ilKDtti Mms- Afttmitic- Lnlliiiklii. Briera i Engeland. Da Mta eener Prinses. Zaterdag 27 December 1913. C1AGEI 57ste Jaargang No. 5300 COURANT. Dit nummer bestaat) uit 2 bladen. EERSTE BLAD. 4, in ;n 14, r. Loindén, 21 December. Ze zijn weor aangekomen bijl" duizenden, honderd duizenden, millioenen. Ze liggen weer in dichte rijen opeengepakt in de winkels en op de tafels er voor, de gevilde en ongevilde konijntjes en bazen. Ze han gen weer in lugubere reuzenbossen, de halzen 'te za- men gebonden, de eenden, ganzen en kalkoenen. Guir landes ter versiering van de gevels dier winkels wor den weer gevormd door de aaneengeregen kleineré vo geltjes. De coniiseurs hebben hun winkelkasten weer volgestapeld met de uitgezochte doozen lekkernijen, waar- iussehen kerslkousen hangen van gaas, gevuld met sur- prices en bestemd voor de kinderen. Rozijnen, kren ten, sucade, pruimen, allerlei soorten „X mas fruit" liggen in groote bakken bij den kruidenier uitgestald, opdat de huisvrouwen toch vooral kunnen zien, waar ze de beste ingrediënten voor de plumpudding 'tt goed koopst kunnen krijgen. Plumpudding, zeg1 ik, puddingen bedoel ik. Een oneindig aantal maakt de Engelscjie huismoeder klaar, weken van te voren is ze er al mee In de weer. Ze weet er een middel op, om ze bedérf- vrij te maken, wel noodig, want 't scheelt niet Veel of 't heele jaar door eet de Engelschman er van. Na tuurlijk niet alle dagen, maar zoo hu en dan eens. ..Niet versch zal 't op 't laatst wezen'", zegt u'? Ach. op 't gebied van versche cake, puddingen en brood is de Engelschman niet verwend. De vrouw des huizes houdt er gewoonlijk één bakdag per week op na waar op ze alle puddingen en gebak voor de komende zeven dagen klaar maakt. Van de genoemde plumpuddingen nu brengt Kerstmis er de mooiste en grootste op ta- feL gevuld met brandende rum. Tot verhooging der feestvreugde worden nu fijne manden, met allerlei soor ten wijnen en spiritualiën, aangeboden door heeren slijters „tegen eoncurreerende prijzen." Stel u voor, dat ge van Holland naar Engeland komt reizen, en onderweg, op de boot, vergeet welke maand #t is - maar nu, laat ik u niet beleedigen met een dergelijke veronderstelling omtrent uw geheugen te ma ken. (dat zou een slecht begin zijn voor 't komende Vre desfeest. Ik reis dus haar Engeland en ben totaal vergelen welke van de herfst- oT wintermaanden (we aan 'l doorleven zijn. Och', wat wordt dat arme geheugen van mij tdoaiig opgefrisoht, zood'ra ik de eerste de beste winkelstraat ecas doorgemarcheerd heb. „Drommels", denk ik, „dat km ik, 'dat heb ik moer gezien, daL (is eten en diiuken en vroolijk zijn: Kerstmis slaat voor de déur." 't Is of ido Londeinaar 't heele jaar op water en brood gezeten heeft en zich nu eens te goed mag 'doen. Van eén plechtige Kerststemming kan ik hier- niet veel vinden. „A Morry Chrisimos", zeggen de duizenden verscheiden heden. van Kerstkaarten, prachtig mooie, gewone en lce- lijke, die in alle boekwinkels in groote hoeveelheden uitgestald! liggen. Merry, vroolijk, vooral Avoolijk en jo lig. Tot die vroiolijkheid moeten zeker ook meewerken de „crackers", die kruideniers, koekbakkers, drogisten, ja, wie al niet, nu verkoopen. Je 'ziet ze in Holland' In 't klein aan feestmaaltijden. Dan 'zijn 't gewoonlijk' lekkernijen in goud of zilverpapier gerold'. Je trekt met je buurman aan weerskanten van 't omhulsel en met een knal springt zoo'n pistacke uit elkaar en rolt de inhoud er uit. Crackers zijn groote pistaches, twintig, der tig keer zoo groot, 't Inwendige is dikwijls op artistieke wijze verpakt, meest in vloeipapier. Men kan ver wachten dat crackers uit doozen die 12 stuks bevatten en voor den prijs van zes, acht, soms twaalf gulden verkocht worden, werkelijk mooi versierd "bchooren te zijn. Gelukkig kun je ze ook voor heel wat minder' krijgen. Natuurlijk 5s datgöne, wat men er in vindt, ook naar verhouding Aan den prijs. Soms zijn 't sieraden, Feuilleton, 2. Dm verschillende redenen stond ik bïj den kon,ing zeer goe<* aangeschreven; vooreerst; omdat ik geen penning uit zijn kas trok en dan om mijne ma,nierenj die ilc durf het zondier ijdelheid te zeggen, veel beschaafder waren,, dan in dien tijd in Engeland' itme gewoonte was. De Fransche hoofdstad' was het middelpunt, va® - ei aIlc beschaving en ik had mij tot plicht gest,eld elk jaar daar eenige weken door te brengen. Dapraatp ha® ik ook mijn plaatsing aan het hof te danken. Wel hield de koning veel van, mijn broeder den baronet, maar deze kon, het mij nooit vergeven, dat ehu niijn vader mij een zoo goed inkomen had verzekerd inplaats van het geheele bedrag den erfenis aan de(n eerstgeborene te laten en mij van zijde getna,d© ®f- gjchankelijk te stellen. Ik was klein, van gestalte en L kon mij in het inpsspel njet met statige mannen meten. Daarentegen goldJ mij, ik zeg het open e)n Re© zal mij er niet op beroemen, toch menig zoet kin; lachje en menige vurige blük eener schoone, en dat zelfs vap dames naar wier gunptbowijzen menige J kampioen in het tournooil tevergeefs had gesmacht >al Brandon's komst in Londen, was mij niet dadelijk i meegedeeld geworden, Wij: bevonden ons allen op daf oogenblik juist in Greenwich, terwijl de koning prt Westminate- met bet parlement aan het twisten was, un dat vergaderde over het toestaan van een groote subsidie. Prinses Mary, de Hevel injgszmster des konings, was BB- in Windsor op bezoek bij haar zuster Margaretha van Schotland. Zij was toen, a,chttiem jaar oud en bezig zich van eei lieflijken knop in een heerlijke bloem te ontplooien. In de dagen dat Brandow aan; den koning inWinjcb ilSH sor werd voorgesteld, vond een tournooi1 plaats, da,t Hendrik gaf ter eere van een voor zijn finantiën j gu.;stig parlementsbesluit. Hij had daarbij, een bijzon aere verrassing. De koningin, en haar dames waren genoodigd en ook Mary zou van Windsor komen om later met den koning naar Greenwich terug te keeren. Toer alles op do kampplaats verzameld was, reed dan Japhnsoho waaiers, dikwijls papieren mutsen, van verschillenden vorm. Dit alles geeft nog meer bruilofl- aehligs aan olns Engelsche Kerstfeest. „Hai jö, daor hoi je Sinterklaas", roept de Amsler- damsche straatjongen tegen zijn collega, als hij".een stukje van mijter en staf door ide ramen van een melk inrichting ziet of als een hoofd met een Sinterklaas man er voor telkehs uitlokkend om een hoekje komt kijken voor de ramen van een of andere winkelkast.., „Boys, t herre's Chriistmas", is een kleine variatie op 't thema en, brengt heel wat EngelsChe kinderharten1 sneller aan 't kloppen. Daar stapt „Father Chiïstmas" heen en weer, lange rood© mantel om, puntmuts op. alles met witte watten afgezet. Een zware zak draagt Jiij op den rug, waaruit Teddy-beertjes, poppen, pistool tjes, enz. enz. komen puilen. Een reclame van oen manufacturenzaak. Elk' van deze winkels heeft nu een afdeeling. waar speelgoed verkocht wordt, en ook wordt een grooler of kleiner deel van de etalage er voor inge- ruiind. En vader Kerstmis loopt den heelen dag maar j op 't trottoir voor de vele ramen van den winkel heen en weer cn kijkt steeds even geïnteresseérd nam- dé uitstalkasten, afsof hij! veel, o zoo veel zou willen koo- pen cn maar niet tot een beslissing kan komen, wélke gewichtige dingen t zijn zullen. In den winkel is dan.; voor de kleine koopers nog een verrassingeen groote zak slaat aan den ingang. Hij is gevuld met zaagsel en daarin zijn ver-borgen pakjes van allerlei grillig© vormen. En de kleine vingertjes grabbelen diep ia 't zaagsel en halen er een pak uil, dat o. zoo groot lijkt jvat zal er in zitten? Toch. hoe aardig dit alles ook is in de buiten buurten, om ruime keuze voor zijn inkoopen te heb ban, moet men de stad in sporen of bussen Soms kan men tegen Kerstmis "voor alles in één winkel terecht. Heb ik wel eens iets verteld over die kolossaio zaken: Harrod's, Whüeleiy's, Selfridge's „Chiistmas-bazaar is I now open" slaat aangeplakt op hun auto's, die de 1 bestelde goederen rondbrengen. Je moet er nu we zen! Dringen is 't om er in te komen, maar na een poosje schuifel je toch door de voordeur en slaat in de groote met vlaggedoek, hulst en dennegroen ver sierde zaal. Wat moeten we ook weer hebben Hoe is 't lijstje: zakdoekjes, een zakmes, folografieplaten. een vaasje, een doos chocolade, een armband, een wollen kindermutsjewacht, daar aan 't eind lijkt werkelijk een afdeeling voor kindergoed te zijn. ja. duidelijk schortjes, jurkjes.... Daar dus eerst op af! En dit doel voor oogon, schuiven we langzaam voetje voor voetje door do benauwde atmosfeer, langs de lift, waarvoor 't werkelijk gedrongen is. tussóhen de toonbanken door, onze aandacht verdeelend tusschen de verschillende uit stallingen, waar misschien reeds iets van onze gading 1e_ vinden is, en onze portemonnaie, die tegen Kerst mis altijd! veel neiging voelt van eigenaar te verande- reu én daar in dieze volte gelegenheid te over voor vindt. Daar zijn we er. „Wollen mutsjes, zegt u? 3.die verdieping." „Maar juffrouw, diit is toch the baby- deparMnent?" „Hier 't katoenen, derde verdieping 't wollen goedje,," zegt dezelfde stem van de verte, dus hoogstwaarschijnlijk aan dezelfde juffrouw toe- behoorende. Dit is echter niet met zekerheid te 'zeg gen, daar ze reeds met, anderen, in onderhandeling over schortjes is. 't Is zelfs onjgewoon vriendelijk, dat ons dit antwoord nog toegeroepen wordt. Mis troostig kijken we den kant; uit va,n 't liftgedrang sukkelen daar weer heen. Links en rechts hoeven w© niet; meer te kijken, zooveel te heter voor den geld buidel. Daar staan we dus ook in't kluitje manschen Angstig veel gaan er met een lift mee. Toch zijn, er nog steeds ontevredenen, als de liftjongen met een „full up" 't hek laat dichtklappen, 't Schiet lapgzaam aan op en na een poosje behoorem, we werkelijk tot de gelukkige opgeheschenen en bereiken ook verder zoetjes, zoetjes aan, de gewenschte af deeling. En zoo, met een slakkergangetja doe je bood - schappen en wordt doodop, hongerig en dorstig en verlangt er naar, iets te kunnen gebruiken. Ten slotte sta je dan in de aa® deze firma, behooren- de lunchroom op de vierde verdieping. Maar dan o teleurstelling! Ge raadt 't ah zegt ge, Natuurlijk a'le zitplaatsen bezet? Och, wat een rooskleurige voor stelling! Nu, lezer, alle staanplaatsen bezet. Al len zittenden, die van 't aardsche getoieten, worden letterlijk de est ukken uit den mond gekeken door een kring toekijkers. Geeft een der gelukkigen, toe vallig den indruk of hij op wil sta®n, al de uijtge- stooitenem maken een grijpbeweging naar zijn stoel, dikwijls teleurgesteld doordat de benijde nog niet verzadigd blijkt. Nu we 't eenmaal zoo ver gebracht hebben, dat we in de lunchroom zijn, aangeland, scharen we ons ook maar in de gelederen van de wachtenden. Geduld, geduld, dat is ons den heelen dag geleerd en ook hier kunnen we de geleerde les weer duchtig in praktijk brengen, voor w© ein - delijk zitten, ons erover verwond erende dat; we piet flauw gevallen zijn. En terwijl we uitrusten en ons eenigszins verzadigen, komt de spirit ook weer, zoo dat we opgewekt oüze pakjes kunnen naaien. Jap alles is er, hierin zit het postpapier, daarin het klokje... ja, ja, in orde. Wij op onze beurt storen ons nu niet aan de ons omringenden en hebben ten slotte weer kracht genoeg verzameld om in den druilenden regen opf onzen bus te wachten. De straten glimmeren, duizenden lichtjes schijnen, wazig door den motregen. Echt Londensch Bussen, auto's, glijden langs ons heem Daar komt bus 12. Dat is de onze! Wenken met de paraplu. De bestuur der ziet ons niet aan, maar licht even de hand op, ten teeken.dat hij ons wel gezien heeft en rijdt door. Vol! Bovenop natte paraplu's, binnenin de uit verkorenen. De volgende bus komt, dezelfde vertooning. Onze voeten plekken in de trottoirmodder, we krijgen, kramp in onzen rechterarm, doordat we er eenige pak jes onder knellen en er ook onze paraplu mee op houden, de vingers vap onze rechterhand! worden on geveer afgesneden,, doordat de rest van onze bagage er aan de touwtjes bijbengelt. De voorbereidingen voor bet Kerstfeest oefenen wel je geduld, zooals ik al opmerkte. Niet kwaad. Wat is meer noodig voor 't bereiken van den Kerst vrede dan geduld? Ten slotte zit je toch ook weer in den bus en je voelt je dan dubbel vergenoegd. „Toch goed geslaagd met de inkoopen," knik je elkaar toe. Als we eindelijk uitgestapt zijn en den kleinen, afstand n.aar huis verder wandelen, klinkt 't in plat Lopdensch„Holly. all berry," door een, onzer lo gees verleden jaar in, dito H<oHa®dsch vertaald „Hulst, allemaal bessies." Wouden van hulst moeten geplunderd zijn, om zoo veel hulst naar Londen te kunnen, brengen, denk 11c wel eens. Mannen met sileeperskarnetn vol, verkoo pen dagelijks in a"-. wjjfcen, hun, „Holly, all berry". "Voor weinig geld versier je je heele huis er mee en voor eenige pennies koop je eep\ niet onbelang rijke bos. Wij wagen er die paar stuiver nog aan en stap pen opgewekt naar huis. Elk van, onze pakjes is immers een be'ofte voor een. gelukkig gezicht! Kerst mis staat voor de deur. „A Merry Christmas!" Arrondisseinents Rechtbank te Alkmaar. Zitting Aan Dinsdag 23 December 1913. DAT ZAL NIET HELPEN. Jaap Warnaar, een slager uit Oosterblokker, stond allereerst terecht in een verzetzaakje. Hij heeft on langs een vonnis opgelobptn tot f 25 boete, subsi diair 10 dagen hechtenis, wegens mishandeling ge pleegd op Theodoru8 Gielen. De O. v. J. had zoo'n ongunstagen indruk van beklaagde, dat Z.E.G. voorstelde inplaats van f 25 nu f 50 boete subsidiajr 10 dagen hechtenis op te leggen. HOE LANGER HOE ERGER. Harmen Wezelman. een arm© visscherman uit De» Helder, mocht nu terechtstaan. Hij is 59 jaar. Hertt is den man niet meegeloopen. Hij en zijn, 53-jarige» echtgenoote Jacoba, Kramer hebben eenig© kinderent waaronder nog zeer jeugdig© en. na, tegenspoed in» het bedrijf verlies van een paar viaschersbooten» waarbij den eenen keer ook' nog menschenlevond te betreuren waren, terwijl er voor honderden gul-* dens aan tuigage, enz. verloren ging, werd het hoe langs zoo meer martelen in de huishouding en ten slotte werd (20 October) Wezelman's faillissement! uitgesproken. De curator, Mr. D. Sluis, werd echter door Wezel man'misleid, want deze verzweeg bij het Inventariseeren verschillende waarden, meest iaden vorm van' benoodigdhedeH voor het scheeps- en vis- schersbedrijf. Dat maakte dat hij thans Avegensbe- driegelijke bankbreuk terechtstond. En men had tevens 's mans gevangenhoudirig aan bevelenswaardig geacht, zoodat hij gedetineerd ïrï het Huis van Bewaring, kle laatste dagen een onderkomen te Alkmaar had gehad. De sdheepsspulletjes had hij 'bi| een zoon ondergebracht. Ook bij een schoonzoon wajl wat goed in heAvaring "gegeven, terwijl vrouw Wezel-* man voor klein f 400 dan zekeren Prins heeft ver kocht i Mr. Sluis, die er méér \ran wilde weten en te De» Helder niet voldoende inlichtingen kon machtig wor den, heeft zich een reisje naar IJ muiden getroost, waar nog wat oude stoelen, een kast Aan niet al te hoogej waarde, enz. werden vertoond als tot den boedel be- hoorende. Maar ide betere spulletjes werden builen schot gehouden. Hiermede werden natuurlijk de rechten der. schuldcischers A*erkort en het einde was, dat Wezel man 2dch niet builen schot kon houden. Zijn actie! kan ternauwernoodf 1500 halen, terwijl zijn passief over de f 3000 liep. Nu moge het waar zijn dat I»ekjaag de altijd varende A\as en zijn vrouw het winkeltje» dreef 'dit is niettemin met zijn medeAA-eten geschied.' De O v. J. achtte het een ernstig geval en beklaagde» had moeten bedenken Avat hij deed en spreker vindt dat er een zAvare straf moet wezen. Misschien zal do preventieve hechtenis in mindering Avordcn gebracht5 Z.E.G. eindigt met 12 maanden gevangenisstraf te caschen. Mr Moens concludeert tot vrijspraak cn Acrzochl onmiddellijke in\Tijheidsstelling Aan zijn cliënt. Daar toe verklaart de rechtbank echter, zonder ia raadka mer te zijn geweest, geen termen te kunnen vinden. HET VERVOLG. Nu is Ihet Jacoba Kramer, vrouw van II. Wczclman, die -terechtstaat als beschuldigde. Zulks wijl zij. nadai. op 20 October hel faillissement van haren echtgenoot Avas uitgesproken, oen bedrag Van f 392 tot hunne go©- dei-en beltootronde, aan den boedel had onttrokken, door dat geld opzettelijk buiten het hereik van den curator te brengen, daar zijl het bij andere personen In bewa ring gaf. Beklaagde bekende dIL Zijl had het gedaan met het oog op hare kleine kinderen. Doch hot Avas iets strafbaars en zij deelde dan nu het lot van hareni man. Zij had da gelden te Gouda een goed heenkomen doen vinden. De O. v. J. meelde opzichte van het feit t© mogen opmerken, da,t het aan., alle kan/ten, vaststaat. Ook tegen deze beklaagde luidde da eisck 12 mapjn,-» den gevangenisstraf-1 Mr. Stap trad als haar verdediger op en hoopte» in zijn pleidooi dat deze beklaagd© zoo spoedig mo gelijk aan haaf kleine kindertjes zou worden terug gegeven. EEN ONBETROUWBAAR BROODBAKKER. Jan Mantel1, een, Enkhuizer bakkersknecht," was nu aan d© beurt. Hij is 22 ja©j- oud, sluik van haax smal van schouders en dun van portemonnaie. Dat kwam wel uit, toen hij onlang^ met het rondvent©» j van, brood voor zijn patroon Jan Brouwer, toen hi| I een weinigje wisselgeld moest hebben bij een der klanten, juffrouw Vingerhoed, niet eens van haar af kon komen. Hij wist bij een ander ©en guldeu wisselgeld' los te praten, doch heeft dien njet terug gegeven. plotseling een vreemde r.iddeb bitojnen, gekleed dn een gewaad van purper-fluweel. Met een diepe nei ging overhandigde hij de koningin: een smeekschrift, waarin bij om de genade verzocht a^n het tournooi te mogen deelnemen. Zijn, bede werd A'erhoord. Het waa moeilijk al de wapenfeiten op te tellen, die op dezen dag geschiedden. De koning was in den hesten luim ter wereld en| hij zoowel als de vreem deling droegen den eersten prijs weg. Hoen de koningin den onbekende zijn gevraagd verlof gegeven had en hij zijn ros de sporen gaf, toen verhief zich in de rijen der ATOuwen een luid bravogeroep en begon men aüerwege met zakdoeken, te zwaaien, Avant. trots de schitterende verschijning des konings, trok het schoone gelaat en d© edele houding van den vreemdeling alter blikken t,ot zich. Zijn haar Adel in bruine, golvende lokken langs zijn A'-oorhoofd tot op zijn schouders, zooala toen vooral in Frankrijk de mode was. Zijn oogen, waren douker-blauw en zijn gelaatskleur, hoewel bruin door de zon, toch zoo teer dat een meisje hem daar om had kunnen benijden. Hij droeg geen baard aoo- als meestal het geval was en zijn ©del profiel met den welgevormden neus en, d© scherp gesneden lijnen; om den mond getuigden, vap, goedheid, maar ook van moed en. kracht. Ik stond in de nahij|heidi van de koningin, en, zij riep mij toe: „Wie is di© flinke vreemdeling, die zoo echt ridderlijk mijn vejrlof om me© te spelen kwam vragen,?" „Ik kan het Uwe Majesteit onmogelijk: zéggen, ook ik zi© hem zooeven vooij de eerst© maal en hij lijkt mij een Van, de dapperst© ridders, dien ik1 ooit heb gezien." „Zonder twijfel is hij dat," antwoordde) de komih- gtn, „en wij zouden hem gaarne leeremj kennen. "Wat zeggen de andere dames daarvan?" Algemeene instemming volgde er op dit antwoord ep met de "belofte na het tournooi, alles wat Ik over hem wist,, te zullen berichten, verwijderde ik mij. Ook prinses Mary was nieuwsgierig geworden en I verzocht mij om allerlei inlichtingen. Toen ik deze niet kon geven, wendde zij zich tot dien koning en ik hoorde haar ATagen: „Broer, zeg eens even, wie is die nieuwe kampgenoot?" „Dat is een geheim, lief zusje," plaagde deze, „je zult het evenwel spoedig genoeg uitvinden en je beslist op hem verlieven- Dat zie ik zeker aan- komen. Keizers ea koningen hebben tevergeefs om je gunst gebedeld en als als helper daarbij op- trad, dan weigerde mijn zusje zooveel te beslister. De onbekende, die in 's konings gunst zich niet mag a-erlieugen iu dit opzicht, zou juist een, man naar jouw hart zijn. Maar wees voorzichtig, hoor!" „Zou deze vreemdeling je diue njet welkom zijn?" vroeg Mary met een schelmsch lachje en met schit terende oogen. „Beslist niet," antwoordde de koning. „Dan zal ik dadelijk verliefd op hem worden. Ik geloof waarachtig, dat ik hem reeds lief heb." „O, daaraan twijfel ik zelfs geen oogenblik. Had ik hem voor je bestemd, het kon Apollo zelf zijn en, nog Lam je hem niet." „Wiidet ge mij tenminste maar zeggen, tot aa-elken stand hij behoort?" a-oer Mary op plagenden toon vooit „Hij heeft geen rang, het is een eenvoudig soldaat, zonder li'el, niet eens een ridder, tenminste geen En- gelsche Ik geloof dat hij: tol een SpaanscJie of Duitsche orde behoort." „Geen hertog, geein graaf, niet eens een baron of ridder? Het begint nu werkelijk interessant te worden „Dat schijnt zoo, maar laat mij nu met vrede." „Zal hij. vanavond ook aan den dans deelnemen?" „Neen, beslist niet" "Met banket ein dans werd! het feest in Westminster besloten. Den andere®, morgen, lieten tv ij 'ons, lady Mary incluis, met een boot naar Greenwich overzet ten. Daags daarop keerde ik "naar Londen terug en zocht den kanselier Wolsley op omi een boek van hem Ie loenen. Daar werd "'mij' door den secretaris van Wolsley dén mooiien vreemdleling voorgesteld, die niemand anders avos dan Charles Brandow, dc heklf van het duel in Suffolk. Zijn zacht uiterlijk' deed jn hem niét zulk een held vermoeden, had niet zijn A'lam- mend. vurig oog vérradie®, dat hier moed en durf naast, goedheid heers chte Wij voelden dodelijk een zekere zSelenA-erAvantschap, die tecre, onAvcerslaanbare voorbode van ware vriend schap. Verschillende gemeenschappelijke liefhebberijen, waaronder do liefde voor boeken en geschriften wel het sterkste was, maakten ons vlug tot Aiicndcn. Ook BrandoAv was tot lord Wolsley gekomen om uit zijn rijke bibliotheek eenige boeken te halen en die médé naar Greemvioh te nemen. Daar aangekomen, zochten wij BrandoAv's oom, den stalmeester op, die zijn neef uitnoodigde bij hem zijn intrek te hemen. Deze evenwel gaf er d- -ook ur aan, mijn gast te zijn. Den A'olgenden morgen werd' Brandow benoem J tot hoofd van de koninklijke garde en zou dus recht streeks zijn beA'elen ontvangen, van zijn koninklij ken meester -en In het slot wonen. Het liet zich zoo inrichten, dat hij mijn buurman werd. Onze slaapkamers hadden haar uitgang: in een derde ka mer, die wij als gemeenschappelijke c-ntvang- en wapenkamer inrichtten. Hier brachten wij onze vrije ureffj door onder ge zellig gebabbel, elkaar de mooiste gedeelten uit on ze boeken voorlezend. Wij bespraken alles wat onze harten bewoog. Wij deelden elkaar, zooals goed© ATienden dat dóén, onze geheimen mee. Brandow, di© sedert zijn jongelingsdageu in het veld' had gefitaajn. bezat toch nog het hart en den frisschenf levensmoed van een knaap, die met het net de vlinders najaagt. Wat-zou vriendschap beteekenen, als wij als vrien den elkaar niet vol a-ertrouAven tegemoet zouden tre den ©n elkaar deelgenoot maken van alle onze Avcugde en smart? Een in vreugd© overstroomend hart heeft nog in veel hcogere maite den wensch en de behoef., te zich aan een meevoelende ziel toe te vertrouAven. Zoo deelde Brandow mij al zijn hopen en verlan gen mee, zijn verlangen! om zooveel geld te verd ie- nen om daarmee zijn vaderlijk erfgoed vTij van schulden te koopen. Hij had het bare geld der er fenis aan zijn, jongere zusters overgelaten, want om te deel en scheen het; hem te weinig. Deze zaak wil de hij nog regelen om dan de zee over te trekkeen naar Amerika. De avonturen van den groote® Colum- bus en vele anderen die hij had gelezen., hadden hem de toekomst in de schoonste kleuren voor ooge® geschilderd. Het geluk schee® hem tegen te lachen,, maar ro zen hebben doornen. HOOFDSTUK 3. In dezen tijd ontwikkelde prinses Mary zich td een schoonheid eerste klasse.; Haar huid was zacht als zijde, een rose sneeuw, doorgloeid door vurig bloed. Haar haax was helder bruin, bijna goud en. zacht als zijde. Zij was van middelbar© grootteen haar vormen zóo, dat een "Venus ze haar had kun nen benijden. Haar voeten en handen ware® sierlijk en schenen alleen tot dat doel te zij® geschapen om het mannelijk geslacht te betoovcTen, dat zonder uitzondering steeds in aanbidding voor haar lag neergeknield. Maai' het aantrekkelijkst aan haar wa ren haar schitterende vurige oogen, die met steeds wisselenden gloed onder de laDge zijden wimpera lichtten. Haar zachte en toch volle stem had een di©- pen, xvlelenden klank, die haar iets heerschzuchtigs gaf, als zij, wat nog al een© gebeurde in toom ge raakte, Door vleien kon de prinses allee bereiken et® zij was zich \-an deze macht volkomen, bewust. Smecken kwam bi de tweed© plaats, wa®t met de» 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1913 | | pagina 1