DE BOETE. FEUILLETON. Raad van Callantsoog. Zaterdaq 8 Septemöer 1917. 60ste Jaargong No. 6068. TWEEDE BLAD, Ingezonden Stukken. Qe verkoop vau Zaaizaad. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. ft' Schetsen uit de Rechtzaal. Schap Courant. Uit een k°rt geleden verschenen beschikking van u w:„;«ier van Landhom» .1 V Te velde Na het dor goed schen goed gekeurd. gekeurd. f 27.50 f 24.75 f 25,25 f 2275 i 27.50 f 24.75 f 25.25 f 22.75 f 26 75 f 24/— f 25.25 f 2275 f 32.25 f 28.25 f 46.- f 39.50 f 46.- f 39.50 f 42.75 f 37.— et-" - i j. «"««r-u oescniKKing van Minis'«r van Landbouw. Nijverheid en llu.uk] blijkt, dat de verbouwers van granen en peulvruchten ,n de gelegenheid worden gesteld hunne producten te verkoopen als zaaizaad, indien zü van wege de Hol- Iandsche Maatschappij van Landbouw te velde zijn aekeurd en goedgekeurd, of wanneer zij na het dor- schen en schoonmaken alsnog ter keuring worden aan geboden en geschikt worden verklaard. Aan dengene die later het zaad als zaaizaad wenscht te gebruiken zal door dcngene, die hem dit zaad verkoopt niet meer in rekening mogen worden gebracht dan de onderstaande maximumprijzen per 100 K.G. Ver goe ding. f 0 54 Tarwe (winter- en zomer) f 0.50 Spelt f 0 54 Rogge (winter- en zomer) f 0.52 Wintergerst en vierrijige zomergerst f 0 52 Chevaliergerst f 0.50 Haver f 0.63 Veldboonen (paarde-, duive-, enz f 0.90 Erwten (alle soorten) f 0.90 Boonen (bruine, gele. witte) f 0,84 Kanariezaad De zak moet door den verkooper kosteloos worden bijgeleverd, doch de vracht is voor rekening van den kooper, terwijl door den verbouwer aan de Maat schappij als vergoeding voor hare tusschenkomat een bedrag moet worden betaald, als vóór ieder artikel is aangegeven. Verkoopt de verbouwer het zaad zonder tusschen- komst van een handelaar aan dengene. die het zaad zal uitzaaien, dan zal de verbouwer dus den koopei de genoemde maximumprijs in rekening mogen bren gen. verkoopt hij daarentegen aan een handelaar dun zal hij minder dan den maximumprijs kunnen be dingen. omdat de handelaar aan dengene. die het zaad zal uitzaaien, niet meer dan den maximumprijs in rekening mag brengen. leder, d e granen of peulvruchten heeft geoogst, die jijzoiider gesmukt zijn te achten om ais zaaizaad te worden gebruikt, zal verstandig handelen, goedkeuring van jdat zaad te vragen aan den secreta ris-penning meester der Hollandscne Maatschappij van Landbouw, den Heer P. Oly. te 's-Gravenhage. koninginnegracht 27. De door de Maatschappij goedgekeurde herfstzaai- zaden behoeven met aan het Rijk te worden afge leverd voor 1 Januari 1918 en de goedgekeurde voor jaarszaaizaden niet voor 1 Juni 1918. Om verkocht zaaizaad te mogen vervoeren moet de vervoerder in het bezit zijn van een vervoerbewiis. gestempeld door of van wege den burgemeester dei gemeente, waar de verkooper woont. Om zaaizaad te mogen afleveren moet de verkoo per In hert bezit zijn van een behoorlijk geteekende en ingevulde zaaizaadbon. afgegeven door eten burge meester van de plaats waar nat zaaizaad zal worden opgeslagen of gezaaid. De burgemeester, die het vervoerbewijs afgeeft, zal dit niet (teen dan nadat hem is gebleken, dat het te vervoeren zaad behoort tot een door de Hollandsche Maatschappij van Landbouw goedgekeurde partij en hem inzage is gegeven van den door den burgemeester der plaat* van bestemming afgegeven zaaizaadbon. Aan allen, die mijne bemiddeling hebben gevraagd voor het verkrijgen van zaairogge voor het verbouwen van sniirogge voor veevoeder, zij hierbii medegedeeld, dat ik daarvan opgave heb gedaan aan den Regeerings- commissaris belast met Qe Rijksgraanverzameling in Noordholland. Keizersgracht 121, Amsterdam. Indien de rogge te lang wegblijft, om het nog te kunnen uit zaaien. gelieve men den Regveriiigscomiiiissaris hiervan mededeeling te doen. Schagen, 7 September 1917. De Rjjkslandbouwleeraar voor Noordholland,- C. NOBEL. zijde van „d« Vervolg. van aan aendendlefstaL de ervershover kastelein N. Boots die vei- i^!!i ^e£sta 1 door 70-jarigen kooiker m onbezoldigd rijksveldwachter W. Groot werd aan spreken op een stuk land en die toen den bejaar den Groot enstrig mishandelde, zoodat dokter ruim 80 aan het slachtoffer" te goed maakte ouwe"66" e eisch natUurlP van de zijde" ,C!'vJ.' vorderde tegen Boots wegens het door hem n(p Mei m min of meer beschonken toestand gepleeg de Jeit een week gevang. Mr. Leesberg, pleiter, concludeert tot dichtere sti f. Uit nood P Blokker, brievenbesteller te Bergen had i. Jh, zooals hij zegt uit nood. wederrechtelijk hout toege ëigend van het geboomte behoorende aan Burgemees ter Van Reenen. Eisch f 10 of 5 'dagen hechtenis. egens een dezelfde delict werd tegen Johannes V rasdonk en C. Beeldman mede brievenbestellers te Bergen, elk 2 dagen gevang, gevorderd. Uit winstbejag. A. C. (L Hoogervorst. een landbouwer te Limmen, had van zijn tijdig opgeslagen hoeveelheid petroleum aan zekeren -A. Balder 10 liter boven maximumprijs verkocht Dat haalde hem nu een eisch tot f 25 boete of 10 dagen hechtenis op den hals. Dat wordt dure haver, J. P. Kuis. mede te Limmen, .heeft tegen de uitge vaardigde voorschriften in, qp 12 April haver aan oen ander verkocht en liep daarmede in verband met de wettelijke bepalingen een eisch op tot f 25 of 10 dagen hechtenis. Voor een gestolen Hets. Halbe van der Veen, timmermansknecht te .(Leeuw arden, ten vorigen jare werkzaam aan den bouw1 van de zuivelfabriek te Lutjewinkel, was absent. Hij had 5 Juni 1916 een fiets ontvreemd op de Opmeersche kermis. Het rijwiel was door den eigenaar, de 21- jarigen C. Kuiper Jacobszoon bij kastelein Schuite- makar neergezet en later toen men huis-toe" zou gaan, was het karretje gevlogen. In dit zaakje, dat nogal lang onderweg is geweest, werd tegen beklaagde 2 maanden gevang, geëiscn. voor waardelijk met j) proefjaren. Wees voorzichtig met de Dlstrlbntiewet Aafje Riewerts, weduwe Hlllenius, filiaalhoudster te Helder voor den graanhandelaar O. de Geus. aldaar, had de distributiewet overtreden door herhaaldelijk brui ne boonen tegen 44 cents per liter (Is ongeveer 54 oents per Kg.) te verkoopen. waar de maximumprijs slechts 21 cents was. Geëischt werd f 50 of 10 dagen hechtenis. Waarschuwing als voren. Pieter Slagter, slager te Bovenkarspel, had zijn op zijn vak zoo toepasselijken naam op de rol van be klaagden gfbracht door op13 Maart ruim een pond spek aan een kuiper uit Enkhuizen, W. Bakker ge naamd. ver "boven maximumprijs tè verkoopen, wat Slagter n uk wam te staan op een eisch tot f 25 of 10 dagen "hechtenis. Een drietal hondenbelastingzaakjes uit Hoorn tot slot. •icviii. n«u gevorderd, f 5 of 1 dag. en tegen P. Sjpel voor 2 honden 2 m. f 5 of 1 dag. hecht. A.s. Dinsdag uitspraken en nieuwe zaken. Ebü verhaal alt het hedendaagich New-York door GOUVERNEUR MORRIS. 16 Uitgave W. DE HAAN, Utreehi j«f8 de man zonder beenen kortaf, maar zonder yer zijn nekte uit te wijden. ,.U bent zeker geko- en om. tnij te zeggen, dat ik niet weg moet gaan al- fu1! 00 busUs voltooid is. Heb ik gelijk?" voelde zich iets meer op haar gemak. „Ja," ein<n°° f -.11' beu zelfzuchtig. Het bcteekeut on eindig veel voor mü." en'hal'iY niet hoeven te komen," zei Blizzard oeVnmJr 'd' 118881 alsof hij boos op haar was dat zij daarin^11 Was' »«lk hen van plan veranderd. Ik ben j™egenoodzaakt.Ik blijf. aaogen w. v(as zoer verheugd. „Ik wou. dat ik u ((Het kom. blli ik er over W," zied zij. Weer mar i! nou maar op aan,' zei Blizzard. ,„U dj1 gedeelte 18 te krijgen. If hadt heekmaal niet in niet in Y811 de stad moeten komen en vcwral nlet gegund 7^^'ik toilet: maar u hebt u den tijd u bent itèknrrï 118 te denken. U hadt een idee em toen u het°bui!.' iemand waar u naar toe ging, za «huddë1bjv**' >.Er zou u ij* koofd. komen," zei hii«nerscllrikkelijks hebben kunnen over- om zijn mond 6611 vreemde glimlach speelde even. weten. St®l u een«ett bemand had er iets van ge- den had om voor „V?°r' dat u mij hier niet gevon- u een p*s loscektcn zorgen? Stel u eens yoor dat kad^evuudenr dronken boef of nog iets ergers om is altes hfLtU"•ovoaden," zei Barbam, „en daar- ij TTT; d«n heinel "a'les is in orde en daar mag u laten wachtend a Wa8rom bebt u de taxi mond M,, de vreemde glimlach Blizzards Rarba' 1 18 w*®-" voor d^hh^de Blizzard's blik en zag,, dat de straat zwaaide van Hil greep -naar ziJn krukken «venIlS^h^ is hlJ naarJake's café gegaan. Wacht Re bel 1 zien Toen tn j buitendeur weerklonk hard rinke- zich ,jrrde. 0611 doordringend schel gefluit, later hw ee(TlaaI herhaalde en een paar minuten 8«luid van een motor. „LE BEAU HENRI". Ik heb hem gekend in zijn nadagen en het schouw spel was wel neel bedroevend, soms heel schokkend zelfsIk heb hem ook aanschouwd in z"n .'gouden tijd". Erkend moet worden, dat hij een Pechvogel was van de echte soort Z'n vader zie ik .daar nog zitten aan het raam van de voorkamer in het heel-ouder- wetsche' sth've huis. Ik zie nog zoo duidelijk en scherp voor mij aat smalle, bleeke „•■laat met de scherpe trek ken-; met de .schrandere, m later dagen peinzendie oogen Hij zat in het hoekje van het raam en hield een lange, blanke, Goudsche pijp tusschen de lippen. Hjj zat daar grijzige wolkjes in de lucht te blazen. En ik wist hem in die dagen Ziende zitten waar hij aan dacht, de tengere, magere grijsaard. Toen was Le beau Jlenri" een der typen in de stad. Een der bekende figuren Soms ontdekte men hem plotseling als middenpunt van een straatkabaaltje. Dan was hij ae boel %an het opscheppen" in een café. Hij reed met jjn „karretje" door de stad en de menschen wezer hem na. „Kgk 's gauw," werd gezegd, „daal. gaat Hein je jveet wpl. jle zoon van den gewei ïn slager uit de Nieuwstraat... Kijk's. hij heeft m weer om." En meestal hadden ze gelijk. Zoolang sJe moeder nog ieefde. was er orde geweest in het gezin van den ouden Velders. Zij wist ontzag in te boezemen. Toen ze dat groote fortuintje hadden genoten van dat Oostenrijksche jot. wist zjj het beheer in handeq te houden. En daarna. die reuzebof met de groa- den. die Velders gekocht had, moeder Aagt kénde Hendrik en hield hem ,jn de gaten". Vader was goed- geefsch van aard en zwak van natuur.- Maar het vrouwtje waakte zóólang pj maar kracht wist te hou den. En Hendrik voelde een soort van sffhuw ontzag voor de moeder, van. wie hij wist dat ze hem doorzag Toen was moeder gestorven. En bleef Hendrik over met vader. En op zekeren «lag had hij mee thuisgebracht hij .ging nog op het gymnasium een vriend met Jonkheer-titel. De oude Velders, al-maar zittend in zijn hoekje aan 'het raam met de lange pyp tusschen de lippen en ge nietend van yjjfl rust. was vervreemd .van zijn vroegere kennissen. Moeder Aagt had gezorgjd dat het geld solied belegd was, bij den ouden kassier, die vroeger een van z'n klanten was geweest en met wien moeder menig ,uurfje gepraat had... Zij wist, dat zoolang die over de fondsen jóng' er .geen ge vaar dreigde. En toen Aagt voelde, dat het oogenblik naderde* waarop zij de leidsels uit handen moest geven, had ze Velders laten 'beloven. laten zweren, dat hij nooit of te ^immer een ander over het geld beheer zou laten voeren. En moeder Aagt had hem Jjeel dicht bij zich laten zitten, want ze kon toen al niet mêar anders dan fluisteren. En met hem gepraat over Hen drik. Had hij beloofd, gezworen... Maar moeder Aagt was gestorven met een .gevoel van "heel beklemmenden angst voor wat komen zou. Want ze Wist menschen van menschen te onderschei den. en zij kende vader even goed als haar Heintje,../ Toen kwam een maand ol wat na moeders dood de zoon thuis met zijn vriend den jonkheer. En vader was heel vereerd. In de stilte Van zijn hoekje zittend op zijn fauteuil en in zün met smaak met zekere weelde ingerichte kamer had de oude Velders wel eens eerzuchtige droomen doorleefd...zich. al-puffend aan zijn gouwe naar ^{gevraagd, waarom hij eigenlijk niet met ,.de grootheid" kon omgaan Centen "had-ie er zat voor. vn h,ij dacht aan' zijn gewezen collega Van Dam. die „kook en ei" was met een echte baron, schoon die dan ook diep bij hem in 't krijt stond, naar men al gemeen zeL. En aan Daantje. die waarachtig schoor steenveger was geweest en op een goeien dag van éen oom jut Amerika een half millioen had geërfd. En hoe Jjij ^dienzelfden Dean toch gezien had met ben ridderorde in 't knoopsgat en zittend in een. van je fijnste café's in conversatie met een bloedeigen broer van den burgemeester,,,. En aan verschillende! dergelijke gevallen meer, HIJ Velders was gebleven wie hij was. De oude ken nissen had hij ontweken, en nieuwe waren er niet gekomen. Moeder Aagt doodsbang dat zij op hun duiten loerden, had 't steeds weten te verhoeden. Hem voorgehouden het voorbeeld van Janus Tulp, van Maunk's rijk geworden barbier. Toen kwam net jonkheertje. Dat met Hendrik, zijn «■enigen Zoon, repeteerde. En lange gesprekken had met meneer Velders. Hem schetste zijn voorname, hoog-deftige relatiën. En op zekeren dag 'voorstelde, donateur te worden van hun club.... 't kostte maar een simpele vijf en "twintig pop. Een futiliteit he?.... Z'n oom Rengers en z'n neef Tuyll waren ook donateura Dien middag had vader Velders een -flesch port laten halen. Zijn wangen gloeiden. Een gevoel van ongebreidelde vrijheid overmande hem. Hij haalde 't gele lapje voor den dag. „Merci I" zei jonkheertje. het papiertje met ze ker onverschillig dédain' in zijn portefeuille st^jfend. En hij schonk zich. zonder meneer Velders uitnoo- diging af te wachten nog eens van de kostelijke port in. Keek den ouden man aan met half-dichte oogen. waarin de spotternij tintelde. Dat was n' heerlijk „proefkonijn" dacht het jonk heertje. Maar 't liep anders. Toen Hendrik een maand oT wat over de twintig was, geworden, kreeg hjj. op oen middag zittend, als eindelijk student geworden „broekje" in zijn pafé-club. een telegram. Van huis. Om dadelijk bij vader te komen, 't was heel ernstig En een paar uur later was de .oude Velders over leden. Zonder. na de beroerte die hem had ge troffen zijn zoon herkend te hebben. Toen was „le beau Henri" nog minderjarig Moest er in de voogdij worden gezien. Maar men rekte de beslommeringen en formalileiten. Een oom van moederszijde fungeérde als voogd zonder te weten, wat hij eigenlijk te doen had.... En Reintje werd meester over het fortuin, dat eerst het Oostenrijksche lot en daarna een reuzenbof met de grondspeculatie hadden aangebracht. Ik herinner mij hem uit die dagen.... Van zijn voor ouders had hij Jiqg overgehouden den zin tot het nette 't er propertjes en keurigjes uitziende. Zijn manchetten glommen als spiegels en zijn haar was steeds onberispelijk gecoiffeerd. Ook had hij toen *nog een tamelijk fikschen. frisschen oogopslag En bij tusschen- poozen zag ik hem hier en daar terug 't Is een vreemd verschijnsel, waarom men op som mige menschen let; hoe 't komt dat zij voortdurend „Alles in orde, juffrouw Ferris. ik heb hem ge vonden." Zy trok haar mantel dichter pm zich heen en be ga' ach naar den man zonder boenen, die pp het trottoir stond." „Ik dank (Uzeesfl" sprak zU, goeden avond, tot morgen." Het gezicht van den chauffeur had hoegenaamd geen uitdrukking HU, die zoo goed kon besturen, kon niet begrijpen waar zijn meester op aan stuurde. ^Blizzard hield het portier van de taxi open en Barbara stapte er in. Maar hij sloot het portier niet onmiddellijk. HU draaide het hoofd om en keek de straat op. Toen riep hU scherp: „Maak «jan toch voort Zie je niet dat een dame wacht Er kwam'een lange, goed gebouwde jongeling aange- Loopen, die een uitdrukking van koelen moed en hu- U1°Juffrouw Ferris," zei Blizzard. „deze jonge man zai' mot <U meelden als u het goed vindt Zoodra u buiten de East Side komt en uw eigen deel van de «tad bereikt kunt u hem afzetten. Hij zal er voor zorgen dad u ongedeerd blijft. Indien u hem vragen stelt zal hij die beantwoorden, verder zal hij niet spreken zonder uw Verlof. De iomjeling grinnikte verlegen en Barbdra „maakte naast ziclT op de bank plaats voor hem Hij staat in voor uw veiligheid vervolgde de man zonder beenen, „met zijnooren. Waar wilt u heen? Zij gaf het nummer op van het huis waar zij 5i- neeren moest en de man zonder beenen herhaalde dit tegen den chauffeur. Goeden avond, meneer Blizzard. en nog wel be- ,dainLden avond juffrouw Ferris. geheel tot uw dienst." iD^man zonder beenen keek de taxi na totdat hü onTden hoek van Marrow Lane verdween. Toen keek hh een poosje naar boven naar de staren, waarop langzaam en vermoeid terug .zwaaide naar ajn kraaiennestr waar hij. na het licht uitgedaan te hebben, ^witTa" er'over dezen n^n gekomen, dat hij zijrt iiet ontsnappen toen ze zoo meedoogen- Ss n Sn macht was v raag het de sterren. tot weUie ST& wendde Vraag het de duisternis, waarm hij a leen zat en nadacht. Nog beter zou het zijil md.en meT.de geteisterde ziel van den man zelf kon on- d1ü2Skelijk was er, terwijl hij in het kantoor op haar. zat te wachten, een ridder op .komen dagen ombaar te Verdedigen, een ridder ,n zijn eigen hart, dte zoo dapper optrad tegen <te lage voornemens van den woei'eiing, dat hij ze wist te overwinnen.; Blizzard was in de macht.van dat eene, dat hij zijn leven lang meer had gevreesd dan hangen of de elee trische stoel, ja zelfc meer dan gevangenissen. Hij was uwe aandacht trekken Zoo ging 't )nij. en, weet Ik, vele adderen ook, met Je beau Henri". Ik zag hem een heelen tijd later, weer zitten met koortsig gloeiende wangen en schuwig dwalende oogen Hij had naast zich een vrouw piet over- weelderigen boezem. Tieviglijk-gepoeierde wangen en zwaar-geverfde wenkbrauwen Zij glimlachte voortdu rend en na en dan lachte ?ij met schal joel end, gillerig geluid. Ook ffiet zij Henri wel even aan waarop hij meSachte met vermoeid gebaar, grij azend zon der levenslust Het gelaat lachte, maar de expressie der oogen bleef dof en somber-droevig Toen begreep ik. .zag ik zoo -duidelijk, dat het bergafwaarts ging met 'jjenri. En ik verloor hem weer een pooslang uit 't oog. ....„Toen heb 'ik hem eens gezien op een heerlijken, van zon stralende zomerdag, in een buitentuin. Hij kwam er aan in een rijtuig. En met hem zaten in de landauer nog drie menschentwee -vrouwen en een stuk-meneer. De dames verspreidden een aura van zwoel parfum om zich. en de meneer, vergulden ketting op buik. .gelige opgedraaide knevel schoon figuur uit lagere sferen van grootestada-nachtleven. „Le beau Henri" zat tusschen hen in. ver grijsd al. met kaal wordenden schedel, dof voor zich uit starend. Alle vier Reten borrels komen. En de vriend van den vergulden ketting en den geligen knevel praatte aanhoudend met schor geluid, zeer hard. zoodat de menschen in "flen buitentuin naar hem keken. De schelle zon scheen Hendrik te hinderen. Nu en dan was 't of hij huiverde. Sinds den dood van den ouden Velders waren hoogstens vijf, zes jaren verioopem.. - Maar le beau Henri" leek mij iemand vaneen eind in ae dertig. De dames. in den "buitentuin heten dure coblers komen. Hendrik pn de meneer van den vergulden ketting verschalkten borrel na borreL Hij betaalde. Eindelijk stapten zij weer in den landauer. En ik merkte. Roe moeizaam bij "zich bewoog. Ook viel 't mij op. dat het gesoigneerde^ van jin toilet al meer aan "het verdwijneh was. En, zeer kort geleden, heb ik „le beau Henri" nog eens gezien. Maar tusschen het tafereel In den buiten tuin en dat oogenblik was weer een heele Rjd ver- loopen. En ook sla ik nu diverse momenten over, waarin ik het bergafwaarts-gaan "van Pechvogel, die van zijn ouders zoo n mooi fortuintje geërfd had, had kunnen "bespieden. Er stond een man terecht wegens diefstal Hij had een hond door middel van een begeerlijk stukje lever weten me© te lokken. in laat nachte lijk uur. En nadat hij 't beest oen dag of wat qp zn zwerftochten want een havelooze, dnkloozo zwer ver "was 't die daar terechtstond. bij zich had gehouden, den hond voor een prikje verkocht. Voor een schijntje. Want T was ?en dier. wel driemaal zooveel waard als hij ervoor had gekregen, En met zeer listige Minstgrepen had de zwerver den hond tot zich gelokt Want het beest was... vroeger zijn eigendom geweest in z'n goede dagen. Maar toen hij, zeer hevig- lijk „onder tien invloed" aan het zwerven was, net nog maar een oent of "wat op zak. had hjj aan den hond gedacht... En in tLrpnkemans-opwelling het dier tot zich weten te lokken. Dat alles vertelde de verdediger, den zwerver toegevoegd aan den rechters. Hjj lichtte ,|ipje op de advocaat van den sluier die hing, voor sommigen, over Ijet verleden van ,Je beau Henri" den beklaagde, terechtstaand wegens diefstal van den hond. De door drankmisbruik en teugeloos leven verniel de zwakkeling scheen onaandoenlijk te blijvein gedurende het .kansche pleidooi. Maar toen de advocaat zin speelde op hel oogenblik, waarop de man. die fllles verbrast (had en nooit eenige waarachtige liefde of vriendschap had gekend scheidde van de hond die hem trouw was gebleven, om een paar gulden te krijgen voor eten en voor jenever... Ja. toen bracht de zwerver op de bank der be klaagden de smerige, verkleurde mouw van zijn jasje naar j^jn kop en verborg „le beau Henri" de schrei- in de plooien van zijn bedelaarsplunje,.. gaandeweg en onmerkbaar verliefd geworden. „Ik ga u geen vragen stellen," zei Barbara. „om dat ik er op het. oogenblik geen weet. Maar als u spreken Wilt, doe het dan gerust" Zonder inleiding begon de jongeling, die met zijn ooren voor haar veiligheid instond, te spreken. „Daar viel ik van om zei hij, „om een dame als u in een auto voor Blizzard's huis te vinden. Eerst dacht ik, „dat is een van die "hoogvliegers van wien men mij verteld heeft, dat zij ook wel èens graag laag vliegen. Toen zie ik u eens goed in de oogen en ik „zeg ik geloof toch niet dat ze tot dat soort hoort en ik word het met mezelve eens, dat u van a tot z in den haak bent en ik maak van deze gelegenheid gebruik om hardop bij mijzelf op te merken, dat, ofschoon uw zaken mij ,geen bliksem aangaan, ik in uw plaats Marrow Lane bulten mijn koers zou laten en 's avonds thuis zou blijven en palmpje een spelletje ganzen bord spelen." Barbara lachte vrooiijk. „Iedereen, zei ze. dejikt dat mijn vriend Blizzard een erg slechte man is, maar hij doet niets oma dat te bewijzen. Hij is voor mij buitengewoon voorkomend geweest." „Heb ik dan iets legen Blizzard gezegd? Gaat u hem dat vertellen? Neen hé? Ik heb het ook niet gedaan. .Als hij er niet was, zcmi Marrow Lane een auivelsnest zijn en omdat er kans is dat hij of ik er niet altijd is, zeg ik, blijf er vandaan. Maar," ver volgde de spraakzame jongeling, „voor het geval dat u er toch kpant en er ooit onaangenaamheden "krijgt, neem dan dit," en zonder meer overhandigde hij haar een kleine donker metalen fluit, „en blaas er goed op. Ik ken de klank en als mijn ooren in de buurt zijn, dan schiet ik te hulp. vlug en zeker. En nu. zonder vrees of blaam, ga ik u verlaten." Hij gaf den chauffeur te kennen dat hij stoppen moest, want <1j hadden den zuidelijken grens van Washington Square bereikt. Barbara gaf hem de hand. Zij was zeer ingenomen met haar geleider. „cn wien," zei «q, „mag Ik voor ae fluit bedanken?" „Kid Shannon." „U wilt mij toch niet wijs maken," zei Barbara. „dat u de man bent, die Hook Hammersley in de derde ronde klopte." „Ja. een rechtsche stoot naar de maag om hem in m'n macht te krijgen en een linksche stoot naar rijn kaak .waren voldoende. Zelfs zijn vrienden geven toe, Qat hij zijn handschoenen al uit deed toen hij nog in de lucht zweefde. Maar. als het u hetzelfde is. houd ik nu een kroeg, na lichtgewicht kampioen ge weest le zijn en op drie tournees de toespraak te hebben gehouden. Dames en heeren, die zich netjes gedragen, zijn altijd welkom; contante betaling, maar voor u en uw vrienden zijn de verteringen op mijn rekening. dende oogen MAITRE CORBEAU, Vergadering op 4 Sept. Tegenwoordig alle leden. Voorzitter de heer Jb. den Das. oudste raadslid. Secre taris de heer A. L. Zuldscherwoude. Na opening leggen de nieuwgekozen raadsleden, de heeren Go vers, Kruis veld en Hollander in handen van den voorzitter de vereischte eeden af. Voorzitter feli citeert hen en spreekt de wensch uit. dat hen kracht moge gegeven worden om als nuttige leden werkzaam te zijn voor de gemeente Callantsoog Volgt verkiezing wethouders. Herkozen worden ach tereenvolgens de heeren Govers en Kruis veld. Beiden nemen 'bqn benoeming aan. De notulen der vorige vergadering worden vervol gens onveranderd goedgekeurd, waarna wordt mede gedeeld dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd Hij stond met een voet op het trottoir en een op de auto. „Dame." zei Hiij, „.wat ik in scherts gezegd heb, moet u opnemen voor ware munt Alles wat er blinkt is geen goud, maar,mocht iemand u vragen, bijvoor beeld een man, die even naamloos zal blijven als hij beenloos is, wat ik gedurende onze spraakzame rit gezegd heb, dan antwoordt u„op alles wat ik ge vraagd heb heeft Kid Shannon ha en hum of iets van dien aard geantwoord. Wederom gaf Barbara hem een hand „Kom op een morgen eens naar 17 Mc Burney Place." zeide ze. „Vraag maar naar juffrouw Ferris. dan kunt u mij eens vertellen hoe u de buste vindt, die ik Van Blizzard maak." Zij glimlachte ondeugend „Het verbeeldt dat hü den duivel dadelijk na 'zijn val voorstelt" Shannon knikte, alsof hij er alles van begreep. „Dan wed ik, dat hij er uitziet alsof hü een goede, match voor Hook Hammeisley zou zijn. „Dank u voor uwe begeleiding," zei Barbara „en ook voor de Ruit Wilt u aan aen chauffeur zeggenl om zich wat te haasten? Dank u hog wel, tot ziens'" Zij kwam heel laat op haar diner, maar was te veel 'vermaakt over haar avooturen om daarom 'iets te geven. En niemand had haar de overtuiging kunnen geven dat het gaan naar Blizzard's huis gepaard,,was geweest met groot gevaar. Zij stelde Qe fluit die Kid Shannon haar gegeven had, oj> prijs 'en besloot dat zjj zich nog eens <zou wagen in zijn gedeelte van de stad en eens te zien of het haar gelukken zou hem aan haar zijde te roepen. „Het spijt mij, dat ik zoo laat ben,." zei Barbara, „maar ik kan bet niet helpen," Zij gaf geen andere uitlegging en omdat zij zoo jong en mooi was yer- gaven .allen, die zij had laten wachten, haar. Wilmot Allen geleidde haar aan tafel en keek haar zeer verliefd aan ën praatte veel nonsens. Hij was inderdaad zoo vrooiijk en mal, dat zij veronderstelde dat hjj weer in moeilijkheden was geraakt HOOFDSTUK XVII. Blizzard was een scherp opmerker van het men- schelijk karakter. Een zekere zachtheid in Barba- ra's houding jegens hem was voor hem het bewijs, dal zij zijn geschiedenis van haar vader had verao- men en dat zij hem niet langer beschouwde als een vreemde van de straat, maar als een menschelijk wezen, dat voor goed in verband stond met baar eigen leven. I och was het niet door zijn toedoen dat hun hou ding veranderd was, want hij wist te goed, dan, wem neer medelijden en sympathie op verzoek gegeven worden, zij de kracht missen van het spontane. Daarom hield hij zich stil, opdat het van Barbara

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1917 | | pagina 5