ONA Cacao
I.
uit
Reine Handen.
Grep uit Land- ei Tiiiionw.
VAN HOUTEN 'S
De beste drank voor kinderen.
li
Zaterdag 15 Nov. 1913.
57e Jaargang. No. 5267.
TWEEDE BLAD.
t
j.
Londen, 8 November 1913.
De maand November, volgens bet algemeen, oor
deel de akeligste, naarste, somberste maand van bet
jaar, rijk aan regen, wind en mist, arm aan zonne
schijn en zonder een St- Nicolaasavond ofl een, Kerst
feest of wat ook om een, mensch wat op te vroolijr
ken, de maand, waarop Thomas Hoo,d zijn eigenaardig
gedichtje No! heeft, gemankt, dat begin,t:
No sun n,o mooh!
No morn no noor.
No dawn no dusk no proper time of day
en eindigt:
No shade, no shine, no hutterfldes, no bees,
November!
die maand beeft in Londen tenminste twee dingen
waarop verscheidene groote menschen, en dn elk ge-
m val alle kinderen vlassen-
4 Beide dingen vallen voor in die eerste helft van de
- maand, ja, zelfs in de eerste tien dagen, zoodat de
overige twintig ook, voor den, Londenaar in sombere
akeligheid voorbijgaan.
Zonder zen zond/er maan!
Zonder morgen zonder middag
Zonder morgenschemering zonder avondschemering
zonder eigenlijken dag
Zonder schaduw, zonder zonneschijn, zonder vlinders,
zonder bijen,
en met nog een heeleboel zonders meer volgens Tho-
i mas Hood.
Wat die twee afwisselingen, die twee lichtpunten
zijn? Ten eerste op den vijfden Guy Fawkes day
ten tweede op den negenden (dit jaar om den Zon
dag bij uitzondering o,p den elfden) de Lord Mayor's
optocht. Over het laatste wil ik ditmaal ni,et spreken.
Bovendien, het, is de achtste, nu ik dit schrijf, zoo-
dat de optocht van, den, nieuwen Londenschen burge-
P* meester pas overmorgen, plaats zal hebben-
Maar Guy Fawkes-day! De dag, waarop elke recht
geaarde schooljongen dei hand in zijn zak steekt,, of
liever in die van zijn vader en voor een stuiver, of
een dubbeltje, of een shilling, of een pond vuurwerk,
koopt, al naarmate de beurs van vader velen kan- En
dan 's avonds, als je rustig in je kamer zit, klinken
f~"! Iin3 en rechts en voor en achter de knallen in de
tuinen van je buren, Punch, het welbekende weekblad
had verleden jaar een aardige plaat, over de gevol
gen van dit vuurwerkvermaak. Het toekende op een
rij vier liefhebbers van Guy Fawkesday, zooals
er uitzien op den 6en November. De eerste,
straatjongen, die voor een stuiver had gekocht, en
met een verband om zijn rechteroog loopt. De tweede,
een jongeheer, die drie gulden "van papa had gekre
gen, eu behalve een verbonden oog, zijn arm in eeejn
doek heeft. De derde, een heer, die voor twaalf gul
den had besteed, en zich met behulp van twee kruk
ken, verder langs de straten mag bewegen. Wat de
vierde is, durf ik niet zeggen. Hij, of zij, had voor
zestig gulden aan den 5den November geofferd, en
wordt nu door een pleegzuster in een karretje rond
gereden. Meer dan een oog is er van, dezen vuurvre-
nl ter niet te zien.
11(1 Guy Fawkesday is natuurlijk iets speciaal Engeisch.
Ik twijfel er niet aan, of de Hollandsche jongens
zouden met alle soorten van plezier ook bij ons zoo'n
i dag instellen, maar wij hebben helaa3 la opze ge-
i -i^i edenis geen Guy Fawkes gehad, wiens na ge-
7 dachtenis w«e kunnen vierejn, .En erg rouwig behoeven
I' wf om dat gemis niet te zijn. Want die meneer Faw-
Lo6 kes, op zijn manier ook een liefhebber van, vuurwerk,
r had in het jaar 1605 het planeetje opgevat, om op
den 5den November, als koning Jacobus I het Par-
Ie ment zou openen, de Parlementsgebouwen met allen,
d:er in waren, in de lucht te laten vliegen-
i ;e Roomsoh-Katholieken, in het begin van
^*^#ring van Jacobus I, hadden weinig redeixen tot
»;*£-edenheicL De strenge wetten, die tegen hen be-
Ib: «stonden, werden met groote gestrengheid uitgevoerd,
en brachten een aantal Katholieken tot waixhoop. Een
net gen Tau hep kwamen te zomen- en besloten met éen,
slag, den Koning en het heele Parlement uit den weg
j te ruimen. Lang van, te voren, weiden uitstekende
W maatregelen getroffen in Mei, 1604 kwam. een huis
leeg. naast het Parlementsgebouw. Dolt werd terstond
door de samenzweerders gehuurd. Van uit den kelder
daarvan konden ze kalm aan het werk trekken. Dit
werd dan ook gedaan. Een onderaardschO gang werd
gegraven, en na verloop van eenjgen, tijd bevonden de
heeren zich in een der kelders van het Parlements
gebouw. Halve maatregelen waren ze niet van plan
te treffen. Niemand mocht de kans loopen, or levend
af te komen. Daarom werden langzamerhand, en heel
In 't geheim, zes en dertig vaten buskruit in den kel
der onder het gebouw gedeponeerd.
Maar de kleine groep van samenzweerders over
woog, toen ze eenmaal zoover waren» dat er door
getast moest worden, zoodra de Koning en zijn Par
lement in de lucht verdwenen zouden zijn. En de
kleine groep breidde zich uit, met groote behoedzaam
heid te werk gaande, tot een wijdvertakt© vereeni-
ging. Geld kwam in van verscheidene kanten, wape
nen werden gekocht in Vlaanderen, paarden'ston .te»
gereed, en een groep van voorname Katholieken zou
bijeenkomen, onder voorwendsel op de jacht te gaap.
Dit zou het begin zijn van een algeheelen opstand.
Terstond na den dood van Jacobus zou men zich vau
zijn kinderen verzekeren, en dan kon hulp verwacht
worden van de Spanjaarden in de Zuidelijke Neder
landen. Die hadden na de vernietiging van de Onover
winnelijke Vloot door de Engeisch en etn Hollanders nog
altijd een kleine rekening te vereffenen.
Het plan werd op wonderbaarlijke wijze geheim
gehouden Gewoonlijk komen dergelke dingen weken
van te voren uit. Je leest' haast niets andera in de
krant dan ontdekte samenzweringen hier, en arresta
ties op groote schaal daar. Vandaag is het Porlu -
gal, morgen Turkije, en voor 't geval die twe© zich
rustig houden,, is Rusland er in elk, geval nog- Magjr
dat complot scheen welbewaard 'te zijn in d© har
ten van de samenzweerders. Tot tien dagen voor den
grooten dag. Een van de ingewijden, Francis Tres-
ham, was de onderneming met hart ©n ziel toege
daan. Alleen hij had een familielid! onder de Par
lementsleden, en als 't eenjgszins kon, zou hij die
graag van de algemeene in de lucht vliegerij uitge
zonderd zien". Hoe meer de dag naderde, hoe meer
zijn hoop verminderde, dat dit familielid, Lord Mon-
teagle, misschien ziek zou worden tegen den 5den
November. Lord Monteagl® was nooit zoo gezond ge
weest als in het laatst van October 1605. Lang aa1'-
zelde Mr. Tresham. Maar, tot zijn eer moet het ge
zegd worden, dat ten slotte de familiegemegenheid
het won van, de haat tegen, Koning en P ar temen,!- Dien,
2 6sten October ontving Lord Monteagle een. anouie-
men brief, waarin hem dringend werd aangeraden,
niet aanwezig te zijn hij de opening van het Parle
ment. Lord Monteagle deed, wat ieder in zijn geval
zou doen. Hij bleef niet kalmpjes weg op den 5den,
om te zien, wat er gebeuren, zou, maar stelde de re
geering in kennis van het schrijven. Een streng on
derzoek werd ingesteld. Den 4 den November werden
alle kelders van het Parlementsgebouw zorgvuldig
doorzocht, en - im een daarvan werd. Guy Fawkes
aangetroffen, die er toezicht hield op zes en dertig
onschuldig uitziend© vaatjes buskruit.
De rest was spoedig afgeloopen. De jachtpartij
stoof naar alle kanten uiteen, De deelnemer^ er aan
werden achtervolgd, gevangen genomen, en gedood.
Van den algemeenen opstand kwam niets, ien het Par
lement werd zonder stoornis geopend. Maar de leden
ervan en de Koning, zullen wel met een rilling ge
dacht hebben aan wat er gebeurd zou zijn, als een
van hen niet toevallig familie was geweest van Mr.
Tresham.
ir
al
>a\
m
e
ei
ei
i
ei
3.
De woorden van dank die de rechercheur" Berk-
holz sprak, kwamen blijkbaar wel uit het diepst van
zijn hart en in, zijn blijdschap vroeg hij verlof om 't
dadelijk exen aan zijn zieke vrouw te mogen melden.
Toen hij terugkwam stonden de tranen, hem in de
ItALKBEMESTING. II.
Ook op de structuur van 'debj grond kan eeax kalk—
bemestinng een gunstlgen invloed uitoefenen en aan
gezien een goede structuur een van de voorwaarden
ia, welke voor het bereiken van groote oogsten ver
vuld moet worden, volgt daaruit, dat langs dezen
weg de kalk eveneens indirect op do opbrengst van
een gewas kan inwerken. Stijve gronden kunnen door
kalk iets losser en handelbaarder worden gemaakt,
doordat de toegediende kalk zich als zeer fijne deel
tjes kan groepeeren, waardoor de onderlinge samen
hang eenigszins wordt verbroken. De doorlaten,dheid
wordt daardoor bevorderd. Het dichtslibben van het
bovenste grondlaagje zal niet zoo spoedig plaats
hebben. Hierdoor kan de lucht beter in den grond
dringen.
Tot slot nog Iets over de indirecte werking van
kalk. Het publiek sprak reeds heel vroeg van de
kalk als van „een drijver", terwijl de beteekenis van
het mond „uitmergelen" een ieder bekend is. Ver
schillende uitdrukkingen, wijzen er op, dat men reeds
vroeger wist, dat kajkbemesting uitputtend op den
grond kon werken. Zoo zegt men bijv.: „kalk maakt
rijke ouders, maar arme kinderen." Inderdaad leve
ren de eigenaardige nevenwerkingen van de kalk
naast vele voordeelen ook wel e©ns gevaar op.
Doordat kalk toeh de verschillende bodemproces
sen aandrijft, komen verschillende plantenvoedings-
stoffen eerder vrij en werken daarnaast de nieuw
gevormde stoffen, voornamelijk het koolzuur, weer
oplossend in op andere bodembestanddeelen. Kalk-
bem ïsting is dan een aanval op het bodemkapitaal.
Vanzelf volgt hieruit, dat dit als gevaar slechts geldt
voor een armen bodem, waarop uitsluitend een kalk—
bemesting wordt toegepast zonder meer. Op rijken
grond echter kan het een voordeel zijn het bodem-
kapitaal tot een bepaald minimum uit te putten en
rentege venei' te maken. Wie echter naast de kalkbe-
mesting zorgt voor een toevoeging van, een volledige
.bemesting met stalmest of kunstmest, behoeft de
uitputtende, uitmergelende werking van een kalkbe-
j mesting niet te vreezen. De landbouw wist; dit reeds
zeer lang, getuige de uitdrukking: „Adhter denkalk-
wagen moet de mestkar volgen."
Met verschillende stoffen kan men een kalkbemes—
ting toedienen. In de eerste plaats noemen wij ge
bluschte en ongebluschte kalk. Wij vermelden deze
in éen adem, wijl in de meeste gevallen de ongeblusch
te kalk voor de aanwending eerst gebluscht wordt.
Wanneer men in het oog vat, dat men voor het
blussehen van 100 KG. ongebluschte kalk ruim 30
KG. water noodig heeft, waarna men natuurlijk 130
KG. gebluschte kalk ongeveer heeft bekomen, dan
zal men begrijpen, dat het voor1 het vervoer over groo
te afstanden, en bij aa,nkoop, van groote partijen het
voordeeligst is de kalk als ongebluschte te koopen
eu ze dan zelf te blussohen,
In den handel is echter reeds gebluschte kajk,
schelpkalk ,te krijgen. Het is de gewone metselkalk,
een fijn, droog poeder, met een gehalte van onge
veer 40 tot 50 pCt. ongebluschte kalk. Schelpkalk is
afkomstig van schelpen. Deze bestaan grootendeels
uit koolzure kalk. In de kalkbranderijen! worden
deze schelpen sterk verhit, waardoor het koolzuur
wordt uitgedreven, en de kalk als ongebluschte kalk
achterblijft. Hetzelfde past} men in het buitenland,
o.a. in België, toe op kajksteen, dat aldaar voorkomt
en eveneens voor een belangrijk deel uit koolzure kalk
bestaat. Het produc-t dat dan ontstaat, is de be
kende Luikscbe kluitkajk^ die echter steeds verontrei
nigd is met onbluschbare stukken st^een. Ongetwijfeld
is dit de goedkoopste kalk, wanneer me» ze tenmin—
ste bij wagon- of nog beter bij scheepslading kanH
trekken. Voor het gebmiik moet de LuikBche klutt
kalk echter gebluscht worden. Dit kan op verschllk*
de manieren geschieden. Het meest aanbevelenswaaj
dlg zijn de beide volgende:
Men kan de stukken klultkalk in bijv. een kwart-
mudsmand doen. Deze dompelt men onder water. On*
middellijk zuigt do kalk zich vol water en wordt «fet
lucht, die in gToote bellen opstijgt, verdreven. Na
ongeveer drie vier minuten stijgen bijna geen lucht
bellen meer op. Men mag dan aannemen, dat do kalk
voldoende water heeft opgenomen om juist droogte
blussehen. Men stort de natte kalk nu crp een hoop»
Na ongeveer een kwartier zwellen de stukken onder
groote warmteontwikkeling op en vallen tot oen
poeder uiteen. Is de kalk echter te yiat, dan krijgt
men een brijachtige massa, die zich moeilijk laat uit
strooien. Had' aan den anderen kant echter de kalk
te kort water opgenomen, danj zou een deel wel heel
mooi tot droge gebluschte kalk uit elkaar vallen»
doch er zouden ongebluschte, stukjes- achterblijven*
Deze zou men dan moeten verzamelen en afzonder
lijk blussehen.
Een andere methode is deze: men brengt do kluit-
kalk op het te bekalken land en zet ze aan kleins»
hoopjes, welke men, met een laagje aarde goed af
sluit. Men laat de blussching nu maar aan do vrij®
natuur over. Zoo nu en dan. onderzoekt men de hoop
jes eens om na te gaap of de blussching reeds ia
geschied. Na enkele dagen, soms eerst na enkel©
weken. dit hangt geheel van het weer af. ia
de kalk gebluscht. Dan gooit men de hoopjes uit;
eikaar en spreidt de gebluschte kalk, die alsdan een
mooi droog poeder moet vormen onmiddellijk uit»
Mogelijk nog piet gebluschte stukken worden verza
meld en afzonderlijk gebluscht. We merken nogmaals
op, dat men de hoopjes voortdurend moet controtee—
ren. Laat men ze te lang staan, da» krijgt men een
natte massa, die zich moeilijk verwerken laat. Ook;
willen wij de grootste voorzichtigheid aanbevelen blS
het werken in ongebluschte kalk. Wanneer deze als
zoodanig in de oogen komt, kan ze daar begiunej®
te blussehen en groot gevaar voor het gezicht op
leveren. Het gebruik van stofbrillen is bij dit werk
dus zeer gewenscht. Mocht onverhoopt toch onge
bluschte kalk in de oogen komen, dan reinigo men
deze niet met water, maar bijv. met raap- of lijn-»
olie.
Van de Luiksche kluitkalk beslaan verschillende kwa
liteiten. De minste hiervan bevat 3570 °/o zuivere
kalk en is vrij sterk verontreinigd met waardclooze
stukken. Deze kalk komt als „landbouwkalk" iti den
handel. De betere kwaliteiten bevatten tot 90 en
meer zuivere kalk en verdienen, vooral bij vervoer over
groote afstanden, de voorkeur.
Bemesting met gebluschte kalk geschiedt steeds in'
den herfst en bij groote hoeveelheden, bijv. van 1000
tot 2000 K.G. Waar structuurverbetering hoofddoel is,
zijn veel grootere hoeveelheden onmisbaar. Om b.v. een
grondlaag van 10 C.M. dikte te verrijken met slechts
1 o/6' koolzure kalk is reeds een hoeveelheid van ongeveer
8000 KG. goed zuivere kluitkalk noodig. Een gift van
10000 KG. per H.A. zal dus wel noodig zijn om op
stijven kleigrond eenige structuurverbetering te verkrij-
§en. Aangezien de kalk bovendien nog vrij spoedig uil
en bovengrond naar diepere grondlagen wegspoelt, is
een dergelijke kalkbemesting niet afdoende, doch moei
na enkele jaren herhaald worden.
In de tweede plaats willen wij bespreken die kalk-
houdende meststoffen, welke voornamelijk koolzure kalK
bevatten. Als zoodanig moeten besproken worden mer
gel en schuimaarde. Onder mergel verstond men oor-
sprorïkelijk een of andere grondsoort met een zeer
ixoog gehalte aan koolzuurkalk. Als middel voor be
mesting, maar hoofdzakelijk voor grondverbetering, is
dergelijke mergel een zeer waardevolle stof. Ze is ech
ter alleen daar rendabel aan te wenden, waar de mer
gel in de nabijheid gemakkelijk is te verkrijgen. De
tegenwoordig in den handel o.a. aangeboden kalkmer-
gel moet geheel beschouwd worden als kalkmeststof,
met een zeer hoog gehalte aan koolzure kalk. Bij dere
aankoop lette men er op, dat ccn bepaald gehalte
aan koolzure kalk overeenkomt met 56 duarvars
aaix ongebluschte kalk. Mergel moet altijd goed met den
grond vermengd worden, aangezien koolzure kalk niet
oplost in water. Het werkt daardoor veel geleidelijker
en is voor de lichtere gronden waarschijnlijk de aange
wezen vorm voor kalkbemesting.
Over de schuimaarde kunnen we kort zijn Het ge
bruik van dit bijproduct der beetwortel-suikerfabrieken
is slechts plaatselijk. Gemiddeld bevat deze stof 13,3 o/c»
water, 0.3 °,'o stikstof. 0.2 o/o kali. 0.7 o'o phosphorzuur
en 25 o/o kalk. Het hooge xvatergehalle is een groot
bezwaar bij den aankoop. Door de groote hoeveelheden
welke'van deze stof per H.A. worden gebruikt, worden,
ondanks de lage gehalten aan de voedingsstoffen stik
stof. kali en phosphorzuur, toch nog aanmerkelijke hoe
veelheden daarvan op het land gebracht, zoodat de wer
king van de schuimaarde voor een groot deel ook
daaraan moet te danken zijn.
„.Mijn vrouw laat u duizendmaal bedanjten, mijn
de aïrecteiïr, ejn wanneer fk u in een of apder
o kt kan kelpen, ik ga voor u door een vuur
„Best, best Berkkolz. Zooiets zal ik wel1 nooit van,
je .erlangen. Het is mij al keloond.iig genoeg als je
eer braaf be-'nbte blijft, zooals tot dusven Maar
voor te grootefC ijver moet jij1 je evenwel in aebt
nemen. Die richt menigmaal nog grootere sokajde aan,
dan nalatigheid. Daar heb ik bijvoorbeeld eerst va{n-
morgen het een en ander vernomen over je navor-
schingen in de woning van doctor Delmonte, die
man heeft zich bitter ovèr je beklaagd."'
De rechercheur lachte. „Dat geloof ik wel. Maar
hij zal slechts met moeite zichzelf kunnen vrijpra-
ten. Om die nasporitogen jaagt men mij bepaald niet
uit mijn dienst. De commissaris Vk>n Liebenow was
van meening, daf wij reeds vanmiddag dien' giftmen
ger konden arresteeren. In dien tusschenitijdi ben 'k
ook nog te weten, gekomen vanwaar hij die strych
nine had-. Een zijner vrienden,, doctor Paul Bunjge, is
bez*ner van een chemische fabriek. Het was een
idee van mijnheer Von Liebenow, dat ik daar eens
een onderzoek zou instellen en die mijnheer Buiig©
heeft zonder dat hij wist waarover het handelde
rondweg toegegeven, dat hij den bankdirecteur voor
tien of veertien dagen een dosis strychnine heeft ge
zonden, om zijn hond te vergiftigen, zooals het toen
heette."
Dat xvas de laatste schakel aan den ketting.
N i was de ketting gesloten en er was geen ont-
küi&én meer aan, voor den schuldige. Schmidt voelde
zijn knieën knikken en- in zijn ooren bruischte het
bloed. Maar hij verweerd© zich, verzamelde zijne
kalmte, wan,t voor hem was er geen terugweg meer
en hij moest zich de stilzwijgendheid van, dezen man
verzekeren, waaneer niet alles tevergeefsch zou zijn.
Zoo begon, hij te spreken van de weinige beteeke
nis der bewijzen, die tot dusverre tegen, Delmonte
waren bijeengebracht en. dat bet noodig xvas om wat
bescheidener in deze zaak op te treden. Maar hij had
niet te beschikken over de koelbloedigheid en de
rust, die hij zoo noodig had, om den eenvoudigen
man, tegenover hem te overtuigen. Misschien was de
x'erbazing en het wantrouwen, dat hij op het gelaat
van den rechercheur meende te lezen, niet eens in
werkelijkheid daarop en werd hij in zijn vermeende
overspanning zijn eigen verrader, toen hij, inplaats
van zich tot een korten dienstorder te bepalen plot
seling zeide: „Je moet mij je woord geven Berkkolz,
dat je met. geen mensch over deze dingen spreken
zult. En wanneer op den een of anderen dag de pre
sident van de rechtbank of een dier ander© hoeren je
zullen ondervragen, dan weet je mem end al. Weet je
hoe ik dat bedoel?"
De rechercheur stond eensklaps zoo stijf en stil
als een lantaarnpaal. „Tot uw dienst, neen, direc- j
teur! Ik bedoel, dat ik overal, waar men het recht j
heeft, mij te vragen, ook ajles zal zeggen wat ik
weet."
Dat was het wat Ewald Schmidt met grooten angst
had gevreesd, zoo dikwijls hij het magere gezicht j
van den ander had aangekeken. Hij noemde zich een
grooten dwaas, dat de angst en opgewondenheid hom
zoo iets onnoozels haddien kunnen doen1 zoggen. Maar
het eenmaal gesproken woord kon niet meer onge-
daan gemaakt worden en nadat hij den eersten sta,p
had gedaan, moest bij het pad der vernedering eaj,
der smart tot het eiinidie gaan.
,„Het is geen dienstzaak, Berkkolz, maar het is
een zaak tusschen, jou en mij. Je moet mij je zoo
dikwijls verzekerd© dankbaarheid nu °ok door een
daad bewijzen, door mij te beloven te zullen zwijgen."
„En de diensteed, mijnheer de directeur? En mijn
plicht als beambte?"
Schmidt wist nauwelijks meer wat hij antwoordde.
Hij had alle heerschappij over zichzelf verloreln. Eür»
hoe verstandiger hij zijn xvilde, des te onx-erstandï-
ger gedroeg hij zich.
Na verloop van een kwartier had bij de zekerheid,
dat de rechtschapen am|btenaar Berkkolz heel goed
begreep dat zijn superieur met een heel ander doel
gekomen xvap, dan om hem een beJooning uit t© rei-
ih J CiK i
ken, maar wel degelijk
"•■rniës EO PO
de bedoeling had om hem tot
Binnenlandscb Nieuws.
LANGS DE ZLIDERZEE.
II. W. W. vertelt in „De Lex-ende Natuur'" interes
sante bijzonderheden van het leven der krabben
.Maar dat strand dal is een dorado voor d0
jeugd. Al is het klein, ze graven er in het zand er»
springen en ploeteren er half naakt en naakt in het
frissen© water, of vangen op een uitgespreiden zak-
verkeerde daad t© verleiden en deze overtuiging
had hem zoo stijf en ontoegankelijk gemaakt; als hij
geweest was tegenover den, valschen speler Nordhof.
„Neen nooit!'"* Dat was zijn eerste, maar ook
zijn laatste woord geweest. En het bevél om ver
plichte, blinde gehoorzaamheid richtte hier evenmin
xvat uit, als het beroep op zijn dankbaarheid voor
de ontvangen -weldaden.
„Ik laat mij niet van den rechten, weg afbrengen
mijnheer de politie-direoteur door niemand en
ook niet door mijn meerdere. Het is nog geen veer
tien dagen geleden dat, uzelf tot mij hebt gezegd:
zorg er voor, dat je handen zoo rein blijven als tot
dusver, dat is de hoogste wet voor een politiebe
ambte en zijn heiligste plicht en met zulk een
bewustzijn laat zich ook het zwaarste dragen.
Zoo heeft u tot; mij, gezegd,, en zoo wil ik handelen.
Ik zal niet uit vrijen wil tot mijn. superieuren gaan
om te vertellen wat ik weet, want daarvoor heb ik
geen recht. Maar wanneer een mijner superieuren
mij vraagt, zal ik niets loochenen en ook niets ver
zwijgen."
Schmidt voelde dat hij een stuk marmer eerder tot
medelijden zou kunnen dxvingen dan dezen man én
nadat hij de bitterheid x'an deze vruchtelooze verne
dering had meeten slikken, ging hij onverrichter zake
heen.
„Het staat niet meer in, mijn macht om een verder
onderzoek te verhinderen. Waaneer u den uitslag
soms hebt te vreezen, zo© neem dan d© noodig© maa'tr
i-egelen en benut uw tijd-i Het kon gebeuren dat uw
gevangenneming spoedig reeds volgt."
Dat was het wat de politie-directeur in vliegende
haast en in nauwelijks leesbaar schrift op den lesse
naar van het naastbijzijnde postkantoor op een tele
gramformulier had geschrex'en.. Hij stak het in een
gewoon couvert en zond bet aan het particulier adres
van Delmonte, wat hij eerst nog uit een adresboek
had moeten opdiepen. Een oogenblïk aarzelde hij
nog voor hij den brief in de bus liet zakken. Hij
was zichzelf volkomen bewust welk groot gevaar hij
zoodoende over zichzelf losliet. Dat xvas immers eeu
gewichtig bewijs van zijn medeweten dat Delmonte
zorgvuldig zou bewaren, om er t© gelegener tijd ge
bruik van te maken. Maar hiji was na rijp beraad tot
de slotsom gekomen, idat dit gevaar toch n,og klei
ner was, dan wanneer hij Delmonte persoonlijk hacl
opgezocht, om hem te waarschuwen
Als het een eerlijk man xvas, zou hij dit briefj©
dadelijk vernietigen, was het een domkop of een dui
vel, xvelnu dan hinderde het nog njet veel, bij heit
misloopen der zaak zou hij dan zijn mond tocli niet
houden. Bij die ontmoeting zou of een kellner, öt
een dienstbode, of eenige andere derde persoon heia
toch hebben gezien. En waarachtig, in deze zaak wa
ren al menschen genoeg die er iets van wisten.
Zoo ging de brief zijn weg en Schmidt. die zich
nauwelijks meer cp de been kon houden, steeg In 't
eerste het beste rijtuig om naar huis te rijden.
Hst verontrustte hem, dat hij bij het verlaten van
het rijtuig alle vensters vaax zijn woning verlicht zag
en ondanks zijn ellen^igen toestand snelde hij da
trap op. De dieur van den corridor stond slechts aan»
alsof iemand haar in groote haast vergeten had to
sluiten. Uit een der kamers klonken gedempte ^tem
men en luid snikken.
Schmidt's hart scheen een oogenblik stil te staan,
toen hij den kouden deurknop tusschen zijn vingers
voelde. Het was hem, alsof een onzichtbaar geweld
hem weerhield de deuT< te openen en het kostte hem
bijna bovenmenscbelijke inspanning om deze kleine
daad te verrichten. Op het oogenblik, dat voor dege?
nen die binnen waren zijn gestalte in de deuropeoinj
zichtbaar werd, vloog de luldsnikken.de Alica o|
hem toe en wierp zich in zijn armen.
„O papa papa waarom was u nergens
vinden? Zijn laatste woord was een vraag naar u!'
Een paar minuten la.ter stond de pojitie-dfre^Leut
aan het doodbed van zijn zoon.
Met. xveinjge woorden had de dokter den ontstel
den vader mededeeling gedaan van, hetgeen was voor
gevallen. Een bloedspuwing. Men had den politie -
directeur overal gezbcht en maar nergens kunnen vin
den en zoodoende had hij geen afscheid van zija
zoon kunnen nemen.
De vader boog zich over den dood© om het blanke
voorhoofd te kus/en. Dan ging hij weer naar de an
dere kamer, waar hij Liebenow opmerkte, die meH
zachte, troostende woorden poogd© Alice wat tot
bedaren te brengen.
De commissaris ldep direct op Schmidt toe en stak
hem zijn han.d toe.
„I^aat mij u mijn innigste deelneming uitdrukketa,
mijnheer," zeide hij haföuid en met bewogen stem.