Slot Sonneborn. Woensdag 26 October 1010. 54ste Jaargang No. 480!. Binnenlandsch Nieuws. uur: i!;i 1 'k - Bekendmakingen, Alom»! Nitm- Aiftiiaiii- •f DU nummer bestaat uit twee bladen. GEMEENTE 8 C HAGEN- maar spreker gelooft niet dat het uitzicht hierop schit- terend is. Trouwens heeft de heer Mulder ook al gezegd, dat dergelijke aanvragen zóó veelvuldig voorkomen, dat ze maar opgestapeld worden om na tal van jaren einde lijk eens behandeld te worden. Voorzitter zegtwe kunnen echter straks na het be- MARKTPOLITIE. sluiten tot reparatie wel probeeren. Burgemeester en Wethouders der gemeente Sdiagn Neen, zegt de heer Breebaatt, eerst moeten we dan brengen ter algemeene kennis, dat vanaf den 27en Oc- vragen, voordat we tot reparatie overgaan, tober tot en met den laatsten November a.s., des Don- De heer Jonker meent, dat ze heel goed weten, dat derdags geene rijtuigen op het Noord, op het Markt- we voor dit werk reeds f 5000 uitgetrokken hebben, plein en in de Nieuwstraat mogen worden geplaatst, een bewijs dat het geld er dus is, en dat het dus zeer dan alleen gedurende den tijd voor- op of afladen be- weinig zal baten. stemd, terwijl het uit- ai inspannen van paarden al- Men is er nu algemeen voor, dat genoemd rapport in daar niet zal mogen geschieden. handen van B. en W. gesteld wordt. Overtreding zal gestraft worden met eene geldboete van ten hoogste f 25 of hechtenis van ten hoogste 6 dagen. Schagen, den 25 October 1910. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Burgemeester, J. P. W. VAN DOORN. De Secretaris, ROGGEVEEN. Van Ged. Staten is de goedkeurirg der gemeente rekening ingekomen. 1 Volgt nu van den heer C. Lorrier, onderwijzer te De Voorzitter roept den heer Spaans tot de orde en zegt dat het hier den toelatings leeftijd der kinderen betreft. De heer Spaans zegt nu, er zich wel mee te kunnen vereenigen, maar als ze de moeders nog meer plagen, dat vindt spreker wel wat erg. Hij begrijpt Diets van die onderwijzers. Neen, zegt Voorzitter, dit is niet van dp onderwijzers, maar van den Schoolopziener. Tot stemming overgaande, wordt het voorstel met 4 tegen 2 stemmen aangenomen. Voor de heeren Spaan», Geertsema, Jonker en Smit, tegen de h6eren Schoorl en Breebaart. Hierna volgt de Gemeente-begrooting. Rapport hierover wordt uitgebracht door den heer Jonker. De heer Jonker zegt, dat de Commissie, inzonderheid spreker, slechts twee kleinigheden hadden en wel de - -- 1 V J_L_t11 v uigl li U Mail UOll UUUJL vy. -y- - Kolhorn, een verzoek om eervol ontslag, wegens zijne postensubsidie aan de Ambachts en de Industrieschool benoeming als zoodanig tegen 1 Januari 1911 te Den te Alkmaar. In de vorige vergadering, zegt spreker Helder. zijn we overeengekomen om voor eiken leerling, die Voorzitter stelt voor eervol ontslag te verleenen, ter- gebruik wenscht te maken van de Handelsschool te wijl B. en W. weder eene oproeping zullen doen. Allen Schagen, een vergoeding van f 5 aan die vereeniging toe te staan. De Commissie wilde nu ook aan de twee genoemde scholen te Alkmaar f 5 per leerling geven. Dit voorstel wordt algemeen goedgevonden, alleen wilde de heer Jonker nog het voorstel doen om een maximum te bepalen en wel voor de Ambachtsschool f 26 en voor de Industrieschool f 20. De heer Breebaart is hier beslist niet voor, zijn er zooveel leerlingen die de scholen bezoeken, welnu zoo veel te beter Dit voorstel in stemming gebracht, staak- voor. Hierna komt aan de orde, salarisregeling der onder wijzers, voorstel Jonker, waarover in de vorige verga dering de slemmen staakten. Het voorstel van den heer Jonker was: aanvangs salaris f 650 met opklimming telkens na 3 jaren met f 50.— tot een maximum van f 900.—, dat dus na 15 Raad Barslngcrhorn. H Vergadering van den raad op Dinsdag 25 October, des dienstjaren verkregen zou worden namiddags 2 uur. De heer Spaans, die de vorige maal afwezig was, Afwezig de heer Blaauboer, die door ongesteldheid vraagt 0f er nu evengoed stemming is, en of de stem ten ook nu weer de stemmen met 3 tegen 3 verhinderd is. van den neer Blaauboer op de vorige vergadering uit- Tegen beperking waren de heeren Spaans, Geertsema Na opening door den voorzitter volgt lezing der no- gebracht, ook nu geldt. en Breebaart, voor de heeren Schoorl, Jonker en Smit. tulen door den secretaris, den heer P. Bronder. Nadat Voorzitter hierop geantwoord heeft dat de Voorzitter zegt: hoewel dit punt dus ook weer op de Naar aanleiding van die notulen vraagt de heer Spaans stemming evengoed moet plaats vinden, en dat de stem volgende vergadering zal moeten worden behandeld, of ook de hoofdonderwijzers onder die salarisregeling van don heer Blaauboer niet meetelt, wordt tot stem- knnnen we toch even goed wel overgaan tot vaststel- ming overgegaan mot als uitslag: 3 stemmen voor en ling van de begrooting. Deze wordt nu algemeen goed- 3 stemmen tegen. Vóór stemden de heerenJonker, Rreebaart en Geertsema, tegen de heeren: Spaans, Schoorl en Smit, 01 UUK. Ut) 11UU1UVUUOI u\jx o VUUV1 uiu ~D~-0 begrepen zvjn, waarop Voorzitter ontkennend antwoordt, alleen genieten zij voor het geven van herhalingsonder- wijs nu f 1.— in plaats van f 0.75 per uur. wos Ingekomen stukken le. Een Prov. blad, inhoudende de benoeming tot j)aar (je stemmen nu voor de 2e maal staken, is het kingen goedgekeurd. gekeurd. De begrootingen van het Armbestuur en van het Weezen-Armenbestuur worden ook zonder op-of aanmer- In plaats van de kohieren vast te stellen, zegt Voor- zetters der Directe belastingen van de heeren Breebaart voorstel volgens het regl. van orde, verworpen, en Jonker. Nu krijgen we, zegt Voorzitter, dus stemming over zitter, zullen we eerst maar overgaan tot de rondvraag. 2o. Het rapport van den Rijks-Architect, den heer de regeling, voorgesteld door B. en W. De heer Breebaart zegt: Naar aanleiding van het tram- Mulder, over den toren te Haringhuizen. De heer Mulder j)e tegenwoordige belooningen vonden zij voldoende, ongeluk van Zondagavond j.1 zou ik het zeer gewenscht meent, evenals de heer Swagerman, dat de toren kan aueen wilden zij de termijnen van 5 jaren, terugbrengen vinden dat vanwege de verschill nde Gemeentebesturen, worden hersteld en dat eene deugdelijke restauratie met 0p termijnen van 3 jaren. welke aan deze lijn liggen, verzocht werd om plaatsing anders mogelijk is, dan door eene omkleeding met soort- Alvorens tot stemming over te gaan, mijnheer de van een lantaarn aan de haltes. Spreker zou er sterk gelijke steen als bij den opbouw is gebruikt, nadat vooraf voorzitter, zegt de heer Breebaart, zou ik eerst ee s voor zijn, om gezamenlijk een request bjj de Regeering van aen toren de loszittende huid een steendikte is willen vragen oi, in 't geval ook dit voorstel verworpen in te dienen. De heer Breebaart zegt, dat hier natuur- afgekloofd. De heer Mulder meende, dat eene afdoende wor(jt men direct weer met een ander voor den dag Ijjk ook wel mee gewacht kan worden tot de volgende restauratie van den geheelen toren zou kosten ongeveer ma(? tornen? vergadering. f 50C0.—maar aangezien de heer Swagerman en de Voorzitter antwoordt van wel. De Voorzitter zegt, binnenkort toch weer te moeten Burgemeester vreesden, dat deze som mei toereikend 0e heer Geertsema vestigt er de aandacnt op, dat dit vergadpren, zoodat het idéé dan zeer goed kan behan- zal zijn, waar werkelijk kans toe bestaat stelt de R(jks- eerste stemming zal wezen, dus dat men op eene deld worden. Architect voor, om aan te vangen met de herstelling volgende vergadering eerst nog eens herstemming zou Na de mededeeling dat het suppletoir kohier van den van het loe eeuwsche benedengedeelte van den toren, moeten krijgen. Tot stemming overgaande, staakten Hoofd. Omslag en dat der Hondenbelasting respectieve- daar dit de hoofdzaak is. Na voltooiing hiervan kan 00]j. nu weer d0 stemmen (3 voor, 3 tegen). Vóór waren lijk zijn vastgesteld op f 23 63 en f 9.50, volgt sluiting nagegaan worden, hoe groot het overblijvende bedrag de heeren Spaans, Schoorl en Smit, tegen de heeren der vergadering, is voor de herstelling van het moderne bovwigedeelte, dat Geertsema, Breebaart en Jonker. mttrzive een 50-tal jaren geleden is opgebouwd. By voldoende jn (j0 volgende vergadering dus weer herstemming. middelen, kan dan ook de restauratie hiervan geschie- n0 heer SDaans vraaet of nu de verhoogine van sa- Maandagavond vergaderde in het cafe van den den, en zooniet, dan blijft dit gedeelte behouden; hetgeen larissen afgeloopen is heer J. Jonker alhier de Onderafdeeling Anna Pau zeer voldoende is te achten. De voorltter zegt'van niet daar men wanneer op l?wna de? V.P.N. Zestien leden waren opgekomen. Vooizitter stelt voor dit rapport weer in handen te volgende vergadering het voorstel van B en W ver- voorzitter de heer P. J. \oogd, opende met een stpllpn van R «n IV znndat dip weer advies kunnen volgouuo vergaueung net voor iel au d. en w. vei woor(j van welkom de vergadering. vragen a^don heer sWagerman ^omem ingekomen was een schrijven van den secretaris. De heer Breebaart vindt dit goed, maar spreker heeft Hierna komt aan de orde de stemming over het voor. onlangs in de courant gelezen, dat toen er in een dorp 8tel Van B. en W., betreffende den vereischten leeftijd dat hij beslist op de vergadering kwam, maar dat hij bij het begin nog niet aanwezig kon zijn. Daar na worden de notulen gelezen en goedgekeurd. Naar nabn Amsterdam (meent hij) ook een toren gerepareerd Voor toelating van kinderen op de school, waarover aanleiding van de notulen spreekt de voorzitter zijn .1 r.JTT",.r. ..i1.VT3 W moest worden, door den Commissaris der Koningin ge tracht zou worden een Prov.- en Rijkssubsidie daarvoor te verkrijgen. Zou ook Barsingerhorn dit niet kunnen krijgen vraagt spreker. De heer Geertsema zou dit natuurlijk ook heel mooi leedwezen er over uit dat het met de levering der eieren weer mislukt is. Eén keer hebben we aan den heel tierz geleverd, doch kregen toen dade- wa^ttn«nariLmvp8rt0Aan^kpnTwIprtf dataWel8lagesHal' onderwyzera "bedoeld) meent «preker, worden tegen- onze gemeente rii^/enoeg was er gezegd dat woordig M0 mans, ze vergaderen Donderdags maar in VAArZrur hlf, vi T Schagen, ik vind dat die heeren stout (oppervlakkig hfi/waarlijk ml m gezegd, dat de kosten beschouwd weer) worden en als zooiets de Raad maar bezwaarlijk waren met dezelfde bedoeling natuurlijk, goedvindt vorig maal eveneens de stemmen staakten. B. en W. wilden die kinderen, welke vóór 1 Januari 6 jaar zijn geworden, met Mei toelaten. B. De heer Spaans heeft, voordat men tot deze stemming de boodschap, dat hij ze voorloopig niet meer ontvangen kon, omdat hij er nog geen afnemers voor had. Sedert hebben we er niets meer van vernomen. Ook zien we geen noteeringen meer in de Schager Courant. Aan de beurt van aftreden zijn de heeren J. Oos terman en Jac. Wendel, respect. Vice-Voorzitter en overgaat, nog iets. Die potentaten, (hier worden de Feuilleton. Novelle van SOPHIE HOECHSTETTER. 1. Mijnheer Von Wulffen reed in een allesbehalve elegant karretje, dat hij met veel moeite was mach tig geworden, door een heerlijk Thuringer landschap naar de bergen. Het paard dat het vehikel voort trok was ter eere van mijnheer Von Wulffen eerst nog uit het land gehaald. De jongen die het be stuurde, was niets blij met dit late ritje en zat dus met een knorrig gezicht voor zich uit te kij ken. Het paard haastte zich niet. Mijnheer Von Wulffen had dus alle gelegenheid om het landschap j grondig op te nemen. Hij was een man van ongeveer achtentwintig jaar en zijn scherp en bruin gelaat toonde noch onge duld, noch een slecht humeur. Hij droeg zijn leed blijkbaar met groote lijdzaamheid. Want mijnheer Von Wulffen had dergelijke reisjes reeds meer ge daan en wist dus ongeveer wat hem in zulk een afgelegen oord te wachten stond. In opdracht van een jonge, vorstelijke dame, die veel behoefte be zat naar eigen zelfstandigheid, maar over beperkte middelen beschikte, reisde hij rond om een slot te zoeken. En daar de koopsom niet te groot mocht zijn, kwamen alleen verafgelegen goederen in aan merking. Een advertentie had meneer Von Wulffen op dit Pad gebracht. Het slot Sonneborn bevond zich ^ht kilometer van het naaste spoorwegstation, acht kilometer, die de adellijke dame, door de automobiel, die zij gelukkig bezat, spoediger kon overrennen dan nu met den ouden schimmel gebeurde. Mijnheer Von Wulffen vond, dat een slot dat den naam van Sonneborn droeg, geluk moest aanbrengen en bovendien beviel hem het landschap uitermate, langzaam, maar steeds stijgend slingerde de straat weg zich tegen den berg omhoog, en mijnheer Von Wulffen dacht bevredigd, dat de automobiel gemak- elijk naar boven zou kunnen komen. Somwijlen bij een bocht bood de straatweg een mooi vergezicht over de bergtoppen, waarachter een aJJwe verte schemerde, we rt wagea bad eindelijk de hoogte bereikt. Nu d bet paard wat opgewekter, de jongen rekte Secretaris-Penningmeester. De eerste wordt bij acclamatie herkozen en neemt ie herbenoeming aan. Van den heer Wendel is be richt ontvangen, dat hij niet meer in aanmerking wenscht te komen. Besloten wordt de functie van Secretaris-Penning meester te splitsen. Als secretaris wordt gekozen de heer W. Kleijn en als Penningmeester de heer J. van Nuland. Beiden nemen hun benoeming aan. Vast gesteld wordt, dat er 5 cent per stuk besteed mag worden voor de inning der quitantiën. Evenals 't vorige jaar wordt de contributie weder bepaald op f 1.30. Punt 4 van de Agenda: Rekening en verantwoor ding wordt uitgesteld, omdat de Penningmeester nog altijd niet verschenen is. De begrooting van 1911 wordt met algemeene stemmen vastgesteld. De inkomsten worden geraamd op f 52. Met het oog op de kas wordt besloten geen afge vaardigde te zenden naar de Afdeelingsvergadering. De bespreking van de agenda dier vergadering blijft daarom achterwege. Evenmin zullen door de Onderafdeeling voorstellen Voor die vergadering worden ingediend. Met algemeene stemmen wordt de prijs der broed- eieren (die van loopeenden inbegrepen) voor de le den vastgesteld op 5 cent. Niet-leden zullen minstens 7 cent moeten betalen. Ruiling van eieren met niet-leden wordt niet toegestaan. Mocht de markt prijs hooger zijn dan 5 cent, dan zal men dien prijs moeten betalen. Tot leden van de commissie voor het keuren der foktoomen worden benoemd de heeren P. J. Voogd, J. Oosterman en P. Keuris Jz., die voor zoover ze aanwezig zijn, hunne benoeming aannemen. Een voorstel tot het houden eener tentoonstelling in het volgende voorjaar, wordt vooral met het oog op de kosten, verworpen. Punt 11. Verrassing, bestond uit de verloting on der de aanwezige leden van een buforpington fok- haan. Gelukkige winner was de heer Lunshof. Ofschoon de Penningmeester nog altijd op zich laat wachten, wordt thans overgegaan tot de reke ning en verantwoording. De heeren Kleijn en Nuland belasten zich met het nazien ervan. De ontvangsten hebben bedragen f 72.48, de uitgaven f 68.10%. In kas moet wezen f4.37%. Daar echter geen quitan- ties aanwezig zijn, gaat een juiste bepaling moeilijk. Bij de rondvraag stelt de heer Oosterman voor een foktoom van wit leghorn, patrijs leghorn of zwart minorca aan te schaffen. De heer Schenk vreest, dat het te veel zal kosten. Hij denkt bovendien, dat hier wel goede kippen rijn. De heer Blaauboer is het met Schenk eens en blijkbaar het meerendeel der vergadering, want het voorstel wordt verworpen. De heer Blaauboer wilde wel inlichtingen over de veiling te Amsterdam. De heeren, Oosterman en Schenk, die er geweest zijn, kunnen er niet veel goeds van vertellen. Zij achten een mijntoestel zeer wenschelijk. Nadat er nog over gesproken is, dat het Bestuui zal trachten goede afnemers voor de eieren te vin den, sluit de voorzitter. HOLLANDS NOORDERKWARTIER. De Vereeniging lot ontwikkeling van den. Land bouw in Hollands Noorderkwartier", zal hare najaars vergadering houden op Woensdag 16 November 1910, in het Koffiehuis „De Doele" te Purmorend. De punten van behandeling zijn de volgende: Rapport omtrent het bevorderen van goed melken door meisjes. Rapporteur de heer Dr. L. T. C. Sdheij. Mededeelingen omtrent a. onderwijs aan boerendochters, door den heer C. Nobel; b. de cursussen in landbouwboekhouding, door den heer G. Nobel; c. de vakschool voor kaasmakers, door den Iner J. Best Nz.d. de inrichting tot rei niging van afvalwater bij Zuivelfabrieken door den heer J. Winkel. Benoeming van een ondervoorzitter. Benoeming van eene commissie tot het onderzoe ken der rekening van dit en der begrooting van het zich wat uit en na een kwartiertje reed men een hollen weg in en de hofsteden van het dorp Son neborn lagen daar. Mijnheer Von Wulffen had zoo de gedachte een net herbergje te zullen vinden onder de groene lin den, half verscholen. Niet heel erg verheugd was hij, toen het wagentje voor een donker gebouwtje stil hield, dat naar zijn vervallen staat te oordeelen een slecht onthaal voorspelde. Het heette „In den Her tog August". Mijnheer Von Wulffen was een kalm, onderzoe kend man. Nog terwijl hij in den hof stond te kij ken naar het afladen zijner bagage, overwoog hij de gedachte, of vroeger de directe verbinding ge vende straatweg naar de residentie niet door Sonne born had geleid; of dat er misschien in den omtrek uitgestrekte jachtvelden lagen? Misschien had hertog August de herberg wel meermalen bezocht. Het was al lang geleden, dat August over Gotha had ge- heerscht en nu lag de herberg, van allen glans en heerlijkheid ontdaan, daar in een vergeten hoekje. Mijnheer Von Wulffen kon een groote kamer op de eerste verdieping krijgen. Daarin was een vee- rentoren, dien men bed noemde, een lange tafel en een paar stoelen. Deze ruimte was niet heel wel geschikt, om mijn heer Von Wulffen wat op te vroolijken. Hij gaf zijn koetsier zijn loon plus een fooi en ging daarna op weg om het slot te bezichtigen. Hij liep den hobbeligen straatweg langs en kwam al vrij spoedig aan een ouden muur, die bepaald wel den slottuin begrensde. Er was een groote groe ne poort in en daarnaast een kleine deur. Dit deurtje was gemakkelijk open te maken en nu stond mijnheer Von Wulffen op een groote gras vlakte. En hij zag het slot In het eerste oogenblik kon van dit gebouw geen geschikte woning worden gemaakt Maar die ont goocheling duurde niet lang. Bij nader inzien be merkte mijnheer Von Wulffen dat er, trots alle ver- waarloozing, voor hem lag een mooi Gothisch ge bouw. Bij het naderkomen onthulden zich steeds meer de mooie vormen en de kalme toeschouwer bemerkte al spoedig, dat hij voor een prachtigen gevel stond. Wat merkwaardig stil was het hier. Zoo gansch verlaten lag alles. Mijnheer Von Wulffen keek om zich heen. Daar voerde een kleine allée van kastan jes naar een huisje in empirestijl met witte zuilen; rechts van het slot wederom achter muren vertoonde zich een heerlijke Fransche tuin. Het ziet er hier werkelijk prachtig uit, dacht mijnheer Von Wulffen en hij liep langzaam op het portaal van het slot toe. Toen mijnheer Von Wulf fen aan den belknop trok, knarste er wel een oude draad maar de bel die er eenmaal aan had vast gezeten, gaf geen geluid meer. Mijnheer Von Wulf fen trad binnen. Moediger geworden liep hij de hal in. Alles bleef stil. Toen steeg hij een torentrap op, herhaalde hier zijn kloppen en roepen en met een kloek besluit draaide hij eindelijk een deur open. Hij keek in een zeer groote kamer. Die was met rococomeubels opgesierd. En in een ouden leunstoel aan het venster zat een grijsaard. Hij sliep en hoor de den binnendringer niet. Mijnheer Von Wulffen bleef besluiteloos staan, een oogenblik in vrees óm gerucht te maken. Dat is zeker de familiezaal, dacht hij, vluchtig de portretten monsterend. Maar hij herkende ze spoedig,, het was een galerij van beeltenissen der Lodewijken, de Koningen van Fran krijk. Mijnheer Von Wulffen maakte de deur zachtkens achter zich dicht. Hij verwonderde er zich vluchtig over, dat zulk een oud heer zijn bezit wilde verkoo- pen. Ook op den terugweg ontmoette mijnheer Von Wulffen niemand. Een wonderlijk huis. En de be zoeker bevond zich weer buiten. Nu was de zon reeds ondergegaan. Een lichte schemering scheen het uitdeinende weideland nog te verdiepen. De vogels sjilpten en door de groote stilte I klonk hun opgewekt gezang. En plotseling weerklonk een andere toon. Een heldere, zachte, melancholieke fluittoon. Een onzichtbare kunstenaar floot een lief, eenvoudig maar diep gevoeld lied. Het klonk en stierf weg als verdronken in de stil te van den avond. Mijnheer Von Wulffen werd het 1 wonderlijk te moede. Hij voelde meer dan hij het I wist, dat het hier roerend schoon was. Albrecht von Wulffen duwde weer het kleine, groene poortje open en liep de dorpsstraat verder langs. Hij wilde zien, of er nog een boomgaard of iets dergelijks achter het slot lag. En vervuld met allerlei gedachten, liep hij doelloos op den straat weg voort, totdat hij aan een nieuwen muur kwam, waarboven een paar kruizen uitstaken en ver daar achter stond de kerk. De afgezant eener vorstelijke dame, die een ro mantisch slot begeert, moet ontvankelijk zijn voor alle dingen van het verleden, anders was hij be paald niet de uitverkorene geworden, om een derge lijke opdracht uit te voeren. En daar Von Wulffen steeds nog niet wist, hoe de bezitter van het slot heette, viel het hem in, dat het kleine kerkhof be paald den geslachtsnaam wel zou vermelden van de heeren van Sonneborn. Zoodoende liep hij het kerk hof op. Maar wat hij het eerst op het kerkhof zag was iets dat weinig met den dood gemeen had. Hij zag een eenvoudig gekleede voorname dame, die daar op een steen zat'. Zij deed niets. De handen lagen op de knieën en zij keek kalm en gelaten over het kerkhof heen, waarvan het gras hoog stond en de grafteekens hier en daar onzichtbaar maakte. En mijnheer Von Wulffen lachte. Wonderlijk land dat Sonneborn, dacht hij. Dat gezicht, dat daar afge wend van hem en profiel zichtbaar was, zoo .was er maar éen op de wereld. Het moest bepaald gravin Leijden zijn, wier portret hij uit de boeken kende- Ja, en waarom zou gravin Leijden zich niet even goed op Sonneborn kunnen bevinden als hij Al brecht von Wulffen? Er konden nog wel meer da mes zijn die Sonneborn wilden koopen. Had hij de gravin in een groote stad ontmoet, in den D-trein of op de een of andere promenade, dan zou hij haar niet hebben durven aanspreken, alleen onder het motief, dat hij haar boeken had gelezen en haar uit haar portret herkende. Maar hier in Sonneborn scheen hem alles anders. Daar leek zij hem een bekende uit zijn wereld. En zoodoende trad hij nader, nam zijn hoed af en zoo vast was hij overtuigd dat portret en gestalte éen moesten zijn, dat hij haar met den titel van een boek begroette: „En de levende heeft gelijk," zeide hij tot haar. Een korten blik uit de mooie zachte oogen trof hem en dan antwoordde een rustige stem: „U heeft dat mooi gezegd. Ik ga menigmaal hier heen,om dat te voelen." Albrecht von Wulffen noemde nu zijn naam. „Is het niet erg onbescheiden gravin, dat ik u herken?" Gravin Leijden, een dame van ongeveer vijfenveer tig jaar, stond langzaam op. „Hoe kent u mij?" vroeg zij. Maar het antwoord van mijnheer Von Wulffen werd onderbroken door de komst van een man, die er zeer gezond uitzag en wiens kleeding uitwees, dat hij tot den geestelijken stand behoorde. „Is het niet te koel, gravin?" „Neen, pastoor Hart. Maar mag ik de heeren even aan elkaar voorstellen. Mijnheer Von Wulffen was besloten nog geen af scheid te nemen. Hij gruwde van dien veerentoren, dien men in de Hertog August bed noemde, en dien hij straks verplicht was te bestijgen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1910 | | pagina 1