Schager Courant KRACH XWEEDE BLAD. FEUILLETON. Tweede Kamer. Zaterdag 29 Juli 1916. 59ste Jaargang No. 5840. Schetsen uit de Rechtzaal. cc« COJVTBLE"! Sflyirè hij. dien Maandagochtend hel kantoor binnen- i merk''' Karei, dat er iets ongewoons gebeurde, nrocuratio-houder Was niet joviaal-prettig als an- maar stil en stroef. Keek drnsog voor zich <*ers" Toen Karei hem de gewone mededeelingen had k^iti en orders ontvangen, zei Meneer Weber niet, Mwoonlijk: Nu, annce dan maar weer met-fris moed aan oen slagl" Of zoo iets. Maar hij leunde sa,tjjn stoel terug, keek Karei -scherp aan, als wei- om te vragen wat in hem opkwam. Everts. hij Sndeüjk. Vertelt mij eens, 1 - 7ntAl.iloif trAn l/orilywr rwnrrn n 1Z laat ben-je Zaterdag van kantoor gegaan? k'arei keek verwonderd. Dacht na. Dacht na 'tWas meneer Weber elke beweging bespiedde. Zaterdag?., 's Kijken.,.. Ja. zooals altijd in de Tig maanden'. Tegen kwart voor eenen. Ik heb Z> s l' weet. eerst nog dien brief voor Harms Co. Smaakt U weet wel.... Over die kwestie van... aTTjawtTl JawelI onderbrak ineneer Weber hem. ."".jjnoduldigs in de stem. en toen jij van kantoor 'rT -va; jr - behalve oude Jan niemand dan WtDct-issn, hé? Karei dacht even na. Er kwam een vémoeden in op Gisteravond toen. hij bij Lise was, had ie tuiend "fljn a.s. zwager, niet gezien En Lise had hem ttteid dat haar broer den vorigen nacht niet thuis «Ta geweest. Iets. wat meer gebeurde. Maar vandaag, dien Zondag, was hij eerst tegen drie uur „boven water" gekomen. Jo kunt je voorstellen, zei Lise, hoe woedend was Barend is maar weer gauw do straat opge- m3n anders zouën we een scène gekregen hebbent I ^Kij herinnerde zich nu zoo duidelijk, dat 't hem «ehindeni had, hoe lise schertsend, spottend over 't geval' sprak. Zij had dezelfde lichtzinnig-lacherige oogen San haar broer. 't Is prachtig I" zei Karei, bed ernstig. P Nou Ja. jullie joggies deugen geen van allenI plaagde lise, wie 't blijkbaar hinderde dat hii 't ge val van Barend zoo hoog opnam.. En toen hij den vorigen avond in z'n boa lag, bad Karei den slaap niet kunnen vatten, zóó hinderde hein dat gedoe van Uv" nog altijd. Moeder had eens tegen hem ge zegd: jongen, le moei in die dingen je eigen zin vc^cn.'Maar onuioud mijn waarde, die Lise Willemse L geen meisje voor jou. Daar kan je nooit gelukkig mee worden. Barend was daar nijdig om geworden. En eens. toen Hij z'n zuster wilde overhalen om Lise te gaan invi teeren voor ecu avondje, had Truus hem gevraagd walde wel-van haar dacht... Zij bedankte er stichte lijk voor, met juffers als Lise Willemse om te gaan. Dat jij zoo gek bent, om ie met dat volk op te Houden, moet je zelf -velen. Je zult later nog wel eens aan ons denken, ais je dar. met haar mocht ge trouwd zijn. Maar ik moet van jouw Licsje niets hebben hoor!" Toen was Karei zóó nijdig geworden, dat moe tus- scheubride moest komen, 't Had een harr gescheeld, 'ot hij had z'n zuster een klap gegeven. Kerel kon geen 'kwaad van Lise hooren. Maar nu lag hij te piekeren over dien vorigen avond En hij drukte zijn hoofd in het kussen, bang dat zijn broer, die in de •kamer tegenover hem sliep, er iets van merken zou dat hii lag te schreien... Dus. herhaalde meneer Weber, toen Jij Zaterdag van kantoor ging. was er nog alleen WUIemse?' Ik geloof van wel, meneer antwoordde Karei. Gelooven?,.. gelooven Weet je 't zeker ot nJetj? Jawel, meneer. Neg bleef de procuratiehouder voor zich uit staren. JT 'e *W». P*"# hij eindelijk voort, 't be- eras1^ geval. Een zeer ernstig geval. Uit dc schrijftafel vdn meneer De Haan' is een niet onbe auidtud bedrag - erdwenen. Taekenen van inbraak zijn niet te vinden. Er m'oeï dus een valsche sleutel rijn gebruikt. Je begrijpt, dat moet opgehelderd worden!. Ik heb den directeur getelegrafeerd. Zooals je weet, ts meneer altijd tot Dinsdagochtend in Bussum. Meeval komt hij Maandagmiddag tegen beurstijd even over, maar dan gebeurt *t in den regel, dat hij me tele- foneert uit de stad. Hij Tcan elk oogeablik hier zijn. b-n binnen zit iemand van de recherche. Weer keek meneer Weber hetn scherp aan, maar op Kare s gelaat was wel verbaring te lezen, maar vèn sertrik of onrust geen spoor. Trouwens, meneer We ber was van zijn onschuld volkomen 'overtuigd en boyendient was niet mogelijk, dat Evdrs «en ogen blik gelegemietd zou hebben gevonden om den diefstal te plegen. Dat Ls vreeselijk, meneer! zei hij Tja erkende procuratie-houder, als ik niet vol komen zeker was, dat jij niks met de zaak hebt uit- te-staan, dan zou 'k.. meneer?!, riep Karei uit en hij voelde' dat het broed hem naar de wangen steeg. jongen! haastte meneer Weber zich hem hartelijk de hand toestekend, déérvan ben ik ten 'volle overtuigd! Poen kon hij gaan. Boekhouder was weg, uit de kamer waar hij zat m-et maneer De ,Haan etn een jongere collega sinds feen week door riekte afwezig. De schrijftafel -van me neer De Haan was gesloten. Uit het belendend ver trek drong geluid van praten tot hem door.. Zeker de politie, die aan 't speuren was. Karei trachtte zijn gedachten op rijn werk te con- centreeren. maar t lukte niet. Plotseling werd de deur opengeduwd. Op z'n tees- nen kwam Barend WUIemse binnen. Hij was lijkbleek en z n handen sidderden. Hij schoof een Iaadje open van Karei s schrijftafeltje en stopte er een pakketje in. In God's naam, berg 't weg! fluisterde Barend, jou zullen ze niet verdenken. Anders ben Ik onge lukkig. Doe 't voor Lisel... Weg was hij. Karei had niet den tijd gevonden om iets te zeggen, te vragen, te protesteeren. Natuur lijk begreep mij alles. En hoorde stappen naderen. Greep t pakketje, stopte 't in de bovenzak van z'n overjas, die aan eèn kapstok hing. Nam met trillende vingers de pen op... Daar was patroon', uit Bussum overgekomen. En met hem de boekhouder meneer De Haan, en ton vreemde figuur; de rechercheur van politie. Eerbiedig stond Karei op. Politieman keek hein scherp étan. Merkte 1 bleek-ontdane van den jongen Obser veerde de kamer zonder iets te zeggen. Wijs mij nu eens precies waar *t geld lag. Dé Haan, zei patroon. Boekhouder maakte schrijftafel 'open. Schoof Iaadje op, haalde geidbak te voorschijn. Rechercheur stond naasu hem. Hij fluisterde patroon iets in 't oor. Zeker. Zooals afgesproken I zei meneer. Geen mensch mag eruit. De portier weet t! Tweede rechercheur kwam kantoor binnen. Ging er gens. in een hoek van de kamer, ritten, i De anderen verlieten het vertrek. Karei hoorde, hoe iemand dé trap opkwam. Niks verdachts gevonden I hoorde hij zeggen, wij hebben bij Willem»- alles nagegaan. Natuurlijk ook in de kamer van dat jongmensch. Zijn Zuster ver klaarde dat "hij van Zaterdag af, voorzoover haar be kend. thuis was geweest. Niets I En Karei hoorde hen komen, waar Barend werkte, binnengaan. De rechercheur bleef, in rijn hoekje, rit ten, hem voortdurend in 't oog houdend, Na een poos kwamen rij terug.' Directeur bood stoelen aan. Tk stel er prijs op te verklaren, zei meneer dat ik volkomen overtuigd Den van de onschuld van dezen jonkman. Mijn procuratie-houder heeft me nog zoo even gewezen op 't hoogst onaangename voor Everts... Wij hebben alle reden om in elk opricht ovèr lieim tevreden te zijn. Zie-je. Everts. ging directeur voort, er moeten nu eenmaal formaliteiten plaats hebben Daan hoef jij je niets van aan te trekken, jongen! Dank L wel. meneert zal Karei, maar hij klapper- tandde en Sidderde van 't hoofd tot de voeten.j Dacht aan het pakketje, door Barend gebracht 'en dat hjj in rin overja&zak had gestopt. De recher cheur. al maar aan z'n knevód'draaiend wendde geen Oog van hem af. Begon zijn schrijftafel te doorzoeken, al de lader, eruit lichtend en op tafel zettend. Geen strookje papier werd versmaad. Daarna verzocht hij de heeren zich even te willen verwijderen. Karei moest aan den lijve gevisiteerd worden. door i H. VON ZOBBLTITZ. schemeren. De graaf zat op de in ver<Ijept. Hij hield er van om een Wu.uH keeren" zooels hij dat noemde, 'v" aansteken oom?' vroeg Lora. og niet, kind, maar kom dicht bij me ritten, zien vSSi genoeg om je lief gezicht te kunnen maar Ijh nu ie*s v®11 je v.eugde en je zorgen, ,omber« schoollokaal." „Naar obml Hij schudde het hoofd. ffl'ën^nLïï? ï/®ver 0611 01 andere dwaze streek die ZoS hebben uitgehaald." .,Wat k!?i kare nemend: teemtu de dokter nu weer? Het is alsof een JThaH Iev«i heeft ingegrepen." bedrocen ijl l°ch immers al verteld dat men ham ^at, uitvinding betreft. Die slimme föcheent hebben hem met een boterham af- •W hvt'ri «Üfr' millioenen verdienen. Men mag gesierr kwalijk nemen als hij een weinig bitter Xfcsdd/rii vóór staren. Daarop jJ)at tTJ hoofd. <»«kter parMi zijn,' antwoordde rij, V» »n wdQi« om 8dd <^1 zal hem' .-Antoï ^antwoordde niets. Hh»-: (m H htj wel mot die menschen gevochten recht..." "^chl. zy] 't, kindje? Het recht, het jurlstische .jjHaar f^rer, °Pde hand van do anderen zijn."- Öth-ziin ,h0° kan dan zulk oen verstandig man SS aten ontnomen?" Tk u>ra. men kan wel verstandig zijn wat ,r' de" ueus 11 hotrelt on toch in enkele gevallen 'ijnsi,- gnomen worden.. Ik ga voor eun van 3,^ heb lT,;;n<in> dor pré-RufaêlLLslischo periode door in i 'och zoöils je weet een onochto Botli- .ons laten duwen en daarbij de helft daarbij als er dan bo- 'Jklieti -nj' v«mogen verloren, en als "di.njT vrouw In het sj>el ls... schemering, zag of voelde de graaf iets v'janoca Tl^°ra s hiik en zij zei nu ook kin<! daar "uets van weten." 0._ k, Vl antwoordde hij,- ,nu het oenmaaf zoo- nij" crger diruL, ter dat je alles weet opdat je hif •ichJi'iS0? denkt dan tioodig Li en oiizen vriend Jd,','(| t^do«ikt, die nlot bestaat. Je weet hot. vader was alleen RtJ^'jzftr i» b1®? arme menschen. zyn vadi Dö,?hlpti a Burkenliagen. Wat hij is, is hij atieen Mj ;'0|iUn iï611 118'uurlijken aanleg, dien God hem *éin< 611 door ziin groo.en, ijver, maar -Vlt^'ödeQ 8 menschenkcmlis. En hij leerde, tweo ktani. ton toeval, een mooie jonge mevrouw ue weduwe <-ai; een vriend van hem." De graaf lachte ©enigszins spottend bij deze woor den en ging toen weder voort: „Ik heb haar ook gezien in mijn smaak vit' zij niet, maar zij was inderdaad bijzonder mooi, daar bij verstandig en ook eenigsrius gefortuneerd, en wat net ergst van alles was, de eerste vrouw die hem !>e slist wdde betooveren. Hij werd wanhopig verliefd op naar en rij scheen rijn genegenheid te beantwoorden Onze arme vriend was toen de gelukkigste man op aarde; hij droomde van succes ln rijn zaken en van een w.lig huwelijksleven. Hij wilde in de eerste plaats met rijn gloeilicht de arme menschen een dienst be wijzen, zijn toestellen zou hii hun voor een spotprijs leveren. Mevrouw Paula beloofde hem het ncuvlige kapitaal om een fabriek op te richten en hij maakte er niet het minste bezwaar van dat er tusschen hen beiden een contract werd opgemaakt, waarbij rij alle rechten in handen kreeg. In rijn oogen was immer-, ai wat hij bezat- of ooit bezitten zou, haar eigendom. Hij heeft mij zelfs later bekend, dat hij het ail-en aan 'dit notarieel contract te danken had, dat de be lachelijke kleine som voor het afkoopen van het pa tent hem gewaarborgd werd. De rest kan je |e wei voorstellen zoodra de mooie ito uw -het contract m den zak had, keerde rij* het blaadje om en brak de afschuwelijke morgen aan, waarop de knecht van het laboratorium mij kwam halen. De heele binnen plaats stond vol menschen nieuwsgierig volk, dc brandweer rukte al aan. De een of ander had dadelijk de brandschel in werking gebracht, maar niemand dacht er aan om een dokter te halen, en dien had men toch het meest noodig, Want Prall lag zwaar gekwetst en bewusteloos op den grond in het laboratorium, dat voJ was met electrische lampen..; En naast "hem, Lora. vond ik een brief van die damé Waarin zij hem in korte bewoordingen de vriendschap opzegde. Eenige minuten vóór de ont ploffing, had hij dat schrijven ontvangen, en ln zijn ontroering daarover, had hij -niet gedacht aan de prooi waarmee hij bezig was; zoodoende heeft zij hem niel alleen den prijs van riin uitvinding ontstolen, maar ook van zijn oog beroofd want een splinter heeft het licht daarvan voor altjjd uitgedoofd... Begrijp je nu dat hjj zoo bitter geworden is?' De graaf zweeg. Zij zaten geruimen tijd doodstil npast elkander. 'Hel was nu geheel donker in' de» kamer.... Eindelijk vroeg Lora: .En 'die vrouw?..,.." oude hoer ging naar zijn schrijftafel toe en stak rijn studeerlamp aan. De mooie weduwe, bedoel je? vroeg hij, ,,^el die' trouwde eenige maanden later met- oen zakenman, die naar ik hoorde even listig en laag van karakter ls als rij Een. mijnheer Baldin.Zij was nu een schitterende partij, want zij bracht de patenten van onzen vriend als bruidschat mede en de hem- Baldan richtte toen aj spoedig do beroemde Promeiheusiicht- Maatschappij op. Ik h3> gehoord dat de aandeelen daar- vtiii een der geliefkoosde- speculatieve effecten van dc beurs rijn geworden en dal de heer Baldin een mij- fioen aan deze onderneming heeft verdiend.' Hii greep nu de courant, die op zijn schrijftafel iac en bladerde daarin: „Het is allang geleden dat ik de koerslijst van de fondsen ingezien heb," ging hii nu voort. Ik weet niet meer waar alles te vinden is O hier hèb ik het: Promelheuslicht 396»4 pCtJ üèt laatste jaar vjjf en dertig procent dividend. Je ziet hoe die zaak bloeit, mijn kind, en toch herinner ik mij nog een kwartier, waarin de .bedrogene met een bitteren glimlach zei, dat het Prometheuslicht geen schot van het allerslechtste kruit waard was." HOOFDSTUK III. Het oude huis van de firma MoIIer—Sieghard en Zonen, 'n gebouw van één verdieping lag tusschen het prachtige paleis van de Midden Duitsche Hyper theekbank on het pas kort te voren opgerichte kantoor van de Promuthouslicht-Maatschappij waaraan aan de achterzijde de groot*» fabriek grensde. Het huis van Mollor- -Sieghara bevutte ln de ben.-J n v/rdieping niets dan kantoren, op de eerste étage waren do vertrekken van 'den eigenaar, maar diens zoom had voor zich zelf elegant gemeubileerde kamer in de Voszstrasz* gehuurd. De beide groot fronton staken sterk af tegen hel ouderwetiche woonhui», dat al uit de vorige eeuw dateerde. De hypotheekbank was vijf jaren oelédtn gebouwd eu eerst een jaar daarna was men in ilerlljn net er over eens geworden, dat deze zaak Iev«u»vnt baarheid zou hebben, doch daariu nam het crediei daarvan zoo snel toe dat het kapitaal eerst met vfft en late mat tien mülioen mark werd uitgebreid. De neer Baldin was een homonovus. Drie jaren kende men hem do eigenaar van een kleine chemische fabriek nog nauwelijks etn nog weinig acht én op hem zelf én op rijm fabriuk. De couranten hadden den spot gedreven njet den ver- mctelen man, maar de zaak nam een ongehoorde vlucht. De aigemoene opkomst der industrie, die oorzaak was dat de banken gaarne geld verstrekten, kwam hem te hulp. IIjj richtte overal in de provincie filialen op en verslond do kunst om rijn patent in het buitenland duur te verkoopen, en toen nij. na het eerste jaar, ai dadeljjk vijftien procent uitbetaalde, steeg de koers der aandeden direct tot boven pari. De onvermoeid werk zame man bezat de eigenaardige gave om het publick belang in zijn zaak te doen stollen, door het telkens iueuwe verrassingen te bereiden, nu c-eus had hij de fabriek van een concurrent aangekocht, dan weder een suocersalo .van zijn zaak in Woernen, ln 'Petersbuig en in Belgrado opgericht/ en al waren er ook enkele pessimisten die beweerden, dat alles veel te vlug ging, lodi had Baldin die algemeeme opinie vóór zich. Als Moller—Sieghard 's middags uit rijn club naar huis ging, keek hij telkens eerst naar het reusachtige gebouw van de hypotheekbank met do breede ven sters en de groote vergulde letters, die vermeldden dat het aandeelenkapitaal vijf en veertig millioen etn de reserve vtjfUeii millioen bedroeg en van daar weer naar het in ijzer en graniet opgetrokken gebouw links met de groote ramen en de benedenverdieping waarin de gloeilampen bij honderd tegelijk, met haar bont gekleurde balans,,naast elkander tegen liet grijze huis dat wijlen zijn grootvader had laten bouwen. Hij had dan oin de lippen donzelfden glimlach die daarom speelde als zijn zoon hem poogde te bewegen ,,de oude kast te laten omverhalen on er een nieuwarwelsch gebouw neer te zetten", waarop hij dan telkens ant woordde dat dit, zoolang als nf] leefde, beslist nooit zou gebeuren. Den eersten "Oeiober trok hij zich ten slotte terug uil de zaak dien hij zeer jeugdigen leeftijd, bij <K. dood vuu zijn vudor h$d ov rgenomen em meer dan een kwarteeuw achtereen met buitengewoon succes had hm t,- )j T wa<- koortsig? vroeg rech°rcheur, ziende sidderen van Everts. u„v t '-'"fr- Karei, als je zooiets nooit ondervonden ftsbt. metwrar? v CTkende rechercheu}, dat is zooi i\taar het onderzoek leverde niets op. De heeren Konden terug keeren. ik *öok*a-vt"ri!^ niet' rtep de directcur u't. dat wist r,r^rcheitr 8tond no3 denken. Hij wtldc rijn Doekje reeds opbergen, toen z'n oog viel 0p Karei f.jn» !88' dic®1 het gordijn, in de schaduw, 4811 rechercheurs attentie zoowaarlijk ontsnapt Nu nog eventjes..., - '^tonl O. God. neen! riep Karei uit. En hij vatte ann van rechercheur.. Directeur schrok ervan. Werd werkelijk doodsbleek. i l'? r'0P-ie uit. dus zou-.e toch? Ik had er wel honderd gulden om durven verwed- aen zen rechercheur, met een el-mlachie. -Zijn collega posteerde rich dadelijk bij de deur. tiet pakketje kwam. voor den dag. Touwtje wordt opengeknipt. De twee uit boekhouder z'n schrijftafel vonniste loten. En van de driehonderd gulden, die gestolen waren, nog .ecu. bankje van zes tin en drie van vijf en twintig. t alt nog meel zei rechercheur, maar toch weet je er w«j mee. hoorl Over de zeventig pop in één ifteg!... Waar js dat geld verteerd. Karei stond daar roerloos. Hij 'zag rijn patroon aan maar deze had sléchts blik van grenzelooze minr achttnn voor den dief. ,u- v®riel eens opl zei rechercheur, er is nu toch niets meer aan te veranderen. Dat snap-ie ze ker wel) Even drong 't Karei naar de keel. Het geheim van Barend z'n binnensluipen en de rest... Maar hij kón t met zeggen. Het beeld van Lise kwam hem voor den geest. Zij zou voor altijd voor hem verloreij z'jn ats-ie haar verraadde... Hij zonk bij rijn schrijf tafel neer. En barstte uit in een jammerend geschrei, dat klonk als een noodkreet... De employé's van 't kantoor kwamen binnen. j Hij zag ook Barend Willemse... Hoorde hoe méneer hem excuses maakte vanwege 't hem .verdacht hebben. Een kwartier later zat Karei op 't'bureau. Hij vol hardde in z'n stilzwijgen. Weigerde elke inlichting. Werd, in voorarrest, naar het Huis van Bewaring overgebracht. In. den laten hvond meldde zich een bleeke, ma re jonge man aan bij de nieuwe woning, waar de milie Willemse haar Intrek had genomen, 't Ging er blijkbaar lustig toe. Hij hoorde een leuk, modieus liedeken op de piano trommelen. En een dame zong.. Wa3 't de slem van Lise? De jonge man, die den -tongen dag uit de gevange nis ontslagen was. na er negen maanden in vertoefd' te .hebben, veroordeeld wegens diefstal 'van f 300 en twee loten uit de schrijftafel van den boekhouder t>p het kantoor, waar ie werkte, schelde nbg eens. Karei Everts wachtte nog een poosje. Iemand had een gordijn weggeschoven en ijlings w}ht dichtgemaakt. Er werd in de gand gefluisterd. Eindelijk kwam iemand naar voren. De straatdeur werd geopend, 't Was een jongmensch in elegant toilet. Hij zag er tamelijk verhit uit, du zijn stem -vas eenigsrins onvaSt. De piano zweeg nu. U wens ent? vroeg de vreemde meneer. Hier woont toch de familie Willemse !?vroeg Karei Everts. Ja, en verfier? Is. Is juffrouw Elise thuis? vroeg Karei. Wat gaat U dat aan? vroeg de meneer, hem van 't hoofd tot de voeten metend. i- Ik moet Lise spreken! riep Karei uit, naar bin nen willende dringen. Hij hoorde een schaterende, joelend-: vrpuwenlach... Terug, \-ngebond' schreeuwde de elegante meneer mét de lichteHjk-onvaste stem. Juffrouw Elise ontvangt geen uievenron tuchthuisboeven! En hij wilde de straatdeur dicht werpen, Karei een stomp tegen de borst gevend. Toen is 't gebeurd, dat al de razende wanhoop van al die maanden in hem opsteeg'. Dat hij, alles begrij pend. klaar vóór zich ziende, den vreemden meneer t>y de keel greep, met ijzeren vuist. En oen halfuur later zat hij, de boeion om de polsen, in een der celletjes van bureau. Een dag nadat hij op vrije voeten was gesteld. Vruchteloos trachtte zijn verdediger Het O.M. te be duiden dat men hier met een „levens-drama" te doen had; de Rechtbank te vermurwen tot deernis niet dezen deliquenlt. Wanneer Zei de officier, fa rijn dupliek, t zóó ver komt, dat men deernis, zelfs sympathie poogt op te wekken, voor individuen, waarvan 't zoo duide lijk blijkt, dat ze gevaarlijk rijn voor de samenleving, ja, dAn zal toch pok de zacntmoedgisie aller rechters nauwlijks een jjlimiach kunnen bedw-fagm!. Den Haag ,27 Juli. En wij kwamen dan, naar de meesten hoopten en vermoedelijk wel lukken zal -r- op liet allerlaat ste van Juli-maand bijeen om in twee dag- en een avondzitting misschien komt er nog een stuk van den overgang van 28 op 29 Juli bijl 't slot der agenda voor dit zittingjaar af te doen. Behoudens onvoorziene omstandigheden. 't Was zeer drukkend in de zaal, en de echte vacantiestem ming begint nu toch te werken. 't Ving aan met de surprise, dat de heer Knobel zijn voorstel om nog het ontwerp tot instelling van een Koloniale Raad te behandelen, introk. Het voorstel, waarover ln de jongste zitting weet men toen „de menschen" al voor méér dan de helft huistoe waren, moest gestemd worden. Thans scheen de heer Knobel eindelijk te hebben ingezien dat zijn welgemeende poging geen schijn van suc ces kon hebben. Maar in deze zelfde vergadering heeft het Par lement den volijverigen en zijn plicht bovenaan- stellenden heer Knobel een overwinning verschaft, die voor minister Pleyte een bijzonder pijnlijk échec beteekent. De heer Bogaerdt had het ont werp, waarbij dit voorviel, namelijk tot verhoo ging der Indische begrooting voor 1916 wan de agenda willen afvoeren. De Kamer verwierp dat voorstel met 37 tegen 29 stemmen, maar niemand zal in ernst kunnen ontkennen, dat er alle reden was voor dat uitstel. Bij suppletoire begrooting zou den daar allerlei belangrijke zaken in de gauwig heid door eene lusteloos-moegeprate Kamer wor- den afgedaan; eene methode, waartegen de beer Marchant terecht opkwam. O.a. zou f 270.000 wor den toegestaan voor uitbreiding van de Rijks gutta percha-fabriek te Tjepitir. Dit is eene oude, uiterst lastige en ingewikkelde zaak. Zij vormt minis ter Pleyte bracht het in herinnering sinds 1912 een twistappel tusschen het departement van Oor log en de Kamer. Er is beweerd, dat het Rijk zich hier op ïninder „faire" wijze zou hebben meester gemaakt van een procédé. En heden .werd door de heeren Knobel, Marchant en Bogaerdt met alle kracht vplgehouden, dat het Rijk een „strop" zal hehhen aHn de uitbreiding. Er liggen zegt de heer Bogaerdt 100.000 K.G. gutta-percha, waar het Rijk geen afnemers voor weet De minister van Koloniën was voor uitstel dezer zaak tol de Begroeting voor 1917 niet te vinden. De heer Fock gaf hem zulk advies ten slotte,, maar het mocht niet baten. De heer Pleyte was in wat- wrevelige stemming; zei dat de toon, waarop, de Kamer zich hier in de stukken had uitgelaten, voor Z.Exc. en de „zeer onaangename kwalificaties" daar in voor hem vervat, hem bijzonder hadden gehin derd. De minister hield vol, dat dr. Tromp d'e Haas den Staat hier als eerlijk man en gansch zelfstan dig een procédé heeft verschaft. De Regeering heeft zich daaromtrent alle zekerheid verschaft Ik weet wat mij betaamt! riep mr. Pleyte de Kamer toe. En ook was hij niet van zijn meening af toebren gen, dat uit commerciëel oogpunt de uitbreiding der Staats-vervaardiglng alleszins mag worden ge acht te zijn in 'slands belang. Er aan toevoegend, hoe' hij er prijs op stelde, dat dezo „goedezaak" nog heden zou worden afgedaan. Maar de Kamer bleek niet pvertuigd. Zij nam eeD amendement-Kno bel, strekkend om den post te schrappen, aan met 32 tegen 27 stemmen. Daarmee voor de zooveelste maal thans terwijl de minister van Koloniën na een vrij lange poos weer met het Parlement in openbaar debat kwam haar gemis aan vernau wen in mr. Pleyte's beleid wel zeer duidelijk too nend. En 't Z.Exc. wederom moeilijker makend om met het Lagerhyls te blijven samenwerken. Daarna begon een kleine „race". De onteigening ten behoeve van de huisvesting van het hoofdbe- gedreven. Wel kwam hij nu, ouder gewoonte, nog icdcron» voormiddng een kort oogenblü; op het privé- ksntoor maar alleen om een paar woor iem met 'WMIy te pralen, den procuratiehoudtir vriendelijk toe te knik ken en dan naar boven naar rijn woning te gaan. „Ik weet dat de ter van ons huls bij jou fn §oede handen is", had hii gezegd toen hij rijn zoon e zaak overgaf. „Je hebt wel is waar een andere opvoeding genoten dan ik. die nog iemand van de oude school ben, maar ik ben dc laatste die daar een loflied van zingen zal. Jij hebt nirt alleen meer geleerd dan ik maar je hebt bovendien het leven ieeren kennen ali lid van een goed korps op de aca demie en later als officier ln militairen dienst, dat zal je ten goede komen. Eerzucht heb ie ook en, naar 'k hoop, liet karakter om dlon op tijd te beteugelen. Houdt bij a' wat ie doet God voor oogen, mijn jon gen en als je ooit je vingers mocht branden, denk dan maar dat wij allen vrougar of later leergeld hebben moeten betalen." Omstreeks midden November hWd het elegante cou- pétle van Baldin fa plaats van yóór hét kantoor van de Prometheuzllcht-Maatochappy vóórhel huis van MoN ler-Slagliard stil. De directeur stapte uit, knikte rijn vróuw, die bleef ritten toe, gat den koetsier last, naar Gerton door te rijden en ging het bureau in. „Is manheer do a»hcc>sor te spreken?" vroeg hij. Do longo chef ontving Baldin. eonigszlna terughoudend. ZIJ naudon elkaar fa Parlls wel con paar malen ont moet maar Willy was toen te zeer een zoon van rijn vader om zoo maar vertrouwen te stellen in den ver melden industrieel. WeJ echter vroeg hij zidi af wat die man? van hom zou willen: De heer Baldin liet hem niet lang in het onzekere. Het bleek dat de grond, waarover hff te beschikken had, voor zfln Maatschappij niet voldoende was hij' moest meer hebben.Men had hem reeds een daar naast gelegen terrein aangeboden maar vóór hij daar toe besloot wilde hij oerst vragen of de heer Moller- Sleghard wellicht genegen zou rijn hem een gedeelte van ziin tuin af'te staan. Over dein prjjs zou men het gemakkelijk eens worden.,.. „Het spijt mij ontzettend", antwoordde Willy „maar die tuin is nu eemmaul hoilig goed. Mijn vader zeu eor geen vierkdnto nieter van willen afstaan, zoozeer is hij •aan de óude boomen gehecht." „Jammer", antwoordde Baldin, „Ik kan het mij ech ter wel voorstellen en zou in de plaats van hw va der- juist zoo handelen. Ik vind iets moois in het gehecht rijn aan geërfde bcrittingen. Wii menschen van een iueuwcr geslacht kunnen ons zelf helaas niet zoo iets permiteeren." iHjj zei dit zoo eenvoudig mogelijk en rijn woorden be vielen Willy niet slecht. De beide heeren spraken nog over het ee.n en ander; de assessor vroeg naar de gezondheid van mevrouw, waarop Baldin antwoordde dat deze zeker niets te wenschen overliet, want rij was op het oogenblik bij Gerson ofa te passen. Toen stond hij op om afscheid te nemen maar bl§cf met 'den hoed in de hand nog even staan om als ter loops te zeggen „A propos, assessor, ik ben voornemens een nieuw soort van gasfornuizen in te voeren, waarvoor ik mij van een patent, verzekerd heb, maar u interesseert u zeker niet voor industriecle ondernemingen." „Tot nu toe althans hebben wij on? alken met ban- kierszuken bezig gehouden", antwoorde Willy. Het moest afwijzend klinken, maar niettemin maakte

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1916 | | pagina 5