselijke smart verscheurde haar lichaam, zij steunde, greep naar haar hart en stortte voorover in Olga's armen. Weken lang was er geen sprake meer van terug gaan naar Jena, men wist niet eens, of Franzi er het leven wel zou afbrengen. En ook toen zij eindelijk als zeer zwakke herstellende voor de eerste maal weer bij de haren zat, kon niet eene haar manen met haar plicht tegen het ongeboren kind. De ont roering der laatste dagen had haar moederhoon ver stoord. HOOFDSTUK 13. Tilde zat te schilderen, zij schilderde een Jordaens na. Haar teekening was hoekig, haar kleuren hard en zij wist zelf heel goed, dat haar gaven niet boven het dilettantisme gingen. Maar zij kwam toch dag aan dag zeer precies op het atelier terug en zoodra zij het groote schort had voorgebonden en het pen seel in de hand had, voelde zij zich wel en tevreden, c groote zalen met schilderijen in het museum waren nu haar toevlucht. Tot hier drong niets door van de ergernis en ellende, die thuis den dag vulden. Hier wist men niemendal van het ongeluk der familie Merk, hier zag zij geen roodgeweende oogen, las niet in de spits geworden trekken een stomme aanklacht; hier vergat men de belachelijke aanmatiging van Olga die zich des te gewichtiger voorkwam, naarmate zij de verhoudingen en stemmingen thuis minder be greep. Hier waren alleen schilderijen en menschen, die zich voor de schilderijen interesseerden. Vreem den, die met werkelijke of gemaakte vreugde de oude meesters bezochten, schilders en schilderessen, die evenals Tilde copiëerend hun dag doorbrachten. Mevrouw Von Merk, eerst zoo frisch en flink, was in éen nacht bijna een oude vrouw geworden. Met elke gedienstige, met eiken leverancier twistte zij om geld; de dochters maakte zij scènes en kreeg niet zelden hevige zenuwaanvallen. In den oogsten tüd was er rijkelijk reden voor op gewondenheid: Franzi's scheiding met al de gevolgen daaraan verbonden. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 1