Schager Courant.
n
DERDE BLAD.
Dam-Rubriek.
ooï
lar
De Adfudant des Keizers.
Schetsen uit de Rechtzaal.
Zaterdag 13 Juni 1914.
57ste Jaargang No 5394.
UIT DE PARTIJ.
Onderstaande stand kwam voor in een party'tusschcn
do hoeren I. Woisa (zwart) en idlen Afrikaan Wioidouby
(wit).
Stand zwart, 11 schaven op.: 3. 6, 12, 13; 14, 17, 19,
23, 24, 25 cu 35.
Stand wit, 11 schijven oj>: 16, 26, 28. 32, 33, 34,
36, 38, 39, 13 eu 44.
Wit speelde als laatste zot 1011 en lokt hiermede
een foutzet van zwart "uit.
Wil zwart nu ecu schijf verlies verhinderen idoor
1721, wit 26:8, zwart. "13:2, om naderhand! met
617 do verloren schijf terug to winnen, dan antwoordt
wit 3227, zwart 23:21, wit 3328 H en vervolgens
28—23 en 34—30.
Aardig is ook, wanneer zwart, to plaats van 1721
en 82 .met 312 slaat, om daarna eveneens met 6:17
do verloren schijf "terug to winnen, dan wit 3227,
zwart 23:21, wit 3429, zwart 6:17, wit 29:7
EEN FRAAIE REMISE.
Uit een onderlinge wedslrijdparlii van het V.A.D.
J. DE HAAS.
Zwart
A. J. HANEWALD.'
Stand zwart, 5 schijven op: 12,15,17, 34 en 41.
Stand' wit, 5 sdhyvcn, op: 14, 16, 21, 35, 43 en
een dam op 3.
Zwart, wiens kansen op remise to dezen stand! niet
Soot zijn, was pp dit oogenblik! aan zet en leidlde een
mie combinatie ïa als volgt:
1. Zwart: 41461
2. Wit: 14—9gedw. 15—20»
Dit is de zet, (die wit tot den foutzet verlokken moet,
sjpeculeerend op. wit's begeerighedd! naar een tweeden
3. Wit: 9—41
Hier is do foutzet» 1611 en 4339, gevolgd dcor
het nemen van een tweeden dam, zou wit zeer zeker heb
ben doen winnen. De overblijvende zwarte stukkien
hebben na dien afruil weinig waarde meer.
3. Zwart: 3440fi
Wit slaat- naar keuze.
4. Wit: 35 44. Zwart: 17—21 f
5. 26 8. 16—32»
6. 3 i 25. 32— 2»
En zwart is door een mooie remise van een anders
wissen ondergang gered.
FEUILLETON.
19.
Da hertog was een, kletoe» sterlQike Verechijtopg,
met een grooten neus to het sm®lïe, gerimpelde ge
zicht. Hij nam dankbaar het ©lap wijn, dat Cltot®
hem aanbood.
„Op het welzijn, der djapiea." Hij, boog nogmaals
voor Kiioedc-r on docihter.
„Neemt u een ora®g©„ bestel ®ee£?" vro©g| Klej
gravin.
De hertog anoedl d© Vrulchit meit het klertino gouden,
ooftmesje door. Clajre keek steeds naar de lange,
witte, door dikke blauwe aidereni doortrokken) han
den.
Met vrouwelijke h®u|cl!Ilghetld) verdeelden de magere,
knokige vingers dn ®appi%e vituchit.
,„Mag ik u een schijfjo n,a®jb1;ed©®, Cllajlre?"'
,.Dank u Ik neem. nooit iets op dezien tijd."
Clairo wees met tegenzin het kleine kristallen
bordje af.
zy had daarvan niets kunnen gqnlleten totgec®
prJja. Een lioar zeil onverklaarbare a/keeh mankte
zich van haar meester, wanneer zij er aan dacht, dot
zij zulk een door den hertog aangeraakt stukje ooft
Sn den mond nemen moest. Zij giifng naar het ven
ster en keek naar buiten. Het begon, weer zacht te
sneeuwen. De kleine sporen van vogels op de weigen
verdwenen. Alle» loet© zicih to een waterige massa op.
Een troosteloos weer. Clatrg keek met droeve oogen
to de wlnterige schemering-
De hertog volgde de van hem afgewende bl®kk©u
van het mooie meisje met de oogen. „Madetaolsellle
Claine is wat uit haar humeur?" zeDde hij: zacht tpft
de 'gravin.
„O toch niet alleen een weinig to, gedachte®.
Ik sprak; straks juist met haar."
„En wat zeide zij?" vroeg de hertog gespan®©®.
„Als men twintig Jaar is, heeft men nog roman-
tlsche ideeën, besto neef, maar wees maar bedaard,
laat de zaajlr, znnnr aan itniji over lk breng dii© wel
tot o©n gewon,echt eto,d."
Da hertog lachte tevrtid|o|tt. HU wierp npg wat boftit
op het vutn*. „Eo® onaangename dia|g, vandaag." Hij,
wreof zijn handen. „Het ie Wier zooveel bGhagulij
ker." Het schijnsel van, het vuur speelde op het
BAchtq, rooda iAPiUit,, dat do gehoole kamer bedekte.
„aanwijzing".
Dikwijl» genoeg had-Ie zichzelf uitgescholden voor
stomkop, voor ezel. zich afvragend wat hij zich met
andermans zaken had te bemoeien... Maar dat was
no? geweeet to den tijd' toen hij altijd haantje do
voorste, ten driftkop von-Je-welate go vroon was
lu do bres te bprlngen voor dingen, die hem njet
aangingen... Eens was hij bijna weggejaagd omdat-Ie
ruzie had gekregen met den meesterknecht. dJfe een
van de kameraden onbUMjk behandelde... En op een
Zaterdagavond had' 't geien, haai" gescheeld, of Hed®
Bontona wna to ee® formcelo vecht- en, kloppartij ge
wikkeld geworden, omdtocle een, vont, die wijn vrouw
stompen liep to geVc®.Vaja die getoepi'go, gemeo|ne
stompen, wlJil ze liep te smeekt® om een deed al
thans van z'n weekgeld), dat anders heelomaal aan de
kroeg word besteed, dat Hein Bonton» dien ke
rel dü les ging Ie:-©®. Of hlji toch niet schaamde, on
zoo meov... 't Etojdi wan geweeet, dat de vrouw hem
op den koop toe ongelijk gaf en, hom vriend olijk ver
zoekt fetch. met z*n eigen, «aken to bemoeien. Klaas
Everta, zijn oudere kameraadi, hajd 't hom wol hon
derd ma.ul voorgehouden: „Jongen, wees toch wij
zer. Je krijgt «tank voor dank, denk' etroml... Je
zult er nog ecma 'n leelijke pijp door rooken. Denk
aan m'n woorden..."
Op zekeren dag, toon. ze zouden gaan schaf
ten, zegt Jan van Iïouthem, de doordraaier, de
aarts-boemelaar, een, dtlen ze geen van allen ver
trouwden: „Jongens, lk traoteer vandaag. Laat Keo-
alo maar 's wat bier halen... Of lusten Je'ul- bijge
val wat pittiger»?'' Toon de trocteertog er was, en
men had geklonken., zei Jan van Hauthem: „Of lk
jarig ben vandaag? Neen. mannen, dat ls 't hem
niet. Ik zal Julllo vertellen, wat 't wel ls... Laat lk
dan even meedeelen, asdat ik zooveel ais geënga
geerd ben. Echte, vaste verkeerlngl En. straks de
bruigom hoor!..." Toen hadden zij gesohaterd van
de prert. Jan van Hauthem en trouwen! Neen, die
was fijn hoor! Een praehtmop! Hoe kwam de knul
aan de malligheid?Maar Jon trok oen ernstig ge
tocht. .„Denkt jelut da,t lk er een gtfutje van maak?
Kun-Je begrijpen. Wat moodi meisje. En van dat..."
Jon noep óen oog dicht en maakt" tegelijk imet duim
on w6avimg«r het, manuaal van leinan;d, die gold
aftelt... Toen wonlejn •m toch nieuwsgierig. Eqn paar
keken hem met kwaadaardig© oogen uanZoo'n
slampamper, Ji© to heel wat meisjes 't hoofd op hol
had gebracht... Jei kunt toot weten,... Jan va,n Hou-
them stond dna'r, fier opgericht. ZJjn krulharen met
een sekedidilnig! erto, foÖo®(kie®i van dto pommade. Z'n,
snorretje was met eytra^sityve puntjes opgedraaid.
En zijn spottjerige oogen, loerden, rn'ot hoosaardillge
glnn» naar de Jaloarschie karne,radon,... ..Weet Jeluiii,
wie de gelukkige J®, dB aa®»t,1|andQ mevrouw Van
Houthem?... Niet? Dan zal lk 't Jelui, vertellen. Zij
heet Cornelto Johanna, cn haar vader is de weledele
heer Kïijger, welgesteld! koek- en, banketbakker, In
de Oeverstraat to dezer stede. Nou, wat zeg jelui
daarvan?..."
Enkelen wisten, niet wie da® Krijger was... Maar
een riep uit: „Ben-je nou heelnmaaj bedonderd. Van
Houthem? Of ls dh ouwe Krijger krankzinnig, ge
worden? Om jou z'n dochter to geven?..." En zich
tot de onderen wtu,<b-.c.u, voegde hij erbij: „Ik kon,
ze best. Waarachtig, «aft heel aardig kind... En 't
zit er zieker bij, den ouwe aan... Neen, dat ls een
mirakel..."
Jan van Houthem genoot van rijn trüumf. Hij'
wreef zith to die handen, eu grinnikte van, pret...
„Nou," zei een, van de kameradon, „die CorneLla zal
met Jou dhr pret ook wel opkunnen, als Jelui ge
trouwd zijn,..." Waarop Jan een verontwaardigd ge
zicht trok en, verklaard», e«n zeer braaf en eolicd
huisvader te zulten, worden..." Een prachtjuweel
Dat verzeker ik Je," zei hij, met, gemaakte® ernst,
dat-ie er zelf om lachen moest En «r"to zijn,
roes van vreugde, bijvc*2£!de,: „Als lk maar eerst dB
kosteljke centjes in hapiden heb!... Snapt jelui?"...
Hij haalde ec-em, portrotjo yap. z'-n, aanstaande ui!t dien
zak en liet 't rondgaajq... Toen aan, Hein. Bontens
de beurt wap, zei deze dat hij „do Juffrouw wel
kenide". En ziljh, giepiichtt stand heol strak. En hij had
geweldige mocjtc om toch te bedwingen,. Maar Hein,
idjQ,aht aan den raja;d vo,n Klaas Everts, en ziweeg.
Doch dlon middag.,, toen, ze naar liulis glmglen, waohtte
hit tot Klaas tot de fa,briek kwa,mHij moest
lemapd1 hebben om z'n, hart uit te storten. En hij
vertelde van 't geval, diat Klaas die lm, een an
dere nfdjee,Un@ werkte nog niet ter oor» was ge
komen.
.„Haar broer l)s een vritod van me," zei Hein. ..dilo
Krijger'-'» zijn, bravo, fatso.oalijkq menschen,. God wleet
wat die Jan ze heeft wijs gemaakt... Die ouwe. Krij
ger heeft vromer to een, dorp gewoond, voordat hij
hier In de stad een zaakje begonKlaas ik
laat die Oor ntet ongelukkig worden. Jan van Hou
them is de geanseuste, laagste ploert, die ooit ge
boren werd)!... Hij locat op haar ceni-caj., van d'r moe
ders versterf, en als ze eenmaal getrouwd zijn, dan
speelt-ie mooi weer van haar geld en zij kan nog
voor den schooier werken op den koop toe. Dat mag
niet! Ze^r nou eens zelf!"
Klaas Bverts zweeg 'n poosje. Maakte toen de op
merking, dat dq ouwe Krijger geen zuigeling was.
Vervolgens, dat Hein ook eecs aan z'n r-igen meisje
moest denken. Wanneer hij zich in eikude, en in
moeilijkheden stak, don was ook zij er de dupe
van... Klaas maakte nog een aantal nuchter-vecrstan-
Het zilveren theegerei, de wijn to de geslepen karaf
fen fonkelde to de grillig daarover dansende licht
schijnsels.
„Wij' hadden vandaag, to do Ttiiloriaen ook een
onbehagelijken dag'," vertelde die hertog.
„Waarom?" De gravto richtte zloh zeer geïnteres
seerd op. „Zijns Majesteit was toch wel goed?"
„Alleen wat ui/t zijn. humeur o.ver het ellendige! pro
ces met maarschalk Ney."
,Zjjn do onjderhapdielltogein daarover nog toet aan
sen eind?"
„Jawel vandaag. De miap,rschtok vendedllgid:e zich
zoo dom mogelijk. Depjc eems, hij bad' dB la,fhei|dtö
zeggen, dat m.en hem qn, Vrouw aan het hofzooi
slpcht had behandeld. ZJj|n, overgang naar Napoleon
was to hoofdtaak diaarvan, het gevolg geweest. U
kunt denken^, dat dllt dep, kontog en hot heele hof
Ol heel wea/nilg naar den ton was."
„Werkelijk een zonderlinge uitvlucht,'* meende dq
gravin.
Oltore wendde toch om„ haar oogen waren vol
belangstelling op het onbewogen 'gelaat van den her
tog gericht. „Zo! Ney veroordeeld worden?" vroeg zij
snol.
„Dat ls hij alTeeds, Juffrouw Clairö."
„Waartoe? Tot levenalangq verbanning ver -
baurdverkkiping zijner goederen?"
.d^een, tot dien dood."
Cltora gaf een kreet van schrik. „De koning zal
neen, moet hem genAde. schenken."
„Dat geloof ik niet"
„Wanneer hij alle®, wil laten doodschieten, die tot
Napoleon overliepen, zou hij het heele leger voor
het geweer moeten plaatsen."
„De soldaten waïen, de mislenden. De kotoihg denkt
daar zeer mild over. Ook heeft hij bljpa alle offi
cieren begjenadifed.. Ney is de eetoge uitzondering.
Zijn verraad was te schandelijk en 1'n zijn gevol
gen, zoo ingrijpend. De ko[nto&1 zal geen gemadie schen
ken ofschoon de bloedverwanten van Ney, vooral
zijn Vrouw, hem met bezoeken lastig vallen."
„Dat hou men, toet andors van haar verwachten."
„Dq vrouw van maarschalk Ney ia een ontzettende
vrouw. Zij fe zelf naar Parlj» gekomen,. Mot geweld
hebben wlji haar vandaag Uit de Tulleriöu moieten
verwijderenf Zjji geidrocg to|ch al» cyiu wawnalimiigo en
wilde toch manjr ötetódö vlooi* dq voeten van den, ko-
ntor werpsn,."
„Heeft men, hoox* htet toegelaten,?"
„Noen, dJoi »ou den 'koning to veel hoblben oongo-
d?ge opmerictogan. Maar hfj voeMe, dat zij toch nlot
baten zouden-En de oude Klaas Evertn was die
heele week somber en ontdaan, want hij mocht
den eerlijken driftkop van 'n Jongen... En hij bo-
sefte, dat er leelijke dingen voor hem dreigden...
Op een middag vroc-g een paar dagen later
Hein Bontens aan Jam van Houthem of-ie een eindje
met hem wou opioopen... Tot greniolooze verbazing
van Jan, die anders gewoon was, dat Hein hom met
kwalijk-onderdrukte minachting ontweek. „Wat hadt
Je nou?" vroeg Jon, te*>a zc eindelijk ergon» zattcn,
ieder met eern biertje voor zloh. Hein. deed 'n heele
poos over z'n ghte-blor.Dat d» andor al met wan
trouwend nljdÏKO oogea naar 'm zat Ie kijken var-
wouderd, onrustig, n,h-t begrijpend. Hein bood. een
sigaar aan on. zei eindtelljk: „Kijk Jan, lk wtl
corlljk met Je praten- En lk stel op dien voorgrond:
Jö mot toet nijdig woriden, he?"
Jan ®at zoaiider oen, woord te zeggen rook
wolken uit te blwn,- Rlcht|te slechte een on.vorsriiilll-
llg-koudon, litóhtelljk dreigenden blik op don au der.
En toen schoot Heto vap wal- Hij had lang gewei
feld voor t« do.'a wat-Ie nu deed... Klaas Évonte
ïxavl gezegd, dotele „reöel stapelgek" wasZ'n
meisje had hem gesmeekt, 't toch te latenHIJ
zelf begreep hot hopelooze van z'n plan... Dn toch
zette hy door. Eeriyk duurt het langst... In leder
mensch school nog wat go^ds... Je kunt toot weten.
HU zou eeriyk, royaal, open troef spelen tegen Jan
van Houthem... 'Hem beduiden, dat het zlju plicht
was om van Cor Krijger af te toen--- Dat Jan toet
een man was om te gaan trouwen... Hij was niet
teniand voor het huweiyk. Hy moest „vrije Jongen"
biyven... En zooveel meer... Wel een kwartier had
Hein Bonten» zitten redeneeren. Zijn. wangen gloei
den van opwinding... Hij verbeeldde zich in ernst,
dat het op Jan iudruk mankte...
Toen werd hy plots ontnuchterd. Jon schaterde
't ineen» udt... HIJ sloeg met de vulat op het tafeltje.
VereHtte zldh ln den tabaksrook... Kreeg 'n nieu
we lachbui... Stond op... Schoot weer in den lach...
„Verdomme:"-riep Jan, „die is goed1'... Hadt-je me
d.iarover te... Noen, die is prachtig... BtUkke-dome-
nee!... Waar hqb^lo Je boffle gelaten?Ajuue,
hoor I De complcanen tan
Jam stapte naar do deur, Gaf z'n pet een duw,, dat
die scheef op z'n' kop bloof staan. Trok evuu uan
z'n sigaar, maar ameet 't eindje verachtelijk weg...
Grinnikte nog eeos... Maakte de üJeur van bier lokaal
open.
„Ajuus! Don Bctecaj,!" riBp hy Hein toe...
En keek hem 's aaa--- to later Jaren toen al
dat verdere over hiem hoon was gegaan,, kwam
Hein Boinlena somls voor den geest, scherp on hel
der, dat moment... Ttoen, Jan van Houthem op heit
punt stond weg te ga,an. En hdj hem aankeek Inu
niet meer lachend met oogem, waarin 't direrlgkhe-.
Van: wacht, kameraad, ik zal jou wel een»!... Als
Hoin aan die oogen dachty ging er een huivering
langs zyn rug...
Zy zaten bijeen, dien' avond. Vader, mioedcfr, Heto,
en Chris. Vader, had ouder gewoonte, uit het kran
tje voorgelezen. En Heto. zat Bet Christlen weer te
berekenen. van vrat d'tit en dat kosten zou wan
neer ze, don toch eenmaal to het bootje zouden gaan.
Zij wisten boliden, dat 't nog een heele poos zou
duren... Vader en moeder konden, niet missen wat
Hein Inbracht... Zij hadden ajlsrlcü berekeningen ge
maakt. Allerlei combinatiën... Van samen gaan wo
nen. Dan kwamen er weer nieuwe bezwaren. De oude
juffrouw Bonten» was „toot bepaald gemakkelijk".
Christlen zag op tegen een gezamenlijk huishouden.
En zy troostten toch nu maar met telkens opnieuw
te totten uttrekooan. Over stoelen, gordynen, linnetor
goed en zoo meer. Chris legde dan een baud op
Hein z'n Behouder cm zat, dacht bij hem te l<y,ken
naar de keurfg-nette ctjfortjes, die hy Bchrecf
Naar z'n vlug-plentor alles bereken,en.Chris was
'n eenvoudüg meisje, tevreden met het tegenwoor
dige. En ais do oude juffrouw Bontens mot het
spitsige nousjo en de "stekerige oogem haar kleor
ren zat te monsteren en to kwaliteit van u.8.
Bchoonmoe, 'n crJ|t,techc- opmerking, over dit of dat
Snaakte, dan weid Chris nooit boos... Zij vond het,
voor do oude mienschen, al ,„'n hard gelag" dat hun
brave, solide, knappe Hein verkeerlinig. met haar had'.
GeduldlUg en tevreden, waiclhitite Chris de toekom^
af bewonderend steecfa ihaar Heto,» met z'n wajinn,
eeriyk hart...
„Kom," zei Chris en zij haalde haar horloge voor
den dag, ,,'t dB to hy tienen... 'tWordt zoetjes-aka
tyd..."
Van zeven uur af had het discours geloope® over
de groot© gebeurtenissen van den dag-... den dief
stal op 't kantoor van de fabriek, waar Hein, was.
Dien ochtend was er plotseling tumult geweest...
De beide patroons waren tot 't kantoor komen loo-
pen. in grooto opwlndtog. De meesterknecht van
Hein z'n aideeling had' met krijtwit gezicht do döu-
ren laten sluiten... Over do driehonderd gulden aan
bankpapier was verdwenen... De werk bakken. do
kJeeren, allea waa door ejejn paar rechercheurs onder
zocht... Geen spoor te bekennen. De commissaris van
politie der ofdeoltog, waar de fabriek toe behoorde,
waa er geweest... Ook Heto Bontens was verhoord...
De commissaris had eerst met den meesterknecht ge
praat... Afzonderlijk... Op wie hij misschien vend"i-
king kon hebben... En toen had de meesterknecht
gezegd, dat ala er Iemand was, dien hy wantrouw
de, 't dan eekere Jam van Houthem wasEen
echte doopdr&toef... Had een poo»Je verkeertng gehad
met een me!sje van fatsoenlijke, welgestelde men-
8chen. Krijger, uk de Oever-straat. Maar dat was
ook uit geweest, toen men had gehoord, wie Jen van,
Houthem was... 't Schijnt dat hö ven dat meisje
zolfs geld geleend» had... Over de vijftig gulden.
word gefluisterd... De commissaris had 't genoteerd.
En toeu Jan aan de beurt kwam, extra op hem ge
let; hem zeer scherp verhoord. Hem heel nauwkeu
rig laten ristteerem... Voor het moment kon mem
toets bijzonder» constateorom.
Den boelen avond hadden zy over het geval ge
praat. En H'dtn. van zyn haat, had volgehouden, dat,
't de slordigheid van don, Jongeton Patroon zou blij
ken to wezen... En nik» anjders. 't Was nog oen» ge
beurd, dat oen bankje vam, zoetig weg wasDen
volgenden dag bad meneer 't tussehon z'n brieven
gevonden... Diefstal wo» onmogelijk. Dn Hein was
weer aan zrtf Refhebbery getogen om berekeningen
te maken over hun aanstaand fotoshouidtofkJeAl»
eenmaal...
...Toon er terwijl 01:ris op haar horiogo keek cm
zsl, dat het zoetjes-oon laat begon te worden
gescheld werd.
„Wnt'B dat nou?" zei moeder, bleek wordend, van
Bchrik.
I dhr 1» wa» al by de. stras 1 deur. Men hoorde een
mannestem mompelen.
„Hein!" riep Chrisje, met schorre anr*t®tera. Eem
rechercheur van politie we» 'L Of Hein; Bontens nog
even op het bureau wou komen. Voor een Inlichting.
Zij kook Hein Wt groote oagstoogeto aan... Recher
cheur ontging toets...
„Welnou," zei Hein, „dat best hoor. Ik kom
direct, 't Is twee minuten loope®. Wacht maar even,
Chrla, Ik ben zoo terug... Be kom daar, hoor!" riep
hij rechercheur toe...
Maar teen hy bulten kwam, stond de rechercheur
hom te wachten. Wat Hein toch vreemd vond
„Was maar vast vooruitgoloopen," zei Heto.
Doch de rechercheur zwoeg. En zij traden het
bureau binnen. Hein moest naar boven gaan. En
toen hy do kamer van den commlawari» binnentrad,
waa 't of de grond onder hom wegzonk... De com
missaris zat daar met strak, streng gelaat. En bij
het fohTljfbureau: de Jongste patroon, dl© Hein toot
teruggroette... En een Jongmensch co® secretaris
of zoo dat Hein mot zekere minachting aankeek.
„Waar schrik jy zoo van?" vroeg de commissaris*
met harde stem...
En, zondör antwoord' af te wachten» Meld hll Hedn
Bonten» een, oud Jasje voor. Hein z'n werkjas, dte
hij een dag of wat geledon, to, EdJtn k!#t, op de fabriek,
gelegd had, omdat hy ee|n andere, w'nt netter werk
jas ging dragen,.
„Herken Jo dit?" Vroeg de oommtssarl»Ia
groote verbazing keqk Heto van den een naar fldn
ander... 't Warrelde en dwarrelde) hom voor dieoogeto,
„Meneer Jansen,!" zei hy eindelijk, totuitilef de
armen uitstrekkend, naar dfcn patroon, bij wien hy
al twaalf Jaar trouw en eerlijk werkte...
Maar de commissaris had oen rolletje bankpapier
voor zich op het schrijfbureau, neergelegd. De ver
miste driehonderd' gulden... Vlak naast hot oude
werkjasje van Heto, Bonten»..
„Hoe ben Je tot dan diefstal gekomen?"' vroeg
de commissaris hem.
„Ik?... Een dief8tto?-.." En Heto sloeg de haca-
den voor de oogen... De commissaris had door de
lange ervaring een scherpen blik gekregen op men-
scheu. En speciaal op de verschillende manieren, waar
op de delinquenten hun onschuld volhouden... Da»r
zijn allerlei zeer-fyne schakeeringen, hy... Een ver
toon van eerlijkheid ls ar, frappant gjel Ijkend op de
„echte"... Al die „nuances" kende commissaris van
politie... En Hein Bonten» houding overtuigde hem
niet van zyn Bchuld... Hy dacht aan ol 't goede dn
gunstige, aat patroon over den man gezegd had
Commissaris keek meneer Jansen aan.En de pa
troon haalde z'n schouders op... Maar de „a&awy-
zing" was al te kra»... Heto Bontens moest bUUVem.
Een boodschap werd naar z'n huis gestuurd. En als
iemand, die to droomtoestand vorkeert met ver
wilderde oogen dan woer uitbarstend to woeste
smart, zoo werd' Heto to arrest gjenteld.
Commissaris en patroon, bleven, nog een poosje
napraten.
„Ik had 't nooit van den man kunnen, denken,"
zei meneer Jansen.
Waarop commissaris glimlacht©. Die leeke® tdj®
zoo impressionabel... Schoon hU toegaf de .eer
ste toidruk", zelfs van dlsn, vakman, was hier beslist
gunstig... Ondanks die krasse „aaawy'ztog1"...
In het klqtoe wtnkeTtjc zag lk dag aan dag vtun,
halfnegen 's morgeue tot tien uur 's avonda het
magere menschje, mot de zachte droevige oogen en
het grys ln d© haren schoon zy nog botrekkeiyk
jong was zitten. Zoo lastig en bedillerig kon
gaen klant zyn, of zy bleef f geduldig. Juffrouw Chris-
Jo. En of zy vele, vele doozou moest leegpak-ken om
te vinden de kleur van wol, die klantje weivschjt...
ZIJ deed 't zonder klagen... Beeld vaffij pldchtsbrtnich-
tlng. Lachen deed zy heel zelden. En, als Juffrouw
Chrisje er een heel enkele maal toe kwam. dan
scheen zy nog verdrietiger dan anders... Dan was
zeer scherp tgt contrast tuaschen dat schrale, ge
dwongen glimlachje eo. de fijne rimpeltje» van ver
driet aan slapen en by mondhoeken.
Ik kende het brave, zoohtmoedlg-gedienstlge men»-
schje weh En als 't leeg wa» to bat winkeltje, dan
grepen. Zy stjet, de afscbuweljjkste verwenschtogeu
tegen de Boiurbons uit, kroop over den grond, trok
Bich de haren uit het hoofd.
„Die ongelukkige! Wat hebt u met haar gedaan?"
„Krankzinnigen behooreu, ih een gesticht." zeilde de
hertog kond. „Voorlooplg hebben wyj haar to een
rytuig gedragen en, naar haar hotel gebracht. De
bediende® van het koninklijk slot hebbek' een soherp
bevel haar niet meer de Tuileriën te laten betreden.
Wordt zij niet verstandig, dia® wordt zHj met ger-
weld uit Parijs verbannen."
„Arme, arme vrouw izedide Clailre treurllg.
De hertog va® CholsQtoil ha tod© de scihioiuders op.
„zy, heeft dit spel ®a® zichzelf te danken," zeide
hy hard. „Haai* eerzlutóht is haar tot verderf ge
worden,"
„Dat zal rij, zelf ook wel zeggen e® dat zal haar
"vertwyfelitog e® smart toet weinig verhoogen. De
vrouwen moesten zich 1® dergelijke zake® toet man-
ge®, maar dlon mfi® zelf de keus laten va® den wcjg,
dilen ey
Clalre zweeg eensklaps. Deze woorden wareh haar
onwilekeurlg over de 1'ippon gekomen. Nu eerst docht
zy aan de betoeketoB daarvan. Sprak zy daar niot
haar eige® oordeel uit? Ook zij had, ol haar invloed
op Gourgand aangewendi. op elke wijze gepoogd hem
haar gedachten to te gieten. Deed hy wellicht toch
het rechte, had hy het eatog ware gekoste® door
mee to verbaptong to gas®?
Een diepe zucht, a®tsnapte haar.
„U hebt ee® zeer medelijdend hart, mademoisello,"
De hertog keek wat spottend naar Cltore'e droef
gezichtje.
„Mijn dochter 1» wat aangestoken door de libe
rale ideeën van haar vader," zedde dfe gravin met
bizonderen nadruk. ,J>at zal veranderen als rij later
aa® zyn invloed ontrukt Is."
„Dat wille® wy, hqpe®." De hertog liet die blaas
balg op de yzeren plaat van dien haard vallen. „Ziulke
rede neer togen worden u®® het hof toet gaarne ge
hoord."
..Dat ka® meu do kontokiyke familie toet euvel
'dulden. Wy hebben duidelijk: genoeg gezien, als dte
Ideeën to dade® worde® omgezet, waar of d®t heon-
vöert.'"
Clalre wilde antwoonide®, maar een strenge bldk
harer moeidcr vorh,!i®der)die dat. Zlji o®dleji*dfrulkte daar
om de woorden die ha»r op de lippen, lage®. Waar
toe ook? Een begrypo® van eikaars gevjoelon» schee®
hier immers tOich buitengeelotc®.
Bulten ging de hulBbeL 6chrfl e® iuid gild© de
heftig getrokken bel door het «tjlle huto.
„,Ik ontvang gee® beeoeflc wanneer de hertog hier
is. Dat weet je toch," zeilde de gravin, geërgerd tot
d©n hinnengetrede® diep»®®
,»Dat heb ik ook al gezegd], gravin; maar mevrouw
Ney wil bepaald den hertog spreke®."
Cholseuil sprong o p. „Om 's hemel» wil, vervolgt
dat mensch my. zei te hierht-to- In my® woning waa
zy ook reedis. Zij, heeMt zich i® d®t ik haar een
audiëntie by: de® k©to®g ka® Verschafte®."
„Zeg haar,, d®t ik lij,de®d ben e® de hertog, toet
to spreke®," zoo, we®|dlde de gravin zich tot die® be
diende. „.Wat een brutaliteit, om u zelfs tot
hier te volgen, beste ne^."
„Mama, er ls hlqr sproke va® het leven va®' haar
man," riep Clajre. Zij liep naar de deur. „Laat mij
met de arme vrouw spreke®; haar dieze .boodschap
door den bediend© ze®de® ia dubbel wreed."
„U zult alleen ee® zeer pytoijke scène beleven,"
riep de hertog.
Cltor© Bchudde het hoofd. Maar nog eer rij dè
deur had kunnen berelke®- werd deze opengeworpen.
Mevrouw Ney stond voor haar, achter haar ver
scheen het verbaasde gelaat va® den bediende met
bulpelooze uitdrukking.
„Ik laat my toet afwijzen," «el mevrouw Ney met
met moeite onderdrukte onrust. „Vanmorgen! vroeg
hebben de lakeien e® bediende® mU de Tuileriën
uitgeworpen e® hier zou d© bediende my de deur
wyze®. My is ajles hetzelfde. De zal als een hond
OP de trap gaan liggen, ajs ee® hond laat lk ml]
wegjagen, maar lk kor® steeds terug."
zy sloeg hoor dichte volle op. Clalre mg met ont
steltenis het eens zoo jonge, blozend© gelaat der
hertogin. De trekken ware® verwrongen, doodsbleek,
do leden der ingezonken oogen rood en gezwollen
door de talloos gestorte tranen. Ee® treurig gericht.
De eens zoo gevulde gestalte vermagerd en gebogen,
scheen zich nauwelijks meer op de been te kunnen
houden. De oogen der ongelukkige dwaalde® va®
jfnfrg naar rechts.
Zy zonk uitgeput op ee® stoel neer, djen Olaire
voor haar had) aongefechover®. D© dirulfptnatte ra®di
van hoor kleed, haar vtuille Bchoene® lieten leelijke
donkere vlekken op heit tapijt achter.
*GravJ® Roederer koek naar die natte plekke®.
Onwillekeurig schoof rij' haar stoel weg, om met haar
japon don toOta® ma®tel vu® d© bezoekster utette®
te rajutte