D
Öii
Jeukende Huidziekte.
schieter; cijferde wondervlug. De kosten, de rente
vooruit, administratie, informatieO, hij hoefde
eigenlijk niet te informeeren naar meneer Degens,
maar ,,de geldgever", de patroon van redder... Hij
zelf had, helaas, geen middelen... Die eischte dat
steeds. Enfin, om tweehonderd gulden „schoon" in
handen te krijgen, op vrij langen termijn... Het ac-
leept luidde wel na drie maanden „en te allen tijde
na dien," doch dat was „slechts eene formaliteit"...
Om tweehonderd te krijgen, ja, 't geld is duur
tegenwoordig, hè? Daar moest een acceptje van drie
honderd-tachtig voor geproduceerd worden...
Dirk schrok zóo erg, dat hij met z'n stoel een
eind achteruit schoof, wat geldschieter schaterend in
z'n fauteuil deed terugvallen. Meneer had toch heusch
niet veel idee van geldzaken... Primo: wist hij toch
wel, wie en wat z'n vriend Winter beduidde, in mo-
reelen zin...? Of twijfelde hij daaraan?In dè.t
geval van geldschieter, zeer scrupuleus van aard,
pertinent weigeren om fondsen te verschaffen, zélfs
als Dirk er zelf op aandrong... D&ar had hij dus
zeer graag antwoord op... Waarna Dirk zich haast
te om te verzekeren, dat hij zijn vriend natuurlijk
blindelings vertrouwde... Zeker... Maar toch, ziet-
u
„Secundo" vervolgde geldschieter „neem ik aan,
dat u mij, wanneer ik u iets plechtig verzeker, op
mijn woord als „gentleman" zult gelooven?..."
En de redder keek hem tegelijk streng-uitvor-
schend aan
Twee dagen later had hij, - onderwijl de angst
en de emotie hem het hanteeren van de pen bijna
beletten, op het kantoor van geldschieter „voor aval"
geteekend
Het vreemde woord moest boven zijn naam ge
zet. Toen hij vroeg wat 't beduidde, antwoordde
redder droogjes: „Als u nu maar schrijft wat ik
zeg. Zulk wantrouwen zijn we hier niet gewoon!"
Veertien dagen later was Winter verdwenen. Kreeg
hij, op kantoor, een briefje van geldschieter om „in
zijn eigen belang" ten spoedigste aan te komen
Het geld moest er binnen een week zijn. De opper-
geldgever was niet te vermurwen", schikking
absoluut onmogelijk .Tenzij... tenzij... eene nieuwe
handteekening. Maar dan puik, prima!... Anders was
er geen quaestie van
Radeloos had hij rondgeloopen, dien dag. Den
kruidenier naast zijn huis getelefoneerd met verzoek
even te laten zeggen, dat-ie door extra-werk niet
kon komen etenZeker, direct, meneer Degens!
De jongen zal onmiddellijk gaan, hoor!" zei de win
kelier, die Dirk tot z'n soliede klantjes telde...
Hij had een paar uren rondgeloopen, soms als hij
niemand zag, met z'n hoed in de hand, zoo warm
had hij 't. Hij was gaan zitten, ergens buiten de
stad, en had een glas melk besteld zonder er de
lippen aan te zetten. De boerin en haar dochter fluis
terden druk over hem zonder dat-ie erop lette
Er werd beraad, of men niet de aandacht der
politie zou vestigen op den zonderlingen sinjeur,
die daar zat te zuchten, al-maar starend op den
grond... Maar de boer wou van geen herrie weten.
Ging naar hem toe. Vroeg „of-ie de melk bijgeval
niet lustte"... Waarop hij met een schrik opstond,
een paar woorden stamelde en vertrok... Nageoogd
door het boerengezin van de melk...
Hoe hij er dien avond toe gekomen was, wist-ie
nog niet. Maar op zeker moment stond hij in de
luxieuse kamer van den meneer bij wien Lotje sinds
een week of wat in betrekking was... Den directeur
van de verzekering-maatschappij, die Lotte, op aan
beveling van vaders chef-de-bureau op kantoor had
genomen... Toen hij tegenover den vreemden me
neer, met de groote, blonde knevels, in den makkelijk,
donzigen stoel zat... Teen werd 't Dirk eigenlijk
eerst duidelijk, dat hij gewaagd had... Wilde hij
excuses maken, zeggen, dat hij niet durfde, niet
mocht... Meneer moest hem z'n onbeschaamdheid
maar vergeven
Doch de vreemde, jonge meneer werd heelemaal
niet boos. Wond met zonderling glimlachje zijn goud
blonde; snor om de slanke, blanke vingers. Telkens,
wanneer hij de hand bewoog, schitterde er licht-
glimpje in breeden rand van zegelring. Hij wenkte
Dirk om te blijven zitten... Weineen, hij w&s niet
boos. Kon zich zeer goed verplaatsen in de moge
lijkheid dat iemand, door z'n goedheid, bedrogen uit
kwam... Was eleganten meneer, 6ok wel gebeurd,
■hoor! Meer dan eens!
De zachte, aanmoedigende woorden werkten, ver-
teederend op armen Dirk. Hij barstte in snikken uit.
Vertelde nu van al z'n angst en verdriet. Meneer
ging naar een kast en schonk hem een glas port
in. Kom-kom, dat zou 'm goed doen... Bood hem
een fijne sigaar aan... Dirk werd door de overstel
pende goedheid nog weeker... Stortte z'n hart uit...
Vertelde, hoe z'n vrouw elk centje, elk dubbeltje
omkeerde uit zuinigheid... Ze h&dden 't niet breed.
Met ziekte, en zoo, nog klappen gehad... Lotte d'r
leeren had veel gekost... Achterstand, maar zónder
hun toedoen, hoor!...
En nu dit... Dit... Aan kantoor hoefde hij niet
aan te komen. Zijn patroon was een beste man, ze
ker... Heel best... Maar van zulk soort dingen-
„Nou!" troostte elegante meneer, „we zullen wel
eens kijken. Wees maar bedaard. We zullen eens
zien..."
En hij oogde de wolkjes, uit z'n cigarette opstij
gend, peinzend na... Terwijl er in zijn spottende, lus
tige oogen iets fonkelde
„Ik zal er eens over denken!" zei elegante me
neer eensklaps, „ik beloof je, Degens, 'k zal het
ernstig overwegen... Beloven doe ik n®g niets... maar
...maar... Afijn, je hoort van me... Ik begrijp
Weet-je wat... kom over eene week terugJe
snapt, 'k moet eens nadenken... En zoo..."
En inziend hoe die week uitstel voor den smee-
keling marteling kon brengen, voegde hij er aan
toe:
„Zeg aan dien ventAan dien geldschieter,
hè?... D... Dat je met mij gesproken hebt... An
ders niet natuurlijk... Dat zal ik overwegen...
Eu elegante meneer keek op de pendule.
Dirk wilde zijne handen grijpen van dankbaarheid
over die voorloopige toezegging... Maar er trilde
electrische schel door het huis... En meneer ontweek
open slond.
Verbaasd kwam zij naderbij en wierp een blik in
de schemerige ruimle, waar de balen in lan^e rijen
naast elkander stonden.
Dof gronunend liep Lord langs de groote balen,
met den neus op den grond....
„Sapristi 1 Roep toch dat beest terug!" klonk da
gebiedende s ern van haar man. En terwijl zij den hond
riep, kwam hij achter een der lange rijen te voorschijn
en ging naar i'i»<ar toe. „Wat jnoet dat beteekenen,
dat je mij hier komt bespieden?" riep hij opgewon
den, terwijl zijn anders zoo koude oogen fonkelden.
,.Ik zocht je, HansJe hadt immers beloofd, vandaag
met mij te gaan wandelen!"
Glimlachend en smeekend zag zij naar hem op.
„O, zoo!... Ja, Isa, vandaag kan ik niet, maar mor
gen stellig! Ga nu maar alleen!"....
Hij keek haar na, terwijl zij, gevolgd door Lord,
langzaam de gang doorging. Zij wandelde alleen naai
de rivier, maar vergat te kijken naar de bloemen die
daar bloeiden.
Onophoudelijk peinsde zij over de woorden van haar
man.
Wat had hij er boos uitgezien! Die gedachte kon
zij inaar niet van zich zetten, en vroeger dan gewoon
lijk keerde zij naar huis terug. Op den stillen straat
weg ontmoette zij ten arbeidster met haar mandje en
haar blikken kannetje in de hand. Zij had zich ze
ker wal langer opgehouden. Verbaasd nam Isa hut
meisje op, dal haastig voortliep.
Het was een jong ding en bijzonder mooi, met een
fijn, beval lm figuurtje. Het donkere haar droeg zij m
brecde vlechten om het hoofd; in het bleeke, bekoor
lijke gezichtje schitterden de oogen als sterren. Isa bleef
slaan, en keek hel meisje na.
z'n blik... Ontweek zijne oogen beslist... Dat merkte
Dirk toch heel duidelijk. En hij dacht: „Ziedaar nou
de ware zielenadel. Hij wil niet eens bedankt wor-
Buiten, op straat, schreide hij van dankbaarheid...
Natuurlijk kwam het terecht. Iets-slechts kon nie
mand van hem vertellen... Hij zou bet geid tot den
laatsten cent teruggeven aan eleganten m .ue r
Maar op gemakkelijke voorwaarden... Heel anders
dan bij dien keelalsnijder... Ik zal zien de boekno„-
derij bij De Wolf den slager uit de Nieuwstraat er
bij te krijgen... Dat hoeft moeder niet te weten...
Dan is 't allicht binnen twee-en-een-half, zeg 3 jaar
schoon
Hij liep naar den geldschieter. „Komt u afdra
gen?" vroeg redder hem met tergend grijnslachje...
Maar Dirk was nu moedig, vertelde alles ronduit...
En toen werd geldschieter op^c-ns veel vriendelijker.
Och gut nog toe, aan hem lag 't waarachtig
niet... Als hij iemand kon he.pen... Maar de geld-
gèver, zie-je, die kon zoo verdraaid lastig zijn!...
...Dat moeder Lotte dien avond naar oome-Leen-
dert had gestuurd, met eene boodschap, waar
niks-geen-haast bij was, vond vader ook al vreemd.
Eerst de onverschilligheid voor de overheerlijke,
vette bokkingen... Ze had die lekkernij haast niet
aangekeken. En nu dit weer...
Hij werd er onrustig door^ Had willen vragen,
maar wist van-ouds dat moeder toch ;geen antwoord
gaf wanneer ze geen lust erin had...
Opeens kwam 't los, in de halfduistere kamer,
waar hij nauwelijks de zwarte figuur van ronddrib-
belend vrouwtje kon onderscheiden.
„Zeg Dirk!..."
Hij schrok ervan. Keek met angstig-ontdane oogen
naar den kant, waar hij moeder dacht.
Ze stond nu vlak bij hem, eene hand leunend
op zijn stoel.
Ze boog het hoofd dicht naar vader toe.
Zij iets bij z'n oor...
En ze vloog achteruit. Want hij was opgespron
gen... Schreeuwde van: „Dat kan niet! Dat is een
leugen! Dat is onmogelijk! Ik zeg je...'"
Met bevende vingers maakte moeder licht. Zulke
uitwerking had ze van hare woorden niet verwacht...
Wat scheelde vader?! Dat Lotte de vier gulden
van het kantoor zou moeten missen, 't was onge
lukkig. Maar om er nu zoo van te schrikken... Zoo
•over te zijn... Vader wds in dan laatsten tijd prik
kelbaar, gejaagd, ongewoon, dat had moeder best
gemerkt, al sprak ze er niet over
Bij het licht van de lamp zag ze hem staan,
boord opengerukt, bloedbeloopen oogen, het schuim
op de lippen, de handen woelend in 't haar.
„Dat kón niet!" schreeuwde vader, „die man is
een engel, een door-en-door brave kerel... Hij
zou tegenover LotteHij zou tegen onze Lotte
hebben gezegd
En plotseling was 't of vader iets duidelijk werd.
Hij balde de vuisten, 't Was of hij wilde te-lijf gaan
onzichtbare gedaante... Hij begreep nu waarom ele-
gante-meneer, bij wien hij om hulp was gekomen...
Chef van Lotto, van zijn dochter... Die „geen dag
langer op dat assurantie-kantoor mocht blijven," had
moeder hem zooeven gezegd, terwijl ze daar
bij hem stond, in halfdonkere kamer, vlak bij zijn
stoel
„Neen!" riep Dirk Degens, nu „neen zeker niet!
Je hebt gelijk! Lotte mag er geen voet meer zet
ten. Nooit meer! Bij dien schurk. Laten ze dan
maar verkoopen ons boeltje... Tot 't laatste stuk
verkoopen... Goed, vooruit maar!"
Moeder had water en azijn gehaald. Trachtte
hem te kalmeeren. Droog, dor-stug vrouwtje had
de armen om zijn hals geslagen. Ze schreide van
angst en schrik... Begreep niet... Dacht dat deover-
spanning, waar vader al zoolang aan geleden had,
nu uitbarstte. „Stakkert!" zei ze, haar wang tegen
zijn gezicht drukkend, hij heeft te hard gewerkt in
den laatsten tijd. Ik heb 't wel gevreesd!" En zacht
jes streek zij haar hand over zijn voorhoofd, hem
troostend met zachtsussende woorden.
„Ja!" zei de officier van justitie tot eleganten-
meneer, die naast zijn schrijftafel zat, pratend
over klacht terzake van beleediging en mishande
ling, hem aangedaan door den kerel, die een paar
weken geleden, nota bene, zijne hulp was komen
vragen „ja, u moet 't zelf weten. Ik heb u
mijne opinie gezegd."
En zachtkens trommelend met de vingers op den
stapel papier, vóór hem liggend, wachtte Z. E. A.
af, niet zonder teeken van ongeduld... ,,'t Is,"
zei de meneer, met onvaste stem, naar woorden zoe
kend, „dat de man dank zij z'n eigen dwaasheid...
Stel-je voor, zoo'n tobber moet borg staan voor 'n
ander!... 't Is toch te dol, hè?... 't Is dat hij door
den verkoop van zijne meubelen, en zoo, in toe
stand van wanhoop was gebracht... Dat zou voor
mij aanleiding kunnen wezen om..."
De strenge, doorborende, koude oogen van den
ambtenaar O. M. zochten de vroolijk-prettige van
eleganten meneer... Maar de lustigheid was nu
uit diens blik, en den officier aankijken verkoos
hij ook niet
„Dus?..." vroeg de Officier, op z'n horloge kijkend,
„dus?..." Elegante-meneer stond op, wilde doen of hij
gekrenkt was door de houding van Z.E.A. Een slag
in hei gezicht had-ie gekregen „van dien proleet", -
hij was voor ploert, voor schurk uitgescholden door den
vader van de juffer die op z'n eigen kantoor in betrek
king was geweest... Dat krijg je voor jo goedheid..
Nu nog deze impertinente houding van den offi
cier...
Maar 't was eleganlen-meneex toch, of de strenge,
koel-vorschendc oogen van den ambtenaar O. M. hem
zijne „pose" van gekrenkt inan vernielden.
Zoodat, toen hij, na verzocht te hebben de plainle
maar te laten rusten, tegein Lotte's vader door hem
ingediend, zijn andcis rosc-wangen echl-wities za
gen, hij met nerveuzig tasten z'n briljante das bevoel
de... De gui.ig spottende vroolijkheid heelemaal weg
was, uit z'n oogen... O, heelemédl...
MAïTRE CORBEAU.
Dof gromde de hond. naast haar.
„Voor de tweede maal zonder redendacht zij pein
zend, en vatte hem bij zijn breeden halsband.
In den tuin bloeiden de laatste rozen, doch Isa nam
ze niet meer mee om ze in de groote vazen op den
schoorsteen te zetten.
Zij speelde niet meer in den grooten tuin met Lord
en haar tred was vermoeid en slepend geworden als
van iemand, die een zwaren last draagt. Maar zij gliin-
I lachte neg, wanneer zij tegenover haar man zat in
de groote, donkere eetzaal, en hij vermoedde niet dat
zij wist, wat allen wisten, dat de jongste arbeidster
de mooie Annuschka, zijn Ueiste was i
En wanneer hij bij den zwijgend gebruikten maal
tijd met zijn onverschillig „Gezondheid, kind 1" zijn glas
ophief dan zag hij noch den minachtenden glun-
lach om haar mond, noch de vonk van den haat in
haar heldere, koelie oogen. Hij vermoedde zelfs niet
hoe zij hem doorzag, toen hij haar voorstelde op reis
te gaan, cm haar vader het lang beloofde bezoek ie
brengen.
Zij zaten aan tafel, toen hij daarover sprak, en zacht
jes rammelde de lepel in de hand van de jonge vrouw
„Goedl Dan ga ik overmorgen op reis!' zeide zij
langzaam, zonder hem aan te zien. „Lord neem ik
mee!"
„Natuurlijk, Isa
Ais verlicht haalde hij adem en keek naar den hond,
die hem met zijn goud-bruine oogen emslig, bijna drei
gend aanzag. Of verbeeldde hij het zich maar? -
Hij 'hield niet van den hond.
Isa sloeg ccn kanten doekje over het haar; in de
kamer begon liet reeds donker te worden. Lord richt-
planten trouwens zoo; de benauwde warmte
woonkamers, waarin kachels worden gestookt p <le''
vrij overigens koel en licht, geplaatst, dat vraeé
lrnTnom! n n-A/1 nwAn/l/v <4/% tv.A
des
CXLI. BLOEIENDE KAMERPLANTEN VOOR DEN
WINTER.
Velen, die dit voorjaar de fraaie bloemententoon
stelling te Haarlem bezocht hebben, zullen zich de
oiiueevenaard schoon bloeiende hangers herinneren,
op£ou<iii0en in sierlijke ampels tusschen de stijlen
i-jiigs ue zijgangen der beide groote hoofdgebouwen;
telkens 2 roode planten met een rose ertusschen.
Zij waren als met een grooten sluier van elegante
bloempjes overhangen. De aanblik was verrukkelijk
en weken lang bleef die prachtige bloei behouden.
Deze keurige bloemen waren de BEGONIA GLOI-
RE DE LORRAINE, ingezonden door een bekwaam
kweeker te Aalsmeer. Deze nieuwe Begonia wordt als
bloeiende hangplant voor den winter in de laatste
jaren in massa's gekweekt.
De winterbloeiende begonia's zijn kruisingsproduk-
ten van de Begonia Socotra met de Begonia Dreigei
als vaderplant. De bloemisten kweeken de Begonia
Gloire de Lorraine voort door stek en als ze haar
een juiste behandeling geven, behoudt ze in onze
vertrekken hare bloemen lang, getuige de planten,
op de Haarlemsche tentoonstelling.
In huis moeten ze vooral niet te warm hangen, 50
gr. Fahrenheit is een heel goede gemiddelde tempe
ratuur. Vanaf December zijn deze heerlijke, vroolijk
bloeiende hangplanten tegen matige prijzen in de
bloemenwinkels verkrijgbaar. Velen koopen ze voor
een aardig Sint Nicolaascadeau. Zij voldoen behalve
in ampels ook zeer goed, geplaatst op een gewonen
fbioemens-andaaid of tafeltje.
Prachtig bloeiende pianten om 's winters onze
veruenken op te vroomnen zijn ook de CYCLAMEN
oi Aipenvioo.tjes.
De cyciamen zijn knolgewassen evenals begonia's
en neboen uaitvormige, fraai geteekende bladeren.
Een groot aantal fijne bloemen steekt daar elegant
boven uit. De bloemisten kweeken ze uit zaad en
verkoopen ze tegen zeer matige prijzen.
Het publiek dient ze niet te koopen vóór ze flink
fn knop staan, of reeds enkele bloemen geopend heb
ben. De behandeling in, de kamer is zeer gemakke
lijk, hoofdzaak is niet te warm plaatsen; 4050 gr.
Fahrenheit is alweer de beste temperatuur. Men
moet ze als het vriest vorstvrij houden en geregeld
matig begieten met water, dat kamertemperatuur
heeft. Zij houden wel van veel licht, doch de volle
middagzon is minder goed voor haar. Voor het raam
geplaatst doen ze het zeer goed en ook in een bloe
mentafel staan ze snoezig.
Men heeft de cyclamen in alle tinten van het zui
verste wit tot donkerrood, ook met sierlijk gerim
pelde bloemblaadjes.
Nog te dikwijls ziet men op eën, paar stuivers en
koe pt kleine, armoedige planten; voor iets meer
heefi men flinke planten, sterk en vol knoppen, die
wekenlang ons genot verschaffen door haar bijzonder
sierlijke bloemen. Wij zeggen geen woord te veel,
als we de cyclamen juweeltjes voor de Dioementafel
not men.
Jonge planten bloeien mooier dan oudere. Toch
belioeit men de uitgebloeide cyclamen niet weg te
wetpen. Na het einde van den moei houdt men ze
op een koele plaats matig vocniig en zet ze om-
sriteks half Mei buiten. In Juli pot men ze opnieuw
'op en kweekt ze bij voorkeur in een goed geiuchten
bak verder met inachtneming van behoorlijk scher
men. In October en November kunnen ze in een
licht vertrek gebracht woiden. waar niet gestookt
wordt. Daar komen ze van lieverlede in vollen bloei.
Kamerplanten bij uitnemendheid zijn ook de PRI
MULA'S. De behandeling is zeer gemakkelijk. Zij
vragen veel licht en staan dus liefst voor een raam
op het Zuiden of Westen. Als wij ze behoorlijk met
waitr, dat kamertemperatuur heeft, begieten en de
uitgebloeide bloemen geregeld wegknipj>en, vereischen
ze geen verdere zorgen.
Ii het voorjaar geeft men de plant wat nieuwe
aarde en van tijd tot tijd wat, vloeibare mest. In
den zomer zij men er op bedacht, dat de primula's
wel van luwte houden, doch de felle zonnestralen
slccnt verdragen. Op een luw, niet te veel in de
zou gelegen plekje, doen ze het buiten 's zomers
ook goed. Rijkbioeiend en daarom thans veel ge
kweekt is de Primula Obconica van licht tot donker
lila gekleurd en thans zeer grooibloemig.
De oudere Primula Chineuais of Chineesche sleu
telbloem met hare prachitg gerande bladeren draagt
bloemen van velerlei kleur: wit, rose, rood, lila of
blauw. Ze is thans wat uit de mode en toen is het
zulk een dankbare kamerplant, als wij maar wei
nige bezitten.
In de meeste bloementafels is 's winters meer dan
genoeg groen doch men vindt er te weinig bloeiende
gewassen in. De primula's zijn bijzonder geschikt
om dat te verbeteren evenals <je cyclamen- Voor dit
zelfde doel bevelen we de algemeen bekende clivia
tier meteen aan en dan verder de azalea's, cinera-
re..'s en chryssantueu. De he-nea bioeienne bolge
wassen,: sneeuwklokjes, ciocussen, hyacinthen, nar
cissen en tulpen, wmeu we nog even noemen zonder
over hare cultuur aiiniuai uit te weiden. Het vorige
jaar hebben we daar een opstel over gegeven-
De AZaLIa, die als kamerplant gekweekt wordt,
is de Azalea indica, welke uit China afkomstig is.
Ze bloeien van November tot Mei al naar de be
handeling en de soort. Des zomers kweekt men ze
buitten, uitgeplant in den vollen grond of met pot
tn al ingegraven. De beste grond om azalea's in te
kweeken is boschgrond. Turtmolm vermengd met
wat koemest, roet en aach kan vrij goed den bosch
grond vervangen, 's Zomers vragen de azalea's veel
water en nu en dun begieting met zwakken
vloeimest. Begin October potten de bloemisten ze
opnieuw op en plaatsen ze in een goed geluchte,
koude kas. Particulieren zullen zich gewoonlijk moe
ten behelpen met serres en kamers met de ramen
op het Zuiden. In het eerst mogen ze vooral niet
te warm en te droog komen staan. Dit is met vele
gezond; de meeste beginnen erin te kwijnen, Vorst-
avonds gaslicht brandt, is voor de planten zeer on-
te zich op, rekte zijn geweldig lichaam uit, en stapte
naar zijn mexs-eree».
„Morgen gaan wij op reis, Lord I Naar de plaats
waar jij en ik thu.s beaiooren naar ons vaderland!
■En wij komen nooii weer terug nooit weerl'
Mei zijn verstandige oogen zag de hond naar haar
op.
I „Kom! Nu gaan wij afscheid nemen van den ouden
tuin!"
Overal onder de groote boomen lagen de afgeval
len roode bladeren en ritselend sieepre zu ze mede.
Op het meer bloeiden geen waterlelies meer, de
heldere spiegel was bedekt met kroos.
Zij rilde. Hier had zij den nachtegaal hooren slaan
en rozen geplukt, om het sombere huis daarginds
op te vrootljken. Als een verkwister had zij haar
jeugd, haar schoonheid, haar lieide gegeven, om het
leven te verrijken van den man harer keuze. Nu be-
I zat zij niets meer dan haar haat. Die had haar hart
stil gemaakt en haar oog helder en koud. En
niets wilde zij hier vandaan meenemen niets dan
I Lord, den hond, die hier haar eenzaamheid had ge
deeld, en nu de deelgenoot was van haar haat.
Liefkozend gleed haar hand over den slanken kop
vau den hond, die onruBtig snoof, alsof hij on
raad bespeurde. Zij kende den gelen gloed, die nu
in zijn oogen blonk, het trillen, dat door zijn lichaam
ping.
„Zoek, Lord!"
Onhoorbaar draafde hij het pad over, dieper den
tuin in.
Isa luisterde. Haar handen omklemden het hekje
van berkenhout, dat het meer omgaf, haar oogen tuur
den in de schemering ouder de kale boomen. Als
een korte, schorre schreeuw klonk het of had
meeste kamerplanten gedurende de wintermaand
Naarmate de knoppen grooter worden, mogPn etL
azalea's iets warmer geplaatst worden, In bloei ■•4"
ue, blijven ze ln een matig verwarmd vertrek
«v, ei srrifxA
zij vragen dan een regelmatige begieting met ja
warm water. Na het bloeien plaatst men ze spoed*
in een koelere ruimte, b.v. een ongestookte katJ1?
of koude kas. De vruchtjes worden geregeld ver»H
derd. In een warme ruimte laten de uitgebw,?'
azalea's haar blad vallen, daarom eischen ze 46
luchtig verblijf.
Aanbevelenswaardige azalea-soorten zijn: Deutsni
Perle, prachtig, sterk, gevuldbloemig dubben
wit van kleur, idem Sakuntula;, Vervaeneana, bei<j
rose, wit gerand, gevuldbloemig; Simon Marduer h
rood: Emile Liebig en Apollo, donkerrood; idem
T^lo Prev«iHont OswalH dft Kei'khOve. 7.ftlw,»
Flambeau; President Oswald de Kerkhove, zali^,
rig wit, prachtig! De laatste is mijns inziens de a]
fraaiste.
aller.
De mcesie azalea's worden gekweekt in de
be
ving van Gent, waar de bosschen een uitstelten
oi'iin/l invttf n vnfir Hp Plllt-llllT V3.I1 d6Z6
grond leve re n voor de cultuur van deze
fraai bloeiende kamerheester. Wie de ongei-vft^/"
pracht van bloeiende azalea's eens werkelijk btis0j
derjn wil, brenge in Maart of April een bezoek
de beroemde collectie reuzen-azalea's ln den wint^1
tuin van „Kras" te Amsterdam. Zulk een bloem^
woelde kt u men zich niet denken, vóór men de coi.l
lectio bewi nderd heeft. Als bij avond het electri^j
licht die bloemenzee bestraalt, is de indruk nog gjJ
weldiger door haar tooverachtig schoone kleurenhat.f
monie.
Azalea's worden door de kweekers veredeld op n
delingen, die zij van stekken aankweeken. Het entet
geschiedt in Augustus en September in kweekkassen
Zelfs op rhododendrons kunnen azalea's geënt wor.
den. Deze cultuur wordt thans te Boskoop beproefd
omdat men daar goeden grond heeft voor den groei
van rhododendrons, doch niet voor azalea-onderstam
men.
Geheel verschillend van bovengenoemde azalea j.
dica zijn de vollegrondsazalea's, welke voor den t®s
bestemd zijn. Zij bloeien buiten bij goede behande
ling zeer rijk en schitterend.
De cineraria's zijn zaadbloemen, doch kunnen ook
gestekt worden. Zij bloeien in het vroege vooraar
eenige weken lang zeer schoon met forsche scher
men van witte, rose, roode, lila en helder blauwe
bloemen. De zuiver roode en blauwe zijn bijzonder
fraai. Indien men de potten met een bekleedsel
dezelfde tint versiert, maken ze een "fijnen indruk.
De prijzen zijn zoo laag, dat iedereen wel een cine-
rarea kan aanschaffen; ze worden voor enkele stui
vers verkocht.
De heerlijke CHRYSANTHEN, die thans in dei;
nazomer de fraaist bloeiende kamerplanten zijn, mo
gen we niet geheel vergeten.
Als bijna alle andere bloemen vragen ze een koele,
lichte standplaats. In serre's, vestibulen en kamers
op het Zuiden, waarin niet gestookt wordt, kunnen
ze weken achtereen heerlijk bloeien. Zeer mooi ujn
Soleil d' Octobre (geel). Elsie Fulton (wit), Rayon.:
nante (lila, pijpvormige bloemblaadjes), Western Kim
(wit) en Jubilee (lila).
Afgesneden chrysanthen, die gedurig versch m
ter bekomen en meteen opnieuw wat afgesneden wor
den, duren minstens een paar weken. Een drietal ii
een hooge vaas of glas geplaatst, vormen een paai
weken lang een heerlijk bouquet ln de kamer. Eet
of twee bruine takken erbij versterken de herfst-
idee.
Winterbloeiende kamerplanten, alleen geplaatst of
in de bloementafel tezamen gesteld met varens en
andere groene gewassen, brengen vroolijkheid en ge
zelligheid in onze vertrekken. Men neme de proef
ermee en verlusitge zich in haar vroolijken Woesem-
tooi! Het kleine bedrag aan bloeiende plantettVnten
winter besteed, zal men zich niet beklagen; eetsoV
genden winter zet men waarschijnlijk de beun er
nog iets wijder voor open. Koop echter vóór alles
goede, sterke planten!
D. E. LANDMAN.
RECLAiltS-
Niets kwelt u meer dan een Jeukende huidziekte
Aambeien zijn door hun pijnlijk karakter bijzondei
lastig te verdragen. Het jeuken ervan maakt u bijn»
krankzinnig. Zij verwoesten uw slaap en maken i
mismoedig en wegkwijnend. Nooit krijgt ge de mit
ste verlichting-, of gij staat, zit of loopt.
Eczema is niet alleen onooglijk, maar ook besmet
telijk, en het breidt zich schrikbarend vlug uit De
prikkeling is zoo onuitstaanbaar, vooral wanneer P
warm wordt, dat gij bijna niet kunt nalaten om u»
huid open te krabben.
Huiduitslag, puisten, schurft en gordelroos zij'
eveneens zeer pijnlijk en in staat om u moedeloos
te maken. i
Voor aambeien, eczema en iedere jeukende buid-
aandoening is Foster's Zalf zonder wederga Zij doet
onmiddellijk de kwellende prikkeling bedaren, en
geeft een ongekend gevoel van rust. Alnaarmate de
aanwending der zalf wordt voortgezet, heelt de jeu
kende oppervlakte der huid, en de volharding vai
den patiënt wordt ten slotte beloond door een vol
komen en duurzame genezing
Foster's zalf prikkelt de huid niet en doet bai
ook niet te vlug opdrogen. Over de geheele werei'
oogstte zij door haar uitstekende hoedanigheden oh» i
anders dan lof.
Verzekert u, dat gij de e c h t e Foster's Zalf I
Zij is te Schagen verkrijgbaar bij den heer l
gans. Toezending geschiedt franco na ontvang*'
postwissel f 1.75 voor éen, of f10.voor
doozen.
-
zij zich vergist?
„Lord hier!" riep zij telkens, het pad 0Psfl
lerd. .(föl
Zij hoorde de voetstappen niet in het overd®*.
laantje naast haar, zij zag niet, hoe Annuschka8
-
bad
nige gestalte over het grasperk vluchtte, df
sleihts éen gedachte: „Lord!" Waar b»66*
hond toch? ,J
Nog eens riep zij hem. Een gekerm
haar een klaagtoon. Daar lag hij aan den I
met een vreeselijke, diepe wond aan den hals- «b
blik zocht haar. Zij knielde bij hem neder, rukte I
kanten doekje van haar hoofd en drukte het op
wond van het stervende dier. jl
Hij wilde den kop opheffen naar de kleine J18
die hem niets dan goed gedaan had, doch hij
niet meer. Slechts zijn oogen staarden haar aait j
goudbruine oogen, met hun trouwen blik, die"
in tnenschenoogen te vergeefs zoekt. De opoffer
trouw van het dier, dat ieder oogenbl'k berd
zijn leven te geven voor ons. Toen vlei haar
op de houten treden van het paviljoen, waar
echtgenoot onbewegelijk lag, en met een gil 'ie*
er heen.
neen.
In de dichtgeklemde vuist hield hij het g*
de mes, waarmede hij den hond had willen alv'.t#as
Zijn jas was In flarden gescheurd, zijn hemd
doorweekt van bloed, waar de doodelljke beet
getroffen had. „ost
Isa bleef onbewegelijk staan, als verlamd var
zetting, van afschuw. Een bruinrood blad sw®
naar omlaag langzaam als vermoeid, vi
Handelsblad.
neder op Lord.