Alitieti Nitifs- Mmtniic- LaiÈiiIlal WOENSDAG 17 MAART 1920 63ste Jaaraang Mo. 6335 EERSTE BLAD. Raad Callanfsoog. FEUILLETON. Het Meisje yan hiernaast. Dit blad verschijnt viermaal per week Dinsdag:, Woensdag, Donder dag en Zaterdag;. Bij inzending tot 's m. 8 uur worden Advertentiën zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. UITGEVLRS: TRAPMAN CO., SCHAGEN. POSTCHEQUE en GIRODIENST 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden f 1.55. Losse nummers 6 cent. ADVRRTEN TIËN van 1 tot 5 regels f 0.80, iedere regel meer 15 ct. (bewijsno inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Vergadering van den Baad op Dinsdag 16 Maart 1920, des morgens 10 ,uur. Aanwezig allen. Voorzitter de Leer G. J. Lovink, burgemeester, te vens secretaris. De notulen zijn nog niet ontvangen en de vaststel ling ervan wordt dus tot de Volgende vergadering uitgesteld. Ged. Staten hebben goedgekeurd de besluiten tot het doen van betalingen uit den po9t onvoorziene uitgaven, een suppletoire begrooting, kohier school geld over het 4e kwartaal 1019. Het college kan zich evenwel niet vereenigen met de verordening regelende de uitbetaling van de onderwijzers. Geeft de verordening aan dat aan on derwijzers met verlof wegens ziekte een half jaar het volle salaris wordt .uitgekeerd, daarna 6 maan den het halve salaris, Ged. Staten willen een Jaar vol salaris, 6 maanden de helft. Aan gehuwde on derwijzeressen met verlof wegens zwangerschap, 3 maanden voor de bevalling .en 2 maanden daarna, willen Ged. Staten het volle salaris zien uitgekeerd, de Baad had besloten de helft uit te keeren. Ook de vergoeding voor kostwinnerschap aan militairen, in den rang van officieren of onderofficieren dient ge heel te worden uitgekeerd en niet de helft zooals door den Baad was bepaald. Goedgevonden wordt in deze met Ged. Staten mee te gaan. 'Op het bekende verzoek van de gemeente Schagen om adhaesiebetuiging op een door haar gericht adres aan de volksvertegenwoordiging over meer dere medezeggingschap inzake de benoeming van burgemeester, wordt met algemeene stemmen gun stig beschikt. Voorzitter wees er op, dat dikwijls nu reeds reke ning wordt gehouden met de wenschen der ingeze tenen' en spreker zag er geen heil in een partij- burgemeester te krijgen. De heer Vos meende, dat, wanneer er dan al reke ning mee gehouden was, er niets op tegen was het medezeggingschap bij de wet vast te leggen. Gelezen worden het verslag over het herhalings- onderwijs aan jongens en het verslag van den her halingscursus van volwassenen. Wat dit laatste be treft.. stellen B. en W. voor den heer Langhorst dank te betuigen voor de moeite die hij zich vdor deze zaak heeft getroost en voor het succes d'at hij met den cursus -heeft gdhad. Algemeen was men. van oordeel, dat de cursus goede resultaten had afgeworpen. Aan M. W. Bakker wordt wegens vertrek 2 maan den ontheffing hoofdelijken omslag verleend. Van den Directeur-Generaal der Posterijen is nog geen antwoord ingekomen op de vraag wat telefoon aansluiting met Groote Keeten zal kosten, ook niet voor Koegras. Wel is opname gebeurd. De vereeni- ging voor vreemdelingenverkeer te Groote Keeten verzocht aansluiting, van het perceel van Scheijen. Besloten wordt dit verzoek aan te houden totdat bekend Is wat aansluiting met Groote Keeten en Koegras zal kosten. Toezegcring is gedaan dat voor den zomer het post- en telegraafkantoor zal zijn in gericht. Een adres van den Ned. Bond van Gemeenteamb tenaren over het invoeren van het 4/5 systeem bij de salarisregeling, wordt voor kennisgeving aange nomen. Door den heer Dr. Oudendal, schoolarts, wordt medegeeld, dat bij gehouden schoolinspectie geble- NAAR H1ET EJNG'BLSGH VAN RUBY M. AYB'ES DOOR W. J. A. ROUJDANUS Jr. Uitgave van W. DE HAAN, Utrecht. 2. Ik dacht aan Don's vader .en toen dacht ik aan het meisje naast ons: een. uur geleden had het mij gei- hinderd, dat zij Don kende en had ik besloten alles te doen om er een eind aan te maken - maar het zou beter zijn dan dit alles zou beter zijn dan wat de oude Jardine mij juist verteld had. Ik zat te staren naar het uitgaande vuur; de kolejn gloeiden niet meer ,en ik kön. niet langer daarin de silhouette van het kortgeknipte kopje zien. De pude Jardine legde zijn zware hand op mijn schouder. „Je neemt het me toch niét k^valijk vroeg pijl eelnigs' zins angstig. „Ik vond, dat je het moest weten.; jij merkt zelf zoo weinig op, Buchanan. Soms j$ waar achtig, soms vraag ik me af waar je eigenlijk jé heele leven geleefd hebt." Ik lachte, hoewel ik' me allesbehalve vroolijk ge stemd voelde. ,.Ik neem het je absoluut niet kwalijk," zeide ik. '„Integendeel, ik ben je zeer verplicht ik moet eens bedenken wat ik het beste doein kan." Ik keek hem hulpeloos aan. „Wat zou je me aan raden vroeg ik. De oude Jardine schudde zijn grijs hoofd. „Daar is takt, veel takt voor noodig. Als het onhandig gedaan wordt, loopt hij weg en trouwt op staanden voet met haar. Als mijn beste vrouw hier was hij1 zuchtte diep. „Zij was de eenige die -zoo'n liefdes zaakje in orde kon brengen." Hij zette van trots zijn borst uit. „Maar we hebben het nu niet over haar." Hij keek naar zijtn hoed, dien hij altijd mee haar de kamer bracht en op een stoel legde. „Ik ga nou tot morgen en als ik Don niet meer zie, wensch den bengel dam als hij weggaat, alle geluk van me." Maar je zult hem zeker zien," zeide ik. „Hy hedft acht dagen verlof." Ik liet hem uit. De oude Jardine stapte In den tuin en snoof de koele lucht i!n, die zwanger was van den geur van muurbloemen van een bed benen den het raam van mijn studeerkamer. „Prachtige avond," zeidei hij. „Het doet mij denken,- ken is dat van een kacihel door te lange pijpleiding de rook niet voldoende afvoer had. Verplaatsing van de kachel heeft reeds plaats gehad en in een ander lokaal zal het gebeuren. Voorzitter wijst er op, dat de schoolarts na deze kennisgeving van 17 Februari nog eens inspectie heeft gehouden. Van den pensioenraad is een schrijven ingeko men, meldende de pensioengrondslagen van ver schillende ambtenaren. Ingekomen is het jaarverslag, van de Gezondheids commissie.. Naar aanleiding van een vroeger verleende sub sidie aan „Hulp in iNood" is de rekening en verant woording over 1919 dezer vereeniging ingekomen. De uitkeering bedraagt 18 per week, voor hen die uit- keering van een ongevallenverzekering genieten evenwel f 4.per week. Het waren vooral de heeren De Heer en Sleutel die tegen deze regeling opkwamen, wijzende op de on billijkheid, dat waar zij die van de Landbouw-On- derlinge'en Bijksverzekering 70 pet. van hun sala ris genoten, bovendien nog f4.— per week van „Hulp in Nood" kregen, terwijl de niet-venzekerden slechts in het geheel f8 kregen. De heer Sleutel zou die f4 liever niet uitkeeron en dan de uitkeering van f8.daarentegen ver- hoogen. De heer Vos bestrijdt dit, hij wil niet van den een afnemen om het den ander te geven. De heer Hollander zou het toejuichen, als de hee ren De Heer en Sleutel eens op de vergadering van Hulp iri Nood kwamen, om daar de zaak eens te bespreken. Spr. voelt evenals de heer De Heer de onbillijkheid van de tegenwoordige regeling. -Om evenwel de uitkeering van f 8 te vérhoogen, dan zou contrihutieverhooging niet kunnen uitblijven. De heer De Heer zegt, dat de werknemers vrij goed zijn georganiseerd, maar z.i. wordt er door de werk nemers veel te weinig op gelet of ze bij werkgevers werken die al of niet zijn venzokepd. De heer Hollander inoemt dit ook een fout van de werknemers. B'esloben ■Wordt, aan „Hulp in Nood" 'in overweging te geven de uitkeeringsreaeiing nader onder dé oogén te Zien en daar desnoods een buitengewone verga dering Voor uit te schrijven. De heer Jb. Bakker_ Az. berichtte, zijn benoeming tot lid ^an de Gommsisie voor de arbeidesbemiddeliing aan ie nemen. Het Verslag van de Commissie van Toezicht op het Arbeidsbemiddelingsbureau "wordt voorgelezen. De al gemeene 'indruk is, dat er van het bureau zeer weiinig gebruik, wordt gemaakt, vooral door de werkgevers. Op Verzoek wordt aan den heer J. H. v. d. Berg ontslag Verleend als lid van bovengenoemde commissie met dankbetuiging voor de bewezen diensten. In de vacature "Wordt voorzien door benoeming van den heer P. 'Voeler, meif 5 van 'de 7 srtiegnmieia', 2 stemmeln werdén uitgebracht óp den heer J. Toes. Voorzitter deelt mede, dat de steenen uil de!n rijks weg 'niet te krijgen zijn van den Rijkswaterstaat, doch om feen kostenberekening op te maken van den aanleg van een paardenpad in den Nieuwenweg is omgezien naar 'een andere mogelijkheid steenen te krijgén. Hét maken "van dat pad wordt begroot op Ongeveer f 3000. Do heer Kruisveld acht die uilgaaf niet noodig, omdat z. i. de weg tfielt de behoefte aan een dijrgélijk pad 'heeft. De heer De Heer zegt. dat het wel eén vérbétéring zou geven, maar direct noodzakelijk is het'pad 'niet. De heer Sleutel daarentegen meent, dat op dén 'duur het maken van jeeh paardenpad voordeel zal geven, door hel minder gebruik van grint, Spri doet dan ook tenslotte het voorstel een paardenpad te leggen welk voorstel wordt aangenomen met 5 tegen 2 stem men 'legen de heeren Kruisveld en D© Héér. Voor dit Werk zal een leeni'ng ad f 3000 worden gesloten. maar daar hebban we het nu niet over... Goedenv avond, jongen." Ik geloof, dat hij me een jongen voind. Ik volgde hem den tuin in. „Je wilt het hek wel sluiten," begon ik. Dan hield ik op, want hij had zich omgekeerd en kwam geheim zinnig op zijn teanen naar mij; toe. „Wat is er?" vroeg ik verwonderd. De oude Jardine greep met rijn zware hand mijd arm en wéés naar het huis 'naast ons. De voordeur stond open en in het ïicht van den hall konden we heel duidelijk zien hoe Don zijn hoofd wat vooroverboog, terwijl hij, in de oogen keek van ©en meisje, dat naast hem stond en wélks hand hij vasthield. Zij droeg een wit japonnetje en het licht van den hall viel vol op het vreemde vlamkleurige haar en teakende de omtrekken van haar proefiel af. Ik lacht© vrij bitter. „Dat is het meisje, waar ik het daarnet over had," zeide ik. „Blijkbaar weer een van Don's 's affaires de coeur..." „De oude Jardine stikte bijna in zijln opwinding); zijn vingers klemden zich om mijn arm tot ik bijna schreeuwde om genade. „Een andere!" zeide hij' heesch. „Een andere1 Hét is dezelfde. Het is het meisje, waar ik het daarneit over had," HOOFDSTUK II. Dus waren het meisje naast ons dn heit meisje uit Heston een en dezelfde. Ein de oud© schelm mét rijn gladde tong. die er dien nacht met mijn flesch whisky van door gegaan was, was de man, va'n wien de oude Jardine .jne verteld had, de man, die „een spieelhuis voor jonge gekken gehad had, tot het ontdekt en er een schotje voor geschoten werd"en het meisje. En toen ik door de donkerte van onze tuinen naar haar keek, twijfelde ik er geen oogenblik aan, of mijln eerste instinctieve antipathie tegen haar was ten volle gerechtvaardigd. De vraag was nu maar in hoeverre Donald zich roeds gecompromitteerd had en of hij werkelijk erg aan haar gehecht was. De oude Jardine .drukte me vriendschappelijk de hand. „Jongens rijn jolngens," zeide hiji met een poging om de zaak t© verzachten. „En in ieder geval kan er, wanneer hij over acht dagen naar Frankrijk gaat, niét veel kwaad meer gebeuren." „In acht dagen kan juist heel veel gebeuren," zeL af Ie lossen in 30 jaar. Door •voorzitter wordt naar voren gebracht de wön- scbelijkheid het achter ^het raadhuis gelegen terrein af te zetten, waarvoor een drietal plannen worden genoemd, afscheidingen die respectievelijk f 215, f 235 en f 280 zouden kosten. Na 'breedvoerige bespreking wordt tenslotte goedger vonden, een sporlen-hck te doen maken van f 280. De heer 'Vos wil meteen het bewuste t©rréin in ordé laten maken en daarvoor nog f 100 uittrekken. Goed gevonden. Ten behoeve van den bouw van de bergplaats en van het hek met egaliseeren van het terrein za 1 nu een leenimg van f 3000 worden gesloten en niet zooals vroeger was besloten f 2000. Door tien heer Ruitenburg werd, waar de heer Toes die prijsopgaaf van het hek deed en dit nu moet zetten. Ge wenschelijkheid uitgesproken, het werk zoo veel 'mogelijk te verdeelen. Voorzitter antwoordde, dat dit steeds geschiedt. B. en W. stellen voor, een 2e kasgeldleening aan te gaan en wel van f 12000. Voorzitter doet uitvoerige mededeel irigen over dé betalingen, die hebben plaats gevonden, waaronder ook het geld aan de onderwijzers uitbetaald, terwijl betaling door het rijk uitblijft. Door den heer Sleutel, wordt naar aanleiding hiervan «gewezen op den aanslag v. d. hoofd, omslag, die volgens verordening moet plaats hebben over de 5 'vorige jaren. Als men nu de cijfers van die 5 jaren bekijkt, slaan ze veel te laag. Spr. noemt als voorbeeld zijn aanslag, toen hij: door de gemeente werd aangeslagen op. f 2600, door het rijk op f 4400. De heer VosEn u reclameerde toch. De heer SleutelIk reclameerde omdat ik de héé- ren de oogen wilde openen. Naai- mijn omgeving ge rekend was ik te huog aangeslagen, in werkelijkheid te laag. Do neer Vos: Dat had u anders kuinjnen doen. Naar aanleiding van. een vraag van den heer De Hoer, over de gelden die in voorschot vain het rijk zijn ontvangen voor kostwinnersvergoedingen, vraagt de heer Sleutel, als straks moch* blijken, dat er van die vergoedingszaken een Lekori is, wie dat tekort zal moeien betalen. Voorzitter heeft thans alle hoop. dat het verschil niet groot zal zijn, het zal vrijwel kloppen. Dein gemeente' ontvanger evenwel zal noodt een verwijt kunnen tref fen, die is gedechargeerd. Als er een of m'eiér statéh weggeraakt zouden rijd, eln dat is niet meer na te gaan. zou er een tekort Ontstaan, maar dat is dan een fout van mij of mijn voorgangers. Als er een bekort was, .zou ik het kind van de rekening zijn. U bedoelt zekér of mijinheer .de Beijer of de Rijké aan sprakelijk gesteld zouden kunnen worden. Spr. her haalt, dat h jjuiet 'bang is, dat er eein tekort zal zijn. Toen hij: hier kwam. moesten er staten over 3 jaar jaar nog worden opgestuurd en of na alle staten pre sent waren, was niet na te gaan. Pakken heeft spreker gestuurd naar den heer D© Beijer om te teeké'nén én het heeft spreker verbaasd, dat waar anders staten van de Rekenkamer terugkwamen, omdat ze een halvej centimeter te laag waren geieekend, d©zé wérdén gé- accopteerd. De heer Sleutel vraagt of het zaakje niet eerder afgeloopen had kunnen wezen. Voorzitter z&gt dat uitbetaling van vergoedingen nog steeds plaats vindt. Binnenkort echter zal spr. met een berekening, hij den Raad komen. De heer Sleutel geeft nu in overweging om in- plaats van een kasgeldleening een gewone leening te sluiten met aflossing. Spr. acht dit gezonder. Voorzitter beaamt dit doch dan zouden we tot Juli moeten wachten, totdat we de rekening over 1919 hebben en dan kunnen we nagaan welk tekort er is. Goedgevonden wondt een kasgeldleening van f '120QO aan te gaan. -de ik kortaf. Wat mij het meest hinderde was heit feit, dat, on danks al den .zorg, dieti ik eraaln besteed had om den jongen goed ém verstandig op te voeden, hij nu reeds zoo gauw bedreigd werd door een zelfde gevaar als dat hetwelk den ondergang van zijn vader veroorzaakt had. Het meisje kon niet deugen dat was mijn vaste overtuiging. Ik had haar al instinctief gewantrouwd vóór de oiide Jardine één >voord gezegd had om mij tegen haar te influenceereu, maar nu werkt© het zier van haar kortgeknipt kopje zoo dicht bij Don's sch-ïuder op mij als een roóde lap op een stier. Ik vermoed, dat de oude Jardine mijn woede zag, want hij zeide vlug: „Doe niets overhaastdenk eerst goed na. Zeg vanavond niets tegen den jongen, waarover je later misschien spijt zou hebben. Waarachtig ik vind het jammer, dat- ik je er iets van gezegd heb; ik ben een oude gek, maar ik meende het goed." „Ik ben blij, dat je het me verleid heb," zeide ik. Ik meende het goed." herhaalde hij nogmaals. Hij gaf mij een hand ein ging weg, terwijl hij het tuinhek zorgvuldig dicht deed. Ik ging naar het huis terug ein liet de voordeur open staan; enkele ©ogenblikken later hoorde ik Don binnenkomen en op zijn Jeenen langs mijn studeer^ kamer loopen, alsof hij mij wilde vermijden. Maar dat zou hem niet lukken, want ik deed de deur open en riep hem:' „DonI" Hij was halverwege de trap, maar hij: keerde zich dadelijk om met een slecht geveinsden blik' van ver bazing op zijn gezicht. „Ik dacht, dat u al naar bed was," zeide hij'. „En zeker ook, dat ik de deur wijd open had laten staan?" vroeg ik sarcastisch. „Kom hier, ik wou j© spreken." i Ik voelde meer dan ik zag, dat hij1 zijn schouders ophaalde, maar hij kwam dadelijk naar beneden én volgde me in mijn studeerkamer. Hij1 floot een beetje en trachtte op zijln gemak te schijnen; cjn ina een fijd lang, die mij een eeuwigheid toescheen, gewacht te hebben, was ik wel genoodzaakt het eerst te beginnen. Je bent lang weggebleven. Waar ben je geweêst?" Het fluiten hield op en in de korte stilte, die volg de. kon ik bijna zien hoe Don overwoog of hij, een .uitvlucht zoeken dan wel de waarheid zeggen zou. Ik ben hiernaast geweest, sir" zeide hij eilndellijik. Ik was blij. dat hy de waarheid sprak; het scheen alsof dit de situatie wat gemakkelijker maakte en ons Bij de rondvraag brengt de heer Pa Heer d« grondruiling ter sprake. Spr. vraagt boe het met deze zaak staat. De termijn as verloopen; hebben B. en W. nog iets geboord? Voorzitter zegt dat van de familie Van de Poll geen bericht is ingekomen. Spr. heeft nog aan den advokaat Mr. Bosman gevraagd, doch die had ook geen bericht. De jonge mijnbeer Van de Poll heeft nog tegen mij geizegd: jullie hebben te veel ge vraagd, doch ik heb geantwoord: dat dit niet onze bedoeling was en de familie Van de Poll had dan minder moeten aanbieden. Spr. wijst er op dat door hem alles is gedaan om de zaak zoo goed mogelijk te regelen en wanneer de familie dan toch vertrekt, dan wascht hij zijn handen in onschuld. iSpr. heeft zich met de fam. v. d. Poll nooit in verbinding ge steld, omdat h-ij onpartijdig heeft willen blijven. Spr. moest 'om zijn eigen veiligheid denken. 'Daarom heeft spr. zich niet in verbinding gesteld om ten slotte zelfs alle schijn te mijden. Ik 'heb evenwel, aldus vervolgt voorzitter, nog gedacht aan de vol gende regeling: de familie Van de Poll benoemt een taxateur, wij benoemen een taxateur, en die beide benoemen een derde taxateur, teneinde de waarde van de terreinen van de familie Van de Poll en die van de gemeente te schatten en dan kunnen we zien hoe te handelen. Misschien was dit nog een manier .waardoor wat te vinden was. De heer De Heer gelooft niet. dat er nog iets met de familie Van de Poll te hereiken valt, we zijn reeds langen tijd aan de praat gehouden. •De heer Vos zegt dat de heer Van de Poll nooit voor vreemdelingenverkeer is geweest en daarom kunnen we heter onzen eigen weg gaan. "We hebben alle moeite gedaan, de familie Van de Poll wil niet anders dan dwars, laten wij dan ook maar dwars. Wij behoeven echter niet dwars, wij kunnen recht door gaan. Voorzitter gevoelt er wel iets voor te doen blij ken dat het ons niet te doen is om er beter van te worden. De heer De Heer denkt dat het beter is een nieuw uitbreidingsplan' te laten maken. De familie Van de Poll bekijkt het zoo: hoe minder menschen hier komen, hoe beter. Ze komen hier om uit de men schen te zijn, de gezelligheid zoeken ze in Zwit serland. Voorzitter: - Als de heeren dat fwillén. 'De heer .Sleutel wijst er op dlat hij verleden herfst gezegd' heeft dat de familie Van de Poll de zaak op de lange baan wil schuiven. Ik geloof dat dit mi ad is gebeurd. We hebben in dien tijd verschillend# tafreelen gezien, o.a. de oprichting van het vreem delingenverkeer te Groote Keeten, wiaar de heer Van de Poll, dat weet spr. nu wel vrij officieel, tusschea zat. Voorzitter: Het is mij altijd ontkend. De heer SleutelEn ik heb gehoord, dat hij er vret tusschen zat. Ik heb ook gehoord, dat de Noorddui nen vriji waren. en Van de Poll gezegd had, gaan jullie maar door, daar (dat wa3 te Callantsoog) zullen we het )wel tegenhouden. Willen ze nu nog wat, laten'ze daa zelf maar komen. De heer Van de Poll is een groot handelsman, veel gladder dab wij allemaal'. VoorzitterHij: is wel een goed koopman. De heer Sleutel wijst er nog op, dat we al achteruit zijn gegaan. .De heer Van de Poll heeft zijn rin al. hij heeft al geremd. Voorzitter: Dus dan aan den architect opdragen een uitbreidingsplan te maken? De heer Vos: En daim is het ook de bedoeling de duinen tot Groote - Keelien er bij op te nemen. Algemeen wordt dit goedgevonden, terwijl den ar chitect zal worden gevraagd, eens een onderhoud met den raad te hebben. De beer Sleutel vraagt, oif het voorzitter officieel bekend is. 'dat de Duinweg vain Groote Keeten naar den Helder behard wordt. in een vrietodschappelijker verhouding bracht. Ik vod- de, dat ik wat vrijer kon ademhalen, toen ik zeid© „Mr. Jardine ishier geweest, Don." „Zoo". Ik vermoed, dat hij raadde wat er komen zou, want ik zag iets uitdagends in zijn oogen. „Hij heeft mij verteld, dat er iemand een jomga/ dame is, met wie ie te Hestori heel vriendschapu pelijk omgaat." ging ik onhandig voort „Zoo", zeide Don weer. „Mr. Jardine is iemand, aaln wiens oordeel ik veel hecht. Hij is eerlijk en rechtuit" „Het is een beste kerel," zeide Don. „Iedérééfcu daar mag hem graag." Het uitdagende was nu ook in rijn stem gekomen en ik begon me af te vragen of 'het niet bet# gewéést zou zijn, als ik de zaak op zijn beloop gelaten had. Het was, zooals de oude Jardine gezegd hadtusschen- beide komen doet een zaak dikwijls geen go§<j. Don had een pijp uit zijln zak gehaald en maakte nu den kop schoon met wat, te oordeelen naar het gekras, een heel bot mes moest rijn. „Ga zitten," zeide ik gemelijk, „en luister naar wat ik ie t© zeggen heb." Jtk luister, sir"j zeide Don, maar hij bleef staan. Don was mij altijd „sir" blijven noemen, waarschijn- ook een reden, \vaarom ik mij steeds zooveel jareja ouder voelde dan hij- Iets in zijn stem en in zijn verlegen houding joeg mijn geprikkeldheid op de vlucht; iets in de geheel© situatie deed mij zoo denken aan de, zoo talrijke kee ren, dat ik hem jaren geleden i)n dezelfde kamer geroepen had om hem een flinkea uitbrander voor het een of het ander te geven, dat hij mij' weer één ondeugende schooljongen toescheen, toen ik naar hem toeging en mijin hand op zijn schouder legde. „Wat is er waar van dat alles?" vroeg ik. „Ik heb, geloof ik, ©enig recht om het 1e weten., Is het ém ilirtation net als vroeger of ben je van plan met dal meisje van hiernaast te trouwen?" Het vreeselijke, krassende geluid hield op en hij schudde mijn hand van zijln schouder. ;.Ik ga met haar trouwen, als rij mij hebben wil," zeide hij barsch. Er volgde een doodsche stilte; ondanks alles bad ik dat niet verwacht. Don stak zijn pijp weer in zij'n zak. „Nou?" vroeg hij. „Wat zou dat?" Ik haalde mijn schouders op. „Je bent meerderjarig" zri.de ik. „Ik kan je niet tegenhouden, als jij wilt." Don fronste zijn wenkbrauwen en wendde zich van mjj af. Wordt varvolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1920 | | pagina 1