D Öii Jeukende Huidziekte. schieter; cijferde wondervlug. De kosten, de rente vooruit, administratie, informatieO, hij hoefde eigenlijk niet te informeeren naar meneer Degens, maar ,,de geldgever", de patroon van redder... Hij zelf had, helaas, geen middelen... Die eischte dat steeds. Enfin, om tweehonderd gulden „schoon" in handen te krijgen, op vrij langen termijn... Het ac- leept luidde wel na drie maanden „en te allen tijde na dien," doch dat was „slechts eene formaliteit"... Om tweehonderd te krijgen, ja, 't geld is duur tegenwoordig, hè? Daar moest een acceptje van drie honderd-tachtig voor geproduceerd worden... Dirk schrok zóo erg, dat hij met z'n stoel een eind achteruit schoof, wat geldschieter schaterend in z'n fauteuil deed terugvallen. Meneer had toch heusch niet veel idee van geldzaken... Primo: wist hij toch wel, wie en wat z'n vriend Winter beduidde, in mo- reelen zin...? Of twijfelde hij daaraan?In dè.t geval van geldschieter, zeer scrupuleus van aard, pertinent weigeren om fondsen te verschaffen, zélfs als Dirk er zelf op aandrong... D&ar had hij dus zeer graag antwoord op... Waarna Dirk zich haast te om te verzekeren, dat hij zijn vriend natuurlijk blindelings vertrouwde... Zeker... Maar toch, ziet- u „Secundo" vervolgde geldschieter „neem ik aan, dat u mij, wanneer ik u iets plechtig verzeker, op mijn woord als „gentleman" zult gelooven?..." En de redder keek hem tegelijk streng-uitvor- schend aan Twee dagen later had hij, - onderwijl de angst en de emotie hem het hanteeren van de pen bijna beletten, op het kantoor van geldschieter „voor aval" geteekend Het vreemde woord moest boven zijn naam ge zet. Toen hij vroeg wat 't beduidde, antwoordde redder droogjes: „Als u nu maar schrijft wat ik zeg. Zulk wantrouwen zijn we hier niet gewoon!" Veertien dagen later was Winter verdwenen. Kreeg hij, op kantoor, een briefje van geldschieter om „in zijn eigen belang" ten spoedigste aan te komen Het geld moest er binnen een week zijn. De opper- geldgever was niet te vermurwen", schikking absoluut onmogelijk .Tenzij... tenzij... eene nieuwe handteekening. Maar dan puik, prima!... Anders was er geen quaestie van Radeloos had hij rondgeloopen, dien dag. Den kruidenier naast zijn huis getelefoneerd met verzoek even te laten zeggen, dat-ie door extra-werk niet kon komen etenZeker, direct, meneer Degens! De jongen zal onmiddellijk gaan, hoor!" zei de win kelier, die Dirk tot z'n soliede klantjes telde... Hij had een paar uren rondgeloopen, soms als hij niemand zag, met z'n hoed in de hand, zoo warm had hij 't. Hij was gaan zitten, ergens buiten de stad, en had een glas melk besteld zonder er de lippen aan te zetten. De boerin en haar dochter fluis terden druk over hem zonder dat-ie erop lette Er werd beraad, of men niet de aandacht der politie zou vestigen op den zonderlingen sinjeur, die daar zat te zuchten, al-maar starend op den grond... Maar de boer wou van geen herrie weten. Ging naar hem toe. Vroeg „of-ie de melk bijgeval niet lustte"... Waarop hij met een schrik opstond, een paar woorden stamelde en vertrok... Nageoogd door het boerengezin van de melk... Hoe hij er dien avond toe gekomen was, wist-ie nog niet. Maar op zeker moment stond hij in de luxieuse kamer van den meneer bij wien Lotje sinds een week of wat in betrekking was... Den directeur van de verzekering-maatschappij, die Lotte, op aan beveling van vaders chef-de-bureau op kantoor had genomen... Toen hij tegenover den vreemden me neer, met de groote, blonde knevels, in den makkelijk, donzigen stoel zat... Teen werd 't Dirk eigenlijk eerst duidelijk, dat hij gewaagd had... Wilde hij excuses maken, zeggen, dat hij niet durfde, niet mocht... Meneer moest hem z'n onbeschaamdheid maar vergeven Doch de vreemde, jonge meneer werd heelemaal niet boos. Wond met zonderling glimlachje zijn goud blonde; snor om de slanke, blanke vingers. Telkens, wanneer hij de hand bewoog, schitterde er licht- glimpje in breeden rand van zegelring. Hij wenkte Dirk om te blijven zitten... Weineen, hij w&s niet boos. Kon zich zeer goed verplaatsen in de moge lijkheid dat iemand, door z'n goedheid, bedrogen uit kwam... Was eleganten meneer, 6ok wel gebeurd, ■hoor! Meer dan eens! De zachte, aanmoedigende woorden werkten, ver- teederend op armen Dirk. Hij barstte in snikken uit. Vertelde nu van al z'n angst en verdriet. Meneer ging naar een kast en schonk hem een glas port in. Kom-kom, dat zou 'm goed doen... Bood hem een fijne sigaar aan... Dirk werd door de overstel pende goedheid nog weeker... Stortte z'n hart uit... Vertelde, hoe z'n vrouw elk centje, elk dubbeltje omkeerde uit zuinigheid... Ze h&dden 't niet breed. Met ziekte, en zoo, nog klappen gehad... Lotte d'r leeren had veel gekost... Achterstand, maar zónder hun toedoen, hoor!... En nu dit... Dit... Aan kantoor hoefde hij niet aan te komen. Zijn patroon was een beste man, ze ker... Heel best... Maar van zulk soort dingen- „Nou!" troostte elegante meneer, „we zullen wel eens kijken. Wees maar bedaard. We zullen eens zien..." En hij oogde de wolkjes, uit z'n cigarette opstij gend, peinzend na... Terwijl er in zijn spottende, lus tige oogen iets fonkelde „Ik zal er eens over denken!" zei elegante me neer eensklaps, „ik beloof je, Degens, 'k zal het ernstig overwegen... Beloven doe ik n®g niets... maar ...maar... Afijn, je hoort van me... Ik begrijp Weet-je wat... kom over eene week terugJe snapt, 'k moet eens nadenken... En zoo..." En inziend hoe die week uitstel voor den smee- keling marteling kon brengen, voegde hij er aan toe: „Zeg aan dien ventAan dien geldschieter, hè?... D... Dat je met mij gesproken hebt... An ders niet natuurlijk... Dat zal ik overwegen... Eu elegante meneer keek op de pendule. Dirk wilde zijne handen grijpen van dankbaarheid over die voorloopige toezegging... Maar er trilde electrische schel door het huis... En meneer ontweek open slond. Verbaasd kwam zij naderbij en wierp een blik in de schemerige ruimle, waar de balen in lan^e rijen naast elkander stonden. Dof gronunend liep Lord langs de groote balen, met den neus op den grond.... „Sapristi 1 Roep toch dat beest terug!" klonk da gebiedende s ern van haar man. En terwijl zij den hond riep, kwam hij achter een der lange rijen te voorschijn en ging naar i'i»<ar toe. „Wat jnoet dat beteekenen, dat je mij hier komt bespieden?" riep hij opgewon den, terwijl zijn anders zoo koude oogen fonkelden. ,.Ik zocht je, HansJe hadt immers beloofd, vandaag met mij te gaan wandelen!" Glimlachend en smeekend zag zij naar hem op. „O, zoo!... Ja, Isa, vandaag kan ik niet, maar mor gen stellig! Ga nu maar alleen!".... Hij keek haar na, terwijl zij, gevolgd door Lord, langzaam de gang doorging. Zij wandelde alleen naai de rivier, maar vergat te kijken naar de bloemen die daar bloeiden. Onophoudelijk peinsde zij over de woorden van haar man. Wat had hij er boos uitgezien! Die gedachte kon zij inaar niet van zich zetten, en vroeger dan gewoon lijk keerde zij naar huis terug. Op den stillen straat weg ontmoette zij ten arbeidster met haar mandje en haar blikken kannetje in de hand. Zij had zich ze ker wal langer opgehouden. Verbaasd nam Isa hut meisje op, dal haastig voortliep. Het was een jong ding en bijzonder mooi, met een fijn, beval lm figuurtje. Het donkere haar droeg zij m brecde vlechten om het hoofd; in het bleeke, bekoor lijke gezichtje schitterden de oogen als sterren. Isa bleef slaan, en keek hel meisje na. z'n blik... Ontweek zijne oogen beslist... Dat merkte Dirk toch heel duidelijk. En hij dacht: „Ziedaar nou de ware zielenadel. Hij wil niet eens bedankt wor- Buiten, op straat, schreide hij van dankbaarheid... Natuurlijk kwam het terecht. Iets-slechts kon nie mand van hem vertellen... Hij zou bet geid tot den laatsten cent teruggeven aan eleganten m .ue r Maar op gemakkelijke voorwaarden... Heel anders dan bij dien keelalsnijder... Ik zal zien de boekno„- derij bij De Wolf den slager uit de Nieuwstraat er bij te krijgen... Dat hoeft moeder niet te weten... Dan is 't allicht binnen twee-en-een-half, zeg 3 jaar schoon Hij liep naar den geldschieter. „Komt u afdra gen?" vroeg redder hem met tergend grijnslachje... Maar Dirk was nu moedig, vertelde alles ronduit... En toen werd geldschieter op^c-ns veel vriendelijker. Och gut nog toe, aan hem lag 't waarachtig niet... Als hij iemand kon he.pen... Maar de geld- gèver, zie-je, die kon zoo verdraaid lastig zijn!... ...Dat moeder Lotte dien avond naar oome-Leen- dert had gestuurd, met eene boodschap, waar niks-geen-haast bij was, vond vader ook al vreemd. Eerst de onverschilligheid voor de overheerlijke, vette bokkingen... Ze had die lekkernij haast niet aangekeken. En nu dit weer... Hij werd er onrustig door^ Had willen vragen, maar wist van-ouds dat moeder toch ;geen antwoord gaf wanneer ze geen lust erin had... Opeens kwam 't los, in de halfduistere kamer, waar hij nauwelijks de zwarte figuur van ronddrib- belend vrouwtje kon onderscheiden. „Zeg Dirk!..." Hij schrok ervan. Keek met angstig-ontdane oogen naar den kant, waar hij moeder dacht. Ze stond nu vlak bij hem, eene hand leunend op zijn stoel. Ze boog het hoofd dicht naar vader toe. Zij iets bij z'n oor... En ze vloog achteruit. Want hij was opgespron gen... Schreeuwde van: „Dat kan niet! Dat is een leugen! Dat is onmogelijk! Ik zeg je...'" Met bevende vingers maakte moeder licht. Zulke uitwerking had ze van hare woorden niet verwacht... Wat scheelde vader?! Dat Lotte de vier gulden van het kantoor zou moeten missen, 't was onge lukkig. Maar om er nu zoo van te schrikken... Zoo •over te zijn... Vader wds in dan laatsten tijd prik kelbaar, gejaagd, ongewoon, dat had moeder best gemerkt, al sprak ze er niet over Bij het licht van de lamp zag ze hem staan, boord opengerukt, bloedbeloopen oogen, het schuim op de lippen, de handen woelend in 't haar. „Dat kón niet!" schreeuwde vader, „die man is een engel, een door-en-door brave kerel... Hij zou tegenover LotteHij zou tegen onze Lotte hebben gezegd En plotseling was 't of vader iets duidelijk werd. Hij balde de vuisten, 't Was of hij wilde te-lijf gaan onzichtbare gedaante... Hij begreep nu waarom ele- gante-meneer, bij wien hij om hulp was gekomen... Chef van Lotto, van zijn dochter... Die „geen dag langer op dat assurantie-kantoor mocht blijven," had moeder hem zooeven gezegd, terwijl ze daar bij hem stond, in halfdonkere kamer, vlak bij zijn stoel „Neen!" riep Dirk Degens, nu „neen zeker niet! Je hebt gelijk! Lotte mag er geen voet meer zet ten. Nooit meer! Bij dien schurk. Laten ze dan maar verkoopen ons boeltje... Tot 't laatste stuk verkoopen... Goed, vooruit maar!" Moeder had water en azijn gehaald. Trachtte hem te kalmeeren. Droog, dor-stug vrouwtje had de armen om zijn hals geslagen. Ze schreide van angst en schrik... Begreep niet... Dacht dat deover- spanning, waar vader al zoolang aan geleden had, nu uitbarstte. „Stakkert!" zei ze, haar wang tegen zijn gezicht drukkend, hij heeft te hard gewerkt in den laatsten tijd. Ik heb 't wel gevreesd!" En zacht jes streek zij haar hand over zijn voorhoofd, hem troostend met zachtsussende woorden. „Ja!" zei de officier van justitie tot eleganten- meneer, die naast zijn schrijftafel zat, pratend over klacht terzake van beleediging en mishande ling, hem aangedaan door den kerel, die een paar weken geleden, nota bene, zijne hulp was komen vragen „ja, u moet 't zelf weten. Ik heb u mijne opinie gezegd." En zachtkens trommelend met de vingers op den stapel papier, vóór hem liggend, wachtte Z. E. A. af, niet zonder teeken van ongeduld... ,,'t Is," zei de meneer, met onvaste stem, naar woorden zoe kend, „dat de man dank zij z'n eigen dwaasheid... Stel-je voor, zoo'n tobber moet borg staan voor 'n ander!... 't Is toch te dol, hè?... 't Is dat hij door den verkoop van zijne meubelen, en zoo, in toe stand van wanhoop was gebracht... Dat zou voor mij aanleiding kunnen wezen om..." De strenge, doorborende, koude oogen van den ambtenaar O. M. zochten de vroolijk-prettige van eleganten meneer... Maar de lustigheid was nu uit diens blik, en den officier aankijken verkoos hij ook niet „Dus?..." vroeg de Officier, op z'n horloge kijkend, „dus?..." Elegante-meneer stond op, wilde doen of hij gekrenkt was door de houding van Z.E.A. Een slag in hei gezicht had-ie gekregen „van dien proleet", - hij was voor ploert, voor schurk uitgescholden door den vader van de juffer die op z'n eigen kantoor in betrek king was geweest... Dat krijg je voor jo goedheid.. Nu nog deze impertinente houding van den offi cier... Maar 't was eleganlen-meneex toch, of de strenge, koel-vorschendc oogen van den ambtenaar O. M. hem zijne „pose" van gekrenkt inan vernielden. Zoodat, toen hij, na verzocht te hebben de plainle maar te laten rusten, tegein Lotte's vader door hem ingediend, zijn andcis rosc-wangen echl-wities za gen, hij met nerveuzig tasten z'n briljante das bevoel de... De gui.ig spottende vroolijkheid heelemaal weg was, uit z'n oogen... O, heelemédl... MAïTRE CORBEAU. Dof gromde de hond. naast haar. „Voor de tweede maal zonder redendacht zij pein zend, en vatte hem bij zijn breeden halsband. In den tuin bloeiden de laatste rozen, doch Isa nam ze niet meer mee om ze in de groote vazen op den schoorsteen te zetten. Zij speelde niet meer in den grooten tuin met Lord en haar tred was vermoeid en slepend geworden als van iemand, die een zwaren last draagt. Maar zij gliin- I lachte neg, wanneer zij tegenover haar man zat in de groote, donkere eetzaal, en hij vermoedde niet dat zij wist, wat allen wisten, dat de jongste arbeidster de mooie Annuschka, zijn Ueiste was i En wanneer hij bij den zwijgend gebruikten maal tijd met zijn onverschillig „Gezondheid, kind 1" zijn glas ophief dan zag hij noch den minachtenden glun- lach om haar mond, noch de vonk van den haat in haar heldere, koelie oogen. Hij vermoedde zelfs niet hoe zij hem doorzag, toen hij haar voorstelde op reis te gaan, cm haar vader het lang beloofde bezoek ie brengen. Zij zaten aan tafel, toen hij daarover sprak, en zacht jes rammelde de lepel in de hand van de jonge vrouw „Goedl Dan ga ik overmorgen op reis!' zeide zij langzaam, zonder hem aan te zien. „Lord neem ik mee!" „Natuurlijk, Isa Ais verlicht haalde hij adem en keek naar den hond, die hem met zijn goud-bruine oogen emslig, bijna drei gend aanzag. Of verbeeldde hij het zich maar? - Hij 'hield niet van den hond. Isa sloeg ccn kanten doekje over het haar; in de kamer begon liet reeds donker te worden. Lord richt- planten trouwens zoo; de benauwde warmte woonkamers, waarin kachels worden gestookt p <le'' vrij overigens koel en licht, geplaatst, dat vraeé lrnTnom! n n-A/1 nwAn/l/v <4/% tv.A des CXLI. BLOEIENDE KAMERPLANTEN VOOR DEN WINTER. Velen, die dit voorjaar de fraaie bloemententoon stelling te Haarlem bezocht hebben, zullen zich de oiiueevenaard schoon bloeiende hangers herinneren, op£ou<iii0en in sierlijke ampels tusschen de stijlen i-jiigs ue zijgangen der beide groote hoofdgebouwen; telkens 2 roode planten met een rose ertusschen. Zij waren als met een grooten sluier van elegante bloempjes overhangen. De aanblik was verrukkelijk en weken lang bleef die prachtige bloei behouden. Deze keurige bloemen waren de BEGONIA GLOI- RE DE LORRAINE, ingezonden door een bekwaam kweeker te Aalsmeer. Deze nieuwe Begonia wordt als bloeiende hangplant voor den winter in de laatste jaren in massa's gekweekt. De winterbloeiende begonia's zijn kruisingsproduk- ten van de Begonia Socotra met de Begonia Dreigei als vaderplant. De bloemisten kweeken de Begonia Gloire de Lorraine voort door stek en als ze haar een juiste behandeling geven, behoudt ze in onze vertrekken hare bloemen lang, getuige de planten, op de Haarlemsche tentoonstelling. In huis moeten ze vooral niet te warm hangen, 50 gr. Fahrenheit is een heel goede gemiddelde tempe ratuur. Vanaf December zijn deze heerlijke, vroolijk bloeiende hangplanten tegen matige prijzen in de bloemenwinkels verkrijgbaar. Velen koopen ze voor een aardig Sint Nicolaascadeau. Zij voldoen behalve in ampels ook zeer goed, geplaatst op een gewonen fbioemens-andaaid of tafeltje. Prachtig bloeiende pianten om 's winters onze veruenken op te vroomnen zijn ook de CYCLAMEN oi Aipenvioo.tjes. De cyciamen zijn knolgewassen evenals begonia's en neboen uaitvormige, fraai geteekende bladeren. Een groot aantal fijne bloemen steekt daar elegant boven uit. De bloemisten kweeken ze uit zaad en verkoopen ze tegen zeer matige prijzen. Het publiek dient ze niet te koopen vóór ze flink fn knop staan, of reeds enkele bloemen geopend heb ben. De behandeling in, de kamer is zeer gemakke lijk, hoofdzaak is niet te warm plaatsen; 4050 gr. Fahrenheit is alweer de beste temperatuur. Men moet ze als het vriest vorstvrij houden en geregeld matig begieten met water, dat kamertemperatuur heeft. Zij houden wel van veel licht, doch de volle middagzon is minder goed voor haar. Voor het raam geplaatst doen ze het zeer goed en ook in een bloe mentafel staan ze snoezig. Men heeft de cyclamen in alle tinten van het zui verste wit tot donkerrood, ook met sierlijk gerim pelde bloemblaadjes. Nog te dikwijls ziet men op eën, paar stuivers en koe pt kleine, armoedige planten; voor iets meer heefi men flinke planten, sterk en vol knoppen, die wekenlang ons genot verschaffen door haar bijzonder sierlijke bloemen. Wij zeggen geen woord te veel, als we de cyclamen juweeltjes voor de Dioementafel not men. Jonge planten bloeien mooier dan oudere. Toch belioeit men de uitgebloeide cyclamen niet weg te wetpen. Na het einde van den moei houdt men ze op een koele plaats matig vocniig en zet ze om- sriteks half Mei buiten. In Juli pot men ze opnieuw 'op en kweekt ze bij voorkeur in een goed geiuchten bak verder met inachtneming van behoorlijk scher men. In October en November kunnen ze in een licht vertrek gebracht woiden. waar niet gestookt wordt. Daar komen ze van lieverlede in vollen bloei. Kamerplanten bij uitnemendheid zijn ook de PRI MULA'S. De behandeling is zeer gemakkelijk. Zij vragen veel licht en staan dus liefst voor een raam op het Zuiden of Westen. Als wij ze behoorlijk met waitr, dat kamertemperatuur heeft, begieten en de uitgebloeide bloemen geregeld wegknipj>en, vereischen ze geen verdere zorgen. Ii het voorjaar geeft men de plant wat nieuwe aarde en van tijd tot tijd wat, vloeibare mest. In den zomer zij men er op bedacht, dat de primula's wel van luwte houden, doch de felle zonnestralen slccnt verdragen. Op een luw, niet te veel in de zou gelegen plekje, doen ze het buiten 's zomers ook goed. Rijkbioeiend en daarom thans veel ge kweekt is de Primula Obconica van licht tot donker lila gekleurd en thans zeer grooibloemig. De oudere Primula Chineuais of Chineesche sleu telbloem met hare prachitg gerande bladeren draagt bloemen van velerlei kleur: wit, rose, rood, lila of blauw. Ze is thans wat uit de mode en toen is het zulk een dankbare kamerplant, als wij maar wei nige bezitten. In de meeste bloementafels is 's winters meer dan genoeg groen doch men vindt er te weinig bloeiende gewassen in. De primula's zijn bijzonder geschikt om dat te verbeteren evenals <je cyclamen- Voor dit zelfde doel bevelen we de algemeen bekende clivia tier meteen aan en dan verder de azalea's, cinera- re..'s en chryssantueu. De he-nea bioeienne bolge wassen,: sneeuwklokjes, ciocussen, hyacinthen, nar cissen en tulpen, wmeu we nog even noemen zonder over hare cultuur aiiniuai uit te weiden. Het vorige jaar hebben we daar een opstel over gegeven- De AZaLIa, die als kamerplant gekweekt wordt, is de Azalea indica, welke uit China afkomstig is. Ze bloeien van November tot Mei al naar de be handeling en de soort. Des zomers kweekt men ze buitten, uitgeplant in den vollen grond of met pot tn al ingegraven. De beste grond om azalea's in te kweeken is boschgrond. Turtmolm vermengd met wat koemest, roet en aach kan vrij goed den bosch grond vervangen, 's Zomers vragen de azalea's veel water en nu en dun begieting met zwakken vloeimest. Begin October potten de bloemisten ze opnieuw op en plaatsen ze in een goed geluchte, koude kas. Particulieren zullen zich gewoonlijk moe ten behelpen met serres en kamers met de ramen op het Zuiden. In het eerst mogen ze vooral niet te warm en te droog komen staan. Dit is met vele gezond; de meeste beginnen erin te kwijnen, Vorst- avonds gaslicht brandt, is voor de planten zeer on- te zich op, rekte zijn geweldig lichaam uit, en stapte naar zijn mexs-eree». „Morgen gaan wij op reis, Lord I Naar de plaats waar jij en ik thu.s beaiooren naar ons vaderland! ■En wij komen nooii weer terug nooit weerl' Mei zijn verstandige oogen zag de hond naar haar op. I „Kom! Nu gaan wij afscheid nemen van den ouden tuin!" Overal onder de groote boomen lagen de afgeval len roode bladeren en ritselend sieepre zu ze mede. Op het meer bloeiden geen waterlelies meer, de heldere spiegel was bedekt met kroos. Zij rilde. Hier had zij den nachtegaal hooren slaan en rozen geplukt, om het sombere huis daarginds op te vrootljken. Als een verkwister had zij haar jeugd, haar schoonheid, haar lieide gegeven, om het leven te verrijken van den man harer keuze. Nu be- I zat zij niets meer dan haar haat. Die had haar hart stil gemaakt en haar oog helder en koud. En niets wilde zij hier vandaan meenemen niets dan I Lord, den hond, die hier haar eenzaamheid had ge deeld, en nu de deelgenoot was van haar haat. Liefkozend gleed haar hand over den slanken kop vau den hond, die onruBtig snoof, alsof hij on raad bespeurde. Zij kende den gelen gloed, die nu in zijn oogen blonk, het trillen, dat door zijn lichaam ping. „Zoek, Lord!" Onhoorbaar draafde hij het pad over, dieper den tuin in. Isa luisterde. Haar handen omklemden het hekje van berkenhout, dat het meer omgaf, haar oogen tuur den in de schemering ouder de kale boomen. Als een korte, schorre schreeuw klonk het of had meeste kamerplanten gedurende de wintermaand Naarmate de knoppen grooter worden, mogPn etL azalea's iets warmer geplaatst worden, In bloei ■•4" ue, blijven ze ln een matig verwarmd vertrek «v, ei srrifxA zij vragen dan een regelmatige begieting met ja warm water. Na het bloeien plaatst men ze spoed* in een koelere ruimte, b.v. een ongestookte katJ1? of koude kas. De vruchtjes worden geregeld ver»H derd. In een warme ruimte laten de uitgebw,?' azalea's haar blad vallen, daarom eischen ze 46 luchtig verblijf. Aanbevelenswaardige azalea-soorten zijn: Deutsni Perle, prachtig, sterk, gevuldbloemig dubben wit van kleur, idem Sakuntula;, Vervaeneana, bei<j rose, wit gerand, gevuldbloemig; Simon Marduer h rood: Emile Liebig en Apollo, donkerrood; idem T^lo Prev«iHont OswalH dft Kei'khOve. 7.ftlw,» Flambeau; President Oswald de Kerkhove, zali^, rig wit, prachtig! De laatste is mijns inziens de a] fraaiste. aller. De mcesie azalea's worden gekweekt in de be ving van Gent, waar de bosschen een uitstelten oi'iin/l invttf n vnfir Hp Plllt-llllT V3.I1 d6Z6 grond leve re n voor de cultuur van deze fraai bloeiende kamerheester. Wie de ongei-vft^/" pracht van bloeiende azalea's eens werkelijk btis0j derjn wil, brenge in Maart of April een bezoek de beroemde collectie reuzen-azalea's ln den wint^1 tuin van „Kras" te Amsterdam. Zulk een bloem^ woelde kt u men zich niet denken, vóór men de coi.l lectio bewi nderd heeft. Als bij avond het electri^j licht die bloemenzee bestraalt, is de indruk nog gjJ weldiger door haar tooverachtig schoone kleurenhat.f monie. Azalea's worden door de kweekers veredeld op n delingen, die zij van stekken aankweeken. Het entet geschiedt in Augustus en September in kweekkassen Zelfs op rhododendrons kunnen azalea's geënt wor. den. Deze cultuur wordt thans te Boskoop beproefd omdat men daar goeden grond heeft voor den groei van rhododendrons, doch niet voor azalea-onderstam men. Geheel verschillend van bovengenoemde azalea j. dica zijn de vollegrondsazalea's, welke voor den t®s bestemd zijn. Zij bloeien buiten bij goede behande ling zeer rijk en schitterend. De cineraria's zijn zaadbloemen, doch kunnen ook gestekt worden. Zij bloeien in het vroege vooraar eenige weken lang zeer schoon met forsche scher men van witte, rose, roode, lila en helder blauwe bloemen. De zuiver roode en blauwe zijn bijzonder fraai. Indien men de potten met een bekleedsel dezelfde tint versiert, maken ze een "fijnen indruk. De prijzen zijn zoo laag, dat iedereen wel een cine- rarea kan aanschaffen; ze worden voor enkele stui vers verkocht. De heerlijke CHRYSANTHEN, die thans in dei; nazomer de fraaist bloeiende kamerplanten zijn, mo gen we niet geheel vergeten. Als bijna alle andere bloemen vragen ze een koele, lichte standplaats. In serre's, vestibulen en kamers op het Zuiden, waarin niet gestookt wordt, kunnen ze weken achtereen heerlijk bloeien. Zeer mooi ujn Soleil d' Octobre (geel). Elsie Fulton (wit), Rayon.: nante (lila, pijpvormige bloemblaadjes), Western Kim (wit) en Jubilee (lila). Afgesneden chrysanthen, die gedurig versch m ter bekomen en meteen opnieuw wat afgesneden wor den, duren minstens een paar weken. Een drietal ii een hooge vaas of glas geplaatst, vormen een paai weken lang een heerlijk bouquet ln de kamer. Eet of twee bruine takken erbij versterken de herfst- idee. Winterbloeiende kamerplanten, alleen geplaatst of in de bloementafel tezamen gesteld met varens en andere groene gewassen, brengen vroolijkheid en ge zelligheid in onze vertrekken. Men neme de proef ermee en verlusitge zich in haar vroolijken Woesem- tooi! Het kleine bedrag aan bloeiende plantettVnten winter besteed, zal men zich niet beklagen; eetsoV genden winter zet men waarschijnlijk de beun er nog iets wijder voor open. Koop echter vóór alles goede, sterke planten! D. E. LANDMAN. RECLAiltS- Niets kwelt u meer dan een Jeukende huidziekte Aambeien zijn door hun pijnlijk karakter bijzondei lastig te verdragen. Het jeuken ervan maakt u bijn» krankzinnig. Zij verwoesten uw slaap en maken i mismoedig en wegkwijnend. Nooit krijgt ge de mit ste verlichting-, of gij staat, zit of loopt. Eczema is niet alleen onooglijk, maar ook besmet telijk, en het breidt zich schrikbarend vlug uit De prikkeling is zoo onuitstaanbaar, vooral wanneer P warm wordt, dat gij bijna niet kunt nalaten om u» huid open te krabben. Huiduitslag, puisten, schurft en gordelroos zij' eveneens zeer pijnlijk en in staat om u moedeloos te maken. i Voor aambeien, eczema en iedere jeukende buid- aandoening is Foster's Zalf zonder wederga Zij doet onmiddellijk de kwellende prikkeling bedaren, en geeft een ongekend gevoel van rust. Alnaarmate de aanwending der zalf wordt voortgezet, heelt de jeu kende oppervlakte der huid, en de volharding vai den patiënt wordt ten slotte beloond door een vol komen en duurzame genezing Foster's zalf prikkelt de huid niet en doet bai ook niet te vlug opdrogen. Over de geheele werei' oogstte zij door haar uitstekende hoedanigheden oh» i anders dan lof. Verzekert u, dat gij de e c h t e Foster's Zalf I Zij is te Schagen verkrijgbaar bij den heer l gans. Toezending geschiedt franco na ontvang*' postwissel f 1.75 voor éen, of f10.voor doozen. - zij zich vergist? „Lord hier!" riep zij telkens, het pad 0Psfl lerd. .(föl Zij hoorde de voetstappen niet in het overd®*. laantje naast haar, zij zag niet, hoe Annuschka8 - bad nige gestalte over het grasperk vluchtte, df sleihts éen gedachte: „Lord!" Waar b»66* hond toch? ,J Nog eens riep zij hem. Een gekerm haar een klaagtoon. Daar lag hij aan den I met een vreeselijke, diepe wond aan den hals- «b blik zocht haar. Zij knielde bij hem neder, rukte I kanten doekje van haar hoofd en drukte het op wond van het stervende dier. jl Hij wilde den kop opheffen naar de kleine J18 die hem niets dan goed gedaan had, doch hij niet meer. Slechts zijn oogen staarden haar aait j goudbruine oogen, met hun trouwen blik, die" in tnenschenoogen te vergeefs zoekt. De opoffer trouw van het dier, dat ieder oogenbl'k berd zijn leven te geven voor ons. Toen vlei haar op de houten treden van het paviljoen, waar echtgenoot onbewegelijk lag, en met een gil 'ie* er heen. neen. In de dichtgeklemde vuist hield hij het g* de mes, waarmede hij den hond had willen alv'.t#as Zijn jas was In flarden gescheurd, zijn hemd doorweekt van bloed, waar de doodelljke beet getroffen had. „ost Isa bleef onbewegelijk staan, als verlamd var zetting, van afschuw. Een bruinrood blad sw® naar omlaag langzaam als vermoeid, vi Handelsblad. neder op Lord.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 10