Scliager Courant
tweede blad.
feuilleton.
KRACH
De dingen om ons heen.
TABAK van J. R. KEUSS
van wêêM
t
Ingezonden Stukken.
Zaterdag 15 Juli 1916.
59ste Jaargang No. 5832.
Schetsen uit de Rechtzaal.
F Doorgaans zat hij aan zijn piepend, waggelend, dood-
lud schrijftafeltje en sphreef briefjes of adressen. De
wdste bediende verwaardigde zich maar z< r zeiden
ets wat op een g -tpr Pikt met hc t aan te knooi -ai.
)e dienstmeid bracht h tl 's mor ma tegen elf uur
en kopje koffie. Was zeer familiaar met hem. Lachte
t BULTJE". „VISIOEN".
svwr 1(aren h,t in her. kleine,
}fn laagK>ln«,sng0 kamerijo van deurwaarders-kan-
'tij; was zoon van de schoonmaakster, rm
L* had meneer ai een paar malen verteld van
imanpen zoon.
at Soolhoofd had gezegd, dat 't „zonde e» schan-
om '°°'n voor loopwerk op een wih-
Jj «jo-iets tp doen.
Mj 0 isx een kop op. Eieht, hoorl,..
Lil it rn orwwvr rïA
7no zoo, had meneer de deurwaarder gezegd
op de buik samenvouwend e®. nadenkend
de_ ^arotifc geïwt van Peinzende oogen boven
met „j^etroKken wenkbrauwen.
nt^7^zoo' Nou> Mtotie. kat die jongen dan maar
rjT'me komen.. Als i'k je helpen kan.De wem,
&&J"! een brave vrouw. Hoe heet 't ventje?
Jc patje, meneer.
Zoo beet-fe Pietje. Nou Iaat Piet dan maar mor-
ïusschen zes en zeven hier komen. Ik zal
ET? tijken. Ik beloof niks, weet dat wel, hoor! Maar
Khtzien om ze te protegeeren... Afijn,
weet 't dusl
'e»f^vt<r bad meneer den deurwaarder met tranen
negen bedankt,
fn dien avond was Piet z'n Zondags che pakje af-
«^oteld: had moe papieren boord en manchetten
5^% En een dubbeltje uitgelegd, dat de jongen
Sin haar zou laten knippen. Hij -moest er echt-netjes
Van als-ie bij meneer kwam.
Een paar dagen later zat Pietje aan het wagge-
bil dke .beweging piepende schrijftafeltje. Hij
«noest ih het vak worden opgeleid. Do oudste be-
üignje was - na meneer zelf - zijn chef. Hij be-
n- met adressen to schrijven. Daarna korte briefjes,
„aarvan tie tekst bijna zonder afwijking of uitzom-
deriria gelijkluidend was. En hij moest de bezoekers
Cfcandwneu. De namen op een reepje papier schrijven.
lu Am-.7mtf" finnVlonneii 7onH«r In». »n
JJQP yp VJUVWU - - - vu i>i|
voorname zeer deftige advocaten. En hij volgde het
gebruik na. Langzamerhand kreeg Pietje, de jongste
Eerk, wat* routine. Hij wist welke bezoeken moes
ten abescheept worden... Meneer was op reas wan-
jnecr hij terugkwam tja dat kon klerkje onmoge
lijk zeggen. En ook wist hij gaandweg wélke bezoe
kers' onmiddellijk, moesten worden toegelaten.
lilden per week en moeder liet hem daar een kwartje
an houden. Rooken decd-ie niet. F.n kennissen had
lerkje ook niet. 't Kwartje versnoep te-ie aan de ci-
lema. Dat was z'n «enige hartstocht En als hij een-
aam zat aan z'n schrijftafel, wachtend op nieuwe
örders, luisterend naar de straatdeurschel, of die soms
plotselingbezoeker aankondigde, of naar het sner-
jend-beÜende schelletje. correspondoeTend met meneér
fn kantoor... Dan peinsde bultig klerkje over het
in do cinema JIr is p.,< ..-en film gc-v -wt,
vertoonond ti stouw met donkerbruine, weelderig
'glanzende haren rm prac-hi i boe im. Die ii
fin Parijscha nachtkroeg op dol driestige wijze
Jinsto met apachen,..
Wie bultig klerkje, zittend in het muffe deurwaarJ
rskantoortja op zoo'n x>ogenblik bespied had, hij
zou gemerkt hebben, dat er iets brandde in do flot-
iche oogen achter de brillodazen. Dat er iets smachtte
van 'sensueele passie in de strakke, bleeke trekken
ran joggie...
i
En op een boozen dag gebeurde 't, dat meneer
tóf was hit en do oudste bediende een heel eind
T s L,.'n' Z00<Jat 't wel een paar uren duren kon
por h terug kwam «en zonderling juffie ging
■naar aan waggelepd-pieipende les-
H had, naar modieus gebruik zeer korte, wijde
V"1h*-ar voeten en eaJub waren go-
»lu in prsJ.'dgu, gcvilaereu laarsje». En haar om
i een geur vain zwoel parfum, die nog „intenser"
fcMc juffer haar neusdoekje voor den dc j
,Jie had mooie grijze oogen, mlle. Charlofte. Ze kon-
f!) 'Potend kijken, dartel ooiijk, iacherig maar
ok zusr rnsL <.,>k zeer weemoedig en .smachtend
s «meezend, 't Was of mll. Charlotte de expressie
naar oogen ganschelijk in haar bedwang had...
>*n j 88 dien ochtend zeer stil in hel huis
n den deurwaarder. Mevrouw was uit winkelen. Uit
hocrde de meid r~iri<*n. Feitelijk
nni« m~iiW hierkje op dat oogenblik baas in
iuist 431 -®1" hïts foiikte. giag branden.
hu dacht aan de suggestieve film in
de cmema in rn Cetsche oogen.
ki.^«ra der bezookster zocn-
ien oen huk van uen jong. u.
.•^aaLh0.°fd r?et kroesharen kwam vlak bif t
fCra?kte^ioaU^d<: icts in-
rcL Z'n beurtelings bleek en
tettJ h^rmk ZJ^t' r°^.ghmlo<,hte Mlle Char-
d 'hM' kn°M? wide tanden zag hij en
J iihoog hot hoofdje omlaag" en zóó ke»k rii h«i-i
"T«x,;s.£,tc -«V
hert^te.lH^ IfStise gevoelde het triUem van
v^i hlir nr-rL ^Fï. Uch,aam do zachte druk
ocjcm uit zn schaterden haar sluwe
te^4aHh^alIramare iMar maCht" Praat-
de man, die haar de meubelen verhuuixl
had^ met overmorgen vóór twaalf uur z'n 100 gulden
kre^- haar achterstand van afbetaling en gemaakte
kosten, dan zou meneer de deurwaarder optreden. Dan
zouden de meubeltjes worden opgevorderd. Dan was
naar de haaien.
Het geparfumeerde neusdoekje wefd toten de crifze
oogen gedrukt en Mlle. Charlotte snikte 't uit Haar
hoofdje leunend tegen den- schouder van klerkje t
Was, op dat oogenblik .geruischloos stil in het huis
van den deurwaarder. Maar er moest mei gehandeld
Want elk oogenblik kon 't zijn dat er bezoek kwam
or dat eerste bediende van z'n tocht terugkeerde
Een kwartier later kwam bultig klerkje zijn muf-
iaagzolderig kantoortje uit. Zijn gelaat was marmerbleek
en in zijn oogon gloeide het'nu met hevig vuur Achter
de deur van zijn kamertje stond Mlle. Chariotte te
jachten. In de grijze oogen was nu sombere spanning.
Zij drukte een hand tegen de hardstreek. Hij liep de
gang door op zijn teenm. Telkens luisterend
In de keuken stond Aagt, tie meid alleen, noa steeds
te neurioGn. Hij hoorde t duidelijk, haar eeuwig het
zelfde liedje:
En wéetrfè van wie ik 't meeste hou,
deur van
BHH
door
H. VON ZOBELTITZ.
HOOFDSTUK I.
bet
w:indii«» ü18taVrant Lurand tegenover de Madeleino
Bven 0 «Itó'trische lampen reedi. Het was eerst
paar ÏÏJ, en hulton op de straat jiog helder dag,
tu, [-u ™p de zware gordljneu was het al sche-
Otn het ,V'; Fro<'te menigte wandelaars verdrong zich
fcot! rti ^htiokaal vaii de omnibuwen en ae oinde-
tljtuisen 3n de ult het Bols do Boulogne komende
lens stopp lc°^bee^^automobielen 'moest
vitten
- op last van den pollüeagent met den
leeg, »#fP*- Binnen in het restaurant, was het nog
We" of ;,TS !I10t witte schorton stonden tc gceu-
d#t MoriKio Coureeren over bet nieuwste nieuwtje,:
ken wén ikna-na, of wol president Loubet, gis-
pODenri Sr stukje van de «.eiitoonetellitig bed
«Iheni de Engelschen ditmaal naar Parijs
- bicoJw omen c" „la Kayser" - Wilhelm II
ma. E?p TEspalanade des Invalides geweest
Bij moe«« i tzar zo" komen? Maar natuurlijk,
pioenen v'11^8 komen. En met hem of na hem
rrpid mr i? Bussen met geheele koffers vol goud,
■hoorde! ov"r Parijs uit te gieten. Zooais dat
8 deur ging open. Dp eerste gasten om te dinee-
J>öeeheorinl!j_k Óuitschers. Niet zeer veelbelovend.
Benlijk Im n een licht gekleurd reiscoetuum
■asse. R0r f onK"h<<o-d? in r-estanrant eerste
Waar Jjb boeden, bestoven gele schoenen. Wel
—-'est m.nR8 uien in „tentoonstellingstijd" en dan
eös de ii, ?.e °°EQn wel eens toeknijpen. En trou-
ibt bun vowï 01* waren ook niet meer. zoo karig
3' tij riik betrof, als vroeger. Men beweerde
r® ijf ïri,S'ar8n geworden, altiid zeker nog door
t1 >rH n^6D' ZU hadden dan ook prachtig
r/i8 beida w couranten waren er vol van»
i! den r, t°r?n.' Ieer mager de eene, de jongste
Kk. een g,;n kjl8V8l en puntbaard, groot,
begjienuaan, d< ien- blei -n
taenschen te zljnw die al veel gereisd
Van fou, van jou van Jou!..,
Hij voelde mot sidderende vingers of de u«ua y«u
meneer z'n „particulier kantoor open" was.
De rest was makkolp genoeg. Hij wist, 'in de Ia
links lag altijd geld.
Meneer was er verschrikkelijk slordig mee. Bij hoo-
ge uitzondering sloot hij de la... 't Gebomde wol.
Probeeren. Hij kon wanboften.
In het hoofd van bultig "klerkJo gloeide, hamerde
1 nu... En zijn handen waren ijskoud.
De la was niet 'gesloten!....
Wat papieren op zij geschoven. Het trommeltje, met
sleuteltje er op...
Hij graaide in hot geld. Greep twee briefjes, een
van honderd, oen van veertig... Schoof al.'cs weet
dicht. Frommelde de bankjes in zijn vestzak. Sioot
geruischloos de deur.
Sloop door ,de gang.
De meid^alleen neuriede nog steeds.
Plots ring-ring.
Do straatdeurschef. 't Was of hij zou wankelen van
schrik.
Bevend opende hij het raampe. Of meneer thuis was.
Een onbekende man...
Hij stamelde een paar woorden, liet den bezoczer
ui verbazing staan.Sloop naar kantoortje terug. En
als, een slaapwandelaar, niet wetend niet beseffend wat
'-M deed stopte hij haar het bankje van honderd toe.
Terwijl twee poezelige, hevig geparfumeerde armen
zich om zijn hals strengelden 'en zij bultig klerkje
op het bleeke .gelaat kuste, waar nu angstzweet op
pareldei
Dien avondom tien uur. zou hij haar ontmoeten.
Klerkje wachtte met het gestolen bankje van
veertig op zak. De spiegeldeuren' van café gingen ge
stadig open en dicht.
Bezoekers en bezoeksters kwamen binnen.
Hjj zat. met hevig bonzend hart-uit te kijken, Be
stellend net eene grogje na het andcré. Sneller het
giftvocht opslur-eu l. naarmate de wanhoop over baar
uitblijven cn de dolle'angst over wat hij gedaan had
hem omklemde...
keu.chap Aangehouden.
kmeUJk veel geld bij hem. Dit -
m aric-nd mert het vermissen van de gestolen som
door deurwaarder - leidde tot de ontdekking.
K bekende ronduit.
rag®, wat de drijfveer voor zifn
mfaaa-d was geweest, bleef Piertje 't antwoord schuldig
nTir-®oeder verdacht werd van medo-
pbcatighead en t een haartje scheelde of men zou
naar :n voorarres4 hebben gezet...
zwijg*"nt0,ïl vodlaTdde Kij11 onvermurwbaar stil-
P? Boehtbank heeft hem ten slotte een tamelijk
'\Jrüf,- Want men zag in hem een van
die_ gevaanijko, stille figuren, in wie do misdadige)
aanleg m veel hevigèr mate aanwezig is d«m argedoo
zen zouden vermoeden.
In» in de eenzaamheid van zjja cel was voor bulte-
naarlje, yitsas leven verwoest was de eenige vertroos-
tlI,fj j16® denken aan dat oogenblik, toen de juffer
met ae mooie, geheimzinnige grijze oogen en de zwoe
le p-irr u nis haar poezelen arm stoeg in geveinsde ado-
ra.ic om zijn mismaakte schouders
groeid Joggie.
van scheetge-
MAITRE COflBEAU
na
Vruchteloos heeft de rechtercommissaris
te vorschon, waarom voor wie®, tot wolk doei "bultig
klerkje zijn patroon 'den deurwaarder had bo-
St/ 'j CEL.
Op den svond, toen hjj. vorgóefs op Mlie. Charlotto
had gewaclit, is hjj ten slotte wtgans openbare dron-
TJ „SELF CONTAINING".
Hcrhca. ieli;k heeft zich in eik beschaafd land ge
durende dezen oorlog plotseling een tekort cn dikwijls
zelfs een gebrek voor gedaan aan verschüleiido ar
tikelen van dagelijksch gebruik.
En het spreekt van zelf dat het ontbreken,aan iets
„doodgewoonsaanleiding gaf tot gemopper en dik
wijls tot verwijten aan het adres van „hen die .er
voor hadden moeten zorgen'' en die nu beschuldigd
worden hun plicht te hebben verzuimd" of erger
nog. va-dacht van voorraden achter te houden".
Dio beschuldiging is zoo oud als do wereld, zouden
we haast willen zeggen.
Elke buitengewone omstandigheid: misgewas, trans-
?portmoeilijkheden, oorlog of revolutie brengt moeilijk
heden mee. waarvan natuurlijk steeds een of ander
koopman in het toevallig of opzettelijk bezit van greote
vooiTaden profiteert.
De eerste in de geschiedend die een corner In
graan opzette was Jozef van Egypte, die de zes ma
gere jaren voorzag en de vette' jaren besteedde om
voorn den op te slaan.
Ito het oude Athene was de geijkte beschuldiging
dat men vijgen had opgekocht en het woord voor
de aanbrengers ivan déze misdaad ,,Sykophaut' (vijgen-
zeggerj wordt nog gebruikt om kwaadsprekers ,dic een
bewindmani onaangenaam wille® zijn, mee te betitelen
immers op grond van dio beschuldiging kon de Atheem
sche overhekf elk ongawenscht persoon gevangen zet
ten of verbannen.
De romeinsche wetgeving wemelt van verboden, tegen
speculatie in levensmiddelen en remand dio daarvan
ook maar verdacht werd, bleef voor alzoo van alle
ambten uitgesleten.
M'eu ziet dus, dat het verwijt inderdaad niets nieuws
is. Want bovendiep heeft het de hoele geschiedenis
door nooit ontbroken aan pogingen van wetgeverszijde
om te maken, dat levensmiddelen of belangrijke grond
stoffen voor de volkswelvaart niet zouden worden ge
bruikt «f!s fiches in een gokspelletje, om zich op kos
ten der bevolking rijk te maken.
Die pogingen nebben in de oudheid tot weinig' óf
geen resultaat geleid en in onze dagen is van een of
andere nationale wetgeving te dien opzichte nog veel
minder dan ooit te voren heil te verwachten.
Want gestéld, dat de wet mij verbiedt graan op
te koopeu, terwijl mijn kameraad In Argentinië geen
vee mag onkoope®, Wat staat hem dan in den
wqg in Holland net zooveel graan te koopen als hij
wil, terwijl ik oen verzameling aanleg van Arge
tijnsch vee of blikjes vloasch of bevroren, achterdeken.
Dan kan de nationale wetgeving ons' geen van bei
den „ieis maken". En het resultaat is hetzelfde: er
wordt f,c consumptie een groote hoeveelheid oint
Ir ken i.,t hot mij en mijn kornuit zal believen de
opgezamelde voorn de® tegen een prijs, die oms aan
staat te spuien. Uitvoerverbod of (als zwakkere vorm
daarvan) uitvoerrechten bestaan praktisch nergens, al
thans uiert in normale omstandigheden. De Staat heeft
meestal wel andere zoigetn, dan zich met privé han-
delsaangelegenhedcn bezig te houden, voorat wan
neer ecu vreemdeling door zijn aankoopen „de natio
nale rijkdom vergroot".
Wat ik "hierboven zeer in het ruwe aanwees als
een. middel, om trots alle wetgeving, levensbehoeften,
kunstmatig duur te maken, wordt sedert Jaar en dag
door -trusts e® kartes boóefen<L Wel staan zij dikwijls
niet als zoodanig bekend, en wel is het 'heel vaak het
gevaj ,óut een reeks dergelijke speculanten er naar
streven zich van een zoo groot mogelijke hoeveelheid
ALKMAARSCHE"
VAN VADER OP ZOON.
Bh«
hadden, want noch 't restaurant Durand, noch een
boulevard-kollner, die ertiit ziet zooals deze en die
veel overeenkomst heeft met den heer Kalchas uit
de operette, scheen hun sterk te nponeeren. Zij
liepen met vasten tred .op oen hoektafel toe en de
manier waarop zij naar den wijn en de spijskaart
informeerden, töonde dat zij in Parijs niet vreemd
waren.
„Vindt u het goed, waardo directeur, als ik het-
menu maak?" vroeg de Jongste van de twee.
,Zeknr ik ben blij als u mij do moeite daartoe
bespaart. En niet te gorompliccord als 't u blicff.
Maar asperge* asperges wil rnljh vrouw beslist
hebben".
„Goed! Dus garQon: potago ruso... Langouste.
Touroodos Bossini een Rouaansche.... Aspor-
;es, sauce holiandaise.... IJs.... Vruchten! Is u
iet daarmeo oens, waarde vriend?"
De ander knikte toestemmend: m
Bestelt u maar wat u wilt, mijnhoer Baldin
zei hij, „ik ben niet zulk een lekkerbek als u. De
duivel mogo smullen aan de beroemde canards
de Reuen en aan de beroemde Tournedos Rossini, ik
heb oneindig liever roastbeaf met lekkere groente en
aftnfoPhe«bbpn ook hun verdiensten.... natuurlijk!
Manr men is nu eenmaal te Parijs en bij Durand...
Maar la^t ik nu eerst eens nagaap met hoeveel
personen wij zijn: uwe vrouw, uw zoon.... mijn
vrouw..-., wij beidon. Dus Vijf couverts, garcon
neen géén hors d'oouvre.... Maar twee fleaschen
Moutotn Rotschild van zeven en tachtig.één
Céiestine, en een Pommery sec.... Eers- even in
ijs afkoelen, als 't u blieft."
Het zware werk was verricht en de heer Batem
ing nu achterover leunen ir zijn stoei, met de
and voor den mend om te verbergen, dat hij
geeuwde.
Salester lachtei
,.Is u moe?" vroeg hij.. „Ja, dat wordt men ook
op een tentoonstelling. Daar baten gbon Mts noch
rolwagens, men moet er de beenen gebruiken! En
dat noemen de menechen .ontspanning. Hot is te
dwaas om van te.spreken. Het is een w«rk om
van dood te gaan. En voor de exposanten onrtoodig
geld wegsmijten. Geen tien bestellingen zullen zij
oploopen, onthoud maar, wat ik u zeg! En wat uwe
Prometlieus raviljoen wel zal kosten, met alles wat
daaraan annex is, ais u bij het sluiten van de ten
toonstelling uw rekening opmaakt, dat zou ik wel
eens willen Weten."
„En al was dat nu ook zoo, wat kan lk daaraan
veranderen? Men moet de menschen toch laten zien
wat men kan. Het is hier niet de zaak om bestel
lingen te krijgen maa^ alleen om belangstelling te
wekken."
„Och, loopt u toch heen! Als u goede kousen
fabriceert, die sterker en goedkooper zijn dan die
van Auer, dan komt de belangstelling van zelf.
Overirens, onze dames koncfen nu toch al wel hier
zijn! Kwart over zeven! Zouden wij alvast maar
niet bogitmon Ik kan dergelijke onnauwkeurigheid
niet hebben mijn maag begint op te speien."
„Een kwartiertje moet u toch nog goduld hebben,
waardo directeur. Bij mevrouw Virot hoeden koo
pen vereischt altijd meer tijd dan de dames vooruit
Lerekenon kunnep."
„En meer geld ook dan zij berekenendat ken
ik-... maar daar zijn ze nu eindelijk
Aan den ingang van de zaal doken twee dames
op, op den voet gevolgd door oen jong mensch,
die men ondanks zijn onberispelijke smoking, al da
delijk voor een Pruisisch officier in politiek aanzag.
Zijn scherpe oogen hadden de beide oude heeren al
spoedig gevonden. Hij wenkte hen toe en fluisterde:
„Daar ginder zit papa, lieve moeder, en ook uw
heer gemaal, mevrouw".
Men kon het mevrouw Salester niet aanzien, dat
zij al zulk een groeten zoon had. Zij was zoo klein
en tenger en haji nog zulk een frissche tint, dat
men haar veeleer voor zijn zuster zou gehouden
hebben.
„Ga nu mee, mama vader is zeker al onge
duldig.
Zij glimlachte hoogst kalm en in haar wangen
kwamen nu twee kuiltjes, die haar het voorkomen
van een jong meisje gaven.
„Wij zullen het wel bij hem goedmaken, Koenraad"
schertste zij.
De beide heeren waren opgestaan. De directeur
van de bank met een eenigszins norsch gezicht en
het horloge in de hand „van een. soldaat zou
men althans stiptheid verwachten", bromde hij. De
heer Baldin daarentegen voegde hen met een aller-
vriendelijksten glimlach toe:
„Prachtig, dat moet ik zeggen, beide hoeden zijn
pronkjuweelon. GedichtenI"
„Maar zeker duurder dan een gedicht ooit geweest
is", hernam Salester, nu met de hand onder den
baard strijkend. „Stil, Virginie, spreek niet over.prij
van een of ander Artikel meester te maken, zonder
dat zjj iets van elkaar afwijken, maar bok in dat
gen-al blijft het resultaat hetzelfde.
Of lievsr hel bestaan van honderd speculanten in
een zelfde branche zal den prijs allicht meer opjagen,
daar de aankooper door éér. lichaam, dat vanzelfspre
kend veelal -„economischer" dj. zuiniger te werk raat
Geen enkele Staat, tenzij zij door haar natuurlijke
ligging en rijkdommen van den bodem enz., alles
produceert wat rij noodig heeft, kan dus door wetgeving
een einde maken aan „woeker met levensbehoeften''.
Zelfs het land, dat dit ideaal het meest nabij komt,
n.1. de Vereemigde Staten,, zou daartoe niet bij machte
rijn. Want ook dit is niet wat de Engertschman noemt
„Sclf containing". Het heeft een overschot van dit.
een tekort &an dat. Het heeft zich op sommige artikelen,
die déór gemakkelijk te produceeren waren, dan elders,
gespecialiseerd. Precies wat elke industrie, elke
tak van bedrijf doet en in eigen belang behoort
te doen.
Het is nog- niet 'Zoolang geleden dat hier te lande
gesproken werd over een staalindustrie. Hert idee was
prachtig. Men ondervond de moei lijk heden van niet
nan allerlei materiaal te kunnen komen, zoodra door
•ransportbezwaren en den oorlog in het algemeen, dio
foch Ieitelijk buiten ons om heet te gaan, het buiten
land minder leverde. Dus een eigen staalindustrie. Maar
dc kolen, <Ie gebouwen, de. machines., do geoefende
arbeiders én ingenieurs, de hulpmiddelen, de ervaring?
"anwaar moesten die komen? En hoe zou men
durven hopen met deze te scheppen organisatie ooit
de concurrentie vol te houden met industrie fn an
dere landen, die dat zelfde staai al "dozijnen van Jaren
gemaakt hadden en volmaakt daarvooringericht
waren?
Het zojt immers 'n spelletje zijn van een. oude indus
trie, die alle voordeelen sinds lang bezat, om, zoo
dra de tijden weer normaal waren, het zwakke zeven-
-anandskindje, dat voor iedere levensfunctie van an
deren afhankelijk was, voor goed uit den weg to
ruimen....
Terecht is van dit plan dan ook niets gekomen.
En er behoort ook "niets van te komen. Zoolang
in Nederland mét minder moeite en kosten iets ge
produceerd kan worden, dat graag door het staai-
produceerend land om rijn voortbrengsel geruild wordt,
ii Daardoor toch is leder liet voordeeligst uit. Het
spreekwoordals er twee ruilen, moet er eftn. hullen
gaat nu eenmaal niet andiers op dan bij aeu ruil
tusschen personen, die het verschil tusschen goud en
klatergoud niet zien, dus bij een ruil tusschen een
schoftje en een argeloos schoolkind, maar zeker niet
tusschen kooplui, die in wat branche of uit wat land
ook, allemaal wel uit eigen zelfbehoud precies éven
gehaaid" rij*.
et speclaïiseeren van jvat elk het gemakke
lijkst, best en goedkoopst produceeren kan, ligt het
algemeen voordeel.
Niet in het door een zucht naar „onafhankelijkheid"
teweeggebracht streven, maar alles zelf doen.
Hot is natuurlijk thans, nu productie is uitgescha
keld in het wereldverkeer, een dwaasheid te willen
aandringen op overeenstemming ten deze.
Maar dat het er toe komen moet en toekomen
zal dat élk land slechts dat produceert wat er hert
best en goedkoopst te maken is en dat door inter
nationale verdragen eerlang aan verkeerd opgezette po
gingen tot concurrentie een einde geöiaakj zal wor
den zie, voor zóóveel vermogend zien wij de eco-*
nomische wetenschap onzer dagen in. normale tij
den bestaan.
Dat dan daarna vanzelf volgen zal, dat de produó-
tie internationaal bekend is en geen- trust of groepje
er In slagen zal meer van de voortbrenging machtig
te wórden en door voorkoop der wereidprijs ten na-
deele van het algemeen op te drijven ook daar
van zijn wij overtuigd.
Maar helaas voor het zoover Is, zullen nog veie
nieuwe verlieslijsten gepubliceerd worden.
Het wachten is nog steeds op den econoom, die
rijst de' macht der cijfers er in slaagt te 'bewijzen,
dat hert zóó niet gaat.
Niet gaat voor do oorlogvoerenden.
Niet gaat voor de, neutralen.
Niét goed Voor de heele bevolking der narde, voor
zoover pt niet bëhoort tot de twintig of dertig millü-
oen in de loopgraven en de twee of drie millioeq
oorlogsprofitecrders.
Het menschdom ,is bereid dien econoom "to fakkel
optocht, en olie hooga orders tegelijk te. bezorgen.
M. de R.
Beleefd verzoekt oxidergeteekende eenige plaatsruim
te in uw courant, bij' voorbaat mijn dank. In da
Schager Courant van 5 Juli J.I, komt het, ingezon
den stuk Onverantwoordelijk voor. Mijn ge
dachten xrtaren: daar zal wel iets tegen geschreven
worden, ziedaar de reden, dat ik nu eerst mot mijn
verzoek kom voor de plaatsing. De ondertoekenaaV
van 'dat stuk schetst den toestand van de zeewering
van Wieringerwaard in wélk een slechten toestand
deze ls. Dit Ts de reden mijne gedachte neer te schrij-
zen. Wij willen ons humeur niet bederven. Ik heb
honger. Gargon, de. soep."
Het restaurant begon zich te vullen, In het vol
gende half uur werden alle tafeltjos bezet. Alle
asten in groot toilet, de dames veelal gedecolleteerd,
e heeren in rok of smoking, met een gardenift in
het knoopsgat, al» 't roode lintje van het Legioen
van Eer hun ontbrak. Over het geheel m'enschen
van den eorstcn stand, of althans zij die zich wilden
oordoen alsof zij tot den eersten stand behoorden.
Veel vreemdelingen maar nog meer Franschen; de
groote stroom van buitenlanders dio men te Parijs,
ter gelegenheid van de tentoonstelling verwachtte
was tot nu toe half Juni nog niet verschenen.
Een fijne geur van odeur, van bloemen en van
spijzen. Gedempt gefluister, af en toe oen overluid
gesproken woord, .een zacht gelach. De kcllners
liepen allen even voorzichtig rond, men hoorde
slechts zelden het rinkelen van glazen of vani scha
len.
Mevrouw Paula Baldin zat aan den dwarskant
van de kleine tafel, tusschen de beide Salesters,
vader en zoon. Haar groote, ronde, schitterende
oogen het eenige aan haar wat misschien er nog
aan herinnerde dat haar vader destijds in Posen
met een marskramerswagen langs de deuren was
gereden vlogen voortdurend van den een* naar
den ander, van de lichte zijden dames japonnen, naar
de zwarte heerencóstuums, van de schitterende dia
manten rivières naar de parelsnoeren; zij zag alles:
de kostbare,met saffieren versierde, chatelaine wan
de eene, de groote markiezinnen-ringen aan dè vin
gers van de anderen, bij sommigen goudgeborduur-
d-e lage schoentjes, even keurig als de muiltjes van
Asschepoester, bij enkelen prachtige ceintuurgespen,
met groote gekleurde steenen. Zij. die veelal zoo
spraakzaam was, kon nu nauwelijks de'gewone be
leefdheidsformules uitbrengen. Zij raakte de spijzen
nauwelijks aan en al en toe beet zij zich op de on
derlip,
„Is u nu voor het eerst in Parijs, mevrouw?"
vroeg de jonge officier thans aan zijn mooie buur
vrouw. Buiten op de boulevards hadden ze zoo
gezellig sameq gepraat, een weinig gezocht geestig
scheen* he them toe maar toch hoogst geanimeerd;
van morgen in het Louvre had ze zelfs een kleine
kunstgeschiedkundige voordracht gehouden over
„onze schoone mevrouw Von Milo", die hem gröote
bewondering had afgedwongen. Waarom zou ze nu
zoo stil zijn, vroeg hij zich af en toen hij even