Parijsche Brieven.
Grap rit Land- ei Mom.
Dammen.
De eerste de beste.
ier
Van Harenkarspel naar Jeruzalem.
Zaterdag 21 Juni 1913.
56e Jaargang. No. 5293.
DERDE BLAD.
TWEE KLEINE EI ND STELLINGEN.
Wit is aan 2e 1 en -wint.
Zwart.
S.
Stand zwart, 1 schijf op'25 en een dam.' op 4S.
Stand wit, 1 schijf op :'3o en twee dammen op 2 en
34.
I Oplossing':
Wit35—30. Zwart49—16, gcdw.
2—8. 16—2. (1)
8—24. 2—16.
242. 1649. .gcdw.
2—16 en wint. (2|
1) Op zwart 1649 wit 813, jjwart 4916 gc-
jdw. wit 132, zwart 1649 wit 216 enz., .wint.
21 Op zwart 4944 wit 3423 enz., wint. Op
zwart 4935 wit 16—2 „enz., >'int.
ig
Wit.
S'and zwart, 1. schijf op 6 en dam rp 45.
Stand wit. 1 schijf op: 11 en 2 dammen ip 20
JO, pi 33.
Oplossing: L:
3317. Zwart: 451, gedw.
20—^33. 1—45.
1.
"Ifc'J ;i—50- 'i«' 45—
- t| 5* 50 -45. en wint.
•ei
41
.ro
st
ag-
Parijs, 17 Juni 1913.
EEN BALKAN-ECHO.
Toen ik dieze serie brieven aanvang- was het mijn
aste voornemen me altijd verre te honden van de
ooge politiek. Zoo eens een paar opmerkingen over
et gekibbel in de Kamer en aardige bijzonderheden
uitrent meetings- en, andere politiek-van-de-straait,,
a.t zou er bijl door kunnen, meende ik, maar be-
•bouwangen over de partij van Frankrijk in bet,
uropeesch concert brrr... Haar als de omstan-
gbeden nu eenmaal meebrengen dat men dag aan
g van werkelijk competente mensehen inderdaad
langwekliende opmerkingen hoort over dit onder
werp dat da,n todh per slot van rekening van we
reldomvattend© beteekenis Is, dan wordt het een toer
om er op papier over te zwijgen.
Heel de gespannen toestand in Europa wettigt
trouwens het vermelden van al wat wetenswaardig
schijnt in verband met de vredes- en oorlogskansen
en men boort hier in Parijs, in goednngelichte krin
gen heel wat, waai' de groote pers niet dan onder
zeer bedekte termen van reppen mag.
Er wordt op het oogenblik een hevige strijd ge
voerd tusschen twee bankiers-combinaties, dé Rus
sisch— Fransche en de. Dultsch-Oostenrijksche, om do
macht op het nieuwe terrein, dat door de overwin
ning van Europeesc.il Turkije staat ontgonnen te wor
den. De Duitscli-Oostenrijksche bankiers hebben
groot belang bij een overwicht van Oostenrijk, dat
is van het Indo-Germaansche element in den Bal
kan. Daartoe is noodig, dat de Ba,lkanstatein; zoo ver
deeld, dus zoo zwa,k mogelijk zijn. Dit is ook ge-
wenscht. omdat krachtige Balkanstaten, in het bij
zonder een krachtig Servië en Griekenland, hecht
verbonden met het nu reeds zoo sterk geworden.
Bulgarije, wel eens heel spoedig den nog overgeble
ven lap grordj van „den zieken man", die voor het
grootste deel hun historisch territorium omvat., zou
den wilen benaderen. En in dien lap grond zit een
reusachtige bron Duitsch kapitaal.
De Fransch-Russisc-he bankiers daarentegen zien
hun, voordeel itu een overwicht van Rusland, dat is
van het Slavische element. Zij zien het liefste de
gezonde ontwikkeling der jonge Balkanstaten tot een
krachtigen eens-rezinden bond. die Slavisch van na
ture het Germaansche element zal weten binnen
zeer nauwe invloedssferen; te houden en die zoo, spoe
dig mogelijk aan Turkije de rest van dm voor eeu
wen veroverden grond zal weten te ontwringen, dus
aan den Duïtsehen fhiantiëelen invloed de groote
werken die op dat terrein zijn gesticht.
Dat het hier werkelijk voor alles banlciersbelan,-
gen geldt,, ziet men des te gemakkelijker in ajs men
maar even den politieke n kant van de kwestie be
schouwt. Een. machtige Balkanbond, innig met Rus
land bevriend, dat wil zeggen een enorme verster
king der triple-entente, eene versterking, waaruit 'n
versterking van haar positie in koloniale aangele
genheden. dus inzake de operatieterreinen voor haar
kapitalisten uit voortvloeit.
Zulk 'n versterking is een groot gevaar voor dë
financiers der Triple alliantie, die ook het overwicht
hunner diplomaten behoeven om hunne operatieter
reinen te kunnen uitbreiden. En bij deze beschou
wing blijft nu nog ongerekend het reusachtige (di
recte belang dat dte leveranciers van oorlogsmateriaal
hebben bij- bloeiende op nieuwe veroveringen be
luste Balkanstaten.
Het moet erkend worden dat de Fransche diplo
maten, dus de Fransche bankiers in den thans ge-
voerden strijd bijna doorloopend aan het Langste
einde hebben getrokken.
Eerst de eiudelooze rij nederlagen van het door
Duitsche instructeurs naar Duitsch model geschooL-
de leger der Turken. Toen de onmogelijkheid om van
de groote mogendheden een ingrijpen ten bate v-ap
Turkije te verkrijgen, ondanks den langgerekten wa
penstilstand en ondanks het optreden van dë zoo
Duitschvezinde Jong-Turken. Daarna scheen het een
oogenblik alsof de Oostenrijksche diplomatie de over
hand zou krijgen. Zij' behaalde inderdaad een over
winning: er zal een onafhankelijk Albanië komen.
Eilacie, 't was een Pyhrrus-overw in ning. Want wel
werd nu zoo'n groot terrein van d'e veroveringen
der Balkanstaten afgetrogge'd, maar dat terrein om
vatte grootendeels onvruchtbare terreinen en on-
vreediza,me bewoners, die den' jongen staten veel geld
gekost, veel overlast bezorgd en dus alleen in hun
ontwikkeling belemmerd zouden hebben. De pacifi
catie van de wilde vrije Albaneezenstammenj kan nu
voer rekening van Oostenrijk eif Itaiië plaats heb
ben, met een flinke kans dat als daar eenmaal uit,
den, bengel met wilde haren, een bruikbaar nnensch,
een goed geordende staat gegroeid is. deze met zijn j
kornuiten Balkanbroeders een lijntje gaat trekken
en pa Oostenrijk en oom Italië met de welgepeperde
studentenberen laat zitten.
Slechts éen; werkelijke zege behaalde de Triple al
liantie Skoetari werd het kleine Montenegro ont
nomen-'hier gold het alleen de belangen van éen
klein staatje, dat konden ze aan!
De dreigende twist over het verdeelen van den
buit opende een nieuw perspectief voor de Oosten
rijksche interesses. Kon hier een nieuwe oorlog ont
staan dan ware alles nog ten, nadeele der Triple en
tente uitgeloopen. Doch men ziet het: ook thans bek
vecht de Russisch-Fransche diplomatie zege op zege.
Hoe nijpent het gevaar voor een losbarsting ook
telkens schijnen moge, telkens wordt het weer be
zworen en de laatsfe troef die de Russische regee
ring op tafel wierp, de aanbieding zijner arbitrage
met een leelijk dreigement voor het geval ze niet
geaccepteerd mocht worden, die is niet overtroefd
kunnen worden. Door de mac-ht der Triple entente
is de vrede bewaard.
Wanneer men dat alles in aanmerking neemt, be-
I grijpt men volkomen hce de Fransche pers, zoo ze
al niet luidop juichen mag, toch met innige voldoe
ning den gang van zaken constateert, zich blijde
toont met wat telkens weer bereikt wordt. En men
begrijpt ook het mokken van de Duitsche gd\ Oosten
rijksche bladen over een dreigend protectoraat van
Rusland over dien Balkan. Ook ziet men dan gemak
kelijk welk verband er bestaat tusschen de- Balkan
kwestie en de vermeerdering der strijdkrachten, van
Frankrijk en Duitschland.
Wie is begonnen? Dtuitschlahd of Frankrijk?
Duitschland heet het, want dat kondigde het eer
ste zijn legeruitbreiding aan. Zeker! Maar vergeet
niet dat eerst Frankrijk met den loop der Balkan
zaken een reuzenoverwinning had behaald.
Duitschland heeft hier het wapen van de vermeer
dering rijner bevolking ter hand genomen tegenover
Frankrijk, dat van de vermeerdering zijner vrienden.
En het is een zeer merkwaardig verschijnsel dat het
ras dat zoo iang aau de spits der Europeesche be
schaving heeft gestaan, zich thans innig verbindt
met het aan het begin zijner expansie staande Sla
vische ras, waarin misschien de nieuwe beschaving
van Europa sluimert.
OCTOPUS.
Feuilleton.
83
O 13.
_0 .,Ik dacht werkelijk, dat jelui mij geheel en al
ndden vergeten," lachte dokter Fohrenback en richt-
zich in zijn sjoel op, waarin hij het zich gemak-
ijle had gemaakt.
,Het vervolg \un deze bijeenkomst houden wij nu
f p naald wel in Dindenstetdt, niet?"
Maar Detlef en Leone ontkenden dit. Hun afscheid
5 '-|3 vlug en zonder woorden. Het beste hadden zij
vaar al gezegd.
lutusschen liep mevrouw Mathilde thuis rond, als
v st zij niet vaar haar het hoofd stond, als moest
in een ontelbaar aantal stappen uitdrukken wat
haar ge«KC in éen cijfer en een groot aantal nul-
d i stond uitgedrukt.
Driehonderd duizend mark .En zulk een menech,
dat kapitaal erfde, die had men hier in, huis,
i was om zoo te zeggen haar bloedeigen nicht,
lar stond de goede doktersvrouw in het kleine
piertje var Leone en keek rond, zag naar de meu-
jstukken 4n haar voorhoofd fronste zich dan no
kkend.
lier moest Leone uit. Dat armelijke vertrekje was
m verV jf meer voor een mensch met driehonderd
izend n.ark vermogen. Een van de benedenkamers
est voor haar worden ingericht.
Hevrcuw Mathilde snelde de trappen af. Zij wilde
Ai.guste de meid ook duidelijk maken, dat zij
ir alleen juffrouw meer mocht zeggen tot Leone,
genadige juffrouw. Dat. behoorde er zoo, bij,
was in elk deftig buis gewoonte,
ch hemel, lieve hemel. Wat heefden en sidder-
.r voeten van al dat gedraaf en geloop. Ge
il op zonlc zij ten slotte in kaar stoel bij, het
ri.-fer neer.
Mi aar tuur gedachten rusten niet, zij dansten bon
pU pp en maak .en de meest zirfiaelooze sprongen. Pal-
r. .die geluksvogel nu, die zou zijn mis'roostig
DE PROEFVELDEN IN NOORDHOLLAND IN
1912. II.
Op hel proefveld te Warder, langzamerhand ook
een oude békende in het "verslag, werd sedert den
aanleg van het proefveld in 1908, dus gedurende
achtereenvolgende jaren, den invloed nagrgian, welke
de tijd van uitsproeiïng van isr heeft op de uilw. rking
ervan op hooiland. De" perceden 20, '21, 22 ch 23
werden voor deze proef gebezigd. De eerste drie pér-
ceelcn ontvingen elk jaar naast een matige phosp.ior-
zmirbcmesiing ongeveer 90 Iv.G. stikstof., in den vorm
van ier. De ier op perceel 20 werd in December, die
op perecel 21 in februari- en die op perceel 22 in
Apru aangewend. Perceel 23 ontving alleen de phos-
pjiorzuurbemesting en diende dus moer om de uitwerking
van 'de ier als zoodanig' le kunnen opmaken. Dat de
ier werkte, blijkt uit de medegedeelde cijfers over allé
5 jaren afzonderlijk en eveneens in totaal meer dan
duidelijk. De totale vermeerdering van de opbrengst
door ierbemesting bedroeg in 5 jaren ohgeveer 10000
K.G. hooi per II.A. In totaal zijn met de ier aangebracht
120 K.G. stikstof en waarschijnlijk 950 K.G. kali. Re
kent men den prijs van het hooi op gemiddeld f 25
per 1000 K.G., dan is door de genoemde hoeveelhe
den stikstof en kali een meeropbrengstin geld van
f 400 voortgebracht. Ze zijn idus ook f 4Ö0 waard.
Als men de kali iu de "ier op haar volle waaide
schat, dus gelijk met die in dè meest gangbare ikali-
houdendc kunstmeststoffen, di. derhalve op een waarde
van ongeveer 18 cent per K.G.. dan blijkt uit een
eenvoudige berekening, dat 1 K.G. stikstof in de ier,
naar bovenstaande uitkomsten, een waarde zou heb
ben van 60 cents. Op het proefveld te Warder was
de kalibehoefte echter zeer gring. IIf het verslag t©ch
blijkt, dat in 5 jaren de weglatingvan kali slechts
een totaal verliep gaf van f 103, "dus van gemiddeld
slech's f 20 per jaar. De meeropbrengst door de ier
bemestingverkregen, is derhalve grootendeels toe te
schrijven aan de stikstof van de ier. Had de kali
heelemaal .niet gewerkt, dan zou de stikstof uit de
ier "een waarde gehad hebben van 95,5 ct. per K.G..
d.i. dus ongeveer de prijs die men er in chïlisalpeter
cn zwavelzuren ammoniak voor betaalt. Gerust mag
aangenomen worden, dat ook hier weer een liter ier
een halve cent waard is. -
Wat nu betreft de tijd van uitsproeiïng der 'jei-
bleek dit. Over 4 jaren gaf in totaal i:-r in December
57957 K.G. hooi, ier iq, Februari 55315 K.G. hooi
en ier in April 57603 K.G. hooi. De verschillen hier
tusschen zijn te klein onn aan oen belangrijken iin-
"vloed van den tijd van aanwending Ie deuken. Bo
vendien blijken de uitkomsten in de afzonderlijke proef
jaren niet geheel gelijk te zijn. Zoo gaf bijv. in de eerste
twee proefjaren ier in Februari da hoogde, in de drie
laatste proefjaren de laagste rp' rengst. Verineldings-
waaid is nog, dat de ier in Februari uitgestrooid wend
op bevroren grond. Klaarblijkelijk heeft dit aan de
uitwerking geen Schade gedaan.
Meerdere proefvelden werden in 1912 aangdegd om
het vejeschil "in produc'ivïteit tusschen verschillende ras
sen ,yan eenzelfde aardappel variëteit aan te toon en.
In Anna Paulowna leerden de proeven met 'blauwe
aardappelen, da! eigen ixxitgixd niet kon toncuree-
ren met dat van Krul en Scheuk te Andijk. Gewoon
lijk overtreffen de blauwe van Krul die van Schenk.
Ook le Andijk werden en. piet vroege en met late
aardappelen verschillende van deze proeven genomen
cn altijd blijkt maar Weer, dat het lang niet onverschil
lig is, van v ie 'men zijn pootgoed betrekt. De keuze van
het pootgoed is bij de ve s.hillende kweekers blijkbar»
tamelijk ongelijk.
Bijzonder opvallend is hét feit, dit Frirsriie po
ters, pas ingevoerd, overal zulke jiitstekende resulta
ten gaven, wat nog le meer de aandacht trekt, wan
neer men weet, dal, blijkens de vergelijkende pioe-
ven, de nabouw poters zich veel m'nder gord gedra
gen He.t ligt voor 'de hand, dat hier gedacht wordt
aan 'invloeden van het klimaat en grond.
In elk geval blijven dergelijke proeven, .Waarbij de
productiviteit .van verschillende tossen van eenzelfde
aardappel variëteit woiden vergeleken, hoogst nut'ig.- wijl
men daarin gogevens kan vinden, die bij de aa. sehaf-
fing .van nieuw pootgoed zeer goede 'diénsten kunnen
doen.
Dat het kiezen van poters van vruehlb-re s'oelen
liet aangewezen middel is om een aardappe'ras te ver
beteren .of minstens voer achteruitging te bewaren,
is langzamerhand wel algemeen bekend geworden, m. ar
a fgrmeene lóepassing, vooral in de groote re bedrijven,
kan helaas nog' niet geconstateerd tvorden. Men meent
nog maar, dat aan ide winning van poFrs i ilsfuiteud van
vmcJitbare stoelen zulke groote bezwaren verbond n
zijn, dal de uitvoering' voer het grootere bedrijf niit
zal kunnen slagen. Ge-iist mag evenwel g?zegd wor
den, dal bij' een praclïsche uitvoering 4nr mc-tnedc de
bezwaren tot één vrij klein minimum terug gebracht
kunnen worden, waarnaast nog dit s'aat, da! de even-
I tueele meerdere moeiten en kosten in den régél ruim-
schoo's vergoed zullen worden do-r een hoog.'re op
brengst.
In het yerslag :s één proef cpjenomen, welke jdit
weer eens duidelijk aantoont.
De proef werd genomen bij R. Cz. Wille 1e F„:er-
fand op Texel 'met Eigenheimers. Mi-gelcken we (kn
poters van 1ks!o stammen en paters, gewoon uit do
partij gesorteeid.
De opbrengsten p;r H.A. waren respectievelijk 337
en 303 H.L. gjröote' 1250 en 1000 K.G. jipters, 150®
en 2425 K.G. kriel, 3250 cn 3575 K.G. groene en
zieke aardappelen.
De poters "van goede afstamming gaven dus meer
groote aardappelen en minder kriel en groene dan do
gewoon uil de partij gesorteerde. Bovendien was het
uiterlijk van de aardappelen van goede potLrs verkre
gen mooier dan van dé andere. Zij warén meer ge
lijkmatig en minder grof gegroeid. De geldswaarde van
den oogst van de uitgezochte potcss bedroeg f 902,
die van de andere f 827 per H.A., zoodat door het
uitzoeken liet earste jaar reeds een voordeel van f 75
per H.A. was behaald.
Zeer sprekend zijn ook do beide proeven, die bedoel
den het groote nut aan te toonen, dat besproeiing vanf
aardappelen met Bordéausehe of Bourgpnd sche pap
kan hebben, jiiel alleen, wanneer de aarrlappelziekta
optreedt, doch zelfs, wanneer deze uitblijft.
Op een "proefveld, waar geen ziekte vooikwam, werd
door één besproeiing, kostende in totaal f 17 p r H.A.,
een meeropbrengit aan aardappelen behaald van f 46,
aldus een winst .verki'egen van f 29 per H.A.
Op het andere proefveld,, waar zich de aardappel
ziekte wel vertoonde, werd bovendien nog e>n ver
gelijking gemaakt tusschen één- eh tweemaal sproeien.
met deze Uilkomst, dat éénmaal "sproeien nog een winst
gpf van f 339 en tweemaal van f 770 per H.A. Dg
tweede besproeiing gaf daar nog .een meerdere zuiveró
winst van f 431 per H.A., boven éénmaal sproeien.
Met dergelijke uitkomsten voor ooeen, mag het zeer
zeker .worden aanbevo^n, althans de late 'aardappe
len. ,a 11 ij d te besproeien.
wezen nu ook wel aan den spijker hangm. Zulk een
meisje. Drie honderdduizend mark huwelijksgift een
graaf kon zij nu krijgen afs zij het wilde.
Maar wat haddm de Forenbacks er aan, als er
een g aaf kwam r Van al het mooie geld kreeg men
dan niemendal :e zien, als het ver weg ing Het
was tenslotte het beste, als het bij Palmer. bleef. Die
maakte van zijn oude kast een mooi slot, en men
ging heel vriendschappelijk met dë bewoners van Moor-
heide om.
En in haar toekomstdroomerij gleeJ "Vr over haar
moederhart een zalige droom: Wüd.hald haar Wil-
debald wanneer die nu maar juist niet haai Wil-
debald was.
Mevrouw Mathilde stond een oogenblik later weer
vierkant met haar voelen op den bodem d r werke
lijkheid. Zij had oók geen tijd zich op di! oogenblik
bij éen te bepalen. De groote vraag of er gerouwd
moest worden of niet, dook "bij haar öp. Men was
toch eigenlijk bloedverwanten van elkaar, en het zou
bij Leone nu toch op £en zwai'te japon meer of min
der niet aankomen. Afzoo besFste ?ij voor ii hzelf een
nieuwe japon te bestellen., vooral nu zij die al zoo
lang poodig heeft gehad.
Lan weer. werd zij gedreven door het gevoel, dat
zij nog zoo oneindig veel te doen had voor haar man
en Leone thuis kwamen. Zij stak de lampen aan,
at de lampen die liet huis maar bezat, dekte de tafel met
het beste linnen, had een "bloemruiker geplaatst voor
Leone's bord, toen zij tot bet besef kwam, dat men
toch treuren moest om het verlies van een bloed
verwant.
Eindelijk hoorde mevrouw Mathilde het dokters
koetsje voorkomen en stil houden. Nu kon men
tenminste met elkaar over de gTOOte gebeurtenis pira
ten, zoo dacht mevrouw Mathilde met een verlacht
gemoed en ging naar de deur.
Toen vervolgens Leone. nadat zij huiten hoed en
mantel had afgedaan, door den dokter gevolgd de
kamer binnentrad, zag zij er niet uit als iemand,
die het hoofd naar praten staat. Door a.1 de emoties
die de laatste uren haar hadden aangegrepen, was
zij doodmoe. Papa Fohrenback riep nu spoedig aia,n
tafel. Zelfs driehonderd au:zend mark vermochten,
niet. hem uit zijn Olympische rust te wekken en zijn
gjede appetijt te ontnemen
fiflu.)
Van, Harenkarspel naar Jeruzalem! Een heele reis
zult ge zeggen, ook nu nog in one dagen, gezwegen
nog van in de zeventiende eeuw. En wat de zaalc
nog interessanter maakt, is dat de reiziger niet was
iemand, die gewoon was de geheele wereld rond. te
trekken, maar iemand, wiens beroep het was var
kens .koeien „mitsgaders", andere huisdieren te ver
zorgen, n.1. een landman, Zimon Pietersz. Poorter,
Schepen van Harenkarspel.
Het was op Drie-Koningendag van het jaar 1614,
dat deze Zimon Pietersz. Poorter met vrouw en kin
deren een beoek had gebracht bij een familielid
in het dorp Schagen en of 't nu kwam, dat] er te(n
huize van dat familielid een kan.ne biers meer was
gedronken dan strikt noodzakelijk was, hetzij dat
zulks onderweg was geschied, een feit was 't, dat
de brave schepen des avonds in een luimige stem
ming verkeerde, die hem de dingen van de gemak
kelijkste en vroolijkste zijde dëed beschouwen.
In dezen zielstoestand nu was "t, dat Poorter,
wiens dorst dien dag niet te lesschen scheen, ja, die
al drinkende dorstiger scheen te worden zich
tegen den avond begaf naar de voornaamste herberg
van het dorp zijner inwoning, waar zich een tal
rijk gezelschap, meerendeels onder het genot van
een pint bier, bevon<l.
Hier in den kring zijner vrienden, ver van de
beschikkingen zijner ega, begon hij eerst op dreef
te komen, cn niet lang duurde 't, of hij was de
held van den avond, de man naar wien allen, luis
terden.
Vooral werd zulks 't geval, toen onze Zimon, die
niet stijgend ongeduld de snoeverijen zijher rafel-
genooten had aangehoord, het gezelschap in de her
berg aanwezig zijn geheelen veestapel te koop aan
bood en wel cp een manier, die all«r aandacht tot
zich trok. Hij wenschte nl. een weddenschap aan»
te gaan de discussie liep dien avond hoofdzake
lijk over weddenschappen dat hij binnen 't jaar
j de Heilige Stad Jeruzalem zou bezoeken, wat door
de anderen niet alleen in twijfel werd getrokken,
doch waarover hartelijk werd gelachen, 'tgeen onzen
held wat stekelig deed worden.
Om al die spotters, die het waagden hem uit te
lachen te troeven, bood nu Poorter aan een ieder
uit het gezelschap d'ie er trek in had, éen of meer
zijner koeien te koop aan en dat op voorwaarde
dat indien hij, Poorter, binnen 't jaar te Jeruzalem
en weer terug zou zijn geweest) en zulks kon bewij
zen, het dubbele der bedongen koopsom zou ontvan
gen. En ten bewijze dat hij de zaak ernstig- opnam
gaf hij den keoners en eischte ook zulks voor zich
bedenktijd tot 's anderen daags klokke twaalf, on
der beding, dat degene, die ziclh terugtrok, twee
halve vaten bier ten* profijte van het geheele ge
zelschap zou moeten offeren.
Inderdaad waren allen om twaalf uur d*s middags
aanwezig en daar niemand' zich terugtrok, was nu
de daad aan onzen Poorter. Deze liet er
geen gras over groeien en pakte de zaak, waar hij
zeker wat inzag, kordaat aan. Van de geheele on
derneming werd notariëele akte opgemaakt, die door
allen werd geteekerd. eai aangezien de boerderij
zonder hem gedurende dat gansclie jaar niet kon ge
dreven worden, lSet hij reeds na enkele dagen boel
huis houden, waarbij hij al zijn levende have en
Mevrouw Mathilde w'ldo weten, wat of Palmer
gezegd had en haar stem, wanneer zij het woord
tot Leone rich'fte, was vol van hoogachting en,
droop van teetlerheid, als een sardine van olie.
Leone antwoordde onverschillig, met geweld dwen:
zij zich niet aan haar geluk te denken cin daarover
te spreken. Zij had bijna een afgrijzen voor de
macht van het gevoel dat in vurige vaart daarheen
raast en uit het har-t zengt en brandt, wat daar te
voren iu is geweest levenden en dooden. Een
mensch was haar gestorven, die haar cp haar wijze
had lief gehad, die al haar aardsehe goederen over
haar had uitgestort en zij nad nog geen minuut"'
aan het verlies gedacht.
Haar gedachten hieHden zich gemakkelijker met de
doode bezig, toen tante Mathilde, nadat zij' naar
Palmer had gevraagd, de vraag opperde: wat er nu
zoo al moest gebeuren, hoe de erfenis moest wor-1
den geregeld, wat wel de noodige moeilijkheden zon
opleveren, nu de overledene niet in haar eigen huis,
maar in een sanatorium was gestorven.
,,'t Spreekt vanzelf, dat Leone naar Meran moet
reizen," verklaarde de dokter.
Mevrouw Mathilde schoof haar bord terug en, staar
de in diep gepeins voor zich heen.
Leone, die bijna nog geen beet had aangeroerd,
stemde toe. „Zeker* Morgen, op zijn laatst overmor
gen. Heeft tante ook bevolen, dat zij in alle stilte
moest worden begraven, en heeft zij het blijkbaar
niet gewenscht, dat een telegram mij op haar begra
fenis riep, zoo wil ik toch haar laatste rustplaats
zien,. Moest ik nu maar niet alleen, reizen?"
„Hm," meende Fohrenback, die blijkbaar allen
lust had om mee te gaan, „ten slotte zou het zoo
te maken zijn, dat ik
Maar toen legde zijn vrouw haar beide banden op
de tafel en zeïde: „Herman, ik bid je, wat heb jij
voor avontuurlijke gedachten. Wat moet er dan van
je praktijk worden? Wanneer een zich voor de fa
milie op de bres stelt, wanneer er een is die zich
voor de familie opoffert, dan ben ik het. En wan
neer er iemand naar Meran moet gaan, dan ben ik
het."
„Jij verbaasde de dokterzich en vergat verder
le éten.
Leone echter verzekerde,, dat een reis door Tirol
iets wondermoo's was; waarop de dok'c:svrouw over
hei tafellaken "streek^ als streek zij Tirol en gehee?
Zwitserland met al zijn moo's van tafel af.
„Mijn lieve Leone, een vrouw op mijn j ren. een
familiemoeder, is geen spring in veld Wanneer dia
In e?n spoorwagen gia! zitten en na- r het b> itenfand
verrokt, clan is dat een zaak van groote ernst."
Dok'er Fob ren ba ch veroorloofde zich de opmerking,
dat het offer niet bepaald gebracht behoefde te wer
den. Maar toen kwam hij van ce.i koude kermis.
Het moest niet r Waarom moest bet niet? Wa~r
driemaal "honderdduizend mark onbeheerd Dg ui, d:-ar
zon een versfand'gp tante. ,en een bezorgde moLcl r
out zoo te zeggen, zich daar n'e'.s van aanrekken r
Wal wist Leone eigenlijk vaji de Slechth ij der men
sch en. die juist daar apin den dag trad. waar 'e!s
was te erven.
Het eene woord bracht het and. re. Tenslotte was
hel 'een ifllgemaakte zaak, mevrouw Mathilde r: i do
naar Meran, zij. wier versie Spoorrit no i! langer
dan twee uur had _geduurd.
Wanneer zij er aan dacht, hoe heel ver zij moest
gaan. dan werd zij bleek en stamelde slechts: „men-
schenkinderen ik op mijn ouden dag1! Wanneer
daar maar geen ongeluk van komt."
In dien nacht deed zij natuurlijk geen .oog dicht.
Bij hel morgenkrieken was zij reeds weer m de klec-
len "*n haalde de koffers naar beneden. Tegen "iet
enthijf wist de heele omgeving, dat mevrouw Foh-
rcnbach een bui!en[andsche re;s ging ond memen, om
de millioenenerfenis voor haar nicht te halen.
Bij de Fohrenbachs ging het er op of er onder.
„Herman, dat zeg ik je, wanneer je mij levend brug.
ziet. .is het een toeval, gen wonder. Voer mijn Linde,
wil ik evenwel mijn zoon nog eem zien en hem alles
verg we n. Ik gi dus naar de "stad".
Wilclebald had het vooruit: bht uit zijn verbanning
thans te komen.
HOOFDSTEK 12.
Met g-oote moeite klautert mevrouw Mathilde de
hcmelsladder lot haren dierbaren Wildebald op. Hoe
kon een mensch, die zich nog eenige hoop had ge
koesterd voer een bezoek van zijn moede r, vDr-hoog
gaan wonen. Vijf waren he! er eigenlijk, en als écu
spiiaal wonden zij zich omhoog.