„Nog -net moö?" vroeg Geoffrey weer; en toen zij ondeugend van ja knikte, riep hij half wanhopig; ,Ji 's hemels naam, zeg hot niet als het niet waar is, wan wij hebban nog een half uur gaans voor de borst 1 Het ojrderc paar wenschte nun goeden nacht en sloej eene zijstraat in. Overal werden nu do lichten de illuminatie uitgedaan. De "nacht deed zijne rechte gei&a. Toen zij' de Placo de la Concorde betraden, Qtoffi.vy eea hoopje «vallede oyev hot plein rijden Ineens ontstond, er oodw" da menigte c©n haasten 01 dringen, en. onhcilspcllchd rees woar hot doffe, too" nigc gegrom. Geoffröy zag ©en plotseling opgeheve. arm, hij hooide «en uitdbgemlen, kreet en in he volgende oogenblik rees er een gebrul uit duizend mom den, en van alle kanten kwamen er opgewogen lioo pen aangestormd. Binnen eene halve minuut was <l' gaïische Place de la Concorde eene woelende massi van schreeuwende memschen, allen blindelings voort dringend in de richting, die de soldaten handen in Gcolfrcy, een rijzige, gespierde Engelschman, keel over ido golvende zee van hoofden naar een plekj waarheen hij zich terugtrekken kon. Hij had geei ruimte om zijnen arm om zijne vrouw te slaan. Ev. lachte wel; maar zij was verschrikt. Dit voelde hij aai het beven van haar hand, EÜèü enkele blik toonde hem dat er geen ontsnappen mogelijk was. Zelfs de leeuwci aan de hoeken waren, bedekt met nrenschen. Zij stonde middep. an idie menigte. Do weëe, eigenaardige lucli van, een Ppeengepakton menscbenhoop drong hun i de iifeusgatcn. „Neen. Eva1' zeide hij, in antwoord op haren ang stigen blik „wij kunnen er niet uit. Wij moetc. zachtjes meedrijven mot de rest, tot wij' eene kon zien om er uit te komen. Iloud mij vooral stevig vast" Zij was verschrikt en stil, en zij 'drong zich zoo dich mogelijk tegen hem aan, haar kleine, tengere figuurtje Opeens weer een gebrul, .en- oen plotselinge opdin.iv van achteren, die hen allen voorwaarts stuwde. Hoe d< menschen drongen ein. met do ellebogen werkten 1 Bah jj Die lucht van oen volkshoop 1 W3© haar ééns gerokcr heeft, vergeet haar nooit. En wat een locstand voor dit broeikasbloemnje! „Hoe gaat 't?" vroeg hij. met ©en© bezorgdheid, die hij vergeefs trachtte in zijnen1 toon niet te verraden. Het ging haar goed maai' maar hoe kwamen zij or uit? Wanhopig keek Geoffrey weder rond. Nergens een uit weg, eene opening nergens. Een vage angst begon hom te bekruipen. „Wij moeten nog wat geduld hebben, kleintje" zcide hij, „Houd. mij maar goed vast, en wees dapper". Zijne stom klonk' monter, maar in zijn hart leed hi' folteringen. Hoe zou hij haar ooit, vóór zij geheel uil- geput was, uit dit beestige gedrang weg krijgen? Wu' een dolheid was het geweest, te voet naar huis te gaan!.,. De arme man vergat, dat er geen ander middel was ge woest om maar huis te komen, en dat zelfs zijn schoon moeder hem niet aansprakelijk maken kon voor eön opstootje tusschon. de soldaten en die burgerij. Weer verliepen er tien minuten. Geoffrey verwens dito In. zichzelf d© illuminatie, en. die soldaten, en zijne eigen onvoorzichtigheid, en de ruwe mannen en nog ruwere vrouwen, die maar opdrongen, al 'maar opdrongen, en Bchïeeuwdeh. Eensklaps voelde hij Eva's handen krampachtig zich om zijnen arm. knellen, en "hij zag haar gelaat, tot in de lippen wit, naar ,hera opgeheven. „Geoffrey"zeide zij .half snikkend ,,llt kan: niet meer ik stcos dat ik flauw zal vallen. Do woorden kwamen als een slag. Dit was het ergste wat hij gevreesd had. Hij vermande zicli en zcide kalm. bijna streng: „ifoor eens, Eva, houd 'je nu flink en doe wat ik je zeg. Zoodra er vóór ons een weinig ruimte komt, zal ik mij bukken. Klim dan dadelijk op mijn rug. Ik zal mijn best doen om: jo er op te helpenmaar je moet meewerken. Die flauwheid zal vanzelf wel weer overgaan. Heb jo mij goed begnepen?" antwoordde niet, maar knikte. Er Kwam w©cr céne voorwftarlsch© beweging in den hoop. Geoffrey schoof zijne wouw achter zich, duwde eensklaps uit alle macht de vóór hom staanden wat weg, m vond zoo even ruimte om zich te bukken. Twee zwakke handen werden op zijn rug gelegd. Groot© God! zij aarzel''©! Zij liet hol éénig© ©ogenblik' 'verloren pan!... „Gauw toch! Gauw'!" riep hij ©n nog vóór het woord hom van de lippen was, vockl© hij de bevend© armen krampachtig om zijnon nek geslagen,'en mot eene uiterst© inspanning richtte hij zidh op, trillcoid als een blad. gekeurd. Én verworpen werd bij partij-stemming )wuarbij de lieeren Lohman. Do Geer en Bichon al weer niet Links meestemden een amendement- Bognerdt, willend bepalen, dat de Gouverneur-Géne raal in bepaalde gevallen de bevoegdheid zou heb ben, om diéftensatie te verleenen van de verbodsbe paling. Dit was de weg „langs lijnen van geleide lijkheid", door den heer Bogaerdt aanbevolen. Maar met den minister Pleyiostelden mannen als dó heer'cri "Van 'Deventer en Fook daartegenover, dat Indiö rijp is'Voor het toekennen:)Van dit recht van vereonigfng en vergadering. Waar men 'vroost do Chineesche vereenlglng met revolutionnaire pro paganda, daar is 't hier fbeter )ool; minister Pleyte zei 'tl(, om deze vereonigingon in het open baar te laten 'propageeren dan in 't geniep, in het geheim, clandostienl.... Het ontwerp ia ingediend door minister De Waal Malefijt, met vollo mstemming van den hoer Iden- I burg. De heer Troelstra Ti ad dus wel roden van Maar nu hij den last op zijn© schouders 'droeg, voelde 1 verbazing over den Rechtschen tegenstand, zich hier hij zijne kracht en vastberadenheid terugkoeren. Numanifesteerend Tij monde van de hoeren Scheur er, h'j haar veilig wist, kon Hij sterk zijn en wachten.1 Bogaerdt en BoumerL.. Een dringen en duwen, nu van achteren voorwaarts De waarheid is, dat do verbodsbepaling betref- dan weer terug, Dan weer een eindelooz© pauze. Hij..fende het Tocht van vergadering en vcrooniging in 'wist niet meer waar liij was hij kon aan niets anders de praotijk toch niet is gehandhaafd.'Zooals do heer denken, dan hóe hij met dien last op den rug op- zijneFock zei: dat Icon ook niet. Hij maakte or de £ndi- voctoa blijven zou. sohe Regeering allerminst oen grief van!........ Toon Daar doet een. liofl.igo d.uw van aehteren hom op eene het ontwerp der decentralisatie werd ingediend, lag _i_ir?4i.,i.Minne <ii» mfll ifinvnftl llfl- 'aatste, radeloozc aanloop en met den vo©t tegen len rand van hot trottoir stootend, sluat hij voorover... lij is er uit. Hij kan niet oprijzen. Maar wat doel 't er. toe? - Niets immers, nictsl H(ot is voorbij. De strijd is gestre ion cm zij is gered.1 Hij tracht mot zijne .verlamde hand; de vingers lo- to maköu, die zich nog altijd klampen om zijnen hals. 'ij ontspannen zich, zij geven hem lucht. Nu richt ïi] zich. op eein elleboog op, cn tracht den roodeni n.eve! an zijne oogan te wisaclien, om duidelijker te kunnen ien Mar te kunnen zien, die -hij gered; behouden ceft... Zij glijdt van hem af op den grond, en liijt t'rekl aar naar zich toe, mot zijne krachteloozo armen.. De traallaaitaarns gliritmeren mat en rossig in hel ieerste chemerlicht van, den morgeit en als nu zijn© ver lijsterdo oogen in do hare blikkert, en hij ziet kano: tirok- :en, dan voelt hij ineens den waanzin'met een schok iom varen in het hoofd. Wamt het is een© ónder© vrouw! Een andere vrouw! Een arm schepsel, met )©on ipgedirkten hoed en vod opi de wangen, dat tracht Ie acltcn, en dan, vaag beseffend die plotselinge agonie >p het aschgrauwe, met bloed bezoedelde gelaat;) oen >aar onsamenhangende woorden stottert, en weghink ia een portaal, om, zich voor het aanbrekende licht te .-er biergen. Het was een dor Engelsche kennissen van den avond tevoren, die hem later op den idag aantrof, steeds nog loekende iem d,walende, straat in, straat uit. Zijn oude vriend Langton kwam naar. hem toeen laaide hem weg uit het hotel naar zijn eigen huis. Al ihonse, de gar?on, vergoot tranen, en zelfs de oiide onciergo was aangedaan. „En hebben ze haar al gevonden?" vroeg mevrouw ,angton dien avond aan haren main, toen hij' laat thuis <wam. Zijn gezicht was zeer bleek. „Ja", zeidie hij. en hij: wendde zijn hoofd ter zijde. Ik ben naar de Morgue geweest ik heb haar gezien. Niemand zou haar 'meer herkend hebben. En al hare nuistcrijen, haar horloge en ringen alles was ver dwenen.' Maar het kamermeisje Kende haar aan hftav kleed. Eu en illc had oen haarlok van haar willen 'lebben maar" Zijn slcmi birak „Dus icb ik een van hare handschoentjes voor hem meege bracht. Andere was er niet." Hij haalde een glacé-lederen hahldschoen te voor- •chijn, gekneusd en bestoven door den tred vaitt vele '/oeton. Aan den derden vinger was nog de indruk zicht baar, dien de nieuw trouwring daar had gemaakt, Eerbiedig legde hij het reliek op do tafel, en toen bedelde hij root zijne handen zijn gelaat. „Als liij maar eens losbrak", zeldc hij eindelijk', ,,Maar bij zit daar maar, zonder te spreken of om te kijken." „Breng hem den handschoen zeiuö mevrouw Eangton zacht. En Langlon deed het. De bitterheid dies doods was te sehoro voor tranen. Maar Geoffrey nam den kkita.cn handschoen, en hij heeft hem nog. N.R.Ct. te'—- is nu het streven in onze koloniën. Voor mis bruik van het recht tott vereeniging en vergadering bi jdo inlandscho bevolking, vreest Exo. Pleyte niet. Hot umondement-Bogaerdt wilde den Gouverneur- Generaal bevoegdheid geven, in bepaalde gevallen dispensatie van de verbodsbepaling te verleunen, 't Werd formeel en jirinoipiëel dusdanig afgebroken, dat ieder ander den. de lieer Bogaerdt het toch wel zou hebben ingetrokken. i Het is vurworpea bij partij-stemming, waarbij rich iveer het yersdinnscl yuordecd, dat Rechts logen Links i .tond, mot de chr.-historische hcoren Lobman en Do Geer, mitsgadiers met den wild-ehr-hlstorisóhen. nw, Bichon aan den kant der Linkschon. Wij hebben liier te doen mei een© verbodsbepaling, die in de praktijk herhaaldelijk is overtreden. Bij de ontwikkeling,, die het Indische loven om latere jaren 'beeft genomen; na het besluit tot decentralisatie, met 't deelnemen van inlajndschie elementen aan de bestuurstaak, was de opheffing der verbodsbepaling van art. 111. Indisch Reg.-reglement onmisbaar. Inderdaad had men. hier te maliën met een anachronisme. Zij was uit de muf-Q'udo doos deze bepaling. Ik geloof, .dat do Tweede Kamer heden een goed besluit heeft genomen. Mr. ANTONIO. Tweede Kamer. Den Haag, 11 Maart. Het ontwerp tot opheffing van de verbodsbepa ling, in liet Indisch Rcgeerings-reglement, om .hot reoht van vereeniging en van vergadering in politio- kon zin, uit te oefenen, is heden door het Parle ment tenslotte zonder hoofdelijke stemming goed- Binnenlandsch Nieuws, khic zinken. Een stoot vain een elleboog tref thóm op den mond. Een voet "trapt op zijne hand1. Eene wilde worsteling en hij is weer overeind', met barstende slapen, bloedende lippen, een mist va'n bloed en stof voor' zjjne oogen. Volhouden! Volhouden! De bevende armen dm zijn bals klampen zich nog vaster, verstikken hem schier. Maar dit juist geeft hem zijne laatste kracht. Volhouden! Er komt beweging in de menigte. Het is of het gedrang zioh eefi weinig ontspant. Volhouden! Als hij nog maar vijf minuten op zijne beönen blijven kan, dan zal er eindelijk, eindelijk wiel lucht komeh... jHn waggelt. Hij zwaait. Hij strompelt voorwaarts... Een F.en man moet een ordentelijk beroep hebben. Van dichten kan men niet leven, dat is klinkklare onzin." f „Ik Beloof, dat .jij je daarin vergist. 'De oude Bo- denhaiisen heeft mij gezegd ,dat zijn zoon flinke inkomsten heeft."' i „Dat is mogelijk, maar dan toch in eik geval zeer onzekere. Ik hoorde daar juist'een rijtuig voor komen." „Dan zal het voor den advocaat zijn, die ver - -trekt." „Maar, dan zoek ik vader 'op." Toen na een kort oogenblik het rijtuig wegreed, ging Hans Henning naar den anderen vleugel van. het huis, naar de werkkamer -'van zijn vader. Hij liep lagnzaam door de hem zoo bekende kamers. Zijn oogen keken belangstellend naar de niet mo derne, maar toch deftig^ inrichting heen, alsof hij het voor de eerste maal zag en diep in zich wilde opnemen. I' „Het zal 'haar bevallen," zeide hij halfluid. Hij dacht aan Sitta. Zij paste goed in deze hooge, zoo vol stijl endeftigheid ingerichte kamers. Hij zag haar in zijn geest in den veruitgebouwden erker zitten, een boek in de fijne -handen of langzaam in haar gratie door de in Empirestijl gehouden zaal schrijden'om gasten te ontvangen, met het zoo be roemde paarlensnoer van zijn moeder om haar blanken hals en de familiebriljanten der Krocherts in het zwarte'haar. Een dof gesteun uit-de andere kamer rukte hem uit zijn droomen. Hij maakte snel, zonder eerst te kloppen, de deur der werkkamer open en trad bin nen. -1 I De oude mijnheer Von*Krochert zat inééngezon ken -aan zijn met papieren bedekte schrijftafel, 't hoofd lag op de tafel geleund en een snikkend steu nen kwam over zijn lippen. 1 „Vader om 's hemels wil, vader! Hans 'Henning probeerde zijn vader op te rich ten. Tot zijn schrik keek 'hij in een verwrongen doodsbleek gelaat. „Wees stil roep niemand," de oude man greep den arm van zijn zoon. '„Het is een overval van zwakte ik weet zelf niet wat het is Hans Henning bracht zijn vader naar de sofa. Op tafol stonden -'nog een paar glazen en een aange sproken flesch wijn. HU schonk'vlug een glas in en daarin minister Pleyte wees or mot zoovoel na druk op de erkenning, dat de inlandsche bovol- king mede-zeggenschap zou krijgen in het bestuur der zaken. Het streven is naar het besef, voor den inlander dut naast plichten ook gewaarborg de rechten staan. Aldus krijgen wij in den inlander iemand, die ons in de ure des gevaars zal steunen. De meerderheid van het Nederlandsche Lagerhuis heeft dat ingezien. Heeftt tegenover den heer Bogaerdt c.a. erkend, dat niet aan-een bpeaajde groep in onze Oost zekere rechten moeten worden toegekend. Unificatie van recht zei minister Pley- hield het den vader voor den mond. 'De oude Krochert dronk het gulzig uit. De kleur keerde op zijn gelaat terug. Zijn trekken geleken op die van zijn zoon. 'Zijn kortgeknipt haar was grijs, evenzoo zijn spits geknipte baard. Iets mats en slaps in de anders zoo flinke houding, de glazige blik in de oogen-deden Hans Henning pijn. De ver andering die er het laatste jaar met zijn vader had plaats gehad, was inderdaad verschrikkelijk. „Je moet niet zulk een verschrikt gezicht zet ten," zeide de oude heer, nadat hij zich na een poosje wat beter gevoelde. „Hij had wel meer van die oogenblikken. Ik 'voelde mij in langen tijd al niet wel en dan nog. die opgewondenheid door de overstrooming. Meerdere hypotheken zijn mij opgezegd. Ik sprak daarom met mijn advocaat. Niemand heeft geld voor mij nergens kan ik meer een hypotheek opnemen." Hans Henning's hart werd als saamgoknepen. t Gedrag van zijn vader was hem zoo vreemd. Hij was zoo in zijn -zorgen verdiept, dat er geen woord ter begroeting voor hem scheen te kunnen over schieten. 1 „Nu heb ik mij bovendien ook nog den ouden Bo- donhausen tot vijand gemaakt," ging mijnheer Von Krochert voort. „Hij had mij het geld kunnen ge ven, maar -hij wil niet door die dwaze historie met Ilse. Mijn God ik wil toegeven, dat ik te grof antwoordde. Als Hilmar in staatsdienst wil treden, kon men verder zien. Wil je morgen eens naar Bodenhausen rijden, om'daar in dien geest te spreken. Hans Henning?" „Ik zal zien, vader pijnlijk is het. Dat huwö- Hjk zou toch in elk geval minder gewenscht zijn." De oude Krochert haalde -de schouders op. „Als Hilmar een betrekking in staatsdienst krijgt, is er eigenlijk -niets meer tegen in te brengen. Hij heeft een helderen kop." Hij 'trommelde nerveus met de vingers op de tafel. „Ik moet geld hebben."' „ïk dacht, dat u boomen wilde laten vellon. Dat moet toch de schade'dekken?" „Nauwelijks de hypotheekbetaling. Maar als ik het heele bosch laat afkappen „Het kan toch niet-zoo moeilijk zijn, om geld op te nemen?" vroeg Hans Henning verwonderd. „Ben goed als Roode bosch is tooh zoo solied als het maar kan?" J; „Roode bosch wordt altijd'overschat." Zijn aut- spaiten van gascokes. Oji verzoek van het Koninklijk Nationaal Steun- oomite 1914 heeft de 'minister van binnenlandsche zaken, met liet oog op te verwachten gebrek aan gas- •okes, aan de gemeentebesturen, die het belieor hebben over gasfabrieken, verzocht, te 'bevorderen, dat in de bedrijven der gasfabrieken zooveel mogelijk gaseoKas door gietcokes wordt vervangen en dat de gascokes, die hierdoor vrij- komt, tegen ©en normalen prijs yooi- de afnemers beschikbaar wordt gesteld!. Leeuw.Ct. een oorlogs-huwelijk. Men me'.dt uit Zevenaar, d.d. 11 Maart: Gisteravond sprak ik hier een heer on, een dame, die op hun reis naar Duilschland, hier een poos op onthoud hadden. Het eigenaardige van liet geval zat Hierin, dat zij even over de grens in het huwelijk zou den treden. Hij was Dultsch landstormsoldaat, wien eon paar dagen verlof was toegestaan om roet zijne aan staande, oen geboren EngeLsche, eön oorlogs-huwelijk to sluiten, hetwelk dan hedenmiddag omi drie uur to Elton zal plaats hebben, Daar zij echter als „vijandin" feitelijk niet de grens mag ovierschrijddn, als ér voor haar (hotel zoo lang een schildwacht gopluntst. totdat zij, door haar huwelijk Duitselio geworden ,in den echt Is verbonden. De man verteld© .iaat hij over enkele dagen naar het front moet, zootkvl zijn jong vrouwtje de witte broodsweken bij de familie te Man'nheim moet gaan doorbrengen. De oor log brengt wel vreemd© verrassin gen. vluchtoord te nunspeet. Het I-Iaagsch© Corrcsp.-bureau schrijft: Nu 'de mazel en-epidemie geweken is, brachten die cchtgenooten van. de ministers Van Jyinofimlandsche za ken ©n vain buitenlamdsch© zaken, mot twee dames, die eveneens reeds aain het thans tot taterneeringskömp ingerichte vluchtoord Oldebrook en daarna aan dat te Nunspeet, krachtige bewijzen vain belangstelling en ondersteuning hndiden gegeven, een langdurig bezoek aan laats Igenoemd kamp. Het neemt, ofschoon langzamerhand honderden rij"1 vertrokken paar Engeland ©n Antwerpen, gostaclig to© in bevolking, mu in dat le Ede een mazelen-epidélmii,© is uitgebroken en daarheen voortooplg toezending van groote groepen, is gestuit. Thans zijn in het kamp 1© Nunspeet door de vluchtelingen aangelegd' wegen, par ken, mot eigenaardige, kunstig uitgevoerde perken dn den vorm van leeuwen en andere figuren. Do heide is grootendeeLs verdwenen en gelijk gemaakt, meer dütn 500 vronwon verzochten maaiarbeid. verder zijn kleer makerij, smederij; timmerwinkel en schoenmakerij1 aan den gang: gestadig worden verbeteringen aangebracht en er hoersent een,opgewekte,, tevreden, geest inJiel vlucht oord. Daaiitentegcu wordt jgoltkagd" - óver h»t vernielen der hoaseheu en liet opvangen van eekhorens ©n andere dieren door wahdelie'nde vluchtelingen. Do vrouwen ,'door de politie gezonden, bewonen een afzonderlijken, afgesloten,' hoek van het kamp. Groottdn- deelszijn zij1 roods naar Antwerpen'vertrokken. gepekelde varkens. Sedert Woensdag worden, op last van do rogee- ring, varkens, die door inpekeling verduurzaamd zijn. voor export niet meer gekeurd. Mede ten govolgo van dezen maatregel was de prijs van do vnrkons gisteren onmiddellijk lager. Er werd betaald AR a. 90 cent per KG. De hoogste prijs, die aan de Amsterdamsen© markt betaald werd, gola, den 3.en Maart, '03 n 95 cent, per KG. Hdbld. relletje in het kamp. Men schrijft uit Oldobvoek aan do „Asser Ct." ,...'t Is begrafenis geweest, en zooals reeds eerder ge schied is, wisten, ook nu weer ©enige Belgen vain. deze gelegenheid gebruik te maken ©enige vrijheid' te gaan genieten, mot het gevolg dat ze in- "l kamp terug kwa men in oen staal die sterk aan wankelbaar evenwicht deod denken. Hiervan, was weer hot gevolg dat men het noodi" ©ondeeMb ze ©enige afzondering te doen genieten. Zoo geraakten z© met hun vijven „in d© bak". Blijkbaar beviel het hun daar maar matigjes, het geen ze zeer duid©!ijk lieten blijken., eerst door luid vloeken en schreeuwen, later zelfs door ruiten stuk slaan, zoo zelfs dnt het noodig was handboeien op te halen, om op die wijzei te 'trachten ze ongevaarlijk te maken.* woord klonk ietwat tergend. „Alle paar jaren een overstrooming, het groote huis dat kost wat!..... Ik heb het veel te duur gekocht. Maar praten wij nu niet verder over zaken. Je doet mij dus het genoegen voor mij naar Bodenhausen te gaan?" „Zeker, vader." „Natuurlijk mag je op die hypotheek niet te veel aandringen.... en- ook met mi.jn veranderde meening ten opzichte van Hilmar, niet met de 'deur in huis vallen, maar je diplomatiek uitdrukken. Je bent immers hofheer." De oude Krochert klopte zijn zoon lachend op den schouder, maar de opgewektheid scheen wel wat gedwongen. Hans Henning werd door dit lachen pijnlijk aan gedaan. Zijn vader deed hem grenzenloos leed. Een beklemd gevoel, waar hij geen naam aan kon ge ven, bekroop hem. „Vader, zou het niet beter zijn als ik mijn ontslag nam?" begon hij.-„U leunt over alles toch niet meer alleen toezicht houden." „Maak je daar 'maar niet bezorgd over. Het man keert hier niet aan toezicht, alleen aan geld." zoudt dan mijn toelage uitwinnen." „Wil je dan misschien van je ritmeesterspen sioen leven?" „Nu, er zijn\toch niet ieder jaar overstroomingen?' „Neen. Maar zoo een als de laatste ruïneert je voor jaren." „Vader, kunt u zich niet tot oom Heinrich wen den?" begon Hans-Henning aarzelend. Hij verwachtte dat zijn vader in toorn zou losbar sten, in ieder geval een kort en bondige weigering van zijn vader. Maar mijnheer Von Krochert scheen heelemaal niet verbaasd te zijn. Wellicht had hij dit voorstel ook reeds meermalen overwogen. Toch schudde hij treurig het hoofd. „Die geeft niets!" zeide hij eindelijk laconiek. „Niets anders dan den goeden raad: verkoop het ladngoed in Si- lezië en kom weer naar de Mark, waar je thuis behoort. Sedert dertig'jaar heb ik hem niet ge zien en tooh weet ik, - dat hij nog altijd dezelfde trotsaard is." „Waarom is hij toch eigenlijk zoo boos op 'ons? Kan. hij het nog steeds niet van zich afzetten, dat u Roode bosch gekocht hebt?", iWordt vervolgd. Inmiddels was e©n der „hoeren" bezig van het raam waarvan de ruitpn reeds ingeslagen waren, ook het gaas en. de planken te vernielen. Eenice luitenants treden to© benevens oen troepje Hollandsche soldaten eni ook de man met de handboeien is op komst. Natuurlijk geen gebrek aan belangstelling van de zijde dei- overige Belgen, die zich overigens rustig houden. De luitenant vraagt onder algcmeene stilt© aan de manschappen: „Hebben jullie patronen bij je?" tege lijkertijd de omstanders wenkend een eind weegs op zij; te gaan men koh nooit weten. Twee luitenants begeven zich naar de deurde man nen Staan klaar, met geladen geweer, bajonet erop een plaatst zich ibij liet raam, waar 'de dronkaard, al maar vloekend, bezig is zich dooi" te werken. De soldaat staat gereed met hot geweer gericht op het raamde man steekt al vloekend z'm kop en boven lijf naar buiten,.. "Men. verwacht niet anders dan dat op hem geschoten zal worden, men weet dat ze reeds zoo vaak gewaarschuwd zijn... Een der luitenants komt snel orbij en plaatst zien »zonder iets te zeggen op oonigc meters afstand van het raam en blijft roerloos staan, klaar om als *t móét, als 't heelemaal 'niet an ders kan, het commando „vuur" te geven,., angstige spanning teekent zich hf op d© .gezichten der om standers men denkt aan het geval tie Zeist. Maar neen, gelukkig, op het gezicht van den luitenant, die daar in rechte houding voor hom staat, trekt de man zich terug. Juist op dit oogenblik zegt "de andere luitenant tegen de manschappen: „Gaan jullie mee naar bin nen?" en dan weerklinkt luider gevloek en eenige oogenblikken later hebben ze een der ergsten bui ten. Schreeuwend en vloekend krijgt hij de hand boeien aan en ook een boei aan het been. Even la ter volgt nummer 2. Beiden 'worden „naar boven" )het verblijf der Ned. soldatengebracht. Nog is er een die weer begint do ruiten stuk te slaan (er zijn er echter niet-'veel meer(. Ook die moet weg. Weldra staat ook hij met „een paar handmanchet- ten", zooals een dor Bolgen leukweg opmerkte, ge- rood om naar '„boven" gebracht 'te worden. Zoo is dan do rust weer hersteld; de omstanders begeven zich 'weer lusschen de barakken en de timmerman vangt nan de-ramen stevig mot forsche planken dicht te spijkeren. 1 mijnen. To Domburg .hóeft men, Dinsdag ©on nieuw© wijze van vernietiging van mijnen toegepast. In plaats van irl eens ide goh cel e mijn tot springen to brengen, laat mon oen deel van dien zijwand' springen en vervolgens don inhoud der mijn opbranden. Dit hoeft tengevolge dat id© slag veel minder hevig ©n ook dat de schatte aan gebouwen in de buurt en aan de ververdediging voel minder wordt. Wel ontstaat veol rook, maar dit is natuurlijk van minder belang. Deze eerste proef met twee mijnen is goiad geslaagd. tegen de smokkelaars. De territoriale bevelhebber voor Gelderland en Over- ijsel, heeft aan 4 personen uit Beek (gom. Bergh) het verder verblijf ontzegd binnen het in staat van beleg verklaarde deel van zijn gebied wegens hun aanhoudende smokkelarij. Hetzelfde is bepaald ton aanzien van eein beril cliton paardens mokkolaar De militaire grenswacht te Dinksperlo. is met 30 man vermeerderd in vwbaimdl met do steeds voorkomend© gevallen van smokkelarij. twee maanden gevangenisstraf. De rechtbank te Leeuwarden heeft ©en 30-Jarfgcn vls- schor t o I-leeg veroordeeld tot 2 maanden gevangenisstraf wegens hulpvcrloening aan ©en drietal geïnterneerd© Belgisch© militairen bij hun vlucht uit het depot Gaastor- la,nd. Dc dsch wa.s 4 maanden. schageubrug. Voor de afdocling 7<ijpe dor Nederlandsche Ver- eeniping ter bevordering der Bljonteelt in Neder land, trad Woensdag in „Het Wapen van de Zij- po" op de heer Van Giorsbergen met het onder werp „Koniuginuctoolt". Ongeveer 30 bel «3 lel len den waren opgekomen. :Dc voorzitter, de heer Vis ser te Schngen, verwelkomde do aanwezigen en inzonderheid-spreker, waarna deze hot woord ver- kreeg. Koninginneteelt behoort thuis bij moor gevorder de 1 ijmkers, 'aldus spreker. De vraag rijst of ko ninginneteelt voor onze bijontoolt noodig Is en of or behoefte aan bestaat. Deze vraag wordt, 'bevesti gend beantwoord. Spreker verklaart, dat, ons zwart Duitsch ras hier or niot op vooruit is gegaan, dat do korven vrooger beter waren dan tegenwoordig,1 toon zelfs aan den buitenkant dor korven voel ho nig werd gevonden. Sinds do suiker door de bijon- houdors gebruikt wordt, is het gehalte dor bijen niet beter geworden. Op do vraag, welk rna gefokt moet worden, 'antwoordt spreker: zorg voor goede honigdraagslers. dat de bijen o.rn. zijn winterhard mot oen groot levensuithoud en niet steeUlüstig. Op de vergadering was materiaal, als 'kweekkast „.i hevruohtinpskastjes, aanwezig, dat door de be zoekers werd bezichtigd, terwijl sproker op duide lijke wijze uiteenzette en met voorbeelden aantoon de hoo een kweekkast'moet zijn samengostold. Met nadruk wees hij er op, dat deze kweekkasten be slist wnrm 'moeten zijn. Na afloopder lezing'werden den spreker nog vra gen gesteld, welke zeer duidelijk werden beant woord. De voorzitter sloot, 'na hartelijkon dank aan den spreker, de vergadering. visfllverzending naar duitsciiland. Te Umuiden zijn van nu af twee douane-beamb ten gostationneerd om bij het inladen der vlsch in de wagons voor Duitschfand tegenwoordig te zijn, en, na de zaak in orde bevonden te hebben, de wagons te verzegelen. Daar het onderzoek aan de grens veel oponthoud gaf en de visch daaronder erg leed, acht men dit een goeden maatregel. hoorn. De Voorwaarts meldt, dat het onlangs gekozen soc.-dem. gemeenteraadslid H. 'G. Pasman, ambu lant ambtenaar van de posterijen, genoodzaakt zal worden voor zijn raadslidmaatschap te bedanken. 'Dei S -D. A.-P. stelt dan geen candidaat. meuwe ntedorp. Alhier had Woensdag 10 Maart in Prins Maurits plaats de -verhuring door Dijkgraaf en^Heemraden van het Ambacht van Westfriesland, genaamd Scha- ger'en Niedorper Koggen, van het gras- en rietge was aan den Langereisdijk, 'vanaf den Westfrie- schen dijk tot het Groote Mallegat, voor het sei zoen 1915. De verhuring bracht in 14 parken waar van oen onverhuurd bleef - in totaal op f 462. Het vorig jaar was dat f 239. kon. nat. steuncomité 1914. Van 2* Februari—-5 Maart zijn aan giften en bij- draegn'bij het Koninklijk Nationaal Steuncomité in gekomen f 52.518.94, makende met het bedrag 1 der vorige lijsten een totaal van f 1.838.070.06%. een winstgevend zaakje. In een cafe te Gennep werd Woensdagavond door een paar inwoners uit Oeffeit )N.-B.( openlijk 1200 gulden geboden voor dengene, die vijf paarden over de grens wilden smokkelen 1 zeepgebrek. Men meldt uit Delfzijl: Door gebrek aan grondstof, voornamelijk olie, ver mindert de fabricage van zeep in Duitsch land, zoo dat hetzelve thans van uit on,s land 'wordt betrok ken. Een groote partij zeep wordt heden van hier vervoerd naar'Emden. mond- en klauwzeer. Te Leiden is onder het vee mond- en klauwzeer uilgebroken. In den stal van den veehouder w. j. Zwetsloot zijn 150 stuks vee afgemaakt. In- en uit voer van vee te Leiden is van heden af verboden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1915 | | pagina 6