iliiuiii Niiiis- Mmüllil- LllillHllll .41 firra i EnpiaM. SI De Molen van den Kouden Grond. 8, Woensdag 7 Augustus 19J2. ze te AKER 56ste Jaargang No.. 51(!0. DU blad verschUiit viermaal per week: Dinsdag-, Woensdag-. D o-n derdag- en Zaterdagav o n d. Bij Inzending tot 's morgens are worden ADVERTENTIEN ln het eereiultkomenci nummer ge plaatst. INGEZONDEN STUKKEN éen dag vroeger. Bureau SCHAKEL» 25 4. Intere. Telephoon M«. SU UitoewKrs TBflPMfilS 0o> Prijs per Jaar f 3.Franco per post f 3.«u Afzonderlijke nummers 6 cenL ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regei* f o.2ó; iedere regel meer 6 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend ei 11 w ex e et i1 ei ef< ik ir [JE! *1 a. Sekendmaking en> militie. Aan de hieronder vermelde miliciens wordt ken,nis- gegeven, dipt zij- voor den, 9en Augustus a.s.. hunne zakboekjes ter Secretarie dezer Gemeente moeten inleveren. PRINS WILLEM STEPHANUS, Lichting 1907. BREET CORNELIS, Lichting 1909. BROEKHUIZEN WILLEM, Lichting 1909. BUISMAN JACOB, Lichting 1908. KROUWEL GERRIT, Lichting 1907. GROOTES FRANS, Lichting 1910. OUKES GERRIT, Lichting 1910. „DEKKER JAN, Lichting 1907. WIT DH GERRIT, Lichting 1909. RAVEN JAN, Lichting 1909. SMIT NICOLAAS CORNELIS, Lichting 1908. i KOOP JOHANNES JACOBUS. Lichting 1909. KONING OTTO, Liohtimg 1908. GRAAF DE JOHAN, Lichting 1910 Schagen, den 3den Augustus 1912 De Burgemeester van Schagen, j J. P. W. VAN DOORN. RIJKSKEURING VAN DEKHENGSTEN. Burgemeester en. Wethouders van Schagen,; Brengen, tor plgiemeene kennis: lo dat de gewone Dijks-najaprskeuringen van tot dekking bestemde hengsten in 1912, voor zooveel deze provincie betreft, zullen worden gehouden te Scha gen,, op Woensdag 18 September 1912, des voormid- dags; 2o. dat tot deze keuring worden toegelaten alle hengsten, die tenminste 2% jaar oud zijn; 3o. dat de eigenaar of houder, die een heugst ter keuring wens ebt aan te bieden, verplicht, is daar van tenminste drie weken, vóór de keuring vrachtvrij ©ene schriftelijke en, enderteekende aangifte te zen den aan den, Secretaris der Provinciale Regelings commissie, (den heer P. OLIJ, te Amsterdam, Johan- nes Ver hulststraat n,o. 179), met opgave van: a. naam en, woonplaats van, den eigenaar en hou der; b. naam, ouderdom, ras, kleur en bijzondere kentee- kenen van den hengst, benevens indien, deze in een stamboek is ingeschreven, stamboek en stamboek- nummer; c. zoo mogelijk afstamming van den hengst, zoo wel van vaders- als van moederszijde, en naam en woonplaats van den, fokker; 4o. dat. een, hengst na bovenvermelden termijn aap- ge geven, van de keuring is uitgesloten, teaizij de' commissie geen bezwaar tegen toelating heeft en de eigenaar of houder voor den, dag der keuring eene som van tien, gulden bij voornoemden secretaris stort; 5o. dat inschrijvingsbiljetten voor de keuringen op vrachtvrije en onderteekende aanvraag van eige naars of houders van hengsten door den Secretaris der Regelijigsoom miss ie voornoemd, zullen worden verstrekt. Schagen, den Isten Augustus 1912. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Burgemeester. J. P. W. VAN DOORN. De Secretaris, ROGGEVEEN. 184 2600 5169 8288 1.1077 13725 16163 18448 200 642 249 364 102 737 164 540 23 2 744 297 380 197 785 191 770 248 745 341 301 212 804 244 813 315 771 346 435 242 955 279 883 332 776 370 436 275 962 298 891 346 780 451 452 292 985 307 898 377 791 485 651 412 9S9 31S 910 424 796 539 674 447 14075 342 952 425 802 593 682 459 105 352 967 470 884 608 832 503 147 397 19013 510 3077 610 S52 546 152 473 21 575 109 611 857 551 210 488 79 619 143 G48 919 691 321 600 81 631 167 660 926 737 390 603 118 651 235- 720 .995 738 396 615 155 728 255 756 9057 749 406 617 226 758 321 878 137 887 415 636 232 781 406 951 202 938 466 697 276 S63 490 960 264 12056 4S4 718 448 1036 583 6004 285 85 504 855 519 43 608 19 303 108 507 *857 542 115 609 42 321 227 580 890 599 198 208 627 195 360 234 587 893 621 640 222 372 262 599 950 633 235 661 304' 388 271 611 970 635 330 726 328 398 292 666 17133 648 376 751 354 442 313 675 49 650 385 895 407 444 331 683 315 656 416 925 409 483 34S 738 362 684 426 4002 414 550 390 741 379 785 472 129 431 653 420 815 396 905 509 289 465 682 426 '863 402 986 559 294 508 697 577 991 457 20013 576 313 620 709 589 15001 477 130 668 326 707 732 598 40 511 254 674 371 717 977 701 50 555 407 729 391 740 989 779 61 566 498 742 806 423 820 10104 875 71 575 532 466 838 45 911 126 593 560 846 503 7179 68 964 137 627 584 856 511 181 73 13016 226 628 595 862 531 270 258 93 260 638 607 948 533 339 399 113 264 642 652 996 591 391 438 179 281 711 673 2126 611 536 513 197 302 736 689 61 639 555 514 207 338 737 731 77 640 565 523 212 469 742 746 85 728 625 535 248 481 796 780 200 738 665 561 285 517 823 7J6 280 748 715 593 351 622 828 852 299 808 721 611 384 658 896 883 353 901 723 651 414 697 905 885 358 910 729 869 430 789 18020 895 393 913 841 924 472 799 133 905 420 915 896 930 523 859 136 455 941 927 961 528 963 147 493 5004 938 969 583 16016 154 520 48 8092 975 588 83 284 535 52 111 11027 605 101 331 i 541 57 216 45 699 109 436 1 588 107 254 66 713 114 443 i 2e kl. Ie lijst: éen van 8639 moet zijn 8629. Waarom noem ik het onderwijs? Omdat lijnrecht de meeste andere, tegenover den goeden, naam van, de EngelBclien als Wat me't eerst opviel bij mijn bezoek was de orde. sporlslu' de slechte naam van dit volk op onder- Om het hoofd van de school te spreken te krijgen, wijsgebied staat ik geloof ,dat we gauw zullen zorgde ik er te zijn tegen het eirnle van den school- moeten zeggen, stond. Honderd jaar geleden kon 'n tijd. In Holland is het dan maar al te vaak een wilde koctsie in Holland, die voor zijn baantje om een bende voor de school. Waar dit niet het geval is, of andere reden niet geschikt meer was, als onder- zie je meestal de onderwijzers hun, klassen naar wijzer optreden in een lagere school. Dien zeer buiten brengen, en begeleiden tot den hoek van de slechten toestand zijn wij langzamerhand ontgroeid, straat, of de bovenmeester staat Jn de deur en kijkt Be Engelsclien evenwel nog niet. met strenge blikken rond. Hier niets van dat alles. Denk nu niet, dat ik zeggen wil, dat hier wel eens De jongens kwamen zonder geleide de trappen af. en koetsiers voor de klas staan. Ik hoop het niet, en de school uit. Er was geen geschreeuw of gejoel, en ik denk het ook niet. Maat" en dat is een zeer toen ik een jongen vroeg, me naar het hoofd te breu- erustige fout, er is geen wet, die dit zou verbie- gen, bracht hij me de trappen op naar de bovensuq den. Onverschillig of die school in Holland een open- verdieping, waar ik werkelijk het hoofd der school bare o'f bijzondere is, de wet eischt van dengene, die aantrof, met nog eenige onderwijzers. Die school, le er les in geeft, een akte van bevoegdheid. Stel u zers, telt zestien honderd leerlingen, of laat ik zeg- roor een Engelscliman, die om een of andere reden gen acht honderd, want aan het hoofd van de mois- graag Hollandsch wou leeren, dit in Holland woudoen jesafdeeling staat eene dame. Maar acht honderd ia en geen geld genoeg had, om eenige maanden in een respectabel getal. De grootste Hollandsche school ons land te vertoeven. Stel u voor, dat die Engelsch- blijft daar twee honderd onder. En bij het uitgaan man, op een salaris van vijf en twintig vijftig van die school bevonden zich het hoofd en verschei- gulden per drie maanden plus kost en inwoning werd dene onderwijzers op de bovenste verdieping, en was benoemd pan een lagere school, en daar de kinderen op straat niet het minste toezicht, ook niet van een les moest geven. Of "t geschikt zou zijn voor hem? agent, zooals we dat in Amsterdam en Haarlem al- O ja, hij zou er zoo,wel van, de kinderen als van zijn tijd zien,. collega's heel wat opsteken. Maar de kinderen! „Nu Met de meeste bereidwilligheid werd ik ontvangen, ja," zult ge zeggen, „een gek idee." Nog zoo dwaas Alle klassen stonden voor me open, overal kon Qc niet, al9 het lijkt. Versoheidenen van mijn kennissen, vrij binnenloopen en de lessen bijwonen. De teeken- ik herinner me op het oogenblik al vijf, hebben hier leeraar had ieder van de leerlingen twee kersen ge in Engeland vier maanden, een jaar, éen zelfs drie geven, om na te teekenen. Hij scheen er niet zoo jaar schoolmeestertje gespeeld. Twee van die vijf zeer op gesteld te zijn, dat ik de klas doorliep en waren Hollandsche onderwijzers, die zullen er zich naar de teekenende jongens keek, a,i« dat Ik in de nog wel eenigszins doorheen geslagen hebben. De portefeuilles bladerde met teekeningeu van tegenwoor- andore drie waren jongens, die juist van de H. B. S. dige en vroegere leerlingen. Maar mijn wenschen va- kwamen, van Engelsch niet zoo heel veel en van on- ren juist andersom. De teekeningen in de portefeuii- derwijs geven niets afwisten, en hier desniettemin les waren, heel, heel mooi, maar van vier of vijf optraden als onderwijzer. Natuurlijk was dit aan een leerlingen, zooals ik gauw merkte. De teekeningen bijzondere school, want ze werdjep genomen om de van de waren net, zooaJs wij ze allen kennen, goedkoopte. Een of andere institutèur zag kans om Een paar heel aardige, een massa gewone, en eenige een onderwijzer te krijgen, voor een dertig, veertig gekke. gulden per drie maanden, met kost en inwoning. De plaptkundeleeraar had voor ieder van, zijn leer en maakte daarvan gretig gebruik. De betrokken on- lingen een plant meegebracht. De kinderen moesten der wijzer werd bovepdiep volstrekt njet uitgebuit, stamper, meeldraden enz. uit de bloem halen, en na- want diie voelde zich ruim betaald, als hij maar En gelsch om zich heen hoorde. Alleen de kinderen moesten, het loodje leggen, tenminste naar alle waar schijnlijkheid. Ia allen gevalle er was njet de minste waarborg, dait diit aiet het geval zou zijn. Dergelijke toestanden zijn beslist verkeerd; hoe aangenaam ze ook zijn voor Engelsch studeeren.de Hol landers. Maar, en dit is een teelten van vooruitgang, isfcc- 400ste Staatsloterij. 2de KLASSE, 2<le TREKKING. HOOGE PRIJZEN, f 20000: 20847. f 5000: 9863. f 1000: 15727 17341. f 400: 5525 11627. f 200: 15758. f 100: 8567 9829 12257 20876. Lopden, 2 Augustus 1912 I Voor het buiitepland js Engeland steeds geweest het land van sport. En hoewel de uitslag van de j Olympische spelen te Stockholm zeer velen, heeft ver- I baasd, en aan den alouden Engelschep roem geen goed zal doen, staat die nog steeds wel zoo hoog, dat een Nederlandsch elftal van, voetballers haast trotsch is op: maar een nederlaag van 1 tegen 4. Zou er echter in dit opzicht eene verandering in i Engeland plaats hebben tegenwoordig? Zou de sport teekenen. De vlugheid, waarmee dit ging, bewees, dat het gewoon werk voor hen was. Toen, evenwel, werden, vergrootglazen uitgedeeld, het gewone model, op drie pootjes. Dat scheen evenwel geen gewoon werk te zijn. Verscheidene kinderen hielden, de gla zen met de pootjes naar boven, keken elkaar aan, en wisten er geen weg mee. De vierde klas had aardrijkskunde, van Engeland. het is nu al veel moeilijker dan vroeger voor een Ds kaart hing voor de klassen de verschillende pro vreemdeling om hier een onderwijzersbetrekking te vipeiëp werden aangewezen. Wat is de grootste? wei- krijgen. Een twintig, dertig jaar geleden hadt je er ke komt dan. en dan? Wat weet je van die provin- een voor het grijpen. Nu gaan er nog wel eens twee, cie? Enz. enz. Echt bekend werk. Wat vreemd was. drie weken over heen. Toch niemand van mijn, waren de jongens, als ze antwoord gaven. Onze jon— kennissen, heeft ooit vergeeft getracht en een te vin- gens in Holland steken de vingers op. de Engelsche den- jongens de lieele hand en bovendien staan ze op bij Drie weken geleden bracht ik een bezoek aan het antwoord geven en gaan naast de bank slaan. Ter een Loudensohe openbare school, 't Was een, be=" eere van het bezoek werd de aardrijkskundeles uütge— zoek in den, vorm, na verlof van, den Educational Of- breid van, Engeland tot Holland, om de jongens mee ficer, een bezoek van eenige dagen. En, om mijn te deelen, dat wij ook, zooals in sommige gedeelten verslag vooruit te loopen, ik vroeg na afloop: hoe van Engeland, dijken langs de kust hebben, en ik lcomt liet, dat het onderwijs hier zoo goed is, in werd als getuige opgeroepen. vergelijking met dat op de bijzondere scholen? Het Rekenlessen, schrijflessen, taallessen, ik heb ze antwoord was: wij zijn hier allemaal bevoegd, moe- alle bijgewoond, ook gymnastiek en zang. En ik moet t e n bevoegd zijn. De bijzondere scholen kunnen herhalen, wat ik straks reeds zei, op de London iemand nemen van de straat en voor de klas zetten. County Council Schools, de Londensche Openbare 't Was een bezoek van eenige dagen, waarin ik Scholen, staat, voor zoover ik er na oen bezoek aaa verschillende klassen ben, binnengeloopen, en uren éen school over kan oordeelen natuurlijk, het ouder lang het onderwijs heb gevolgd. Er was wel eens een wijs in geen geval achter bij dat in Holland. Dat dit beetje vertoon, maar dat merk je gauw genoeg, op de andere scholen, de vele Instituten, die hier als je zelf onderwijzer henit. Dat er afgelaten even- zijn, ook het geval is, zou ik niet graag durven be- wel, moest ik ten, slotte eerlijk bekennen, dat op weren. die school het onderwijs in geen, enkel opzicht ach- terstond bij dat op een dergelijke school in Amster dam, in Haarlem of in Utrecht. Ik noem die drie steden, omdat ik er zelf onderwijzer geweest ben. 7 -nPt onderwiis sieaen, ornaat ik er zeir onderwijzer geweest ben, SUrw den vSrgroad! De toekomst zal het leeren. *1 veronderstel, dat ze wel gelijk zullen staan met Binnenlandse!) Nieuws. RAAD VAN BAKSIXGERHORN. Vergadering van den Raad op Dinsdag 6 Augustus lil üJ '9 Feuilleton. 19. I Regele begon de horden op tafel met noten en ap pelen en, gebak te vullen. Zij dejed het niet veel ge- druisch en met toornige haast. En dan. hield zij weer op en, keek naar het bleeke gelaat van, de jonge vrouw. „Weet ge," knorde zij dan, „weet ge. wat ik geloof?" I)e molenaars vrouw schudde met het hoofd, maar vroeg niets. Toen schoof de oude heel dicht naar haai" meesteres toe en zeide halfluid„Ik gelopf, dat, hoe meer men door den drek moet, hoe meer men, naar een zui ver plaatsje zoekt. Dat is mijn, heele geschiedenis me,t het vroom worden. Zuiver, zuiver wil ik door de wereld met geep drek aan de voeten." Zij schudde hard den arm van haar meesteres, ging daarna heen, de deur met een luiden slag pchter zich dichtgooiead. De donkure nacht kwam spoedig, en de houtfcpéchts en de plpptepzeitsters kwamen de een, na den ander met hun lantaarns, en gxoote, leege manden,. De hof hond blafte pis razend pan den ketting en in huis liet ook Spits zich luide en <R"uk hooren. Dieper en luider dan apdjers rui&chte de heek door den ster- renloozen nacht. De molenaarsvrouw stond hoven in de woonkamer, waar de tafel gedekt was en de kerstboom versierd. Zij droeg voor de eerste maal sinds lang een licht gekleurde japon,. Eén vap die, die zij met veel smaak maar met weinig kosten, benedne dn de Waters teeg had gemaakt. Een stille en blijde glans was er in haar oogen en de ouwelijke trek in het smplle gezich tje had plaats gemaakt voor een schuwe vreugde. Zoo wachtte zij op de firie. mannen, die komen zou den. Onrustig liep zij door de groote, ruime kamel en ordende hier en daar iets, wat eigenlijk al reeds in orde was. Misschien misschien werd het van heden af wel anders in den molen. Zij zeide het niet, maar zij voelde het zoo. Een onbewust verlangen, een, stom begeeren, maakten haar oogen schitterend en' blijde als van feest vreugde. Voor de eerste maal zouden de schoolmeester en Heanrich met elkppr op den molen muziek maken. Dat was alsof men een brokje zonneschijn uit de kpmer van 'den kreupele naar den molen zou bren- Anders dan zooeven blaften de beide honden. Hun meester was thuisgekomen. De molenaarsvrouw hoor de zijn stap op de trap. Zij hoorde, hoe hij het ge weer in" den wand hing, beneden naast de deur. Een bange vrees wilde haar blijkheid verdrijven. Maar zij bedwong zich en streek met. bevende handen over hapr feestkleed. „Vandaag," zoo dacht zij, ter wijl zij de oogen op de deur richtte, „vanaf beden zal er een pieuw leven tusschep ons beiden begin nen." Maar de molenaar deed de deur niet open. Hij riep een van de jonge meisjes, dat zij hem droge schoe nen moest brengen. En een oogenblik later hoorde Liezel de jonge meid grinniken., Liezel streek zich weer over het feestkleed en bleef glimlachen. Zij wilde zich vandaag bedwingen, het moest anders worden. De molenaar trad binnen. Zijn voorhoofd was rood, zijn oogen heet en onrustig, als had hij meer gedron ken dan goed wa^ Toch trad Liezel verward naar voren en de bleek heid van haar gelaat was anders dan gewoonlijk. De man keek vlug naar de versierde kamer en de gedekte tafel. Dan grijnsde hij en greep met stevige beweging den arm van zijn vrouw vast. „Zeg," zeide hij heesch, „zeg. je hebt het hier mooi gemaakt." En hij rekte haar tegen zich aan, en liet haar weer los. Het leek wel of hij haar van zich afstootte. Liezel lachte. Het was alsof iemand haar in het oor fluisterde: „Wie met een'Klotz trouwt, moet ook maar met een Klotz huizen." „Ter liefde va,n Kerstmis..." zeide zij. De molenaar lachte luid. „Ja," riep hij, „dat weet ik wel, dpt het niot geschiedde ter liefde van mij." Zij streek zich met beide handen over het mooie, donkere haar en keek hem met flikkerende oogen aan. ..Toch wel,"' zeide zij zacht, „ik deed het ook ter liefde van jou." Hij gaf geen antwoord. Met een zon'derlingen. bijna stekenden blik keek hij haar aan en floot door zijn tapden. Dan zag hij op zijn horloge en Het het slaan, om te hooren hoe lapt het was. „Zij zijn niet precies, jouw muzikanten,. Heb je ook wel het goede soort uitgenoodiigd. Die jij gevraagd hebt zijn hun adem al kwijt voor zij begonnen zijn." Hij lachte en sloeg zich dan op de breede borst, dat het dreunde. „Een inerkwaardigen smaak heb jij toch, Liezel. Wanneer een man geen bochel heeft of de tering, of rood haar en zomersproeten, dan heeft hij niemendal van je te hopen." De molenaarsvrouw boog het hoofd. Zij wist niet recht, hoe zij zich verweren zou, omdat zij den aan bal wel voelde, maar niet recht begreep. De map legde zijn, rechterhand om haar fijnen, bleekep hpls. „Je zult nog heel erg verkouden worden, Liezel," zeide hij en drukte haar, al&of hij haar wor gen wilde. Dan liiet hij haar los en liep naar de tafel, die met dennentakjes versierd was. Hij nam het groene takje van zijn bord af en legde het op een apder bord. „Daar," zeide hij, „een hier zoo zeldzame en graag geziene gast behoort men dubbel te eeren. Voor mij is het zoo ook goed genoeg. Ik heb met dien rommel en aanstellerij toch niet veel op." De molenparsvrouw voelde hoe de oude starheid in haar ziel kwam, die zij toch zoo hopend had ge opend. Zij wilde zich verweren met alle middelen,, ook met zulke, die zij tot dusverre had versmaad. Van ai de borden nam zij de groene takjes en legde die op het bord van haar man. Dan keek zij hem in het gezicht en zeide zacht: „Daar, je zult alles heb ben, pu je in het geheel niets gewild hebt." Hij hoorde wel de opgewondenheid in haar stem en zag. hoe onder haar huid het bloed kwam en ging. Een oogenblik bleef hij stil en bewegingloos. Dan greep hij de groene takjes, kneep ze in zijn vuist samen en wierp ze in eep hoek. „Laat dat," zeide hij hard. „Ik wil dat tuig niet, dat reeds op alle borden heeft gelegen." En hij draai-" de zich om en liep de kamér uit. Liezel keek hem na als iets vreemds en onbegrij pelijks, dat haar weg kruiste en weer verder ging. i Dan nam zij het dennengroen van den grond en wierp het in het vuur en keek toe, hoe het op- gloeide en tot asch verbrandde. Van een spijker aan den wand nam zij een doek en sloeg dien om haar hals als was zij eensklaps koud geworden. Regele deed op dat oogenblik juist de deur open en liet de beide vrienden binnen. Hun haar hing ruig en verward om hun hoofd, alsof zij blootshoofds door den wind waren gegaan. Hun oogen schitterden vroo- lijk als jongensoogen na een weigelukt avontuur. De molenaarevrouw keek naar hen. zooals zij daar naast elkander stonden met hun ipstrumentkistep Sxj de hand. Hoogopgeschoten, mager, ba^roig ue ee-, de ander mismaakt, met een scherp, hoekig gezicht, en beiden de schuwe vreugde in de trekken. De warme moederlijkheid, die in don molen nergens een vruchtbaren bodem vond, waakte in Liezel op. Zij stak de beide mannen haar handen tce en groet te blijde. Dan nam zij beiden de instrumenten uf met groote, drukke bezorgdheid. ..Ziezoo," zeide zij hartelijk, „n,u zullen wij een vroolijk feest met el kaar vieren." De kreupele zag ip de kamer rond. „Je man is er niet?" vroeg hij kort. Liezel hoorde wel het loerende Ln haar broeders woord. Zij voelde het, hoe hij en haar man vijanden waren op leven en dood. „Alles is in den schapenstal reeds voor elkaar. Ik zal nu den boom aansteken en den menschen hun geschenken geven." Zij sprak vlug en met een vai- sche opgewektheid, die zij wilde vasthouden tep koste vap eiken prijs. De kreupele keek over de goed gedekte tafel heen, waar op de plaats van den molenaar een oeroude, gemakkelijke armstoel stond. „Liezel," zeide hjj en hij trok zijn zuster aan haar japon, „wanneer vader eens zulk een stoel en zulk een tafel had gehad." Liezel gaf geen antwoord. Een schaduw van moe heid ging over haar gelaat. Dan vroeg zij aan den schoolmeester: „Hoe maakt de viool het?" Hij keek haar aan met stille, kinderlijke oogen, die zoo teruggezonken en overschaduwd onder het breede voorhoofd lagen. Iets beslists en hoogs tege lijk stöpd daarin geschreven. En ook een onbewust erbarm m, zooals het uit diepe en louterende bron nen vliedt Hij lachte en men zag tusschen de don kere huid de witte tanden. „Goed, heel goed gaat het met haar. Zij weet dat het spoedig feestavond zal zijp-" Liezel legde hem de hand op dep arm en wil<Jei Iets zeggen en juist op dat oogenblik trad de mole naar de kamer binnen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1912 | | pagina 1