Alitieti Nitifs-
Mmtniic- LaiÈiiIlal
WOENSDAG 17 MAART 1920
63ste Jaaraang Mo. 6335
EERSTE BLAD.
Raad Callanfsoog.
FEUILLETON.
Het Meisje yan hiernaast.
Dit blad verschijnt viermaal per week Dinsdag:, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag;. Bij inzending tot 's m. 8 uur worden Advertentiën
zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
UITGEVLRS: TRAPMAN CO., SCHAGEN.
POSTCHEQUE en GIRODIENST 23330. INT. TELEF. no. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.55. Losse nummers 6 cent. ADVRRTEN
TIËN van 1 tot 5 regels f 0.80, iedere regel meer 15 ct. (bewijsno
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Vergadering van den Baad op Dinsdag 16 Maart
1920, des morgens 10 ,uur.
Aanwezig allen.
Voorzitter de Leer G. J. Lovink, burgemeester, te
vens secretaris.
De notulen zijn nog niet ontvangen en de vaststel
ling ervan wordt dus tot de Volgende vergadering
uitgesteld.
Ged. Staten hebben goedgekeurd de besluiten tot
het doen van betalingen uit den po9t onvoorziene
uitgaven, een suppletoire begrooting, kohier school
geld over het 4e kwartaal 1019.
Het college kan zich evenwel niet vereenigen met
de verordening regelende de uitbetaling van de
onderwijzers. Geeft de verordening aan dat aan on
derwijzers met verlof wegens ziekte een half jaar
het volle salaris wordt .uitgekeerd, daarna 6 maan
den het halve salaris, Ged. Staten willen een Jaar
vol salaris, 6 maanden de helft. Aan gehuwde on
derwijzeressen met verlof wegens zwangerschap, 3
maanden voor de bevalling .en 2 maanden daarna,
willen Ged. Staten het volle salaris zien uitgekeerd,
de Baad had besloten de helft uit te keeren. Ook de
vergoeding voor kostwinnerschap aan militairen, in
den rang van officieren of onderofficieren dient ge
heel te worden uitgekeerd en niet de helft zooals
door den Baad was bepaald.
Goedgevonden wordt in deze met Ged. Staten mee
te gaan.
'Op het bekende verzoek van de gemeente Schagen
om adhaesiebetuiging op een door haar gericht
adres aan de volksvertegenwoordiging over meer
dere medezeggingschap inzake de benoeming van
burgemeester, wordt met algemeene stemmen gun
stig beschikt.
Voorzitter wees er op, dat dikwijls nu reeds reke
ning wordt gehouden met de wenschen der ingeze
tenen' en spreker zag er geen heil in een partij-
burgemeester te krijgen.
De heer Vos meende, dat, wanneer er dan al reke
ning mee gehouden was, er niets op tegen was het
medezeggingschap bij de wet vast te leggen.
Gelezen worden het verslag over het herhalings-
onderwijs aan jongens en het verslag van den her
halingscursus van volwassenen. Wat dit laatste be
treft.. stellen B. en W. voor den heer Langhorst dank
te betuigen voor de moeite die hij zich vdor deze
zaak heeft getroost en voor het succes d'at hij met
den cursus -heeft gdhad.
Algemeen was men. van oordeel, dat de cursus
goede resultaten had afgeworpen.
Aan M. W. Bakker wordt wegens vertrek 2 maan
den ontheffing hoofdelijken omslag verleend.
Van den Directeur-Generaal der Posterijen is nog
geen antwoord ingekomen op de vraag wat telefoon
aansluiting met Groote Keeten zal kosten, ook niet
voor Koegras. Wel is opname gebeurd. De vereeni-
ging voor vreemdelingenverkeer te Groote Keeten
verzocht aansluiting, van het perceel van Scheijen.
Besloten wordt dit verzoek aan te houden totdat
bekend Is wat aansluiting met Groote Keeten en
Koegras zal kosten. Toezegcring is gedaan dat voor
den zomer het post- en telegraafkantoor zal zijn in
gericht.
Een adres van den Ned. Bond van Gemeenteamb
tenaren over het invoeren van het 4/5 systeem bij
de salarisregeling, wordt voor kennisgeving aange
nomen.
Door den heer Dr. Oudendal, schoolarts, wordt
medegeeld, dat bij gehouden schoolinspectie geble-
NAAR H1ET EJNG'BLSGH VAN RUBY M. AYB'ES
DOOR W. J. A. ROUJDANUS Jr.
Uitgave van W. DE HAAN, Utrecht.
2.
Ik dacht aan Don's vader .en toen dacht ik aan het
meisje naast ons: een. uur geleden had het mij gei-
hinderd, dat zij Don kende en had ik besloten alles
te doen om er een eind aan te maken - maar het zou
beter zijn dan dit alles zou beter zijn dan wat de
oude Jardine mij juist verteld had.
Ik zat te staren naar het uitgaande vuur; de kolejn
gloeiden niet meer ,en ik kön. niet langer daarin de
silhouette van het kortgeknipte kopje zien.
De pude Jardine legde zijn zware hand op mijn
schouder.
„Je neemt het me toch niét k^valijk vroeg pijl eelnigs'
zins angstig. „Ik vond, dat je het moest weten.; jij
merkt zelf zoo weinig op, Buchanan. Soms j$ waar
achtig, soms vraag ik me af waar je eigenlijk jé heele
leven geleefd hebt."
Ik lachte, hoewel ik' me allesbehalve vroolijk ge
stemd voelde.
,.Ik neem het je absoluut niet kwalijk," zeide ik.
'„Integendeel, ik ben je zeer verplicht ik moet
eens bedenken wat ik het beste doein kan."
Ik keek hem hulpeloos aan. „Wat zou je me aan
raden vroeg ik.
De oude Jardine schudde zijn grijs hoofd. „Daar is
takt, veel takt voor noodig. Als het onhandig gedaan
wordt, loopt hij weg en trouwt op staanden voet met
haar. Als mijn beste vrouw hier was hij1 zuchtte
diep. „Zij was de eenige die -zoo'n liefdes zaakje in
orde kon brengen." Hij zette van trots zijn borst
uit. „Maar we hebben het nu niet over haar."
Hij keek naar zijtn hoed, dien hij altijd mee haar
de kamer bracht en op een stoel legde.
„Ik ga nou tot morgen en als ik Don niet
meer zie, wensch den bengel dam als hij weggaat,
alle geluk van me."
Maar je zult hem zeker zien," zeide ik. „Hy hedft
acht dagen verlof."
Ik liet hem uit. De oude Jardine stapte In den
tuin en snoof de koele lucht i!n, die zwanger was
van den geur van muurbloemen van een bed benen
den het raam van mijn studeerkamer.
„Prachtige avond," zeidei hij. „Het doet mij denken,-
ken is dat van een kacihel door te lange pijpleiding
de rook niet voldoende afvoer had. Verplaatsing van
de kachel heeft reeds plaats gehad en in een ander
lokaal zal het gebeuren.
Voorzitter wijst er op, dat de schoolarts na deze
kennisgeving van 17 Februari nog eens inspectie
heeft gehouden.
Van den pensioenraad is een schrijven ingeko
men, meldende de pensioengrondslagen van ver
schillende ambtenaren.
Ingekomen is het jaarverslag, van de Gezondheids
commissie..
Naar aanleiding van een vroeger verleende sub
sidie aan „Hulp in iNood" is de rekening en verant
woording over 1919 dezer vereeniging ingekomen. De
uitkeering bedraagt 18 per week, voor hen die uit-
keering van een ongevallenverzekering genieten
evenwel f 4.per week.
Het waren vooral de heeren De Heer en Sleutel die
tegen deze regeling opkwamen, wijzende op de on
billijkheid, dat waar zij die van de Landbouw-On-
derlinge'en Bijksverzekering 70 pet. van hun sala
ris genoten, bovendien nog f4.— per week van
„Hulp in Nood" kregen, terwijl de niet-venzekerden
slechts in het geheel f8 kregen.
De heer Sleutel zou die f4 liever niet uitkeeron
en dan de uitkeering van f8.daarentegen ver-
hoogen.
De heer Vos bestrijdt dit, hij wil niet van den
een afnemen om het den ander te geven.
De heer Hollander zou het toejuichen, als de hee
ren De Heer en Sleutel eens op de vergadering van
Hulp iri Nood kwamen, om daar de zaak eens te
bespreken. Spr. voelt evenals de heer De Heer de
onbillijkheid van de tegenwoordige regeling. -Om
evenwel de uitkeering van f 8 te vérhoogen, dan zou
contrihutieverhooging niet kunnen uitblijven.
De heer De Heer zegt, dat de werknemers vrij goed
zijn georganiseerd, maar z.i. wordt er door de werk
nemers veel te weinig op gelet of ze bij werkgevers
werken die al of niet zijn venzokepd.
De heer Hollander inoemt dit ook een fout van de
werknemers.
B'esloben ■Wordt, aan „Hulp in Nood" 'in overweging
te geven de uitkeeringsreaeiing nader onder dé oogén
te Zien en daar desnoods een buitengewone verga
dering Voor uit te schrijven.
De heer Jb. Bakker_ Az. berichtte, zijn benoeming tot
lid ^an de Gommsisie voor de arbeidesbemiddeliing
aan ie nemen.
Het Verslag van de Commissie van Toezicht op het
Arbeidsbemiddelingsbureau "wordt voorgelezen. De al
gemeene 'indruk is, dat er van het bureau zeer weiinig
gebruik, wordt gemaakt, vooral door de werkgevers.
Op Verzoek wordt aan den heer J. H. v. d. Berg
ontslag Verleend als lid van bovengenoemde commissie
met dankbetuiging voor de bewezen diensten. In de
vacature "Wordt voorzien door benoeming van den heer
P. 'Voeler, meif 5 van 'de 7 srtiegnmieia', 2 stemmeln werdén
uitgebracht óp den heer J. Toes.
Voorzitter deelt mede, dat de steenen uil de!n rijks
weg 'niet te krijgen zijn van den Rijkswaterstaat, doch
om feen kostenberekening op te maken van den aanleg
van een paardenpad in den Nieuwenweg is omgezien
naar 'een andere mogelijkheid steenen te krijgén. Hét
maken "van dat pad wordt begroot op Ongeveer f 3000.
Do heer Kruisveld acht die uilgaaf niet noodig, omdat
z. i. de weg tfielt de behoefte aan een dijrgélijk
pad 'heeft.
De heer De Heer zegt. dat het wel eén vérbétéring
zou geven, maar direct noodzakelijk is het'pad 'niet.
De heer Sleutel daarentegen meent, dat op dén 'duur
het maken van jeeh paardenpad voordeel zal geven,
door hel minder gebruik van grint, Spri doet dan
ook tenslotte het voorstel een paardenpad te leggen
welk voorstel wordt aangenomen met 5 tegen 2 stem
men 'legen de heeren Kruisveld en D© Héér. Voor
dit Werk zal een leeni'ng ad f 3000 worden gesloten.
maar daar hebban we het nu niet over... Goedenv
avond, jongen."
Ik geloof, dat hij me een jongen voind.
Ik volgde hem den tuin in.
„Je wilt het hek wel sluiten," begon ik. Dan hield
ik op, want hij had zich omgekeerd en kwam geheim
zinnig op zijn teanen naar mij; toe.
„Wat is er?" vroeg ik verwonderd.
De oude Jardine greep met rijn zware hand mijd
arm en wéés naar het huis 'naast ons.
De voordeur stond open en in het ïicht van den
hall konden we heel duidelijk zien hoe Don zijn
hoofd wat vooroverboog, terwijl hij, in de oogen keek
van ©en meisje, dat naast hem stond en wélks hand hij
vasthield.
Zij droeg een wit japonnetje en het licht van den
hall viel vol op het vreemde vlamkleurige haar en
teakende de omtrekken van haar proefiel af.
Ik lacht© vrij bitter.
„Dat is het meisje, waar ik het daarnet over had,"
zeide ik. „Blijkbaar weer een van Don's 's affaires
de coeur..."
„De oude Jardine stikte bijna in zijln opwinding);
zijn vingers klemden zich om mijn arm tot ik bijna
schreeuwde om genade.
„Een andere!" zeide hij' heesch. „Een andere1 Hét
is dezelfde. Het is het meisje, waar ik het daarneit
over had,"
HOOFDSTUK II.
Dus waren het meisje naast ons dn heit meisje uit
Heston een en dezelfde. Ein de oud© schelm mét rijn
gladde tong. die er dien nacht met mijn flesch whisky
van door gegaan was, was de man, va'n wien de oude
Jardine .jne verteld had, de man, die „een spieelhuis
voor jonge gekken gehad had, tot het ontdekt en er
een schotje voor geschoten werd"en het meisje. En
toen ik door de donkerte van onze tuinen naar haar
keek, twijfelde ik er geen oogenblik aan, of mijln
eerste instinctieve antipathie tegen haar was ten volle
gerechtvaardigd.
De vraag was nu maar in hoeverre Donald zich
roeds gecompromitteerd had en of hij werkelijk erg
aan haar gehecht was.
De oude Jardine .drukte me vriendschappelijk de
hand.
„Jongens rijn jolngens," zeide hiji met een poging
om de zaak t© verzachten. „En in ieder geval kan
er, wanneer hij over acht dagen naar Frankrijk gaat,
niét veel kwaad meer gebeuren."
„In acht dagen kan juist heel veel gebeuren," zeL
af Ie lossen in 30 jaar.
Door •voorzitter wordt naar voren gebracht de wön-
scbelijkheid het achter ^het raadhuis gelegen terrein
af te zetten, waarvoor een drietal plannen worden
genoemd, afscheidingen die respectievelijk f 215, f 235
en f 280 zouden kosten.
Na 'breedvoerige bespreking wordt tenslotte goedger
vonden, een sporlen-hck te doen maken van f 280.
De heer 'Vos wil meteen het bewuste t©rréin in ordé
laten maken en daarvoor nog f 100 uittrekken. Goed
gevonden.
Ten behoeve van den bouw van de bergplaats en
van het hek met egaliseeren van het terrein za 1 nu
een leenimg van f 3000 worden gesloten en niet zooals
vroeger was besloten f 2000.
Door tien heer Ruitenburg werd, waar de heer Toes
die prijsopgaaf van het hek deed en dit nu moet
zetten. Ge wenschelijkheid uitgesproken, het werk zoo
veel 'mogelijk te verdeelen.
Voorzitter antwoordde, dat dit steeds geschiedt.
B. en W. stellen voor, een 2e kasgeldleening aan te
gaan en wel van f 12000.
Voorzitter doet uitvoerige mededeel irigen over dé
betalingen, die hebben plaats gevonden, waaronder
ook het geld aan de onderwijzers uitbetaald, terwijl
betaling door het rijk uitblijft.
Door den heer Sleutel, wordt naar aanleiding hiervan
«gewezen op den aanslag v. d. hoofd, omslag, die volgens
verordening moet plaats hebben over de 5 'vorige jaren.
Als men nu de cijfers van die 5 jaren bekijkt, slaan ze
veel te laag. Spr. noemt als voorbeeld zijn aanslag,
toen hij: door de gemeente werd aangeslagen op. f 2600,
door het rijk op f 4400.
De heer VosEn u reclameerde toch.
De heer SleutelIk reclameerde omdat ik de héé-
ren de oogen wilde openen. Naai- mijn omgeving ge
rekend was ik te huog aangeslagen, in werkelijkheid
te laag.
Do neer Vos: Dat had u anders kuinjnen doen.
Naar aanleiding van. een vraag van den heer De
Hoer, over de gelden die in voorschot vain het rijk
zijn ontvangen voor kostwinnersvergoedingen, vraagt
de heer Sleutel, als straks moch* blijken, dat er van
die vergoedingszaken een Lekori is, wie dat tekort
zal moeien betalen.
Voorzitter heeft thans alle hoop. dat het verschil niet
groot zal zijn, het zal vrijwel kloppen. Dein gemeente'
ontvanger evenwel zal noodt een verwijt kunnen tref
fen, die is gedechargeerd. Als er een of m'eiér statéh
weggeraakt zouden rijd, eln dat is niet meer na te
gaan. zou er een tekort Ontstaan, maar dat is dan
een fout van mij of mijn voorgangers. Als er een
bekort was, .zou ik het kind van de rekening zijn. U
bedoelt zekér of mijinheer .de Beijer of de Rijké aan
sprakelijk gesteld zouden kunnen worden. Spr. her
haalt, dat h jjuiet 'bang is, dat er eein tekort zal zijn.
Toen hij: hier kwam. moesten er staten over 3 jaar
jaar nog worden opgestuurd en of na alle staten pre
sent waren, was niet na te gaan. Pakken heeft spreker
gestuurd naar den heer D© Beijer om te teeké'nén én
het heeft spreker verbaasd, dat waar anders staten van
de Rekenkamer terugkwamen, omdat ze een halvej
centimeter te laag waren geieekend, d©zé wérdén gé-
accopteerd.
De heer Sleutel vraagt of het zaakje niet eerder
afgeloopen had kunnen wezen.
Voorzitter z> dat uitbetaling van vergoedingen
nog steeds plaats vindt. Binnenkort echter zal spr.
met een berekening, hij den Raad komen.
De heer Sleutel geeft nu in overweging om in-
plaats van een kasgeldleening een gewone leening te
sluiten met aflossing. Spr. acht dit gezonder.
Voorzitter beaamt dit doch dan zouden we tot
Juli moeten wachten, totdat we de rekening over
1919 hebben en dan kunnen we nagaan welk tekort
er is.
Goedgevonden wondt een kasgeldleening van
f '120QO aan te gaan.
-de ik kortaf.
Wat mij het meest hinderde was heit feit, dat, on
danks al den .zorg, dieti ik eraaln besteed had om den
jongen goed ém verstandig op te voeden, hij nu reeds
zoo gauw bedreigd werd door een zelfde gevaar als dat
hetwelk den ondergang van zijn vader veroorzaakt
had.
Het meisje kon niet deugen dat was mijn vaste
overtuiging. Ik had haar al instinctief gewantrouwd
vóór de oiide Jardine één >voord gezegd had om mij
tegen haar te influenceereu, maar nu werkt© het
zier van haar kortgeknipt kopje zoo dicht bij Don's
sch-ïuder op mij als een roóde lap op een stier.
Ik vermoed, dat de oude Jardine mijn woede zag,
want hij zeide vlug:
„Doe niets overhaastdenk eerst goed na. Zeg
vanavond niets tegen den jongen, waarover je later
misschien spijt zou hebben. Waarachtig ik vind het
jammer, dat- ik je er iets van gezegd heb; ik ben
een oude gek, maar ik meende het goed."
„Ik ben blij, dat je het me verleid heb," zeide ik.
Ik meende het goed." herhaalde hij nogmaals. Hij
gaf mij een hand ein ging weg, terwijl hij het tuinhek
zorgvuldig dicht deed.
Ik ging naar het huis terug ein liet de voordeur
open staan; enkele ©ogenblikken later hoorde ik Don
binnenkomen en op zijn Jeenen langs mijn studeer^
kamer loopen, alsof hij mij wilde vermijden.
Maar dat zou hem niet lukken, want ik deed de
deur open en riep hem:'
„DonI"
Hij was halverwege de trap, maar hij: keerde zich
dadelijk om met een slecht geveinsden blik' van ver
bazing op zijn gezicht.
„Ik dacht, dat u al naar bed was," zeide hij'.
„En zeker ook, dat ik de deur wijd open had
laten staan?" vroeg ik sarcastisch. „Kom hier, ik wou
j© spreken." i
Ik voelde meer dan ik zag, dat hij1 zijn schouders
ophaalde, maar hij kwam dadelijk naar beneden én
volgde me in mijn studeerkamer.
Hij1 floot een beetje en trachtte op zijln gemak te
schijnen; cjn ina een fijd lang, die mij een eeuwigheid
toescheen, gewacht te hebben, was ik wel genoodzaakt
het eerst te beginnen.
Je bent lang weggebleven. Waar ben je geweêst?"
Het fluiten hield op en in de korte stilte, die volg
de. kon ik bijna zien hoe Don overwoog of hij, een
.uitvlucht zoeken dan wel de waarheid zeggen zou.
Ik ben hiernaast geweest, sir" zeide hij eilndellijik.
Ik was blij. dat hy de waarheid sprak; het scheen
alsof dit de situatie wat gemakkelijker maakte en ons
Bij de rondvraag brengt de heer Pa Heer d«
grondruiling ter sprake. Spr. vraagt boe het met
deze zaak staat. De termijn as verloopen; hebben
B. en W. nog iets geboord?
Voorzitter zegt dat van de familie Van de Poll
geen bericht is ingekomen. Spr. heeft nog aan den
advokaat Mr. Bosman gevraagd, doch die had ook
geen bericht. De jonge mijnbeer Van de Poll heeft
nog tegen mij geizegd: jullie hebben te veel ge
vraagd, doch ik heb geantwoord: dat dit niet onze
bedoeling was en de familie Van de Poll had dan
minder moeten aanbieden. Spr. wijst er op dat door
hem alles is gedaan om de zaak zoo goed mogelijk
te regelen en wanneer de familie dan toch vertrekt,
dan wascht hij zijn handen in onschuld. iSpr. heeft
zich met de fam. v. d. Poll nooit in verbinding ge
steld, omdat h-ij onpartijdig heeft willen blijven. Spr.
moest 'om zijn eigen veiligheid denken. 'Daarom
heeft spr. zich niet in verbinding gesteld om ten
slotte zelfs alle schijn te mijden. Ik 'heb evenwel,
aldus vervolgt voorzitter, nog gedacht aan de vol
gende regeling: de familie Van de Poll benoemt een
taxateur, wij benoemen een taxateur, en die beide
benoemen een derde taxateur, teneinde de waarde
van de terreinen van de familie Van de Poll en die
van de gemeente te schatten en dan kunnen we
zien hoe te handelen. Misschien was dit nog een
manier .waardoor wat te vinden was.
De heer De Heer gelooft niet. dat er nog iets met
de familie Van de Poll te hereiken valt, we zijn
reeds langen tijd aan de praat gehouden.
•De heer Vos zegt dat de heer Van de Poll nooit
voor vreemdelingenverkeer is geweest en daarom
kunnen we heter onzen eigen weg gaan. "We hebben
alle moeite gedaan, de familie Van de Poll wil niet
anders dan dwars, laten wij dan ook maar dwars.
Wij behoeven echter niet dwars, wij kunnen recht
door gaan.
Voorzitter gevoelt er wel iets voor te doen blij
ken dat het ons niet te doen is om er beter van te
worden.
De heer De Heer denkt dat het beter is een nieuw
uitbreidingsplan' te laten maken. De familie Van
de Poll bekijkt het zoo: hoe minder menschen hier
komen, hoe beter. Ze komen hier om uit de men
schen te zijn, de gezelligheid zoeken ze in Zwit
serland.
Voorzitter: - Als de heeren dat fwillén.
'De heer .Sleutel wijst er op dlat hij verleden herfst
gezegd' heeft dat de familie Van de Poll de zaak op
de lange baan wil schuiven. Ik geloof dat dit mi ad
is gebeurd. We hebben in dien tijd verschillend#
tafreelen gezien, o.a. de oprichting van het vreem
delingenverkeer te Groote Keeten, wiaar de heer Van
de Poll, dat weet spr. nu wel vrij officieel, tusschea
zat.
Voorzitter: Het is mij altijd ontkend.
De heer SleutelEn ik heb gehoord, dat hij er vret
tusschen zat. Ik heb ook gehoord, dat de Noorddui
nen vriji waren. en Van de Poll gezegd had, gaan jullie
maar door, daar (dat wa3 te Callantsoog) zullen we het
)wel tegenhouden. Willen ze nu nog wat, laten'ze daa
zelf maar komen. De heer Van de Poll is een groot
handelsman, veel gladder dab wij allemaal'.
VoorzitterHij: is wel een goed koopman.
De heer Sleutel wijst er nog op, dat we al achteruit
zijn gegaan. .De heer Van de Poll heeft zijn rin
al. hij heeft al geremd.
Voorzitter: Dus dan aan den architect opdragen
een uitbreidingsplan te maken?
De heer Vos: En daim is het ook de bedoeling de
duinen tot Groote - Keelien er bij op te nemen.
Algemeen wordt dit goedgevonden, terwijl den ar
chitect zal worden gevraagd, eens een onderhoud met
den raad te hebben.
De beer Sleutel vraagt, oif het voorzitter officieel
bekend is. 'dat de Duinweg vain Groote Keeten naar
den Helder behard wordt.
in een vrietodschappelijker verhouding bracht. Ik vod-
de, dat ik wat vrijer kon ademhalen, toen ik zeid©
„Mr. Jardine ishier geweest, Don."
„Zoo". Ik vermoed, dat hij raadde wat er komen zou,
want ik zag iets uitdagends in zijn oogen.
„Hij heeft mij verteld, dat er iemand een jomga/
dame is, met wie ie te Hestori heel vriendschapu
pelijk omgaat." ging ik onhandig voort
„Zoo", zeide Don weer.
„Mr. Jardine is iemand, aaln wiens oordeel ik veel
hecht. Hij is eerlijk en rechtuit"
„Het is een beste kerel," zeide Don. „Iedérééfcu
daar mag hem graag."
Het uitdagende was nu ook in rijn stem gekomen
en ik begon me af te vragen of 'het niet bet# gewéést
zou zijn, als ik de zaak op zijn beloop gelaten had.
Het was, zooals de oude Jardine gezegd hadtusschen-
beide komen doet een zaak dikwijls geen go§<j.
Don had een pijp uit zijln zak gehaald en maakte
nu den kop schoon met wat, te oordeelen naar het
gekras, een heel bot mes moest rijn.
„Ga zitten," zeide ik gemelijk, „en luister naar wat
ik ie t© zeggen heb."
Jtk luister, sir"j zeide Don, maar hij bleef staan.
Don was mij altijd „sir" blijven noemen, waarschijn-
ook een reden, \vaarom ik mij steeds zooveel jareja
ouder voelde dan hij-
Iets in zijn stem en in zijn verlegen houding joeg
mijn geprikkeldheid op de vlucht; iets in de geheel©
situatie deed mij zoo denken aan de, zoo talrijke kee
ren, dat ik hem jaren geleden i)n dezelfde kamer
geroepen had om hem een flinkea uitbrander voor
het een of het ander te geven, dat hij mij' weer één
ondeugende schooljongen toescheen, toen ik naar hem
toeging en mijin hand op zijn schouder legde.
„Wat is er waar van dat alles?" vroeg ik. „Ik heb,
geloof ik, ©enig recht om het 1e weten., Is het ém
ilirtation net als vroeger of ben je van plan met dal
meisje van hiernaast te trouwen?"
Het vreeselijke, krassende geluid hield op en hij
schudde mijn hand van zijln schouder.
;.Ik ga met haar trouwen, als rij mij hebben wil,"
zeide hij barsch.
Er volgde een doodsche stilte; ondanks alles bad ik
dat niet verwacht.
Don stak zijn pijp weer in zij'n zak.
„Nou?" vroeg hij. „Wat zou dat?"
Ik haalde mijn schouders op. „Je bent meerderjarig"
zri.de ik. „Ik kan je niet tegenhouden, als jij wilt."
Don fronste zijn wenkbrauwen en wendde zich van
mjj af.
Wordt varvolgd.