CHAG
COURANT.
limit-Lultinllit
RONA
11(11111 BlülS-
Van Houten's
Cacao
Brieven van een onbekende.
AXoeders geeft uw kinderen
dagelijks
iS8(
Zaterdag 1 Februari 1913.
57ste Jaargang No. 5256.
Dit ti n mm er bestaat uit 3 bladen.
BEKEiMDMAKItlG.
STREMMING VERKEER.
iurgemeester en Wethouders van Schagen, brengen
algemeen,© kennis, dat op Dinsdag 4 Februari a.s.,
verkeer langs den openbaren weg „de Loet", ter 1
__jtse van den overweg van den spoorweg Alkmaar—
des morgens van 4 tot 8 uur zal zijn ge- I
md, en voorts dat de scheepvaart aldaar za) zijn
Temd op 4, 5, 6, 7 en 8 Februari a.s„
istiefchagen, 31 JJanuari 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. P. W. VAN DOORN,
Burgemeester.
ROGGEVEEN.
Secretaris.
V.
...ik kan niet zwijgen, want gij, mijn. ziele,
hoort het geluid der bazuin en krijgsge
schreeuw. Jer. 4 19.
Gerechtigheid verhoogt een volk, maar de
sonde is de schandvlek der natiën,.
Spir. 14 34.
...allen, die blijhartig waren, zuchten.
Jes. 24 7b.
kirlog of vrede?
I«4>at was de vraag, die ons dagen en weken op
'tong heeft gebrand; in letterlijken zin een vraag
den dag. van iederen dag, ja-' van ieder uur; 'n, j
ag, waarmee we iederen morgen weer opstonden;
ons naai- ons ochtendblad deed grijpen, aleer we
en huisgenooten „goeden morgen" gewenscht had-
die ons nog bezig hield, terwijl we op heit punt
aden in te slapen,
iorlog of vrede?
Tol hoop en vertrouwen stelden we die vraag in
begin van den wapenstilstand, toenj de afgevaar-
H den der strijdvoerende volkeren opgingen naar
- jeland's hoofdstad, om daar de fundamenten te
^en, waarop het gebouw d>es vredes opnieuw kon
den opgetrokken. Wellicht, dat Bulgaren, Serviers,
3ken en Montenegrijnen met hun zuidelijk tempe-
ient daar te midden van Albions flegmatieke zo-
die kalmte en bezadigdheid, zouden, vinden, waar-
oorlogsrumoer en viotoriegejubel hen reeds lapg
den beroofd, maar die onmisbaar zijn om den
lesarbeid tot een goed einde te brengen,
hellicht dat de Turken onttrokken aan den
oed van het optimisme, dat in alle officiëele Turk-
oorlogsberichten zoo, naef aan den dag treedt;
ral vrij van den drang der heftige oorlogspartij
in staat zonden zijn, om den bitteren lijdensbeker,
hun zou worden voorgezet, te ledigen.
k>o hoopten we van harte!
laar weldra vreesden we.
Het bleek weldra, dat de hoofden der zegevierende
idgenooten allerminst koel waren geworden. Was
zegevierende intocht in Konstantinopel niet voor
i weggelegd, en zou de Halve Maan op de Aya
ia niet vervangen worden door het Kruis de
goeding daarvoor in den vorm van de overgave
Adrianopel en Skoetari wilden ze zich niet laten
gaan.
Sn wat den Turk betreft, zijn nek bleek nog te
f om onder het Slavenjuk door te gaan.
lorlog of vrede?
Nog altijd hoopten we op vrede! Toen, nog
ajongene waren, werd, de vrede onder ons memig-
aj verstoord. En dan ging het onder ons in het
jein, zooals het nu in den Balkan in, het groot gaat.
dan. kon het ook menigmaal gebeuren, dat
,dera of leermeesters dus de machthebbers
Bschenbeide kwamen en den vrede herstelden. Wel-
i! daarop hoopten we, dat de machthebbers in den
ing der volkeren den vrede ïouden herstellen
De nota der groote mogendheden die zou, des-
r »ods met geweld, tot elkaar kunnen brengen, wat
.0 t vrijen wil niet tot elka&r wilde gaan. Zij zouden
ede kunnen brengen, aJs ze bet ernstig wilden,
aarvoor heeten zij anders groote mogendheden?
beteekent dat alleen, dat zij „groote" woorden
an innen gebruiken?
ÏNeen! zij kunnen meer, als ze maar willen. En
les I wilden immers allen zonder onderscheid vrede
- vrede handhaven tusechen elkaar en vrede bren-
gri |n, waar nog oorlog is. Twijfelt gij er aan?
iHoor dan slechts, hoe hun ministers dat zeggen
de verschillende parlementen, en hoe ze het op hun
izen meedeelen aan, intervieuwende journalisten.
!W. f hun gezanten vertellen het aan volken en vor
en; en koningen en keizers zeggen het tot elkaar,
io dikwijls zij, bij een „vriendschappelijk" bezoek
'"in een feestmaal elkander bespeechen,
Q9 En daarom op die nota der mogendheden was
l onze hoop gevestigd voor het verkrijgen en hand-
rt aven van den vrede.
En reeds beraadslaagden te Konstantinopel des SuJ-
ms ministers, onder leiding van Kiamil Pasja; en
et gerucht ging reeds, dat de Turksehe machtheb-
pre vorderingen, maakten, in, de voor hen o, zoo
aoeilijk te loeren kunst hun trotsche nekken te
lulgeo. Daaj- bereikte one niet geheel en al onver-
racht wat kan In Turkije niet gebeuren? het
«richt van de revolutie. Een tam revolutietje, waar-
dj nauwelijks bloed vloeide, zooals toch bij een be-
|i amelijke revolutie behoort; maar waardoor toch Kia-
uil Pasja en de zijnen gedwongen werden het veld
(8 ruimen voor heftig-oorlogsgezlnde Jong-Turkep,
ds Enver bey (een man ervaren ln de kunst om
•evolutie te maken) en Mahmoed Sjefket Pasja, die
li er door het record op zijn naam zet, om binnen
jen halt jaar grootvizier, grootvizier èf en weer groot-
rizier te worden.
Het antwoord op do nota der groote mogendheden
ivas nu niet meer twijfleaphtig, en liet zich n^et heel
•ang wachten.
De „groote" woorden der „groote" mogendheden
hadden dus niet gebaat bij het zach nog altijd
oot" voelende Turkije.
En dus immers zij kunnen den vrede stich
ten en zij w i 11 e n het nu zoudeta, op de „groote"
woorden der „groote" mogendheden derzelver „groo
te" daden volgen.
Een vlootdsmonstratie voor KonstantinopelEen
bezetting van de een of andere haven? Een ultima
tum? Ik weet het niet; laat de groote mogendheden
Izt zelf weten; zij hebben dat wel meer bij de hand
gehad. Als zo maar iets hadden gedaan!
Maar....
tc drinken, dat is gezonder voor hen en voor hunne
zenuwen dan welke andere drank ook; maar let er
op dat ge van deze krachtige pittige cacao niet veel
noodig hebt voor de bereiding, dan zult ge onder
vinden dat ge hun voor uiterst weinig geld het
gezondste tc drinken geeft dat maar te bedenken is.
En dus, o groote Tajleyrand! gij hebt voor de zoo-
veeiste maal gelijk, als gij zegt: „De taal is er om
de gedachten, t© verbergen."
En dus al die groote woorden als „beziejd met
het sterk verlangen dien vrede te handhaven", „van
harte er aan mede werken deïL vrede te kerstellem".
enz. enz. was niet anders dan apekool, vuurwerk,
mooidoenerij, zand-in-de-oogen-strooierij, pose.
Zij hebben dus niet gewild niet gewild,
wat ze wel konden als groots mogcndiiedein.
Voorzeker! niet alleen van de „menschen" maar
evenzeer van de mogendheden geldt Lessing's woord:
„Sie sind nicht immer was sie scheinen, doch sek
ten etwas Besseres." Neen, keel wat minder.
Want als we die groote mogendheden zien in hun
ware gedaante, dan zien we, hoe ze dat, wat ze wel
kunnen, niét willen, omdat het niet in hun
eigenbelang is.
„Eerst ik, en dan ik, en dan nog eens ik", dat
is de onuitgesproken gedachte, die een ieder dier
mogendheden tracht te verbergen achter mooie woor
den vol idealen zin. Zij allen slaan minstens even
begeerige blikken naar het land van „den zieken
man" als de verbonden BalkanstateD. Gaarne zou
den ze gaan meerooven; en ze zullen 't ook niet
laten, als ze er kans toe zien: Roemenië heeft reeds
zijn eischen gesteld'; Rusland slaat begeerige blik
ken naar d» Dardanellen en Oostenrijk, dat nog niet
•pgescheept? Is dit 'a verantwoordelijke zaak, oir:
dergelijk persoontje op de voordracht te plaatsen?
Zeker hier wel alles eigenbelang, maar niet in hot
belang van het waterschap. Dit is toch immers do
volle waarheid! Maar 't is heel aardig, en 'n man
tel met ringen is o zoo gemakkelijk, daar v»n je
veel mee bedekken. En dan durft de vader nog wel
met volle overtuiging spreken en met kracht op do
tafel Siaan en beweren niets gedaan te hebben oia
zijn zoon benoemd te krijgen tot Secretaris. De
brutaliteit ligt er hier een duim dik op. Men moot
maar durven! Bescheidenheid is bijzaak, en of het ge
tuigt van veel verstand, dat laat ik aan het oordeel
der lezers over. Hij, de rader, maakte zeil mee de
voordracht der candidaten op, de uitslag der stem
ming bewees dat toch, en nu vraag ik: wie liegt
hier? 't Is toch voor een waterschap van groot be
lang een persoon te kiezen, van wien men weet dat
hij voidoende kennis bezit. Hier weet men tock
vooruit, dat de benoemde er geen jota van weet. Hoa
is 't mogelijk om een dergelijke keuze te doen, ter
wijl men een geëxamineerde candidaat op de voor
dracht had en van vrlen men overtuigd was, dat hifi
de gewenschte capaciteit zou bezitten. Maar nog
erger wordt het, als blijkt, dat deze persoon tijde
lijk zelfs van de voordracht was afgevoerd. De hee-
ren van links in het Dagelijksch Bestuur en de voor
zitter waren het niet eens met deze handeling, en
den vier rechtschen heeren werd steeds en mef
den meesten aandrang gevraagdwelke redenen her
hadden genoodzaakt den heer Kooiman van de voor
dracht af te voeren. Herhaaldelijk vragen, maar gee»
antwoord. Er werd gezwegen als het graf. Maar waaj
om kwam die persoon diie misschien de anderen we
had beïnvloed nu ook maar niet brutaalweg voor des
dag met de redenen, dan had hij misschien niet ti
hooren gekregen, zooals nu het. geval was, van oö
der de tafel door werken. Het bestuur had zeker
het recht de voordracht te wijzigen, doch de billijk
heid brengt dan toch ook zeker mede, wanneer naar
de reden voor die verandering gevraagd wordt, ant
woord te geven. Doch ze durfden met hun laag bió
de grondsche handelingen niet voor den dag te ko-
men. Maar de heeren Hoofdingelanden lieten zich
niet raE de wijs brengen, en de eerste voordracht
werd gehandhaafd en in den vorigen stand terugge
bracht. I-lier blijkt toch zeker wel uit, dat ik liet
wat betreft de kennis van den Dijkgraaf, het bij het
rechte eind had. Want och, als men leest, dat hi|
timenteelen te behooren, en ik hoop en vertrouw I gedurende de vergadering Gods water maar over
meerderen met mij. Gods akkers liet loepen, dan spreekt daar voldoen-
Dat een oorlog ook zijn voordeelen meebrengt j de uit, hoe hoog of men hem heeft te schatten. En.
liet staal:, de energie; een volk, in nationale geest-1 het is de eerste koer niet, dat het bestuur ©en
drift ontvlamd, ondergaat Als het ware eén verjon- flater maakt, maar men moet wat toegeven, ook, maar
gJDgskuur; het wint aan zelfbewustzijn wie zou hetkom dan tenminste eerlijk voor de zaak uit. Verdere
ontkennen? 1 aanwijzing overbodig.
Maar indien we zien, tot welk een hoogen prijs Eenmaal waren de heeren van het bestuur nogal
deze vruchten van den oorlog alleen te verkrijgen i voortvarend, herinner u maar de laatste keuze voor
wel, het zij, zoo, maar dan wensch ik tot die sen-
zijn, me dunkt, dan moeten we toch zeker wel alllen,
erkennen, dat ze al te duur worden betaald. Een ver
jongingskuur, een dosis energie en zelfbewustzijn
voor den prijs van duizenden dooden, duizenden ver
minkten, duizenden treurendeta. en duizenden beroof
den me dunkt, de schaal slaat wel wat heel ver
naar éen kant over. En dan zeg ik voor mij dan het
maar gedaan zonder die .zegeningen van den oorlog,
of ze elders gezocht, waar ze billijker zijn te ver
krijgen.
Bovendien, zie eens naar dae volkeren, waar oor
logvoeren aan de orde van den dag is, bijv.' de "ver
schillende Znid-Amerikaansche staten. Zijn zaj te be
nijden, om de vruchten van dat voortdurend oorlog
voeren? Zijn zij rijker aan energie en zelfbewustzijn
dan die landen, die langen tijd voor de zegeningen
van den oorlog gespaard zijn gebleven?
Ik meen, neen! ben er vast van overtuigd, dat
volksenergie en zelfbewustzijn uit heel wat minder
in
Is,
lang geleden Bosnië en Herzegowina annexeerde, hul
digt tegenover Servië alweer het „divïde et impe- troebele bronnen kan worden geput,
ra" („verdeel en heersch"). En Italië moet zwijgen, l Dus nog eens oorlog!
omdat het juist zijn beurt in Tripolis heeft gehad en I En wat zal daarvan de uitslag zijn? Voorspellingen
Engeland omdat het Egypte heeft ingepalmd enz. enz. zijn altijd gewaagd, daarom aan de toekomst maar het
En dus oorlog opnieuw oorlog; opnieuw zullen woord,
de wonden, die nog nauwelijks begonnen te gene- 3L
zen, worden opengescheurd. j
Do kanonnen zullen weer bulderen om Adrianopel
en Skoetari; en Turken en Bulgaren en Serviërs zul-
len door de granaten bij rijen worden neergemaaid;
en stad en dorp zal verder worden verwoest en plat- Mijnheer de Redacteur,
gebrand en uitgemoord: en nonderden zullen vallen
in den stormloop of bii de verdediging, en cholera wensch ik nader na te gaan de handelingen en han- j lieken van pak weg. De Liberalen schijnen in hun
Ingezonden.
Heemraad. Hoofdingelanden, die jaren zitting heb
ben gehad in dit college en met de toestanden op
de hoogte zijn, worden voorbijgegaan en een Hoofd
ingeland, zoo pas gekozen, dae eenmaal een vergade
ring heeft bijgewoond, wordt tot Heemraad gekozen.
Dat teekent de zaak en 't is niet ten onrechte, dat
de broedmachine hier veel uitwerkt. Men moet vans
de vriendjes zijn. Wanneer men meent in 't Zuiden
veilig te zijn, moet men in 't Noorden den wimpel
ophalen. Mijne heeren, 't is 1913, de verkiezing be
gint in 't zicht te koanen, en al heeft het Noorden
nog niet gesproken, wat nu gebeurt zal de oogen, wel
doen opengaan.
Niet ten onrechte wordt er gesproken van geknoei
en geklungel door de Katholieken. In welke corpora
tie ook, men behoeft slechts de laatste drie jare^
na te gaan, en men heeft voldoende stof om ta
waarschuwen en te vragen wanneer of dergelijke baan.
Ijesjagerij *u eens uit is.
Wat «f er zooaj is gebeurd, is alom bekend e*
vormt is 't polderbest*vr herinneringen om geboek
staafd te worden, maar alsjeblieft niet om tot voor
beeld te dienen. Het hoofdbestuur (de rechtscho
heeren) heeft hiert zijn kennis en wetenschap aait
den dag gelegd, weet wel kleur maar geen waarde
te schatten. Waarachtig, in eigenlijken zin kan men
over de poldervergadering wel spreken als van een
Jan Pietjes boel. De heeren Van der Oord en Van
der Buseen sloegen de plank raak. Wordt de meer-
derheid echter gevormd door Katholieken zoo als
Naar aanleiding van het Poldervergadenngverslag, wij ons die denken? Volstrekt niet. 't Zijn Katho-
en typlius, honger en uitputting zullen niet minder delwijzen van het dagelijksch bestuur van den Pol- oogen zoowat Turken te zijn. of nog erger. Met den
slachtoffers maken, L e. w. de oorlogsellende in al der Heerhugowaard. Tlia^s is toch wel gebleken, wel- pastoor en den kapelaan zeggen zij niet op te kun-
haar ontzettenden omvang zal over de strijdende vol- ke vertooningen er zijn afgespeeld. Algemeen dient nen schieten, deze komen dan ook nooit in hunne
keren en landen, worden uitgestort- men bewust te zijn om voor een dergelijke corpora- j vergaderingen. Men houdt ze liefst buiten de deur.
„Hoe is het mogelijk," zoo roepan we vol verbazing tie personen te kiezen, aan wie de zaken kunnen I j)e Roomsche schoolmeesters... niks van hebben -
uit, „dat er nog menschen worden gevonden, die den worden toevertrouwd, om de belangen in bedoeld H-j ook weg er mee. Is zoo'n stel Roomschen (de goede
oorlog verdedigen?" Hoe is het mogelijk, dat bijv. chaam te bevorderen. Doch wat ziet men hier ge -1 niet te na gesproken) nu geen rommel? M. de R..
onder hen behoort een man van zoo hooge besena- beuren? Allereerst de verkiezing van, den nieuwen J weet u geen gced adres van een wasch- en 6txijk-
ving als professor Chantepie de la Saussaye, hoog- dijkgraaf. Bezwaren werden genoemd, en was dit zon-inrichting, waar men die lui ter opknapping kanhean-
ieeraar in de theologie aan de Rijks Universiteit te der reden? De bezwaren schenen in 't begin van j zenden? Of zullen we ze laten uitstoomen?. Weet
Leiden? „Wie den staat wil, of aanvaardt," zoo be- weinig waarde te worden geacht en toch had blijk- u beter raad?
weert hij, „moet hem weerbaar willen en dus den baar niemand een hooge verwachting van hetgeen de
oorlog billijken." Hij meent, dat een verslappende nieuwe titularis zou prestoeren voor de zaak, waar
atmosfeer ontstaat bij een volk, dat onbekwaam of voor bij geroepen was. Hij zelf blijkbaar ook niet,
ongezind is, zijn recht met de wapenen te verdedigen lettend op zijn uitdrukking: als de heeren van het
en er eigen leven, aan te wagen. bestuur willen dat ik Dijkgraaf word. och, ik heb
Volgens hem is het streven der pacifisten niet er niets op tegen, 't Is wel aardig geredeneerd, maar
juist; het berust op een sentimenteele opvatting, mij dunkt 't ware beter geweest deze gedachte maaa-
„De vredesdroom wordt immers telkens weer be- biimeu gehouden te hebben. Hoe hoog de verwach-
schaamd. Noch de krachtige protesten van invloed- ting was over den nieuw benoemden Dijkgraaf blijkt
rijke mannen, noch de opgewonden meetings van, tevens wel uit het gezegde van een der oudste leden.
Den Haag, 31 Januari.
Vundm.g was minister Heemskerk weer fleuiiger en
w joliger dan ooit. De hoogere an vinnige politieker^
weldenkende Heden brengen vrede." „Het afschaffen van hei dagelijksch bestuur, waar hij zegt: ik ge-isvBn de been. Wegkikn nu in hei gebenedijde- land
van den oorlog ligt nog zeer ver buiten den ge- loof, dat wij de Waard wel feliciteerec. kunnen met j "er arlïkekin van Hoofds uk V, voort als een beo'.je
Mijn dank, en,z. enz.
■EN KATHOLIEK.
Heerhugowaard, 27 Januari 1913.
Tweede Kamer.
op onbewogen watervlak.
Er is eigaiiijk van dezen tfeg al bilter weinig na
ie vertellen
De minister heeft beloofd dat hij voor de lecra-
jfïij lieten de zaak, zooals zij] was."
zichtskring. Niet slechts naar aardsche berekening de keuze die wij hebben gedaan,
is toeneming van strijd te wachten, maar er is in ons Doch spoedig volgt een algemeene vergadering, d5e
christelijk geloof n,iets wat de verwachting wettigt, de nieuw benoemde Dijkgraaf heeft te presldeeren.
alsof het uiterlijk vrederijk op aarde aarfcstaande is. Zeer kalm, wat den persoon eigen is, figureert hij
of zonder kaïtastrophen komen zal." daar, herinnert allen de zware plicht dien hij op F®1 ömi rijks-normaallessen en -leerscholen xal doefc
Aldus prof. d. L S. in zijn 2de deel van, „Het zich heeft genomen en rekent op hun, steun, die wel fu.f En bij sii|jj)letoire beg-ooing zal de zrak
Christelijk leven". niet za; ontbreken (geen kip verpikt zijn eigen kui- mei .^bekwamen spoed bij die Kamer worden «mi-
En. ik dacht, dat juist heel de geest van het Chris- ken) en gaat dan over tot de werkzaamheden. Zeer bangig gemaakt. In dat vooruitzicht trok de heer Rood-
tendom zich verzet tegen dien oorlog met zijn gruwe- ondergeschikte zaakjes werden afgehandeld, deze was huyzen zijn mo'ie in. Eeti onder punt be*rof de f 18.000
lijken aanhang. En ik meende, dat een integreeretod de Dijkgraaf meester, doei daar komt het, groote Buhsitlie aan den Bond voor Lichamelijke Opvoeding,
de.el van het Christelijk geloof juist is vast vertrou- menu. waar allen zich aan vergasten, nj. de verkïe- Did to.aam zei de heer Lieftinck kl'n' ""-.ooi.
w- in de komst van het rijk des vredes op aarde, zing van een secretaris. (De hanieö cr aan verbonden, zijn ook zt-
En streven, der pacifisten een, sentimenteele op- 't Is mij onbekend, maar wanneer iemand tot Heem Maar minder mooi is, dat deze Bond zoo dik
vattin^,raad gekozen wordt, is die persoon dan verplicht 'n „boer'jcs" blijkt te zitten, dat de rijkssubsidie •.oor
Hier voor me heb ik liggen een artikel van Paul eed of belofte te doen, in dien zin wat 't water- schuklde'ging in plaais van voor hei sc-hoone doel van
Doumergue: „Wat te zeggen van dezen oorlog?" waar schap van hem mag eischen? Zoo ja: dan gaat dit den Bond werd bcs'eed. De heer Van Twist ncem-
in hij talrijke ooggetuigen van, den oorlog „.vu het zeker meer in sleur en gewoonte. Gesteld, de vader do cijfers, die bedenkelijk genoeg k'inken. Maar (j
woord laat. is Heemraad, en de zoon is of wordt Secretaris en hoor FJand kwam me! de genistsleliende verzekei ing, d;.
Wat deze menschen vertellen, dat heb ik liet kun- ais er dan gehandeld wordt als hier, is dat dan de alles zal worden geregeld. Hei woord van den Ar»i-
nen lezen zonder ontzetting; ik wist niet, dat een belangen van den polder voorstaan? Neem aan: de hemschen afgevaardigde heeff gezag en verlrouwen in
oorlog zooveel ellende kan meebrengen. zoon .at om nog iets te kunnen prestoeren, eerst de Kamer. Èn ioen de minis'er verzekerde, van zijn
En indien het nu van een sentimenteele opvatting nog les halen in rekenen, schrijven en taal- en stel- oni, da! men nauwkeurig zal confroleeren h 's Rijks
/e'uigt, v.anneer de meusch, door dea© dingen in zijn oefeningen leeren maken, enz., is dan de vraag ge- - ld word! bcs'eed, alvorens de kleur dezr'r- :mmi
ziel gegrepen, den, oorlog tegen, den v 'og aanbindt oorloold: waar is en wordt nu 'n polderbestuur mee ïalen zien, zwogm de heeren verder in gerechtvaardige