m
Herinnert gij u uw jeugd!
Schetsen uit de Rechtzaal.
"W
Gemengd Nieuws.
Burgerlijke Stand.
Reclames.
MOBILISATIELEED. DURE 'PEREN.
Hij was een paar treinen vroeger thuis gekomen
dau ze hem 'verwacht had, dien Vrijdag. Door
een bijzonder-toevalligen samenloop van omstandig
heden was hij eerder dan gewoonlijk van zijni gtandi-
plaats kunnen gaan. En onderweg van station naar
huis, liep hij zich te verheugen in de verrassing,
die dat zou wezen. Hij had uitgerekend.... met ded.
trein van 3.40 zou hij aankomen en nu was hbt
12.40. Zij kon nog lang niet weg zijn. Omstreeks
deren tijd was Lise altijd thuis. Misschien beeig zich
te kieeden, 't Zou 'am wezen als hij haar niet trof.
het huis verlaten vond. Kinderen hadden zij niet. 't
Kon wezen, dat Lize bij haar vriendin Cor was opge-
loopenomhem, Frans, samen af te halen.
Enfin, dat moest hij dan maar afwachten. Hij ging
een winkel van fijne zuidvruchten 'en zoo, binnen.
Kocht een paar van die lèkkeré dure 'peren, waar
Lize zoo dol op was. Even dacht Frans er aan om
to tel aoneeren naar den slager aan den overkant
om to zeggen, dat-ie in aantocht was. Hij ging
een sigarenwinkel binnen, maar toen 't er op aan
kwam, vond hij 't toch aardiger om 't op zfn bet
loop *e laten.
Hij liep met stevig, haastigen tred voorwaarts.
Daar was-ie er. Dewelbekend© «zijstraat. Nu nog
een huis of twintig.
De sleutel had hij bij zich. Zij woonden een-hoog.
Hij stond voor deur van voorkamer. Er werd ge
praat.... Een mannenstem.
Hij luisterde.... Opende de deur.
Lize zat aan tafel. En vlak-over-haar, van een
sigarette asch aftippend, z'n vriend Henri.
Hij zag haar doodsbleek worden. De hand tegen
't hart drukken. Alsof er iets vreeselijks gebeurdel
En ook Henri, o, hij (merkte 't duidelijk
werd bleek om den neus.
Jezus, Maria, riep Lize. Maar Henri hield zich
goed.
Ben-Je daar waarachtig nou al, zei hij, opstaan
de en Imet uitgestrekte hand naar hem toekomend,
kerel, je vrouw had je eerst.....'
En zij stond nu bij hem. Oer eed haar man kussend
te verwelkomen.
Maar nog beefde' zij van het hoofd tot de voeten.
Nog was de vaalbleeke-aschgrauwe schrikkleur op
haar wangen.
Is dat een mensch laten schrikken, zei ze, po
gend te lachen.
Hij had z'n sabel afgegespt, de gemobiliseerde.
Zijn pet afgedaap. Zijn jas wat losgemaakt.
Werktuigelijk een sigarette opgestoken, die Hnri
hem aanbood. Er was iets vreemds in de lucht...
Nou, zei Henri, ik zie jelui straks wel. Wij
hadden je samen van den trein willen halen. Lizb
dacht dat Je eerst tegen vieren kwata, he?....
De vrienden schudden elkaar de hand.
Man en vrouw waren nu alleeh.
En Frans bleef wat somber, wat stram en zwijgend
Zij had zich hersteld. Karaf je en glazen op tafel
gezet I
Hij, Frans, schonk zich in.
Van feiestdrank die klaarstond.
Tuurde naar buiten.'
Wi'-Je wat eten, riep LizeJ hem uiVtkeukentj*
Neen, 'zei hij, dank je.
Zij kwam binnen.
Wat scheelt je? vroeg zij, eensklaps, er is
wat. Neen, je kunt me niets wijsmaken hoor.... D'r
is walt gebeurd.
En zij wachtte.
't Was er uit, voordat hij 't zelf wist. 't Kookte
in, hem.
Erg toevallig moet ik zeggen
Zij zette groote verbaasde oogen op. Hij slurpte
nog weer glaasje van prikkelende feestdronk.
Waarom ben je niet met Corrie naar 't sta
tion gegaan? zei hij, zich nog bedwingefid.
En toen zij, Lize, nog altijd de 'pose aannam Van
niet-snappend vrouwtje, barstte hij uit:
Nou 'Ja, dat komt niet te pas, dat Henri als
ik er nie^, bij ben, bij jou zoo maar oploopt Ik vind
't heel toevallig... Buitengewoon toevallig....
Maar zij was al weg. De kamer uit
Hij volgde haar. 1
Maar de slaapkamer was op slot 'Hij klopte*
beukte tegen de deur.
Vruchteloos.
Toen kwam zij te voorschijn.
Met hoed en mantel aan.
Laat me gaan, of ik roep am hulp, schreeuwde
zij, vuurrood, en met woedevuur in de oogen.
Op zij....
Maar Lize, ik zeg toch niet....
Op zijIk moet er 'Uit. Denk 'Je datak mij
door Jou laat beleedigen?.... Denk iij, dat je Je
vrouw....? Neen, op zij...
Maar Lize, kindlief....
Nou heb ik je in de gaten- Zooals de waard
is vertrouwt-ie z'n gasten. Ik verblijd me op je
thuiskomen. Tk zit met Je vriend Henri... Met jouw
besten vriend.... Te overleggen hoe we je 't leukst
ontvangen zullen... En jij... Jij durft. Neen, nou is
't uit Ik ben een fatsoenlijke vrouw. Beleedig jU
wie je wilt Maar u ij niet. Ik ga op stagnaar Kees
«ui».. Die zullen mij wel opnemen. En dan h
hoor je wel van me. Op zij, ze|g-ik Je,
Maar hij vatte haar in zijn armen, de gemobili
seerde. Hij kuste zijn wettige gade op haar mond,
op haar voorhoofd, op haar wangen. Hij drukte
Lize tegen zich aan. Hij smeekte om vergiffenis, 't
Was toch alleen omdat-ie zooveel van haar hield en
anders niet Begreep ze 't nu?... 't Was schandelijk
van hem. Of zij 't helm vergeven wou?... Nooit zou
hij meer een zweem van wantrouwen hebben. Hij
wist toch ai te goed, wat 'n lief, braaf, trouw wijfje
hij had.
- Je meent er toch geen steek van, zei Lise,
hem afwerend, met gloeiende wangen.
Maar als o f zij nog in hun engagementstijd
waren hernieuwde Frans zijn dure eeden.
En eindelijk, eindelijk liet zij zich verteederen.
Zonk zij nog snikkend van de emotie haar door
de gruwelijke verdachmtaking, door zijn wantrouwen
berokkend, Jn de armen van berouwvollen echtge
noot i
En stralend van ge'uk, van herboren vertrouwen,
kwam hij den avond van dien eersten dag >van
korten verlofsperiode met haar het cafe binnen.
Zaten zij aan de groote tafel, waar de vaste kennis
sen zich altijd vereenigden.
Was daar ook het vrouwtje met de h-4-sohitte-
rende oogen, het blos-gegloei op de wangen, den schl
schatrenden lach, van wien zij altjid gezegd hadden
a' schertsend, maar toch met een tikje ernst er
door heen dat zij wel degelijk op Frans verkik
kerd was.
Maar hij lette niet op haar.
Tot zij achter hem ging staan. Leunend met eer
vleezige armen op zijn stoel. Hem zeer dicht nade
rend met haar weelderige boezem slechts bedekt door
'iohte blouse.
Zoo stond izij daar, dartel Truusje. Frans bleef
rustig, onbewogen.
En toen zij niet op hen letten, fluisterde Truusje
hem o ndeugemd schejrtsende woorden in 't oor. Hij
glimlachte slechst fauwtj.es.
Brave Hendrik, zei Truus, hem te&en een oor
tikkend.
Kijk 's naar Lize, fluisterde zij, naar Lize
en Henri....
In Truus' oogen vlamde vuurtje van jalousie»
En hij zag 't- Hoe zij samen zaten te praten
vertrouwelijk-genoegelijk. Hoe zijn blik den hare
zocht met kwijnend verlangen. Hij zag nu zeer duide
lijk hoe zijn hand, heel, heel langzaam de hare d
diq van Lizenaderde en de vingers streelde.
Plc s merkte zij t.
Weer werd Lize als dien middag, enkele uren
geleden wasbleek van sfchrik.
En Henri wenddel zich haastig om. Begon met een
van de kennissen te praten. Blazend, met de hand
strijkend,, alsof er aschjes waren te verwijderen.
Maar Truus was van-achter zijn stoel weggegaan
Ze had haar doel bereik.t
Hij, Frans, had zich ingehouden met meer kracht
dan waarover hijooit had gedacht te kunnen be
schikken.
Totdat zij buiten waren. Henri en Lize hadden er
voor gezorgd niet samen te loopen onder 't naar
huis gaan.
Zij waren ieder bij een afzonderlijk groepje.
Zagen niet, hoe scherp, Frans, de 'echtgenoot, op
hen lette. En toen merkte hij..,. Ondanks de, duister
nis van mobilisatietijd, waarin slechts hier en daar
een lantaarn brandt, ook in buurten van stadscen
trum datzfj elkaar seünen gaven.... Haastig fluis
terden... Vertrouwelijk snel praatten.
En hij sprong uit het groepje kennissen, waarin»)
hij had gewandeld, uiterlijk kalm.
Hij gaf een vuistslag op het hoofd van Henri, dat
diens hoed, met een gat daarin gdslagen, wegrolde.
Schooier. Gemeene 'ploert. Patiakker, die je
belnt, schreeuwde hij.
Een vuist van den gemobiliseerdé'snoerde om de
keel van ex-vriend.
Een oogenblik later toeterde de 'politie-Imorn om
assistentie.
Dronken-soldaat aan 't vechten. Pak 'm. werd
gegild.
Vier, zes 'stevige armen grepen helm.
Z'n uniform werd aan flarden gescheurd bij de
worsteling.
Zij hebben gemobiliseerde nog genadiglijk behan
deld. 1 - -i -
Maar na dien avond is hij geworden een van de
lastige, recalcitrante, onhandelbare elementen. Die
ook telkens wegens dronkenschap moesten gestraft
worden. Men heeft er, die hem, Frans, een „onver
beterlijk sujet" zijn gaan noemen.
Maar die zoo oordeelen zoo hard ze we
ten niet hoe vaak 't gebeurt, dat hij, hetzij in de
aentzaamheid van zijn cel, of wel op zïjn 'krib in de
kazerne, heete tranen ligt te schreien.
Van onpeilbaar verdriet. En wie den ondergrond,
den oorzaak, daarvan willen kennen, zte moeten te
ruggaan tot d'at oogenblik. toen hij zijn kamer bin
nentrad, met verlof thuis, onder den arm de dure
peren, waar Lize. zijne vrouw,/(jj^'cSoRBEAtJ.
„Bij mij? Wat zeide zij daar? Wilde zij hem
foppen?
„Bij u?" vroeg hij verwonderd.
„Hoe bedoelt u dat?"
Zij bloosde verlegen. „Ik bedoel alleen of het u
hier niet goed bevallen is?" En zij bloosde steeds
dieper en haar hand begon in de zijne te beven.
En in een plotselinge opwelling van gevoel, liet hij
zich meesleepen, bukte zich en kuste haar de hand.
Zij deed, alsof zij hem nu haar hand wilde ont
rukken. Maar hij liet ze niet los, en ging het priëel
binnen en ging daar zitten.
Zij bleef naast hem staan en boog het mooie kopje
en speelde met de roos op haar boezem.
„U zult weten, waarom of ik heenga", riep hij uit
en keek haar in de oogen. „U zult mij begrijpen, lieve
juffrouw, a zeker li"
Zij knikte en haar oogen schitterden.
Dat gaf hem moed en hij ging diepademhalend voort
en bekende haar alles, de ware reden en het doel
van zijn reis. Dan eindigde hij met de woorden:
„Miaar dit is Immers van een mensch niet te eischen. Ik
kan toch al was ik toch de meestopofferende zoon
van heel New-York, zoo niet trouwen. Miss Blinton kon,
wat leeftijd betreft, mijn moeder zijn. O", zuchtte
ML „waarom is u niet miss Blinton f'
Nu ontrukte zij hem haar hand en zonk op de
bank tegenover hem neer, bedeBte haar gelaat met
beide handen en verroerde zich niet. Dan gehelde zij,
deed haar vingers open en barstte in lachen uit.
„Waarom lacht u toch?" vroeg hij beleedigd en
fronste het voorhoofd.
,Jk ben immers miss BlintonI" gichelde zij.
Hij sprong op, rukte de oogen wijd open. „U is
miss Blinton? Ivy Blinton f'
Zij knikte blozend.
„U Is een onverbeterlijke schalk!" voegde hfj er ver
wijtend aan toe.
j.Kijk mij nu eens vast in de oogen en herhaal
mij, dat u wel en waarachtig miss Ivy Blinton is".
Ik ben ween waarachtig miss Ivy Blinton 1" relde
zjj en keek hem vast in de oogen.
„Maar wie is dan die andere dame?" vroeg hn.
„Dat is mijn tante".
„Uw tantef'
„Ja zeker. Papa en mama stierven twee Jaar ge
leden' jen toen trok tante Evelijn hier bjj mij m.
is weduwe".
ij zweeg een heele poos.
DE KONING EN KONINGIN VAN MONTE
NEGRO IN BALLINGSCHAP.
Een Zwitser, die toevallig in het zeilfde hotel te
Lyon op he oogeobilik van 'de aankomst van den
koning en de koningin van Montenegro, waar zij hun
J»aam«n, woonde, vertelt in de Tagliche Rundschau
bijzonderheden van hun aankomst. De burgemeester
van Lyon had 's morgens vroeg uit 'Modane aan de
Fransch-ltaliaansche grens 'n telegram gekregen, dat
als volgt luidde: Houdt eenige kamers gereed voor
koningin Milena en haar gevolg. GGeen ontvangst.
Het telegram was niet onder teek end. De burgemees
ter, dia er mee uit den slaap gewekt werd, vertrouw
do lijkbaar 't getval niet. Hij legdef zich op 't andere
oor en versliep de aankomst der koninipn. Toen aeae
's morgens werkelijk te Lyon aankwam, was niets
voor haar gereed. Noch aan het station, noch in
het hotel. Op het Care des Brottepux waren wel
eenige officieren, maar dat is waarschijnlijk toeval
lig geweest. Naderhand stond er in de kranten. (Jat
de koningin door die en die ontvangen was. In de
kranten werd het verzuim op deze wijze ten minste
weer goed gemaakt. Leden van het gevolg van de
doodmoe aangekomen koningin vertelden mij echter,
dat zij van een ontvangst aan helt station niets had
den gemerkt. Alleen had men hen het bezoek van de
heer Denis Cochin aangekondigd.
Wij, in h et hotel, hoorden eerst van de grootek-©-
beurtenis, toen de koningin reeds beneden in de hal
wachtte en wachtte, tot e,r een (kamer in orde ge
bracht was. Wan4 zelfs geen kamer had de burge
meester bestcM.
Het was een geluk, dat (er tel Lyon een hote!
Royal bestaat. Bet is wel niet zee»' koninklijk, m*aï'
voor reizigers is het goed genoeg. iDe koninklijke
gasten uit Montenegro hadden nu tijd hun Fran-sem
hotel-idyiie te bestudeeren. 's Avonds echter vertel
de ons prinses Xenia, die mee^- spreefkt dan alle an
dere Montenegrijnen bij elkaar, dat zij 'het heef' ijk
vond weer ouder ontwikkelde menschen 'te zijn. '8
Morgens echter was het niet zoo goed 'daarmee ge
gaan.. De ontvangst begon meteen ruzie tussclu'j
den p 'i'lier en den koetsier over de 'betaling. Ik
koetsiers hadden aan hit station gehooid, wat voor
passagiers zij hadden en wilden daarom een konink
lijke betaling hebben. De portier keek zijn gasten
aan en daarna de koetsiers. Koninklijk zag de stoet
er niet uit.... Hij had reeds menige konirgin ontvan
gen en hij wist hoe koninklijke dames er uit zagen.
Maar dat gezelschap daar, dat allerlei merkwaardige
bagage onder den anm droeg, neèto, dat was het
ware niet. De 'portier vond het zelfs een brutaliteit
van de koetsiers dergelijkëgasten naar Royal te brer
gen, en bovendien nog een koninklijke fooi te vragen
Gelukkig verstonden de gasten niets van het in het
plaatselijk dialect gevoerde twistgesprek, anders had
den rij idet in lloyal kunnen blijven. Gelukkig kwam
er np het critieke oogenblik een hooge ambtenaar
van de politic, die een einde maakte aan het pijnlijk
tooneel. i
De portier, die in den vroegen morgen, nog half
slaapdronken, koningin Milena en haar gevolg om de
armoedige bagage* had willen tegenhouden, was niet
het eenige slachtoffer van de jammerlijke vdrwarrin
gen, die twee dngen lang geen eind schenen te willet
nemen. In ae bladen las men opmerkingen over de
koffers van de gasten, die «fr zeer primitief uitzagen
en over de cartonnen doozen met ondergoed vsn dd
koningin on haar beide dochters, die er verscheurd
en smerig hadden uitgezien en niet eens meer dicht
gebonden waren. Deze bagage vertelde echter een tr;
glsch verhaal van de ontberingen der vlucht, van be
zwaarlijk reizen en hadden ten slotte nog daaronder
gelcdpn, doordat het hotelpersoneel, de eerste beve
len van den portier volgend, ze met de koetsiers de
deur uit had gezet. Toen de portier latejr zijn
schrobbeermg kreeg, was hij volkomen 'in de war.
Van officieele zijde kwam het hevel, dat hij zijn ont
slag moest krijgen. De hotelier had daar éch
ter weinig lust in; bruikbare portiers zijn er nu niet
voor het oprapen. De koninklijke gasten schonken
echter den bewaker van hun 'hotel plechtig vergif
fenis.
Vier uur later droeg de man het hoofd weer zoo
hoog als ooit te voren.
Geldkwesties waren nu de grootste moeilijkheid
voor de Montenegrijnsche gasten. Eij_ zij spraken er
over met ieder, die zich voor hen interesseerde. Die
waard moest Servische bankbiljetten voor hen wis
sel^ en liep wdaarvoor van Pontius naar Pilatus,
maar niemand "wilde eT iets voor geven.
'sAvonds in de conversatiekamer klaagde prinses
Xenia nog daarover haar leed. Volgens haar verha
len. moet de verwarring in Cettinje/ ten slotte ontzet
tend geweëst zijn, niemand wist meer wat hij doen
moe°t. „Waarvan konden wij digen] ijk verder leven,
als de heele wereld ons in den stdek liet?" vroeg
zij in een. kring van toehoorders. „Maar Italië?"
waagde een Francais© te .vrageln „Bah!" kwam er
van de lippen van de prinses. Iemand vroeg, waarom
°l
Zij keek hem wat angstig aan, werd bleek en drukte
haar hand op het schuldbewuste hart.
„Ach. ik schertste slechts'^ zeide zij. Ik beu een
overmoedig, uitgelaten ding, dat weet ik wel. Maar
vergeef me, ik heb het niet zoo boos bedoeld. Ik zal
het ook nooit meer doen. U is zeker wel heel boos o
mij herhaalde zij en de tranen kwamen haar in
oogen.
Maar zoover liet hij het niet komen. „Ik vergeef
het ui", zeide hij plechtig. „Maar, miss 'Blinton, strat
moet u hebben", ging hij met komischen ernst voort
en verkneukelde zich inwendig om haar ademlooze
spanning. „U stelt mijn vader een voorwaarde en zoo
stel ik u eenzelfde. U verlangt een echtgenoot van
mijn vader en zoo verlang ik een echtgenoote van
u!" Dan voegde hij er langzaam met nadruk aan
toe: „Deze echtgenoote moet voor alles jong en mooi
zijn. Zij moet op het land wonen en een kleine boer
derij bezitten. Zij moet verder heerlijke kruisbessen-
koeken kunnen bakken en zij moet bereid zijn op
staanden voet met mij te trouwen. Geld en het ver
dere is bijzaak. Dat zijn mijn voorwaarden. Ik ver-
zoek u mij binnen zes seconden antwoord te .geven
of u het aanneemt of niet. Ben ik dan zonder Kruid
en voor zonsondergang zonder echtgenoote, dan schenk
ik mijn hart aan de concurrente".
„Och hemel lieve hemel", zuchtte zij en zonk
hem snikkend in de armen.
„En je wilt?", vr
en keek haar
tweel
Zij knikte stil. Dan kuste hij haar op op haar roo-
den mond.
Twintig minuten later verlieten zij arm in arm, ver-
szeld van de gelukwenschen van tante Evelijn, het
uisje, stegen in -bet rijtuig en reden in draf naar
Comperville naar den vrederechter,
Op den volgenden voormiddag hield tegen elf uur
voor een van de meest indrukwekkendste wolkenkrab
bers van Madison Square een elegant huurrijtuig stil,
waaruit een jong paartje stapte. De blanke, blonde
echtgenoot in het witte pakje, met een oranjebloem in
het knoopsgat en de kleine brunette, in een eenvoudig
maar elegant zomertoilet, een ruiker rozen in de hani
traden samen de marmeren vestibule in en lieten zich
in een lift naar de negende verdieping brengen, waarin
het hoofdkantoor van de Western-spoorbaan was Be
vestigd.
kend m de armen.
wilt?", vroeg hij vlug en tilde haar kopje op
laar gdukzaRg in de oogen. Je wilt? Een
Voor de spiegelruiten van de ingangsdeur hielden
zij stil en de jonge echtgenoot wenkte de bediende
uit de voorste "kamer en fluisterde hem wat in, waar
op de neger met respect boog, kort rechtsomkeert
maakte en de chef, mr. Snooks riep. Tot dezen richtte
de jonge echtgenoot eenige vragen, die Snooks "uiterst
hoffelijk maar met een lachje en hoofdschudden be
antwoordde. Dan stelde de jonge echtgenoot den ten
zeerst verbaasden chef zijn vrouw voor die Snooks
met een diepe buiging begroette-en dan volgde het
jonge paar mr. Snooks zacht in de voorkamer waar
van mr. Snooks de glazendeur voor het bureau wat
openliet.
Voor deze spleet in de deur vatte het jonge paar
In het bureau heerschte een angstvallige stilte Van
uit het privékantoor van den president kionk barsch
en luid een paar vragen, waarvan het niet te ver
stane antwoord den vrager nog boozer scaeen te ma
ken.
prins Mirko nog in Gettinjehterg»bleve*i was.
in, est tocb ien.and thuie bigven," antwoordde zij.
„En in Italië wiide men het'.'
Den avond van.den 24en Januari kwam er nog eek
nfcluwe nuance in het Montenegrijnsche hofleven te
Lyon Koning Nikolaas kwam aan. Zijn intocht vond
onder heel andere omstandigheden plaats dan de ont
vangst van zijn b gemalin. Al lep wat tot de voornaam
ste overheid behoorde, was op bevel i Parijs 's
middags om vijf uur op bet station bije Ca\ aleriej
on infanterie vormden een eere»wacht voor dtfn ko
ning Intusschen was ook Defcis Goohin uit Parijs
aaiigekomeu. De burgemeester zou een toespraak hoi
den De koning scheen echter op dit programma niet
gesteid Hij was volstrekt gesloten. Zijn grootst©
vriendelijkheid bestond in "t knikken mot 't hood.
Hij was buitengewoon uitgeput en maak -c den in
ruk van oen vervallen grijsaard, die zich 'als edn
hall verlamde Iaat dragen. Men had zich hema
heel anders voorgesteld. Hij lijkt niets meer op de
portretten die men van hem in de bladen ziet. Hij
is een ruïne en men wordt door medelijden getrof-
fpn voor den an, the zoo geknakt is door het tra
gisch* lot van zijn koningschap. De plechtige ont
vangst scheen hem'niet bijzonder aangenaam te zijn
GEMEENTE CALLAM SOOG.
Geboren gedurende* do maand Januari: Jacob, z. yt
Adriaan Vos |en Trijntje Gutter; Petrus Johanneg
z. v. Adam Noordstrand en dansje de Boer; Aafje 1
v. Pieter Vos en Grietje Mooij; Trijntje, d. v. pieter
Baken en Dieuwertje Zeeman; Teunis, z. v. Corneiig
Weij e n Grietje van IJzendoorn; Oornelia, d. v.
Dirk Mulder en IJda Rood; Copnelia, d. v. Dirk
Zeeman en Geertje Thomasz; Catharina Geei truida
en Autboni* Geertruida, d. v. Petrus Jozerfus Ruiten-
jure en Adriana Ncnrdstrand.
GEMUME BROEK OP LANGENDIJK.
Ondertrouwd: Maurits van der Moien en trijntje
Vlam; Jan Bak en TriJntJ'e de Jongh.
Getrouwd: Maurits van der 'Molen en 'Trijntje!
Vlam.
Overleden: Reijer Slot, 84 j„ echtg. v. Trijntje
Dekker, eerder van Maartje Tensen; Trijntje Dieps
meer, 74 j., wed. v. Jacob Balder; Trijntje Vroegop
6. maanden.
Geboren: Allerta, d. v. W. de Groot en M. j.
Kansen; TYijntje, d. v. Jb. Vroegop en Chr. kieft;
Jacob, z. v. G. Koos en L. Witsen; Sijtjet d. v.
Kr. Bak ep Tr. Dekker; Cornelis k z. v. J. Mad-
derom, en J. Schoen.
GEMEENTE HOOGWOUD.
Geboren: Frederik, z. v. Willelm Hoogland en
Marijtje Louter; Cornelia, d.. v. Klaas de Maijer
en Cornelisje Blokker.
Overleden: Frederik, I dag, z. v. Willem Hoog
land enMarijtje Louter; Cornelia, d. v. Klaas de
Muijrr en Cornelisje Blokker.
Gy werd nooit vermoeid, at goed en iliept goed,
Waarom nu niet
Herinnert gij u weik een eetlust gij hadt in uw
jeugd, hoe gij den geheelen dag bezig kondt zijn?
Hoe gij 's avonds met tegenzin naar bed gingt?
Is het doordat gij .ouder wordt, dat nu een maal
tijd geen genot meer voor u is; dat gij u altijd ver
moeid en zenuwachtig gevoelt?
Neen, want de krachtigste menschen zijn volwas
senen, (die veel sterker zjjn dan jeugdige personen.
Het is, omdat gij van gewoonten veranderd zijl.
Want als kind liept gij den heelen dag en waan
gij voortdurend bezig. Neemt nu meer lichaamsoefe
ning. als die alleen in loopen bestaat. Misschien over
werkt gij u, eet gij te veel vleesch slaapt gij te weinig.
Slechte gewoonten zijn oorzaak dat urinezuur in
het bloed achterblijft, verzwakken de nieren en ver
oorzaken rugpijn, rheumatische pijnen, waterstoornis
sen en een doï, slaperig gevoel.
Wekt de nieren op door het gebruik van Foster's
Rugpijn Nieren Pillen, laat de slechte gewoonten een
tijd na en gij zult ondervinden hoe gij vooruitgaat.
Personen op meer gevorderden leeftijd dienen nauw
keurig te letten op verschijnselen van nier- en blaas-
zwakte. want door het spoedig behandelen der eerste
verschijnselen van nieraandoening worden vele kwalen
van den ouden dag voorkomen. Voor oudere menschen
zullen Foster's Rugpijn Nieren Pillen een waardevol
geneesmiddel blijken.
Te behagen verkrijgbaar b(j f
Kotgans, Drogisterij „Het Witte
Kruis", Aiolenstiaat C 14. Toe
zending geschiedt ranco na ent
vangst van postwissel a fl.76 voor
een, of flu.— voor zes doozen-
Eischt de echte Foster's Rugpijn
Nieren Pillen, weigert elke doos
uie niet veorzieu is van nevenstaand
naiiasismurk
„Wat Snooks? Ni
gen zendt ge een gel
eansche spoorwegpersoneel. Toper, je telegrafeert
e miss Blinton om dadelijke toezendi. g van een
fotografie. Het moet toch al heel wat zijn als ik
og steeds niemand gevonden? Mor-
chectografeerde vragenlijst aan mijn
die hoevedame met haar vijf en twintig duizend dollar
huwelijksgift niet in het huwelijksbootje krijg. Wanneer
zij maar even presentabel is, moet mijn cg-jn jon
gen haar in godsnaam maar nemen. Hij moet haar
nemen maar ik ik onterf hem!" l'.n Mr. van
Etien liep maar steeds als een dwaas op en neer
Daar ging dr glazendeur open en Reginald cn zijn
jong vouwtje traden in het kantoor. Daar we-d een
ioog getild, nog een.
n ae binnentred :nden
noofd achter een lessenaar omh
nog een en tenslotte staarde men
van alle kanten verbaasd aan.
Beiden zagen er wat bleek, maar zeer beslist uit
en de jonge echtgenoot had bepaald een trek van
vastberadenheid om de lippen. Hij bood zijn echt
genoote heei gelant den arm en voerde haar met
vaste schreden naar de kamer van zijn vader.
Toen de president het jonge paar zag, stond hij
plotseling onbeweeglijk stil, als was hij in een stand
beeld veranderd.
..Goeden dag, vader!" groette Reginald onbevangen.
„Een blij bericht. Het reent van weg voor de Western-
baan is nu een vast bezit. Het is mij nu gelukt, dat
malle mirakel, Ivy Blinton, te vangen en als missi
Reginald van Ètten in het huwelijksbootje te brengen."
De president schudde langzaam het hoofd. Hij ver
trouwde zijn ooren en oogen niet. „Maar stotter
de hij „maar!" „wat moet dat beteekenenr
„Dat moet beteek enen, dat de jongen die tot dus
ver alleen in staat was om geld te vermorsen, en die
tot *usver geen rooden cent heeft verdiend die zich
zelfs om de zorgen van zijn vader niet bekommerde,
dat die jongen diens grootste zorg over liet lot van
de Westernspoorbaan, tot zijn eigen zorg heeft ge
maakt en daarom dn jonge en soüoone bezitster van
Biintonboerderij tot zijn eigen vrouw heeft gemaakt.
„Jongen! Je hebt —I"
„Ja vader, fck heb haar getrouwd", zeide Reginald
kalm. „En nu blijft u slechts de keus om over ons
verbond uw vaderlijken zegen ,uit te spreken, waarom
wij u kinderlijk eerbiedig vragen of uw eeuigen zoon
te onterven".
„En ik verzoek u om een bewijs van twintigduizend
dollars, de prijs voor mijn boerderij", vervolgde hier d
jonge vrouw.
Met dit verstandig gezegde veroverde de jon^e docmw
stormenderhand het hart van den ouden heer. zijn voo -
hoofd werd glad er speelde een glimlach om zijn lip
pen.
gelukkig met plkaar."
Met deze woorden stak hij beiden de handen toe
trok de gelukkige jonge menschen in zijn armen
kuste hen.
Zoo stonden zij een oogenblik innig elkaar vasthou
dend. Dan verbrak Reginald lachend net zwijgen: „EU
nu mag ik u zeker wel om wat geld vragen, vader f
„Waarvoor?"
„Wel voor een automobieltocht naar Adirondocks.
naar moeder!"
De president schudde het hoofd.
„Maar vader
j,Ja. jij meent ?eker dat ik jelui alleen zal laten gaan
en ik nier verder in die hitte zal smoren? Neen, jriuj
dubbele dwazen. Wii «aan met elkaar en wel met hei
spoor."
Twee uur later was het beheer der zaken weer
in handen van Mr. Snooks en Van Etten stoomde m*
zijn beide dwazen naar het heerlijke buiten aan bei
Sarnnacmeer in Adirondocks
EINDE.