HET ONBEREIKBARE.
Raad van Zijpe.
FEUILLETON.
27 AUGUSTUS 1919
'tZS'8 Janrgonq Mo. W7I
UitgeversTRAPMAN Co.
- SVS*
Raad van Barsingerhorn.
SCHABER
Aloicci Nicivs-
CDÜEAlf.
AiTcrtüitie-LhühtUiL
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag. Woensdag.
Donderdag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 nar wor
den ADVERTENTIËN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
SCHAGEN, LAAN D 6. Int. Teleph. No. 2a
Prijs per'3 maanden fl.20 per post fl.40. Losse nummers 6 cent
ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels f0.75, iedere regel meer 14 cent
;bewijsno. inbegrepen). Groote lett worden naar plaatsr. berekend
Vergadering van deo Raad op Dinsdag 26 Augus
tus 1019, des mongens 10 uur.
Afwezig de heer Zeeman.
Voorzitter de heer Jh. de Moor, burgemeester,
secretaris de 'heer h A. de Boer.
Na opening vraagt Voorzitter af er nog op- of
aanmerkingen op de notulen zijn.
De heer Van der Sluijs ®egt geen op- of aamimer-
kingen op de notulen te hebben, doch waar rond
vraag buitengesloten ia, vraagt spreker of de be
taling van de gratificatie aan de postboden reeds
heeft plaats gehad:.
Voorzitter zegt dat er wel mee is begonnen.
De heer Van der Sluijs zegt, dat er een paar brie
vengaarders zijn die 's morgens dienst doen als post
bode en dus als zoodanig ook recht hebben op de
gratificatie, en wel de brievengaarder van Sint
Maartensbrug en die van Oudesluis.
Voorzitter deelt inede, dat die brievengaarders
spreker wel hebben opgebeld en toen door hem is
gezegd dat het waarschijnlijk wel de bedoeling van
den Raad ls geweest ook hen de gratificatie te ge
ven. Spreker heeft hun in overweging gegeven een
adres tot den Raad of IB. en W. te richten, maar
dat hebben ze tot heden niet gedaan.
De heer Hooi} merkt op dat deze zaak niets met
de notulen heeft te maken, het is geen aan- of op
merking op die notulen. Aan de hand van het regle
ment van orde ls deze zaak niet aan de orde. U, al
dus spreker tot voorzitter, vraagt alleen of er op- of
aanmerkingen op de notulen zijn.
De heer Van der Sluijs: En toen zeg Ik: „meen".
De heer Hooij tot voorzitter: U merkt op dat ze
geen adres tot dien Raad hebben gericht, doch ook de
postboden hebben de gratificatie ongevraagd gekre
gen en daarom vragen de brievengaarders waarom
moeten we het nu Juist aan den Raad vra
gen, wij fungeeren als het kantoor gesloten is, ook
als postbode. Het komt mij. ook voor dat ze ln alle
opzichten gelijk staan met de postboden en ze daar
om niet om de gratificatie beihoeven te moeten vra
gen.
Voorzitter zegt dat dit wel mogelijk la B. en W.
hebben ze beschouwd als brievengaardere en het was
niet zoo erg geweest als ze een briefje tot den Raad
hadden gericht.
De heer Paariberg deelt mede, dat Slikker er met
hem over heeft gesproken en spreker heeft toen ge
zegd dat het wel het gevoelen van den goheelen
Raad was dat als er werk wiaa gedaan, dit werk
moet worden betaald. Slikker vond het geen mooi
zaakje dat zij er om moeten vragen en dat ze niet
hebben gevraagd, daarvan rust feitelijk de schuld
bij mij, omdat ik gezegd heb dat er wal iemand in
dien Raad zou zijn die het ter sprake zon brengen.
De heer Van der Sluijs zegt, in verband met de
opmerking van den heer Hooi}, dat, wanneer het
reglement van orde was gehandhaafd geworden, deze
zaak niet ter sprake had kunnen komen. Het had
Schriftelijk gevraagd kunnen worden.
Voorzitter zegt, dat de heer Van der Sluijs ver
lof de vergadering had moeten vragen om de
vraag te stellen en als dat verlof was verleend, dan
bad uitgemaakt moeten worden of de vraag dadelijk
of op een volgende vergadering behandeld zou wor
den.
De heer Van der Sluijs erkent, nog niet zoo goed
op de hoogte te rijn met het reglement van orde, en
in dit opzicht zal wal meer verkeerd warden ge
handeld.
De heer Kapitein: Het ia ook zoo erg niet.
De notulen worden hierna onveranderd vastge-
ovBilul
Van GetL Staten ls goedkeuring ingekomen op de
3e suppieUdre begrooting dienst 1919 en op het pri
mitief kohier van den hoofdelijken omslag dienst
1919. Van hetzelfde college is ingekomen een ont-
werp-besluit voor de salarisregehng voor burge
meester, secretaris en ontvanger en mede in dit
verband een circulaire van de afdeelimg Noordhol-
latid van dan NederL Bond van Gemeenteambte
naren. Besloten wordt, op voorstel van B. en W„
deze regeling door den nieuwen Raad te doen
behandelen.
Ingekomen zijn dankbetuigingen van de postbo
den, den doodgraver L. Doom, den hoor S. Kreljger
voor de ontvangen gratificatie of duurtetoeslag.
Het adres van de Ned. Kom Automohielclub over
het wenemen van belemmeringen voor het snelver
keer, wordt voor 'kennisgeving aangenomen.
Een verzoek om veihoogimg van subsidie voor die
brugwacht alhier, wordt in handen, gesteld van B.
en W. om prae-adlvies. Eveneens een verzoek van
de R.-K. Wanlngbouwvereeniglng te t Zand, om een
voorschot van f 41119 voor den bouw van 8 arbeiders
woningen.
Van de commissie, belast met het onderzoek der
rekeningen van het Algemeen Armbestuur, het Al
gemeen Weeshuis en 'de geaneenterekening, bestaan
de uit de heeren Brak, Van der Sluijs en Kapi
tein ls een schriftelijk rapport ingekomen.
Algemeen Armbestuur. De commissie merkt op,
dait, al was over het afgeloopen dienstjaar weinig
vleesch, spek en vet verkrijgbaar, de gelden daaraan
besteed, komen de commissie toch laag voor. terwijl
de gelden voor kaas, boter en mie Ik uitgegeven al
zeer laag zijn. De commissie geeft in overweging,
kaaa, boter, melk, vleesch, spek en vet voortaan ln
voldoende mate te verstrekken.
Algemeen Weeéhuis. Het is de commissie opge
vallen, dat uitwonende manufacturiera artikelen
hebben geleverd, die evengoed door inwonende ma-
nufacturiere kunnen worden geleverd en de commis
sie spreekt dan ook de wensch uit zooveel mogelijk
van ingezetenen te betrekken.
Voorts wordt gewezen op het lage salaris van den
vader en moeder, ml. f 300 per Jaar en zag de oom
missie gaarne dat dit salaris werd verhoogd. Bo
vendien geeft de commissie nog in overweging dat
voortaan een staat van bezittingen wtxrdt overge
legd met vermelding van de huuropbréngst enz. en
wordt in overweging gegeven de administratie zoo
in te richten dat een duidelijker overzicht van de
ontvangsten en uitgaven wordt verkregen.
De commissie merkte nog op, dat de uitga/ven voor
vleesch ,spek enz. van het Armbestuur ln verhou
ding lager waren dan die van het Weeshuis.
Gemeenterekening. Het komt de commissie voor
dat de uitgaven voor het stembureau te Buigierbrug
voor ververschingen hooger zijn dan die op andere
stembureaus, terwijl ook wordt gewezen op het te
lage salaris van den gemeenteopzichter, f 800. De
commissie adviseert tot goedkeuring der rekeningen:
Algemeen Armbestuur ontvangsten f 19002.35*, uit
gaven f 19834Ü5*, nadeelig saldo f832.60. Weeshuis,
ontvangsten f 8497.60*, uitgaven f 8515Ü2, nadeelig
saldo f 18.21 Gemeenterekening: ontvangsten
f 100523,75*, uitgaven f 105720.51, nadeelig saldo
f 2196.75*.
Voorzitter dankt do commissie en zegt dat de col
leges van het Armbestuur en Weeshuis met de
wenscben van de commissie in kennis zullen wor
den gesteld.
De diverse rekeningen wonden mat algemeene
stemmen goedgekeurd.
DOOR JOHN GALSWORTHY.
UITGAVE VAN W. DE HAAN. UTRECHT.
29.
HOOFDSTUK XXI.
Nog gloeiend van haar morgenrit, ging Gyp den
volgendien dag op weg om een bezoek af te leggen
lm1 het huisje van „den ouden schavuit". Het was
een van die nog dralende, zachte morgens achter in
September, waarop de nog een beetje warme lucht,
boven de stoppelvelden trilt, en de dauw nog niet
geheel is opgedroogd. De kortste weg voerde over
twee akkers, een «m.a.1 stukje van de dorpsheide,
waar linnengoed lag te drogen op bremstruiken, die
begonnen te bloeden en daarachter nog een akker;
rij kwam niemand tegen. Na den weg te zijn over
gestoken, ging zij den tuin van het huisje binnen,
Waar de najaarechrysanten in verwarde massa s
groeiden langs den lagen, roodsteenen tuinmuur,
onder eenige populieren, welker bladeren reeds hier
en daar geel werden. Een enkele onbezette stoel,
met een boek welks omslag naar boven lag, er op,
stond buiten een open venster. Rook, die opkronkbl-
de uit een schoorsteen, was het eenige teeken van
leven. Doch, terwijl zij daar besluiteloos voor de
half open deur stond, was Gyp zich ais het ware be
wust van te veel stilte, van iets onnatuurlijks in deze
■tilte. zaj' hief juist haar hand op om te kloppen toen
rij geluid van onderdrukt snikken hoorde. Toen zij
door het venster gluurde, kon zij juist een in het
groen gekleed© vrouw in haar zakdoek zien ritten
huilen. Op datzelfde oogemblik klonk ook een zacht
gekreun uit het vertrek daarboven. Gyp deinsde te
rug, en toen een besluit nemend, ging zij naar bin
den en tikte op de deur der kamer waarin de vrouw
ia het groen zat. Na minstens een halve minuut
werd zij geopend en Juffrouw Wagge stond voor
haar. De neus en oogen en wangen van dat magere,
riire gezicht waren rood, en mot haa ngroene japon
aan. en met haar groenachtige haar want het be-
Su te grijzen, en zij smeerde er een geel watertje op
t naar Spaansche vliegen rook leek zij Gyp
Gat een van die groene appels, die zoo onnatuurlijk
roodachtig worden ln de zon. Zij had mat haar zak-
heek over haar gezicht gewreven dat met strepen
®w*m, en rij Meld dezen zakdoek nog in elkaar ge
trommeld in de hand. Hei was vreeseüjk zoo frisch
vol levenswarmte tegenover deze arme vrouw
w staan die blijkbaar leed. En een wanhopig ver-
~®gen om1 te vluchten overviel Gyp. Het leek haar
v—«pfojHik.kaiijk^ ri** iemand die tot hem, die al
deze ellende had veroorzaakt, in betrekking stond,
Mer kwam. Doch zij zedde zoo zacht als zij kon:
„Juffrouw Waggel Neemt u me niet kwalijk
maar ls er nieuw»? Ik ben Ik heb Daphne Wing
Meibeen gezonden."
De vrouw voor haar was blijkbaar aan tegenstrij
dige gevoelens ten prooi, doch eindelijk antwoordde
rij met iets als een snik: „'t Is vanmorgen dood ge
boren".
Gyp stond verstomd. Alles dAórvoor ondergaan te
hebbent Al haar moeder-gevoel kwam ln opstand,
doch haar verstand zelde: „1 Is maar beter zool
Veel beter!" En zij vroeg zacht:
„Hoe ls f met haar?"
Diep temeergeslage antwoordde juffrouw Wagge:
„Slecht erg minnetjes. Ik weet heusch Met wat
ik zegge' mot ik ben d'r heel smaal van over
atuur".
„Is mijn ziekenzuster bij haar?"
j,Ja, die ls er. 't Is 'n erg eigenzinnig mensch,
maar' ze verstaat d'r vak, dat zal 'k Met zegge'.
DeAsy ls erg slapjes. O, je zon d'r beelamaal over
stuur van rake'! En nou zal d'r wel 'n begrafenis
moeste' plaats hebbe', zou 'k denke'. Je weet Met
boe je d'r uitkamt. En, dat allemaal door die' man".
En juffrouw Wagge wendde zich weder af om in
h n nr zakdoel te builen.
Voedende dat zij toch de arme vrouw Met kon troos
ten ging Gyp stil weder bepn. Onder aan de trap
bleèf zli aarzeelend staan, Met wetend of rij naar
boven moest gaan of Met Eindelijk ging zij zacht-
<es de trap op. Het meisje moest in de voorkamer
lisgen het meisje dat slechts een jaar geleden op
naïeve wijze er over gesproken hal of hethwr
plicht was een minnaar te nemen of Met. Gyp ver-
mande zich om te tikken. De ziekenzuster'opendede
5eur op een kier, doch toen rij zag wie er was,
kwam rij zachtjes buiten de kamer op de gang.
Jij schat I" zeide zij fluisterend. ..Dat is prettig f
"Hoe is 't met haar?"
"O paar omstandigheden tamelijk goed. Dus je
weet er van?"
Ja kan ik haar even oenr
"Nu dat zou ik liever Met doen. Ik weet niet goed
wat ik aan haar heb, Zy "heeft geen grdtotje moed
^vp^ta^te haar blik beter {Jan rij Mogelijk had
geacht
iiVVnam haar van het hoofd tot de voetenop,
't Doet mensch goed je eens aan te kjkt-o.
Voor jouw dom, heb je werkelijk kleur gekregen. Ik
De oommissie belast met het nazien van boven
genoemde rekeningen, stelt den Raad voor om
den administrateur van het distributiebedrijf, den
heer J. A. de Boer, bij zijn salaris van f30 per
maand, een gratificatie te verleenen en wel van
f 30 per maand Vanaf November 1916. De commissie
oordeelt een beloaning van f30 per maand Met in
overeenstemming met de werkzaamheden en wijst
op de accurate en netto boekhouding.
Voorzitter zegt, dat het hem veel genoegen doet
dat de commissie dit voorstel heeft ingediend. Het
heeft spr. altijd ©enigszins tegen de borat gestuit,
dat de secretaris als administrateur van het distri
butiebedrijf het werk voor dat salaris je deed, wat
heelemaal geen beloaning was. Onze secretaris heeft
het werk uitstekend verricht en spreker wijst iLq dit
verband op het besluit ln Juli 1918 door den Raad
genomen, dat de secretaris met het werk voor de
distributie moest blijven belast-
Met algemeene stemmen wordt het voorstel van de
commissie aangenomen, waarmee voorzitter den
secretaris feliciteert,
De Secretaris dankt den Raad' voor het genomen
besluit, dat hem veel genoegen doet.
Hierna zegt voorzitter dat het vandaag de laatste
dag is, waarop de oude Raad bijeenkomt. Van de
11 zittende raadsleden zullen er 6 hun plaats «an
anderen moeten afstaan, nti. de heeren MmnGroot,
Bos, Zeeman en Paarlberg, de theeren Groot en
Bos hebben zich teruggetrokken, de heeren Matm,
Zeeman en Paarlberg zijn gevallen tengevolge van
het Meuwe kieestelseh Spreker wil deze gelegenheid
Met laten voorbijgaan zonder een woord te spreken
voor wat ieder naar zijn overtuiging en tuut zijn
krachten gedaan heeft in het belang der gemeente
en wel in het bijzonder tot den heer Mann, met
wien hij als lid van den Raad en als weth. heeft
samengewerkt. Er is altijd op zeer aangename wijze
met da heeren samengewerkt en spr. damikt hun
daar wel voor en ook alweer den heer Mann in het
bijzonder. De heeren hebben zeer veel tijd, zeer veel
moeite en zeer veel krachten besteed in het belang
van de gemeente en spr. wijst alleen maar op het
tot stand komen van de tram AlkmaarZijpe—
Schagen. De heer Mann hoeft juist wel het leeuwen
aandeel gehad in de totstandkoming van deze tram,
iets wat ik als een groote vooruitgang voor onze
gemeente beschouw en de gemeente kan den heer
Mann Met anders dan steeds dankbaar daarvoor
blijven. Een ieder zal begrijpen dat het mij treft,
de heer Mann heeft sinds 1900 zitting, sedert 1911
als wethouder, de heer Groot sedert 1907, de heer
Boe sedert 1912, de heer Paarlberg sedert 1915 en
de heer Zeeman sedert 1918, dat deze heeren heen
gaan, het is voormij een groote verandering. Het
zal voor mij evenwel altijd in aangename herinne
ring blijven die algemeene samenwerking. Ik hoop
dat het u allen wel moge gaan en dat u deze tijd
altijd in aangename herinnering naoogt behoouden.
(Applaus.).
De heer Mann dankt voorzitter voor de vleiende
woorden en de instemming daarmee betuigd. Spr.
zegt dat ook op dit moment voor hem het spreek
woord geldt: scheiden doet wee. Spreker heeft al
tijd met het grootste plezier de functie als raads
lid en als wethouder waargenomen en wijst op de
groote dingen die op til waren toen Mj deze functie
aanvaardde, n.L het tot stand komen van den
spoorweg. Het heeft spreker genoegen gedaan daar
aan te hebben mogen meewerken en het voorrecht te
mogen hebben 't tot stand kranen van den spoorweg
te Beleven.
Ook andere dingen tot stand te brengen, daaraan heb
ik mogen medewerken en heb dat steeds gedaan met
geloof per slot dat bet haar misschien toch goed sou
doen je eens te zien Kom binnen."
Gyp ging achter haar naar binnen, en bleef staan
toekijken, daar zij Met naar voren durfde' komen. Wat
een bleek gezicht, met oogen die gesloten warén, mét
haar dat nog vochtig op het voorhoofd lag, met een
bleeke hand op het Laken, boven haarl
Wat een teere madonna van de suikerboonen! Op
dat geheele bed leek de eenige kleur die van den
gouden ring aan den ringvinger te zijn.
De zuster zeide zeer kalm:
„Kijk eens, lieve, ik heb je een prettige bezoekster
meegebracht".
Daphne Wing's oogen en mond openden en slo
ten zich toen weder. En de vreeselijke gedachte
ging door Gyp's brein: „Arm kindl Zij dacht dat
hij het zou zijn, en nu ben ik t maar!" Toen. zeiden
de bleeke lippen:
„O, mevrouw Fioreen, ls u het dat is aardig
van u!" En de oogen gingen weder open, doch slechts
een klein eindje, en anders.
De zuster ging zachtjes weder heen. Gyp ging
bij U bed zitten en raakte schuchter de hand aan.
Daphne Wing keek haar aan, en twee tranen big
gelden haar langs de wangen.
„t Is voorbij", zide zij heel zacht, „en nu is er
Mets meer het is dood, ziet u. Ik héb ook geen
verlangen meer te blijven leven. O, mevrouw Fioreen,
waarom kunnen ze rntj toch ook maar Met Laten
sterven?"
Gyp boog zich voorover en kuste de hand, daar
zij het gezicht van die twee langzaam neerhdgge-
lende tranen Met kon verdragen. Daphne Wing ver
volgde:
„U is heel lief voor ma. Ik wou dat mijn arm
kindje Met
Gyp, die voelde dat' haar eigen tranen die hand
bevochtigden, richtte zich op en slaagde erin te
zeggen:
„Moed houden! Donk aan je werk!"
„Dansen! Oho!" Zij lachte heel, heel zacht. „Dat
lijkt al zoo lang geleden."
„Ja, dat zal nu allemaal terug komen, en
veel beter dan eerst".
Daphne Wing antwoordde met een haast ombeer-
zuclrt»
Er volgde een stilte. Gyp dacht: „Ze is bezig in
slaap te vallen".
Zooals zij daar lag, met open oogen, en haar mond
gesloten, alles marmerwit, was het een volmaakt
gelaat, ontdaan van z'n anders lichtelijk grove trek-
jos. Welk een zonderlinge speling der natuur dat
deze blanke bloem van gelaat ooit kon verwekt
zijn door meneer en juffrouw Wagge.
Daphne Wing opende de oogen en zeide:
„O. mevrouw Etareem, ik vaal ma zoo zwak, En
de beste bedoelingen zooveel mogelijk in het belang
der gemeente. Ook met de leden van den Raad heb
ik steeds prettig samengewerkt en dankt de hee
ren daar wel voor. Wel was er eens verschil van
opiMe, doch de wijze waarop de besprekingen plaats
hadden, gaven geen aanstoot Ze werd Met persoon
lijk doch het ging om het belang voor de zaken. Ik
heb juist daarom de betrekking met ambitie bekleed
en nu er uit te stappen maakt, dat ik wel eeniga-
zins onder den indruk ben.
Met het oog op mijn leeftijd echter heb ik begre
pen dat het goed zou zijn ruimte te maken voor
jongere krachten. Oude menschen zijn wat conser
vatief en daarom is het goed ruimte te maken voor
jongere 'krachten, die wat vooruitstrevender zijn.
Spreker wenschte dit enkel woord van afscheid uit
te spreken en beveelt zich verder in vriendschap
bij de heeren aan.
Hierna sluiting.
des
Vergadering op Dinsdag 26 Augustus 1919,
middags 2 uur.
Aanwezig alle leden
Voorzitter de heer K. Breabaart Da, burgemeester,
secretaris de heer P. Blonder.
Na opening der vergadering volgt de lezing en goed
keuring der notulen.
Is ingekomen een schrijven van den heer J. Ger
il gs en mej. Bax, dat zij hun benoeming tot on
derwijzer en onderwijzeres te Kolhorn aannamen,
Van het P-EB. is ingekomen een schrijven, om de
3 transformatorengehouwtjee, die de gemeente van
dat bedrijf voor f81000 heeft gekocht, aan dat be
drijf in. eigendom te laten en jaarlijks een huur te
betalen. Verder om goed te vlniden dat de strooaa-
levering verhoogd wordt van f 80 op f 12a Dit laatste
door de ooriogsomstandiigihedan.
B. en W. stellen vor de transformatoorenhulsjee in
eigendom der gemeente te houden en wat de duur
dere stroomlevering betreft, de uitslag van het on
derzoek der veroenigLng van Nederlandsche Gemeen
ten af te wachten.
Allen voor.
Wordt thans gelezen het reglement voor Btroom-
levering enz., dat onveranderd met algemeene stem
men wordt goedgekeurd. De heer Geertsema zag nog
gaarne een bepaling opgenomen r»m van eigenaars
van kramen, spellen enz., vooruitbetaling van
stroom te edschen. Dit wénd goedgekeurd.
De gemeenterekening wend, vastgesteld |op
ontvangst f 36744,34, uitgaaf f36262.30, batig saldo
H482D4. AnuenrekeMng: Ontvangst 10874133, luiit-
gaaf f 17816.44*, nadeelig saldo f 6942.45. Wee-
zenrekening: ontvangst f5423.45, uitgaaf f 5309.45*,
voondeelig saldo f 113.99*.
Verschillende ai- en overschrijvingen en betalin
gen uit den post voor onvoorziene uitgaven, worden
goedgekeurd.
B. en W. stellen voor aan het hoofd der school te
Barsingerhorn, de heer De Groot, een schadevergoe
ding te geven van f 50, omdat het herhalingsonder-
wijs door den lichtnood Met is kunnen doorgaan.
Dit jaar zal het nu beter kunnen gaan, omdat heit
electrisch licht reeds op verschillende plaatsen
brandt.
Voorzitter deelt nog mee, dat te Kolhorn het on
derwijs ls kunnen doorgaan, omdat daar licht was.
Te Haringbuizen waren geen aangiften. Allen
voor.
ik voel me nu veel eenzamer. Er is nu Mets meer
waar ik belang in kan stellen!"
Gyp stond op; zij voelde dat zij zelf ln de stem
ming van het hart van het meisje werd' meegesleept,
en was bang dat zij dit zien zou. Daphne Wing ver
volgde:
„Weet u, toen de zuster zei dat zij een bezoeker
had, meegebracht, dacht ik dat hij t was; maar ik
ben nu blij dat Mj t.Met was. Als hij me had aan
gekeken zooata MJ vroeger deed, had ik 't Met kun
nen dragen".
Gyp boog zich over haar en raakte met ihan.r lip.
pen het klamme voorhoofd aan.
Flauw, heel flauw was de lucht van oranjebloesem
nog te bekennen.
Toen zij weder in den tuin stond, haaastte zij zich
weg; doch in plaats van de akkers weder over te
steken, ging zij langs het huis heen en zoo het kreu-
pelbosch er achter in. En, terwijl zij zich op een
boomstam zette, haar handen tegen haar wangen
drukte, en haar ellebogen tegen haar borst, staarde
zij naar de brem waar het zonlicht op rustte, en
naar de vliegen die elkaar er overheen nazaten.
Liefde! Was dat dan altijd iets vreeselijks en tra
gisch, dat levensgeluk verwoestte? Kris-kras! Een
die op een ander neerschoot, haar nam voor zij nog
goed wist dat zij gevat was, en dan weder weg
schoot, en haar achterliet met het verlangen om
nogmaals gevat te worden, o fzij werd noodlottig
voor hem, die op haar neerschoot, terwijl zij toch
Met gewenscht had gevat te worden. Ook was het
wel, dat de een op de ander neerschoot, Voor een
ooganblik, en dat zij dan maar al te gauw weder
scheidden. Schoten dan nooit twee naar elkaar toe
om ftik-a.PT te vatten en zich alk «at vast te klem
men om voor altijd een te zijn? Li af del Die had
het leven van haar vader vernietigd, en dat van
Daphne Wing; ze kwam nooit als men naar haar
verlangde, en kwam altijd als men er Met naar
verlangde. Een boosaardige zwerfster, die nu oens
Mer, dan -weder daar neerstreek: die genoeg kreeg
van den geest voor zij uog van het lichaam ver
zadigd was. Het was boter er Mets mede te maken
te hebben, veel beter! Als men nooit liefhad, zou
men zich nooit verlaten gevoelen zooals dat arme
meisje. En tochl Neen, er was geen toch! Wie, die
vrij was, zou er naar verlangen tot slaaf te worden?
Een slavin, ais Daphne Wing? Zooals haar man, met
zijn behoefte naar een vrouw, die hem Met liefhad.,
Een slaaf zooals haar vader was geweest en nog
was slaaf van een herinnering. En terwijl zij
het zonlicht op de bremstruiken gadesloeg, dacht
Gyp: „Liefdel Houdt u verre van mij. Ik verlang
Met naar u. Ik zal nooit naar u verlangen".
Wondt verlangd.