Alpien Nieuws-
Aiïefieitie- Mmllai,
WOENSDAG 10 MAART 1015.
58ste Jaargang. No. 5553.
UitgeversTRAPMAN Co.
Raad van Schagen.
SCHAGER
COURANT.
Dit blad verschijnt viermaal per weekDinsdag, Woensdag
Donderdag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 9 ure wor
ien ADVERTENTIES in het eerst uitkomend nummer geplaatst.
SCHAGEN, LAAN D 5. - Int. Teleph. No. 20.
Prijs per jaar f 3.Per post f 3.60. Losse nummers 5 cent
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct
Groote lottere worden naar plaatsruimte berekend.
Plaatselijk Nieuws.
Vergadering op Dinsdag 9 Maart 1915, voormid
dags 10 uur. Voorzitter de heer J. P. W. van Doorn,
burgemeester; secretaris de heer A. C. Roggeveen.
Afwezig de heer F. v. d. Kamp.
Na opening door voorzitter, leest de secretaris
3 notulen, die worden goedgekeurd
Mcdodeeling volgt, dat de gemeenterekening dienst
1913 goedgekeurd van Ged. Staten is ingekomen, met
-en kleine opmerking van administratieven aard.
Goedgekeurd zijn verder wijziging verordening
voor schoolgelden, wijziging tot aanvulling der al-
gemeene politieverordening en wijziging verordening
op markt- en waaggelden. j
Het ingekomen verslag der commissie tot wering
van schoolverzuim luidt gunstig: geen enkel geval
behoefde te worden behandeld. 'Voor kennisgeving
aangenomen. i<
Ingekomen is een adres aan den Raad gericht door
H IJ. S. M.f om le mogen overgaan tot het
plaatsen, hebben en onderhouden van waarschu -
wingsborden in deze gemeente aan de tramlijn Alk
maar—Schagen. Voorzitter stelt voor dit in han
del te stellen van B. en W.
De heer Meurs zou bij deze gelegenheid willen
aandringen op afsluitboomen op de Loet.
Voorzitter zegt, dat daarop reeds eerder is aange
drongen, doch zoowel de H. IJ. S. M. als Ged. Sta
ten achtten ze'overbodig, waarop B. en W. bericht
ten, de verantwoordelijkheid voor de veiligheid daar
niet te'aanvaarden. Voorzitter zegt: we kunnen nog
eens vragen om afsluitboomen.
De heer Meurs zou dat graag doen, al zal 'tniet
direct helpen, 't zou toch indirect nuttig zijn. En
indien we bij Ged. Staten aan 't eind zijn, zou
spreker zelfs bij den Minister deze zaak wel aan
hangig wenschen te maken.
Laten we er voor doen wat we kunnen. Afsluit
boomen -zijn daar noodzakelijk. .Kunnen we het
niet halen, dan is 't niet anders. De opoffering voor
bediening zou echter voor de H. IJ. S. M. al 'zeer
gering zijn, vindt spreker, die dit nader toelicht.
Voorzitter acht het een beginselkwestie van de
H. IJ. S. M. Op de tramlijnen hebben ze nu 'een
maal geen afsluitboomen en gaan ze er toe over,
dan zou dat overal moeten gebeuren. En er zijn
zooveel kleine tramlijnen in ons land. De verlich
ting bij de Miede bijv- was al een soortgelijk geval.
Nu zijn allo halten, enz. wel niet in even groote
mate gevaarlijk wat overgang of verlichting betreft,
doch 't is eenmaal een beginsel der H. IJ. S. M.,
waar we hier mede te doen hebben.
De hr. Meurs: Maar we hebben subsidie betaald on
der voorwaarde dat er afsluitboomen komen. En nu 't
zoover kwam zijn er geen afsluitboomen. Dat vind
ik niet eerlijk, 't Is toch als conditie gesteld on
zerzijds bij do toekenning van subsidie. Dan hadden
ze moeten zeggen: dat doen we niet.
De heer Roggeveen vindt ook, dat op die voorwaar
de, bij onze subsidie bepaald, gewezen zou kunnen
worden. I
Do heey Trapman merkt op, dat onze 'voorwaar
den destijds zijn getroffen, ja, maar met de Tram-
vereonicing, doch niet met de II. I.T. S. M.
Voorzitter zegt, dot de Noorderstoomtramweg-Mij.
de zaak heeft overgedragen aan de H. TJ. S. M.
De heer Koster zou, daar de oplossing wel eens
wat lang 'kan duren, graag spoedig doeltreffende
maatregelen nemen ter voorkoming van ongelukken
die men daar werkelijk veel kans löopt te krijgen.
Ais we bij H. IJ. S. M., Ged. Staten en Minister
niet klaar komen, zijn we nog even ver. Gevaar is
er, daarover is de heele Raad het eens. Welnu, dan
zoodra mogelijk er alvast in voorzien. Ook dringt
spreker op betere verlichting bij het tramstation
daar aan. Dat is eveneens noodig.
Voorzitter vraagt, hoe de heer Koster zich voor
stelt het gevaar op te heffen: 'een man met een
vlag, afsluitboomen? Zoo'n man ter bediening van
een waarschuwingsvlag, zou voor ons echter duur
komen en er den heelen dag nagenoeg moeten ver
blijven. I' 1
De hoer Koster geeft toe, dat het duur zal wor
den, doch er moet wat gedaan worden.
Voorzitter zegt: we zullen zien wat we klaar kun
nen. krijgen en wel zoo spoedig mogelijk zullen we
bij den Minister aankloppen en ons beijveren, de
zaak voor elkaar te krijgen.
Voorzitter brengt nu ter tafel eep verzoek van
een stoomcaroussolhouder, om aan liern de staan
plaats te verhuren voor de jaren 1916, 1917, 1918
en 1919, voor f 1250 per jaar.
Voorzitter merkt op, dat de bedoeling van adres
sant dus is: hem de plaats onderhands te gunnen,
en herinnert eraan, dat dit voorheen ook zoo ging
tegen een huursom van f 750 per jaar. De publieke
verpachting bracht dit jaar voor den stoomcarous-
sei f 1013 op. Voorzitter 'stelt voor, dit adres in
handen te Stellen van B. en W, om af te wach
ten, wat de verdere loop van dit verzoek zal zijn.
De heer Trapman zegt, het in handen stellen van
B. en W. goed te vinden. Maar wat sluit dat in
zich? Dat B. en W. ook een 'beslissing zullen ne
men? Ik zou 't jammer vinden, als wij met die
verpachting gingen breken. Heel graag wil ik B. en
W. tijd geven tot overweging 'en dan zien, dat zij
met hunne meening in den Raad komen. Goedge
vonden.
Aan de rorde is benoeming van leden der stem
bureaus. Voor de 2e Kamer worden als zoodanig ge
kozen dc heeren W. Roggeveen en D. Smit.'Voor de
Provinciale Staten de heeren P. Trapman en P. Boe
kei. Voor den Gemeenteraad de heeren P. Meurs
en J. Schoor!. Als reservelid, dat er moet zijn, wan
neer er meer verkiezingen moeten zijn, wordt de
heer J. Koster benoemd. Door allen aangenomen.
Volgt voorstel betreffende aanbesteding van dem
ping en rioleering van de slooten langs de Ooster
straat en voor den Stationsweg.
Voorzitter zegt: De heeren weten'dat dit punt op
de voorlaatste vergadering in December jl. is ter
sprake gekomen, doch toen was er nog geen advies
der Gezondheidscommissie. In de laatste vergade
ring in Januari jl. was dat er wel, en is bepaald,
spoed met de zaak te maken. De kosten waren ge
raamd op f 3690 toen de aanbesteding voor de deur
stond hebben B. en W. 'n laatste raming laten maken!
Die raming week aanmerkelijk van de eerste ra
ming af. Ten eerste door duurdere grondstoffen en
iweedena, omdat in de eerste raming een vergissing
was gemaakt. De aanbesteding heeft plaats gehad
en was iets hooger dan de tweede raming van B.
en W. Het Dag. Bestuur heeft het niet gegund,
doch aangehouden, om den Raad eerst er in te ken
nen, alvorens te gunnen.
Daarom komen wij er nu weer mee in den Raad,
om voor te stellen het werk uit te voeren zooals
ter vorige vergadering is aangenomen. Alleen wordt
er uitgelaten bestrating van de Oosterstraat, daar
beter geacht wordt, daar eerst den grond te laten
bezakken. Anders toch zou het straatwerk daar spoe
dig aan verzakking onderhevig zijn. De raming van
da' straatwerk was f 1300. B. en W. vragen dan
aan 'den Raad machtiging om uit te voeren het
Werk voor't bedrag als waarvoor is ingeschreven.
De ;heor Roggeveen wijst er op, dat met een
stom 'meerderheid besloten is, tot demping over te
gaan. Als het niet bepaald noodzakelijk is, zou spr.
geen uitgaven willen doen, die de begrooting zoo
belangrijk (met ongeveer f2000) zullen overschrij
den. In <\eze omstandigheden moeten we de zuinig
heid betrachten. Wanneer we dus enkel konden be
sluiten tot demping van 'Oostersloot en rioleering,
dan komen we tot f 1500 kosten. Dat zou wel aan
te bevelen zijn. Want demping van 't tweede ge
deelte kan altijd nog Vel plaats hebben, zonder
verlies van arbeid of geld.
Als de gezondheid het mocht eischen, zou het ri
ool in verbinding kunnen worden gebracht met het
andere riool ,dat uitmondt op de Langesloot.
De heer Boekei zegt, dat het idee van B. en W.
hem juist toelacht. We zouden, wanneer de Nieuwe
Laagrij doorgetrokken wordt, in Schagen een plein
krijgen, dat gelegenheid geeft tot plaatsing van een
schouwburg, etc. Spreker vindt het,best, daar een
plein tei maken. i
De heer Koster wil gaarne het voorstel van den
heer Roggeveen steunen, hij vindt het ook plicht
de zuinigheid zooveel mogelijk te betrachten. Spr.
is door deskundigen de opmerking gemaakt, dat af
graving van den bestaacden grond en wel tot 18
cM., wenschelijk was. Met 'dien afgegraven grond
zou dan de demping der Oostersloot kunnen ge
schieden. Ik heb het zelf bekeken, zegt de heer
Koster, en deel die opvatting. Spreker wil graag
nader onderzoek in deze. 1
De heer Hopman acht het zeer ongewenscht, daar
grond af te graven om er de sloot mee te dempen,
't Lijkt spreker niet goed toe, dat bouwterrein te
gaan afgraven. Zoo hoog is T daar niet.
Voorzitter zegt, dat het jammer zou zijn, als de
Raad het idee Koster aannam, 't zou tot groote sto
ring en uitstel leiden. Voorzitter bespreekt nog eens
dat B. en W.'het gewenscht achten, er met de be
strating te wachten. Een deel van den straatweg
toch zal over 't nieuwe gedeelte komen, de helft
ongeveer. Dus 'voor die helft ,zou verzakking te
vreezen zijn.
De beer Trapman zegt, dat het idee 'van den heer
Koster hem niet toelacht In andere streken is het
niet zoo vochtig als hier en daar kan men beter
afgraven. Maar hier is in 't 'algemeen veel tegen
afgraven van bouwterreinen. Plekjes die laag zijn,
kunnen beter verhoogd worden, dan plekjes die te
hoog zijn, te verlagen. Maar: zullen we overgaan
tot demping van 'de groote voorstoot? Bij deze
vraag rijst een kwestie 'van smaak. De een houdt
van pleinen, de ander van water. En over smaak
valt niet te twisten. Is demping van de Groote Stoot
de groote kosten waard, die daarmede gepaard
gaan? dat is hier de groote en beslissende vraag.
Demping Oostersloot en rioleering en bestrating
Oosterstraat zullen f 2785 kosten. Het straatwerk
eraf, zal dus de Oostersloot van alleen dempen en
rioleeren f 1485 kosten.En het dempen van de groo
te voorstoot alleen f 2715. Als men er een plein
van maakt en wil men dat plein productief maken,
zooals de heer Boekei, dan moet daar bestrating
zijn. Wat nog een ruime twee duizend gulden kost.
Het dempen van deze stoot, die absoluut geen na
deel voor de gezondheid oplevert, zal dus alleen al
een kleine f 5000 kosten en dat alleen, omdat men
het mooier vindt. In zooverre is 'spreker het met
het voorstel-Roggeveen eens, dat er niet zooveel
voor uitgegeven moet worden, werkelijk, we kun
nen ons niet gerechtigd achten, zoo veel uit te ge
ven voor een zoo weinig urgente zaak als de dem
ping van deze sloot. Egaliseeren we het terrein en
maken we er een plantsoen van, vordert dat even
eens een heele som vóór we er mee klaar zijn, on
geveer volgens begrooting f 500 h f 600. Die bere
kening lijkt'spr. veel te laag, en hij grondt dit te
vens op het feit, dat alleen 'voor beplanting daar
f 20 is geraamd. Dan heeft men zijn eischen toch
al zeer laag gesteld. Ik geloof intusschen, dat we
hiermee de tweede vergissing op de eerste zouden
stapelen. Spr. blijft demping ontraden. De redenee
ring des heeren Boekei, om daar een plein te ma
ken dat met kermis rentegevend zou te maken
zijn, acht spr. ook niet opgaande, ziende de weinige
revenuen, die tot dusverre te maken zijn geweest
met terreinen liggende zoo ver uit het centrum der
gemeente.
De heer Trapman voegt hier nog aan toe, dat hij
verbaasd heeft gestaan over de houding, die B. en
W- in deze zaak hebben aangenomen. Het besluit
van den Raad ten opzichte der demping is geba
seerd op onjuiste cijfers. De raming van f 3690 bleek
niet te sluiten, men had zich een kleine f 2000.
verrekend. Dus heeft de Raad vorig maal een be
sluit genomen op cijfers die niet deugden, 't Had
dus op den weg van B. en W. gelegen, om bij
den'Raad te ikomen om, gezien de heel andere cij
fers, te vragen: vindt men nu nog goed, tot aanbe
steding over te gaan. De nu gevolgde manier vindt
spr. niet goed, 'daar de medezeggingschap van den
Raad op deze wijze wordt verkort.
De heer Hopman meent, dat de heer Trapman
ten opzichte van die f 20 voor beplanting een ver
keerde meening heeft. Bedoeld is daar grasveld,
met er omheen een boomenrij. Daarvoor is dat
bedrag niet zoo vreemd. 1
De heer Trapman vindt, dat het ook'in deze blijft
een kwestie van smaak en zou wat daar gemaakt
moet worden 'in overeenstemming willen zien ge
bracht met 't plantsoen, dat er naast ligt en waar
van hqt een vervolg zou moeten zijn. Spr, acht het
een verkeerde methode, het te primitief op te zet
ten, dan komt men later voor allerlei verrassingen
te staan. 1
De hoer Buis vindt, dat we met het plan moeten
doorgaan, al erkent spreker, dat het een duur plan
is. Het doodloopeude gedeelte daar is een verba-
zand stinkende sloot en demping daarvan zal toch
wel zeer spoedig noodig zijn. 1
c órzitter zegt, dat bij niet demping nog een brug
ook noodig zou zijn. Dat zou er dan ook nog bij
komen. Ton aanzien van de opmerking vaan B. en
V/. van den heer Trapman, zegt voorzitter, dat we
tocli niet zoozeer in verzuim zijn gebleven. Wij heb
ben het den Raad voorgesteld, dë aanbesteding ge
publiceerd, we komen er nu mee in den Raad. Wat
wil men nu nog? Toen de Raad besloot het werk
te doen, heeft de Raad niet de machtiging aan zich
gehouden, maar die, zooals hier gebruikelijk is, aan
P. en W. overgedragen. En nu vragen wij: wat wil
len de heeren nog? Wij zijn dus niet zou in ver
zuim.
De heer Buis "is ook van meening, dat B. en W.
niet zooveel verzuimd hebben, waar zij er den Raad
nu in willen kennen. B. en W. hebben eens willen
zien of het werk mee- of tegenviel en daarom eerst
een aanbesteding gehouden. j
De. heer Trapman zegt: We moeten de 'kwestie
zuiver stellen. We zijn begonnen, bet in den Raad
te behandelen. Daarbij "hadden B. en >W. cijfers,
door den gemeente-opzichter verstrekt. Toen is de
beslissing gevallen, 'maar later is gebleken, dat er
een vergissing was, zoodanig, dat die 'van grooten
invloed kon zijn. B. en W. hebben eigenmachtig een
gedeelte van dat werkail het bestek gelicht en in
de eene Schager Courant, ziet men'advertentie met
bet straatwerk er in opgenomen en in de tweede
Schager Courant leest men een andere adverten
tie, waar B. en W. het straatwerk hebben uitge
licht. De redeneering van den heer Buis volgend,
hadden B. en W. tot'de gunning kunnen overgaan,
immers de aanneemsom was vrijwel gelijk aan de
laatste begrooting. Maar B. en W, hebben wel ge
voeld, dat zij te ver zijn gegaan en hebben begre
pen den Raad er in te moeten kennen. Maar 'dat
had toch eerder moeten gebeuren, direct na het
krijgen van andere berekeningen. -'
Na nog eenige bespreking over rioleering enz-,
komt het'voorstel-Roggeveen in stemming en wordt
met 7 stemmen voor aangenomen. De groote stoot
zal dus'niet worden gedempt. "Vóór stemden de hee
ren Smit, Bijpost, Roggeveen,Meurs, Koster, Schoorl
en 'trapman. Tegen de heeren Buis, Hopman en
Boekei.
Volgt voorstel van B. enW. tof't verleenen van
toelagen aan gehuwde vaste gemeentewerklieden, die
niet onder de wapenen zijn, in verband met duur
dere levensbehoeften. De bedoeling is een wekelijk-
sche toelage van f 1 te verstrekken vanaf 1 Maart.
Een 6-tal werklieden zijn als daarvoor in aanmer
king komend op een lijst gezet. Voorzitter ligt het
voorstel toe en wijst er op, dat de uitgaven die er
door ontstaan, niet zoo belangrijk zijn; dat gezinnen
met f 10 of f 12 wekelijksch inkomen moeilijke tij
den hebben en dat B. en W. meenden dit voorstel
te moeten doen.
De heer Trapman brengt er B. en W. hulde voor.
Alleen is 'de vorm van het voorstel spreker niet
sympathiek. Men heeft hier1 te doen met een
zestal personen, waaronder er zijn van wie ge
zegd kan worden, dat zij ook in normale omstan
digheden te kort 'verdienen, een feit als het is, dat
onze gemeente, wat haar salariëering betreft van
haar werklieden, staat beneden het peil van wat
door particulieren wordt betaald. Het spreekt dus
vanzelf, dat 'in tijden 'als deze, die druk op die te
lage inkomensdubbel wordt 'gevoeld. Waar wij al
len onder de tijdsomstandighéden lijden, is het
volstrekt niet erg, dat de werklieden dat ook doen,
maar 't is de vraag of die druk niet te zwaar is. En
waar een werkman voor het grootste deel zijn toon
heeft om te zetten in levensbehoeften en deze thans
zeer duur zijn, zal die druk op hem het zwaarst
zijn. Hulp is dus noodig. Maar het bezwaar, dat
spr. tegen het voorstel van B. en W. heeft is dit,
dat onder deze personen die B. en W. voorstellen
enkelen zijn, die door den eigenaardigen aard hun
ner dienstbetrekking, op Donderdagmorgen er zoo
veel extra bij verdienen, dat zij veel meer inko
men hebben dan de andere ambtenaren,
die door B. en W.'s voorstel geen vergoeding zul
len krijgen en dat acht spr. verkeerd. Laten B. en
W. in een vergadering die zeer spoedig is te beleg
gen komen met een voorstel voor verheoging van
loon van die gemeentewerklieden, die daarvoor in
aanmerking komen. Meer rationeel als men dan zal
helpen en tevens ontzeilt men dan de klip, dat men
onrechtvaardige verhoudingen schept. Spr. wijst nog
op een losvasten of vastl ossen stoker 'op de gas
fabriek, die door de regeling als B. en W. voorstel
len, buiten de 'vergoeding zou vallen. Ook dit wil
spr. niet. 1
Voorzitter zegt, dat B. en W. 'meenen, dat als er
rationeele verandering in moet gebracht worden,
dan de behandeling der begrooting daarvoor de tijd
is. Maar nu meenen wij, dit voorstel te moeten doen.
De heer Roggeveen wijst op de vele kleine za-
keamenschen, die dezelfde moeilijke tijden hebben
als de werkman. Zij verdienen minder dan in nor
male tijden, terwijl het toon van den gemeentewerk
man toch niet minder is dan in normale tijdsom
standigheden. En die kleine zakenmenschen zullen
ook moeten bijdragen in den toeslag aan de ge
meentewerklieden. Spreker is niet voor het geven
van 'toeslag. f
Voorzitter licht'toe, dat het bedrag over 3 maan
den f 72 is. En dat die andere burgers daaraan bij
dragen voor gemeentewerklieden die het werkelijk
noodig hebben, vindt spreker niet zoo erg.
De heer Koster wil B. en W.'s voorstel wel steu
nen, maar zoodanig 'uitgebreid, -dat er in opgenomen
worden de personen die nu uitvallen. En'ook is spr.
voor het trekken van een grens. Een loonsverhoo-
gtog zooals de heer Trapman wil, is een punt dat
bij de begrooting kan worden behandeld. De com
missie van de vorige begrooting was unaniem van
meening, dat loonsverhooging moest plaats hebben,
gezien de lage loonen die de gemeente betaalt. De
tijdsomstandigheden deden voorstellen tot verhoo
ging achterwege blijven, maar dat zal spr. niet meer
gebeuren. We zien immers nu, dat geholpen moet
worden. Spr. zou 'evenwel voor de hulp een grens
willen trekken en daarin alle beambten opnemen,
die beneden dat loon verdienen.
Den heer Koster wordt gewezen op het feit, dat
enkele personen in dienst der gemeente weinig toon
verdienen, omdat zij het meest aantal uren in an-
derer dienst zijn. Die menschen kan men op dat
kleine lccoa toch ges» toeslag geven.
De heer Trapman, dit bezwaar volkomen beamend,
wijst er op, dat dit ook het geval is met personen,
die B. en W. voorstellen, een toeslag te geven. Men
moet als gemeentebestuur met een maat meten.
Ontzeil daarom die onbillijkheid en verhoog het loon
van hen die daarvoor in aanmerking kornên.
Do heer Meurs wil liever niet op een draf do sa
larissen een-twee-drie gaan verhoogen, maar liever
voorloopig in den eersten nood voorzien als door B.
en! W.'s voorstel wordt bedoeld.
Het voorsiel-Trapman verkrijgt de stemmen van
do heren Schoorl en Trapman en is dus verworpen.
No nog eenige deliberatie wordt het voorstel van
W. oonnceoomen met als loongrens f 12 per
Don heer Trapman belooft voorzitter, 'ook den
bodwdden stoker in den vorm van loonsverhooging
een vergoeding te geven.'
Het kohier Hondenbelasting wordt met aller goed
vinden opgemaakt tot een totaal van f 371,1
Rondvraag. De beer Bijpost deelt mede, ontslag
als raadslid te vragen, omdat hij de gemeente gaat
verlaten.
Voorzitter; Mijnheer Bijpost, de mededeeling die
u hier doet,'is kort en bondig. Dankbaar ben ik in
tusschen, die een paar dagen te voren hebben kun
nen vernemen en daar tevens bij te hooren van u,
met welke liefde u voor de gemeente bezield zijt
en welks redenen u'er toe brengen Schagen te ver
loten. De Raad verneemt dit nu. En veel gevoelens
van leedwezen over uw vertrek zullen er door wor
den opgewekt, vooral bij de oudere leden. Want 22
jaren hebt u deelgenomen aan de werkzaamheden
van het college en de gemeentebelangen behartigd,
ïu die periode is veel 'veranderd in Schagen, veel
gedaan, waaraan u hebt deelgenomen. Niet alleen
oIp raadslid, ook'als lid der rietbosch-commissie en
vaak als lid van 't stembureau heeft u uwe krach
ten aan de belangen der gemeente gegeven. Ik dank
u voor al wat u heeft gedaan en wensch u verder
nog vele gelukkige dagen toe.
De heer Bijpost antwoordt: Het zou niet volgens
tnijn geest en mijn gevoelen zijn, als ik met een
eenvoudig „dank u" afscheid Taam. waar ik hier 33
jaren heb gewoond.
Ia de eerste plaats dank ik hier de 'kiezers voor
den Gemeenteraad voor het in mij gestelde vertrou
wen. Ook dank ik u, -mijnheer de voorzitter, wet
houders en raadsleden voor de vriendschap en sa
menwerking en niet het minst mede den secretaris,
«toedö bereidwillig en 'vriendschappelijk als hij is.
welke eigenschappen gemaakt hebben, dat wij het
heengaan van zijn sympathieken en emmenten voor
ganger minder gevoeld hebben. Dank voor de samen
werking, waaraan ik gewend raakte om met mannen
var. karakter en overtuiging te werken, dank voor de
sympathie er> achting. Sommigen zijn weg door over
lijden, anderen door vertrek, enkelen door begin-
i=eun; aan allen vraag ik verschooning'voor wat ik
tegenover hen tekort geschoten zal zijn.-
De financiëele toestand heeft zich belangrijk ge
wijzigd in do jaren dat ik lid van den Raad ben ge
weest. als gevolg van veel dat in die jaren tot stand
gekomen is. Of ik altijd mijn best beb gedaan voor
Schagons belangen, om haar bloei en welvaart te
bevorderen, laat ik liever aan anderen ter beant
woording. Maar aan goede bedoeling heeft het 'roe
nooit ontbroken. Wat ik deed, deed ik naar beste
weten. Ik hoep dat het Schagen verder goed moge
c-ian en richt ook tot u allen mijn beste wenschen.
(Applaus,)
De heer Dijpost neemt hierna afscheid en ver
trekt.
De heer Koster zegt; Mijnheer de voorzitter, nog
eens en ik hoop voor de laatste maal, wil ik spre
ken ovier dingen in de oude school. De gang van
zaken noodzaakt mij daartoe. We hebben in den
loatsten tijd beleefd, dat kinderen zich bezeerden
aan de dwarssteunen van 't ijzeren hek. Niet de
eerste maal wordt er over gesproken, 't Verwon
dert me, dat die dingen er nog zijn. 'Moet eerst na
ernstiger ongeval wegneming plaatevinden? De
plaats voor de nieuwe school is vastgesteld. Maar
't zal wel eenigen lijd duren-voor die gclieel klaar
is. Daarom wil ik B. en W- vragen die dingen bin
nen een dog of 5, 6 te doen verdwijnen, 't Is meer
dan er® om zoo'n kleine moeite, die dingen daar te
laten bestaan. Graag ontvang ik toezegging, dat er
wat gebeurt in deze.
Dan nog iets. Door gemeentenaren, die kinderen
op school hebben, wordt mij steeds erop gewezen,
dat de Raad een toestand bestendigt van privaat en
urinoir,'die schandelijk is. Ik heb mij dezen morgen
nog eens van den toesland overtuigd, 't Is in oen
woord een schandaal. Ik kan me niet voorstellen,
dat de gemeente-opzichter zoo'n toestand besten
digt En ik kan niet gelooven, dat B. en W. 't nooit
gezien hebben. Ik gele of wel dat zij het wel gezien
bebbeD, maar dan begrijp ik niet. dat zij 't zoo la
ten blijven. De oude school blijft toch nog gerui-
men tijd in gebruik en dus moet er verbetering
zijn. Kinderen van 6 jaar reeds willen niet van het
privaat in de school gebruik maken en gaan naar
buren of 't gebeurt maar'in de kleeren! 'k Heb ook
een blik geslagen op andere dingen 'en' t is een
stelsel van: laat maar hangen, 'k Begrijp het niet.
Waarom'is dat? Als gemeentegebouw kan de school
toch waarde houden. Hoogst primitief is de drink
watervoorziening. 't is een 'rommeltje. Je vraagt je
af, of je in 1915 tof 4000 jaar vroeger leeft. Graag
zou ik zoo spoedig mtgelijk verbetering'zien, zoodat
die!bij eon volgend bezoek van den Commissaris der
Koningin zoo'n toestand als thans niel kan worden
waargenomen, 't Is vreemd, dat B. en W., gemeente-
opzichter en schoolopziener allen zooiete laten be
staan. Ik bed eel het in'uwe aandacht aan en hoop
dat uw antwoord, mijnheer de voorzitter, mij 'be-
viedigen kan.
Voorzitter: "t Is geen nieuws wat de heer Koster
zegt, dat dateert al van 1910. Omdat er zooveel ge
breken zijn aan de oude school, is tot den bouw
van een nieuwe besloten. En bij bespreking over
de oude school vond men het toen zonde daaraan
veel geld te besteden. Worden 'de privaten veran
derd, zoo dat het goed is, dan heeft dat groote fi-
nanoiëgle gevolgen. Anders is 't lapwerk. De toe -
stand is niel goed. Dat weten we allemaal wel.
Daarom komt ook de nieuwe school. Dingen, die
gevaar opleveren, dat is iets anders, 't Bedoelde
kind echter viel en toen 't gevallen - was kwam het
met het hoofd op 't steuntje, dat meent spr. uit
het'courantenbericht te .hebben opgemaakt.
