llltiin Niiiis-
llierttitie- imiwllil
Zaterdag 19 October 1912.
56ste Jaargang No. 52(12
U
Dit nummer bestaat uit 3 bladen
EERSTE BLAD.
Cekendin akinge»
afgehaald
1912-
Schagen, 'den 14 Octohea- 1912.
De Burgemeester,
J. P. W. VAN DOORN.
LANDWEER.
(Zajkboekjes.)
De Burgemeester yan Schagen brengt Ier kennis van
de verlofgangers, die op 1 Augustus j.f. naar de Land
weer zijn overgegaan, dat in verband met het tweede
lid van 13 der Landweorinstruclie I, hunne nieuwe,
I ,andweerzakboekjes tussdhen den 16den en den _5sten
dezer maand aan de Gemeentesecretarie moeten wor-
detn afgehaald.
Bij: het afhalen moet het juist adres (straat, wijk en
nommer) van den betrokken verlofganger worden op
gegeven en zal deze zich hebben t!i overtuigen, dat
de In bet .zakboekje gehechte verlofpas voor „gezien
is geteekend.
Do Gemeentesecretarie is geopend eiken werkdag van
9 tot 12 uur en van 1 tot- 4 uur.
Schagen, den 14 October 1912.
De Burgemeester voornoemd,
J. P. W. VAN DOORN.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Beha
gen brengen, ter kennis van belanghebbenden, dat
de GEWONE GROOTE NAJAARSVEEMARKT al
daar zal worden, gehouden op Donderdag, den
31en October 1912.
Schagen, 15 October 1912.
Burgemeester ea Wethouders voornoemd.
De Burgemeester,
J. P. W. VAN DOORN.
De Secretaris,
ROGGEVEEN.
Schetsen uit de Rechtzaal.
HOE 'T KWAM
RECIDIVIST.
Op een hoek van de tafel ha,d hij de drie rijks
daalders, de guldens en 't kleingeld neergelegd. Nu
stond hij bij de pomp; zich te poedelen voor de Za-
terdagavomidsche wandeling met Mi©. Telkens hield hij
even op met was&chen.Of ze de' centen n,og niet
opstreek. Waar bleef zij nou... Hij verlangde ernaar,
dat 't achter den rug zou zijn. 't Klonk hem aldoor
in z'n kop, dat zeggen van Leendert: „Ben-jij
kerel? Ben-jij 'n vent? Om bang te zijn voor de
herrie van zoo'n wijf? Ze most mij vóór hebben. Ik
zou er... Met 'n talhout kreeg ze van me. En geen
rooie duit, versta-je? Of ze most me op d'r bloote
knieën vergiffenis smeekecn... Jij 'n kerel? Ben kwa
jongen .anders niet!"
Ze stonden bij baas Helmers, in „De Ton". Nadat
Kees dan eindelijk die drie gulden had afgeschoven;
werd Leendert royaal. Inviteerde hij z'n vriend om
er eentje te gaan pakken... Kees had tegen-gestrib-
beid. Hij most zich nou kalm houden, anders was
't straks heeleanaal mis... Maar Leen.hield aan.
En zij stonden achter de toonbank, bij oaas Hel
mers. Die was in 't geheimWisselde telkens -knip
oogjes met Leen. Doorzag het zaakjeDia
Kees was in z'n tijd wht 'n kwieke vent geweest.
Daar had, 1 onder de jongens van de vlakte, iets
puiks uit; kunnen groeien... .Maar dat wijf was er-
tusschen gekomen. Ze hadden hem „bekeerd". Hij
verdraaide, vertikte 't om weer mee te doen. Maar
Leendert was 'n taaie, als-ie begon.
„Laat mij maar stilletjes betuilen," had-ie
baas 'Helmers gezegxl, nu precies drie weken geleden.
„Mijn kop af, of ik haal 'm weer binnen. En met vlag
en wimpel!"
Dat was op een Zaterdagmiddag geweest. Tegen
vijf uur kuierde Leen naar de straat, waar Kees
vast-werk had... Precies vijf uur kwaru-ie uit den
„winkel", pakje met gereedschap, ko,ffieka,nn©tje
en zoo in een bundeltje. Natuurlijk de weekcenten
op zak... Hij liep met drie kameraden. Dat was las
tiger... Maar Leendert had geduld; volgde op 'n, af
standje. En hij bofte!... Op den hoek van een straat
sloegen de kameraden linksaf. Kees ging rechts
En de ander er, als de kippen hij. 't, Begin zou
wat stug zijn... Dat kwam terecht. Hij tikte gewezen
kameraad op den schouder. Kees zag om, verschrok,
werd bleekGroette nauwelijks. Maar Leen hield
zich leuk. Stapt© naast 'm voort, alsof er heelemaal-
niks gebeurd was... Alsof er niet meer dan 'n jaar
lag tusschen hun laatste ontmoeting en nu...
Toen bleef Kees plotseling stilstaan. Stak den
ander, tot afscheid, 'n hand toe.
Maar Leen mompelde iets. De ander weigerde
Werd nijdig... Wou doorloopen...
Handen in de broekzakken, telkens spuwend, loe
rend met z'n gluiperige oogen, bleef-- Leendert aan
houden, was niet weg te krijgen. Hij praatte nu j
zachtjes, maar aanhoudend. Kees was wit als een
doek. Hij beefde van angst en opwindingHet
verleden was eensklaps weer opgestaan... Herleefd...
't Dreigde te vernielen al wat-ie had opgebouwd...
Ze waren nu nog maar éen straat van z'n woning
afIeder oogenblik lcon-ie kennissen, buren te
genkomen. Misschien wel Mie-zelf, die op dat uur
wel eens 'n boodschap deê... Hij had den kerel een,
riks in de hand gestopt... Was toen haastig wegge-;
stapt... Leen' keek hem na,... met een grijns van:
„Jawel, joggie, dat komt terecht... Dat's eerst een'
tyegiu van lachen!..." Thuis-Jhad-ie gelogen, dat er
een rijksdaalder verloren was, üf dat de onder baas
zich vergist moest hebben,..' 't Was nog nooit "ge
beurd. Mie durfde weinig zeggen,.Hij rook niet
naar drank. Was op tijd •thuisDe heel© week
was ei: niks-bijzonders geweest.
Ze pruttelde, ze schreide over 't. verloren geld.
Kleine Jannemah liad zóo hard 'n nieuw 'jurkje tino
dig. En de dokter had nog pas gezegd, dat de
klein© zwakjes was, stevig gevoed moest worden
Kijk 's hoe witjes het kind is!" zei moeder, liet
wichtje uit de wieg nemend.
Ze dacht: iUs er iets niet in orde is, dam mo: ik
't met zachtheid probeeren. Kees is niet kwaad...
Zij legde Janneman op vader's schoot, 't Wurmpje
kraaide tegen hem, stak de armpjes uit...
„Ik had alles zoo fijn uitgerekend." jammerde
Mi©,, „en nu komt dat er-tusschenKees kon, geen
woord eruit krijgen. Ze merkte best, dat hij zich
schaamde... O, ze kende hem op 'n prikje. Hij had
moeite om niet 6ok te grienen... Denkend, (lat die
vent, die schooier, hem 'n riks had weten af te
troggelen. Zoo'n bandiet.'... Maar de kerel was ertoe
in staat om te doen waarmee hij had gedreigd.
naar den baas te gaan en t© zeggen: Weet wel, wie
je, in dienst hebt, die brave Kees de Bont is een
fijn merk... Heeft gezeten, meneer: Gezéten! voor
poging tot... Afi'n, als u 't naadje uit de kous wilt
weten, dan zal ik je met plezier adressen geven,
uit Arnhem, uit Velp. hij denkt, dat 't in liet
vergeetboek is geraakt. Jawèl', hij wacht tot-ie z'n
slag kan slaan!.De baas zou hem'Op straat zet
ten, zoo zeker als tweemaal twee vier is... Hij zou
nergens meer terecht komen... Weer de vlak te op
gaan... Totdait-ie erin vloog. Mie hem in den steek
liet... En kleine Janneman, een dief, een boef tot
vader Ba^.rrr.-.;:v - - -
Dien middag,. - nadat-ie hem 'dan weer drie gul
den had afgeschoven, was Leendert zoo royaal,
geweest. Hij had een rondje gegeven... Die Toon
Zwart was er ook bij, de specialiteit in 't vinden van
helertjes, de baas Helmers, uit „De Ton" had,
nadat Kees op zijn beurt traeteerde.Dit was nog
precies als vroeger, zoodra, er een druppel alcohol
in was werd-ie goedgeefschdat wist sluwe Leeu zoo
goed en daar speculeerde-ie juist op... Baas Hel
mers had gezegd: „Nou, heeren, wat zult u voor
-mij gebruiken? Hetzelfde?"
Vóórdat Kees iets kon zeggen waren de drie gla
zen weer gevuld. Hij dronk snel, haastig, gejaagd,
want 't brandde hem nou al in den kop... En de ge
dachte van: Hoe me er ditmaal uit te redden tegen
over Mie? klemde hem de keel haast dicht. Toen
had Leen hem al-maar geprikkeldVan dat-ie
geen kerel was, geen vent, maar 'n sul, een kwajon
gen
Weer knipoogde-ie tegen baas Helmers. En de drie
glaasjes waren wederom gevuld, bóórdevol
„Daar ga-je!" riep Toon, de specialiteit in het
vinden... enzoovoorts.
„Geen druppel meer!" protesteerde arme Kees.
Maar tóen dat gejoel... Zelfs baas Helmers. die
anders steeds deftig-ernstig bleef, kreeg zóo'n. hoest
bui van het lachen, dat Toon uitriep: „Hei-hei, st,i'k
niet, jong!"
„Hij mag niet van z'n wijf!" schaterde Leen.
En Kees had den vierden borrel al oimgewipt, was
woedend de kroeg uitgestapt...
De drie mannen staken de koppen bijeen. Ze grin
nikten van jool... 't Lukte, hóór! 't Liep prachtig...
Ze zouën dat wijf wel kleitn-krijgen.
Hij stond zich te Wcjsschen hij de pomp. En luis
terde, of, Mie nog niet kwam, om de centen, die
op tafel lagen, weg te nemen. Het koude water deed
lekker aan z'n gloeienden kop... Kalmeerde hem.
Maai* toch bleef 't suizen in z'n oorenHoorde
hij telkens dat sarrend^ spotten van Kees en Toon,
van dat-ie een sul, een kwajongen was... Geen
vent.. Ouder curateele van 'n wijf... Bak! Was dót
de pientere Kees van vroeger... Wist-ie niet meer
van blonde Trui, hè?... Sluwe Leendert had dadelijk
gemerkt, dat het insloeg... Trui, hè?met een
fideel rib bestootjeDie Trui, met d'r goudblonde
haren, d'r leuke snoetje? Wat 'n óogen had die
meid!" En of ze van Kees had gehouden!
„Zeg, Toon, hield Trui niet van Kees? Eerlijk zeg
gen, hoor!" „Ze was rejeel dol op hem!" beaamde
Toon
Zóo hadden ze gesproken. En er bij gevoegd, dat
Trui nóóit had kunnen denken, dat Kees zoo'n flau
werik, zoo'n schoothondje, zoo'n misselijke sukkel
zou worden......
Na den vierden borrel was hij weggeloopen. Maar
nu, onder het wasschen, klonken hem al die woor
den alweer in den kop... Eigenlijk hadden zè gelijk...
Per slot van rekening was hij toch de baas
Werkte hij, van Maandagochtend tot Zaterdagavond.
En Mie paste hem precies acht stuivers zakgeld af.
Geen centje meer, ooit... Als 'n jongetje...
„Zeg, Kèes!" klonk ineens het schelle, verschrikte
geluid van die" vrouw uit de woonkamer.
„Ja!?" zei hij op gedempten, benauwden, toon
Hij wist immers.Begreep
„Kees!" schreeuwde ze weer.-
„Ja, wat is er dan?"
„Drie gulden te-min!"
Hij antwoordde niet. Wreef z'n kop... Dacht: nou
bedaard zijn... Kalm... Anders... Maar "t was of er
'n zee ruischte in z'n ooren--- Vier borrels... Had-ie
in geen tijden, gedronken.
Z© verscheen bij de pomp, waar-io zich stond te
wasschen. Met strak geziekt, woedend© oogen, bleeke
wangen
Afwachtend wat-ie zeggen zou. ophelderen... Be
seffend, nu, dat 't niet pluis was... Dat most uit
wezen... Er-op of er-onder... Liet je dat inkankeren,
dan was 't eind niet te overzien. Met de centen in
d'r eene hand geklemd.
„Waar zijn me eente?" schreeuwde ze. ..Me drie
gulden,!
Schor, verward, nóg opworstelend tegen z'n stij
gende, woede, mompelde Kees iets.-t 'n Ongeluk ge
had. 'n Dure ruit gebroke... Eigenlijk had de baas
wel zes gulden kunnen afhouden... Maar hij had 't
schappelijk met 'm gemaakt-
„Dat lieg-je!" gilde de vrouw, voelend, dat-ie haar
bedroog; ziende, dat de zachte methode van vorige
weelt niet haatte, „dat lïeg-je! Ilc heb 't in de
gaten! Je stinkt naar jenever. Een uur* in den wind!
Zuiplap! Ploert, dat je bent! Ilc mot me cènten heb
ben/! Me drie gulden, versta,-je? je krijgt geen halve
cent meer in je zak! Doordraaier! Denk liever aan
j je zieke kind!... Ilc zal wel eens gaan spreken met
je-weet-wel... met dien advocaat in Arnhem, die..."
I I-Iij had den handdoek op zij gesmeten. Stond
'vóór Mie met gebald© vuisten... Nou zinspeelde zij
óolc al op 't verleden
„Hier me cèbte!" gilde de vrouw, hein, met éen
slag o»,der haar bedwang willende krijgen.
„Jouw centen!" gromde hij terug, „jouw centen?'1
En dat woord maakte 'r razend, 'n furie gelijk. Ze
dacht: hij liéeft 't ergeifb verstopt.
„Hier me cënte!gilde zij weer. „Wou in z'"
kleeren, die op een stoel lagen, gaan snuffelen...
Maar hij, Kees. was haar v*oor. Had 'r arm gegre
pen. Met zijn grove, liaröe* knuist kueep hij Jn J\et
vleesch, dat ze 't uitgilde van pijn
„Ploert! Boef, die je bent! Tuchthuis-boef!"
schreeuwde Mie, dol van verdriet, dat 't toch nog
met 'm misliep
„Dief!"
En de knuist van den kwart-dronken kerel schroef
de zóo fel om 'r arm, dat ze krijste van pijn.
„Hulp! Mènschen, hulp!" gilde Mie- „Hij vermoordt
me!"
De hand, die het weekgeld omklemd hield, moest
loslaten. De zilverstukken rinkelden op den grond...
Er kwam beweging in het straatje. Iemand bonsde
op de deur
„Doe open, smeerlap! Vrouwenbeul! Ik haal de
politie, hoor!"
De harde knuist schroefde al-maar om den arm
der vrouw.
jjjHelp! Help!" gilde Mie.
Hij zag het zilver glinsteren op den vloer... Liet
éven iets losser
Ze rukte, was vrij. Vloog weg de deur uit.
Buiten roezemoesden de stemmen.
„Zoo'n, schurk!" gilde de vrouw tegen de buren,
die haar in, bescherming namen. Ze was gek van de
pijn. Mi© wist; niet meer wat ze nu zei, in haar
dolle opwinding.
„Zoo'n ploert! 'n Vent. die gezeten heeft!... Dien
ik getrouwd heb tegen den, zin, van m'n familieI
Die me nou mishandelt,
Hij hoorde haar gil lende stem ratelen
Raapte het geld op
Nu was 't uit. Wisten zij 't allemaal
De stemmen verwijderden zichDe menschen.
Mie beklagend en scherp luisterend, liepen met haar
mee
Hij, Kees. klemde de weekcenten in z'n hand,
schoot z'n kleeren aan... Wachtte nog even
Toen maakte hij de deur heel-zachtjes, voorzichtig,
openWacht/te nog evenSchoot 't huis uit...
De straat in
Weg, wèg. vóórdat iemand 'r èrg in had...
Weg, de stad in, naar de kameraden toe
Terwijl t ruïschen, 't woelen, 't branden in zijn
kop al-heviger werd
belastingschuldigen meer moeten opdokken, alsmede
poging om de regeermacht te behouden.
Dinsdag cijfert, de heer Rutgers, die cijfers aan het
rondstrooien ging, verder, 't Wordt eentonig... En
er staan nog zoovelen op de „nominatie" om te
speechen,?
Quo Vadis, o Kamer!
Waar gaat-ge heen,!?
Mr. ANTONIO.
„Je hebt nu," zei de rechter-commissaris tegen
den ricidivïst, verdacht van poging tot inbraak, „een
brave, ordentelijke vrouw gehad, die 't beste met je
voor hadJe hebt een kind, dat recht en aan
spraak heeft op je bescherming en je voorbeeld in
het leven... Je bent, ondanks je verleden, aan een
fatsoenlijk stuk brood geholpen. Toch ga je weer je
ouder, gang, Dijlcmans, en maak je je gezin en je
zelf ongelukkig. Vertel me no.u eens hoe komt
dat nou eigenlijk? Je eigen vrouw, die je zoo lieder
lijk mishandeld hebt, zei zelf, dat je, in, je hart.
niet zoo slecht bent!"
De boef keek plotseling op.
,,Ze' ze dat, meneer?".vroeg Kees, de verdachte.
I© rechter knikte.
Toen sloeg de recidivist de handen vóór de oogen
en barstte uit in jammerend geschrei
„Och God, zei ze dat!" riep hij uitEn z'n
lichaam kromp van verdrietHij jammerde het
uit. En de rechter-commissaris, die gaandeweg, ge
leerd had echt verdriet van simulatie te schiften,,
had met Kees, den recidivist, te doenWerke
lijk te doen, ondanks alles
Maar hoe 't kwam, dat-ie recidivist was gewór
denDat kwam ZijnEdeTaclitbare niet te weten...
Dat bleef raadsel. Behalve voor Leendert en Toon,
die toch maar weer den spijker op z'n kop hadden ge
slagen, goocheme-jongens als ze zijn......
MAITRE CORBEAü.
Ingezonden.
i£J C»! LS.
Mi <1. R..
Gelieve s.v.p. een kleine ruimte in Uw blad voor
het volgende aan mij" 'toe te staan.
Naar aanleiding van de vergadering der S.D.A.P..
aldeeling WieringenNvaard, bij» den heer I>. Vèeter op
12 Oct. 1912, is ondergeteekende zoo vrij op te mer
ken, dat, waar spreker Rodrigues in zijn rede 't doet
voorkomen, alsof alleen de S.D.A.P. dc warcr leiders
des volks zijn, de spreker dit toch, niet liet blijken,
door het gesprokene van den heer Haringbuizen, 't
welk klare wijn was, belachelijk te makendit vind
ik wel wat geurmakerij1, maar geen echt voIksleiden
En waar bleef spr. met de door mij ondergeleekende
genoemde opéénhocping van arbeidsmacht r "Niets niets
heeft spr. daarop geantwoord. Indien de S.D.AJP. cr
voor kon zorgen, dat de arbeidskrachten wat meer
verspreid werden, zoodat niet alles opgepakt zit "in
de steden, terwijl het platteland van arbeidskrachten
beroofd wordt, zoodat men dóór met machinerie moet
werken (welke de spreker toch zoo vervloekt), en bo
vendien met buitenlandsche arbeiders moet werken,
die duizenden guldens uit Nederland halen, welke de
Nedcrlandsche arbeiders konden verdienen, dan, ja dan
zou men in haar meer een leider zien. Maar nü, wat
wordt nü gedaan door 'de S.D.A.P. r Veel te veel ar
beiders worden in de stad saamgeirokken en opgezwe: pt
tegen hel kapitaal, 't welk werkstaking veroorzaakt met
nog meer armoede.
Neen. geachte heer Rodrigues, verspreid de werk
krachten daar. waar zij noodig zijnzoo noodig ook
op het platteland, en dan is er werk genoeg voor iedere
hand. De werkman zelf en de toestanden maken het
loon, de S.D.A.P. is daarvoor werkelijk overbodig.
Met dank voor de opname,
JAN DIKSTAAL.
Kolhorn. 14 Oct. 1912.
Tweede Kamer.
Den Haa^, IS October.
De voorstanders, vrienden en bewonderaars van Tal
ma's ontwerp... De heeren Van Vliet, de afgod der
Patrimoniërs, alsmede de .heer mr. Aalberse, der mid-
denstanders „kerel". Zij vinden het aanhangig ont
werp Ouderdoms- en Invalidrteits-verzekering heiden
pradhtig. Niet op dezelfde gronden, maar het resul
taat is: met geestdrift voor stemmen. Waar 't op
aankomt. Broeder Van Vliet erkent dat voor de lage
loonen iets nog moet gedaan worden. Verder verze
kert hij, dat de vrij-ïïberalen heusch niet voor Sta at s-
penslonn eerin g zijn. En de arbeiders, althans de-
christelijke? Weet gij wat die wenschen, meneeren
j afgevaardigden? Dat U uitscheidt met praten, en
ijlings gaat stemmen. Dit ontwerp tot wet helpt,
maken.... Ik geloof, hiermee ten aanzien der rede-
Van Vliet te kunnen volstaan. De schrandere lezer
vultt -de rest zelf wel in,.
De heer Aalberse. der middenstanders „kerel", ge
lijk wijlen graaf Floris V 't immers van d-e „derpe
ren" dier ver-verwijderde dagen was. Welnu. hij,
mr. Aalberse, bewondert hier het streven naar een
rechtvaardig minimum-loon. Dut rit in de lex-Talma.
En kortzichtig zijn zij. die 't nog niet begrijpen. En
geland? Durft ge dax hier citeeren? Waar men in
een maand of wat zoo'n wet tot stand brengt, waar
we hier jaren op zitten, te kluiven en te tobben?
Nu ja, de Engelsche Staatspeusionneeringswet telt
twaalf artikelen en de lex-Talma driehonderd zoo
veelMacht ja niehts! In Engeland was de Staat
altijd armverzorger. Géén staatspensioen, en géén blij
vende bijdrage. Dat is mr. Aalberse's lenze.
Denkt ge dat mijn arbeiders zoo dom zijn, om
niet te snappen, dat het Deensche zoowel als het
Engelsche stelsel te onzent antinationaal zonder
wezen?... Men kan 't nu eenmaal niet iedereen naar I
den zin maken. Zelfs Juferter kon niet ieder bevredi-i
gen. Maar: het beginsel, ziet-ge! Dóar komt het1
op aan.
Stippen we nog even aan. dat mr. Aalberse, der
middenstandres ..kerel", heeft gezegd, dat de midden- j
stand gelukkig ten onzent sterk genoeg is om zijn
arbeiders een behoorlijk loon te betalen.
Waarop deheer Lieftinck „Bravo!" riep, wel
ke kreet den heer Aalberse scheen te prikkelen, f
Alsof da,ar bijgeval iets iroifffech in kan schuilen;
Op het eerstkomend© Middenstandscongres wachten
den heer mr. Aalberse nieuwe, welverdiende ovaties,
Dat de heer Hngenholtz niets van de lex-Talma'
moet hebben, mag als -bekend worden verondersteld.
Zijn, ernstigste grief is, dat de arbeider zich, vol
gens dit systeem toch nog als bedeeld© gevoelt, zijn
recht op rust" in, armverzorging ziet veranderd,
om met den lheer Hugeillioltz te spreken. Hij acht
de ouderdomsrente eene ..verkapte Iiivaliditéits-v:
zekering?'en niets dan d't. 't G.-heel. weer men
is slechts sluwe toelr;; om t verhoeden dat de
Binuenlandsch Nieuws.
LANGEDLJX.
Aan den Langedijk is voor deze 4 gemeenten en
omstreken een afdeeling opgericht van, d© Vereent*
ging voor Vakonderwijs in West-Friesland. Een 40-ta.i
leden zijn thans reeds toegetreden. Men hoopt wel
dra, een, cursus in, vakonderwijs te openen.
ZUIDSCHARWOUDJE.
De Langedijker Muziek- en, Zangschool, directie de
heer A. Olie te Zuidscharwoude, hield gisteren een
openbare les ten lokale van den heer A. Kist. De
zaal was geheel gevuld. Door de zangleerlingen wer
den allerliefste liedjes, ook tweestemmige, ten ge
hoor e gebracht, terwijl een strijkorkest, bezet door
leerlingen der school, een, goed gedeelte van den
avond vulde. De heer Olie had a's altijd veel succes
en de reputatie, welke de school reeds bezit, is er
door de openbare les van gisteravond zeer zeker nog
op vooruit gegaan.
ZULDSCHAKWOUDE.
De afdeel ing van den Bond van Ned. Onderwijzers
is "thans bezig met het aanwenden van pogingen cm
te Znldscharwoude een Fröbelschool te stichten,
LUTJEWINKEL
Donjeidagmiddag omstreeks half vier raak ie tfe
broodbezorger van de coöperatieve vereeniging „De Ti;d
sccsl" alhier met kar en paard te water. Spoedig vu:.,
cv veel'volk tegenwoordig, dat de behulpzame "hvnv>
bood. Na «enigen tijd waren kar en en paard op he
droge, en kon de bezorger den natten boel bekijk r
A an het minst natie goed kreeg ieder "wat mee mruc hui-
ST. MAAItTENSBRUG.
Het metselwerk van de te bouwen remise voor d
dorsbvereenïging Zijpe L is gegund aan den hoe
P. Doorn Lz. alhier.
HOOGWOUD.
Bij besluit van den 30 September jl. zijrr dcor
den heer Commissaris der Koningin |n. deze provin
cie met ingang van 1 Januari a.s. tot zetters voor
's Rijks direct© belastingen herbenoem cl de heeren
Jb. Hartog en P. Kooij, beiden wonende alhier
W.VAlfcliAND.
Het herkalingsoiïjdenvijs voor jongens aan de O.
'L. School alhier is begon,n,en met S leerlingen
SCHOORLDAM.
Bij het vanwege het Genootschap vegkr practtsch
Handelsonderwijs te 's-Gravenliage gehouden examen
voor privaat-docent in het boekhouden en aanver
wante vakken slaagde de heer P. Klant van Sehoorl-
dam.
W ARMENHUIZEN.
Donderdag bezochten 'n 2<Ltal lc-eriir.rcn van da
Polytechnische school te Delft in, gezelschap van oen
nar de kunstwerken aan de tramlijn Alkmaar
Schagen.
Bij den heer C. de Geus in de Moriaan, ging men
zich verfrJeschen. 't Trof toevallig, dat in de kolf-
baan juist verkooping werd gehouden van verschil' n.-
I de artikelen. Er werd door 't gezelschap lustig gebó-
i den en menig souvenir is medegenomen, of later na
gezonden.
LUTJE WIXKEL.
De vereettiging Nut en Genoegen heeft in hnr<
vergadering van Dtwiderdag jl. besloten haar 25-jaris
bestaan feestelijk te herdenken, op Donderdag 21 No -
a.s. ten huize van den heer W. FUnhcer. Een pro
gramma vol afwisseling met feestrede, muziek, tco-
neelstukjes, enz. is reeds osamengesteld.
De heeren k. Boekei, C, Koorn en G. Schoorl wer
den respectievelijk a3s voorzitter, secretaris en p*n-
ningmeestev herkozen.
POLDER miNOEMïXG
Tot Hoofdingeland van de SahW^ïen Kjedórm-r
koggen ;s Uvrkozen. de .mer J. L.e.L r| te >N i
WILD. -
In IloUsmds Noorden waren in dc, afeéioopen wei
de prijzen-van liet wild ais volg!: h.iSeqj'1.50 a 1 Vó
konijnen f 0.40 a 0.50. watersnippen f 0.30 a 0 19 'd
tnjzvn n.idc l 0.50. jonge I 1, tv., tc.i 0.C0 'a 0.70. -