Schager Courant.
Zaferdaq 2 September 1916.
59ste Jaargang No. 5860.
DERDE BLAD.
Binnenlandsch Nieuws.
Raad Noordscharwoude.
Gemengd Nieuws.
Vergadering, gehouden op Donderdag 31 Augustus
1916, nam. 1 uur. Voorzitter burgemeester Brink
man. Afwezig de heer Heman.
Na opening door voorzitter volgt lezing en goed
keuring der notulen.
Ingekomen: staat van telegrammen over Juli; be
handeld in die maand 912 stuks. Dankbetuiging van
mej. A. Keizer voor de aan haar verleende grati
ficatie. Mededeeling van den heer Duinker, dat hij
zijn benoeming als onderwijzer aanneemt Van Ged.
Stat enis een missive ingekomen, waarin het ge-
wenscht werd geacht ten opzichte verordening jaar
wedde onderwijzers om bij gemis van onderwijzers
woning f 25 per maand vergoeding woninghuur te
bepalen, waar volgens de pensioenvèrordening de
woninghuur op f 300 's jaars bepaald is geworden.
Goedgevonden wordt f 25 per maand te bepalen.
Ook wordt er door Ged. Staten op gewezen, dat van
rijkswege toelage wordt gegeven voor acten land- of
tuinbouw, indien van gemeentewege hiervoor ver
goeding toegekend is geworden. Goedgevonden wordt
van gemeentewege voor zoodanige acte f 25 toe te
kennen. Bij de bespreking Mie thans volgt blijkt, dat
men verplichting van een dergelijke acte te belem
merend acht en wordt besloten het niet in het onder
wijsprogramma op te nemen. i
Verder wordt besloten, wanneer een onderwijzer
tijdelijk het hoofd moet vervangen bij ziekte of an
derzins, daarvoor een belooning te bepalen van f 200
per jaar.
Voorts wordt bepaald dat bij ziekte tot en met de
éérste 6 maanden der ziekte het volle salaris wordt
genoten en de volgende 6 maanden de helft daar
van, terwijl bij blijvende ongeschiktheid pensionnee-
ring zou volgen.
Voorts zullen Ged. Staten er genoegen mede he
men, indien aan onderwijzers, onder de wapenen
zijnde, 75 pet. van hun salaris blijft toegekend, in
dien zij gehuwd zijn, of ongehuwd, doch kostwinner
zijnde en 25 pet. voor de overige onderwijzers.
Wordt algemeen goedgevonden.
Van het hoofdbestuur der Vereeniging tot bevor
dering van het Vakonderwijs ip West-Friesland, is
eene aanvrage om f 10 subsidie voor 1917 ingekomen.
Beslotln wordt om de afdeeling Langedijk dezer ver
eeniging wederom een verwarmd en verlicht school
lokaal af te staan.
Het hoofdbestuur der Gezinsverpleging verzoekt,
jaarlijks een post te brengen op de begrooting tot
steun dezer vereeniging/ Nagegaan wordt wat in
verschillende kringen in eenige dorpen wordt gege
ven. Besloten wordt om f 25 te geven.
Volgt een rekest van den heer G. Bos, grutter, om
een rijbrug te mogen maken ter rechtstreeksche rij
verbinding van zijn terrein met den dorpsweg, wat
in het belang van zijn zaak zeer gewenscht is. Voor
deze brug een draaibrug aan te brengen over
de Burggracht, zal een stevig bruggehoofd moeten
worden aangebracht. JJat is noodzakelijk en adres
sant stemt toe, dat dit onder gemeente-opzichters
toezicht moet gebeuren, waarmede hij ook accoord
zal gaan.
De heer Ootjers wijst er op, dat hij ook aan den
Polder een adres indiende en dat dit wel is toege
staan tot wederopzeggings toe., doch op eenigszins
krappe voorwaarden, wat het bedienen vap die brug
betreft, o.al als een vaartuig in het verschiet aan
komt, dit eerst laten passeeren en het verkeer te
water alzoo ter wille te zijn.
De heer Barten zegt, de Polder behartigt het ver
keer te water, maar voor de gemeente gaat het er
alleen omdat Bos met die brug over een stukje ge
meentegrond moet.
Algemeen goedgevonden toe te staan, onder be
ding echter, dat natuurlijknergens bezwaar in wordt
gebracht, wat het publiek verkeer betreft.
Is aan de orde een rekest van den heer Joman,
hulptelefoon- en telegraafkantoorhouder, om voor
1916 en dus nog dit jaar zijn salaris nader
vast te stellen en daaraan op de eerstvolgende raads
vergadering dus heden gevolg te geven. Het
getal aansluitingen is reeds weder vermeerderd.
De heer Barten herinnert er aan, dat dit dit voor
jaar is behandeld en door spr. en meerderen is ge
noemd om zijn salaris te verhoogen en tevens ruimte
te laten voor een toeslag. Bijv.: Joman's salaris te
verhoogen en daarmede te brengen op f 800 en hem
f 200 toeslag toe te kennen.
De heer Keeman zou aan Joman feitelijk hetzelfde
geld willen toekennen, doch in anderen vorm en
wel als vast salaris van f 1000 's jaars.
De heer Ootjers zou ook liever het salaris op f 1000
bepalen. i
De heer Keeman licht toe een zoodanig salaris wel
noodzakelijk te vinden. En we zullen heusch geen
achteruitgang van het aantal te behandelen tele
grammen hebben te wachten.
De heer Barten: Het bedrag dat Joman zal genie
ten ,komt op hetzelfde neer. En zooals ik bedoelde
is toch voorzichtiger wat de toekomst betreft. We
leven in abnormale tijden en.al hoop ik gaarne dat
we uit deze tijden zullen komen in een bestendig
normalen tijd, 't is toch mogelijk, dat het terug liep
met de drukte aan het kantoor. Dan zou het beter
zijn; f 800 salaris en f 200 toeslag, dan f 1000 vast,
waarin dan niet zoo goed meer wijziging is te bren
gen. 't Is allerminst mijn bedoeling om op Joman's
salaris te beknibbelen. Maar zoo kunnen we er altijd
op terug komen in latere tijden. Mijn voorstel kan
toch nooit geen kwaad. De worst-omzet van den
heer Verburg, bijv. om iets te noemen, dat was ver
leden jaar heel druk, maar als het vrede wordt, is
het niet zeker, dat het zoo druk blijft, die mogelijk
heid zal de heer Verburg zelf ook wel bedenken.
De heer Ootjers verwacht toch, dat het fabrieks
wezen wel bestendigd zal blijven.
De heer Barten: Het is enkel maar kwestie vatf
opvatting, niet van de centen.
Het voorstel Keeman wordt na eenige discussie,
f 1000 salaris, met op 1 na algemeene stemmen aan
genomen, met den heer Barten tegen. Ingaande 1916.
Ged. Staten berichten aangaande nadere herzie
ning salaris burgemeester, secretaris en ontvanger
in verband met de bevolking, het salaris van burge
meester, die tevens secretaris is, als burgemeester
van f 850 op f .900 te hebben gebracht en van secre
taris, thans f 600 op f 625, als het in een persoon
vereenigd is en op f 825, indien deze functiën ge
scheiden werden. Voor 15 September vragen Ged.
Staten voorts advies aangaande salaris gemeente
ontvanger. Thans f 425, of dit al dan niet verhoogd
moet worden. Algemeen kan men zich met de door
Ged. Staten voorgestelde salarisregeling vereenigen.
Wat den gemeenteontvanger betreft, vindt de heer
Ootjers f 425 goed als 't voldoende is voor wat er
voor gepresteerd wordt. Het behoeft geen man^e te
worden om de salarissen te verhoogen.
De heer Keeman: Als het zoo was, dat de gemeen
te-ontvanger te kort verdiende, dan zou ik de eer
ste man zijn om voor' te stellen om het salaris te
veranderen.
Algemeen wordt f 425 goedgevonden.
De heer Vlug herinnert nu aan de pensioenrege
ling gemeente-ambtenaren.
Na eenige bespreking wordt besloten dat de ge
meente in weduwenpensioen-bijdrage zal bijdragen'
1t4 pet. van de 3 pet en in eigen pensioenbijdrage
2 7» pet. van de 5 pet. bijdrage.
De gascommlssie heeft een besluit ingediend om
f 2500 kasgeld te leenen tegen hoogstens 5 pet., af
te lossen 31 December 1916. Zulks tot inkoop van
steenkolen, die mogelijk nog duurder en nog moei
1 ijker te verkrijgen worden. Goedgevonden.
v olgt nog een besluit gascommissie over een klei
ne uitbreiding het bijbouwen van een oven en
aanschaffing motorspuit. In die onkosten zal onze
gemeente f 2500 hebben bij te dragen. Eveneens te
leenen tegen hoogstens 5 piqt, af te lossen echter in
25 jaren, jaarlijks f 100.
Ds heer Vlug vraagt of de 4 Langedijker gemeen
ten hot niet van de verschillende Boerenleenbanken
kunnen leenen. De gasfabriek staat te Langedijk en
als hier geen gebrek is aan geld, kunnen we het
hier wel krijgen. Waarom dan 't in den vreemde
probeeren?
De heer Keeman merkt op, dat de Boerenleen
banken geen vasten standaard hebben voor rente en
niet voor 25 jaren dienzelfden standaard houden.
De heer Zut is dit eens. Dan zou beter het zooeven
genoemde kasgeld bij de Boerenleenbank betrokken
kunnen worden.
Algemeen goedgevonden, zoo goedkoop mogelijk te
leenen.
Begrooting 1917 voor de gemeente-gasfabriek wordt
aangeboden. Sluit op een eindcijfer in ontvangsten
en uitgaven van f 98580 met f 958 voor buitengewone
uitgaven, of onvoorzien, Op deze cijfers voorloopig
goedgekeurd.
Rekening Burgerlijk Armbestuur. Ontv. f 899.27,
uitg. f 1913.99, nadeelig saldo f 1014.72. Goedgekeurd.
Begrboting 1917 Burgerl. Armbestuur wordt inge
diend, met het geraamd tekort ad f 1014.72.
De heer Vlug vindt, als weer ongeveer f 1000 te
kort begroot wordt, komt dat tekort niet weg en heb
ben het telkenjare. Is het wel aan te bevelen om
een begrooting met een goede f 1000 geraamd te
kort in te dienen?
De heer Keeman, Het kon niet anders.
De heer Vlug: Dan moeBt meer subsidie zijn aan
gevraagd bij de gemeente, 't Is overigens een kwestie
van 't Armbestuur die dat zelf maar moet oplossen.
De heer Ootjers meent, aan den Raad wordt ver
antwoording gedaan, maar het Armbestuur is de
uitvoerdèr en zou kunnen zeggen we hebben er niet
genoeg aan.
De heer Keoman: Ik wil namens het Armbestuur
wel meer subsidie aan de gemeente vragen.
De heer Barten vindt echter dat het tekort toch
niet in één jaar zal zijn weg te werken. Als de Raad
hoogere subsidie zal geven moet het Armbestuur
mét een nieuwe begrooting komen.
De heer Keeman: Het Armbestuur dacht dat do
Raad wel overtuigd was dat hoogere subsidie noodig
is. De Raad staat er zoo nauw mee in verband en
kent den toestand wel. En dat vragen wordt men
ten slotte ook beu van en daarom werd gedacht, dat
de Raad zelf wel begreep dat er te weinig subsidie
is.
De heer Vlug: 1915 komt het Armbestuur f 1000
te kort. Voor 1917 raamt het te kort f 1000 op de be-
grooting. En de uitkomst van 1916?Die weten we
nog niet
De heer Zut: 't Beste zou wezen om uiteen te zet
ten: zooveel ontv., zooveel uitg. en daarna te zien
wat er tekort is en dat bedrag als subsidie bij de
gemeente aanvragen.
De heer Ootjers: Als het zoo ging, zou het Armbe
stuur op het laatst nog een potje krijgen!
De heer Keeman vindt, als we eens f 1500 subsi
die mochten aanvragen.
Wordt nog aangehouden deze zaak en zal het Arm
bestuur een nieuwe begrooting indienen.
Wordt aangeboden de gemeentebegrooting op een
eindcijfer in ontv. en uitg. van f 27346.46. Zal vol
gende vergadering worden behandeld, met het oog
op de Armenbegrooting.
Aan de orde is nu benoeming zetter Rijksinkomsten
belasting, ter voorziening in de vacature Slotemaker
Bij 't lot benoemd de heer Zut
Rondvraag. De heer Vlug zegt, de vroedvrouw is
er geweest.om een/gratificatie over 1916. Wordt dit
in het openbaar behandeld. Goedgevonden in het
openbaar te behandelen. Mej. v. d. Wal, de vroed
vrouw, heeft f 400 salaris. Er zijn zeer weinig geboor
ten geweest en het gevolg is dat zij niet kon rond
komen en om een subsidie vraagt; f 50 over 1916
zou haar voldoende zijn. Algemeen goedgevonden.
Voorts bespreekt de heer Vlug den woningnood
hier, waarin voorzien moet worden. Zal op de vol
gende vergadering worden behandeld.
Hierna sluiting.
GEBREK AAN VLAS.
Men meldt:
De N.V. de Goudsche Machinale Garenspinnerij te
Gouda zal wegens gebrek aan grondstoffen, hennep
enz., geheel stop komen te liggen.
De grondstoffen uit het buitenland komen door uit
voerverbod van productielanden al sedert Januari IJ.
niet door. Den laatstem tijd werd dan ook reeds veel
minder gewerkt. Proeven genomen met Nederiandsch
vlas tegen marktprijs gekocht slaagden niet.
De hooge prijzen, die berekend moesten worden voor
bind- en paktouw. vervaardigd van vlas, worden door
de verbruikers slechts in het alleruiterste geval betaald.
Onderhandelingen in begin Juli met de Regeering
aangeknoopt om te komen tot een reoeeringsiegnling
voor den verkoop waarbij Nederiandsch vlas, (fit in
dubbele hoeveelheid is verbouwd, tegen redelijke prijzen
beschikbaar zou worden gesteld, mochten niet tot een
resultaat leideit.
Indien niet spoedig een regeeringsregeling tot stand
komt zullen in Gouda ongeveer 250 werklieden zon
der werk komen.
EEN KWARTIERMEE8TERSKA8 GFSTOLeN.
Een brutale diefstal heeft te Halfweg plaats gehad.
Uit een der bureaux van het Groepsstafkwartier ge
vestigd in een der zalen van het café Coppee, is de
kas van den kwartiermeester inhoudende ongeveer f 1250,
ontvreemd, en niet alleen de kas, maar ook het kistje
waarin dat geld bewaard en het tafeltje waarop dat
kistje stond vastgeschroefd.
Aan den hoofdingang staat sleeds een militaire post,
terwijl in een der bureaux altijd militaire telegrafisten
aanwezig zijn. Vermoedelijk heeft men aan de achter
zijde het gebouw weten binnen te komen en is het
vermiste per schuitje weggevoerd. De groote kas van
den luitenant-kwartiermeester bevond zich ook in een
der kantoortjes. Door den burgemeester werden heden
tal van militairen ten raadhuize gehoord, doch heden
middag te 12 uur was nog geen spoor der daders
ontdekt.
DESERTEURS.
DINXPERLOO, 30 Aug. Gisteravond is alhier een
Dtuitsch deserteur, een onderofficier in burgerkleeding
over de grens gekomen, in gezelschap van zijne vrouw.
Hij was reeds in den oorlog drie keer gewond geweest
en moes tspoedig weer naar het front vertrekken.
Hij klaagde zeer over het eten, dat den soldaten yer-
kstrekt werd.
Van 'hier is hij naar Enschede vertrokken.
HAART; gem. Aal ten. Alhier zijn weer twee Oos-
tenrijksclie en één Duitsche deserteur aangekomen,
RUBBERSMOKKEL. M
Me nmeldt uit Oldenzaal d.d. 30 Augustus
Hedenmiddag werden n^i aankomst van trein 222
bi hier (4,36n *n.) op last der douane de twee voorste
rijtuigen, een le en 2e kl. en een 3e kl., uit den
trein gazet, ten einde deze voertuigen aan een grondig
onderzoek te onderwerpen.
Bij dit onderzoek werden in twee coupé's le kl.
van het le en 2e kl. rijtuig in de bakken waar de
zitkussens op rustan. 15 zware bossen koperdraad/
omwonden met dik rubber gevonden. Ebt koperdraad
moet bestemd geweest zijn om over de grens te smok
kelen, dóch de poging daartoe werd door het uitzetten veertien dagen geleden uit zee moeten terugkeeren
van he* voertuig verijdeld. om een zieken opvarende te landen.
Eerste klasse reizigers bevonden zich bij aankomst
nieti (n het uitgezette rijtuig, zoodat de dader in een
fluder rijtuig moet hebben plaats genomen om ge
makkelijker te kunnen zien wat aan de grens met
smokkelwaar zou kunnen gebeuren zonder dat ver
denking op hem viel. Een duur zaakje voor belang
hebbende, die inmiddels onbekend bleef!
COLLEGE VAN ADVIES.
Wij vernemen dat minister Posthuma besloten heeft
een Collega van Advies, bestaande uit drie personen,
in te stellen, dat hem zal adviseersn in alle zaken be
treffende de uitvoering dar Distributiewet. Een econo-
driütnanschap dus. Du minister heeft de volgende hoe
ren uitgenoodïgd om in dit College zitting te nemen
Mr. M. M. Schijn van der Loeff te Gouda, lid
van de Tweede Kamer voor Dordrecht;
O. Reftsma, te 's-Gravenhage, secretaris van den
Nederlandschen -Zuivelbond,
A. G. Kroller, te Rotterdam, lid der firma Muller
en Co. Tel.
LANDBOUW-WINST.
HOORN. 30 Aug. Aan het jaarverslag over 1915
van de Vereeniging tot Exploitatie eener proefzuivel-
boerdierij" alhier ontkenen wij het volgende:
De Europeesche oorlog brengt groote voordeelen met
zich voor menig middel van bestaan en niet' het minst
voor den landbouw.
Wel wordt de ontwikkeling daarvan belemmerd door
beperking van den aanvoer van veevoeder en hulp-
meststoffen en worden ten behoeve van de algemeche
volkvoeding vrij groote bijzondere belastingen den be
oefenaars van den landbouw opgelegd, maar trots dat
alles wordt in dien landbouw geld verdiend.
De exploitatie-rekening der boerderij over 1915 is
geheel in overeenstemming xhiermede. Sedert 't bestaan
der vereeniging is 't nooit voorgekomen, dat er winst
gemaakt werd en die oprichters der vereeniging heb
ben zich deze mogelijkheid niet kunnen indenken,
want bij den opzet werd wel geregeld de voorziening
in de tekorten, maar gezwegen over de bestemming
van het winstsaldo.
Als winst op kaas is geboekt f l0.771.45yi, tegen
Sverleden jaar f 8219.45. Verkocht is 2377 kop melk-
aroomboter en 336 kop weiroomboter voor f 2161.55,
Als winst is genoteerd; f 2157.15, tegen verleden jaar
t 2043.63*
De netto-winst op de varkens bedraagt f 4727.48,
tegen f 1078.44ys in 1914.
Öp de schapen is gewonnen f 1733,12, tegen f 933.07Ys
In 1904.
Op 't hoofd paarden kon een winst geboekt worden
van f 601.85 terwijl gewoonlijk hierop, wegens af
schrijving, een verlies geleden wordt.
Het winstsaldo over 191o bedraagt in totaal f6333.19Vj.
EEN OFFICIER SCHIET OF EEN SOLDAAT.
GENNEP, 30 Aug. Te Mook is gisteren door een
officier met de revolver op een soldaat geschoten. De
soldaat, die te Ede in garnizoen thuis behoorde wil
de van de kermis te Mook profiteeren en begaf zich
daartoe naar die plaats.
Doordat hij niet aan een bevel van den officier
in kwestie voldeed, meende deze laatste zich gerech
tigd op hem te schieten jmet het treurige gevolg.)
dat de soldaat getroffen noderviel en naar het zieken
huis te Nijmegen werd vervoerd, waar hij, nog den
zelfden avond overleed, i
De soldaat was van Groesbcek afkomstig en genaamd
y. Bebber. De officier, die het doodelijke schot op
hem loste is de landweer-luitenant jhr. Van Nahuijs.
BREEZAND.
Wanneer de nieuwe dienstregeling der H. S. M.
begint, zullen aan de halte Breezand weer 2 treinert
meer stoppen en wel trein 107, stoppend te Anna
Paulowna 's morgens 11.18 en trein 669, stoppend
te Anna PauloWna 's avonds 6.47.
DE BURGERVADER VAN/ DE KLOK.
VOLLENHOVE, 30 Aug. De hedenavond om half
negen belegde raadsvergadering kon weder niet doof
gaan, daar slechts 3 van de 7 raadsleden aanwezig
waren. Evenals den vorigen keer mankeerden ook
wederom de beide wethouders.
De publieke tribune was bezet met een groote
schare belangstellende ingezetenen In verband met
art. 49 der Gemeentewet is door den burgemeester
tegen hedenavond kwart over negen opnieuw een
vergadering belegd, in welke vergadering al komt
ook slechts één raadslid op verschillende belang
rijke ondèrwerpen aan de orde zullen komen.
TWEE LOGGERS DOOR MIJNEN TOT ZINKEN GE
BRACHT.
De berichtgever van het Hbld. te LJmuidan ineldt:
In den aigeloopen nacht arriveerde alhier de Katwij-
ker haringioager „Eendracht I" met 25 opvarenden
vdn twee nanngloggers, die op de viucherij door het
stootau op mijnen verloren waren gegaan!.
Omtrent deze schipbreuk en de redding vernamen
wij
De zieilloger KW 156 „Noordstar'' van den reedei'
Johan Parievliet te Katwijk was jl. Dinsdagmiddag
na een reis van zes weken bezig met het inhalen der
netten, toen te ongeveet vier uur in de vleet een
mijn werd opgehaald, die tegen ,het voorschip ont
plofte. waardoor een groot gat in den houten logger
werd geslagen en de zee vrij binnenstroomde. Men
zette zich dadelijk aan de twee handpompen en trachtte
ook met de sioomdonckey het Liatroomende water
int te pompen.
Het ongeval was inmiddels opgemerkt door den
logger „Eendracht", die kortbij zeilende was. Men
had op dezen logger den schok gevoeld en spoedde
ach naar de „Noordstar", zette een boot buiten boord
tot hulpverleening en zoo noodig om de schipbreu
kelingen af te halen. Toen bleek dat de „Noord
star", in weerwil van het onafgebroken pompen, waar
bij ook de redders hulp verleenden, niet meer te
behouden was, verliet de bemanning, na zes uren
arbeids in hun eigen boot en in die, welke hun was
toegezonden, het vaartuig, met achterlating van al hun
bezittingen. Dadelijk daarna kantelde de .„Noordstar"
en verdween to de diepte.
Inmiddels was het tien uur in den avond gewórden
toen men op zeer grooten afstand een ander jchip
opmerkte, dat volge.ns de signalen in nood verkeerde.
Zoo bard mogelijk zeilde men daarheen om ook daar
hulp te verleénen. Het bleek te zijn de zedilogger
VL 23 „Adriana Jacoba", van de reederij P. en A.
Kortland te Vlaardingen, die veertien dagen in zee
was en eveneens door een mijn was getroffen. Deze
mijn was met dien, arm in de vischltjn geraakt en
tegen den romp geslingerd, waarop een ontploffing
volgde. De bemanning had, om de aandacht te trek
ken, alles wat brandbaar was, zelfs dekens, kooi- en
lijfgoederen, in petroleum gedrenkt en aangestoken.
Ook op dit schip had men zich aan de pompen
gezet. Toen het bleek dat het ten slotte, alle moei
te ten spijt, niet boven water was te houden en de
bemanning geen hulp zag opdagen, werd besloten
in de scheepsboot te gaan. Gelukkig was de „Een
dracht I" in aantocht. Uitkomst was dringend noo
dig, want de sloep was bij het buitenboord zetten
door de ruwe zee omgeslagen en, na gekeerd te zijn,
half vol water geraakt, zoodat de mannen op dat
oogenhlik van alle redmiddelen waren vërstoken.
Ook deze logger sloeg, na het verlaten van de be
manning, dadelijk onderstboven en zonk in de diep
te weg.
De menschen werden overgenomeM in de booten
van de „Eendracht I" en opgenomen aan boord van
dieh logger, die dadelijk koers zette naar IJmulden,
ter ontscheping van dit groote aantal geredden. Met
de eigen bemanning herbergde de „Eendracht I" ge
durende twee dagen 38 visscheirs, die zich om beur
ten tevreden moesten stellen met een verblijf- en
slaapplaats op dek.
Na aankomst te IJmuiden werd onmiddellijk bij1
de marine-autoriteiten een officieele verklaring af-1
gelegd.
De verongelukte Vlaardinger logger had reeds
Geen der geredden en der redders bekwam eenig
letsel.
SOCIALISTISCHE VREDES-VERGADERINGEN.
Naar de ,Vorwfirts" meldt, zijn in verschillende dee-
len des rijks druk bezochte vergaderingen gehouden,
waarin op /rede aangedrongen werd. Overal werd de
eisch om een vrede zonder annexaties te sluiten., krach
tig toegejuicht. Een der sprekers de Rijksda.g-afga-
vaardigde Rappier, zeide, dat de „reëele waarborgen"
tegen een herhaling der de volkeren teisterende, kata-
strophe, in een eisch tot ontwapening in alle staten
en de oprichting van een internationaal gedwongen
scheidsgercht zijn gelegen.
IN- EN UITVAL VAN HET HDBLD.
De colonne is aangetreden voor het appél. De wacht
meester laat zijn geweldigen blik over ae manschappen
glijden en spreekt met zijn luide stem
„Wie .van jullie heeft wed eens wat gelezen over
Noordpoolreizen?"
Twee recruten stappen naar voren..
„Zoo Mertens. Wat heb jij dan gelezen?"
Peary, Ontdekking van de Noordpool", klinkt het
zelfbewust.'
„Zeer goed. En jij Sieder?"
„Nansen, In nacht en ijs I"
„Prachtig! Zijn er nog andere poolkenners hier?
Niet? Goed. Dan komen jullie twee om 12 uur aan
mijn huis om de sneeuw op te ruimen!"
BEVROREN VISCH.
Men heeft onlangs in gewone bokkingkisten een zen
ding van 35 K.G. dorsch van Bergen naar Ween en
gezonden en de visschen zijn in zeer goeden toestand
aangekomen. In het tijdschrift Prometheus leest men
hoe dat in zijn werk is gegaan. Men heeft de visch
niet in ijs verpakt, maar ze voor het inpakken afgekoeld
door ze te doopeti in een mengsel van vijftien graden
onder nul. Alle vocht buiten aan den visch bevriest
dan onmiddellijk en daarmede is de visch als net
ware geïsoleerd. De vorst dringt spoedig door tot in
het binnenste van de visch; kleine visschen zijn in
eenige minuten gereed. Een ongunstige uitwerking op
op het vleesch schijnt.de bevriezing niet te hebben.
Om het koude mengsel te maken gebruikt men keu
kenzout. De temperatuur mag niet minder dan 10
graden onder het nulpunt bedragen, omdat anders het
bevriezen niet snel genoeg in zijn werk gaat. Visch
die zoo behandeld is, kan gewoon ingepakt en verzon-
tdem worden. Het toevoegen van ijs, dat vroeger de
vracht aanzienlijk verhoogde, is, overbodig, want het
ijs wordt ais het ware in het binnenste van den visch
rrmd en daar de bevroren visch niet meer weegt
onbevroren visch, spaart men veel aan vracht. Na
het ontdooien van de visch moeten slijm en kieuwen
onveranderd zijn. De in bevroren toestand witte oogen
worden weer helder. Men heeft bevroren visschen ze»
weken lang bewaard, en bij het ontdooien smaakten ze
toch nog goed.
EEN NACHTELIJKE VLIEGTOCHT.
In een artikel in het „Journal" beschrijft Jean Da-
cay een nachtelijken tocht in een vliegmachine, dien
hij met een makker ondernam, om bommen te wer
pen op e<?n vijandelijke fabriek.
„Als een eenzame groep in den nacht", zoo begint
hij zijn belangwekkend verhaal, „onze lampen ge
richt op de kaarten, ontvangen wij de laatste beve
len.
Wij vertrekken drie minuten na elkaar en rich
ten ons naar het Noorden; wij moeten tot 1500 meter
stijgen boven het veld, ons wendend van rechts naar
links. Onze koers is: op den heenweg het dal van de
Rvolgen; op den terugweg het kanaal van B....
daarna Zuid-Zuid-West.
Voorwaarts! Onze vliegmachine verheft zich in den
duisteren nacht Voor onze oogen, die recht vooruit
staren, is het alsof voortdurend nieuwe grashalmen
.uit den grond verrijzen; dan vlucht de aarde weg
in het duister. Wij stijgen, maar zoo kalm zonder
windstooten, dat het lijkt, alsof we voortglijden naar
de sterren. De groep der lantaarns, de in rijen opge
stelde vliegmachines, het geheele vliegkamp, alles
wordt kleiner en kleiner, tot het niets meer is dan
een lichtstip, welke zich verliest in den nacht.
Ik zoek boven ons een der schaduwen, die met uit
gedoofde lichten omhoog stijgen en ons vóór gaan
op onzen avontuurlijken tocht. Ik zie niets meer
dan een stralend witte maan en den somberblauwen
met sterren bestippelden hemel. Wij zijn alleen, alö
een schipbreukeling op zijn reddingsboei in den
nacht; alleen met onze twee kleineelectrische^lam-
pen, dit van buiten onzichtbaar zijn en waken over
ons kompas, onze klok.
Vijftienhonderd meterl Ons kamp Is nog slechts
een lichtstip; de vuurbaak verdwijnt en vertoont
zich telkens weer met ongelijke tusschenpoozen. Ik
sta op en tuur langs het luchtruim, dat door dé
maan helder bestraald wordt. In den schemer kan
men zelfs niet eens meer de loopgraven waarnemen,
waar thans, in den nacht, de duizenden mannen
rusten.
Langzamerhand onderscheid ik in de dalen der
duisternis, waar de dood zooveel slachtoffers heen
gemaakt, kleine en bleeke lichtjes, welke dé aan
wezigheid van een stad verraden, 'n Bosch teekent
zich somber af tegen den lichteren hemel. Een grij
ze beweeglijke streep zweeft boven het dal; ik her
ken haar nu: het is een nevel.
Even wijst hij mij den weg, evenals de lichtplek-
jes in de rivier, waar de maan het water beschijnt
Wij zijn nu de linies voorbij. Als ik er aan had
getwijfeld, zouden de vijandelijke wachten het mij
spoedig hebben bewezen .Rechts en links van mij
zie ik flikkerende lichtstrepen, die schijnen op -te
gaan tot aan de sterren.' Ze gaan rakelings lange
ons heen; een oogenblik moet Tk mijn oogen sluiten
r or een verblindenden lichtbundel. De machine, die
ix, voorgaat, ijlt verder de duisternis tegemoet.
Ver zijn wij reeds van dat licht, dgt, gewaarschuwd
door het gesnor van onze machine, den oorlogsvo
gel zocht
„Opletten!" Mijn metgézel wijst mij een punt aan.
Daarginds is de fabriek, die wij vernielen moeten.
Hij is er reeds eenmaal over dag geweest, toen ik
ten gevolge van geschutvuur tot een noodlanding
werd gedwongen. Duidelijk zie ik een kanaal en eek
zwarte vlek: een bosch.
„Wij moeten dalen, kerel; ik zie nog niets, doch
weet waar het is."
Met een bijna stilstaanden motor dalen wij in een.
glijvlucht neer. Over duizend meter onderscheid ik
den weg; op 800 ontdek ik een pannendak, dat glin
stert op een kale vlakte.
„Nog een beetje rechts. Daal nog watt Ik ga vu
ren".
Ik werp mijn bom, die ik volgen laat door een
tweede en een derde. Terwijl ik voorovergebogen
wachtend uitkijk, ontdek ik den gloed van 'n brand.
Is dat geen vuurtong, die uit het dak slaat? Is het
ons werk of dat van onze voorgangers? Ik weet het
niet, maar het doel ls bereikt
Wij keeren terug. Onze weg wordt als met projec
tielen bezaaid, die zeer höog boven ons hoofd elkan
der schijnen te ontmoeten. Wij huiveren. Nóg eenige
bommen ontploffen In cm ze nabijheid, maar wij stij
gen reeds. Beneden ons zien wij een hei-verlichte
stad, dan een mistig dal, eindelijk de duistere, ein-
delooze vlakte. Zeer hoog in de verte wordt mijn
blik getroffen door een sterk licht Is het een vlieg
machine, die in brand staat? Is het een vuurtoren
op een hoogte? Maar wij zijn immers boven een
vlakte' Verbaasd kijken wij op ons kompas, totdat
ook dit licht, volgens het ons bekende tempo ver
dwijnt Het blijkt onze eigen vuurbaak te zijn, die,
aan den horizont opdoemend, zich scheen te bevin
den op dezelfde hoogte als wij. De vier bekende
licht bundols omringen haar nu, en in de schemeren
de vlakte toonen twee lichtende lijnen ons het
punt onzer