ONA Cacao I. uit Reine Handen. Grep uit Land- ei Tiiiionw. VAN HOUTEN 'S De beste drank voor kinderen. li Zaterdag 15 Nov. 1913. 57e Jaargang. No. 5267. TWEEDE BLAD. t j. Londen, 8 November 1913. De maand November, volgens bet algemeen, oor deel de akeligste, naarste, somberste maand van bet jaar, rijk aan regen, wind en mist, arm aan zonne schijn en zonder een St- Nicolaasavond ofl een, Kerst feest of wat ook om een, mensch wat op te vroolijr ken, de maand, waarop Thomas Hoo,d zijn eigenaardig gedichtje No! heeft, gemankt, dat begin,t: No sun n,o mooh! No morn no noor. No dawn no dusk no proper time of day en eindigt: No shade, no shine, no hutterfldes, no bees, November! die maand beeft in Londen tenminste twee dingen waarop verscheidene groote menschen, en dn elk ge- m val alle kinderen vlassen- 4 Beide dingen vallen voor in die eerste helft van de - maand, ja, zelfs in de eerste tien dagen, zoodat de overige twintig ook, voor den, Londenaar in sombere akeligheid voorbijgaan. Zonder zen zond/er maan! Zonder morgen zonder middag Zonder morgenschemering zonder avondschemering zonder eigenlijken dag Zonder schaduw, zonder zonneschijn, zonder vlinders, zonder bijen, en met nog een heeleboel zonders meer volgens Tho- i mas Hood. Wat die twee afwisselingen, die twee lichtpunten zijn? Ten eerste op den vijfden Guy Fawkes day ten tweede op den negenden (dit jaar om den Zon dag bij uitzondering o,p den elfden) de Lord Mayor's optocht. Over het laatste wil ik ditmaal ni,et spreken. Bovendien, het, is de achtste, nu ik dit schrijf, zoo- dat de optocht van, den, nieuwen Londenschen burge- P* meester pas overmorgen, plaats zal hebben- Maar Guy Fawkes-day! De dag, waarop elke recht geaarde schooljongen dei hand in zijn zak steekt,, of liever in die van zijn vader en voor een stuiver, of een dubbeltje, of een shilling, of een pond vuurwerk, koopt, al naarmate de beurs van vader velen kan- En dan 's avonds, als je rustig in je kamer zit, klinken f~"! Iin3 en rechts en voor en achter de knallen in de tuinen van je buren, Punch, het welbekende weekblad had verleden jaar een aardige plaat, over de gevol gen van dit vuurwerkvermaak. Het toekende op een rij vier liefhebbers van Guy Fawkesday, zooals er uitzien op den 6en November. De eerste, straatjongen, die voor een stuiver had gekocht, en met een verband om zijn rechteroog loopt. De tweede, een jongeheer, die drie gulden "van papa had gekre gen, eu behalve een verbonden oog, zijn arm in eeejn doek heeft. De derde, een heer, die voor twaalf gul den had besteed, en zich met behulp van twee kruk ken, verder langs de straten mag bewegen. Wat de vierde is, durf ik niet zeggen. Hij, of zij, had voor zestig gulden aan den 5den November geofferd, en wordt nu door een pleegzuster in een karretje rond gereden. Meer dan een oog is er van, dezen vuurvre- nl ter niet te zien. 11(1 Guy Fawkesday is natuurlijk iets speciaal Engeisch. Ik twijfel er niet aan, of de Hollandsche jongens zouden met alle soorten van plezier ook bij ons zoo'n i dag instellen, maar wij hebben helaa3 la opze ge- i -i^i edenis geen Guy Fawkes gehad, wiens na ge- 7 dachtenis w«e kunnen vierejn, .En erg rouwig behoeven I' wf om dat gemis niet te zijn. Want die meneer Faw- Lo6 kes, op zijn manier ook een liefhebber van, vuurwerk, r had in het jaar 1605 het planeetje opgevat, om op den 5den November, als koning Jacobus I het Par- Ie ment zou openen, de Parlementsgebouwen met allen, d:er in waren, in de lucht te laten vliegen- i ;e Roomsoh-Katholieken, in het begin van ^*^#ring van Jacobus I, hadden weinig redeixen tot »;*£-edenheicL De strenge wetten, die tegen hen be- Ib: «stonden, werden met groote gestrengheid uitgevoerd, en brachten een aantal Katholieken tot waixhoop. Een net gen Tau hep kwamen te zomen- en besloten met éen, slag, den Koning en het heele Parlement uit den weg j te ruimen. Lang van, te voren, weiden uitstekende W maatregelen getroffen in Mei, 1604 kwam. een huis leeg. naast het Parlementsgebouw. Dolt werd terstond door de samenzweerders gehuurd. Van uit den kelder daarvan konden ze kalm aan het werk trekken. Dit werd dan ook gedaan. Een onderaardschO gang werd gegraven, en na verloop van eenjgen, tijd bevonden de heeren zich in een der kelders van het Parlements gebouw. Halve maatregelen waren ze niet van plan te treffen. Niemand mocht de kans loopen, or levend af te komen. Daarom werden langzamerhand, en heel In 't geheim, zes en dertig vaten buskruit in den kel der onder het gebouw gedeponeerd. Maar de kleine groep van samenzweerders over woog, toen ze eenmaal zoover waren» dat er door getast moest worden, zoodra de Koning en zijn Par lement in de lucht verdwenen zouden zijn. En de kleine groep breidde zich uit, met groote behoedzaam heid te werk gaande, tot een wijdvertakt© vereeni- ging. Geld kwam in van verscheidene kanten, wape nen werden gekocht in Vlaanderen, paarden'ston .te» gereed, en een groep van voorname Katholieken zou bijeenkomen, onder voorwendsel op de jacht te gaap. Dit zou het begin zijn van een algeheelen opstand. Terstond na den dood van Jacobus zou men zich vau zijn kinderen verzekeren, en dan kon hulp verwacht worden van de Spanjaarden in de Zuidelijke Neder landen. Die hadden na de vernietiging van de Onover winnelijke Vloot door de Engeisch en etn Hollanders nog altijd een kleine rekening te vereffenen. Het plan werd op wonderbaarlijke wijze geheim gehouden Gewoonlijk komen dergelke dingen weken van te voren uit. Je leest' haast niets andera in de krant dan ontdekte samenzweringen hier, en arresta ties op groote schaal daar. Vandaag is het Porlu - gal, morgen Turkije, en voor 't geval die twe© zich rustig houden,, is Rusland er in elk, geval nog- Magjr dat complot scheen welbewaard 'te zijn in d© har ten van de samenzweerders. Tot tien dagen voor den grooten dag. Een van de ingewijden, Francis Tres- ham, was de onderneming met hart ©n ziel toege daan. Alleen hij had een familielid! onder de Par lementsleden, en als 't eenjgszins kon, zou hij die graag van de algemeene in de lucht vliegerij uitge zonderd zien". Hoe meer de dag naderde, hoe meer zijn hoop verminderde, dat dit familielid, Lord Mon- teagle, misschien ziek zou worden tegen den 5den November. Lord Monteagl® was nooit zoo gezond ge weest als in het laatst van October 1605. Lang aa1'- zelde Mr. Tresham. Maar, tot zijn eer moet het ge zegd worden, dat ten slotte de familiegemegenheid het won van, de haat tegen, Koning en P ar temen,!- Dien, 2 6sten October ontving Lord Monteagle een. anouie- men brief, waarin hem dringend werd aangeraden, niet aanwezig te zijn hij de opening van het Parle ment. Lord Monteagle deed, wat ieder in zijn geval zou doen. Hij bleef niet kalmpjes weg op den 5den, om te zien, wat er gebeuren, zou, maar stelde de re geering in kennis van het schrijven. Een streng on derzoek werd ingesteld. Den 4 den November werden alle kelders van het Parlementsgebouw zorgvuldig doorzocht, en - im een daarvan werd. Guy Fawkes aangetroffen, die er toezicht hield op zes en dertig onschuldig uitziend© vaatjes buskruit. De rest was spoedig afgeloopen. De jachtpartij stoof naar alle kanten uiteen, De deelnemer^ er aan werden achtervolgd, gevangen genomen, en gedood. Van den algemeenen opstand kwam niets, ien het Par lement werd zonder stoornis geopend. Maar de leden ervan en de Koning, zullen wel met een rilling ge dacht hebben aan wat er gebeurd zou zijn, als een van hen niet toevallig familie was geweest van Mr. Tresham. ir al >a\ m e ei ei i ei 3. De woorden van dank die de rechercheur" Berk- holz sprak, kwamen blijkbaar wel uit het diepst van zijn hart en in, zijn blijdschap vroeg hij verlof om 't dadelijk exen aan zijn zieke vrouw te mogen melden. Toen hij terugkwam stonden de tranen, hem in de ItALKBEMESTING. II. Ook op de structuur van 'debj grond kan eeax kalk— bemestinng een gunstlgen invloed uitoefenen en aan gezien een goede structuur een van de voorwaarden ia, welke voor het bereiken van groote oogsten ver vuld moet worden, volgt daaruit, dat langs dezen weg de kalk eveneens indirect op do opbrengst van een gewas kan inwerken. Stijve gronden kunnen door kalk iets losser en handelbaarder worden gemaakt, doordat de toegediende kalk zich als zeer fijne deel tjes kan groepeeren, waardoor de onderlinge samen hang eenigszins wordt verbroken. De doorlaten,dheid wordt daardoor bevorderd. Het dichtslibben van het bovenste grondlaagje zal niet zoo spoedig plaats hebben. Hierdoor kan de lucht beter in den grond dringen. Tot slot nog Iets over de indirecte werking van kalk. Het publiek sprak reeds heel vroeg van de kalk als van „een drijver", terwijl de beteekenis van het mond „uitmergelen" een ieder bekend is. Ver schillende uitdrukkingen, wijzen er op, dat men reeds vroeger wist, dat kajkbemesting uitputtend op den grond kon werken. Zoo zegt men bijv.: „kalk maakt rijke ouders, maar arme kinderen." Inderdaad leve ren de eigenaardige nevenwerkingen van de kalk naast vele voordeelen ook wel e©ns gevaar op. Doordat kalk toeh de verschillende bodemproces sen aandrijft, komen verschillende plantenvoedings- stoffen eerder vrij en werken daarnaast de nieuw gevormde stoffen, voornamelijk het koolzuur, weer oplossend in op andere bodembestanddeelen. Kalk- bem ïsting is dan een aanval op het bodemkapitaal. Vanzelf volgt hieruit, dat dit als gevaar slechts geldt voor een armen bodem, waarop uitsluitend een kalk— bemesting wordt toegepast zonder meer. Op rijken grond echter kan het een voordeel zijn het bodem- kapitaal tot een bepaald minimum uit te putten en rentege venei' te maken. Wie echter naast de kalkbe- mesting zorgt voor een toevoeging van, een volledige .bemesting met stalmest of kunstmest, behoeft de uitputtende, uitmergelende werking van een kalkbe- j mesting niet te vreezen. De landbouw wist; dit reeds zeer lang, getuige de uitdrukking: „Adhter denkalk- wagen moet de mestkar volgen." Met verschillende stoffen kan men een kalkbemes— ting toedienen. In de eerste plaats noemen wij ge bluschte en ongebluschte kalk. Wij vermelden deze in éen adem, wijl in de meeste gevallen de ongeblusch te kalk voor de aanwending eerst gebluscht wordt. Wanneer men in het oog vat, dat men voor het blussehen van 100 KG. ongebluschte kalk ruim 30 KG. water noodig heeft, waarna men natuurlijk 130 KG. gebluschte kalk ongeveer heeft bekomen, dan zal men begrijpen, dat het voor1 het vervoer over groo te afstanden, en bij aa,nkoop, van groote partijen het voordeeligst is de kalk als ongebluschte te koopen eu ze dan zelf te blussohen, In den handel is echter reeds gebluschte kajk, schelpkalk ,te krijgen. Het is de gewone metselkalk, een fijn, droog poeder, met een gehalte van onge veer 40 tot 50 pCt. ongebluschte kalk. Schelpkalk is afkomstig van schelpen. Deze bestaan grootendeels uit koolzure kalk. In de kalkbranderijen! worden deze schelpen sterk verhit, waardoor het koolzuur wordt uitgedreven, en de kalk als ongebluschte kalk achterblijft. Hetzelfde past} men in het buitenland, o.a. in België, toe op kajksteen, dat aldaar voorkomt en eveneens voor een belangrijk deel uit koolzure kalk bestaat. Het produc-t dat dan ontstaat, is de be kende Luikscbe kluitkajk^ die echter steeds verontrei nigd is met onbluschbare stukken st^een. Ongetwijfeld is dit de goedkoopste kalk, wanneer me» ze tenmin— ste bij wagon- of nog beter bij scheepslading kanH trekken. Voor het gebmiik moet de LuikBche klutt kalk echter gebluscht worden. Dit kan op verschllk* de manieren geschieden. Het meest aanbevelenswaaj dlg zijn de beide volgende: Men kan de stukken klultkalk in bijv. een kwart- mudsmand doen. Deze dompelt men onder water. On* middellijk zuigt do kalk zich vol water en wordt «fet lucht, die in gToote bellen opstijgt, verdreven. Na ongeveer drie vier minuten stijgen bijna geen lucht bellen meer op. Men mag dan aannemen, dat do kalk voldoende water heeft opgenomen om juist droogte blussehen. Men stort de natte kalk nu crp een hoop» Na ongeveer een kwartier zwellen de stukken onder groote warmteontwikkeling op en vallen tot oen poeder uiteen. Is de kalk echter te yiat, dan krijgt men een brijachtige massa, die zich moeilijk laat uit strooien. Had' aan den anderen kant echter de kalk te kort water opgenomen, danj zou een deel wel heel mooi tot droge gebluschte kalk uit elkaar vallen» doch er zouden ongebluschte, stukjes- achterblijven* Deze zou men dan moeten verzamelen en afzonder lijk blussehen. Een andere methode is deze: men brengt do kluit- kalk op het te bekalken land en zet ze aan kleins» hoopjes, welke men, met een laagje aarde goed af sluit. Men laat de blussching nu maar aan do vrij® natuur over. Zoo nu en dan. onderzoekt men de hoop jes eens om na te gaap of de blussching reeds ia geschied. Na enkele dagen, soms eerst na enkel© weken. dit hangt geheel van het weer af. ia de kalk gebluscht. Dan gooit men de hoopjes uit; eikaar en spreidt de gebluschte kalk, die alsdan een mooi droog poeder moet vormen onmiddellijk uit» Mogelijk nog piet gebluschte stukken worden verza meld en afzonderlijk gebluscht. We merken nogmaals op, dat men de hoopjes voortdurend moet controtee— ren. Laat men ze te lang staan, da» krijgt men een natte massa, die zich moeilijk verwerken laat. Ook; willen wij de grootste voorzichtigheid aanbevelen blS het werken in ongebluschte kalk. Wanneer deze als zoodanig in de oogen komt, kan ze daar begiunej® te blussehen en groot gevaar voor het gezicht op leveren. Het gebruik van stofbrillen is bij dit werk dus zeer gewenscht. Mocht onverhoopt toch onge bluschte kalk in de oogen komen, dan reinigo men deze niet met water, maar bijv. met raap- of lijn-» olie. Van de Luiksche kluitkalk beslaan verschillende kwa liteiten. De minste hiervan bevat 3570 °/o zuivere kalk en is vrij sterk verontreinigd met waardclooze stukken. Deze kalk komt als „landbouwkalk" iti den handel. De betere kwaliteiten bevatten tot 90 en meer zuivere kalk en verdienen, vooral bij vervoer over groote afstanden, de voorkeur. Bemesting met gebluschte kalk geschiedt steeds in' den herfst en bij groote hoeveelheden, bijv. van 1000 tot 2000 K.G. Waar structuurverbetering hoofddoel is, zijn veel grootere hoeveelheden onmisbaar. Om b.v. een grondlaag van 10 C.M. dikte te verrijken met slechts 1 o/6' koolzure kalk is reeds een hoeveelheid van ongeveer 8000 KG. goed zuivere kluitkalk noodig. Een gift van 10000 KG. per H.A. zal dus wel noodig zijn om op stijven kleigrond eenige structuurverbetering te verkrij- §en. Aangezien de kalk bovendien nog vrij spoedig uil en bovengrond naar diepere grondlagen wegspoelt, is een dergelijke kalkbemesting niet afdoende, doch moei na enkele jaren herhaald worden. In de tweede plaats willen wij bespreken die kalk- houdende meststoffen, welke voornamelijk koolzure kalK bevatten. Als zoodanig moeten besproken worden mer gel en schuimaarde. Onder mergel verstond men oor- sprorïkelijk een of andere grondsoort met een zeer ixoog gehalte aan koolzuurkalk. Als middel voor be mesting, maar hoofdzakelijk voor grondverbetering, is dergelijke mergel een zeer waardevolle stof. Ze is ech ter alleen daar rendabel aan te wenden, waar de mer gel in de nabijheid gemakkelijk is te verkrijgen. De tegenwoordig in den handel o.a. aangeboden kalkmer- gel moet geheel beschouwd worden als kalkmeststof, met een zeer hoog gehalte aan koolzure kalk. Bij dere aankoop lette men er op, dat ccn bepaald gehalte aan koolzure kalk overeenkomt met 56 duarvars aaix ongebluschte kalk. Mergel moet altijd goed met den grond vermengd worden, aangezien koolzure kalk niet oplost in water. Het werkt daardoor veel geleidelijker en is voor de lichtere gronden waarschijnlijk de aange wezen vorm voor kalkbemesting. Over de schuimaarde kunnen we kort zijn Het ge bruik van dit bijproduct der beetwortel-suikerfabrieken is slechts plaatselijk. Gemiddeld bevat deze stof 13,3 o/c» water, 0.3 °,'o stikstof. 0.2 o/o kali. 0.7 o'o phosphorzuur en 25 o/o kalk. Het hooge xvatergehalle is een groot bezwaar bij den aankoop. Door de groote hoeveelheden welke'van deze stof per H.A. worden gebruikt, worden, ondanks de lage gehalten aan de voedingsstoffen stik stof. kali en phosphorzuur, toch nog aanmerkelijke hoe veelheden daarvan op het land gebracht, zoodat de wer king van de schuimaarde voor een groot deel ook daaraan moet te danken zijn. „.Mijn vrouw laat u duizendmaal bedanjten, mijn de aïrecteiïr, ejn wanneer fk u in een of apder o kt kan kelpen, ik ga voor u door een vuur „Best, best Berkkolz. Zooiets zal ik wel1 nooit van, je .erlangen. Het is mij al keloond.iig genoeg als je eer braaf be-'nbte blijft, zooals tot dusven Maar voor te grootefC ijver moet jij1 je evenwel in aebt nemen. Die richt menigmaal nog grootere sokajde aan, dan nalatigheid. Daar heb ik bijvoorbeeld eerst va{n- morgen het een en ander vernomen over je navor- schingen in de woning van doctor Delmonte, die man heeft zich bitter ovèr je beklaagd."' De rechercheur lachte. „Dat geloof ik wel. Maar hij zal slechts met moeite zichzelf kunnen vrijpra- ten. Om die nasporitogen jaagt men mij bepaald niet uit mijn dienst. De commissaris Vk>n Liebenow was van meening, daf wij reeds vanmiddag dien' giftmen ger konden arresteeren. In dien tusschenitijdi ben 'k ook nog te weten, gekomen vanwaar hij die strych nine had-. Een zijner vrienden,, doctor Paul Bunjge, is bez*ner van een chemische fabriek. Het was een idee van mijnheer Von Liebenow, dat ik daar eens een onderzoek zou instellen en die mijnheer Buiig© heeft zonder dat hij wist waarover het handelde rondweg toegegeven, dat hij den bankdirecteur voor tien of veertien dagen een dosis strychnine heeft ge zonden, om zijn hond te vergiftigen, zooals het toen heette." Dat xvas de laatste schakel aan den ketting. N i was de ketting gesloten en er was geen ont- küi&én meer aan, voor den schuldige. Schmidt voelde zijn knieën knikken en- in zijn ooren bruischte het bloed. Maar hij verweerd© zich, verzamelde zijne kalmte, wan,t voor hem was er geen terugweg meer en hij moest zich de stilzwijgendheid van, dezen man verzekeren, waaneer niet alles tevergeefsch zou zijn. Zoo begon, hij te spreken van de weinige beteeke nis der bewijzen, die tot dusverre tegen, Delmonte waren bijeengebracht en. dat bet noodig xvas om wat bescheidener in deze zaak op te treden. Maar hij had niet te beschikken over de koelbloedigheid en de rust, die hij zoo noodig had, om den eenvoudigen man, tegenover hem te overtuigen. Misschien was de x'erbazing en het wantrouwen, dat hij op het gelaat van den rechercheur meende te lezen, niet eens in werkelijkheid daarop en werd hij in zijn vermeende overspanning zijn eigen verrader, toen hij, inplaats van zich tot een korten dienstorder te bepalen plot seling zeide: „Je moet mij je woord geven Berkkolz, dat je met. geen mensch over deze dingen spreken zult. En wanneer op den een of anderen dag de pre sident van de rechtbank of een dier ander© hoeren je zullen ondervragen, dan weet je mem end al. Weet je hoe ik dat bedoel?" De rechercheur stond eensklaps zoo stijf en stil als een lantaarnpaal. „Tot uw dienst, neen, direc- j teur! Ik bedoel, dat ik overal, waar men het recht j heeft, mij te vragen, ook ajles zal zeggen wat ik weet." Dat was het wat Ewald Schmidt met grooten angst had gevreesd, zoo dikwijls hij het magere gezicht j van den ander had aangekeken. Hij noemde zich een grooten dwaas, dat de angst en opgewondenheid hom zoo iets onnoozels haddien kunnen doen1 zoggen. Maar het eenmaal gesproken woord kon niet meer onge- daan gemaakt worden en nadat hij den eersten sta,p had gedaan, moest bij het pad der vernedering eaj, der smart tot het eiinidie gaan. ,„Het is geen dienstzaak, Berkkolz, maar het is een zaak tusschen, jou en mij. Je moet mij je zoo dikwijls verzekerd© dankbaarheid nu °ok door een daad bewijzen, door mij te beloven te zullen zwijgen." „En de diensteed, mijnheer de directeur? En mijn plicht als beambte?" Schmidt wist nauwelijks meer wat hij antwoordde. Hij had alle heerschappij over zichzelf verloreln. Eür» hoe verstandiger hij zijn xvilde, des te onx-erstandï- ger gedroeg hij zich. Na verloop van een kwartier had bij de zekerheid, dat de rechtschapen am|btenaar Berkkolz heel goed begreep dat zijn superieur met een heel ander doel gekomen xvap, dan om hem een beJooning uit t© rei- ih J CiK i ken, maar wel degelijk "•■rniës EO PO de bedoeling had om hem tot Binnenlandscb Nieuws. LANGS DE ZLIDERZEE. II. W. W. vertelt in „De Lex-ende Natuur'" interes sante bijzonderheden van het leven der krabben .Maar dat strand dal is een dorado voor d0 jeugd. Al is het klein, ze graven er in het zand er» springen en ploeteren er half naakt en naakt in het frissen© water, of vangen op een uitgespreiden zak- verkeerde daad t© verleiden en deze overtuiging had hem zoo stijf en ontoegankelijk gemaakt; als hij geweest was tegenover den, valschen speler Nordhof. „Neen nooit!'"* Dat was zijn eerste, maar ook zijn laatste woord geweest. En het bevél om ver plichte, blinde gehoorzaamheid richtte hier evenmin xvat uit, als het beroep op zijn dankbaarheid voor de ontvangen -weldaden. „Ik laat mij niet van den rechten, weg afbrengen mijnheer de politie-direoteur door niemand en ook niet door mijn meerdere. Het is nog geen veer tien dagen geleden dat, uzelf tot mij hebt gezegd: zorg er voor, dat je handen zoo rein blijven als tot dusver, dat is de hoogste wet voor een politiebe ambte en zijn heiligste plicht en met zulk een bewustzijn laat zich ook het zwaarste dragen. Zoo heeft u tot; mij, gezegd,, en zoo wil ik handelen. Ik zal niet uit vrijen wil tot mijn. superieuren gaan om te vertellen wat ik weet, want daarvoor heb ik geen recht. Maar wanneer een mijner superieuren mij vraagt, zal ik niets loochenen en ook niets ver zwijgen." Schmidt voelde dat hij een stuk marmer eerder tot medelijden zou kunnen dxvingen dan dezen man én nadat hij de bitterheid x'an deze vruchtelooze verne dering had meeten slikken, ging hij onverrichter zake heen. „Het staat niet meer in, mijn macht om een verder onderzoek te verhinderen. Waaneer u den uitslag soms hebt te vreezen, zo© neem dan d© noodig© maa'tr i-egelen en benut uw tijd-i Het kon gebeuren dat uw gevangenneming spoedig reeds volgt." Dat was het wat de politie-directeur in vliegende haast en in nauwelijks leesbaar schrift op den lesse naar van het naastbijzijnde postkantoor op een tele gramformulier had geschrex'en.. Hij stak het in een gewoon couvert en zond bet aan het particulier adres van Delmonte, wat hij eerst nog uit een adresboek had moeten opdiepen. Een oogenblïk aarzelde hij nog voor hij den brief in de bus liet zakken. Hij was zichzelf volkomen bewust welk groot gevaar hij zoodoende over zichzelf losliet. Dat xvas immers eeu gewichtig bewijs van zijn medeweten dat Delmonte zorgvuldig zou bewaren, om er t© gelegener tijd ge bruik van te maken. Maar hiji was na rijp beraad tot de slotsom gekomen, idat dit gevaar toch n,og klei ner was, dan wanneer hij Delmonte persoonlijk hacl opgezocht, om hem te waarschuwen Als het een eerlijk man xvas, zou hij dit briefj© dadelijk vernietigen, was het een domkop of een dui vel, xvelnu dan hinderde het nog njet veel, bij heit misloopen der zaak zou hij dan zijn mond tocli niet houden. Bij die ontmoeting zou of een kellner, öt een dienstbode, of eenige andere derde persoon heia toch hebben gezien. En waarachtig, in deze zaak wa ren al menschen genoeg die er iets van wisten. Zoo ging de brief zijn weg en Schmidt. die zich nauwelijks meer cp de been kon houden, steeg In 't eerste het beste rijtuig om naar huis te rijden. Hst verontrustte hem, dat hij bij het verlaten van het rijtuig alle vensters vaax zijn woning verlicht zag en ondanks zijn ellen^igen toestand snelde hij da trap op. De dieur van den corridor stond slechts aan» alsof iemand haar in groote haast vergeten had to sluiten. Uit een der kamers klonken gedempte ^tem men en luid snikken. Schmidt's hart scheen een oogenblik stil te staan, toen hij den kouden deurknop tusschen zijn vingers voelde. Het was hem, alsof een onzichtbaar geweld hem weerhield de deuT< te openen en het kostte hem bijna bovenmenscbelijke inspanning om deze kleine daad te verrichten. Op het oogenblik, dat voor dege? nen die binnen waren zijn gestalte in de deuropeoinj zichtbaar werd, vloog de luldsnikken.de Alica o| hem toe en wierp zich in zijn armen. „O papa papa waarom was u nergens vinden? Zijn laatste woord was een vraag naar u!' Een paar minuten la.ter stond de pojitie-dfre^Leut aan het doodbed van zijn zoon. Met. xveinjge woorden had de dokter den ontstel den vader mededeeling gedaan van, hetgeen was voor gevallen. Een bloedspuwing. Men had den politie - directeur overal gezbcht en maar nergens kunnen vin den en zoodoende had hij geen afscheid van zija zoon kunnen nemen. De vader boog zich over den dood© om het blanke voorhoofd te kus/en. Dan ging hij weer naar de an dere kamer, waar hij Liebenow opmerkte, die meH zachte, troostende woorden poogd© Alice wat tot bedaren te brengen. De commissaris ldep direct op Schmidt toe en stak hem zijn han.d toe. „I^aat mij u mijn innigste deelneming uitdrukketa, mijnheer," zeide hij haföuid en met bewogen stem.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1913 | | pagina 5