AlpiEüi Niens- ARïertüntiï- Liilbiifllil NIEUWE ABONNé's GRATIS. Raad Zifpe. Het vervloekte geslacht. WOENSDAG 21 JUNI ln,6. 59ste Jaargang. No. 5818 UitgeversTRAPMAN Co. Binnenlandsch Nieuws. voor dit blad ontvangen tot 1 Juli de nog verschijnende nummers FEUILLETON. OiIRA Dit blad verschijnt yierraaal per weekDinsdag, Woensdag Donderdag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 9 ure wor den ADVERTENTIEN in het eerst nitkomend nummer geplaatst. SCBAGEN, LAAN D 5. - Int. Teleph. No. 20. Prijs per 3 maanden f 0.90 per post f 1.05. Losse nummers 5 ct ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.35, iedere regel meer 6 ct. (Bewijsno. inbegrepen). Groote lett. worden naar plaatsr. berek. Vergadering van den Raad op Dinsdag 20 Juni 1016, des morgens half elf uur. Voorzitter de heer Jb. de Moor, burgemeester, secretaris de heer K. Slot Aanwezig alle leden. Na opening der vergadering volgt goedkeuring der notulen. Aan den heer E. Holterman wordt afschrijving H. O. verleend .eveneens aan den hr. H. Oosterman en den heer Jb. Zander van 4 maanden. Ged. Staten hebben de raadsbesluiten betreffende af- en overschrijvingen en betalingen uit den post voor onvoorziene uitgaven, goedgekeurd. De heer W. J. Pontvuijst belichtte, dat hij zijn benoeming tot waarnemend telefoonhouder aannam en hij bedankte voor de hem toegestane belooning. Het kohier hondenbelasting was door Ged. Staten goedgekeurd. Een aan Ged. Staten ingezonden suppletoire be grooting, kon niet worden goedgekeurd, omdat ge wone uitgaven uit buitengewone middelen was be streden. De Raad vereenigrt zich met deze zienswijze en wordt de begrooting dienovereenkomstig met al- gemeene stemmen gewijzigd. Van de commissie der begraafplaats was een brief ingekomen met de mededeeling dat de onkosten voor verandering hadden bedragen f728.50, dus hooger dan door den Raad was toegestaan. Het vernieuwde gedeelte was naar-de Zuidwestzijde grooter gewor- deii en de hoogte was met 5 c.M. vèrminderd. De commissie vraagt den Raad het werk zoo goed te keuren en de commissie van verdere verplichtingen te ontslaan. B. en W. verklaren, dat de bebraafplaats er thans keurig uitziet De begrooting is met onge veer f 28 overschreden, maar dit mag op zulk een werk van weinig beteekenis genoemd worden. B. en W. hebben één aanmerking, n.1. dat de hoogte niet 5 c.M. maar 15 20 c.M. verlaagd is. B. en W. stel len voor het werk zoo goed te keuren. De heer Kreijger zegt dat zooals toegestaan was van het laagste gedeelte 5 c.M. is afgehaald van hoo- gere gedeelten wat meer. Dit was noodig om de be graafplaats ton-rond te krijgen. Onder dank aan de commissie wordt met algemee- ne stemmen het werk goedgekeurd. Aan de orde is bouw school te St Maartensbrug. Voorzitter deelt mee, dat zoowel teekening als be grooting door den schoolopziener zijn goedgekeurd. De vraag is nu, zal er tot aanbesteding worden over gegaan ja of neen. B. en W .stellen voor het wel aan te besteden. Het is steeds nog uitgesteld met het oog op de duurte der materialen, arbeidsloonen, enz., maar de vraag rijst: wanneer zal dat anders en wanneer zal dat beter worden? De heer Raat verheugt er zich over, dat B. en W. met dit voorstel komen, In een der vorige verga deringen was het plan wel gereed maar de begroo- ting niet en B. en W. hebben dus met dezen ar beid spoed gemaakt door nu reeds met het bestek te kunnen komen. Dat verheugt spr. zeer en hij wil graag zoo spoedig mogelijk tot bouwen overgaan. De heer Kreijger vraagt of het lage terrein vol doende in de hoogte zal worden gebracht. De heer Mann doet daarvoor de besliste toezeg- 7. Kom, zeide de oude de Luzy geheimzinnig en trok Arnold voort. Ze waren dicht bij" het dorp. Vlak voor hen verrezen de donkere muren van het kerkhof. Ze gingen door het hek. De zachte morgenwind blies de sneeuw van de cy- pressen, ze ruiscnten zacht als tot een welkom. On der de witte sneeuwvacht, die hier en daar onder broken werd door verdorde struiken, schenen alle graven hetzelfde, geen onderscheid meer tusschen de dooden! De Luzy vond vlak naast den muur wat hij zocht; een ijzeren hekwerk scheidde het familiegraf van de Luzy van de overige af, het lag onder een esch. die haar kaje, bladerlooze takken tegen den hemel hief. De Luzy stond sprakeloos en vouwde eerbiedig de handen. Arnold volgde zijn voorbeeld, het was hem alsof hij hier iets ten grave moest dragen. Een plech tige stilte heerschte. Was het een gebed, een gelof te, die de stomme lippen van den ouden eenzamen man spraken? Waarom legde hij, als ter bekrachti ging als bij den eed, de hand op het verwelkte loof en de sneeuw, die over den doode lagen? Hongerige wintervogels hupten, zacht geluid ge vend, heen en Weer. Kom, zei de Luzy toen en béiden gingen zonder spreken weg uit den kring van vrede, die door nie mand meer verstoord kan worden. Dat is nu de reden, zei de bezitter van Luctévil le, na een pauze weer vervallend in zijn gewone manier van spreken, waarom ik niet veel sympa thie voel voor de heeren militairen. Noch éen van hen, noch iemand, wiens stand of familie met die yervloekte geschiedenis samenhangt, zal de hand uit steken naar mjjn kind!» Het zou ze slecht bekomen! Ik geloof niet dat er veel reden is om u bezorgd te maken, meneer de Luzy, zei Arnold met zijn ge wone, rustige vriendelijkheid. De heeren officieren gaan dezer dagen weer weg. Het zal u zeker nog krn^end z'in' ^at ik er ook over denk te vertrek De Luzy keerde zich snel om. iv )e verkoopen, vroeg hij verrast. ik moet wel. De spaarkas in D. maakt het nood- ging, voldoende grond als er z.i. komt uit de uitgra vingen van put, regenbak en slooten. Met algemeene stemmen wordt het voorstel om aan te besteden goedgekeurd. Volgt het voorstel over een duurtetoeslag aan Hoof den der scholen en onderwijzers. Over dit voorstef van den heer Raat hebben in de vorige vergadering de stemmen gestaakt. Voorzitter wil het alsnu nog maals in stemming brengen, omdat het vorig maal voldoende is besproken en deze stemming kan wor den beschouwd als een vervolg van de vorige stem ming. De heer HooiJ wenscht de zaak liever nog eens te bespreken. Voorzitter meent dit niet te mogen toestaan, waar na tot stemming wordt overgegaan. De heeren Kreijger, Raat, Odendaal, Brak, Hooi] en Groot verklaren zich voor duurtetoeslag, de an dere 5- tegen, zoodat aan hoofden van scholen f 100 en onderwijzers f 50 zal worden toegekend. Volgt benoeming ambtenaar voor den Burgerlij ken Stand; voordracht: 1. J. A. de Boer, 2. H. G. Th. Mann. Voorzitter zegt, dat hij in de vorige vergadering heeft laten stemmen over het voorstel om een 4en ambtenaar voor den Burgerlijken Stand te benoe men, en daarover hebben de stemmen gestaakt. Dit had niet behoeven te gebeuren omdat de verordening in artikel 22 aangeeft, dat er 4 ambtenaren moeten zijn, n.1. de Burgemeester, de secretaris, de wethou der en de klerk der secretarie. De heer Kreijger acht stemming niet noodig, als er aangegeven is, dat de klerk ter secretarie ambtenaar moet zijn. Spreker vraagt of het is onderzocht of de heer Mann genegen is om de betrekking aan te ne men zoo de Raad hem kiest. Of is de voordracht maar een wassen neus. Waar zitten we hier dan voor als de heer Mann maar als tweede man fungeert. Voorzitter zegt, dat het zal moeten blijken, of de heer Mann zijn benoeming aanneemt, als hij be noemd is. De heer Kreijger denkt'toch wel dat er voeling is gehouden. Dit alles is overbodige drukte. De heer Raat meent, dat de bepaling om 4 ambte naren voor den Burgerlijken Stand te benoemen, niets anders is dan een raadsbesluit en geen veror dening. Spr. heeft tenminste een dergelijke verorde ning niet kunnen vinden. En bovendien is reeds tij den niet de hand gehouden aan deze bepaling, om dat er klerken zijn benoemd, die niet den leeftijd had den bereikt, die noodig was om als ambtenaar van den Burgerlijken stand te kunnen worden benoemd. Dat is nu wel zoo en nu komen B. en W. maar één twee drie aan om den klerk ter secretarie te be noemen. Spr. herhaalt, dat hij het zeer betwijfelt of het wel een verordening is, want anders had de te benoemen klerk ter secretarie steeds 23 jaar moeten zijn. Voorzitter wijst er op, dat de verordening spreekf van zoo mogelijk de klerk ter secretarie te benoe men. 't Is dus niet bindend. De heer HooiJ meent, dat de toestand thans zóó is, dat de klerk ter secretarie benoemd moet worden tot ambtenaar van den Burgerlijken Stand. En of het nu een raadsbesluit is of een verordening, dat doet hier niets ter zake, dat voorschrift moet ge handhaafd. Maar spr. kondigt aan het voorstel, om dat raadsbesluit dat dit voorschrijft, in te trekken. Volgt de stemming en wordt de heer J. A. de Boer benoemd mét 8 stemmen, 3 op den heer Mann. Van Ged. Staten is een missive ingekomen met een paar aanmerkingen over de verordening pp den H. Omslag, Ged. Staten wijzen er op, dat aftrek noodza kelijk levensonderhoud en kinderaftrek te zamen niet hooger mag zijn dan f 650. Als gevolg hiervan stelt de heer Raat voor f 500 aftrek voor levensonderhoud en f 25 kind, tot maximum f 650. De heer HooiJ wil zakelijk, omdat de hypotheek haar geen voldoende zekerheid meer geeft. Onzin, je tweede hypotheek is zekerheid genoeg, een goed als Lemba, kom noul Er zal wel de oen of ander de zaken verkeerd hebben voorgesteld. Dat geloof ik ook, maar er is nu niets meer aan te doen. In het ergste geval wil Grandet met me onderhandelen. En je moeder? Arnold haalde de schouders op. Als je moet, is er niets meer te veranderen. Ook aan het leven niet?. Wat is het leven voor mij? Ik vraag er niet meer naar. Dat is het eenige wat ik graag verlie zen zou en ook wat ik toch houden moet, het kale, naakte leven zonder, geluk. De morgen belichtte met valen schijn het bleeke gezicht en de rustige oogen, die droomerig voor zich uitkeken. De sprekende trekken van de Luzy kregen een vreemde uitdrukking, zijn blik gjeed scherp over den jongeman, alsof hij zijn diepste voelen wilde peilen en werd toen een bijzondere weeke uitdrukking. Ik zal naar de spaarkas rijden en de lui mijn meening over de zaak zeggen. Het /inzicht van een ervaren man als ik, zal toch wel wat te beteekenen hebben. Dat moet u niet doen, meneer de Luzy, zei Ar nold levendig. Niet? Wat heb je er tegen? De jonge man richtte zich op en ondanks zijn Ttleine gestalte, lag er in zijn houding iets dat eer bied afdwong, toen hij antwoordde: Meneer de Luzy, u bent altijd vriendelijk ge weest voor den eenzamen jongen, hij is er u dank baar voor en zal ieder bewijs van welwillendheid dat u hem verder gaven wilt, als iets buitengewoons in zijn gedachten bewaren. Maar ik moet u verzoe ken, van heden af mijn aangelegenheden met rust te laten, u daarmede niet te bemoeien, ook niet met de vriendelijkste bedoeling. U zult wel begrijpen, waarom niet. Arnold, riep de Luzy, en strekte de hand naar hem uit, zoo was het niet gemeend jongen! Maar hij was al in de struiken verdwenen. HOOFDSTUK VIII. Ook voor Rose brak de morgen aan. Ze zat bij het venster, met wijd-open oogen staarde ze in den komenden dag. Overal verspreid lag haar tooi van den vorigen avond, er brandde nog een licht, dat met veel moeite vocht tegen het daglicht. Buiten in f 400 aftrek voor levensonderhoud en dan f 25 per kind ook tot maximum f 650, om zoodoende gezin nen met veel kinderen meer te kunnen ontlasten. Na eenige discussie bepaalt de meerderheid f 500 af trek levensonderhoud. Daar tegen verklaarden zich de heeren: Bos, Zeeman, Hooij en Groot Aan den heer Kuin, telefoonhouder te Oudesluls, wordt op zijn verzoek eervol ontslag verleend. Op voorstel van den heer Kreijger tegen half Juli. B. en W. stellen voor, hoewel dit eenige onkosten met zich zal brengen, de telefoon over te brengen naar het perceel van den brievengaarder Slikker en deze te benoemen tot telefoonhouder, zijn vrouw tot plaats vervangster. Allen voor. Voorzitter zegt bij den Inspecteur der telegrafie te h9bben aangedrongen op openstelling der andere telefoonkantoren. De belofte van spoed werd gedaan. Deze is evenwel al meer gegeven. De telefooncellen zijn goedgekeurd. De heer Kreijger vraagt of de zinker, die thans on der de vaart is gelegd, zal blijven liggen, voor even- tueele telefoonaansluitingen aan die zijde. Voorzitter zegt, dat dit bepaald wel zal gebeuren. Aan het Tehuis van militairen te Helder wordt f25 subsidie verleend. Allen voor. Verschillende af- en overschrijvingen worden goed gekeurd. De afdeeling ZijpeCallantsoog van het Witte Kruis vraagt f 50 subsidie. B. en W. willen dit toe staan onder beding dat personen die financieel niet in staat zijn om lid van het Witte Kruis te zijn, de middelen gratis zullen kunnen ontvangen. Ge makkelijk te beoordeelen naar de personen die gratis geneeskundige hulp ontvangen. De heer Odendaal licht deze subsidieaanvrage toe, maar meent tegen de laatste bepaling bezwaar te moeten maken. Spr., die voorzitter van Het Witte Kruis is, meent, dat de scheiding wat dit punt be treft, moeilijk zal zijn te maken. De heer Kreijger informeert, of ook Callantsoog om subsidie is gevraagd en wijst er verder op, hoe te Oudesluis aan eene S. Rezelman bussen vol regen water uit den Witte Kruisbak is afgegeven, terwijl deze persoon te 't Zand thuis behoort, daar niet an ders dan een paar emmers water kon krijgen. De heer Odendaal zegt, dat ook Callantsoog om subsidie gevraagd is en dat hij zorgen zal dat wat te Oudesluis is gebeurd, niet meer zal voorkomen Voor subsidie toestaan verklaren allen zich, de hee ren Raat en Odendaal echter zonder deze beperken de bepaling. De vergunninghouders hadden een adres ingezon den om het sluitingsuur één uur later te stellen. Volgens art. 63 der Politieverordening moeten de café's om tien uur des avonds worden gesloten. Vol gens art. 70 der Verordening kan de Burgemeester in voorkomende gevallen ontheffing hiervan verlee- nen. B. en W .stellen voor, dat de Burgemeester, zoolang de vervroegde tijd duurt, aan adressanten toestaat om op Zaterdag- en Zondagavond hunne lokalen tot 11 uur open te houden. De heer Kreijger wijst er op dat deze bepaling wel krenterig 1/9. Men had gerust kunnen toestaan eiken dag een uur langer open, voldoende als het bekend is dat 's avonds toch gewoonlijk piemand hier in de herberg is .Spr. wijst er op hoe in de verorde ning over de opening der herbergen gesproken wordt over één uur na zonsondergang, terwijl daar 's avonds met geen woord wordt gesproken van zonsondergang en men 's avonds de zon dus voor een uur tracht te ver.... De door B. en W. aangegeven regeling wordt al gemeen goedgekeurd. De gemeente-veldwachtrs Smit en Van de Vree- de vragen duurtetoeslag. Allen verklaren zich daar voor en wordt dit bepaald op f 50.. De heer Kreijger wijst er op, hoe de gemeentebor- de sneeuw gingen de menschen naar hun werk, zooals alle dagen ging de wereld zijn gewonen gang, maar in de borst van het jonge meisje, daar, waar haar warme handen zich tegen haar kloppend hart drukten, was een nieuw leven begonnen, dat niet meer te stuiten was, ook al zou leed alleen het ge volg er van zijn. Ze stond op, ze had een gevoel dat zij nog nooit gekend had .Ze zag haar vader door den tuin ko men, hij moest dus alvroeg uit geweest zijn. Zijn gang was vermoeid, wat sleepend, hij had het hoofd voorovergebogen. Wat beteekende dat? Uit zijn hu meur, ruw kende zij hem wel en ze kon goed met hem omgaan als hij boos was; nog nooit had zij ge merkt, dat hij bedroefd zijn kon. Vlug waschte zij haar roode oogen met koud water en ging naar be neden. Goeden morgen, papa, wat zegt u er van dat ik al op ben? Hij knikte met zijn hoofd. Het is goed, zei hij zacht. Haar bevende vingers zetten de kopjes recht, het zacht gerinkel van het porselein klonk in de mor genstilte. Haar vaders blik rustte scherp en doordrin gend op haar, ze sloeg haar oogen neer, ze voelde tranen komen en het bloed bonsde achier haar sla pen, maar zij bedwong zich en om het gesprek op onverschillige dingen te brengen zei ze wat angstig met gedwongen vroolijkheid: 't Was gisteren echt prettig, vondt u ook niet papa? Neen, zei hij alleen en nam het kopje aan, dat zij hem gaf, je beeft Rose! En na een oogenblik zwij gen: Jij bent dus wel tevreden met den dag van gisteren? Ik heb geen enkelen dans overgeslagen, er waren zooveel dansers, als hier maar zelden voor komt. Is dat de hoofdzaak voor je? Natuurlijk, papa, ik ben nog jong! Toch niet zoo heel jong, je bent bijna negen tien. Hij dronk haastig zijn kopje leeg. Als je klaar bent, kom dan in mijn kamer, ik moet met je praten kind. Hij ging meteen de kamer uit. Ze liet haar halfleege kopje staan en snelde hem na. Zeg mij, wat u te zeeggen hebt, papa, vroeg zij doodsbleek maar rustig. Hij was in een fauteuil gaan zitten, die bij de schrijf tafel stond, zij ging naast hem staan en legde haar hand op het houtsnijwerk van de tafel. den met verkiezingsplakaten zijn beplakt en zoodoen de polder- en gemeente-aankondigingen zijn overge- plakt. Spr. noemt eene KI. de Graaf als de dader en vraagt of hèt niet noodig is deze gemeenteborden met gaas te beschermen. Voorzitter belooft overweging. De heer Raat vraagt eenige inlichtingen over de wijze, waarop thans de Hoofdelijke Omslag is ge regeld. De nieuwe verordening is nog niet goedge keurd, dus is de oude heffing nog van kracht en toch is reeds van eigen aangifte, en een commissie van aanslag gebruik gemaakt De heer HooiJ zegt, dat de oude verordening is ge handhaafd. De eigen aangifte is zeer miniem geweest ongeveer 3 k 4 pet Volgens de oude verordening moet het inkomen worden geschat datis ook gedaan en heeft de commissie zich geplaatst op deze maat staf voor de landgebruikersvoor 't beste land voor eigenaar-gebruiker f 185 per H.A.; voor verhuurders f 110; huurders f 75. Voor tweede kwaliteit land f 150, f 75 en f 75. Voor derde kwaliteit land f 100, f 55 en f 45. Tusschenliggende landerijen zijn naar evenredigheid geshat. De heer Raat zegt deze vraag }n het openbaar te hebben gedaan opdat de aangeslagenen eenigszlns od de hoogte zouden zijn en dit vele reclames zou voor komen. De heer Brak wijst op de groote overlast die la aangedaan door de bewoners van sommige woon wagens, die 3 4 weken op één plaats hun verblijf hebben gehad. Spr. vraagt of in de politieverordening niet een bepaling kan worden opgenomen, opdat aan dit kwaad een eind kan worden gemaakt, de brutaliteit toch van die menschen is verregaand. Voorzitter zegt, dat het weren van woonwagens zeer moeilijk is. Spr. heeft de zaak in overweging en er zal iets op gevonden moeten worden. Maar spr. wil dit hier in het openbaar zeggen, dat er iemand in de gemeente is die de moeilijkheden nog grooter maakt, doordat hij dat soort menschen naar zich toe- lokt, hen toestaat op grond van hem te staan. We willen hopen dat die persoon zal begrijpen dat het zijn plicht is hier de politie te helpen. Ook de heer Hooij klaagt over het verregaand bru tale optreden van die woonwagenbewoners. Voorzitter belooft middelen te zullen beramen. De heer Hooij doet thans het voorstel om het raadi besluit aangaande benoeming 4en ambtenaar van den Burgerlijken Stand in te trekken. Voorzitterzegt, dat dit voor deze vergadering nog niet kan. Dan voor de volgende, zogt de heer Hooij. Hierna sluiting. WIERINGEN. Vergadering der Coop, Aankoopvereeniging op 1.1. Zondagnamiddag, ten huize van den heer M. de Haan. Na opening der vergadering door den voorzitter, den heey Jb. Metselaar, worden de notulen der vo rige vergadering gelezen en onveranderd goedge keurd. Hierna verkrijgt de heer R. Visser Lz. van Berk hout het woord tot toelichting der plannen voor de stichting van een Coop. Kunstmestfabrlek voor Zee land en omgeving. Spreker schetst, hoe de prijzen voor superphosphaat regelmatig omhoog gedreven worden, wat zonder te genmaatregelen zoo zal blijven doorgaan, zoolang de landbouwers niet genoegzaam zijn georganiseerd. De fabrikanten maken thans goede zaken, o.a aandeelen der Amsterdamsche Superphosphaatfabriek staan 120 pet., terwijl te Zwijndrecht, wat een oude fabriek is, ruime afschrijvingen zijn gedaan en flink dividend is uitgekeerd, Het gevaar voor prijsopdrijving neemt Wat is het? vroeg ze nog eens. Hij keek haar ernstig aan. Je moet trouwen, Rose, zei hij, ik heb gisteren Grandet je hand beloofd. Onder de cottillon? Ja. Er kraakte iets. Een deel van de houtfiguren was gebroken. Pardon, zei Rose, ik ben zoo onvoorzichtig. Jammer, zei de Luzy en bekeek nauwkeurig de gebroken versiering, Ik hield deze tafel altijd in eere, omdat ze van Charles is geweest. Rose, je weet wat de gestorvene voor mij was jij zal zijn nagedachtenis toch ook altijd eeren7 Rose sprak niet, ze perste haar lippen samen, haar handen hingen slap neer. Om Godswil vader Wat kind? 't Kan niet waar wezen. Dat kan je niet willen. Je hebt toch altijd van mij gehouden? Ze viel op haar knieën en verborg haar gezicht in de handen. Papa, het zou mijn dood weZen, ik wil graag bij u blijven, altijd en van niemand anders hoo- ren, die u niet lijden mag, maar die Grandet, o, dat kan ik nooit! Wie dan? vroeg de Luzy zacht, nauwelijks te verstaan. Ze zweeg. Hij legde zijn arm om haar heen en voelde hoe zij beefde. Wie dan, Rose, de luitenant? Neen, papa, u maakt zich onnoodig bezorgd, hij is me onverschillig. Arnold? Niet hardop, maar vibreerend gleed het woordje door de kamer, gevolgd door een diepe beteekenis- volle stilte. Hard en zwaar klonken eindelijk de woorden van den ouden man:, Denk niet meer aan hem, hij zal hier niet meer komen. Wat heeft u hem gedaan?. Rose was opgesprongen. De angst van het begin, het verlegen kleuren bij het toegeven van wat haar vader vroeg, alles was plotseling verdwenen, haar bleek gezicht leek nog smaller dan gewoonlijk, de oogen nog grooter, vlammend van gloed, zoo stond zij rechtop voor de Luzy, niet langer het gehoorzame kind, maar een tegenstander uit eigen vleesch en bloed. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1916 | | pagina 1