Tweede Kamer.
Binnenlandsch Nieuws.
Reclames.
Het keeren der jaren.
schuld bezit en kan dit zelfs de Bchuld overtreffen,
terwijl gelden besteed voor financieel-improducticvc uit
gaven voor de mobilisatie en ondersteuning van vluch
telingen b.v. (hoe prijzenswaardig ook) stokt commer
cieel gesproken verloren zijn.
Van bet gedrag der belastingen geldt hetzelfde. Men
moet weteu waaraan de opbrengst besleed wordt, welke
voorzieningen de Staat op zich noemt en welke bij over
laat aan gemeenten of particulieren, alvorens men uil
bet bedrag, door do burgerij aan dun fiscus opgebracht,
iets mag besluiten. Zorgt b.v. die Slaat voor bot on
derwijs, dan zal do belasting noodzakelijk hoQger zijn,
dan in een land waar de scholen zich zelf moeien be
druipen, al zyn dun daar de uitgaven voor ouders
van schoolgaande kinderen natuurlijk veel hooger. Des
gelijks wanneer de Staat de verschillende arbeiders
verzekeringen op zich neemt, liet spreekt van zelf,
dat deze voorbeelden tol in bet oneindige zijn aan
to voeren.
Geen van de gewone kenmerken blijkt dus iets te
bcleekenen om tot een inzicht te komen van de finan-
cieclo kracht van ccai Staat. Hoogstens zouden al die
kenmerken te zamen in dio richting bruikbaar kumien
zijn, mits in verbaftd met elkander beschouwd en mol
in achtneming van lal van andere factoren. Misschien
zou het crechet dat oen Staat geniet iets kumien be
wijzen, doch hier doet zich ©en nieuwe moeitykhoidl
voor, n.1. deze dat het cnediot van een Staat hot
gevolg is van de ünancieete kracht hom door bel
publiek toegekend.
De financieele kracht berust niet op do gemakke
lijkheid. waarmede een land zich geld kan verschaffen.
Integendeel die gemakkelijkheid is toe te schrijven aan
de opinie, die de financiers zich terecht of ten onrechte
vormen omtrent de cnedielwaardiglieid van hot land.
Lvn al geven wij gaarne toe, dat die financiers mei
hun allen zich niet spoedig grovelijk zullen vergissen,
toch is ook hun opinie slechts eeu raming die aan
belangrijke fouten onderhevig kan zijn. Daarvan zijn
in de laatste maanden bewijzen te overgeleverd.
De flnancierl© kracht van oen staat moet dus wor
den bepaald uil de halm en schulden er van, terwij.'
do draagkracht der burgerij om, behalve wat voor di
tewone huishouding van den Staat noodig is, do gel
en voor rente en aflossing der schulden op te bren-
fen tevens in aanmerking moet worden genomen. Ook
et bestaan van een groot lichaam zooats hier de Neder-
landsche Bank, is op die financieele kracht van groo-
ten invloed.
Dit blijkt o.a. uit de zoo juist gesloten groote lee-
ïiing. Men weet, dat do K'ederlandsche Bank zich be
reid heeft verklaard op speciale condities de aandee-
len in deze koning te beleenen. Kwamen alle inschrij
vers om een voorschot, dan zou feitelijk door deze in
stelling 95 pet. van de 275 millioen of 260 millioen
aan het Rijk worden voorgeschoten. Dan had do Bank
idit wel in eens kunnen doen, zal misschien gezegd
wonden en oogenscliiinlijk beeft bet er inderdaad veel
van alsof dc gcheele leening zoodoende achterwege had
kunnen blijven. Toch is niets minder waar dan dit.
Ilad de Bank direct aan den Staat geleend, dan Md
zij een groot bedrag vastgelegd aan eén debiteur met
wiens wel en wee drm dat van de Bank zelf ten nauwste
was verbonden geweest. Door de biljetten van het publiek
te beleenen kan het totaal bedrag misschien wei even
hoog worden, doch heeft de Bank te maken mot ecu
groot aantal particuliere debiteurem terwijl het onder
pand een obligatie is ten laste van aen Slaat.
Het is dus duidelijk, dat hel crodiet van alle inschrij
vers hier de credietwaardiigheid van den Staat te hulp
komt, zoo dat bier do finaoicüiöGlo draagkracht van dien
Staat den invloed ondergaat zoowel van liet bestaan'
dor Bank, als van' do draagkracht der particulieren.
Wij meenen hiermede een ietwat juister beeld te heb
ben gegeven van de financieele kracht eener natie, dan
het publiek zich gewoonlijk daaromtrent vormt.
UITKIJK
Den Haag, 14 Januari.
Hot zeer korte „voorspel" tot do eerste openbare
zitting van ons Parlement, die vermoedelijk in het
begin der volgende week zal worden gehouden. En
waarin zullen worden behandeld verschillende ont
werpen van groote urgentie, o.a. de verlenging van
den diensttijd Voor Militie en Landweer. Zooals men
zich zal herinneren, is het verder debat over de
mobilisatie-toestanden met al den aankleve van dien,
de vorige maand uitgeschakeld tot Januari 1915. Wij
hebben ons dus voor te bereiden op nadere bespie
gelingen door den heer KL ter Laan en wellicht ook
anderen over dit onderwerp. Inmiddels is ingeko
men do Nota van minister Bosboom, waardoor fei
telijk bij voorbaat is beantwoord hetgeen do vol
gende week zal worden „gevraagd". Wat zeer ver
moedelijk niet zal beletten, dat onkele hoeren het
nuttig en noodig zullen achten om den minister van
Oorlog nog enkele uren over deze zaken meer of
minder genoegelijk bezig te houden. Speciaal de
kwestie betreffende het bij de Landweer houdon van
do oudste lichting zal daarbij wel een der onder
worpen van debat vormen, welke de discussie wel
licht tot bet peil van „geanimeerd zijn" zullen
opvoeren.
Voorzitter Borgesius heeft een beroep op de hee-
ren gedaan om te helpen' bereiken, dat men 'de vol
gende week hetgeen op 1 Februari wet moet zijn
geworden, aar de orde kan stellen voor het open
baar debat 't Is te hopen,.' dat niet slechts de ar
beid in dc sectiën in de gegeven tijdsomstandighe
den blijk moge geven van zin, der Kamer, in haar
geheel, om betgeen moet worden afgedaan, in kor
ten tijd tot een goed einde te brengen en aldus de
Begeering zooveel doenlijk gelegenheid te laten voor
het zeer vele, dat thans van uur tot uur
bare aandacht en inspanning vordert.
De zitting van heden duurde 2 èt 3 minuten.
Mr. ANTONIO.
alleen dit ecDe bleef hem helder bij: Ella bevond
zich geheel in de macht van dezen man, en hij en
zijn moeder moesten dansen zooals Paulsen het ver
koos. Indien zij niet deden, wat hij wilde, werd het
schandaal nog grooter.
Steeds meer wakkerde in de borst van den offi-
oier de woed aan. En zich zoo maar eenvoudig buk
ken, dat kwam zijn eer te na, hij voelde zich ver
plicht, dezen heer tenminste nog zijn meening te
zeggen. En dus zeide hij: „U hebt ons in een posi
tie geplaatst, mijnheer, een gedwongen positie, waar
wij jammer genoeg rekening mee moeten houden en
ook zullen, om een fatsoenlijk einde van deze on
gelooflijke affaire mogelijk te maken. Wij
„Een oogenblik, luitenant. fatsoenlijk zal en
moet het einde in alle omstandigheden zijn."
„Dat schijnt mij een kwestie van opvatting. Doch
om het even. In ieder geval kan ik u niet verhelen,
dat u gehandeld hebt op een wijze, die zoo vreemd
is, dat die door allo weldenkende menschen soherp
yeroordeeld zal worden."
„Dat is een kwestie van opvatting, luitenant.
„Dat is het niet, en wanneer wij doen zullen wat
in onze macht staat, om te verdoezelen, dan ge
beurt dat alleen tcrwille van een familielid, die ons
na staat, die zoo lang vah onze genade hooft be
staan, en over wier eer wij tenminste willen waken,
nu zij zelf getoond heeft daar niet toe in staat te
zijn, zoover wij t
„Luitenant" nu werd de schilder boos „geen
woord meer, of ik'moot u do deur wijzen."
„Mijnbeer, u beleedigt mij." Het klonk afgemeten
tergend. „IJ zult mij zeker.niet verhinderen, om to
zéggen, wat ik noodig oordoel. Hier doe ik nu eens
wat mij belieft."
„ik zal u dat zeer zeker beletten, en zooals het
mij past, zelfs al is het met gewold. De eer van
juffrouw Wolfcrs laat ik niet aantasten."
,>En toch zal ik zoggen
SINT PANCRAS.
Woensdag 13 Januari werd door de Diaconie der
Ned. Herv. Gomeente alhier, ruim 281 snees bouw
land verhuurd. De prijzen liepen van f 2 tot f 6.70
per snees. Over 't geheel genomen bracht het land
gemiddold f 1 por snoes minder op dan bij do vo
rige verhuring.
HET STEENKOLENVRAAGSTUK.
's-Gravenhage, 13 Januari. In een vergadering van
leden van de commissie voor de nijverheid, benoemd
door het Kon. Nat. Stouncmoite, welke bijzonder
op de hoogte van het steenkolen vraagstuk wordt
geacht to zijn, blijkt do indruk te bestaan, dat er
geen enkele reden is te vreezen, dat Nederland in
do naaste toekomst gebrök aan kolen zou kunnen
krijgen. Wel bleek het noodig maatregelen voor te
bereiden, om te zorgen, dat de levering der kolen
zoo regelmatig on doeltreffend mogelijk zal geschie
den. De tezamen geroepen commissie blijft in dit
opzicht diligent.
ST. MAARTENSBRUG.
Woensdagavond werd in het lokaal van den heer
A". dc Boer te 't Hoekje een vergadering gehoudejh
door e enige belangstellenden inzake bot oprichten eonor
vereenIging voor hulp bij ziekte enz. Hot gevolg van
de gehouden besprekingen is geweest dut een vcrcenii-
ging werd opgericht met aanvankelijk 18 leden. Besloten
werd de vereeniging te noemen: „Hulp in Nood".
Het bestuur werd samengesteld uit de volgende hoe
ren: NL Wiersma, voorzitter, Jb. Rondhout, secretaris.
K. Doorn, penningmeester, C. Brouwer Jnz. en G.
Molenaar, commissarissen. Wij' wenschen de vereeni
ging alle succes toe.
VAN EEN GESTRANDE MIJN EN HOE YVE DIE
LIETEN SPRINGEN.
Men schrijft uit Nieuwediep aan het Hdbld.:
Rrrring! klinkt de telefoon en de hoorn brengt de
boodschap over „of we lust hadden een verslaggever tc
zenden om mede te gaan naar Callantsoog, waar een
aangespoelde mijn tot ontploffing zou worden gebracht".
Je schiet haastig je jas aan, holt de deur uit, en
vindt voor het palels uo beide auto's van den slaf
gereed staan, die de officieren, aan Wie het gevaarlijke
karweitje opgedragen is, naar de plaats hunner bestem
ming strandpaai 12 zullen brengen, 't Is bar
•cht weef; uit eén loodgrijze lucht valt ononderbroken
en eentonig de regen. Het toch ai weinig aantrekkelijke
landschap in dit deel van Noord-Holland, dat 'onder
gunstige invloeden van weer en jaargetijde niettemin
zijne bekoring biedt, kwam op het onvoordeoïfgst uit;
'n monotone, langgerekte weg langs het kanaal, met hiel
en daar verspreide boerenwoningen, zonder boomön.
Een eenzame trekschuit met ztcligen, drijfnat ten stakker
die moeizaam zijn lijntje trekt, een boerenwagen, die
op hét getoeter van den boom haastig uithaalt., dat
was alles. Zoo snelden we voort met een 30 kilometer-
vaartje en laten no. 1, dio met 35 spurten wil, zijn
gang gaan. Straks krijgt-ie .toch weer een panne,
zooals altijd. De weg is slecht; de centimeters diepe
geulen zijn vol water, dat met golven omhoog spat als
de wielen er door rijden.
Bij 't Zand een in den zomer vriendelijk
lachend en aardig in 't groen verscholen dorpje,
eene grijze massa huisjes, dio, voor een oogenblik,
de eentonigheid breken en wat stoffeering brengen aan
't landschap, bij 't Zand buigt de auto rechts af
cn weldra zijn "We in het typische duinlandfecjhap,
dat deze streken zoo eigenaardig maakt. Recht» en links
wisselen de weilanden met do bruine duinen af en ook
hier nog zijn we in do bewoonde wereld; Groote Keotion
beet de buurtschap.
Als ten slotte de auto's stoppen* omdat do weg eindigt,
heeft het gezelschap nog eene wandeling to doen door
drassig terrein, om dan, over de duinen heen, op het,
hier niet zeer breedé strand te komen. Ginds, bij' dien
steeman dam, ligt het zoo op hot oog zoo onschul
dige ding. 't Ziet er heelemaai niet vreescIIJk uit; noch
wat grootte, noch wat uiterlijk betreft. 't Is een half
rond. ijzeren gevaarte, van misschien een meter hoogte.
Blijkbaar zit het nog een eind in 't zand; maar zoo op
het oog Is het, alsof het van onderen vlak is. Bovenop
wat schroeven en moeren en daaraan vost; de voel
horens. Do voelhorens I
WeqEet schip, dat daarmede In aanraking komt: we
zouden over weinige minuten de uitwerking zien van
de ontploffing en het zou ons duidelijk worden welk' ecu
vreesenjk wapen on! -welk een h'elsoh-genlale vinding
zoo'n m(jn Is. Die z.g. voelhorens waren niets andöns
dan een ijzeren staaf van een paar meter, die dwars
over do sluiting van de mijn zit én aan hot einde twee
kleine rechtopstaande ijzeren staafjes heeft. Het Is dui
delijk, dat, rus het ongelukklgo schip deze staafjes aan
raakt, de mijn ontploffen moet, en oven zoo duldelHk Is
fjet, dat, als het boven do m(jn Is gekomen, het de
voelhorens ervan mdet aanraken. Mephisto kon het
niet verfijnder en gènfalcr hebben ultgovondon.
Vooralsnog is het aangespoelde ding onschadelijk,
zoolang men er naar kijkt. Maar aanraken Is verboden
En 'natuurlijk sta je er bij te phllosophderen: dat do
mensch zoon allerwonderlijkst wezen js, zoo'n aller
zotst samenstel van 'goede en kwade eigenschappen,
dat Je er met logische beredeneering nifot komen kunt.
Want waar aan don oenen kant de mensch de meest
verschillende zaken vervaardigt, die dienen moeten om
bet zijn evenmensch aangenaam of dragelijk op aarde
te maken, auto's van den Generalen Staf bijvoorbeeld
- daar is het toch absoluut met do logica in strijd,
dat-ie tezelfder tijd zulke krankzinnïg-hclsche, genlaal-
diaholische voorwerpen vervaardigt als zoo'n mijn.
Enfin, de heerenofficicieren hadden geen tijd tot
phiiosopheeren; ze moesten aan het werk. Hoe dat
„opblazen" van ben mijn nu geschiedt, och. hier
omtrent hebben "d© bladen ai zooveel verteld, dat wij
deze technische bijzonderheden wel achterwege kunnen
laten. Er wordt een lading dynamiet omheen gelegd
men steekt die lont aan en loopt weg... ziedaar! de ver
borgenheden der techniek populair en beknopt ont
huld.
Toen het dan eenmaal besloten was, dat we weg
„Slel mijn krachten niet op de proef, want de kan
sen zouden te ongelijk zijn." Paulsen richtte zich
in zijn voile lengte voor den kleinen officier op.
„U kunt tegen mij zeggen wat u wilt, het laat mij
volkomen koud, maar nog een enkel woord over mijl
bruid, cn hij wees met een veelzeggend gebaar
naar do deur.
Zoo 4ets kon de officier niet langs zich been la
ten gaan. „Wat let mijl" stiet hij uit en zijn hand
greep naar de sabel.
Maar I'aulsen's gespierde hand legde zich zwaar
op zijn arm. „Laat dat ding zitten, mijnheer, ik zou
bel u afnemen en door midden breken, en u zou
bet uw epauletten kosten."
De luitenant kon zijn arm letterlijk niet bewe
gen, hij meest op dat oogenblik eenvoudig voor de
jrootere physieke kracht van zijn tegenstander wij
ten. Hij trad terug, de schilder liet hem los.
Met aanwending van alle krachten bedwong hij
zich, en 6af gehoor aan zijn verstand, dat hem ver
bood meer te,zeggen of iets te doen. „U zult van
mij hoorcu," sprak hij met bevende stem, doods
bleek ging hij heen.
Buiton laaide zijn woede eerst volkomen, toen hij
jehpel begreep, wat er gebeurd was. Hij was bo-
eedigd geworden met woorden niet alleen, maar dooi
de heele historie. Maar dat alles zonk in het niet
bij hetgeen er verder had plaats gevonden. Men
had hem de deur gewezen, men had hem aangegre
pen en hem met geweld verhinderd zijn wapen te
gebruiken.
Tandenknarsend ging hij do trap af; het liefsto
was hij weer teruggekeerd en had don ellendeling
met zijn sabel bewerkt. Maar twee dingen hielden
heu. terug: zijn aangeboren schuwheid om in het
Open) anr op te treden en tegelijk de twijfel, of hot
hem wel zou gelukken een dusdanig voornemen
uit te voeren. De reuzenkracht van den sohilder had
hem geïmponeerd. Maar voor de sabel zou hij hom
zouden loopen, besloten wij, dat het een heel eind
zou zijn ook. Jo kon nooit weten... een stukjo van
een scnerf In je gezicht te krijgen is minder aange
naam. En tegen den wind in liepen we een 800 tot
900 meter verder, waarna we wachten.... 't Duurde
vrij lang eor de ontploffing kwam, maar zij nader
de, naderde.... Nog drie soconden, nog tweo, nog
een.... daar flikkert licht, daar klinkt oon, doffe
knal, als van ver verwijderd onweer, en een intei,
dichte, zware en zwarte rookwolk stijgt omhoog en
verdwijnt langzaam in zee.
Was gebeurd. Het gevaorlijke ding was on
schadelijk. We liepen haastig naar do plaats toe
waar hot lag om de Identiteit ervan vast to stol
len, indion dat nog mogelijk was. Lozer, van do mijn
die toch, laten we zeggen, een omvang had van 1
meter, en welker hoogte ook ongeveer een meter
bedroeg, was niets, niets over. Ja toch, do heer
Prillevitz, de adjudant van den vico-admiraal, raapte
een stuk ankerketting op, een der andoro heoren
oon stukio roestig plaatijzer. Dat was alles. Do rest
was verdwenen, onnaspeurlijk, onherroopolijk ver
dwenen. In plaats daarvan was in hot strand een
gat geslagen, waarin oen der kapiteins, die mede
aanwezig was, een zwaargebouwd man van flinke
lengte, stond en nog wel een halven motor beneden
do oppervlakte bleof met zijn hoofd .Dit gat was zui
ver kegelvormig ln den grond geslagen en had een
middellijn van, naar schatting, vijl' nieter, terwijl de
„krater zooals we reeds zeiden, minstens twee
meter diep was. Rondom het gat was het natte
zand in kleine hoopjes gestrooid; het waren precies
rnolshoopen en het geheele strand was er mede be
zaaid. Van den steenen dam waren een paar stee-
non los. Dat waren alle sporen, die de mijn nage
laten had. Een der schildwachts, die aan den vóór
den- windschen kant gestaan had, vond in zijne
nabijheid eonige stukkon ijzer.
Naa de ontploffing, die, naar wij vernamen, tot
in den Helder gehoord werd, ofschoon wij, dio ach
ter den wind hadden gestaan, haar slechts als een
doffe, zwakke echo hoorden, kwamen de Groote
Keeters toeloopen. „Jongo, da's een baas!" zeiden ze,
toen ze 't gat zagen,
Boven in do duinen vonden we 't eerste en eonigo
slachtoffer, of liever oon fragment ervan, 't Was
de vleugel van een zeemeeuw, die eenzaam te bloe
den lag ln de helm. We baggerden weer door moe
ras en zand, klouterden berg op, berg af, en be
reikten veilig en wel de auto's, bij het laatste
Groote Keetscbe huis. De juffrouw d'r huis had ge
bild, vertelde ze, van den schok.
En voort ging het weer, de lange eindeloosheid van
het kanaal af, kilometer-vretend, totdat den Helder
bereikt was. En wij, veilig en lekker bij de warme
kachel zittond alles wat nat was op oen hoopje
een verhaal dichten van een gestrando mijn on
hoe wij die lieten springen.
En dit is het merkwaardige, dat u nu nog niet
weet, hoe het eigenlijk precies geschied is. Maar
het gat is er, en ik geef het u in eene week te
doen om het zoo netjes en zuiver te graven.
Behalvo versohillende officieren van land- en zee
macht* waren do vico-admiraal, de heer Naudln ton
Cate, en diens adjudant, de luitenant ter zee le kl.
Prillevitz, aanwezig.
EEN GEVAARLIJKE SINJEUR.
Het was gisteren ecu emotievolle zitting van de
arr.-rechtbank to Zutphen. Terecht stond con Zekere
L. v. dl. B'., 'thans gedollnoord to Zwolle, beschuldigd
van diefstal van oon rijwiel, Eonlf'gen tijd geleden was
dozo beklaagde van Zutphon. maar Zwolfo gotranspor-
foordi, bij welke gelegenheid hij zich' hevig verzotte,
iïij sloeg, trapte van Zich' af, boet enz., daarbij don
veldwachter-brig-Üt. ML v. d. Mey crnslig aan den
vinger verwondend, terwijl diens collega F. M. v. d.
Vaart eenige wonden aan hot boen opliep. In don cel
wagen had WJ getracht, zich van het léven to bcrooven,
hetgeen echter door do beide genoemde beambten tij
dig genoeg werd ontdekt en verhinderd.
Onder strenge bewaking verscheen bekl. gisteren In
do rechtzaal. En nauwelijks stond hij in het beklaag
denbankje, of de tranen begonnen to vloeion, on be
klaagde maakte een borouwvoüon Indruk. Voortdurend
snikkend was hij blijkbaar niet bljf machte ftonig ant
woord oë do hem gestelde Vragen to geven. Of de
rechtbank al d!o meest mogelijke inseMkkelJjkhold be
toonde, hot ililolpj inJiels, beklaagde bleef suffig voor Ach
uit staren, tau oh dinn mot eon lulden snik' da pijn
lijke stilte verbrekende. Na veel moeite gaf hjf ©en
enkel antwoord, doch het mocrendecl moest do ge
tuigen verklaren. Wegens diefstal werd Iqgon hom een
gevangenisstraf van 6 maanden gcëischt.
Vervolgens stond dezo bckl, v. d. D. terecht, voor
het bovenomschreven verzet Lbij het transport naar
Zwolle. Nog lulde word 'Zijn snikken, en ïhou zou.
ais men bckl. zoo zag, alfermin.se denken, met een
gevaarlijk individu te doen to hebban. De eisch voor
dit feit was 3 maanden gevangenisstraf.
Berouwvol verliet bekl. de zaal, doch' nauwelijks
bulten in do gang gekomen, stortte hij ztpli mot groote
kracht dóór de veldwachters heen, en trachtte to ont
vluchten, hetgeen IxjgrJjpelijkerwjfko oon gewcldfgo con
sternatie gaf. Met v>érconda krachten gelukte hot don
veldwachters, bijgestaan door do marechaussee on an
deren, die ais getuigen ter terechtzitting aanwezig waren,
hem zwaar tc boelen.
Onder escorte werd hlf vervolgens, do handen op
den rug geboeid, naar niet station te Zutphen per
celwagen vervóerd, ora hem van daar naar Zwolle
terug te transporteeren. Bif aankomst aan het slation
to Zutphen center, had v. a. B. kans gezien, dc boelen
over zffn hoofd naar voren te brengen, op onverklaarbare
wijze een schoenveter los te maken, en deze om den
hals te strikken. Na mot ©en sterk' koord nog eens
extra zwaar geboeid te zijn, werd hij onder strenge be
waking in den trein naar Zwolle geplaatst. N.Ct.
HOOG WATER IN FRIESLAND.
Men schrijft uit Friesland aan de NL Crt.:
Ons gewest heeft als in, 1910 geducht te lijden van
het water. In onderscheidene deelen der provincie Is
het weiland herschapen 'in een onafzienbare waterplas.
Do eene polderdijk na de andere bezwijkt cn de om-,
wonende bevolking heeft liet water in kelders cn slai-
ien. Het wolvce moet hier cn daar worden gestald,
voor zoover het niet reeds In het opdringende water
is bezweken.
Te Wartena, wnar in 1910, toen de heer TWma,
dc toenmalige minister van Landbouw, daar een kljkfo
kwam nemen, dc grintweg zelf was ondcrgeloopen, is
dit thans woor het geval. Het water golft ovor den
dijk. Er zfjn van gemeentewege planken gelegd, met
balkon als onderleggers, als oen hoodpad, terwijl men
daar druk bozig is nu, om oen poelbrug ovor den' weg
te maken yoor dé voetgangers en rijwielen. Jn 1910
gescliieddo ©r de overtocht por vaartuig. Wef is waar
staat er 'do weg nog niet zóóver onder water nis In
1910, maar toch is hij rcccls over ©cn lengte van 50 a 00
M. ondcrgeloopen.
Evenals In 1910 komen ook thans veTen hier eon
kijkje nemen naar dé waterzoo, welke Zich naar alle
kanten onafzienboar ver uitstrekt.
Vooral do zuidkant van hot dorp hoeft hét zwaar
te verantwoorden. Ook de weg van Garijp naar Eeeno-
woude Is op sommige plaatsen ondcrgeloopen. Zóó
erg ais in deze omgéving is hot gelukkig Tang "Wet
overal in dozo logo Tanden aan de zee gestold, maar
toch het Is een voldlongen feit, dat hot water kchlor
overal in dJt gowest Jin deze dagen oen geduchte vljun<f.
is van onze 'nijvere plattelandsbevolking, dl© daarvan
veel overlast oir schade ondervindt. Modderwegen cn
voetpaden welke hier als verbinding tusschen de klei
nere dorpen en ter bereiking van gehuchten on af
zonderlijk gelegen boerderijen vele worden gevonden zijn'
overal zóó drassig, dot ze schier onbegaanbaar zijn ge
worden, ook af zijn ze niet geheel ondcrgeloopen. Men
ziet hier dan ook algemeen zeer verlangend uit naar
heldor vriezend weer met Oostenwind. Dan toch stroomt
het overtollige water Spoedig weer af naar zee en krlj
gen wjf wat verademing.
GEVAARLIJK KINDERSPEELGOED.
Men Schrijft uit Goes aan dé N. Crt.:
Hot 11-Jarg zoontje van dén héér JL M. alhier, ver
mankte zich gistermorgen "met eon z.g. klndérpistoer
tje waarop dopjes konden geplaatst worden om af Ie
schieten, IIIJ schudde het busje met dopjes, dal .plot
seling ontplofte en den knaap zeer ernstig verwondde.
Een duim van de rechterhand, henevens eenige stuk
ken van de vingers werden afgerukt, zoodat de knaap
voor zfjn geheele verdere leven ongelukkig zal zijn.
Aan olie ouders een waarschuwing, bij het uitzoeken
van speelgoed voor hun kinderen terdege toe tc zien.
Te Amsterdam is Dinsdag per auto-ziekenwagen
naar hel Wllhelminagasthuls vervoerd een 11-jarigo
knaap, die zich in de ouderlijke woning aan de Veer-
straat bij het spelen met een flobertpistool in dén buik
had geschoten.
TREURIG.
Men 'Seint uit Véondam aan do NL Crt.:
Vermoedelijk door dat zich oen dynamietpatroom ln
de steenkool bevond, had een ontploffing plaats in dé
machinefabriek van dé firma OUng. Do vijftienjarige
Tan Holman .werd door oen stuk ijzer getroffen cn
bekwam oen schedelbreuk. De toestand van den knaap
is zeer ernstig.
HKLK-AUTOMATEN.
In .Engeland gebruikt men melk-automaten, welke
evenals ae chocolado-automaten en die voor perron-
kaartjes, voor eon stuiver het verlangde verschaffen. Voor
verecniglngen, dio ter bevordering van do volksgezond
heid hot drinken van molk willen bevorderen, zou hot
aanschaffen van dergelijke molk-automaten een punt
van overweging kunnen zijn. ITét zou wel de genui Ie
le olijks te manier zijn, om op wandelingen, in plantsoe
nen enz. melk onder bereik van ledereen te brengen.
BLOEIENDE KLOMPENINDUSTRIE.
Terwijl het in velo bedrijven slooht gaat door don
oorlog, gaat het met de klompenindustrie in Maas
on Waal andersom. De prijzen zijn niot onaanzien
lijk kgeategon, modo door het duurdere hout, maar
do vraag naar klompen is veel grooter dan in tijd
van vrede.
Do uitvoer heeft veel meer to beteokencn dan
onder jaren. Gold.
nog eenmaal hebben of nog beter voor het pistool.
De luitenant had sedert zijn leerjaren aan de krijgs
school niet meer gevochten.
's Nacht0 eerst kwam hij thuis. Tegen zijn moe
der zei hij kort ert met een donker gezicht, dat Ella
naar München gereisd was.
„O lieve hemel en ik had gedacht, dat je
haar zou meebrengen, niemand had dan iets be
merkt. Wat moeten wij nu doen?"
„Dat komt wel in orde," antwoordde de zoon. „Zij
komt op eon goeden dag wel weer terug, en bidt en
bedelt, wanneer zij er zit zonder haar schilder
dan zijn wij weer goed genoeg. Maar dan komt
mijn tijd, dan" hij staardo naar don vloer, hij
zag haar reeds smeekend en bedelend voor zich lig
gen zij was zoo mooi, nog altijd mooi, ook als
zij daar neerlag een zinnenverwarrend visioen
hij knarste op de tanden en streek met do hand over
de oogen hij wilde niet meer zien.
„Wat heb je, Julius?" vroeg zijn moeder, entrad
bezorgd op hem toe.
„Acli, haat haat stiet hij uit.
„Heb je dan met hom gesprokon?" vroeg zij,
na.dat zij haar zoon een oogenblik zwijgend had op
genomen.
„Ja. Doch vraag mij niets ik zal u later alles
vertellen. Hel hangt mij do keel uit voorshands is
or niets aon te doen. Hij blijft nog in Berlijn,
zij is naar Munchen, naar do persoon over wie hij
sprak."
„Maar wat moeten wij de menschon dan zeggen?
Dat wij haar weggezonden hebben?"
„Ja natuurlijk. Het zal hot beste zijn." De ech
te Keilers dachten -altijd hot eerst aan zich zelf.
„Wil jo nog niet wat eten, Julius? Allos staat
nog klaar. De thee Is nog warm."
„Ach, laat mij met rust, ik ben moe."
„Dat kan ik mij denken tweemaal op e e n dag
zulk een reial Mijn arme jongen I Maar je moest
In het leven dor vrouw Is liet keeren der jaren
een tijdperk van veel zorg cn ziekte. Het openbaart
zich foor pijn in den rug, hoofdpijn, 'duueUghtfkty
gevoel van slaperigheid na don maaltijd, opstijgingen
van het hlocd, benauwdheden, eon gevoel vnn zwaarte
tn don onderbuik, in hot kort door do vmchljMeléh,
dio goponrd gaan aan een slechte wcrldng dor nioron.
Waait dc onzuiverheden, dio vroeger op geregelde lij
den werden verwijderd, blijven voorlaan gedeeltelijk
in het lichaam achter cn kunnen niet wonden nfgo-
voardi, wanneer da nieren niot voldoende kracht hob»
bun om hot bloed voortdurend tc fillreeren.
IIol is daarom, dat hot vooral ln dit tijdperk nood
zakelijk is Fosters Rugpijn Nieren Pillen to gebrui
ken, dio de nieren opwekken en herstellen, cn haar
geschikt maken tot haar belangrijke taak, waardoor
do gezondheid van het gohoole organlsmo verzuurd
worat.
Te Schagen verkrijgbaar bjj J
Rotgans, Drogisterij „Hét Wltto
Kruis", Molenstraat 0 14. Toe
zending goschiodt franco na ont
vangst van postwissel h f 1.75 voor
één, of f10.— voor zes doozon.
Eisoht de echte Foster's Rug
pijn Nioron Pillen, weigert elke
doos, die niet voorzien ia van
nevenstaand handelsmerk.
toch nog iets eten."
„Noen, ik kan niet goeden nacht."
Vlug ging hij de kamer uit.
Zijn moeder keek hem na. „Ja, ja die lange
reib, en wat heeft die niet gekost I En dat al
les terwille van Ella!" Zij zette het brood weg
en dacht er verder over na, hoe men de vlucht van
Ella den menschen het meest geloofwaardig kon
voorstellem O, iemand de duimschroeven zoo aan
to zetten! Manr Ella zou het nog eens onder vindon,
dat zij zooveel drukte en ergernis veroorzaakt had.
Heller vertelde den volgenden morgen zijn ont
moeting met don schilder aan zijn commandant. Ook
sprak hij over de vlucht van zijn nicht, natuurlijk
onder het zegel der geheimhouding.
De majoor krabde zich achter de ooren. „Dat is
een leelijke geschfedenis, beste Heller. Eigenlijk had
ik van mijnheer Paulsen zulk een streek niet ver
wacht" over de dame sprak hij geen oordeel uit
„de jaren der eerste jeugd had hij toch achter
zie li liggen. Maar dat is tenslotte hetzelfde, men
heeft alleen met de feiten te rekenen. En dus
als ik mij met uw familieaangelegenheden mag.ho
mooien tracht u door eon zooveel mogelijk tege
moetkomende welwillendheid te bereiken, dat bin
nen don korst mogelijken tijd een huwelijk tot stand
komt. Een voorwendsel, om de afwezigheid van uw
nicht te bemantolen, is er toch wel te vinden, denk
ik. Gebabbeld wordt er toch, dat blijft nooit uit,
maar men moet daar tenminste tegen doen wat
mogelijk is. U hebt in ieder geval als man van oer
gehandeld, wat ik van u trouwens niet andera ver
wacht had, door zoo flink tegen den ontvoerder
van uw nicht op to treden."
Wordt vervolgd.
ji cru