Be roode Geranium.
pi
le Hen van den Kouden Grond.
r
Zaterdag 3 Augustus J9iÜ.
•"Ge Jaargang. No. 5158.
TWEEDE BLAD.
vóór zich met die roode vlek op de borst, als eene
wonde aan het hart.
Den volgenden ochtend ging hij haar niet als ge
woonlijk in bed goeden morgen zeggen. Dat speet
baar, wa,n,t zij had gehoopt dat hij met dien mor
genkus haar de toestemming op hare vraag zou ge-
geven hebben. En zij stond op, vast besloten om
den strijd vol te houden. In de eetkamer zette zij
alz eene nitdagiing de roode geranium In een gla,s
midden op de tafel; zij treuzelde wat met haar brood, j
in de hoop dat papa binnen, zou komen en zien dat
zij bleef vasten. Mijnheer Mazai kwam even aan de
deur, en liep, toen hij zag dat zij niet at. dadelijk
weg met diepe rimpels in zijn voorhoofd.
Maar Alba gaf den moed niet op. Zij was gewoon
eiken morgen in, een, knoopsgat van zijne overjas eene
bloem te stekenhij moest altijd met de herinne
ring aan haar uitgaan. Zou hij dien ochtend uitgaan
zonder zijne bloem?... 't Scheen zoo; want 't werd
hoog tijd voor hare school, en hij kwam niet. Ein
delijk moest zij er toe besluiten hare boeken, en
(Slot.cahiers uit hare kamer te gaan halen. Toen zij naar
Na het droevig middagmaal ging Mazizi, onnoodig bhmeiv wilde gaa^., kwam haar vader er juist uit.
hard steppend. de deur uit. en het jonge meisje be- Zoa 'Wf In stilte haar eigen opstel zijn Baan lezen,
gou aan haar opstel over het arme gezin en den rij- «ooeje hd wel meer deed? Och. hoe gaarne was zij
[ken weldoenenr voor eni op de kuTeen gevallen, om zich zelve de
Het avondeten was niet vroolijker dan het din,er. '^"hde te besparen van dat n e e n. dat zij nu in
Alba gebruikte niets dan een stukje brood, dat zij scllo°j ™u moeten uitspreken. Maar ze zet Been
voorgat met moeite naar binnen te krijgen. Totdat ,v-'<"rd- f!« «W» boeken en schriften mee. nog steeds
de vader eindelijk zijn geduld verloor, en zijne boos- 1,1'sterend. met een laatste flikkering van hoop. Ach
heid kwelde aan mevrouw Mazzi: neen!... De hulsdeur werd hard toegeslagen. Geen
„Maar bemoei jij je er toch eens mee! Hoe is het hoop meer.
Imogeiijk dat je dat kalm aanziet!Kan jij niet
Uit. het Italiaansch
1 EDMONDO DE AMICIS.
jeei),s een, woordje zeggen, tegen dat brutale kin,d, dat
Zij liep
laat mogelijk in school
Eïft vasten om haar vader verdriet aan te doU?" k<,m<?": de kinderen zouden dan al op hunne
„Och. je weet immers heel goed dat er met Alba ""Ï.L2. ."ff?
tniet te redeneeren valt," zei de moeder dood kalm. 0*"" "1 fi"*"
|,,En eigenlijk... toont zij dat zij een goed hart heeft.
Geef haar haar zin en laat het daarmee uit zijn.
pat is het'eenvoudigst, dunkt mij."
Mijnheer Mazza sprong driftig van zijn stoel op:
J „Wel nu nog mooier! Een prachtig opvoedings
systeem! De moeder die nog onverstandiger is dan de
[dochter! Maar begrijp je dan niet dat, als ik dien
werkman, terugneem, ik ze allen, zou moeten terug-
tnemen, en dat ik daardoor een bewijs van zwakheid
zou geven, en alle gezag in mijn fabriek verliezen
Hoe is
ik soms ongelijk?'t Is plezierig ais je eigen
jgezin je afvalt:''
En, zijn, servet nijdig op de tafel gooiend, ging hij
naar zijne kamer, waar hij in het donker zijne woede
[bleef zitten verbijten, echter aandachtig luisterend,
'in de verwachting Alba te hooren aankomen om hem
als naar gewoonte goeden nacht te zeggen. In stilte
hoopte hij dat zij vergiffenis zou vragen op dat uur
tje van teedere ontboezemingen tusscken ouders en
kinderen. Eindelijk hoorde hij haren stap op de gang,
pn hij ging stijf rechtop zitten, als om zich schrap
te zetten tegen de weekheid van zoo maar dadelijk
vergiffenis te schenken. Toen hij het bevallig figuur
tje zijner dochter Dïet weifelend en bedeesd, maar
(vastbesloten naar zich toe zag komen .voelde hij
grooten lust baar innig aan zijn hart te drukken.
Klaar hij bedwong zich.
ben om met haar over die zaak te spreken. Zij wee>t
nog niets, en zal misschien lachend en vol hoop
naar mij toe komen, en dan moet ik haar die treu
rige tijding brengen. Dan zal ik haar nog bleeker
dan anders zien worden, met oogen vol tranen! Hoe
zal ik dat kunnen verdragen!
Maar toen Alba gelijk met de onderwijzeres in
school kwam, zag zij Maria al op hare plaats zitten
in de voorste bank; de koele, sarcastische uitdruk
king, waarmee hare oogen Alba's bewegingen volgden,
bewees dat zij reeds alles wist, O, hoe sneed die
mogelijk dat Je "dat niet Tniët!Heb vijandige blik de goedhartige Alba door de ziel:
- - Schijnbaar fier, maaf^ inwendig bevend liep zij voorbij
haar schoolmakkertje, dat haar bijna sissend in 't
oor fluisterde:
„Je vader is iemand zonder hart."
Alba liep wankelend door na,ar hare plaats.
De les begon, maar Alba hoorde cr niets van. Die
weeselijke woorden gonsden haar onophoudelijk in de
ooren. Nu en dan keek zij ïiï stilte naar hare vriendin,
die over haar werk gebogen zat; en bi) 't zien ya.n
die Ijeenige schoudersdat magere halsje, dacht zij
aan de (Ontberingen die haar vader dat kind deed
lijden; cn zij had moeite niet in tranen uit (e barsten.
De onderwijzeres, een brave huismoeder, die terwijl j
zij les gaf in stille do kleeren van hare vijf kinderen
verstelde, verzocht Alba maast haar op hei bankje te I
komen slaan en haar eigen opstel voor te lezen. Het i
jonge meisje dood wat haar gevraagd werd; maar toen
.Goeden nacht, papa!" zei het jonge meisje kortaf j '!aar Pnarer <le klasse stond, mei hel cahier in
j) bn koel. handen, begaven haar bijna de krachten; I was eene
I „Heb je mij niets anders te zeggen?" marteling vlak vóór Maria Cinzano dat se:haal te moe- i
I Een oogenblik aarzelde zij. cn zei toen: lel! ^IdidlB haar die Mi arm'gezin
Si Tl ..Noem Cinzano terug." Iedl- 'V:it 0011 'bl'cre spot! Zij begon ie rezen, me'
De vader sprong op van zijnen stoel: zwakke stem en doffe oog» alsof zij «ene acte van
„Wat! Durf je daar weer mee aan te komen?beschuldiging legen haar vader moest oplezen Zij keel;
ïait is al te erg'!..." riep hij driftjg-, „Neen! zes: ik !ilic vlic ,in "ïulnan; maar voelde dal bij: elke iiitwci-
e, neen! Heb jo 't goed verstaan? Neen. nooit! al <hng over goedheid van den dcnklxvldigen weldoener
.leef je eene maand lang vasten!... Ga naar bed!" Spoladhhge glimlach prelde om den mond van dat
"h Hot kind ging hoon, zonder verder een woord te kuid- \v!cn haar vader hel dagelijksch brood weigerde.
eggen,; maar uit hare geheele houddng sprak vast- ',Icl cahier liihle tusschen hare vmg:rszij ging echter
lesioteaiheiid om den strijd niet op te geven door- steods hiooIccr wordend, steeds inct zwakker stom.
Maar opeens toen zij. om do laats!© regels te lezen.
Een uur later ging mijnbeer Mazzi nll luisteren htod omeldeg. Woel zij <le oogen wijd open. kij-
,an de deur van Alba's kamer. Toen hij baar zacht «P onbirsulircyen binelzijde. alsof zij daar iels
in rustig slapende hoorde ademhalen, trad hij be- onverwachts, iets heerlijks zag.
ioe>dzaa,m op de toenen, binnen. Het kind lag op v, Tu ZCI <U! ^jderwijzeres.
ïaren rug in bed. Nog nooit had hij haar zoo mooi ^aar Alba ging met «doorhaar oogen g insterdeii,
©vonden; maar de uitdrukking van 't lieve gezichtje hare wangen geiden. Opeens als onder ccne inge-
fcvas droevig: het kleine mondje stond als bij een v,.nÖ ^dieunde zij, dat open blad uit het cahier en
pruilend kipd, dat op 't punt is van te gaan schrei- wierp het -naar Maria Cinzano. die liet verwonderd
En °P eeus bcefd® hij over al zijne leden: door v6ór haaV °P e hank lc,> ioeï} bo?S f1-1 het h?°ky
dunne deken heen zag hij, dat zij de armen over ,en weende. Alba sprong van het bankje cn kuste
fe borst gekruist had als een, doode. In zijnen op- iaar °P hct ha?fd- 9° vriendin omhelsde haar har le-
etAvonden toestand verbeeldde hij zich te zien dat e" 3561 smkkcml 200,11 3311 haar -?>crgee.;
„Ja, zeker", aniwoordde Alba met eenen slim men Har
glimlach, „die ingeving van het bouquetje. Ik hoorde
ii bij mijn deur hoen en weer lo ipenik vyist wc! dal
u teil- slotte zoudl binnen komen. Toen nam ik .1
bouquelje van Maria Cinzano. en hield mij slapende. Ik
dacht j>: pi is zoo goed... als jiij ziet dat ik dat ruikertje
op mijn hart Jieb, zal hij medelijden krijgen en...j
doen vrat ik hem vraag.'
Advocaat Bolcri bchte hartelijk. Maar de vad:r zri
veroniwuardigJ
„Dat spijt me! Is alles dus komedie gpweestr Dal
vergplt heclemaal mijn genoegen.'
„Kom, komzei vriend Bolcri. „Heb jij iiicl g. -
ze^i dat je de werklui zoudl bestrijden mei alle v\;i
pens. die jo ten .dienste stonden'Je dochter heeft
<wn haar doel te bereiken volgens jc eigen beginselen
gpthanideld.*'
.jAelli. .popi", zei Alba, haar handje licfkoozend op
zijnen arm leggend, „zet toch nie'. zoo'n Icelijk gezicht,
nu u juist zoo bijzonder lief bent geweest. 'Jk wil
niet dat u nu boos zult zijn.' 'En naar een hoó?k
van het vertrek loopend nam zij <!e geranium van hare
vriendin uil het glas, cn stak die in oen knoopsgat van
haar vaders overjas. „Kom vadertje-lief, ga nu vroo-
1 ij:k en welgemoed, naar de fabriek. Cinzano komt daar
ook. Wees nu zoo goed. voor hem als u op mijn cahier
beloofd hebt; denk er aan dat u de bloem van zijn
dochter op uw hart draagt.'
De vader keek haar een oogenblik aan, en drukte
toen een kus op haar voorhoofd.
Zoodra hij echter op straal .was, zei hij nadruk
kelijk tegen vriend Bolöri
„Dit is nu de laatste maal dat ik haar in zoo
iets toegeef, daar doe ik een eed op.'
„Wal!" zei de vriend op vroolijken toon,-,,'! is de
.eerste maalIk bedoel 't is de eerste van een nieuwe
reeks overwinningen, zooals je dochter misschien de
eerste is van een nieuw geslacht van jonge meisjes.
Ja, beste vriend, al de gfroote maalschappelijke strijd
vragen beginnen met schermutselingen tusschen ouders
en kinderen. Ieder nieuw, denkbeeld gaat oorspronkelijk
uit van het gezin. Wat zal ik je zeggen? Jij verbeeldt
je dat je dochter alleen wat goedhariiger is dan jij
Wie weet of zij niet ook verder ziet dan haar vader!
Jij bent de negentiende, zij is de twintigste eeuw, die
tegen elkaar gewapend optreden.'"
„Dwaasheid! allemaal dwaze begrippen!'' antwoord
de Mazzi. het voorhoofd fronsend, en onwillekeurig
maakte hij ceane beweging als om de geranium uit
zijn knoopsgat te nemen.
„Xecn. doe dat niet!' zei Bolcri, zijne hand legen-
houdend. „dat zou niet aardig zijn. En daarbij... die
bloem staat je goed. Je lijkt daarmee wel twintig jaar J
jonger."
De fabrikant haalde de schouders op: maar toch
glimlachte hij cn liet de roode geranium in z\jne jas
steken. N.R.Ct.
■sp' I.
Wil
Binnenlandsch Nieuws.
ïC>
zij sedert diien, middag al magerder was geworden:
1 het neusje was scherper dan anders. Voorzichtig nam
l mij;
Op het Iaalste blad van liet cahier stond in g/oo'e
hij rle armpjes van, hare borst wer,vreezend dat die
Örukking haar onaangenaam zou zijn; maar plotse- "l ^TV>^'
8 trok hij zich terug: tusschen hare vingers zag
jij eene roode vlek als van bloed. Naderbij komend
Tierkende hij de roode geranium van, Maria Cinzano.
Hij herademde. En een tijd lang bleef hij in ge-
zano dal haar vader in de fabriek terug mag komen
en dal hij. welkom zal zijn.''
Bevend van blijdschap en dankbaarheid rende A'.ba
van school naar huis. zoo hard dat de dienstbode
wervelwind siovmde
öachten verzonken. Arme Alba! Zij hield 't bloempje lliet11kou '"JRouelen. Als een
Van hare vriendin tegen de borst gedrukt. Zij was J Ice kamer in\ v,°<t>.?1 ^lon,
1°'
be
de
ri
BL
fc En
tegen de boret gedrakL Zij wan f1" ,Yader om den bals,
ich een lief, medelijdend kind! En tegelijk stond cn kus,,e h™ zo" hartelijk <bl hij de tranen in zijlie
em bet beeld voor oogen van dat andere kind. dat °"Se".kree«' fe»! na die omhelzma zag zij het joviale
lezen nacht misschien niet kon slapen van span! van i'1™ Beien, met tvie.1 mijnheer Mazzi
'lag over het lot van haren vader. Maar... neen' °P P™.! sl?.?d TOtt 'e.»an:
die menschen hadden van, Alba's goed hart misbruik
„Zoo! Zool" mompelde de vader goedig, „als ie je
".""nwvu HO.UGCH v tui avi uci swbu ua.ru m isnr 111 ir 1 -
■maakt en den vrede in zijn huis verstoord. Dat ?u, lliaar met verbeeldt dat ik door je kopp:gnei-i,'
llendige volk! Arm kind... Maar hoe was 't mogelijk toegf>gevc£n.
- s y En de moeder zei, zacht en kalm' als altijd, .glim
lachend
„Neen, 'l kwam door de bloem, die p-.pi je in
lat zij... op haar leeftijd... al zulke ideeën had.
kind van hem, besmet door het socialisme!...
En hij voelde den lust opkomen, haar die besmetting
"nbrengende h.oem uit do handen te nemen. Hij S «n fëde
jegreep echter dat dit onkiesch zou zijn, en nadat
zijn dochtertje nog een poosje met liefde ha,d
■^'gadegeslagen, ging hij zachtjes de kamer uit.
In zijne droomen zag hij telkens dat slapende kind
ingeving gehad'
zei het jonge meisje, vroolijk ïn de handen klappend.
„Wat! een go-ede ingeving?'' yracg do vader ver
wondend.
Kaad van »Warmenhuizen.
Vergadering van, den Raad dez6r gemeen,te op
Donderdag 1 Augustus 1912, des voorin. 10 uur.
Voorzitter Burgemeester Blom.
Na opening volgt lezing en goedkeuring notulen.
Ingekomen: Dankbetuiging van het onderwijzend
personeel voor de wijziging en verbetering van hun
jaarwedden. Verzoek van de woningbouwvereenigi 11 g j
om grond van de gemeente fe mogen aankoopen. j
Eenzelfde verzoek van den, heer J. van Diepen. Be
schikking -van Ged. Staten, dat de huurwaarde van i
de woningen van Hoofden der Scholen te Warmen-
huizen en Schoorldam respectievelijk wordt bepaald I
op f 3ÖQ en f 2 50.
Door Ged. Staten is goedkeuring verleend op het
besluit tot het ondershand«ch aanbesteden en. do in,- i
stalleeriiug der gasfabriek, door de firma Bakker en
Spruit van Den Helder. Hot ko-hier Hoof del ij ken Om-
siag is goedgekeurd door Ged. Staten. Schrijven van
het Hoofd der School te Schoorldam, de heer Van
Veen, om de verliooging voor een bijacte wiskunde
ook te verleenen, op zijne bevoegdheid tot het
geven, van onderwijs in dit vak. Verslag van den -toe
stand der Prov. Noordholland over 1911. Idem van
de Direct/ie van den Landbouw. Idem van de Inspec-
tie inzake de Drankwet (omtrent de naleving daar
van). Idem van den Inspecteur van den Arbeid le
klasse over 1910 (komt gewoonlijk laat in).
Van den gemeente-ontvanger is ingekomen de reke
ning over 1911: ontvangsten f 29604.13, uitgaven
f 29504.47%, voordeelig saldo f 99.65%.
Voorzitter zegt, nogal eens in de courantenversla
gen te hebben gelezen, dat de geheele Raad de reke
ning naziet Als de heeren dat, hier willen, is het hem
goed. De lieer De Groot zegt, dit wel te willen,
maar het scheelt hem veel wanneer. Ais 't over dag
gebeuren moet is hij er liever buiten,
Eene oom missie w ordt, benoemd tot het nazien der
rekening, -bestaande uit de heeren Blankendaal, Sta-
degaard en Barsingerhora.
De hoofdelijke omslaginnjng stelt men zich voor
in twee termijnen. Besproken wordt eene commissie
tot het aanhooren van bezwaren tegen den Hoofde-
üjken Omslag. De heer De Groot vindt, dat dit na
afloop van eene raadsvergadering wel kan. Dan kan
de Raad het mon,deling aanhooren. De heer Kraak
man vindt ook, dat het beter os, dat de geheele Raad
dat doet, dan enkel eene commissie.
Volgt uitbrenging van het verslag der Gezondheids
commissie, gezeteld te Schagen over de te Soliagen
op 15 Jun,i jl. gehouden vergadering over den keu
ringsdienst op vee, vleesch en visch. Op di-e vergade
ring waren aanwezig de Gezondheidscommissie van,
Schagen, en de gemeentebesturen van de voïgen,de ge
meenten, waren, er mede vertegenwoordigd, te weten:
Zuidscharwoude, Broek op Laugendijk en Sint I'ao-
tras. De verordening, om te regelen hoe de zaak in
elkaar gezet zal worden, werd nu gelezen en hiekl
o.m. in, dat de Hoofd keur meester, dat is de Direc
teur van bet abbattoir te Alkmaar ais toon cn sa
laris van f 50 ontvangt, plus f 5 voor elk beest dat
hijzelf keuren meet. En de gewone keurmeester zal
f 900 salaris hebben «en moe: dan zelf voor een fiots
zorgen). De standplaats zal zijn: Outikcirspel. Het
merk in hot te bezigen stempel zou lulden: Keu-
ringsdlenst voor Lang' dijk e n omstreken. De keur-
mfeseter zou de administratie moeten voeren. Elke
gemeente zal oen lokaal beschikbaar hebben te stel
len voor de keuring en elke genijcJ^te zal ook een
register van. on:vangsten en uitgaven moeten hebben
en wordt, voorts bepaald, dat aan elk gemeentebe
stuur na een tijdsverloop van drie maanden rekening
en verantwoording zal worden gedaan. Was ingekomen,
onfwerp-verordening op de invorderingen helling van
keurloonen, en een, rekening van, de ko ten van den
keuringsdienst, benevens een verordening regelende
den keuringsdienst. Een verslag tan het verhandelde
zal -aan, de Gemeentebesturen, worden toegezonden.
De heer Kraakmaj» brengt in herinnering, dat een
der vergaderden tegen hem zei: Jk zie er niet veel
lu. Welnu, de heer Kraakman verklaart thah£ zelve
er ook njlet voel in, te zien.
De hoer De Groot vindt f 900 voor den keurmees
ter nog al wat. Hij zou er wel erg voor zijn, als ge
keurd werd: ziek vee, dat dood ging. Maar gewoon
vee, dat geslacht wordt, dat, behoeft niet»
De heer Stadegaard meent ook gewoon vee dat
geslacht wordt, daar hebben we geen, keurmeester
voor noodfg. En je moet de kosten ook rekenen.
De lieer De Groot zegt, nooit te hebben gehoord,
dat iemand ziek werd van 't gebruiken van vleescli
van gewoon vee. Voorzitter meent, dat kun je toch
nooit weten, het kan toch ziekte aanbrengen.
De heer Stadegaard wijst op het in Amsterdam be
staande abbattoir, maar wat zal er daar nog oen
vleesch inkomen, waarvan ze niet weten of het wel
ooit gekeurd is.
De heer Kraakman: En de kosten al wat er bij
komt! Ik heb er een kijkje op!
Voorzitter vindt een salaris voor den keurmeester
van f 900 ook nog al wat. Hoe gauwer keuren ir\
spoedeischende gevallen, hoe beter zal 't zijn. 't Zal
soms lastig kunnen zijn, als er geslacht moet wor
den en de keurmeester is er niet.
De heer Kraakman zegt: Ik denk dat het zoo gaan.
zou: al was 't vleesch goed, dat hot nog niet goed
zou zijn. De heer Stadegaard zegt, dat bij Lange
zoo gauw mogelijk liet vleesch in de ijskast gaaf.
Hoe gauwer er in, hoe beter. Maar met keuring zou
bij vervoer daarvoor onderweg soms bederf van
vleesch kunnen intreden. Verdacht of ziek vee kou-
ren, dat vindt de heer De Groot wol goed.
De heer Stadegaard haalt aan, dat hij aan Burge
meester bericht had, dat een van zijn, (sprekers)
runderen, was doodgegaan. Getelegrafeerd werd om
een veearts uit Alkmaar. Die kwam toen eerst des
anderen daags kijken, maar toen kropen de wormen
het doode dier al den bek uit.
Bij stemming zijn allen tegen de invoering vart
den keuringsdienst, die dus afgestemd wordt.
Volgt schrijven, van de wonjngbouwvereenjging to
Warm enh ui zen, om grond te mpgen aankoopen en of
haar den bouw van twee onderwijzerswoningen kan
worden opgedragen. De hier bedoelde grond is o< n
perceeltje genaamd „Het ventje", gelegen naast, dok
ters woning.
Voorzitter acht het de vraag, of bedoelde grond
geschikt is. voor bouwterrein. Er is wel over den
houw van oiiderwijzenswoningen gesproken, maar er
is n,og geen opdracht gevolgd.. En nu vragen zij of zij
die opdracht mogen ontvangen.
De heer De Groot meent, dat de behoefte an iq
onderwijzerswoningen niet zoo groot is. De hr. Kraak
man, acht den bouw ervan, nogal duur. 't Is heel an
ders dan het zetten van arbeiderswoningen.
De heer D© Groot zou wel willen, dat het Gemeen
tebestuur Ia,ter het recht nog had, om bijv. na een
paar jaar nog die woningbouwvereeniging den, bouw
van een, tweetal onderwijzerswonjingen op te dragen.
Anderen meenen, als er op het bewuste stuk grond
arbeiderswoningen worden gebouwd er daar dan geen
ruimte voor onderwijzeréwoivingen zal zijn.
De voorzitter wil liever „Het ventje" afstaan aan
de woniingbouwvereeniging dan aan particulieren. En
wat. den prijs van den grond betreft, hoeft het ook
daarmede niet het uiterste te zijn. De hoogste prijs
behoeft niet genomen te worden, omdat het met do
gemeente in verband staat
De heer De Groet denkt, dat het voorste van. den
grond wel te verkoopen zal zijn, maar als je" aan
het achterste komt
Voorzitter staat nog stil bij de vraag, of ond r
arbeiderswoningen ook begrepen zijn koolboeten? Ze
ker toch enkel woningen? De secretaris oordeelt dat
hierbij enkel van woningen sprake zal behoeven ia
zijn. De heer De Groot vindt het wel noodig, dat de
gemeente zich op de een of andere wijze wat uit
breiden kan,, want zóo kan het niet blijven.
Voorzitter vindt, dat we „Het ventje" wel verkoo
pen kunnen voor bouwterrein aan de woningbouw
vereeniging. De heer Stadegaard vindt, dat er daar
v.>e! ruimte genoeg is om te bouwen.
De secretaris zegt. dat voor eene woning 150 M.*
tot 200 M.1 grond wordt gerekend. Er wordt niet re
\ee! grond gebezigd, want anders drukt het op den
prijs. De heer Blankendaal meent, dat we toch aan
onderwijzerswonrngen cok wel eens zullen vervallen.
De heer De Groot vindt .ai is het niet voor on-
derwijzerswoningen, dan zou toch verhuurdkunnen
worden voor knappe huur; hoe dat 't uitkomt met
F e u i.l'1 e t o n.
Micbei moest lachen toen Heiiirich hem 'rijn ver-
zonde als ik voor een koer daaraan eens meehelp,
om een mensch vreugde le bereiden. Ik breng je het uur
werk, hoor mijnheel-Hein richt tenminste wanneer
<ie duivel er niet tussohien komt".
De paarden zetten zich, als uil een zwaren slarp
ontwakend in den draf op den stal Toe, zoodat de beide
mannen met elkaar achterbleven.
De kïicdht keelt het gespan na, dat scherp en zeker
op de epen hofpoort aanhield. Heimïch keek naar'
.,- v- het licht, «dat in de woonkamer, zijn stillen schijn
pek zoo botweg deed. „Als aiet mijn meester góed' in den avondi zond, Een. bitter gevoel maak!© zich
•jvris j111' natuurlijk ook goed", zeicle hij.' van ih'em ihocsler. Het brandde heipi in de-oogen. dio
locn kep'A de kreupele zijwaarts het bosch ïn, zoo- achter dat licht daarboven zijn zuster zochten. Maar
al de knecht al het harde, dat hem iii het gelaat dan draaide hij zich om en ging heen met een korten
ted. niiel zien kom. groet aan dén knecht, die zijn paarden volgde.
„Dien heb ik het niet gevraagd", zeide hij! kortaf
u dan voegde li ij: er gedwongen aan toe: „voor dien Als een mijlpaal op den weg. is .voor de meesteres
loot het Ook een verrassing beteekeuen.'" des huizes dén. dag, waarop zij; den kerstboom sieren
;Zij bogen nu de laatste bocht om. De knecht knalde mag. Zij: slaat dan stii en leest op den s'een wat
iet de zweep, zo-adat de eoho hot geluid térugschalde. nummer er op staal en bezint zicih, wat haar weg
vart en groot toekende de molen zich af. Hier ten haar bracht en verder brengen zal. Voor de derde
jar glansde er een Licht. De hond! in den hof begon- maal dekte Liesel in den schapenstal de tafels met hel-
le blaffen. Toen gaf Spits, die tot dusverre op der wit linnen.
wagen had liggöl te slapen, zijn antwoord. Hij Den eersten winter was Liesel met ijver en vreugde
cl plots op zijn vier boenen en blafte nijdig .zijn aan het werk gegaan. Regele schudde toen het hoofd,
enoot tegen. toen zij hooide wat de jongs vrouw in den zin had,
'oen lachte de knecht: „Jongen, je hebt moed, maar om al de menschen. die men anders met een f linken
cn van verre en als de ander aan den ketting ligt." fooi heenzond, in huis te laten komen en voor hen
leinricli hief de vinger op tegen den hond„Wees in den schapenstal den hoom te versieren. De molenaar
d© andere is groot cn jij bent klein'". Dan greep echter lachte en vond 't goed. Al het ongewone «dat
den knecht bij den arm. „Dus je wilt Afichel, zijn jonge vrouw hem toen in huis bracht, was hem
y:l jc niet," De?e klapte nog door met de zweep, een prikkelend genot, dat kittelt en het bloed warm
■""vei- was het mij. als ik den molenaar eens jkoiï maakt.
i. Het is heel kwaad kersen eten met hem Onbeholpen stonden allen cp den heiligen avond
i. hij gooit zoolang niet de pitten.'" om den brandenden boom cn de tafel vol geschenken,
kreupele zeide lang niets, dan begon hij, alsof Slechts Albrecht Neuheus, de schoonvader van den
hem erg speet: „och ik had mijn zuster zoo molenaar, Jtoeu nog onder de levenden, keek vroolijk
iag een genoden gedaan. En hem wanneer het niet en onbevangen als een kind ïn den lichtglans. Hem. in
kters zijn kan wiens binnenste het nooit dor was geweest, hem ontbrak
[Michel knikte. ..O ja. ik weet het we], vreugde is voor het nooit aan oen gevoel van blijdschap en opgetogenheid
mensch. wat haver is voor de paarden. Maar bij gelegenheden als. deze.
t den Kouden Grond komt oen paard beter aan den Hij nam de handen zijner beide kinderen en trad met
p1- dan een mensch aan vreugde. Het is ook geen hen'onder den boom. „Liesel. Heinrich, wïi hebben
gansohen avond en sprak met een elk der schuwe men
schen oen hartelijk woord en bemerkte 'n 't geheel
niet, dat alles van hen afrolde als valer van een oliejas.
Toen de molenaarsvrouw de boom voor de tweede
mant versierde, was de horlogemaker dood. Niemand
zeide er togen zijn kinderen, dat zij hel nu zoo goed
hadden en niemand liep onbevangen tusschen de
houlknechton en vrouwen cn meisjes oni een praatje met
hen le maken De m.olcnanr stond aan deal kant en
hield de beide handen op den rug cn had in. de hel
dere oogen en om den mond een lach, die evenwel
geen kerslmisvreugde uitdrukten. Regele zat \yat ach
teruit. naast den oven, met dé armen op de knieën en
keek' toe, hoe de dingen liepen.
De lichtjes aan den boom flikkerden, zoo nu 'eii
dan knapperde een verzengd takje cn een vonkje "sprong
er door de twijgen. Dan deden de vrouwen de oogen
open en da knechten mompdden iets.
De molenaarster in haar zwart rouwkleed, stond
hand in hand met haar broeder aan de tafel. Zij wist
bepaald' zelf niet, hoe vast zij de vingers van kien
kreupele drukte. Bijna als een kind, dat bang in don
ker is. Zij wilde iets zeggen, iets doen. Maar (toen
voelde zij, dal het wcenen haar nader stond dan het
lachen. Toen waagde zij het niet zich te verroeren.
Regele stampte met den voet rp den grond en stond
op. Met 'n beozen blik keek zij naar den lachenden
molenaar. „Zing toch iets menschen. Jelui houdt je
monden maar dicht! Jelui slaat daar het als- zout
pilaren."
De molenaar lachte luidkeels, zoodat allen naar hem
keken, niet zonder eenige verbazing.
„Ja", riep hij, „zing tóch. Jelui moet mijn vrouw-
het feest niet bederven. Doe vandaag maar of jelui alle
maal in de stad woont."
Regele met haar scherpe ooren, hooide we!, hoe
haar meester bet eigenlijk bedoelde. Maar zond r zich
verder aan hem te storen, trad zjj voor de tafel naast
Liesel en Heinrich en met baar scherpe stem zette
zij in: „Vroolijk zal zijn harte loven I'"
Verwonderd keken de anderen haar aan, maar Mi
ehei stemde eerst wal onzeker, later beter in en zoo
dropsgewijze volgden de anderen. Maar niet allen ken
den de woorden. Velen moesten d eerste woorden
steeds herhalen, anderen bromden a'.leen d:- wijs mee.
Dun en verloren, als oo i eenzaam straaltje dat niet
>ot een !xok kon aangroeien, kwam het gezang ten
einde. De meid liet de gevouwen handen zakken. Hard
en verachtelijk keken haar oogen naar den stommen
kring. „De een of - andere ücdo iijkhoi l. van c-n sol
daat met zijn liefje, dat hadden jelui wc-I beter go-
kund.'
De anderen lachten cn grinnikten. Een der meisjes^
die bij den schoolmeester op het zangkoor was, zeide
„De schoolmeester had er bij moeten zijn, die had
kunnen vioolspelen cn dan had 't wel beier gignan.'"
Toen draaide de jonge vrouw des huizes hét "hoofd
om en keek naar liet meisje. Het leek wel. olso?
zij iels had jvillen zeggen, maar zij bleef stóm.
De molenaar deed nu de handen vart den rug eu
ging naar de tafel. „Voor den duivel, Liesel". zcido
hij en keek zijn vrouw vreemd aan, ,,dé schoolmeester
heb jc vergeten. Die hadt je bepaald moeten ui'noo-
digen tot dit feest. Die had wef gang in de zaak:
weten te brengen/'
De kreupele streek zich de lang- haren van hei
voorhoofd en keek met ernstige oogen zijn zuster aan.
„Ja. Liesel, dat was mooi geweest. Hij heeft anders
niemand.'"
„Volgend jaar," zeide toen de molenaaxsvrouw, op
een wijze zooals men een kind troost. Dan vulde zij
voor elk een mand en Regele hielp daarbij en zorg
de, dat allen zoo spoedig mogelijk naar buiten kwa
men. En vandaag geschiedde dat nu voor de derde
maal.
De meiden droegen de manden bij, met noten en
appelen, koeken en allerlei lekkers. Maar na de ge
wone sleur van het eentonige leven vol arbeid, bracht,
dit toch afwisseling. Voor weken reeds had Regele
gevraagd of men weer een boom kreeg. En de mole
naar vroeg met 'n spottend lachje naar het feestpro
gramma.
Toen kwam er een taaie trots over de jonge en
eenzame vrouw. Het was alsof zij met dit feest een
laatste stukje van haar eigen wezen ïn de vreemda
wereld van den molen moest beschermen.