Woensdag 5 Maart 1913. 56e Jaargang. No. 5*224. TWEEDE BLAD. BENKEDM AKINB. Burgemeester en Weihouders der Gemeente Scha- gen brengen ter openbare kennis, dat op 24 Februari 1913 bij hen is ingekomen een verzoekschrift van Ja- cob Blaauboer. van beroep koffiehuishouder, wonen de to Schagen. om vergunning voor den verkoop van sterken drank in het klein, in de navolgende loka liteit: „het beneden-voorlokaal" van het perceel, ka dastraal bekend Gemeente Schagen. „Sectie A. no. 720, plaatselijk gemerkt wijk B. no. 46, en gelegen aan de Marktplaats aldaar. Binnen twee weken na dc dagfeekening dezer be kendmaking kan een ietier tegen het verleenen van deze vergunning schriftelijk bezwaren bij Burgemeester en Wethouders inbrengen. Schagen, den 24 Februari 1913. Burgemeester e» Wethouders voornoemd: P. BUIS Ja., J.B. ROGGEVEEN, Secretarie. Burgemeester en Wethouders 'der Gemeente Scha- gen. brengen ter openbare kennis, dat op 27 Februari 1913 bij hen is ingekomen een verzoekschrift van Cor- nelis van Ham, van beroep restaurateur, wonende te Schagen. om verlof voor den verkoop van alcohol- houdenden drank, anderen dan sterken drank, in de navolgende lokaliteiten„de wachtkamer Ie en Ile klasse en Ille klasse, van het perceel, kadastraal bekend Ge meente Schagen, Sectie C, No. 1070, plaatselijk ge merkt wijk C ,ho. 73, cn gelegen aan den Nicuwem- weg aldaar. Binnen twee weken na de dagteakening dezer ber kend making kan een ieder tegen het verleenen van dit verlof schriftelijk bezwaren bij Burgemeester en Wethouders inbrengen. Schagen. den 27 Februari 1913. Burgemeester e® Wethouders voornoemd P .BUIS Jz.. l.B. ROGGBV3BN, Secretaris. Londen, 1 Maart 1913. In men,ig opzicht zijn ze hier in Engeland' achter bij ons, en bij het vasteland in 't algemeen,. Als jon-l gens op school hebben wij a,l zitten sukkelen niet de Engelsche maten en gewichten, niet begrijpendie, to de eerste plaats waarom die Engelschen het tiendee-j lig stelsel niet gingen invoeren, en in d© tweede j en voornaamste plaats, waarom wij diaaropider moeanto lijden. Ik heb me menigmaal afgevraagd1, hoe de En- j gelsche jongens en meisjes hun sommen, over maten en gewichten* wel zouden vinden, als je nagaat, dat onze Hollandsche kinderen al een gezicht trekken, als of ons stelsel moeilijk is, en met het grootste genoe- gen beweren, dat er 10 G. in een KG. gaan, of dat een Meter is 10 DM. Dat voordeel hebben de Holr- landscbe onderwijzers in elk geval, dat de achteruit- vliegers In hun klassen de grootste bokken mogen schieten, maar dat ze in elk geval een redelijke kiaps hebben goed te raden, 't Is altijd tien, handend duizend of een ander nullengetab dat er uit moeit komen. Maar dan de arme jev.gd hier! In de eerste plaats, verwaand als een Engelschroan is oip zijn land, en overtuigd als liij is, dat hij geen vreemde taal hoeft te leeren, want dat andere volken de zijne wel zul len, leeren, ziet hij cich genoodzaakt toe te geven, dat die andere volken de schoonheden van zijn stelsel van maten en gewichten nog niet hebben ingezien, en waar schijalijk r.ooit zullen inzien. Er. dat hij moeilijk han del kan drijven, ais hij zich niet de moeite getroost zich ©p de hoogte te slelleu van Kilo, Hec-to, Deca, enz. Dus, om te beginnen, wordt de Engelsche jeugd vergast op dezelfde sommetjes als de Hollandsche, Duitsche, Fransche, en telt. Stères op bij dM.a om ar ten slotte Liters uit te. krijgen. Daarna, of daarvoor, of tegelijkertijd komt dan ter aangename afwisseling en nuttige verpoozing dag in. dag uit, het Engelsche) stelsel. Uit een oogpunt van raadseltjes is dit stelsel wel interessanter, 't Gaat, lang niet altijd bij tien op, soms bij twaalf, soms veertien, soms zestien, en dus is de kans om goect te raden, waar de HollafrdSehe jongen zoo gaarne en trouw gebruik van. maakt, voor zijn Engelschen collega tamelijk gering. We spreken, van een stelsel van maten en gewichten, maar moe ten zeggen, dat het Engelsche zich to die eerste plaats kenmerkt door stelselloosheid. Wat is makkelijker daj je geld, je maten, je gewichten te verdoelen to tienen, en die tiende gedeelten, weer in tienen enz.? Maar hier beginnen ze al met het geld. De stui ver wordt verdeeld in vieren. Dat vierde gedeelte, een farthing. ruim een cent in Hollandsch geld dus, is het kleinste muntstuk, dat er is in Engeland, en wordt zeer geminacht. In de meeste winkels geven ze je gewoonweg geen farthings terug, maar hebben inp laats daarvan pakjes, waarop staat: wissel pakje, en waarin zitten, een paar naalden, of spelden, of iets dergelijks. Niemand zal er aan denken, een farthing te doen in het kerkezakje, of een farthing te geven aan een bedelaar. Daarvoor komt niet eens de halve stuiver in aanmerking, hoewel dat overigens een zeer achtenswaardig geldstuk is, waarvoor je soms eeu stuk met den bus kunt rijden, en waarvoor je 's morgens op straat je krant koopt. Maar bede laars zijn pas tevreden met een heelen stuiver. Twaalf daarvan, maken een shilling, en twintig shilldngen een pond. Dat mag nu niet zoo makkelijk wezen als cent dubbeltje gulden tientje, maar je went er gauw aan. 't Benige lastige is en blijft, ook voor 'n Engelschman,, dat er een zilverstuk is van f 1.20 en ©6d van f 1.50, waartusschen natuurlijk maar wei nig verschil bestaat. Zoo is er ook een van vier en een van vijf gulden.. Maar, zooals ik zei, je went er gauw aan. geld is nu eenmaal iets, waar je dagelijks mee in aanraking komt, en waarvoor de meeste men seden groote belangstelling koesteren. Niet zoo dagelijksch is de omgang met lengte- en inhoudsmaten. Wajt de eerste betreft, begint de En gelschman met een inch, dat is iets meer dan 2% oM. Twaalf daarvan er in een voet, drie voeten maker een yard (die dus Iets korter is dapi onze Meter), twee honderd en twintig yardB een furiong, acht furlongs een mijL Dus, inplaats van, tien, hon derd. duizend, tienduizend, de totaal onbegrijpelijke combinatie: twaalf, drie!, twee honderd en twintig. Bij die twee honderd en twintig dachten ze ze- *er. we schieten niet genoeg op, we zullen er eens een beetje haast achter zetten. Natuurlijk wordt het moeilijker, als we van die lengtematen vierkauts- maten gaan maken en te doen krijgen met twaalf keer twaalf. En het prettigst rekenen de kubieke maten: t kubloke voet is twaalf keer twaalf keer twaalf ku- dri inches' eh 1 kubieke yard drié keer drie keer e kubieke voet. Waar dus de Hollandsche jongen, loert: i y 1000 dM 3 I.OOO.OOO fcub. cM., zijn hier do daarmee overeenkomend© getallen 1728 en 27 heer 172 8. voor de gewichten, nemen we weer andere getal len, aangezien anders iemand met een tamelijk ge heugen er ten slotte nog in zou kunnen slagen den poespas te onthouden. We doen dus zestien ons in een pond, noemen veertien pond een stone, twee stone een quarter, vier quarter een hundredwelght, en twin tig hundredweight een ton. Zestien, veertien, twee, vier, twintig. Prachtige sommetjes, dat je daarvan kunt maken. Als meester eens niet veel zin hoeft op ©en morgen .zijn de jongens een uur lang met zoo'r sommetje zoet: bv. hoeveel ons gaan er in een ton. Vergelijk daarmee ons: hoeveel milligram gaaa er in een kilogram! Maar met moed en volharding worstelt de niet al te domme Engelsche jongen zich ook daar doorheen. Al doende leert men, en na verloop van eenig§ maan den heeft hij dit er in, en maakt sommetjes, dat het een lust is. Maar voor diegenen, die examens willen doen, zijn dan nog andere versnaperingen weggelegd. Behalve de bovengenoemde indeeling van de gewich ten zijn er nog twee andere stelsels. In een daar van wordt het pond voor de verandering in twaalf onsen verdeeld, en dat ons nog weer in twee honderd veertig grains, in het andere zijn wel is waar zestien, onsen in een pond, maar wordt het ons verdeeld in vier honderd zeven en dertig en een halve grain. Maar deze versnaperingen zijn alleen voor de fijnproevers bestemd, voor examencandidaten, die onsen van het eene mogen overbrengen in onsen van het andere, In de praktijk komen de beide andere stelsels wei nig of niet voor, wat maar goed is ook. Dit is nu alleen nog maar iets uitgebreid op het gebied van de gewichten, en nog lang niet zoo uit gebreid als het zou kunnen zijn. Met de maten is het evenwel al net zoo. Dan zijn er weer afzonder lijke namen voor het meten van laad, zeediepten paarden. Trouwens, wij spreken ook van vademen en knoopen. Wat ik evenwel wou aantoonen is dit, en de meeste Engelschen zien dat ook wel to, hoe totaal on zinnig het hier gebruikte stelsel in elkander zit, hoe gemakkelijk en eenvoudig ons tiendeelig stelsel is, en hoe schandelijk veel tijd hier, tot ergernis van de onderwijzers, vergooid wordt met het leeren van dit stelsel. Grenzen en gesteldheid van 't oud WEST-FRIESLAND. West-Friesland, ook wel Klein-Friesland door som mige historieschrijvers geheeten, reeds zoovele eeuwen door de Zuiderzee bespoeld, is betrekkelijk niet groot' van, oppervlakte en zeer zeker zal het moeilijk zijn in ons land een streek te vtoden, binnen welks om trek men in vroeger eeuwen zooveel meren en stil staande wateren, door killen, en boezems met elkan der en met de Zuiderzee verbonden, aantrof. Reeds uit de gesohiedboeken, blijkt, dat de Graven van Holland bij bunne oorlogen, tegen de West-Friezeh bijna, steeds des winters over 't ijs deze landstreek zijn binnengetrokken, gevolg van 't bijna geheel ont breken van, verkeerswegen, te land, hetgeen zijn oor zaak haa in 't feit, dat te dier tijde West-Friesland een aaneenschakeling was van, poelen, moerassen en eilandjes. De vlakte van, West-Friesland was en is npg heden ten date niet overal even, gelijk; op sommige plaat sen, bij Wognum, Wijdenes, Hoogwoud, Schagen, en Niedorp is de gropd hooger dan op andere gedeelten, dierzelfde gemeenten en overa vindt men lagere gron den, sedert honderde jaren ingedijkt, doch vroeger moreu, poelen en moerassen, over welker bevroren wateren de Hollandsche graven, hij gebrek aan wegen, Klein Friesland binnentrokken,. Die hoogere plekken nu zou men de oudere gronden van West-Frieslaad kunnen noemen. Een zoodanige gesteldheid van den bodem, het spreekt van zelf, bracht een zeer verstrooid en ge scheiden wonen der bevolking met, zich, wat weer inwerkte na verloop van eeuwen natuurlijk op het karakter en den aard van, den West-Fries. De algemeen© toestand van WestrFriesla.nd vóór 1300, teen men met den dSjkaanleg begon, kan 'mejq samenvatten in een 5-tal punten: J e. dat West-Friesland eeuwenlang uit gebroken land, e'landen en hoogten» nauwelijks boven het water uitstekende, heeft bestaan; 2a. dat het water, hetwelk deze gronden bespoeldie, met de zee in open verbinding staande, zout of tjen- mili-te brak is geweest; 3o. dat in deze landstreek, to dit gebroken land, bijna ge>-ne, of tenminste zeer weinig wegen zijn geweest; 4o. (at de Friezen, die dit gedeelte van, 't tegen woordige Noord-Holland bewoonden, bezwaarlijk an ders dan over het water of over het ijs door hunne vijanden aangetast konden worden 5o. (Ut de Kleia-Friezen zeer verstrooid en van elkander gescheiden hebbenj moeten, wonen, welke omstandigheid weer inwerkte op het volkskarakter; 6o dat de regeerïng van West-Friesland op demo cratische n leest geschoeid was. Was West-Friesland zelf een waterland, hare onmid deïlijke omgeving, Drcehterland. Waterland, ja zelfs Kenhemerland was dit niet minder. Vanaf Schardam, waar in 1390 een dam werd gelegd tot keering vafr het zeewater, trof men achtereenvolgens aan de Beemster, de Schermer, de Heer Hugowaard, het Bleekmeer, de Slootgaard, het Woudmeer, het Wits- meer en de Zijpe, dlie zich verderop met de zee ver een igden en welke meren voor hunne bedijking door middel van killen, waterboezems en stroomgaten met eikander en met de zee to verbinding stonden. De Beemster was wel njeit in de aangewezen greb- zen van 't oude West-Friesland begrepen en de Scher mer slechts ten, deele, maar beide deze groote meren vormden met de Waard en andere in vroeger eeuwen een b ree de en ondoorwaadbare gracht, achter welke de West-Friezen veilig al 't geweld, de woede en, de gramschap der Hollandsche graven dorsten verachten. Wat betreft dat deel van West-Friesland, dat zich noordwaarts van Alkmaar tusschen de Heer Hugo waard en de duinstreek tot aan de Zijpe uitstrekte en dat niet breeder was dan, ongeveer 1uur gaans en ruim 2 uur in de lengte, in deze streek bevond zich behalve een menigte wielen en waterpoelen een reeks van meren en meertjes, niet zoo groot als de hierboven vermelde, maar zoo dicht op elkander vol gende, dat de geheele landstreek er door verbrokkeld werd. Achtereenvolgens had men er het Voormeer Swjjnmeer, Vroonemeer, Daalmeer, Kleijmeer, Dieps meer, Grebmeer, 't Jaarlingsmeer, Kerkmeer, Derg- meer en Debbemeer, zoodat men zich verwonderd af vraagt. waar dan wel land was. De oostelijke grenzen van West-Friesland, in de richting Enkhuizen, werden eveneens op een zooda nige wijze gevormd, door Wogmeer, Berkhoutenneer, enz. Wat de hoedanigheid van, het water to deze me rem en kreken aangaat, het volgende. Oude schrijvers verhalen hoe het leger van Graaf Arnoud, dat, to gen de Friezen optrekkende, nabij. Winkel gekam peerd lag, gebrek leed aan goed water, en dat het zich daar ter plaatse bevindende water zout of brak was. Tot zelfs bij Heilo, to 't hartje van Kennemer- lar.d dus, drong het zeewater door en Beka, de Utrecht sche historieschrijver, verhaalt hoe de reisgenooten, van den bisschop Willebrord, to die landstreek de kerken bezoekende, te Heilo een ondragelijken dorst leden... „ende zij, en hadden geenen, wijn, etide dat water was zout". Dit was de aanleiding tot het graven van den, bekenden put, waarvan, men nader hand zooveel wonderen heeft verteld- Wat de derde stelling betreft, deze is genoegzaam bewezen en wel doordat Flords V in 1288 slechts dan vrede met de West-Friezen wenschte te sluiten, wanneer zij hem vergunden in hun land gemeene we gen te mogen aanleggen, zoo groote als kleine. De vierde stelling wordt eveneens door de geschie denis bewezen; de krijgstochten vap Diederik V, Die- derlk VI, Floris III, Diederik VII, Floris V en Jan I geschiedden all©e® to den winter over het ijs of over het water en weinig verneemt men van schermutse lingen to den zomer. Na de opsomming der meren en meertjes komen wij vanzelf aan die der killen, stroomgaten en waterwe gen, waarvan we slechts enkelen de belangrijkste - zullen vermelden. Beginnen we met het Swet, dat bij Schormerhorn de Beemster met de Schermer ver bond. waarna volgde de- beek Ottenvoort of Okken- voerde, Okkenvoort, het wed Ottenvorth, namen voor ec-nzelfden waterplas, welke de Schermer met de Heer Hugowaard verbond en waar mon op een eilandje het dorp Oterleek aantrof. De tweede waterboezem of kU, die om zijn belang rijkheid vermeldenswaard ls, was de Reeker, zich uit- strekkende benoorden Aikmaar tot aan de Zijpe bij Krabbendam en over welk wad de Friezen in 1169 op Alkmaar lostrokken, teneinde dit stadje plat te branden. Het spreekt vanzelf, dat. waar de gesteldheid der waterwegen zoo afwisselend was, die van het vaste land zulks niet minder was, al zou men kunnen ver onderstellen, dat de bodem van West-Friesland zeer gelijk en arm aan afwisseling was. In de onmiddellijke nabijheid van Alkmaar veitiief zich de Ouddorper geest, ten Noorden met de Vrooner geest vereenigd en ten Zuiden en Oosten begrensd door Schermer, Voormeer, Swijnmeer en lage vel den» die, toen in 1509 de zeedijk bij Krabbendam doorbrak, overstroomd werden. Ten Noorden van Alkmaar bevonden zich verder ©enige hooge stukken grond, waarop het Zuidelijk ge deelte van Koedijk is gebouwd, doch van meer be lang waren do zandige hoogten van Zaanegeest, welk' zieli uitstrekten tot aan de Sckoorler nollen. Deze nollen, die zich vanaf Schoort uitstrekken tot nabdj Sclioorldam. vonden hare voortzetting in de hooge akkers in de richting Warmenhuizen. Dit dorp zelf ligt nog op zeer hoogen grond, ter wijl daarenboven nog vele huizen opp kunstmatige hoogten zijn opgetrokken. En van deze plaats uit strekken zich de hooge gronden der oude landen van West-Friesiand verder uit in de richting van Tuitje- horu. Eenigenburg, St Maarten, Valkoog, Schagen Barsingerlorn. Winkel ea verderop. De regeering van West-Friesland, vóór het zich omstreeks 1300 aan de machtige Hollandsche graven moest onderwerpen, is ten allen tijde zeer democra tisch geweest, tenminste wij vernemen niets of zeer weinig over koningen van West-Frieslafrd. pe gemeenten regeerden zichzelf en alleen mot goed vinden van Raad en Schepenen van West-Friesland werden verdragen aangegaan en wel duidelijk op naam van „ai'e de gemeente" en zulks geschiedde vol gens een gewoonte, die reeds ten tijde van Tacitus in zwang was. (Wordt vervolgd.) C. P. BREED. Binnenland»ch Nieuws. ZIEKENFONDS TE NIEUWE NIEDORP. Vergadering van de VicreenigLng „Onderlinge hulp bij Ziekte", alhier, gehouden in 't lokaal van den heer Peetoom, op Maandagavond 3 Maart 1913, 's avonds 7 ,uur. Voorzitter Ds. Haars. die met welkom de vergadering opent, waarna de notulen van de vorige .bijeenkomst worden gelezen. De heer W. C. Visser heeft een paar aanmerkingen op do notulen, die Jiemi in debat brengen met (den viorzitter. ep met den secretaris. Daarna wordt be paald dat in deze notulen, van de aanmerkingen noia wordt genomen en volgt goedkeuring der notulen. Aan de orde is wegens aftreding der j>esluurslej- den (do hoeren Ds. Haars, voorzitter; P. Haringhui zen. penningmees Ier en Jb. Hovenier, secretaris) een nieuwe bestuursverkiezijjg. Dit wou*dl door voorzitter aangekondigd en de steun briefjes worden rondgedeeld. De heer J). Kuilman zegt, dat hij liever geen stem briefjes zou zien ronddeeden en liever öp de zaak ziet teruggekomen door de aftredenden. Men houde liet ziekenfonds in 't oog en niet persoonlijke din gen. Maar al kan ik me heol goed voorstellen (het uittreden van het bestuur en ik had zelf misschien niet anders gedaantoch zou ik het bestuur graag met groote meerderheid herkozen zien. Bij stemming verkrijgen de hoeren Haars, Haring buizen en Hovenier* respectievelijk 28, 26 en 25 stem men, alzoo allen meerderheid. De heer Hovenier neemt do herbenoeming aan, de beide andoren niet. De lieer D. Kuilman betreurt het dat beiden, clie zoo geheel belangeloos zooveel moeite hebben gedaan om mede te werken tot den bloei der instelling, er uittreden. Dat zal zijn het begin van het einde. Spre ker voorziet, dat hun bodanken de vereeniging .veel kwaad zal doen. Voorzitter vraagt den lieer Haringhuizen nog eens. die echlejr bij rijn besluit blijft. Voorzitter verklaart het met richzeilwn nog niet eens le zijn. Daar de heer Haringhuizen volhoudt bij rijn besluit volgt voor de daardoor ontstane vacature! opnieuw stem ming voor een bestuurslid. Na een paar stemmingen wondt de heer F. C. R. Koelemeij go-kozen, die ïhet aanvankelijk niet aanneemt, doch later daarop terug komt en de functie aanvaardt. Voorzitter verklaart vervolgens besloten te zijn. ^ich niet herkiesbaar te stellen en zet uiteen waarom. Hij meent niet langer te moeien aanblijven, nu reeds drie maal een bestuursvoorstel is verworpen. Hij had ver wacht. dat er een stem zou zijn opgegaan om op het voorgevallene van de vorige vergadering terug te ko men. dan zou hij zijn aangebleven. Dat is friet gebeurd. Nu meen [voorzitter zijn betrekking niet meer te moeten vervullen. Het is uitgesproken, dat het rie- j konfónds louter een dubbeltjeskwestie is. en nu 'de reserve zoo groot is, nu heeft het fonds den steun van menschen die er uil louter belangstelling in rijn, niet I meer noodig. Spreker acht het althans een voldoening, het zie- l kenfonds, nu hij het gaat verlaten, financieel zoo krachtig te zien. De heer D. Kuilman verklaart dat het zeer goed zou kunnen gebeuren dat een volgende vergadering beter beraden, over Gezinsverpleging en Het Witte Kruis een oordeel vormde. Die beiden zijn éen met het Ziekenfonds maken er een deel van uit. Mijn gevoelen daaromtrent wordt door meerderen gedeeld. Spreker zou opnieuw behandeling to eene volgende vergadering willen» om daarin da® terug te komen op het besluit, waarbij het bestuursvoorstel werd afge stemd. Voorzitter zegt ook in de vorige vergadering reeds op het innig verband tusschen de drie vereenigingen Ziekenfonds, Gezinsverpleging en Witte Kruis te heb ben gewezen, doch steeds gaf het antwoord aan: het zijn onze dubbeltjes, en de corporatiën moeten maar steunen. Voorzitter haalt voorts een persoon aan, wiens naam niet wordt genoemd, die hem voortdurend te genwerkt en gispt diens optreden zeer, waarna de heer S. Arts de opmerking maakt, dat dit misschien over een persoon gaat, die geen lid van het 2Jiekeui- fonds is Voorzitter stelt voor dat nu maar tot stem men wordt overgegaan. In herstemming met deax heer J. Keuken wordt nu de heer A. Visser als bestuurslid gekozen ter voor ziening In de vacature Haars en neemt het aan. Bij de rondvraag wordt door den heer V. Rente naar voorgesteld, om secretaris en penningmeester eenig salaris voor hun werk toe te kennen. Zal op een volgeDda vergadering worden behandeld. Voorzitter verklaart ten slotte slechts nood© heen te gaan en hoopt dat de strijd die gestreden is friet te zeer zal drukken den bloei' der vereeniging. De heer D. Kuiuuau wijdt woorden van waardee ring aan de afgetreden bestuursleden, de heer en Haars en Haringbuizen en dankt hem voor het vele dat zij voor de vereeniging deden. Gak de heer J. Bruin brengt zijn dank aan de heen gaande bestuursleden, wijst op de prettige samenwer king en hoopt dat met de nieuw benoemden op de zelfde aangename w ijze samenwerking mag plaatsvin den. Hierna sluiting. RAAD VAN ZIJPE. Vergadering van den raad op Dinsdag 4 Maart '13, des morgeus 10 uur. Afwezig de heeren Bos en Kreij- gc* Voo«-ritter de heer G. C. Hulst, burgemeester; tegenwoordig varen, de heer Kreijger is afwezig we lijden van zijn vrouw, het hem toch aangertaaji» in deze vergadering te openen. De e-rste twee maanden van dit jaar zijn voor mij niet erg r mistig gewroet maar gelukkig voel ik me weer krachtig en gezond en we zullen hopen dat de ongesteldheid van voor- b Ij ga and en aafd zal zijn en hiermede open ik do ver gadering. De notulen der vorig© vergadering worden gnlczon en onder dankzegging goedgekeurd. Medegedeeld wordt de uitslag van de verboring: van de gemeente-landerijen te Schoorl, welke was als volgt: 1 perceel welland, groot 3.30.90 HA., voor f 379.50 aan Jb. Raat t© Schoorl; 1 perceel wei land, groot 1.79.20 HA., aan S. Uoogvorst S-hoorl- 1 perceel weiland, groot 2.14.HA~ voor f 232 50 aan Jb. van Vlaanderen te Schoorl. De totale som te f 150.50 meer dan bij de vorige verhuring. In de 4 Februari 11. gehouden vergadering van B en W. is een schrijven gericht aan den Minlstervan Waterstaat betreffende den weg te 't Zand van de. vlot brug naar de school, terwijl op die vergadering ia besloten, dat in Maart schouw zal worden gehou den over alle wegen, dit naar aanleiding van art. 19 van het Prov. Reglement op de wegen. Bij de gehouden aanbesteding der school hen oodigd- heden zijn deze gegund voor f 4 08.90 aan do firma P. Out te Koog aan de Zaan. de handwerk Ik- nood !gd- heden aan L. Rumpf te Helder voor f 144.68. Goedgekeurd is terugontvangen van Ged. Staten het suppletoir© kohier, noodig door den aankoop vafr het huis van den heer Van Schaik. Met algemeene stemmen wordt mej. N. Eriks Pastoor te Burgerbrug benoemd tot lid van de school commissie. Door den schoolopziener was aan B. en W der gemeente Callantsoog den raad gegeven een overeen komst met de gemeente Zijpe te maken om kinderen uit laatstgenoemde gemeente toe te laten tot de school der gemeente Callantsoog. De kinderen hier bedoeld zijn van J. Voorthuizen van den Zijperdijk. Voorzitter zegt, dat er reeds een regeling bestaat met do ge meen te Callantsoog voor de kinderen die te 't Zand schoolgaan en waarvoor f 15 per kind en per Jaar betaald wordt. B. en W. stelle® daarom voor zich deze regeling te houden en haar dus wederkeerig to maken. Goedgevonden en zal op de volgende vergade ring een desbetreffende verordening worden aangebo den. Op het verzoek van het onderwijzend personeel oir maandelijksche uitbetaling der tractementen word met algemeene stemmen gunstig beschikt. Naar aar leiding van een schrijven van Ged. Staten over ari. 44 van de Bouw- en Woningverorderring, waarin d' afstand der privaatloozing wordt bepaald, wordt ri discussie besloten dien afstand, zooais Ged. Stat© dit, wilden, te bepalen op 25 Meter, echter zuil© B. en W. hiervan ontheffing kunnen verleenen. De heeren Raat en Hooij wijzen op de onmogeim heid om de privaten op zoo'n afstand to hebben,, ter wijl de heer Mann veronderstelt dat juist die be palingen zijn genomen om langs dien weg te komeö tot invoering van het tonnenstelsel, waarvan spre ker het groote nut bepleit. Het verslag van de Plaatselijke Schoolcommissie zaj bij de leden circuleeren. Het kohier der hondenbelasting dienst 1913 wordt goedgekeurd op een totaal bedrag van f 419. Bij de rondvraag vraagt de heer Raat hoe het staat met den telefoonoanieg. Den heer Raat, wondrt; geantwoord, dat alle stukken, die zaak betreffende, bij den inspecteur zijn, en dat daar dus op gowac&t wordt. Voorzitter brengt nu ter sprake het plan om ©en brandkast te koopen voor berging register Burger!. Stand e. d. B. en W. zijn waarschijnlijk in de gele genheid een Lips-brandkast. die in goeden toestand schijnt te verkeerer.. te kunnen, koopen, voor f 150. Gaarne zouden B. en W. dus machtiging ontvangen om deze of een ander© te kunnen koopen. De heer Raat vraagt of de kelder hier brandvrij is, waarop wordt geantwoord, dat er een ijzeren deur mankeert, en dat de aanschaffing daarvan nog wèl duurder zal zijn dan een brandkast. De heer Hooij vraagt of de. boeken, die in dein kelder zijn geborgen, niet vochtig worden. Wat toch zeer nadeelig zou zijn. Dit schijnt wel 't geval t© zijn en zal dat worden vedholpen door het gebruik van oi'geblu&chte kalk. Alle heeren zijn er voor een brandkast te koopen. Hierna sluiting. Gemengd Nieuw». DOOlt KROKODILLEN VERSLONDEN. Een co:ei-pouent van de Loc. schrijft: De kali Koer©, nabij de dessa Boeloesan, ten Noor den van Weleri (Keudal), wordt in den laatste» tijdk zeer onveilig gemaakt door reusachtige krokodillen» die met den dag driester optreden en zelfs de bru taliteit hebben hun prooi uit de prauwen te halen. Zoo vielen tinnen betrekkelijk kort tijdsverloop vier slachtoffers, inlanders uit de dessa Boeloesan. Eer* vrouw, die in de middaguren aan den kant der kali een mand met visch stond schoon te spoelen, werd gegrepen n in de diepte gesleurd. Haar man, die ui de onmiddellijke nabijheid van haar stond en den ouverwachteu aanval met kon verhoeden, ging te keer als een gek en kou natuurlijk geen hand tot hulp uitsteken. Kori daarop zag hij den kop vafr het dier weer boven water met de ongelukkige vrouw nog tusschen de kaken en zoo, kop boven water met zijn prooi in den bek stroomafwaarts naar zee zwemmen. Met eenlge mannen, die op zijn geschreeuw met lansen en stokken waren toègeloopen, sprong d© verschrikte echtgenoot in een prauw om met alle kracht het ondier na te roeien. Zkj bereikten hem, een pieksteek op den ruwen. harden rug deed het be-st "blijkbaar niet 't minste kwaad; kalm dook 't weer onder water, om een eind verder weer voor den dag te komen. Het dier zwom door, zijn prooi niet prijsgevend, tot de mannen eindelijk aan het strand kwamen en het ondier in her ruime sop uit het oog verloren. Korten tijd later werd een kind, dïft in een prauw zat te spelen, eveu onverwacht besprongen en in het water gesleurd en dit ging weer zóo vlug, dat d© omstanders slechts naar de plek konden staren, waar het arme kind in do diepte verdween, en redding niet meer mogelijk was. Niet; lang daarna werd nog een slachtoffer ge maakt. Een man, een flink gebouwde, sterke visscher, stond aan den kant der kali In de prauw om haar af f.e tuigen, toen hij door een kaaiman werd aange vallen en onverhoeds aan een been gegrepen. Hij hield zich krampachtig vast met beide armen om een bamboe, waaraan de vischnetten gehangen had den, luidkeels toeloeng toeloeng schreeuwend, ea zou de kracht van het dier welLicht overwonnen heb ben, als de bamboe 't gehouden had. maar deze brak helaas midden door en de man viel te water, al wor stelend met den krokodil, die hem niet losliet. Nog had de man besef den patok (een bamboestok in het water, waaraan de prauwen worden gebondente grij pen. en zich daaraan vast te klampen als een dren keling aan een rietstengel, want ook deze bamboe bleek niet bestand. Zij brak niet, maar langzaam voelde de ongelukkige de bamboe uit den modderl- gen bodem glijden, en langzaam ook voelde hij tevens zijn krachten afnemen. Erbarmelijk was zijn angst geschreeuw om hulp, maar als de stem eens roepen den in de woestjjn, gingen die kreten van oor tot oor naar de to angst verkeerend© dessabevolklng. waarvan er geen kwam opdagen, uit vrees mede ge troffen te worden. Schandelijk; Slechts een bloede rige massa liet de sporen achter van een afgrijselijk gevecht tusschen mensch ea ondier.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1913 | | pagina 5