1 llwtti ïiiiis- tit-R De u ifste de beste, Donderdag 22 Mei 1913. SCHA ó7ste Jaargang No. 5175 COURAIIT. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar Zitting van Dinsdag 20 Mei 1913. DIE KRIJGT ZIJN ZIN. i Vijf-en-zestig jaar geleden, werd Simon Zuurbier te Bergen geboren, terwijl hij het in al dien tijd niet (verder heeft; weten te schoppen dan tot het genie ten van vrij, logies in 't Alkmaarsche Ma,i®on de Conservation, waar hij als verdacht van landlooperij onderdak vond. Hij was den 21sten April jl. zwervend, en geheel zonder middel van bestaan voor het raad huis in zijn geboorteplaats aangetroffen döor den ge meenteveldwachter Johannes van der Kerk. Aan dezen vroeg hij een aalmoes, wat Simon thans bekent, terwijl hij er openlijk voor uitkomt, dat daarbij zijn doe' was, van rijkswege te worden opgenomen. Nu zal hij waarschijnlijk hooge oogen gooien om tot. de vervulling van dien wensch te geraken., daal de O. v: .7. tegen den man,, die a? meen in den Kren tentuin is cev eest en. tot werken nog goed in staat is. 3 dagen hechtenis en 3 jaar rijkswerkinrichting eischte. EEN OXGFWENSCHT BEZOEKER. F. Blom, de tweede beklaagde, was weggebleven. Hij was Maandag 24 Maart jl. druk aan 't vieren van den tweeden Paaschdag, waarmee hij zich tot 's avonds ha,lf 12 uur ijverig bezighield. Hij; was weieens logé geweest hij Jannetje Boorsma., de ruim 70-jarige weduwe van. Anthonie Brantenaar, logemenl houdster in de Nieuwstraat te Schagen in een per ceel, behoorende aan een Alk maar der .Hermanus Pe trus Kareis genaamd', en meende nu zeker nog eenige j aanspraken op een welwillende ontvangst ten haren huize te hebben,. Maar als hij zich had voorgesteld dat het oudje van blijdschap de handen in,een zou slaan en hem met uitbundige hartelijkheid ondanks I het vergevorderde avond!u.ur bannen zou laten en de een© verversching na. de andere voorzetten, dan ver giste hij zich schromelijk. Zij weigerde hem beslist, den toegang. Toen bij een paar maal vruchteloos ha,d aangedrongen, en zij steeds even weinig toeschiete lijk bleef, sloeg hij een groot ruit kapot in de buitendeur, om haar zijn weinig gemoedelijke stem ming over hare maatregelen om hem buiten de deur te houden, te toonen. I Josef de Jong, een naburig wonend koopman, bad de herrie on, woordenwisseling gehoord en die ge- j pleegde glas-vernieling gezien en trad dan ook tha,ns als getuige in deze geschiedenis op. Vrouw Brantenaar zei. dar ze <0 cents had moe- 1 ten betalen voor de nieuwe glasruit. De O. v. J. bracht in herinnering dat deze beklaag de al meer vernieling heeft.gepleegd en knapte hem op met een eisch t.ot een week gevangenisstraf. HIT HAD VERGETEN TE BET ADEN. Klaas Vollinjga. een bode van do Rijp en Beemster op Amsterdam, had zich in die betrekking nu niet. zoo solide gedragen of er bleef nog wel eenigen grond om een beetje voorzichtig met hem te zijn. Na zijn,.faillissement van, verleden jaar had hij geen eent in de mars en begon bij, eindelijk, gelden uit zijn dienstbetrekking en anderen toebehoorende, aan te «preken. Toen het eenmaal zoover was kon het niet lang meer duren of hij danste vroeg of laat de blau we trappen van „Juetitia" op. Een net Beeanetersch meisje van drie zeventjes, Aaltje Kood genaamd, bad hem dep 13dien Novem ber van het vorige jaar opgedragen, om voor haar wat gordlijnistof mee te nemen uit Amsterdam en gaf hem daarvoor f 4.50 mede. Den 4den Januara van, dit jaar was het zeven gulden die hij van haar mee- j kreeg om twee daenbakken van f 3.50 per stuk, mee; t« nemen uit de Utrechtsche straat no. 27 te Am-; •ter aam bij de firma Sim ons. Nou daf kwam terecht hoor. 't Een zoowel a,ls het awiere arriveerde met bekwamen spoed en in goede orde aar mej. Kood's adres. Daar bleef dus nflets te wenschej-i over. Maar er kwam toch een spaak in 't wiel, /vant juffrouw Kooi, die natuurlijk nog niet beter of Klaas bad de spulletjes contant be taald r>j, de gelden die hij van, haar had meagekre- -em aeok, -. weldra niet tot haar onverdeelde vreugde «rssoop vat* JÜZ. Qt e u i 11 e t o n Vc,/>Vici V entwaren. dat noch de gordijnstof, noch de dienbak ken betaald waren. Zoodat ze dat per saldo zelf nog mocht doen. Zij diende eindelijk 'n aanklacht tegen hem* in, met gevolg dat Klaas nu in, de zaal compareerde. Hij had nog een aardig- reisje moeten maken om1 hier te komen, daar hij voor de variatie thans te Zutfen in de strafgevangenis bezig is een vonnis uit te brom men, dat hij daar wegens oplichting deelachtig is ge- worden. Vol!inga gaf zich alle moeite om de rechtbank wijs te maken, da,t hij van juffrouw Kooi geen f 4.50 en geen, f 7 had ontvangen, doch haar die bedragen bad voorgeschoten. Wat hij wel meer had gedaan De Praesus wist echter maar al te goed, lat Klaas den laatsten tijd absoluut niets had om voor te schieten. Barend Asjes, gemeente-veldwachter in de Beemster, wist al van een, dergelijk geval met Klaas, waarbij gezusters Schelling met wat garnitu ren de dupe werden, te vertellen, en het slot was, dat de O. v. J., die er op wees, dat, Klaas nogal wat klein© verduisteringen bad gepleegd' en allerlei fou ten had begaan in zijn bedrijf, tegen beklaagde zes maanden gevangenisstraf eischte. DE AANSLAG TEGEN DEN VELDWACHTER VAN HEERHUGWAAIU). Mede present waren de volgende drie beklaagden, die gezamenlijk terecht mochten staan. Dat waren a. Groot, S. Commandeur en N. Hooge boomaleinaal jongelui van flink in de twintig en tot de landbou wende bevolking van Heerhugowaard behoorende. Zij waren ia den latten avond van, Zondag 30 Maart jl. in de herberg De Hengstman te Heerhugowaard ge weest en hadden die pas verlaten, toen ze nog leu nend op hun rijwielen stonden te praten voor ge noemd café, in gezelschap van Kees Castricum van Egmond Binnen, A. Noordstrand en S. Jonker uit Karenkarspel en eenige andere onbekend gebleven jongelieden. De gemeente-veldwachter P UHast.er, wiens fiets niet goed te berijden was op 't moment door een ge brek aan een der banden, terwijl zijn lantaarn het daarentegen best wilde doen, passeerde hen -juist op zijn weg naar buis, komende van een uitvoering bij i kastelein Bloothoofd, waar hij ais politie had gesur- I veilleerd. Niet heel ver was Haster gevorderd, toen de drie beklaagden op rijwièien zonder licht hem voorbijkwamen en even la,ter weer afstapten, om de j fietsen langs boomen aan, den weg te zetten. Haster maakte de gevolgtrekking dat het wel om j hem te doen zou zijn en raadde allen aan,, door te j loepen en hun gemak te houden, wat in hun, eigen belang zou zijn. Maai- Commandeur zei: ..Laten we die rooie rot kop verzuipen, dat rooie kreng!" Nioolaas Hoogeboom kwam Haster heel dichtbij na- i deren en gaf hem een klap tegen 't hoofd, dien de aangevallene echter nog zoo wat half wist te ontwijken Toch raakte de uniformpet af en op den grond. De veldwachter vatte deze behandeling niet op, als juist ten doel hebbende, hem te beJeèdigen, door feitelijkheden, maar hij ging er zeker ïd. dat het Hoogeboom's doel was geweest, hem een fikschen slag tegen don slaap toe te dienen, om hem dan ge zamenlijk verder op te knappen. Na den slag van Hoogeboom te hebben ontvanger., trok Harter zijn revolver uit de fo.udraal en loste een. van de zos schoten, die bij daarmee kon doen. Hij schoot in de lucht, maar Hoogeboom, die res pect kreeg voor zulk een wapen, maakte zach on middellijk uit de voeten en is niet meer gezien. Na het ischot kwam A. Groot dreigend opdringen tegen Haster, wien hij toevoegde: ..Denk er aan. dat ik je lust, er aan, «zal je!Groot bleef opdringen en de veldwachter verklaarde, den indruk te hebben gehad, dat indien hij er ten slotte niet toe overge gaan was om van de straat af te gaaj» en zich bij iemand op 't erf te begeven, hij dan of een dooie had moeten maken of zelf er aan had moeten ge- looven. Maar eenmaal op een erf behoorlijk door een poort en breede sloot van den weg afgeschei den kop hij 't merken indoen er daar een of meerderen kern hadden willen naderen,, waarbij zijn geladen revolver intusschen een niet te onderschat ten beletsel zou zijn geweest. Haster heeft op dat erf dan ook geen der jongelieden gezien en hen ook later niet meer ontdekt dien nacht. De beklaagden ontkenden thans allemaal. Groot verklaarde dat bet niet waar was,, dat hij de hem ten laste gelegde bedreiging zou hebben geuit. Has ter had hem toegevoegd: Je laat mij loopen, waarop Groot verklaarde gezegd te hebben: Ja, dat zal ik wel doen, maar jij laat mij loopen. Sijfert Commandeur verklaarde, geen enkel woord tot Haster te hebben gezegd, terwijl Hoogeboom op gaf, Harter niet te hebben geslagen, zelfs niet in de gedachte te hebben gehad, dat te doen. A décharge traden nog een drietal getuigen op. De eerste was J.. Groot, vader van den eersten be klaagde, die verklaarde dat Haster, hem, inlichtingen vragende waar zijn zoon werkte, over het gebeurde sprak en daarbij gezegd had, dat vermoedelijk Hoo geboom den slag had gegeven. Maar met positieve ze kerheid had Haster ten opzichte van Hoogeboom te gen hem toen niet gesproken. Haster hield echter vol alle drie beklaagden, en. ook wel terdege Hoogeboom met zekerheid te hebben herkend en bestreed de verklaring vap J. Groot. Arie Noordstrand en Simon Jonker uit Harenkar- spel waren wel bij het gevalletje geweest, doch vol gens hen had A. Groot niet de bedreiging en Com mandeur niet de beleedïging tegen Haster geuit. Alleen wat Hoogeboom betreft, was het volgens hen wel mogelijk dat die het hem ten laste gelegde had gedaan. Dat wisten ze niet. Noordstrand had nog wel gehoord dat Haster na het lossen van het schot in de lucht tegen A. Groot zei: Hou je handenl van me af of ik schiet, waarop Groot zei: Ik doe je toch zeker niets! Beklaagden bleven allen het geheele verhoor door, ontkennen en eindelijk kreeg de 'neer Officier het woord. Z.E.G. laakte zeer hun optreden en be schreef het onaangename van de betrekking van poli tieman, alleen in een, zoo uitgestrekte gemeente als Heerhugowaapd. Wel vond spreker dat zoo'n ambt zijn schaduwzijde heeft.. In levendige kleuren schetst spreker den toestand waarin Haster dien nacht ver keerde, alleen tegen hen ajlen, onder wie forsche knapen. Dan ben je vrij hulpeloos. Is Commandeurs strafregister nog blanco, niet al- zoo dat van de beide anderen, die reeds eerder met de rechtbank kennis maakten. De Officier vindt het optreden van beklaagden dien nacht alleronhebbe- ljjkst en neemt van hun ontkennen niet zoo heel veel notitie. Spreker gelooft de verklaringen van Haster onvoorwaardelijk en eindigt met tegen beklaag den elk een maand gevangenisstraf te eischen. Mr. Prins acht het bewijs niet geleverd en conclu deert toi. vrijspraak subsidiair lichtere straf. 0\ ER EEN VERNIELD HEK. Dirk Maas van Texel had den len April zeker als een verrassing, zijn buurman's hek 's even vernield. Door dat hek moet. Dirk toegang tot zijn tuin er.- langen en hij moet zeker vaak op dien vruchtbaren bodem zijn. Althans het hek staat nogal vaak open veel meer dan buurman Adriapn Kees lief ie. Die i bad er op een goeden dag een ketting met slot om gegooid. Dirk bad, toch toegang willende hebben dat slot' verbroken, het hek vernield en he den werd als gevolg van dien tegen Dirk f 10 of 10 dagen hechtenis geëischt. IN HOOGER BEROEP. Markus van der Kop koopman in lompen en been deren te Alkmaar, heeft daar in 't Raaksje een per ceel tot berging van genoemde handelswaren. Nu krijgt men bij aanvrage voor verlof tot berging, wel verlof voor lompen, maar niet voor beenderen, die moeten naar de bewaarplaats aan den Omval. Van der Kop had ook slechts voor lompen toestem ming, maar toen bij bet heerschen van de pokken in Alkmaar extra nauwkeurig werd toegezien, werd zijn beenderenvoorraad in 't perceel ontdekt en Markus kreeg verbaal. De kantonrechter legde hem f 40 boete of 10 da gen hechtenis op. De O. v. J. vond dit in verhoudiftg tot het feit toch nog maar 'n overtreding, geen misdrijf 1 wel wat kras en requireerde f 10 boete of 10 dagen hechtenis. I De verdediger Mr. Van Crefeld uit Amsterdam I zou liever r.og lichter straf zien, doch kon zich Ove rigens in dank bij bet milde requisitoir aansluiten. EEN LASTIG BEZOEKER. Janus Bouwens, een sjouwer uit Hoorn, kwam al daar den lGden April bet café van D. Gons binnen ei» wou een, glas bier hebben, maar de kastelein wou niet tappen, Bouwens, een vreemd individu, werd nij dig en smeet een bloempot van een tafel aan scher ven. Een slagersknecht, in 't café aanwezig, dat aardigheidje, en tegen Bouwens werd zes weken ge vangenisstraf geëisoht,, met het oog op zijn wel voor- zijn strafregister. OM EEN STUK GOOT. Jb. Kooij van Zuidscharwoude, die aldaar een stuk dakgoot heeft weggenomen, toebehoorende aan de Naamlooze Vennootschap De Tijdgeest, kistenfabriek te Langedijk, was absent. Na vermissing ging de timmerman M. de Waard,, vertegenwoordiger der Ven nootschap, met een bootje waarin nog een paar lui zich bevonden, landen achter aan 't erf van Kooij en na, nauwkeurige inspectie vonden zij de goot in eer» schuurtje, op den zolder. De O. v. J. eischte f 15 of 10 dagen hechtenis. RUZIE. J. S. Kniest, een kaasknecht te Hoorn, kreeg daar Zondagavond 13 April ruzie met Hannes Pielts ,een Hoornsch koopman. Eerst twistten zij in 't café van De Waal, later in dat van Pikart. Bij öe Waal wou Kniest ondanks herhaalde aanmaning van den recht hebbende, er niet uit-,Bij Pikart maakte Kniest zich schuldig aan mishandeling van Pielts. Allemaal ver boden dingetjes, die hem een eisch tot 2 weken ge* vangenisstraf op den hals haalden. De laatste zaak was met gesloten deuren. A.s. Dinsdag uitspraken. - Binnenlandsch Nieuws. PETTEN. 14 Junni a.s. zal liet 25 jaar zijn geleden, dat de Rijksveldwachter brig. til. A. J, v. d. Mark te Pettien, als zoodanig werd aangesteld. HEERHUGOWAARD. Dooi' burgemeester en wethouders is op het ver zoek van C. Olij, om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein, in het perceel wijk D, no. 155 afwijzend beschikt, uitsluitend op grond dat het maximum getal vergunningen is bereikt. AARTSWOUD. De Onlhoudersvereóniging besloot gisterenavond, om voorlaan op den eersten Dinsdag van de maand te ver gaderen en wel in de studeerkamer van Ds. van Leeu wen, welwillend voor dat doel afgestaan. Uit de re kening en verantwoording van de pcmningmees tere? b!eek_ er na controle, een nadeclig saldo tc zijn van f 1.77$. Tenslotte wcrtl nog besloten om do bekende Tine te steunen met de oprichting van een gebouw voor hardhoorigen en eveneens de afd. Luiten, om te geraken tot aankoop van groncf yoor haar eigen gebouw. I ERGERLIJKE BALDADIGHEID. Per automobiel-ziekenwagen is naar hot Wjlhelmuia- gasthuis vervoerd: en aldaar opgïnomen, een 76-jarige j vrouw, die In de AnjeLierestrani te Amsterdam, door dat jongens de kruk, waarop zij bij het loopen steunde. wegtrokken, viel en eenige ernstige verwondingen op liep. De vrouw verkeerde gvulmen tijd in bewusteloozea toestand. 1 DE VERKIEZINGEN EX DE INDISCHE DEFEN SIE. Naar hot Vad. meldt, is hot rapport van de staals- commissie voor de defensie van Indic gareed, maar ligt het in het voornemen der regecring, het verslag wtgms de zeer kostbare voorstellen, die de commissie doet. niet vóór den afloop der verkiezingen openbaar te maken.. Bij het rapport is een afzonderlijke nota van em j dei' niet-militaire leden gevoegd, waarin tegen de kostbaarheid dezer voorstellen wordt opgekomen. CARBID-ONTPLOFFING. Gistermorg?n hoeft op de werkplaa!.$ van den heer C. V. V. aan de Cprn. Trompstraat te RoJtc.vkiniy een ontploffing plaats gehad van een carbidlasclrappa- vaaL Een M-jaiigj knaap bekwam een sdhedolbroulc en overleed aan de gevolgen, terwijl een koperslager ernstig aan hel voorhoofd verwond werd en *de rech- teronderkaak vernield werd. Dus dansen. De muziek speelde een wals klan ken van. teedere overgave, van dronken vergeten. Vast sloeg hij zijn arm om Leone heen en dicht trok hij haar naar zich toe, en haar bevend lichaam joeg hem het bloed nog sneller door de aderen. „Niet zoo vlug ach ik geloof dat ik in 't g teel niet kan, dansen." Hij lachte en trok. haar in een wilde beweging met zich mede. En zij dansten, dansten als de twee in, het sprookje drie nooiit ophouden konden. Als zwaa,r door de blonde haren, boog Leone het hoofd in dien, nek, haar lippen openden zich even, aobdat haar schitterende tanden zichtbaar werden, en op haar walgen verdween het blosje. Daar' zweeg de muziek. Diep ademend bleven zij staan en keken elkaar aap. Zijn arm wan nog steeds om baar'middel geslagen. „Ik i n werkelijk dansen!" lachte zij hem zalig toe. Hij deukte licht haar arm tegen den zijne en bracht ^aar uit de zaal naar buiten. De arme Juniavond woei ben de heerlijkste bloe men ge. ren tegemoet en in de zaal weerklonk weer de mm jak. „V e liefde die van den Zigeuner komt Tus- eken zijn tanden neuriede Dletlef bet mede. Wat tyionk die Carmenmelodae op ddt oogen blik mee- sleopcnd en op zijn arm beefde de kleine hand van het jonge meisje. Toen greep hij die hand met de zijne schuw vast. „Ben je bang, juffrouw Leone? Ik dacht dat vrees je vreemd was. Of heb je vandaag je beschermen de revolver thuis gelaten?" „Ja, ik liet hein thuis," zeide zij en keek hem aón' met een gelukkig eu blij gelaat. „Dus jp dat oogen,blik geen weerbare amazone. Hulpeloos en zonder bescherming aan mij overgele verd. Ben je dan niet bang voor mij, Leone?" Zij schudde nauwelijks met het hoofd, maar hij voelde toch haar hand weer op zijn arm beven en hield deze nog steviger vaat. „Je bent bang en hei liefst liep je weg." „Ik ben niet bang," zeide zij beslist. „Maal' u is zoo vreemd! vanavond." Hij lachte. „Meent,ge? Merkt men dat aan mij? Ja er zijn zonderlinge uren en dagen in een mensch z'n leven en ook vreemde geuren, Leone van ro zen en jasmijn en dan wordt een mensch duize lig van alle indrukken die door elkaar gaan en dat wij beiden nu met elkaar gaan, arm in arm ook dat is vreemd." „Ja, het is vreemd." zeide zij, en haar stem klonk alsof onrustige hartslagen haar het spreken moeilijk maakten. „Laat ons naar het terras teruggaan." Hij lette niet op haar woorden en trok haar als mei geweld nog een paar passen een zijpad in, dat door diep neerhangende booinen, dicht beschaduwd werd. Daar bleef hij staan, staarde voor zich heen. naar de gele en roode lampions. Geel en rood de kleuren dde mevrouw Jutta het Liefst had.' Stond zij reeds weer achter hem, dat hij haar zoet en streelend geluM reeds weer meende te hooren. Kon hij. werkelijk niet uit de kooi ontsnappen,, die vleugels niet roeren? Hij roerde ze immers toch vliegen dansen, dansen en lachen en drinken en kussen, wat zich voor zajn mond'te kussen bood jonge lippen, rozenrood. En hij rukte Leone naar zich toe en had in het volgend oogenblik op haar mond zijn lippen gedrukt Zij stond een paar oogen,blLkken als verlamd, dan had zij zich losgerukt en strekte bedde armen tegen, hem uit in een bezwerende, smeekende bede: „Niet, o niet om den wille der barmhartigheid en der liefde niet." Het sloeg hem hamerend tegen de slapen. Woorden en gedachten warrelden als zinneloos dooreen. „Ja toch. Leone om der liefde wille, die van de Zi geuners stamt." „Neen zij komt van den hemel!" Als een biddende stond Leone daar, de gevouwen bandten, in elkaar, de oogen omhoog gericht- Om zijn lippen speelde een leelijk lachje. De hemel zeker, cliiè mocht er vooral niet bij t.e kort ko men. wanneer 'n Liesje of een Miesje liefhad, want huwelijken worden immers ook in den hemel geslo ten. En zooals hij op dit oogenblik dit hooiend dacjit. bespeurde bij plotseling in zich iets als een luid roepen,, alsof een hand hem voorwaarts stiet op den eenigen weg, die een uitweg bood uit alle kwaad: „Snijdt alle 'terugkeer af, maak haar spottende woor den tot waarheid en ga met de eerste de besta na,ar het altaar." Hij had' Leone'3 handen weer vastgegrepen, voor dat zij het had kunnen verhinderen. „En walmeer wij het beiden eens met den hemel probeerden, Leone?" De laatste kleur was nu geheel van baar wangen verdwenen en als een angstkreet klonk bet van haar lippen: „Speel niet zoo met mij, want ik ik Weer vernam hij in haar stem datzelfde: dat hem voorwaarts dreef en bijna bruusk riep hij uit: „Ja, Leone, ga met mij den weg naar het altaar." Eu alsof het tot hem doordrong, dat dit toch niet de juiste wijze was, waarop hij de vrouw voor zich moest winnen, zelfs de eerste de beste niet .herhaal de hij nog eenmaal: „Zeg ja, Leone wordt mijn vrouw!" Zij keek hem dicht in de oogen. Vond daarin een flikkeren en branden, dat haar in de aiel gloeide en vond. den ernst die geen leugen sprak. Een seconde lang leek het alsof haar leven stilstond dan een half verstikte kreet van. uitbrekend gejuich „Met jou ga ik tot aan het eind der wereld, en tot in den docd! Want ik ik heb je lief, zoolang ik reeds denken kan.'" Toen was het hem, als hoorde hij met luid kra ken iels ir.<ensterten t'.ss hen zii.zelf en wat gedu rende drie jaren de inhoud Aan zijn leven was ge- I wesst Eu vast, als een steun zoekend, sloegen zijn I armen zich plotseling on de ttedere meisjesgestalte. I „Kan liet dan werkelijk waarheid zijn, dat jij mij I liefhebt?" als uit eer. zaligen droom ontwakend vroeg het de teedere bevende stem. I Zonder een woord te spreken hield hij haar nog een oogenblik vast, dan liet hij haar los, trok zacht haar arm door den zijne en zeide: „Kom!" Zij schreed aan zijn zijde daarheen als door de wolken gedragen, in haar oogen was een lichte glans. Zoo kwamen zij het terras op. Mevrouw Mathilde zat een paar oogenblikken star en onbewegelijk, dan sprong zij op: „Leone!" j Deze sprak geen, woord, maar keek baar slechts lachend aan. Ook de dokter w as opgestaan en keek A-ragend naar 1 Palmer .„Kapitein!" I Deze wenkte den kellner. „Champagne." En zich dan tot mevrouw Mathilde en den dokter wendend: „Staat u mij toe, dat ik mij in uw familiekring dring?" „Een verloving dus?" Mevrouw Mathilde had dit woord, gesproken het was een uitroep van greazenlooze verrassing. Daar hadden hier menschcn zich rader haar oogen licfge- kregen, verloofd, en zij had daar niets van gemerkt. En zij wL t niet, of zij zich zou verheugen, of boos zijn dat dit alles zonder haar inmenging inanr was geschied. Maar er bleèf tot verder overleg al heel weinig tijd. De kellner, de situatie uolkrmen snappend» kwam met de flesch champagne, die hij eerst met rozen had versierd. Toen besloot mevrouw Mathilde zich maar te ver heugen, sloeg haar armen om Leone en gaJ haar een hartelijken kus. De glazen klonken van. aR© zijden drong men op. Een, verloving een vroolijk feest. Tot op den laatsten drupp il had Pajmer zijn glaa geledigd, hij hield het nog in de hand en keek voor een oogen;bliik aroomerig voor zich eensklaps keek hij alsof hij spoken, zag. Aan het eind van het terraa waar de ingang van den tuiu was, stond In het h uit denker een, gestalte als met uitgebreide armen, ia 'e goudschemerend gewaad, stil met de oogen vast oj hem gericht. Rinkelend lag zijn glas op den grond. „Scherven beteekenen geluk," liep men aan de ta fel luide elkaar toe. Hij, maakte een beweging als wilde bij de scher. ven oprapen, maar dan keek hij weer naar den a,U' tergrond \an het terras. Mevrouw Jutta was verdwev nen, „Is u niet wel?" vroeg mevrouw Mathilde, boog zich over Pajmer been en keek hem aau met al de belangstelling, en deelneming die een lid der familie zich movht pirmitteeren. Met bovenmenscbeitk geweld dwong Pajmer er zich tqe, dat hij niet opsprong en, wegstormde, dat hij rustig 'zi't,ttn meef, een nieuw gras greep, bet vulde, het ledigde en lachend sprak: „Niet wel? -dat zou daarvoor het meest slecht gekozen oogenblik. zijn." En hij legde op Leone's hand de zijne. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1913 | | pagina 1